DE INKTVISCH. 53e Jaargang. No. 443^. Zaterdag 23 Jan. 1909. BLAD. Bekendmakingen FEUILLETON. Uit ea voor de pers. Binnenlandsch Nieuws. Gemengd Nieuws. Sckutr tam o— NATIONALE MILITIE. Indeeling van lotelingen bij de Bereden Korpsen. ALGEMEENE BEPALINGEN. Voor indeeling bij een der Bereden Korpsen komen in de eerste plaats in aanmerking de lotelingen, die zich daartoe tijdig vrijwillig aanmelden en bij een daar toe voor de inlijving in te stellen geneeskundig onder zoek voor den dienst bij die korpsen geschikt zijn bevonden. Verdere vereischten zijn: voor de Bereden Artillerie eene lichaamslengte van ten minste 1.62 Meter; voor de Cavalerie eene lichaamslengte van ten minste 1.65 Meter en een lichaamsgewicht van ten hoogste 75 K.G. VOORDEELEN. In vergelijking met de miliciens bij de onbereden korpsen genieten de lotelingen der Bereden Korpsen de volgende voordeelen: lo. eene hoogere soldij van 5 cents per dag; 2o. minder herhalingsoefeningen; 3o. geen landweerdienst; en 4o. bij verlenging van het verplicht verblijf onder de wapenen met vrijwillig verblijf eene premie van vijftien gulden voor elke drie maanden en eene verhoo ging van 7 cents per dag boven het vroeger genoten soldijbedrag, zonder dat het noodig is zich daarbij als vrijwilliger te verbinden. WIJZE VAN AANMELDING. De aanmelding geschiedt per request, dat niet op gezegeld papier behoeft te zijn gesteld. Dit request kan gericht worden aan den Minister van Oorlog, en kan alsdan ongefrankeerd worden verzonden. Het kan echter ook gericht worden aan den Provinciale-Adju- dant in de Provincie, in welke de Gemeente gelegen is, waar de loteling heeft geloot. De toezending aan den Provinciale-Adjudant, die steeds woonachtig is in de hoofdplaats der Provincie, moet echter geschieden bij gefranlceerden brief. In het request moet de loteling vermelden:'* a. naam en voornamen b. beroep; c. woonplaats, met aanduiding van straat of wijk en huisnummer; d. het korps, waaraan hij bij voorkeur zou wenschen te worden toegewezen; e. de Gemeente, waar hij voor de militie is inge schreven; f. het jaar, waarin hij aan de loting voor de militie heeft deelgenmoen; en g. het hem bij de loting ten deel gevallen lotings nummer. Ook dient de loteling, indien hij bij voorkeur in Maart zou wenschen te worden ingelijfd, dit in het request mede te deelen met opgave van redenen. Re gel toch is, dat de lotelingen, die zich voor de Bereden Korpsen aanmelden en daar voor geschikt zijn bevon den, eerst in de tweede helft van September worden in gelijfd. Slechts bij uitzondering kan aan deze lotelingen worden toegestaan reeds in Maart te worden ingelijfd. Zij, aan wie dit wordt toegestaan, kunnen alleen be stemd worden tot treinsoldaat of tot paardenverzor- ger. GENEESKUNDIG ONDERZOEK. De loteling, die zich tijdig per request voor indee ling bij een der Bereden Korpsen heeft beschikbaar gesteld, ontvangt van den Provinciale-Adjudant eene oproeping om zich op den dag, het uur en de plaats, in die oproeping vermeld, aan te melden tot het onder gaan van een geneeskundig onderzoek. Dit onderzoek heeft plaats in een garnizoen in de nabijheid der woon plaats van den loteling. Bestaat er van de woonplaats naar het garnizoen reisgelegenheid per spoor, tram of stoomboot en is de afstand tusschen beide plaatsen meer dan 5 K.M. (een klein uur gaans), dan ontvangt de loteling bij den brief van oproeping tevens een vervoerbewijs tot kosteloos vervoer. Na afloop der keuring ontvangt de loteling van den Chef der Militaire Ziekeninrichting, waarin het genees kundig onderzoek plaats had, een gulden als vergoe ding en verder een vervoerbewijs voor de terugreis naar zijne woonplaats. TIJD -VAN AANMELDING. De inzending van het request moet geschieden uiter lijk in de maand Januari; het verdient echter ten zeerste aanbeveling het zoo spoedig mogelijk in te die nen. Schagen, den 16 Januari 1909. De Burgemeester, H. J. POT. —o— Door ERNST VON WILDENBRUCH. 