BerijaÉ Brieven m kp,
Mefsi i k HeclitzeBl.
Van dit en van dat.
net geval is. De eene wagen was verpletterd, met al druisch zijn portefeuille, dat hij de bespiegeling maar
wat er in was en de passagiers van den anderen niet voortzette
waren ongedeerd tusschen de wielen te voorschijn De oude president was Van Valen gaan opzoeken
gekropen, heel verbaasd dat zij nog leefden niet al- in het Huis van Bewaring.
leen, maar zelfs al hunne armen en beenen en rib- Had vaderlijk, gemoedelijk, zacht met hem ge-
ben nog bij elkaar hadden. Dat was dan voor het sproken.
oogenblik wel een ijselijke sensatie geweest; maar ,Kijk me nou 's aan. Van Valen" had nij g z g
na een paar weken of maanden zouden zij waarschijn- toen de schichtige onrustige oogen al-maar u zj
lijk over het geval niet meer denken, hun koffie drin- schuwden, „juist zóo... Geloof-je nu niet mai a
ken en kwaad van hunne medemenschen spreken zoo- ik 't goed, oprecht met je meen, or aei -j tig
als vroeger. dat ik hier kom. enkel en alleen om er je te laten
Voor menigeen echter moest 't het eind van het in-vliegen?... Om je zwaarder straf te kunnen ge-
lied zijn geweest. Weer zag Tomson de voorbijvliegen- ven...? Dan vergis-je je toch."
de rij verlichte coupé's met al die hoofden er in. De Toen had de straatboef het h°o£d 8^bog®n en de
dikke heer met de vleezige lippen en de wallen on- president had gezien, dat de1
der de oogen had een duw naar de eeuwigheid ge- kerel trilden en dat-ie zijn lippen sthvei opeei klem-
kregen terwijl hij juist de kurk uit zijn cognacfleschje de... Als om zich met groot, hevig geweld te be
haalde. In een hoekje zat een verliefd paar, en juist heerschen.
vatte de vrijer de hand der schoone en kuste haar en
En zoo'n uitlating was Iets zeer-bijzonders bij rech- werden gehooord. De gouvernante van onze kinderen
.1t.. 1.1.1 /Int 'o n q oh fa 'rt o-rnm
De president had, in zijn leven heel wat spel van
en toen boevenhuichelarij gezien. Hij had er bij zich gehad
kwam'ei'Jniets "meer13— Misschien een leugentje min- die jammerden, gilden, weeklaagden als kinderen, die
Kwam er nieis rneei yoor s]aag Anderen, die zich als berouw-
Fn dit alles had hii gedaan -- hij, Jesper Tom- vol; door schaamte over zich-zelf overstelpt, wilden
son dfe nog een uur geTeden een geacht en onbe- voordoen... Die handen voor de oogen sloegen en
sproken lid der menschelijke samenleving was. Nu zich aan de haren rukten... Die vóór hem op de
behoorde hij tot diegenen, die gestraft moeten wor- knieën vielen en de armen om zijn beenen poogden
den Nu stond hij gelijk met die wezens, die hunne te slaan, in groote vernedering van ootmoed... Die
evenmenschen doodslaan. En daaraan was nu niets hem aankeken met gröote oogen, waarin ze valschen
meer te veranderen Geen macht ter wereld kon dit schijn van eerlijke oprechtheid wilden leggen... Ande-
meer goedmaken ren die bem P0°góen te verteederen door, in diepe
Hij praatte zoo tegen zichzelf, terwijl hij verder verslagenheid naar „het einde", naar den dood te
door de sneeuw schuifelde, en hij trachtte zich alles smachten... zeggend, dat de wereld slechts winnen
voor den geest te halen wat er nu komen zou. Maar kon door het weggaan van zulk een schavuit, niets»
zijne gedachten stieten slechts op iets hards en waardigen hondsvot... Anderen, die waanzins-grijnsje
kouds dat niet week of toegaf. Een ijswand, dien trokken en zcih simpele onnoozelheid trachtten eigen
hij in'zich droeg. ,Ik ben dood," zeide hij bij zich- te maken, maar toch telkens sluwige oogjes richtten
zelf. Zijne gansche ikheid was verlamd, en hij meen- naar meneer... Wat die er wel van vond... Anderen,
de dat men in hem steken kon, zonder dat hij het meerderen nog, die duizend diverse kunstjes van fop-
zou voelen. Perij, van bedrog, van simulatie hadden uitgedacht.
