km te M
Zondaq 20 Juni a.s. soesman z*aaf
Prof. 't Is me-Edso gerookte Paling
3
Attentie s.v.p.!
Schager Kermis. I PALING
Tandarts ANSINGH,
voorDANSEN Hopende wederom als vorige jaren,
een Séance
K. Leijen,
CQ
■8
0)
g
3
cd
CQ
3
O
*0
g
2
15
15
E
Soldaten=eer.
Standplaats Markt.
rDe Doopplechtigheid van
Prinses Juliana. 4
Groote Gala Soirée
Groot Matinée
ftprtlilllieil lil
G. PLEVIER.
A. Leijen van Winkel,
Galanterieën. Schitterende
MOOIldOy 21 Juni 1909; sproken worden.
e Kinder- en
Kon. Kunstinrichting van levende
sprekende- en gekleurde Schilderijen.
O
03
c
3
a
CD
3
Zaterdag 19 Juni 1909.
5de Jaargang. No. 4524.
VIERDE BLAD.
37e aar
AD VERTENTÏEN. f ij «i e H o 11 a n d s c h e
u;1j en overheerlijke Metworst
Uitstekende gelegenheid
Hoofdgracht 28,HELDER.
tdres: de Wed. Heddes. Eaagziide, SCHAGEN.
Gevraagd
•'♦ft vS>'
111 hel lokaal „Den Burg.
e ■- a.
Z w
lU'S
x Sl
3 a
0)
c
5
Z t
"5 3
3 w
E <0 öi
Landbouw-Sociëteit
- van - „Cérès" van R. C. Kaan.
- - groote voorraad - €n met Zaterdag 26 Juni
- - frachtige keuze - -
Kinderspeelgoed
enz., enz.
A. LEIJEN.
1- Bil it
directie
il li llll I ld IIII lill II Tl Ondergeteekende bericht zijn geachte
UU1U UU J-IU11UMUU M befunstiger8) dat hij met de Kermis
van A. J. Visser, zal ruinl is ™n
Kunstbiljarten.
A. J. VISSER,
Landbouwstraat,
Cff
L
0
cd
JQ
03
JE
*0
O
Cf*
03
e
e
i
l
'i
1
FEUILLETON.
Opvoering der laatste nieuwigheden
op Bioscopisch gebied.
Speciaal eigen prachtopname in 3 af deelingen.
Zondag 20 Juni en Maandag 21 Juni
Afwisselende Voorstellingen.
prijzen der plaatsen
le rang 60 ct. 2e rang 40 ct. 3e rang 25 ct.
Dinsdag, Woensdag, Vrijdag en Zaterdag,
8—10l|2 uur:
met wereldstads-programma.
prijzen der plaatsen
le rang f 1.—, 2e rang 60 ct., 3de rang 40 ct.
Woensdag- en Zaterdagmiddag van 24 uur:
met extra gearrangeerd programma
tegen verminderde prijzen en uitreiking van
fraaie Cadeaux aan de Kinderen.
i
i
c*
te
0?
3
N
O
De Regisseur,
N. EROEKEMA,
De Directie,
HOMMERSON ET F1LS.
o-
s
CA
O
•d
O
O
te
I)e ondergeteekende bericht, dat hij
voor het
is gearriveerd met le SOORT
lederen DONDERDAGMORGEN te conoulte ron van 8'/i 111/2 uur.
Loon f 3.'b weeks.
Hotel NEUF, Alkmaar.
Ine.
met een druk bezoek vereerd te worden
tCHi ed°or de Burgers van Schagen en Om-
(op een nieuw Biljart),
V ij Entré Dans vrij
FLINK ORKEST.
streken, en belovende eene prompte en
nette bediening,
Hoogachtend, Uw dn.,
II
Standplaats tegenover Mej. de Wed.
J. ROGGEVEEN, Sigarenhandel, hoek
Laan, Schagen.