3. Nadat in den loop van den voormiddag haar vader uit zijn slaapkamer te voorschijn was gekomen, kwam Iduna met hem aan het ontbijt samen. Een vriende lijke kus, hoewel wat verstrooid was de be groeting voor.de dochter en het „goeden morgen" was eigenlijk het eenige woord, dat tusschen hen gewisseld werd. Want onder het ontbijt verzonken beiden weer zwijgend in hun courantenlectuur, waarvan er eenige exemplaren op tafel waren neergelegd. De oude behan delde, evenals alles wat zijn filosofie niet betrof, zijn dochter nonchalant, ja met een zekere nederbuigende pedanterie. Zoodra hij den laatsten regel had gelezen stond hij zonder eenige verdere plichtplegingen op en kon Iduna zich aan haar plichten van huishouding en bedrijf wijden. De maaltijd, waarbij de heer des huizes alles wat zijn dochter hem voorzette achteloos naar binnen liet zakken, verliep niet onderhoudender dan het ontbijt. En wanneer dat was afgeloopen sloeg voor Iduna het vrije uur, zij kon zich dan geheel over geven aan haar hartstocht voor lezen. Lezen was haar eenige bezigheid voor de verdere uren en daaraan gaf zij zich met ziel en zaligheid over. Handwerkjes, daar bemoeide zij zich niet mee. Kleedjes of mooi garni tuur, of dat kleine gerij, dat een vrouw in den regel rondom zich heeft, was bij haar niet te vinden. In- plaats daarvan boeken, boeken en steeds weer boeken. En dan nog wel boeken van het zwaarste kaliber. Ge dichten, vertellingen, drama's las zij niet, alleen wa Aanvragen bouwvergunningen. Burgemeester en Wethouders der gemeente Scha gen brengen ter kennis van belanghebbenden: le. dat formulieren voor omschrijvingen van de in richting in samenstelling van gebouwen, voor zoover het woonhuizen i»elrefl, kosteloos ter secretarie ver krijgbaar zijn; 2e. dat de aanvragen om bouwvergunningen, bene vens de teekeningen en omschrijvingen, niet door de uitvoerders, doch door belanghebbenden, zelf, moeten zijn onderteekend. Schagen, den 21 Januari 1909. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester ROGGEVEEN. H. J. POT. Fraaie zeden. Onder dit opschrift schrijft Het Huisgezin: Uit het Zuid-Limburgsche komen weer droevige ver halen van fraaie verkiezingszeden. Men heeft daar in de districten Gulpen en Meers- sen Staten-verkiezingen beleefd, waarbij het geld en de drank de hoofdrol speelden. Een daalder, twee gulden, zelfs zes gulden werd voor een stem geboden, zelfs tweemaal geboden en twee maal aangenomen. En gedronken heeft men zoo stevig, dat aan de Lim- burgsche Koerier kortweg kon worden bericht: „Heel het dorp was 's avonds dronken. Het zijn en blijven me fraaie toestanden daarginds in Neerlands Zuiden. Er is een drankwet die wenscht, dat op dagen waar op misbruik van drank te vreezen is, de dranklocali- teiten zullen worden gesloten. Alles blijft open, omdat de gemeentelijke autoritei ten zelf aan de drankbedeeling en omkooping met drank niet vreemd zijn. Er is een wet, die het omkoopen van kiezers met geld strafbaar stelt, en den gekozene, die door om- kooperij gekozen wordt, den toegang tot het vertegen woordigend lichaam weigert. Waarom past men die wet niet met alle gestreng heid toe? Waarom vervolgt men dergelijke schandalen niet te vuur en te zwaard? En waarom neemt men het werk om de menschen beter en verstandiger te maken niet met wat meer ijver ter hand? Niet het socialisme is de groote plaag van Zuid-Lim burg, maar drank, veilheid en beginselloosheid. o— De Katholieken en de verkiezingen. „Het Centrum" schrijft: