Schotsen uit de Röcötzaal. Grejen mt Land- en Tuinbouw. 52e Jaargang. No. 4411. Zondag 8 Nov. L908. DERDE BLAD. S-'lffÜtflSiiP Binnenlaudsch Nieuws. j»— de anderen... Waarom Jet niet gekomen was? Niet wel? D'r voet verstuikt? Laat je niks wijsmaken. Ze heeft geen stuk kleeren aan d'r lijf. Daar zit 'm de knoop... Begrijp je nou?... En de ütele bruiloft daar zou 't gebabbel zijn over die arme Jet. die niet eens japon had om, als er m de familie iets te doen een was. Toen had Jet, toen nad Jet, van drie-hoog. die van haar jeugd af zich gekenmerkt had door zekeren hooghartigen angst om „beklaagd* te worden en andere menschen „te voet te moeten vallen*, had Jet 't van zichzelve verkre gen om eene tai.ti, van wie men wist dat zij er aardig bijzat en die kind noch kraai op de wereld had, een „klein voorschot* to vragen.Zonder precies te ver teilen waarom.Willem had, zei ze een teleur stelling ondervonden, en ais tante nu zoo goed zou wezen om voor twee, hoogstens drie maanden.Die twintig gulden. De tante trok, terwijl Jet zat te praten, een zeer lievig, goedig, medelijdend gezicht. Had blijkbaar met 't gevat te doen. Verklaarde dat zij Willem, haar be huwd neef, altijd „zoo'n netten, aardigen, gceien man" had gevonden. Jet dacht 't spel gewonnen te hebben. Was rood en opgewonden van blijdschap.Meende tante heelemaal te hebben overgehaald... Toen opende de oude juffer, die wel eeu kwartier had zitten luisteren zonder iets te zeggen, den moDd. ,'t Is erg naar, meidlief", verzekerde zij. en voegde er dadelijk, met een vrooljjk lachje, dat kuiltjes in haar dikke wangen groef, bij„Maar ik heb 't niet, hoor!... Geen eentje, JetO Joetje, nee 1* En weer schudde tante van 't lachen, als gold 't de vermakelijkste zaak ter wereld. Jet had de grootste inspanning om 't harde, oud] bas ken koekje, dat tante haar, met overstelpende mildheid, had opgedrongen, door de keel te krijgen. Ze was even ver, nu. De wanhoop van door Marie, op de bruiloft, te wor den uitgelachen en beklaagd, dreef haar een magazijn van den vierden rang binnen... Er waren goedkoope, nette japonnetjes uitgestald. Héél goedkoope erbij, waar ze 't best mee zou kunnen doen. De meneer zelf kwam voor. En Jet praatte met hem... Eerst schor van verlegenheid, daarna wat fermer, legde ze hem uit. Van een 1- en 2-hoegbruiloftsjapon. Van juffrouw-2-hoog was bekend dit sta voor- op dat zjj ietwat indringerig van aard moest heeten. Dat bleek uit allerlei bijzonderheden, in den loop des tijds opgemerkt, 't Kon niet gebeuren dat er, voor een der bewoners, een man met quitantie zich aanmeldde of juffrouw Koenders stond op wacht... Men wist 't En die van drie-hoog, bijzonder geplaagd door „beertjes*" vloog, zoodra er onraad dreigde, naar beneden, m 't portaaltje. Dan hoorde men het brommerig gepraat van den „beer" en 't sussetid fluisterend, gejaagd angstig soebatten der andere... Was crediteur extra taai. dan poogde zij hem met een zoet lijntje de stoep op te krijgen, bijv. door een verschrikt „gossiemijn'e, vliegt m'n poes daar niet wegl" Of, „Wacht 's effetjes, meneer, 'k geloof zoo waarachtig alsdat..." Meteen ging deurtje open Keek zij kwasi naar alle kanten rond. Neen, ze had 't tocb mis... Maar ondertusschen was de „beer" met goed fatsoen op straat. Werd het onderhoud op stoep vervolgd.Juffrouw Koenders, die boven, op haar gebied, had staan leunen over de trap jes heen, zich vasthoudend aan 't vettige touw op gevaar af van te tuimelen, zij moest er het hare van hebben.Dan kwam ze stiilekens aansluipen, bij voorbeeld niet iets