AllElES 1 NiElIS" Adïerteniie- Laiiimllai, Binnenlandscb Nieuws. Donderdag 22 Juli 1909. 53ste Jaargang. No. 4543. ra S Bekendmakingen m een zonderling geval. Gemengd Nieuws. Dit blad verschijnt viermaal per weekDinsdag-, Woensdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. 1 VYU1U'"JJI Ai; V 2js\± JJjIN llüilN 111 Llüü OOI INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. IS&sr-eau SCMIMGEïS, Laan O 4. Iiitere. Telephoon No. 2o. SJïftfjewers a TRAPWSAK Prijs por jaar f 3.—. Franco per post f 3 60. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.26: iedere regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Dit nummer bestaat uit een blad. LANDWEER. Overgang van het Leger naar de Landweer. De Burgemeester der Gemeente Schagen; Gezien het 3de lid van 10 der Landweerinstruc tie I; Brengt ter kennis van belanghebbenden: lo. de dienstplichtigen bij de militie te land, die in den loop van dit jaar een achtjarigen dienst bij de militie hebben volbracht of alsnog zullen volbren gen, dat zijn in het algemeen zij, die behooren tot de lichting van 1901, op 1 Augustus a.s. zullen over gaan naar de Landweer, met uitzondering van hen, die: a. behooren tot een der bereden korpsen of tot het Korps Torpedisten; b. in het genot zijn van ontheffing van den werke- lijken dienst, om het even of de ontheffing werd verleend als geestelijke enz., dan wel wegens kostwin nerschap of om eenige andere reden van bijzonderen aard; 2o. de dienstplichtigen, die uitstel hebben genoten j van eerste-oefening of van verblijf onder de wapenen, I gaan evenveel jaren later naar de Landweer over als het uitstel heeft geduurd; vroeger genoten ontheffing rekent echter mede als diensttijd en brengt alzoo geen vertraging in den overgang naar de Landweer; 3o. zij, die overgaan naar de Landweer en binnen het Rijk verblijf houden, moeten zich vóór 31 Au gustus a.s. in persoon aanmelden bij den Burgemees ter hunner woonplaats en bij deze aanmelding inleve ren hun zakboekje met daarin gehechten verlofpas; terwijl zij, die naar de Landweer overgaan en bui ten het Rijk verblijf houden, zich niet in persoon be hoeven aan te melden, doch alsdan verplicht zijn i hun zakboekje met daarin gehechten verlofpas bij j aangeteekenden brief waarin hun adres buitens- lands duidelijk en volledig moet worden vermeld toe te zenden aan den Burgemeester hunner laatste i woonplaats binnen het Rijk; 4o. Zij, die op 1 Augustus a.s. naar de Landweer overgaan, zijn van dien datum af onderworpen aan alle voorschriften voor de Landweer gegeven; Vestigt met nadruk de aandacht op de navolgende bepalingen der Landweerwet: I Artikel 24. De verlofganger van de Landweer meldt I zich binnen dertig dagen na den dag van zijn over- gang naar de Landweer of na dien, waarop hem de verlofpas is uitgereikt, bij den Burgemeester zijner I woonplaats aan, ten einde deze den verlofpas, hem bij de Landweer of laatstelijk bij de militie uitge reikt, voor gezien of opnieuw voor gezien teekene. De verlofganger van de Landweer, die buiten het Rijk woont of verblijf houdt, of die zich bij zijn ver trek met verlof buiten het Rijk begeeft, kan, ter ver- vulling van de verplichting in het vorig lid omschre ven, binnen den daarin vermelden termijn zijn ver- lofpas bij aangeteekenden brief ter afteekening toe zenden aan den Burgemeester zijner laatste woon plaats binnen het Rijk. De verlofpas wordt hem door I dien Burgemeester bij aangeteekenden brief terugge- I zonden Artikel 25 .De verlogfanger van de Landweer, die 1 zich in eene andere gemeente gaat vestigen, geeft daarvan kennis aan den Burgemeester zijner woon- plaats. Binnen dertig dagen na den dag, waarop hij komt in de gemeente, waarin