O
q "SS
M
is weder op de Kermis gearriveerd. j Vanaf Maandag 21 tot
Beleefd aanbevelend,
Standplaats Hoogzijde, tegenover den D. Nieuwenhuijzen
itfiMOon
uit Rotterdam.
Optreden van de Heeren
51 en verder le ïanvs SPECIALITEITEN.
en verder le langs SPECIALITEITEN.
Zie verder groote en kleine Biljetten.
Aanvang 8 uur.
ENTREE le Rang 50 CENT.
2e Rang 25 CENT.
Plaatsen kunnen van 13 uur be-
's avonds acht uur, in het
DONDERDAG 24 JUNI van 1 tot 3 uur,
I r» tï
geven in het
Aanbevelend,
nabij 't Station.
Standplaats tegenover het Noord-
Hollandsch Koffiehuis van den Heer
J. VADER Az.
Aanbevelend,
van Winkel.
c
G
u
ta
u
lm
V
O
u
0)
u
Q)
cc
30.
Dr. Kalsbach snelde op zijn zoon toe en omhelsde
hem hartelijk. Hermann, wiens krachten hem nu be
gaven. zakte bewusteloos ineen.
De barones snelde naar Marie Soltau. En het
was niet alleen uit nieuwsgierigheid, om dit meisje
te leeren kennen, maar uit louter menschlievendheid.
Zij deed al haar best om het uitgeputte kind bij te
staan. Bereidwillig bood zij haar rijtuig aan, maar
Dr. Kalsbach had het reeds zoo beschikt, dat de
beide meisjes met hem reden.
De vreugde over de redding der beide meisjes
drong het leed over den dood van den jongen man,
die het uitstapje zoo duur had moeten bekoopen, op
den achtergrond. Waarheen de ex-luitenant zich ook
wendde, overal hoorde hij een uitbundigen lof over
wat Hermann Kalsbach had gedaan. Hij ergerde zich
daarover in hooge mate.
„Kalinka, wij rijden naar huis," zeide hij tot den
schilder. „Het is dwaas. Een generaal die een slag-
heeft gewonnen, kon niet meer bewonderd worden,
dan deze man die een paar menschen uit het water
haalt."
..Het is misschien gemakkelijker een slag te win
nen," Was het antwoord. „Maar gij hadt dezelfde be
wondering kunnen inoogsten, bovendien de dankbaar
heid der geredden. Waarom hebt ge deze gelegenheid
ongebruikt laten voorbijgaan? Gij hebt uw tegenstan
der zelf een schitterende overwinning doen behalen!"
„Rijdt ge mede naar huis?" vroeg de luitenant
hem ongeduldig.
„Nog niet."
„Dan rijd ik alleen."
Zooals ge wilt ik blijf nog."
Zonder groet keerde de luitenant hem den rug
toe. Hij was woedend op den schilder, op de baro
nes, op Hermann, op allen, daar die beroerde refe
rendaris als de held van den dag werd geprezen. Elk
woord van den schilder trof hem als een speldeprik.
Hij had de bewondering van al die menschen kun
nen verwerven, wanneer hij den lust had gehad zijn
'even te wagen. Was de referendaris dan nog maar
kermis Scliagen.
RSON ET
Dramatische- en Comische Prachtopnamen, Coloratiën, Attractioneele Opnamen,
Féerieën, Actualiteiten, Illussionen, enz. enz.
Plaatsbespreking van 's morgens 11 1 uur a 10 ct. extra aan het bureau.
De voorstellingen worden opgeluisterd door uitstekende PIANO-MUZIEK.
De verschillende tafereelen worden verklaard door den gunstig bekenden
explicateur j. ROOSEBOOM.
«3
rs
W
<n>.
«6.
"1
SS
Cc
Ci
Ci
Cb
cc
verdronken, dan had men hem toch gelijk moeten
gever.dat het onmogelijk was geweest de beide
meisjes te redden.