in d'r hand, kannetje of potje, om boodschapje in ao straat te doen.En dan kon ze zoo echt-tergend, eebt treiterig, een praatje aanknoopen met juffrouw van drie hoog, die 't „beertje" al haast weg- gebonsjoerd had... Zoo'n kreng 1 dacht buurtje, en ze beefde van woede. Maar juffrouw Koenders had dan juist echt pret. „Lekker weertje, hè juffie zei ze met zoo'n goedig, fleemend stemmetje, dat je haar toch. „Nou afijn", zei de man van de quitantie, wien 't zaakje^ begon te vervelen en die toch wel wist, dat nu geen rooie cent zou worden afgedokt. „Maar ik kom dan den 15en terug. Maar u weet het, juffrouw." En onderwijl hij z'n quitantie in zijn portefeuille borg, keek die van 3-hoog met oogen van... Met oogen. „Zoo waarachtig as 'k hier sta", ging hij voort, koud voor den angst en de schaamte der debitrice, „u weet er alles van „Natuurlijk, meneer Sanders, natuurlijk! Als ik iets zeg, nietwaar...?" Met poging om, tor redding van haar prestige, iets uit hem te krijgen van„Ja, dat 's nou wel waar"Of zoo iets. Die van 3-hoog zou graag alles gegeven hebben wat in haar beursje zat... Veel was 't niet!... Wanneer de „beer" zooiets had gezegd Maar 't kwam niet. Meneer Sanders bromde iets tusschen de tanden. Drukte z'n flaphoed wat stijver op 't hoofd en stapte weg, haast zonder goeien-dag te zeggen. En juffrouw Koenders stond daar nog altijd, met haar kannetje in den arm gekneld, te luisteren; te genietenArme buur van de derde probeerde dan verhaaltje op te disschen van „hoe brutaal die vent was", en dat-ie altijd „prompt z'n centen kreeg", maar 'n mensch kan toch zelf wel eens op geld zitten wachten, waar of niet?En heeft zoo'n kerel dan 't recht om schandaal aan de deur te komen maken Nou, als d'r man thuis kwam, dan zou ze wel 's effetjes't Leek compleet of zij flesschen trekkers waren! Juffrouw Koenders, de indringerige, luisterde dan aandachtig, al maar knikkend van dat 't erg, dat 't verschrikkelijk was... Zeker, ze zouën je de kroon van 't hoofd nemen... Maar de grijze oogen der juffrouw, waren zoo spotterig, er leefde zoo sterk in een meüe- lijdendlacherig: Och, arme ziel, praat je maar niet schor. Ik weet immers tóch wel, hoe 't met jelui van 3-hoog gesteld isDat de andere gauw naar boven tippelde met stijf opeengeklemde tanden, of anders zou ze zou ze .Juffrouw Koenders boende dan haastig naar den „melksalon" schuins aan den overkant. En arm, van de doorstane ontroering nog bevend, nu in haar eigen voorkamer 't van schaamte uitschreiende juffie zag, hoe 't buurtje met het meisje in „melksalon" stond te smoezen. Ze zag de dunne lippen der twee hoogsche babbelen met 'razende snelheid. En de grijze oogen flikkerden tintelden van jool over 't aanschouwde en - - - - - - T—--- gehoorde 'schandaaltje. De kan, zoojuist gevuld met ^ad v»n eeno „anderedame die m huis woonde., geuuurue o Van een be. aarde juffrouw, die. toen hi aanImlHo An Dat was niet naar Juffrouw Koenders d'r zin. En telkens wou ze den edelachtbaren heer duidelijk maken, „wat voor mbnechen.die De Wit'e waren." Ze deed dan erg vertrouwelijk. Zoo vantusschen ons gezegd en gezwegen... Kwam, alfluisterend, dicht bij het hoofd van den edelachtbare Maar de voorzitter was heelemaal niet nieuwsgierig. Viel haar in de rede. Beduidde haar, dat al die bijzon derheden niets met de zaak te maken hadden.i Was er beleedigd, ja of neen? Daarmee uiL Getuige, van laaie natuur, hield nog aan. Begon weer over „die schandalen met menschen, die oenten moste hebbe Toen werd president boos. Snauwde haar af. Keek haar aan. zoo