In de verte zag hij de klare, stille lichten achter De oude president had hen gaandeweg allen leeren
de stationsvensters. Het sneeuwen had opgehouden, doorgronden... En voor hen, die hem beter, intiemer
en de storm was bedaard. Maar de koude was scher- kenden; die hij in z'n vertrouwen nam, was het
per geworden en de maansikkel kliefde de wolken, „idealisme" van den man, die nu al over de veertig
Tomson bleef staan en luisterde. Geroep en geraas jaren in de rechters-carrière zich bewoog, zoo vreemd
doorkruisten elkaar Hij verbeeldde zich ook een jam- niet. Wanneer hij vertelde van de enkele gevallen
merend kreunen te hooren maar daarvan was hij o, 't waren er niet meer dan vier of vijf in al dien
ter-commissaris, want die behoorde tot de zeer-om-
zichtige, behoedzame menschen. Maar wie naging dat
z'n vrouw hem, 'S morgens vriendelijk-dringend ver
zocht had om „asjeblieft niet laat thuis te komen",
en dat wel met 't oog op een schotel, die dooi
vertraging z'n delicatesse verloor... Wie dit wist en
ook dat 't reeds een half uur, ruim, later dan gewoon
lijk was geworden... Hij zal begrijpen, waardoor het
kwam dat rechter-commissaris behoefte had zich te
ontboezemen...
Maar dien ochtend toen de verdachte tegenover
hem zat kwam toch, voor 't eerst in hem op de
gedachte: „President zou gelijk kunnen hebben!"
Het rapport van de politie lag vóór hem. En dat
vreemde, schuwe kijken van den verdachte op zijn
vraag... Hoe die Jonker er dan toch toe kon gekomen
zijn om vol te houden, dat hij, dien nacht van de
inbraak, elders geweest was...
„Ik heb 't gedaan!" bromde de dief.
echter, beklaagde zich, dat 's nachts 'n groote dame
met zeer zwarte wenkbrauwen bij haar bed kwam'
en de handen naar haar uitstrekte, alsof zij haar
worgen wilde. Maar wij geloofden er niet veel van.
Eens waren wij naar 'n concert gereden in de stad
Het was bijna middernacht, toen wij terugkeerden
Onze oude Schotsche huishoudster, 'n vrouw mej
zenuwen van ijzer en staal, sidderde van ontzetting
over haar geheele lichaam, toen zij ons opendeed.
Kort vóór wij waren aangekomen, had 'n vreeselijk6
schreeuw weerklonken. De kinderjuffrouw, die een-
van de kinderen, dat de kinkhoest had, verpleegde,
had dien schreeuw ook gehoord. Zij zeide te gelool
ven, dat het in de benedenste corridor moest zijn.
Maar in die onderste corridor, die heelemaal leeg was
was niemand.
Op 'n anderen nacht, toen ik wakker in mijn bed
lag, zag ik duidelijk, hoe de knop van de deur werd
omgedraaid en de deur geopend werd. Ik greep mijn
revolver en liep de gang in. Daar brandde het licht
"Maar" hervatte de rechter, na even zijn notitie helder. Niemand was er, en niemand had zoo gauw
te hebben geraadpleegd, en in peinzing naar den boef kunnen ontsnappen.
„Verdomd, as ik dan toch beken!... As ik..."
En hij wou opstaan..
Hij balde de vuisten ___o
als een dreigende, gevaarlijke roover tegenover den zjjn i,ujs andermaal in opspraak was gebracht. Ilii
rechter-commissaris. deed mij 'n proces aan cn won 't.'"