Wil de Rechterzijde bij de a.s. verkiezingen de meer derheid in de Tweede Kamer herwinnen, dan zal niet slechts met grooten ijver maar ook met veel beleid moeten worden opgetreden. Dan zal niet enkel moeten Worden gelet op de be langen van een bepaald district, maar de toestand over het gansche land goed in het oog zijtn te houden. De adviezen van den Algemeenen Bond van R. K. Kiesvereenigingen zullen daarbij ongetwijfeld van hooge waarde zijn. En vooral dient men steeds uit te gaan van deze gedachte: dat het niet zoozeer te doen is om de ver sterking van een der Christelijke partijen afzonderlijk, dan wel om de zegepraal der Rechterzijde als geheel. De Katholieken hebben altijd te veel blijk van juist inzicht op dit punt gegeven, dan dat men niet op nieuw de beste uitkomsten van hun beleid zou mogen verwachten. In verschillende districten beschikken zij over een groot stemmental; maar aan de noodige zelfbeheer- sching lieten zij het, waar dit gewenscht bleek, nim mer ontbreken. Had hun eigen man weinig óf geen kans, dan trok ken zij met evenveel ijver ter stembus voor een ande ren candidaat der Rechterzijde, een anti-revolutionnair of christelijk-historisehe. Meer dan één Kamerzetel, die anders Linksch zou gebleven zijn, is op die wijze voor de Rechtsche coalitie gewonnen. En na de ervaring, herhaaldelijk bij vorige verkie zingen opgedaan, rijst de vraag: zouden enkele andere zetels, zoo ook een belangrijk district als Enschedé niet op die wijze te winnen zijn? Het is slechts een vraag, maar eene, die ernstige overwegingen verdient. Vier, vijf keeren is getracht, dit arbeiders- en in dustrie-district met een katholieken candidaat te ver overen. Het mocht niet baten, al stelde men ook mannen als mr. Aalberse en Engels en al behaalden deze can- didaten stemmen-cijfers, als vóór hen niet waren be reikt Steeds was het einde een teleurstelling, waartoe on getwijfeld het anti-papisme, dat bij een aantal niet- Katholieken nog steeds voortleeft en ijverig geëxploi teerd wordt aan de stembus, het zijne bijdroeg. Met anti-papisme zullen wij ook bij de aanstaande stembus rekening hebben te houden, en daar, waar bijna de zekerheid beslaat, dat het ons gevaarlijke par ten speelt, zullen wij wijs handelen, dat wapen aan de tegenpartij uit handen te slaan. Dit geldt ook voor Enschedé, en zeker zou het een bizondere voldoening zijn voor gansch het Christelijk over het mooiste daarvan werd geschreven, berichten uit de litteraire wereld, dik-lijvige overzichten enz. enz. Het was alles stof die haar geest ontwikkelde. En het was bij Iduna ook geen zucht tot tijdverdrijf die haar dit alles deed lezen, maar werkelijk en alleen om zich op te voeden en haar geest en kennis te ver rijken. En juist daarom beviel haar hetgeen Peter Aich- schnitzer schreef zoo uitmuntend. Zij voelde dat deze met kennis van zaken schreef en dat vervulde haar met groot respect. De bevalligheid van zijn stijl maak te bovendien haar deze lectuur tot een groot genot, en de snijdende scherpte van zijn critiek bracht haar vaak in verrukking. Wanneer zij 's morgens in een courant een beoordeeling van hem ontdekte, bewaarde zij dat als een lekkeren beet tot 's avonds, om in volle rust en afzondering te kunnen lezen en genieten. Een onbe schrijflijk gevoel van, weldadigheid vervulde haar dan, als zij zich neerzette om zijn woorden te lezen. Was er een spiegel in haar kamer geweest wat niet het geval was en had zij daarin gekeken wat misschien nog minder het geval was geweest, dan zou deze haar hebben getoond, hoe haar bleek gelaat door een paar roode vlekken was geteekend en haar oogen van blijde verrukking spraken. Want 't mag wonderlijk klinken, maar evenals andere jonge