grimmig-ongeduldig dat juffie er bleek oin den neus van werd... Het O. M. eischte maar eene kleine geldboete Ik zag de vrouwtjes vertrekken, druk eau-de-oologne sprenkelend op haar zakdoeken. Juffrouw Koenders was nog erg van streek Ze deden zich voor, of „die medam er dan toch leelijk van gelust had. .Maar ze waren niet natuurlijk van echtbevredigde wraakzucht't Ging niet van-harte," zag ik best MAÏTRE CORBEAU. XI.I. Gedroogde Pulp. .Melasse en Oehfendvoeder. De suikerfabricatie en de landbouw staan in enge betrekking tot elkaar. De landbouwer teelt de grond stof, de suikerbieten, voor de fabriek, die op hare beurt weer verschillende afvalproducten aan het landbouw bedrijf teruggeeft. Pulp, melasse en schuim aarde zijn hiervan de voornaamste. De bewerking welke de bieten aan de fabriek on dergaan is in korte trekken de volgende: Na aflading aan de fabriek worden de bieten met warm water machinaal gewasschen en tot „s n ij d s e 1 s" geschaafd. Deze worden in ketels met heet water uit geloogd om er den suiker uit op te lossen. De ontsui- kerde snijdsels vormen de pulp. Het sap wordt hierna in koperen ketels met kalk tarwemeel, terwijl het vochtgehalte 15 bedraagt, wat voor de duurzaamheid niet goed is. 8 Opfokvoeder No. 2 bestaat uit melkeiwit, rijstmeei en gerst e meel 9. Hoenaerbeschuit bestaat uit tarwe en aard- appelpulp, bevat 15 o/o gemalen schelpen en 8 i'/o zandt 10. Ochtendvoeder bestaat uit tarwezemelen met eenweinig gerst en maïs. 11. Ochtendvoeder bestaat uit tarwezemelen, gerstemeel, maïsmeel en wat phosphorzure kalk. 12. Ochtend voeder bestaat uit tarwezemelen, vleeschmeel, koffiedoppen, zaagsel, een weinig rijstmeei. 1d o/o schelpen en gips! 13. Hoenderbeschuit bestaat uit tarwemeel en vleeschmeel 14. Melkeiwit d. i. gedroogd eiwit uit wei Het is zeker een goede zaak. dat deze onderzoekingen worden voortgezet. Zij, die iets van de voedingsleer weten, zullen er prijs op stellen behalve de samenstelling ook h e t g e- u i- j- kennen. Wij verslag halte dezer hoendervoeders te leeren laten deze daarom volgen, zooals ze in het over 1907 zijn opgenomen. Van verschillende monsters wordt bovendien nog op gegeven. dat ze meer of minder m ij t e n bevatten, wat geenszins voor de deugdelijkheid en verschheid pleit *.wto^-o«o»-ooicniweoioi-' - - vu nviviO iliVl AüiA I gekookt ter zuivering, waarna men met koolzuurgas De meneer begreep, glimlachtekeek juffrouw van de achtergebleven kalk onoplosbaar maakt en in filter drie-hoog eens ernstig aan... Aarzelde nog wel. Maar persen uit het sap verwijdert De witte massa, die scheen 't zaakje toch aan te durven. Zjj had een keurig er bij het persen achterblijft, is de schuimaarde, japonnetje uitgezocht. Bruin met zilveren passementen. J- Vóór Alsof hjj De meneer verzekerde dat 't den" bij de veertig kosten moest. Maar 't was uitver koop. En de juffrouw zei.Enfin, voor drie-en-twintig kon ze 't krijgen. In drie „payementen" te voldoen. Den len tien pop, den len der daarop volgende maand tien - en het resiant dan binnen een paar weken... „Dus ik kan er vast en stellig op aan?" vroeg de meneer. Jet gaf hem de hand er op. „Ik zal zorgen, dat u 't vanavond nog hebt achten. Secuur I" Met hoffelijke buiging liet hij Jet uit., eene echte, heuschelijke dame voor zich had. Zij had 't kunnen uitschreeuwen van geluk. Zü vloog over den weg en ze keek zóo vroolijk, zóo blij, dat een kennis, die zij in haar opwinding over toch-bebaalde zege, niet eens merkte, bleef stilstaan en dacht: wat zou die hebben?... Daar zit wat achter. Die hebben