„Verdomd..." 4 I Tot zoover het verhaal van den officier, wien dit
Maar de vuist van den wachthebbenden veldwach- vjjf 0f zes jaar geleden, overkomen is. Hij beklaagde
ter schroefde, klemde, als ijzer om een van 2Ïch en noemde het onrechtvaardig, dat de wet 'hem
z'n schouders. 4 geen rechtsmiddel aan de hand deed tegen 'zijn huis-
.He rechter hield zich bedaard, doch was tikje- heer. Maar zijn advocaat deelde hem mee, dat de En-
niet zeker. En langzaam, gluipend, reeds als een mis- tijd! - waarin hij gevoeld had, met de sprieten bleek geworden... Jeugdig griffiertje keek, met angst- gc[sehe Wet geen geesten of spoken erkent,
dadiger, omdat hij zich reeds als een misdadiger voel- van zuivere, mooie-ziele-reinheid; dat menschen, die oogjes, naar 't schellekoord... „Misschien is er een of andere excentrieke Lord"
getuurd te hebben', die zich angstig, onrustig
op zijn stoel heen- en weer bewoog; ook al eens
gespuwd had op den grond... Daarna verschrikt op
kijkend... Wetend, dat hij zoo niet mocht doen in
tegenwoordigheid van Edelachtbare...
„Maar" hervatte de rechter-commissaris, „jij hebt
toch niet door die kleine, nauwe ruimte van het raam
kunnen klimmen... Jij niet, en Rooie-Sander even
min. Hoe verklaar-je dat, Van Valen?"
x Het bloed steeg den boef naar de wangen. De blau
Het gevolg was, dat zoowel ik als mijn vrouw en
or.ze dienstboden en kinderen het huis als onbewoon
baar moesten opgeven; we konden 't er niet in uit
houden. Midden in den nacht werden deuren dicht
gesmeten, terwijl al de huisgenooten in een kamer
bijeen waren. Langdurige onverstaanbare gesprekken,
fluisterend en bulderend gevoerd, konden we hooren.
Maar wie de sprekers waren, kwamen wij nooit te
weten. Tot diep ln den nacht bleven we soms bij
elkander zitten, omdat niemand alleen naar bed
we ader-koorden op z'n handen, op z'n hoofd, zwol- durfde. De kinderen hielden we bij ons. De meiden
len. Vuur van woede brandde in het donkergrijs van sliepen met de gouvernante en de huishoudster allen
z'n oogen... it In eene kamer.
We verlieten het huis en verlangden verbreking van
liet huurcontract, waarin de eigenaar niet toestemde
Stond als een vijand, Hij eischte bovendien nog schadeloosstelling, omdat
de begon hij aan de achterzijde het huis te beslui- hij moest veroordeelen krachtens de letter der wet,
pen Een oogenblik nog bleef hij staan en dacht aan toch in zedelijken zin niet schuldig waren... slacht
vluchten Maar toen hij het woud en de sneeuwvel-
den achter zich zag, eene witte woestijn, toen ont
viel hem de laatste kracht, en' hij hunkerde naar het
beschuttende dak, naar licht en naar warmte. Zijne
tanden klapperden, en hij kon nauwelijks nog zijne
voeten uit de sneeuw opheffen.
Op de vóorplaats was beweging van menschen en
paarden. Eene uitgespannen slede stak de disselboo-
men als twee armen in de lucht. Nu ging er eene
deur open, en in den lichtschijn zag men een man,
die sprak alsof hij een bevel gaf. Een knecht liep
heen met eene lantaarn. Bellen rinkelden.
Tomson trad binnen, ging langs een groepje uien-
offers van omstandigheden, die zij niet konden be-
heerschen; lijdend van vlijmend, verscheurend wee
onder wat ze misdreven hadden... Als de oude pre
sident daarvan vertelde, dan kwam er een glans
van vreugde op zijn goedig gelaat, waar de bittere
ervaring lijnen van weemoed op had geteekend.
En wanneer de collega's lachten over Gerritje van
Valen, zoodra diens naam, in verband met eenig de
lict, genoemd werd, dan was de oude president ern
stig.
„Atro carbone" zei hij, maar er was leedwezen in ajs >n doek terug...
de manier, waarop hij 't uitsprak. veldwachter had boef bij z'n strot gepakt...