meisjes minneliederen lezen, zoo las Iduna Schneide- band de epistels van Peter Aichschnitzer. Grinnekend genoot zij van zijn boosaardige critieken, met een kou de rilling van verrukking genoot zij zijn uiteenzettingen en wanneer zij het blad of een boek waarin zij over hem had gelezen uit de hand legde, had zij het over tuigde gevoel dat er op de gansche wereld niemand kon zijn, die hem beter en voller begreep dan zij. Een man van vleesch en bloed, met vleesch en bloed lief te hebben, die gedachte had nog geen enkele maal haar ziel geroerd, ofschoon er in haar buurtschap wel een dergelijke jonge man voorhanden was. Op den geest van dezen man, dien zij nooit had gezien, en misschi»n ook nooit zou zien, had zij zich verliefd. Nederland, indien dit groote en belangrijke district met zijn duizenden christelijke kiezers voor de Rechterzijde kon worden veroverd. NEDERLAND EN VENEZUELA. Men meldt uit Den Haag: Naar aanleiding van het telegram uit Washington aai het Journal des Debats (zie vorig no.) volgens het welk tusschen president Castro en vice-president Go- mez afgesproken werk zou bestaan en Castro naar Venezuela zou terugkeeren als dr. Paul zijn zending zou hebben volbracht, verklaarde dr. Paul om inlich tingen hieromtrent gevraagd, met de meeste beslist heid dit bericht te kunnen tegenspreken Aan deze tegenspraak werd door hem toegevoegd, dat het, om de absurditeit van het bericht aan te too- nen, voldoende is zich rekenschap te geven van de feiten, welke hebben plaats gehad, nadat generaal Go- mez de regeering van Venezuela heeft aanvaard en een nieuw kabinet heeft benoemd. De eerste daad dezer nieuwe regeering was, het in vrijheid stellen van alle politieke gevangenen, welke Castro als revo- iutionnairgezinde vijanden in gevangenschap hield, som migen reeds sinds lange jaren. Tegelijkertijd werd een algemeene amnestie afgekondigd, voor alle uitge wekenen, onder welke zich politieke leiders bevinden, die reeds naar Caracas zijn teruggekeerd, en die heb ben bijgedragen tot het scheppen van een politieken toestand, welke onvereenigbaar is met den terugkeer van den heer Castro. Trouwens, de broeder van Castro, generaal Celestino Castro, die onder Castro's bewind, opperbevelhebber was van een militair district van Venezuela, hetwelk een der belangrijkste steunpunten vormde voor Castro's regeering en die een rijk voor zien arsenaal van wapenen en krijgsvoorraad ter zijner beschikking had, zoodat hij gedurende de afwezigheid van Castro beschouwd kon worden als waarborg voor de handhaving van diens macht, heeft zich niet verzet tegen den ommekeer in den politieken toestand, maar heeft zijn wapenvoorraad aan generaal Gomez uitge leverd, waarna hij de wijk heeft genomen naar Co- lumbia. Een ongeluk. Men seint uit Schiedam: Donderdagavond te II uur is van Schiedam een brik weggereden in de richting Vlaardingen over den Vlaardingschen dijk. Volgens de verklaring van een caféhouder te Vijfsluizen zou de bestuurder van de brik aan zijn inrichting stilgehou den en daar gevrangd hebben of iemand bereid was mede te rijden. Een persoon zou zich hiertoe hebben gemeld. Vannacht nu om ongeveer twee uur vonden eenige landbouwers de brik in een sloot liggen en het lijk van den bestuurder. Nader wordt gemeld: De wagenbestuurder is de 29-jarige Bruigom uit de Keizersstraat te Scheveningen. Hij was dien middag met een vrachtje van Scheveningen over Schiedam naar Vlaardingen gereden. Op zijn terugweg is hij voor de Vijfsluizen, vermoedelijk door den dikken mist misleid, in het Spui gereden. Vannacht om 2 uur werd zijn lijk door twee fietsers gevonden. Aanvankelijk dacht' men dat de landbouwersknecht Naastepad uit "Vlaardingerambacht met Bruigom was