Hij keerde alleen naar de stad terug.
Toen Kalinka den ex-luitenant had zien wegrijden,
begaf hij zich naar de barones.
„Waar is uw vriend?" vroeg deze.
„Naar huis gereden; de bewondering welke zijn
tegenstander ten deel valt, ergert hem al te sterk."
„Zou hij zoo kleinzielig zijn?" vroeg de barones.
„Hij heeft het mijzelf bekend, dus mag ik het
ook wel zeggen. De jonge Kalsbach heeft hem op
de meest schitterende wijze getoond, dat het hem
niet aan moed ontbreekt. Ik heb daar dan ook nooit
aan getwijfeld, want een lafaard komt niet op zulk
een besliste wijze voor zijn overtuiging uit."
De barones zweeg, want zij was van dezelfde mee
ning.
„Hoe zult gij nu naar de stad komen?" vroeg zij.
„Wel op mijn beenen," antwoordde Kalinka lachend
„Wil! ge niet met mij rijden?"
„Met het grootste genoegen," luiddeyhet antwoord,
terwijl hij een beleefde buiging maakte. Hij had be
reikt wat hij wilde.
„Wij zullen nog wat wachten, want de lucht is
afgekoeld en het zal een verrukkelijke avond wor
den," ging Charlotte voort, terwijl zij met Kalinka
het boschpad insloeg. „De geredde is een zeer lief
meisje, maar Schoenrock schijnt geen belang meer
in haar te stellen."
„Wij ontmoetten haar straks op onzen tocht hier
heen, maar toen vond hij haar schooner dan ooit
en sprak met veel ingenomenheid over haar."
.Schoon is zij niet," zeide de barones. „Ik dacht
dat Schoenrock beter smaak had."
„Hij heeft tenminste gelegenheid genoeg gehad,
om zijn smaak naar een ander voorbeeld te vor
men."
„Kom, kom," viel de barones hem in de rede, ter
wijl zij 'schielijk vooruit liep. „Gij begint te vleien
en dat ben ik niet van u gewoon."
„Wanneer de waarheid zeggen, vleierij is, heb ik
altijd gevleid."
Wanneer Schoenrock het meisje bemint, waarom
hoeft hij dan niet getracht haar te redden?" ging
de barones voort. s
Kalinka haalde langzaam de schouders op zonder
te antwoorden.
„Gij wilt mijn vraag ontwijken.
„Neen. Dat redden was niet zonder gevaar en er
behoorde een groote mate van onverschrokkenheid
toe om de poging te wagen."
„En gelooft u niet, dat uw vriend die bezit?"
„Neen."
,Kom, laat ons terugkeeren."
Kalinka volgde de barones zonder te weten, hoe
zij zijn woorden had opgenomen.
HOOFDSTUK XIX.
Hermann had door zijn flinke daad de verdenking,
die op hem rustte, dat het hem aan moed had ont
broken om te duelleeren, schitterend gelogenstraft en
geheel uit den weg geruimd. Zelfs zijn tegenstan
ders erkenden, dat tot de redding der beide meisjes
zeer veel moed noodig was. Alleen Schoenrock tracht
te de daad van Hermann te verkleinen door te be
weren. dat er volgens zijn overtuiging weinig moed
toe noodig was geweest. Maar ook hij zweeg toen
Von Hüiow hem scherp antwoordde, dat het hem
zeer had verbaasd dat hijzelf dan niet de poging
had gewaagd, om de beide meisjes te redden. Hij
toch stond bekend als een uitmuntend zwemmer en
bovendien had Kalinka hem er nog toe aangemoedigd.