En eindelijk dan was hij den recidivist gaan De beide mannen worstelden. Een mouw van veld-
schen heen in de wachtkamer. Het sterke licht verr opzoeken... wachters uniform scheurde aan flarden...
blindde hem zóo, dat hij moest blijven staan en zijne ,,Kun-je dan niet de kracht vinden om een ander „Schurk!" brulde de beambte, en z'n vingers kne-
oogen sluiten. Om hem heen waren menschen een beter leven te beginnen?" zei hij, toen de boef 't pen dell boef ju de keel dat het grauwe gezicht van
paar in hemdsmouwen. Maar eensklaps verstijfde al- boofd zoo diep liet zinken. yan ya]en blauwig werd...
les en hij zag oogen vol ontzetting op zich ge- 't Was stil in de kamer van den directeur. Aan De electrische schel bibberde signaal door het
vestigd, en hij merkte dat alles verstomde. Hij volg- een der wanden hing een klokje te tikken. En een Rechtsgebouw...
de de richting der blikken en keek nieuwsgierig naar vogeltje sprong aanhouodend van stokje op stokje Agenten, veldwachters, kwamen toeschieten.
Veldwachter keek vragend... Maar Z.E.A. wenkte z00 eindigde hij zijn verhaal, „die zijn intrek In het
van „nog niet noodig... Wacht nog even..." spookhuis heeft, maar ik heb er voorloopig genoeg
't Schuim vlokte den boef op de lippen. Z'n oogen Van."
waren bloedbeloopen... Weten de lezers nog, hoe 't een week of drie ge-
Rechter bleef ijzig-bedaard. Maskeerde dat z'n hart ieden m<;( het spook in Tiel is afgeloopen'?
onstuimig hamerde, onderwijl hij zei: Ja_ er is heef wat te vertellen over spoken
„Er rust verdenking op zekere vrouw. rouw Maria spookhuizen, niaar 't einde is er gewoonlijk van
Louwens... Met wie jij al sinds jaren..."
„Dat lieg-je!" schreeuwde de boef. „Dat zul-je me
...Dat 's leugen!... Dat zul-je..."
De stoel, waar de boef op gezeten had, stortte
krakend op den vloer, Jong-griffiertje deinsde,
men er om lachen moet.
en
dat
in de gang
amen vage boorde men hem krijschen.
zichzelf. Het water droop van-hem af en vormde een in z n kooi... met iets ongedurigs, geagiteerds, dat Boef werd overweldigd,
plasje, zoodat hij Zich schaamde. Jas en vest waren indruk gaf of t diertje óok smachtte naar vrijheid... Weggesleept; naar z'n
verscheurd, en zijne rechterhand bloedde, gekwetst Uit de^verte \an verwijderde gangen kwamen vage boorde men hem krijschei
-i-- - vloer, - van jHy liegt ,t! Hij liegt '1
Waren liaide, Esb gedaan!... Ik!... i^icmanu auucxo.AIX
Griffiertje dronk, met trillende handen, slokjes y°0le.®1'ft w.d bij 1 PaSanisten-gebroed,
s zwoegde hij koud-water m,ldden ln> diepgaande studiën maken,
ippen drong... „Wat 'n bandiet!" zei hij tegen meneer den rech- _an 1 zedenbederf in dit zondig District,
door de scherven der lantaren. Het haar kleefde hem klanken van voetstappen op steenën vloer, van _Hjj liegt ,t! Hij liegt >t! Marie is onschuldig...!
san het voorhoofd. knarsende, sleutels, van gerinkel... 't Warr-
Niemand anders!... Ik!"
die als boerenknecht in Hollands Noorderkwartier is
gaan dienen, aan zijn broer Klaas, die in
de Zaanstreek gebleven is.
o
LXV.
Je hebt ook gehoord wel van lintjes-gedoe.
Van Kuyper, aan Lehmann, door zek're Mathilde,
En hoe ook de eerste Den Haag toen ontvlood,
Eu voor zijn gemoedsrust maar „buitenaf" wilde.
Welnu Klaas! hier wordt mij voor zeker verteld,
Yoor „buitenaf" koos hij dezen keer: „Schagen".