medegereden en eveneens verdronken was. Men heeft daarom Vrijdag ochtend het Spui afgedregd en vervolgens leeg laten loopen. Later bleek echter dat Naastepad aan een wis sen dood ontkomen is, door voor de Vijfsluizen af te stappen. Het paard dat nog levend werd aangetroffen, is met de brik bij een landbouwer ondergebracht. Brui gom laat een weduwe met 4 kinderen achter. Paardenfokkerij. Door een 40-tal paardenfokkers en belangstellenden werd te Arnhem, gevolg gevende aan een oproep van den heer Reimers te wageningen, vergaderd, ten einde protest aan te teekenen tegen den inhoud van een adres van den heer J. E. Scholten te Groningen en enkele andere heeren gericht aan den Minister van Land bouw, ten doel hebbende de vrij'heid van fokrichting aan banden te leggen. Na uitvoerige besprekingen werd met bijna algemeene stemmen besloten aan de regeering een adres te rich ten om voor alles niet in te gaan op de dwingende be palingen neergelegd in bovenvermeld adres. Een uitvoerige memorie van toelichting zal het de partement van landbouw nader worden toegezonden. Met het ontwerpen hiervan werd een commissie belast, bestaande uit de heeren J. Zylker te Zuidbroek, De Bruyn te Bemmel, Van Heek te Enschedé, Hanke te Wilhelminapolder en H. Bultman te Haarlemmermeer. Dezelfde commissie zal zich tevens onledig houden met te onderzoeken of de oprichting van een Neder- landschen Bond van Paardenfokkers al dan niet ge wenscht is. De Kamerverkiezingen. Het bericht, |dat bijl de a.s. verkiezingen geen sa menwerking is te verwachten tusschen de Liberale Unie en den Vrijzinnig-Democratischen Bond, is niet geheel juist. Is het wellicht mogelijk dat geen samenwerking zal Worden gezocht tusschen de hoofdbesturen en deze twee vrijzinnige groepen, dan wil dit daarom nog niet zeggen, dat aan de vrijz.-dem. kiesvereenigingen wan neer dit noodig mocht blijken geen vrijheid zal worden gelaten aftredende Liberale Unie-leden ook reeds bij eerste stemming te steunen. Treurige toestanden Het N. v. d. Dag schrijft: Wij vermeldden onlangs het treurige geval van den Nadat zij in deze zwijgende vereering waarover zij aan niemand ook niet aan haar vader een woord zeide, had geleefd, geschiedde er iets, dat sedert lang reeds was te verwachten geweest, maar dat trots al haar ernst nog nooit tot haar was doorgedrongen: haar oude vader Schneideband was op een zekeren dag zijn vrouw achternagegaan en niet meer onder de levenden. Nog denzelfden avond had hij in alle zielsrust aan zijn schrijftafel gezeten en een nieuw volgeschreven blad op de andere bladen neergelegd; in den nacht moest de dood bij hem hebben aangeklopt. Bij den een gebeurt dat hard, bij den ander zacht en bij hem was de bezoeker zeer zacht binnengekomen; men had geen kreet of kik vernomen. Toen het dag geworden was en hij steeds nog maar niet verscheen was men zijn kamer binnengedrongen stil en nadenkend, even als in zijn leven, wanneer hij zijn gedachten op het pa pier wilde brengen, had de oude filosoof in zijn bed gelegen en was dood. Wanneer haar vader in zijn huis rondging hadden zijn schreden nooit heel luid weerklonken en nu zij geheel niet meer werden vernomen luisterde Iduna er naar. En daar zij niets meer vernam, was het haar te moede alsof er een groot geruisch uit deze wereld was gegaan. De stilte in huis werd waarneembaar; en de waarneembare stilte wordt drukkend. Nu was zij werkelijk geheel alleen. Andere naturen zouden zulk een eenzaamheid niet hebben kunnen ver dragen, Iduna verdroeg het langer dan eenig ander, maanden achtereen. Haar zeer gelijkmatige natuur had een merkwaardige taaiheid om zich naar allerlei omstan- digheden te schikken. En daarbij hielpen haar haar boeken, waar zij nog meer haar toevlucht toe nam dan ooit te voren. 