Schoeurock's toorn richtte zich nu alleen op den
schilder, want alleen deze kou dit verteld hebben;
bovendien beschuldigde hij dezen, dat hij hem in de
oogen der barones had vernederd
v^oor de eerste maal kwam in hem het vermoeden
op, dat Kalinka naar de liefde der schoone vrouw
dong Hij vond dat wel is waar bespottelijk, zoo be
spottelijk, dat hij bij de gedachte daaraan in luid
gelach uitbarstte! Kalinka, een schilder, een burger-
mensch, een man zonder vermogen, zou den moed
bezitten, zijn oog te laten vallen op de barones!
Hij herinnerde zich, ergens gelezen te hebben, dat
een prinses verliefd werd op een student en dien
ook later trouwde; hij wist wel niet of het waar
was, hij hield het voor onmogelijk, en toch maakte
deze herinnering een diepen indruk op hem.
Hij besloot, dö barones uit te hoorei), en maakte
een visite, doch werd afgewezen; hij herhaalde zijn
bezoek en werd voor de tweede maal afgewezen.
Kalinka op te zoeken, daartoe kon hij niet beslui
ten. want hij was vast overtuigd, dat hij hem haat
te en hij wist, dat de schilder zijn hart toch niet
zou verraden.
Reeds had hij het plan opgevat, weer af te dalen
tot de dochter van den handelsraad Eger en zich
met haar te verloven, om de barones te ergeren,
daar ontving hij van Charlotte von Ortho een vrien
delijk briefje, waarbij zij hem uitnoodigde tot een
zomerfeest in haar tuin. Dat briefje hij las het
wel tweemaal over was zoo vriendelijk gesteld,
dat hij er een half verscholen liefdesverklaring ach
ter zocht
Nu dacht hij niet meer aan Toni Eger, hij vond
het bespottelijk, dat hij aan haar gedacht had, want
alleen Charlotte von Ortho kon zijn echtgenoote wor
den.
„Ah, zal ik u hedenavond nog bij de barones zien?"
vroeg hij op verwaanden toon, terwijl hij zonder
den schilder aan te zien, zijn snorren draaide. „Zij
heeft mij buitengewoon beminnelijk, ik kan
wel zeggen, bijna teeder geschreven, zij wil zich ze
ker dankbaar betoonen voor de kleine opmerkzaam
heid in het woud! Gij herinnert u nog, hoe gij be-
weerdet, dat er geen bron was! Prachtige grap."
,Jk weet nog niet, of ik komen zal," gaf Kalinka
teil antwoord, want het ergerde hem, dat de barones
den luitenant, over wien zij op geringschattenden
toon zich had uitgelat en, ook had uitgenoodigd.
„Ha! ha! Hebt gij geen uitnoodiging ontvangen»"
vroeg Schoenrock. „Dat zou mij leed doen. Ik ben
ervan overtuigd dat het prachtig zal zijn!"
„Ik heb eene uitnoodiging ontvangen."
,En wilt desniettegenstaande niet komen?" ging
Schoenrock voort. „Waarom niet?"
„Ik houd niet van zulke feesten."
„Dat vind ik onbegrijpelijk! Bespottelijk! Het zal
een zeer fijn gezelschap worden, met weinige uitzon
deringen allen van adel!"
„Dal zou mij misschien kunnen bewegen er toch
naar toe te gaan," merkte Kalinka spottend op.
Schoenrock begreep zoo iets niet.
„Ik zou u dat zelfs aanraden, het kan u zeer veel
van nut zijn!" zeide de luitenant op hoogmoedigen
toon
„Verscheidenen zullen zich misschien laten uitschil
deren, wanneer zij u leeren kennen."
Over het gelaat van den schilder vloog een lichte
bios, hij richtte het hoofd rechtop en scheen wel
eenige centimeters grooter te worden.
„Mijnheer de luitenant von Schoenrock, ik schilder
niet een ieder, die het verlangt of het betalen kan,"
gaf hij ten antwoord. „Ik ben gewoon, zelf den per
soon te kiezen, want ik acht mijn kunst te hoog om
ze aan een onbeteekenenden kop te verspillen, zelfs