Daar zit nu, zoo schijnt het, de oude Premier,
En blijft er, beweert men, verscheidene dagen;
aan het voorhoofd. Kmuseuue, meuieis, van gennicei.c Waren harde Ik heb >t gedaan!... Ik
En plotseling rees er in hem een vreemde haat strenge geluiden. Dan werd 't weer heel-r4-'
tegen die menschen, tegen hunne kleeren, hunne ge- En de. oude boef ademde zwaar, als
zichten, hunne gedachten... Wat meenden zij? terug, iets, dat hem telkens naar de lippen ï>ciu
Hij wist wel wie hij was en wat hij had gedaan. De president observeerde dien kop van zware, ter-commissaris. Maar deze pakte zwijgend z'n stuk- aar s ee zlJlle Christ nen zoo'n schande van spra-
Hij had er nooit aan gedacht, dat te loochenen. Zij grove lijnen, waar biute passie in gegroefd had... ken bijeen. Antwoordde niet... r ken;
konden hem met vrede laten, hem niet zoo aankijken. De rimpels om oogen en mond... Zag ook dat er jn bem werd grooter, vaster het besef, dat grijze 'an w r'i fietsen, en, als men dit leert,
alsof zij van hem wilden dat hij spreken zou, terwijl zachter expressie moest geweest zijn... En toen Van pregjdeut toch niet zoo verkeerd had gezien... Groei- ee ,van, water, op prachtige wegen,
hij toch niets had te zeggen. En hij voelde hoe hij Valen hem had aangezien, had de president gelezen de de övertuiging op> dat boef van daareven zich Gelderland, Utrecht, of wel in het Gooi,
1 1 11 n n t O* 1* n f* tr O n cl 1 a a a /rAn L1 A11 TT, o o n -r r a a a i-xttaloaV» i 1 I Q Tl IO TB n 1"1 .i t a nl o t-, /I 1
kind met zich sollen, lag daar slechts en keek hen kend f a xtlem—intiemen kring-^,as bet gevoeij waarmee hij aau recalcitrant-gevaar-
aan met een verbaasd gezicht. Verleden Zondag nog „Stort je hart eens uit. Van \alen. had de pre- ,yken bQef terugdacht, heel anders dan de heeren- „an '!g Je ln 1 water (het kroos in Je haren),
whist bij zich sident eensklaps gezegd, en er was zoo'n hartelijk- collega-g vermoedden Iet rlJtulS en Paard, of met fiets, voor je 't weet,
had hij hen allebei op een partijtje
gehad en nu herkende hij hen niet meer. Het
waren niet dezelfde gezichten.
„Wil je nog iets?" vroeg de dokter.
„Slapen," zeide Tomson.
En tegelijkertijd vielen hem de oogen toe.
Maar de schout ging met kleine, voorzichtige schre
den naar de sofa en nam het oude jachtgeweer van
den wand en droeg het naar buiten. Daarop vatte hij
als schildwacht post voor de deur, gedrukt en zwaar
van gedachten. Hij dacht namelijk aan de acht kro
nen vijftig, die Tomson verleden Zondag aan hem ver
loren had, en hij vroeg zich af, of hij nog ooit daar
op aanspraak zou kunnen doen gelden.
heid in zijn toon, dat de boef zich op de lippen
moest bijten om het niet uit te schreien... Dat zkg de
ander, de rechter...
„Van Valen," hernam hij toen, „Je bent zoo slecht
niet. Dat heb ik dikwijls volgehouden tegenover der
den. Als ze zelen: die man is onverbeterlijk... Dan
was ik degeen die beweerde: Gij beoordeelt hem
verkeerd... Hij is beter dan hij lijkt... Ondanks alles!
MAïTRE CORBEAU.,
't Is zaak dus om steeds maar naar voren te staren.
Dit doet doctor Kuyper, want, zegt hij terecht:
„Al zou je in die slooten niet daad'lijk verzuipen,
„Kletsnat wordt je toch, en het staat niet zoo mooi,
„Als 't slijk op je vest zit, Je broekspijpen druipen".
Wanneer hij het fietsen geleerd heeft, perfect,
Zoodat hij durft gaan langs de buurt: Hoogebiere»,
BEKENTENIS.
VAN 'N BOEF.
INKTVERBRUIK IN LONDEN.
- - ,üiu ,d<; laa,tste stalistiek van de P'osl is gebleken, Dan gaat"hij naarst Niedorp°er"klooster he^oerst,'
...Van Valen, 't zou mij zoo'n leed doen indien ik dat het totaal van brieven en briefkaarten, die jaar- Om daar het succes der verkiezing te vieren
moest erkennen gedwaald te hebben. Wil-je mij niet lijks uit Londen verzonden worden, achttien mil- Ia deze omgeving, gereinigd van zonden
vertrouwen?" lioen bedraagt. Dit getal op 313 werkdagen verdeeld, Gaat hij dan naar Winkel om 't volkje' te zien.