bepaald met iets geboft Zij kón zich niet inhouden. Nam er een „pasje" af en tramde heelemaal naar Marie toe om deze eens echt 'tland op te jagen doer te vertellen, zoo terloops, van de nieuwe japon, die zy voor de bruiloft van Kee en Jan bad laten maken... Verlustigde zich in het branden der jaloezie in Marie d'r giftige oogen Verpraatte haar tijd. Kwam eerst tegen halfnegen thuis... Willem was al ongerust... Op 't portaal van twee hoog leek alles uitgestorven. Zij vertelde van het gelukje. Van de prachtige japon, die komen zou... Maar, dat's waar ook, had Willem niets gehoord? Was de doos uit „De Bij" er nog niet?... Ze werd on gerust. Da pendule wees tien minuten voor negenen. Jet kon 'tniet uithouden. Viooe de straat, on Naar waarde heeft. ou uivaren passementen. <Jie als meststof eenige in gewone omstandighe- j Het „dunsap" wordt vervolgens in vacuümpannen ast. Maar 't. wa* mt™'- zoo |ang gekookt tot er suikerkristallen in ontstaan. Door centrifuges wordt na bekoeling de stroop uit den suiker geslingerd. Deze stroop wordt opnieuw uitgedampt en na eenige dagen gestaan te hebben andermaal ge centrifugeerd. Deze tweede stroop wordt later nog één- of tweemaal op suikerkristallen verwerkt. Nadat aldus 5 ar -If o T" O p WMto O 00 to JKO* C71 C5 co oa co co mVj co'o'baVj'böV»"^-Vto SSS:Ê2S8&S£8fc -j O ce «O to o ca ce ao W a> Nummer. 5! K Eiwitachtige stoffen. Vetachtige stoffen. Zetmeelachtige stoffen. I I oocooroco to >-• ca co ca ca os to eo-j co ca iiu. os coViVi'ia Ruwe celstof. En of de menschen 'tal merkten of niet, kon Jet niks schelenZe snikte 't, op straat, uit. De tranen liepen haar over de wangen. Toen zjj over een stille gracht kwam, voelde zjj plot seling een groote drang in zich opkomen om Maar ze beheerschte zich in haar groot verdriet. De meneer van „De By" had haar koeltjes ontvangen. Direct zag ze dat hjj veranderd was, als 't blad op een boom Hfj ging met juffrouw van drie-hoog in het kantoortje. Wou eerst niets loslaten. Vertelde daarna, de jongen S£as, met de doos, geweest. Al vóór achten. Maar toen melk, stond op de toonbank. Erachter 't meisje, aan dachtig luisterend... schuddend, telkens, 't hoofd van: „Nou maar 't is bar hoorl..." Arm vrouwtje van drie hoog voelde, wat er tusschen de twee in „melksalon" werd besproken. Nu praatte winkeljuffio Ueel-ernstig; iets dichter by 't hoofd der andere, het blebf tusschen haar beidjes... Natuurlijk over 't in-hetkryt-staan der drie-hoogsehe..Tien tegen een, dat als zy straks weer zou laten halen met de boodschap van dat 't, „den len tegelijk zou worden afgedaan..." Tien tegen een, dat de „melksalon" dan zou weigeren. Eeret schoon schip. De nota is ai veel te hoog, had meneer gezegd't Was of die van de derde 't al hoorde..En dat had ze dan aan dat ellendige, verraderlijke wijf te danken Toen ze de buur met haar kannetje de straat zag over stappen, balde zy een van haar vuisten. Maakte ze dreigend gebaar in de richting der geniepig-indringerige Maai' gelukkig was er een afstand, waren er ruiten en muren tusschen de twee In haar knipje vond ze nog net precies 20 centen. Daar nog melk van te betalen, ging niet. Ze poogde moed te verzamelen, om naar don „salon" te sturen met „'t boekje", maar ze kon 't niet van zich verkrijgen. Ze zou 't in vredesnaam maar doen inet 'n scheutje, dat er nog in hiiis was... Willem, als die stiaxs thuiskwam, wijsmaken dat de kan gebroken was toen ze had laten halenEn dat zy niet direct weer om nieuwen voorraad durfde sturen... 