5 Maar elk mensch heeft toch een zekere behoefte om een menschelijk wezen bij zich en rondom zich te hebben. En daarbij begreep zij, dat zij nu geheel en al meesteres was over al haar doen en laten, en dat zij als eenige erfgename van haar vader bijna rijk was en daardoor in staat aan al haar liefhebberijen te ouden muzikant, die in zijn armelijke woning in een gang van de Lauriergracht te Amsterdam is doodge vroren. Zijn vrouw, die in een verregaanden toestand van verwaarloozing verkeerde, wordt op het oogenbiik nog in het Gasthuis verpleegd. Gisteren is het krot waarin het echtpaar huisde, ontruimd. De werklieden van de Stadsreiniging, die dat werkje hebben opgeknapt, verklaarden nog zelden een men- schelijke woning in zulk een staat van vervuiling te hebben aangetroffen. En het opmerkelijkste is, dat onder den ontoonbaren rommel nog heel wat dingen van waarde voor den dag zijn gekomen. Men zou er een kleinen manufactuurwinkel van kunnen opzetten. Gevonden zijn o. a. een zevental vrouwen-blouses, acht baaien rokken, zeven paar kousen, een wollen deken, een groot aantal dassen, mansbroeken, een winterjas] alles nieuw, alsof 't zoo uit den winkel kwam, een nieuwe, nog ingepakte wekker, wel vijf-en-twintig paar schoenen, zes coupons goed, een aantal schuiers en borstelt, gouden bellen, een gouden ring, drie H.L. cokes, een aantal turven en nog tal van andere zaken, alles te zamen een waarde vertegenwoordigende, waar van niemand het bezit aan deze menschen zou hebben toegeschreven De voorwerpen van waarde zijn uit den rommel bij eengebracht en naar de Toevlucht voor Onbehuisden gebracht, om daar bewaard te worden totdat de oude vrouw hersteld zal zijn, waarop echter, volgens de geneesheeren, weinig kans is. Voor de slachtoffers in Italië. H. M. de Koningin heeft 1500 francs (lires) doen toekomen aan het comité voor do weldadigheidssoirée ten bate der slachtoffers van de aardbeving] In Italië. Ook op andere gemeenten van toepassing. De Hagenaar .van de „Prov. Grom Ct." vertelt Op rijn ongeveer dagelijksche wandeling door de binnenstad, ontmoette baron Sweerts een Raadslid, in gezelschap met een heer, die hem als vermoedelijk candidaat voor de vroedschap werd voorgesteld. Hof felijk als altoos, informeerde de burgemeester naar de goede voornemens van den aspirant, die, door enkele bescheiden vragen in 't nauw gebracht, stamelend ant woordde, dat het bij: hem „volstrekt nog niet vaststond of hij rich weL beschikbaar zou stellen. Ook omdat hij geen „Spr." was; bij een openbaar debat bleven hem om zoo te zeggen vaak de woorden in de keel steken." Ach, zuchtte onze burgervader, „was dat ook maar 't geval met eenigen van onze tegenwoordige Raadsleden"en de heeren groetend, vervolgde hiji zijn weg. Leelijke kwajongensstreek. Een hevigp schrik werd Donderdagmiddag teweeg fïbracht onder het personeel en de reizigers van een taatsspoortram die te 1 u. 20 uit Den Haag vertrok. Ter hoogte van de halte aan den Wassenaarschenweg werd eensklaps een hevige knal gehoord, veroorzaakt door het ontploffen van een projectiel dat, naar later bleek, een viertal baldadige jongelieden uit den defti- gen stand van Den Haag, op de rails hadden gelegd- De machinist gaf van het gebeurde kennis aan twee wielrijders der politie, die eenige oogenblikken later passeerden en wien het gelulde twee der baldadigen te vatten en naar het politie-posthuis aan het Gevers1 Deynootplein over te brengen, waar de zaak nader werd onderzocht. Aanbesteding. Door het provinciaal bestuur van Noord-Holland werd Donderdag aanbesteed het uitvoeren van bagger- werken tot diephouding van de havens op het eiland Terschelling en nabij] de Haukes op