Toen was 't den boef te kras geworden. Hij had n gemiddelde pitkomst van 57.5111 brieven da- Dat „rechts" in de Kamer gewenscht heef* gevonden,
eerst z'n vuisten gebald, met z'n groote gevangenis- dle brieven, gerekend op vier bladzijden En Oosterbaan stemde; vervolgens bezoekt
schoenen getrapt op den vloer... Zijn lippen beefden, P°stPaPler te beschrijven, zijn voor elk pl.m. Hij Breebaart, den chef der Coöperatieve,
sidderden... En toen waren dikke tranen gaan rol- pennen vol inkt noodig dat is zoowat n ifhalf Die bakkers laat werken, soms veertien uur lang
len over zijn vuile, gore, ongeschoren wangen. Met braenirae. Maar het totaal bedraagt bijna dertig gallons, Per dag, maar hem evengoed loven en lieven,
z'n knuisten had hij gewreven over z'n gezicht. En n..'s Liter per dag. Al predikt hij: „acht uren" arbeid met vuur;'
uit z'n keel hadden zich gewrongen schorre, heesche Ui' 1S echter alleen maar voor do correspondentie „Die man toch," zegt Kuyper, „is laug niet'van gis-
geluiden van smart, die zich tracht te verkroppen; d16 ?or. handen van de post gaat. Wat op kantoren ^er.
van fe'len, woesten strijd, die in het gemoed van den cn scholen, ia winkels en door particulieren gebmik! „Als de S. D. A. P. aan het roer komt eenmaal'
recidivist kookte, ziedde... woidl, is hier niet bijgerekend. „Dan wordt deze „gladdekker" stellig minister,
„Ministers beloven toch, ik weet dat nog best,'
„Wanneer het te pas komt, aan 't volk al 't goede,
„En doen 't lekker niet; kleine luiden zijn dom,
„Al krijgen zij slaag, och zij kussen de roede
\T o v, "UrivO-Al A P TZ.11
Toen had de president nog iets gezegd. Zacht. jp 1
„Maar welke reden, welke aanleiding," zei de rech- vriendelijk, aanmoedigend... Maar de man had, in n:,1 ..^vaa'' lessen, elk van 'n
ter-commissaris tot den verdachte, die vóór hem ge- smeekend gebaar, de armen naar hem uitgestrekt en uur- fjoed zou kunnen wielrijden. Dat hebt u mij toch
bracht was en die zijn blik voortdurend, met een hem aangezien met een blik, waarin zóo'u doodsangst gezcS(1- v - --
zonderlinge schuwheid ontweek „welke reden kan leefde... Angst, dat het zwijgen hem te zwaar zou ':l meneer, dat is ook zoo, maar u hebt bijna T an inket af via Kolhorn en de Kreil,
eg_ het grootste deel van den lijd op den grond door LanSs Poolland en 't Wad, fietst dan B
HET SPOOKHUIS.
Bram weer
naar Schagen,
En wacht, na de lunch in zijn kosthuis, niet lang
Om vorm'lijk belet bij P. Trapman te vragen;
die Jonker toch hebben om zoo stijf en strak vol kunnen worden, voelde de rechter... dat hij weg-
te houden dat gij dien nacht in de herberg van ginggebracht.
baas Volkers geweest zijt?" „Ik heb 't u wel gezegd," fluisterde de directeur,
De man, die over den rechter zat, haalde de schou- den voorzitter der Rechtbank uitleidend, bemer- De Engelsche wet gelooft niet aan spoken Als 'n ia'" ""'"Z 'aR' uti r- rrapman te vragen;
ders op. Maakte instinctmatige kauwbeweging van kend het sombere, ontstemde op het gelaat van huis eenmaal gehuurd is, en 't wordt dan door spo- Een onUern<md.wordt hem goedgunstig verleend
aan pruimen gewenden straatboef, wreef zich met de president, „ik zei 't u toch wel, meneer... Die kerel' ken bezocht, dan moet men het toch blijven bewonen w ri!ap™an krlJgt les iCi 'l ..verkiezingsleiden",
grove vingers, over de stoppelige, ongeschoren wan- is..." althans de huur blijven betalen. Er zijn er die bewe- -7» Kuyper al!Lid een baas is geweest;
Maar hij zweeg. Want de ander scheen knorrig te ren, dat dit onredelijk is, maar anderenachten de v F v ge Jg e° ein(i''ük bij 't scheiden,
worden... Antwoordde niet... Tikte toen directeur wet daarin nog zoo dom niet. Hierover zou lane ee- ,,yPfr; "Ze& 1 let> wou Je als klein souvenir
- „Geen lintje? en ook voor Corbeau en voor Land-
gen
„Weet ik 't!" zei hij
De rechter tikte met een punt van zijn lorgnet op zijn diep-deferente afscheidsbuiging maakte, de deur redekaveld kunnen worden, maar 't is belangrijk daar-
de voor hem liggende papieren. Er was iets in de wijd openhoudend voor Z.E.A. slechts heel-even- over 'n geschiedenis te hooren, door 'u Engelsch
man.