't Was ai de 26ste Er stond zooveel „opgeschreven" Zóó zou 't kunnen. En onderwijl ze by het scheutje melk dat er nog was. 'n tikje water deedrammelde de juffrouw van twee-hoog bijzonder druk met kopjes schoteltjes, maakte die zich gereed om nu eens 'n echt- fy'n, geurig eif-uursch „kommetje" te gaan genieten... Van een bejaarde juffrouw, die, toen hy aanbelde en vroeg, of bier ook menuer De Wit woonde... Had hy .van die dame" zulke fraaie inlichtingen gekregen Enfin, de meneer van „De Bij" wou er geen woord muer bijvoegen, 't Speet hem wel, maar er stond nog een klant te wachten Ditmaal moest Jet maar zien dat ze alleen den win wuu. X1UVM11 UJU UO 3 of 4 maal ruwe suiker uit het sap is verkregen, houdt men ten slotte de melasse over. Deze on zuivere stroop wordt veelvuldig als veevoeder gebruikt De ruwe suiker gaat van de fabriek naar de suiker raffinaderij om verder gezuiverd te worden en ook daar bekomt men melasse. Nu we de herkomst van pulp en melasse weten, kunnen we een en ander over hare samenstelling mee- deelern Versche pulp bevat slechts 7 o/o droge stof. Ge woonlijk wordt er aan de fabriek zooveel water uitge perst, dat ze 10 o/0 droge stof bevat, terwijl er ge middeld 0,6 o/0 eiwit en 0,1 o/0 vet in voorkomt. Inde aschbestanddeelen vindt men 0,25 o/0 kalk en 0,05 o/o phosphorzuur. Daar dit zeer weinig is, verdient het aanbeveling bij pulp voederkalk te verstrekken, of aan de dieren zulke voedermiddelen bij te geven, die rijk zijn aan kalk en phosphorzuur. In die laatste jaren is men met gunstig gevolg de pulp gaan drogen. De gedroogde pulp bevat gemiddeld 89 o/0 droge stof met 4,9 o/0 eiwit, 1 o/0 vet 62,4 o/o stik- stofvrije extractiefstoffen en ruwvezel. Het aschgehaite is gemiddeld 3,1 o/0 met 1,4 o/o kalk en 0,15 o/0 phos phorzuur. De gedroogde pulp is een goed veevoeder, dat aan allerlei dieren gegeven kan worden. In Duitschland aan melkvee 3 aan varkens „,j—2 K.G. per dier cn per dag. Daar gedroogde pulp 5 maal haar gewicht aan water kan opzuigen en daarbij sterk opzwelt, is het raadzaam deze stof vóór het voederen te weeken in 3 maal haar gewicht warm water. Bij rundvee kan gelijktijdig melasse mee in de weekende massa ge mengd worden. Voor varkens kan de pulp ook in afge roomde melk, wei of karnemelk geweekt worden. Bij- voedering van voederkalk is naast gedroogde pulp zeer ge wens ebt. In den laatsten tijd heeft Steffen voorgeslagen alleen het zuiverste suikersap uit de bieten te loogen, zoodat er nog ongeveer 0.9 o/o suiker in de pulp blijft. Deze wordt weer gej>erst en gedroogd en komt als „Z u c k e r s c h n i t s e l" of ,,s u i k e r p u 1 p" in den handel. Zij bevat ongeveer 92 o/0 droge stof. Proeven in Duitschland met deze suikerpulp genomen hebben goede uitkomsten gegeven. Melasse is een donkere, taaie stroop, die ongeveer 78 o/0 droge stof bevat, waarvan 55 o/0 suiker en ruim 7 o/o zouten. Phosphorzuur en kalk komen er maar in geringe hoeveelheid in voor, n.1. 0,31 o/0 kalk iin; n „i1 05 00 ^3 <1 to to jf*-J-O OOj—O* CO 00 to Ci "co Vj'co oo"co"ex M H H O* O 00 00 h- o**b*'oo'co ►—'co'o'o'bi'o Minerale bestanddeelen. Vocht. nu. v/ji/i ~/U Airih CI1 0,05" o/o phosphorzuur, zoodat men bij melasse-voedering kei uitkwam. En de loopjongen zat haar, vanuit een hiertegen maatregelen dient te nemen, b.v. toegift van hoekje, te begluren met 'n gezicht van„Ja, jij bent phosphorzure voederkalk. fiin lid hoor- Melasse kan in matige hoeveelheid en met de noo- ee J dige voorzorg aan allerlei dieren gevoederd worden, Zfi on Willem waren 't hierovor volkomen met elkaar eens geweest; met 't overschot