het eiland Wie- ringen en van de kom voor de aanlegplaats nabij den Oever op het eiland Wieringen. Raming f 3800. Minste inschrijver P. Geervliet te Helder voor f 3027. Doodelijk ongeluk. Op de „Oranje-Nassau mijn II" te Schaesberg viel de pompenman S. Knops van Heerlen den mijnput in. Toen men den ongelukkige vond, was hij reeds overleden. Hij is waarschijnlijk oogenblikkelijk dood geweest. De man was gehuwd. („L. K.") Boycott Niemand die het woord niet kent, of niet weet wat met „boycotten" bedoeld wordt. Maar velen zullen den oorsprong van het woord niet kennen. De zaak zelf is veel ouder dan het woord, want reeds in de mid deleeuwen h'adden de alom bekende gilden hun dis ciplinaire middelen om „onderkruipers" te straffen, het zij door de handwerkslui, die zich niet aan wetten, rechten of privilegies der gilden wilden onderwerpen, eerloos te verklaren, hetzij' hen te ze'tten op het „zwarte bord", waardoor al hun rechten als meester of gezel vervielen en zij dus in den rechten zin van het woord „geboycot" werden. Eerst na 1880 is het woord boycott ontstaan: het was de bekende Iersche volksleider Parnell, die in een vergadering den raad gaf, alle personen, die boer derijen huurden of betrokken, waar de vorige pachter van verdreven was, met den vinger na te \vijzen op straat, hem te mijden in de werkplaats en op die wijze hem afschuw te doen gevoelen voor zijn mis daad. Die raad werd opgevolgd en de eerste, waarop het middel werd toegepast, was een kapitein, Boycott, die als rentmeester van een Engelschen Lord, ónder "de pachters een plechten naam had. Hij werd zoodanig getroffen door de „uitsluiting", dat hij: geheel geruï- voldoen. Alzoo rijpte in haar het besluit, haar landgoed te verlaten en naar Berlijn te trekken. Berlijn, voor ieder plattelander het brandpunt en de magneet, was dat voor haar natuurlijk dubbel; daar waren theaters en concerten, groote bibliotheken, hoogescholen en leer zalen; daar waren geleerde mannen, die aan de hooge scholen en leeszalen voordrachten en leesbeurten hiel den, alles was daar waaruit men kennis, kennis, ken nis kon putten. En daar was nog iets, daar was Peter Aichschnitzer, de groote schrijver en criticus. Ja, het was zoo, de gedachte, dat zij nu met den uit de verte vereerden man, op een en dezelfde plaats zou wonen, dat haar het geluk misschien eenmaal gunstig zou zijn, en zij persoonlijk eens met hem ken nis zou kunnen maken, dat was ook een reden en lang niet de minste, die haar naar Berlijn dreef. En telken male als deze gedachte in haar hoofd op steeg, kleurde haar bleek gelaat zich met een zacht rood, dat in den regel op een vrouwengelaat het aan breken van een grooten levensdag aankondigt. Na verloop van eenige maanden werd haar voor nemen tot een daad. Zij gaf het toezicht over het land goed aan een inspecteur over. Zij had met dien man reeds gedurende het leven van haar vader samenge werkt en kon zich geheel op hem verlaten. Dan pakte zij kisten en koffers, zonder meer in tc pakken dan noog noodig was, daar zij het verblijf in Berlijn slechts als voorloopig beschouwde. Zij sloot haar groot en stil huis en vertrok. Zooals men doet op een plaats waar men zich niet vast denkt te vestigen, zoo betrok zij in Berlijn ook geen eigen woning, maar huurde een paar kamers in een pension in het westen van de stad. Op deze wijze van alle huishoudelijke lasten en zorgen ontheven, kon zij naar hartelust zich wijden aan haar taak, die zij zich had opgelegd, zich te ontwikkelen. Het toeval diende haar, zij was gelukkig in een pen sion terecht gekomen, waarvan de eigenares met een zelfden drang vervuld was als zij. Zoodra de vrouwen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1909 | | pagina 9