zaak, dat hem duister bleef... Gerrit van Valen tjes aan de rand van zijn hoed..
officier medegedeeld.
Engelsch „Voor Jaap, II. d. H., en wie meer voor Je werkt?
was een oude bekende van de justitie. „Atro carbone „Hij heeft de bokkepruik op...!" zei directeur, in Hij vertelt" zijn lijdensgeschiedenis met 'n snook- ""V®8, Jvatrde'„daar. ^eb ik verJs.tand Tan"
notatus", zei de grijze president van de rechtbank, de huiskamer bij z'n vrouw terugkomend, ,,wil ik huis, op de volgende wijze: ,,uij willen niets hebben, zegt Trapman direct,
toen hij hoorde dat Gerritje weer geknipt was. En ja 's wat zeggen, Jaan? Die president wordt knap-I »,Ik huurde in Engeland 'n oud en schilderachtig 'o LaiJd°*an' Corbeau, H. d. H. en Jaap dulden,
de heeren glimlachten als-ie weer voorkwam. „Atro jes oud. Ze hebben gelijk... Op zekeren leeftijd landhuis, dat vier jaren lang onbewoond was ceweest MntJe in,h"n kn°0Psgat, tzijn nedrige lui,
carbone"... Daar was tóch geen redden aan. De pre- moesten die menschen ontslag nemen... Op 't laatst voor den niet geringen prijs van 400 pond sterling 'h Zij hebben veel liever elk: elfduizend gulden."
sident, gemoedelijk, zachtaardig man, had Ger- krijg-je nog kindsche rechters!" i jaars, dat is 4800 gulden. Ik gaf 't den naam van t-Ti Schagen uit maakt Kuyper tochtjes in 't rond:
ritje eens, in de gevangenis, opgezocht, met hem ,,Och mensch," zei directeurs-vrouw, klaarblijkelijk Silverton Abbey. Niemand vertelde mij er iets Irkshorn, Kal verdijk zal hij spoedig vereeren
in de kamer van den directeur wel een half uur het gebruikelijke middag-karafje klaarzettend
voor hoe ieder in den omtrek wist, „that it was a haun- üezoeK» om aan Durger bereids,
zitten praten. Want Z.E.A. hield vol, dat „er toch manlief, die, door 's presidenten stugheid uit z'n ted house", dat 't er spookte. Maar het viel on«/ wpI ambt Burgemeester een weinig te leeren.
iinjr ip q pn* q m ion man ofair" n0 geraakt, „och mensch, trek-er je toch (dadelijk op, mijn vrouw evengoed als mij, dat we ^anneer zóo nuttig is bezig geweest,
x Je weet toch, die oude meneer Van geen dienstbode konden krijgen, dan alleen tpp-on paat naar den
„Een onverbeterlijke idealist toch, die president!" Dijk wordt algemeen 'n kwast gevonden...! Aan éen heel grof geld, wat niemand in den omtrek betaalde ^aar,^taalman zeSt
over dat woord gelachen. njks van anr<#
Dijk WOldt S>l§ivAuvvu A& a» wui. qmiuuuqu...! ziau CCH O' "uii uAcmauu im UCU V ili LLfcL
nojuf ra?J(^amx0IL' w°or<i van jou hechten ze meer waarde as van al I Toen de herfst gekomen was, hoorde ik op
nadat de oude-heer vertrokken was, sigaartje zaten die praatjes van dien president! Dat wéét je toch!" avond 'n hevig geklop tegen een der vensters^
8 Tl6!1.!! ®n-f°C "Zeker!" zei directeur, wiens gelaat opklaarde, en Het kamermeisje, die bij ons was, viel op 'tzelfde
elder om Staalman te vinden,
boos: „de verkiezing is uit,
Nu ben je voor vier jaar niet meer van de vrinden.'