van haar „beste japon" kon ze met goen mogelijkheid de bruiloft van had_ze allang verveeld. Hy had haar niet hooren binnenkomen. Willem zat, in de balfdonkero kamer, vóór 't raam te soezen in sombere stemming.Na te rekenen, wat er den len moest begonnen worden. Toen plotseling vloog hy op. Voelde van schrik, het vloeitje onder zich wegzinken. GekryscU, gegil, benoden, in de gang van twee-hoog. i Hy hoorde de stem van z'n vrouw er tusschen.Vloog naar beneden... Op de trap, op de stoop, in de straat begonnen de menschen saam te scholen... Jut stond tegenover juf frouw Koenders, de treiterig-indringerige, met vlam mende oogen, 't schuim op do lippen. Van alle kanten kwamen do buurtjes aantippelon. Tuk op schandaaltje. In haar paroxysme van woede, in de uitbarsting van haar lang-verkropte haat gilde Jet 't uit... Kwa men er gemeene scheldwoorden uit haar mond... Juffrouw Koe: deis had gezegd dat „zy gelukkig geen afzetster was..." En toen kwam 't.Slingerde Jet haar woorden in 't grauwe gezicht van bevende lijnen... En de juffrouw van tweehoog werd eensklaps ijzig- bedaard. Greep een ander juffie in den arm... i „Je hebt 't gehoord Jd hebt 't verstaan En jij ook, Corneiia?... Dit tot de dochter der eerste. De viouwen knikten. Zy waren direct bereid... Op stip en sprong.Die „mooie medam van drie hoog" Kee en Jan gaan bijwonen. Zij had voor hem op de j „Een schandaal voor 't huis is 't", hoorde Jet mom- tafel, uitgespreid de jurk. En toen zagen ze eerst recht- pelen. De hoim van een agent, op 't kabaal aangekomen, duidelijk 't 'vale, glimmerige, sleetscbe. Hy zou z'n gekleedejas nog wel weten op te kalefa teren. Brands, de specialiteit in het „herstellen" van heerencostuums, had verklaard dat 't wel lukken zou... Voor Brands hadden zy, van drie hoog, geen geheimen. Die was nog in de familie. Hij zou dat „zwarte pak" weer toonbaar maken. Brands was 'n goeie kerel. Die praatte niet over zulk dingen met derden. Die haalde je 't vel niet over de ooren Misschien zou-ie met een kistje van 25 sigaren tevrede zjjn klonk in de gang beneden.,. Ais Willem haar niet had opgevangen, zou ze neergestort zijn. Hy droeg haar naar hun kamertje van drie hoog. En de vrouwtjes verdrongen zich om den agent, wien, in geuren en kleuren, werd duidelijk gemaakt „wat voor kaliber" dqar, drie-hoog, woonde. juffrouwtje van drie hoog, wat moest zy lukken Maar zy beginnen!... Op afbetaling kon niet, al was 't slechts vanwege het direct een gedeelte moeten storten... Ze had de versleten jurk in een hoek gesmeten. Had tranen van spijt in de oogen. Begreep wel, dat 't eenige wat erop zat zou zynthuisblijven. En ze dacht erover, hoe Marie, d'r nicht en aarts vijandin van jaren-hér, zou jubelen, 't Geval zou besproken met al Op de strafzitting waar zy, Jet, wegens beleediglng Dat zou wel moest verschijnen, was ze niet gekomen. I 't Zondaarsbankje bleef leeg. En zou ^verstek" gaan. Juffrouw Koenders en hare geiuigen a charge waren natuurlijk op post. Zaten, op de leeren bank, tegen el kaar te knikken en te hoofdschudden over 'tyselyke gevalOver zooveel verdorvenheid en schande Als gold 'teen roofmoord, op z'n minst. De president deed zyn best om het zaakje van buren- getwist zoo gauw mogelijk af te doen. Er was, voor dien middag van klein goed, nog een heele „rol" in petto. j uitgezonderd aan drachtige dieren en jong vee. Aan paarden en melkkoeien mag per dag en per dier 1.5 K.G. melasse gevoederd worden en aan mestvee 2 K.G. per 1000 pond levend gewicht. Bij melasse-voedering moet men deze stof steeds als