Abram vertrekt uit den Helder bedroefd:
loopt met het hoofd al maar tusschen de beenen,
viC, en "~v v.„oi.ojo, ...c „y ons was, viel on 'tzelfdp L *"cl- maar tussen
vHVa irh! a D tTu gezetenterwijl-ie z'n eerste borreltje van dien middag om- oogenblik in onmacht. Ik liep naar buiten maar moet er nog even bij Biersteker aan,
ciffio. üaar> Uiterwijk wipte glinsterde in zijn oogen ijdelheids-bevrediging, 1 vond niemand. Toen we het meisje weer bijgebracht ?„anlbtenaar Is^ om eeu f'etspomp te Ieenen;
iLfo, ien'i1?.? gl'inlachje om die verjoeg de spijtigheid van daar-straks... hadden, vertelde zij snikkend, dat iedereen het wist 1 m f'etst dan daarna over Wieringerwaard,
Nmi wap'hf11'1 lg"spottend °Pk|Jken<l: En de oude president was nog even het Paleis bin- boe 't in 't huis spookte, en zij vertelde ons 'ii o.n' volg,eus het woord van een Winkelder Chri
drie dagen Dat's^ijfDa?s^eT8 "ja^evmi laa" nengewipt om den rechter-commissaris te spreken verhaal van lang geleden gebeurtenissen in verband a'8 ®e? broe,nest bekend
zeven jaar, ovoi "Vdn Vnlcn,
Christen*
met het landgoed later bleek me inderdaad datX»" .d e,rgsto geslachten der bon"Paganisten-
J1. u - 11 -w ri 11 f onlrf dna Ia vl«fl„« i
portiesaCht dage"' °P den kop af!'" In acht Voordat de instructie werd voortgezet, moest de 1 die verhalen waarheid bevatten, en die dingen'ge'beurd 1 de"kt dUS te vlnden een beidensche 'boel,
JJLH Ht_bnnHflrt IaaV. aa~ t-*ri I a IM <l«lr Rfïinf or vovRo oaA -i
warei^ afgedaan, zoo gauw mogejk^'aafzif.8 whisT VÓOr z'th' dat de pr«side" zich niet
club te trekken. m°genjK naar zijn whist- onttrekken kon aan het voortpiekeren over dat ge-
dat er met zoo'n" iiuiiviifu n'iks-mee^ t"1 begfnnen haff00^ rechtea"commissarls. t°en hij meer dan een
valt—" te öeglunen half uur over de zaak met president geconfereerd
waren.
Toen de winter kwam, zoo vertelde de officier ver
der, en de nachten langer werden, lieten zich in het
huis allerlei zonderlinge geluiden hooren. Den eenen
nacht na den anderen ben ik, met 'n brandende lamp
in de eene en met een geladen revolver ln de andere
hand door het huis gegaan; maar nooit vond ik
iemand of iets bijzonders. Meubels waren nooit van
pari gocuuieieeru icma.iu ui iets uijzonuers. ivieuoeis waren nooit van
OP z'n'horiole!V^dVeengr!f«eiles^otk'badink!mk gezRht Uokken^- mompelde' eea kno»'ig- hun pteats verwijHerd, of_ zoo ik zou willen zweren.
DiearnpHat er. rrbaa8d naar d« menschen te'staren,
K-l8/ „,g k ?ond.er dollt, Z0I,der
mes.
bedenkelijk gezicht trekkend
Be" „Hij wordt heusch oud!
-etDde0manfdZ,en alt«d. 0<>k Christenen waren; -
Vindt hier,'zoo opnieuwThke6 ster^T ,dCed'
Nog iets 'hliiff ï8" r'sGljken Leider niet deren,
Wanneer men Ü8™ blj' en dit zict men hem aan,
den man langs de wegen ziet rijden:
„ren, w» u ^*v/aa mau
dat ze bewogen werden. Geen levend wezen was ooit ts ham* hT1" immer n°8 een gekerstenden Jood,
tc ontdekken in de vertrekken, waar voetstappen een wezel voor kreupele meiden.
JAAP.