een mengsel met drogere stoffen, zooals bostel, ge droogde pulp, gedroogde spoeling, zemelen, kaf, haksel enz. aan de dieren geven, omdat ze anders lrcht diarrhee veroorzaakt. Van Duitsche zijde wordt beweerd, dat paarden mei melasse gevoederd nooit aan koliek lijden. Om zelf de melasse met bostel of dergelijke stoffen te vermengen kan men ze eerst met kokend, water verdunnen door ze er in een groven zak eenigen tijd in op te hangen, of wellicht nog beter eerst in een kelel heet maken, waardoor ze dun wordt en dan ge makkelijk door de droge stoffen geroerd kan worden De melasse-voeders uil den handel zijn veeltijds te duur, zoodat koopen der ruwe melasse in vaten en zelf mengen het voordeeligst is. Meer wens el 1 ik. om niet langdradig te worden, over veevoeder thans niet mee te deelen. doch over een belangrijk artikel voor de kippenhouderij, het och tendvoeder, voel ik nre gedrongen nog een en ander bekend te maken. Men kan tegenwoordig bijna geen courant ter hand nemen, of men vindt er adverientiën in van ochtend voeder voor hoenders. De verkoop dezer meng sels schijnt dus een winstgevend zaakje te zijn. Gewoon lijk worden deze artikelen niet aan de Rijkslandbouw proefstations onderzocht, doch in 1907 is zulks anders geweest. Ten behoeve van de afdeeling Zuid-Holland dei' Vereeniging tot bevordering der Pluimveehouderij in Nederland, de bekende V.P.N., zijn te Hoorn 1 monsters nauwkeurig onderzocht. Uit het verslag der uitkomsten nemen we het onderstaande over: 1. Melange ochtendvoeder bestaat uit tarwezemelen, vleeschmeel, rijstmeei en een weinig gemalen gerst, haver en phosphorzure kalk. 2. Ochtendvoeder bestaat uit tarwezemelen met wat maïsmeel. 3. Ochtendvoeder bestaat uit tarwezemelen, rijstmeei. een weinig katoenzaadmeel. vleeschmeel, ha ver. eerst en wat phosphorzure kalk. 4. Korrelvoeder No. 2 bestaat uit melkeiwit, rijstmeei en gerstemeel. 5. Hollandsch eiermeel bestaat uit tarwe zemelen. maïsmeel, vleeschmeel, een weinig gerst, hen nep, wikken en phosphorzure kalk. 6. Hoenderbeschuit bestaat uit gebroken tarwe vleeschmeel en wiat schelpen. 7. Ochtend voeder bestaat uit maïsmeel en Voor het gemak van hen, die niet terecht kunnen met de berekening van een geschikt ochtendvoeder, Laten we hier een goed recept volgen. Neem 5 deelen vleeschmeel, 10 deelen rijstmeei, 30 deelen gerstemeel en 12 deelen tarwezemelen. Hiervan geeft men 1 K.G. per dag aan 20 kippen. Tegen den middag geeft men deze dieren 1/4 K.G. tarwekorrels en kleine maïs, ge lijke deelen gemengd, en vóór het op stok gaan wederom V4 5 1 K.G. van dit mengsel. Bijvoedering van boeren kool of suikerbieten is bijzonder aan te bevelen; even eens zorge men voor kalk en „scherp". Een ander goed weekvoeder is 5 deeleh maïsmeel, 5 deelen tarwe zemelen, 6 deelen gerstemeel en 4 deelen vleeschmeél. Dit mengsel bevat 24 o/0 eiwit, 6 0/0 vet en 49 0/0 zetmeelachtige stoffen. Voor een leggende kip rekent men, dat per dag noo- dig is 12—15 gram eiwit, 46 gram vet en 50—60 gram zetmeelachtige stoffen koolhydraten. Voedert men alleen graan, dan krijgen de dieren te weinig eiwit of te veel zetmeel, daarom is het verstandiger weekvoer te bereiden met vleeschmeel, gedroogd bloed, melkeiwit, lijnmeel, tarwezemelen of dergelijke en een deel van het graan hierdoor te vervangen. Het weekvoeder wordt met heet water aangemaakt en in Lauwwarmen of kouden toestand verstrekt. Het mag niet zooveel vocht bevatten, dat het smerig is, doch het moet kruimelig zijn. Het is meestentijds zeer goed het gemakkelijk en snel verterend weekvoeder 's ochtends aan de hoen ders voor te zetten. Als het 's winters koud is achten velen het beter tegen elf uur het weekvoeder te geven en 's morgens kleine maïs of gerst te voederen. Deze worden in de voederruimte over kaf of stroohaksel uitgestrooid en flink ondergeharkt. De hoenders wor den dan gedwongen te schrapen en beweging te nemen, wat veel heter is; dan het voortdurend stil zitten, zooals men ziet van hoenders, wier ontbijt uit ochtendvoeder bestaat. Zulke kippen worden te vet en leggen daardoor slecht. Wiel is het noodig. dat de dieren dadelijk warm drinken kunnen vinden, als ze het nachthok ver laten. Te weinig drinken en te weinig beweging zijn dikwijls oorzaak, dat de hoenders 's winters te kort eieren leggen. Dat versch gemalen beenderen een uitste kend krachtvoeder voor kippen is, zal velen wel be kend zijn. Men geeft er twee of drie eetlepels vól van per week aan ieder hoen. Kuikens krijgen een half of een heel theelepeltje vol per stuk en per dag. Gemalen beenderen kan men zoowel voor kuikens als voor kippen het best door het weekvoeder werken. Later hopen we eens meer volledig over rationeele voedering van losloopende en in hokken gehouden hoenders te schrijven. D. E. LANDMAN. Werkloosheid in de metaalindustrie. Men schrijft uit Alkmaar aan Het Volk o. m. Aan de Alkmaarsche IJzer- en Metaalgieterij, direc teur Th. van Spall, hebben Zaterdagavond j.1. een 40- tal arbeiders aanzegging gekregen aat hun werk met 14 dagen is afgeloopen, terwijl het schijnt vast te staan dat er nog binnen enkele weken een 40-tal op straat zullen komen. Er is aan deze fabriek hoegenaamd geen werk, men trad den arbeidsdag reeds ingekrompen op 7 uur per dag, maar ook dit heeft niet mogen baten. Bureaucratie. Men schrijft uit Lonneker aan De Ned.: Meldden Wij voor eenigen tijd, dat sedert de komst ean den tegenwoordigen kommies-ontvanger, bij de Nederlandsche douane aan de Glanerbrug in deze ge meente de bureaucratie hoogtij viert, zeer ten nadeele van sommige inwoners, niet minder bureaucratisch wordt tegen onze naburen opgetreden, getuige het vol gende staaltje. De twee dames L. uit Gronau L Wi, die te Glaner brug een knipcursus volgen, passeerden dezer dagen het douanekantoor, elk bij zich hebbende een boter ham. waarop twee plakjes worst. Wijl voor invoer van vieesch invoerrecht verschuldigd is, meende onze dou ane ook van dezen invoer recht te moeten heffen en in allen ernst werd van de vier plakjes worst in voerrecht geëischt of terugbrenging op Duitschen bo- va™de dames verkozen boven betaling. electrische tram en den geregelden om- 0tyuiuuiCU dem. hetgeen de dames verkozen boven betaling. Nu door de electrische tram en den geregelden Gronau vele Duitschers Glanerbrug en het naburige Enschede bezoeken, daar inkoopen doen of andere uitgaven maken, aLzoo voordeel aanbrengen is de houding onzer douane zeer te betreuren en zou het zeker Deide plaatsen ten goede komen, zoo aan dergelijke kleinzielige letterknecnterij een einde kwam. Geheim Polizel. Veldwachter Meijer uit Angeren moest Zondag dienst doen te Doornenburg voor een collega, die afwezig was. In dit dorp komende, vertelde men hem, dat er al eenige dagen een poiitie-man in 't dorp was en nog wel een Duitscher, een van de Geheim-Polizei uit Duisburg, die een paar Duitschers op moest sporen. Meijer wilde wel eens kennis maken met dien Duit schen collega en hem aantreffende in een café, waar hij zich te goed deed aan broodjes met vieesch en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1908 | | pagina 10