hij zich vestigt, meldt hij zich aan bij den Burgemeester dier gemeente, ten I einde deze zijn verlofpas voor gezien teekene Artikel 27. De verlofganger van de Landweer mag zich zonder toestemming van Onzen Minister van I Oorlog niet langer dan gedurende een jaar buitens- I lands begeven. Aan den verlofganger van de Landweer, die niet in verzuim is, wordt deze toestemming, wanneer zij ge- li vraagd wordt en blijkt noodig te zijn ter zake van uit- J oefening van of opleiding tot landbouw, handel of nij verheid, in gewone tijden niet geweigerd. Bij de toestemming kan de verlofganger worden I vrijgesteld van de verplichting tot deelneming aan i de oefeningen in artikel 11 vermeld, tot het bijwonen van het bij artikel 29 voorgeschreven onderzoek en I tot het komen in werkelijken dienst in geval van l oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone om- F standigheden. Aan de toestemming kunnen overigens zoodanige voorwaarden worden verbonden, als in het belang van den dienst noodig worden geoordeeld. Artikel 28. De verlofganger van de Landweer, die j artikel 24, 2 5 of 27 niet naleeft, wordt in werkelij ken dienst geroepen en daarin gedurende ten hoogste eene maand gehouden. De duur van dezen dienst wordt bepaald door Onzen Minister van Oorlog, die tevens het korps van het leger aanwijst waarbij de werkelijke dienst moet worden vervuld. Zij, die familiebetrekkingen hebben, die in het bui tenland verblijf houden en in de termen vallen van overgang naar de Landweer, worden uitgenoodigd be langhebbenden te herinneren aan de bepaling van ar-" tikel 24 bovengenoemd. De Burgemeester voornoemd, H. J. POT. 1 Iloogwoud. 1 De milicien-verlofganger dezer gemeente, 'lichting lJOb, 'fl Daniël Nierop, Jbehoorende tot lvct 4e Regiment Ves- fing Art., is opgeroepen 'omj op 23 Augustus in wcrkc- lijken dienst te treden voor hcrhalings-oefeningem De milicien-verlofganger, lichting 1901, Pieter SL1- .ver, -lo Regl. Vesting Art., op 6 September a.s. Dinsdagavond omstreeks tien uur hoorde de portier •>an een electrischo vernikkelinrichting in de Nieuwe 3Iolstraat tc 's-Gravcnliage gerueht in het kantoor. Toen de man, die juist op het punt stond naar bed, le gaan, ging zien wat er aan de hand was, werd hij aangegrepen en buiten de deur in do gang gezet. Ilij kon nog juist zien, dat hij met drie man en een vrouw ie doen Ixad. Uaar Jiij de straatdeur fliet kon open- krijgen, sloeg hij oen grooto ruit aan de straatzijde «ui imt voorkantoor in, luidkeels om hulp roepende, jjjfl'oeu op het hulpgeroep politie kwam toesnellen, bleek dat hier niet aan inbraak was te denken, maar dat de in het achter de fabriek gelegen huis aan de Am- Sterdamsche Veerkade wonende vroegere directeur, die meent nog rechten te kunnen doen gelden, zich door den tuin heen toegang verschaft had tot de fabriek, waarvan de sleutels nog in zijn bezit zijn. Aan do politie toonde hij' een huurcontract, volgens hetwelk het perceel, waarin de fabriek gevestigd is, lot het volgend jaar Mei aan hem is verhuurd. Hierover wordt al geruiraen tijd geprocedeerd, daar de quaestie aan den burgerlijken rechter is onderworpen. Natuurlijk wekte een en ander in de gewoonlijk stille straat groote opschudding en verzamelde er zich een groote men- schenmenigte, onder wie de moest fantastische verha len de ronde deden. DIENSTWEIGERAAR. De dienstweigeraar Kamper werd gisteren door den krijgsraad te Haarlem veroordeeld tot 6 maanden ge vangenisstraf. JONGE HAAI. Dinsdagmiddag is door eenige jongens in 't Zui- der Buiten Spaarne, te Haarlem, een jonge haai, van 1.25 Meter lengte, gevangen. Callsmtsoog. Tot leden van het Kiescollege der Ned. Herv. ge meente alhier zijn Zondag gekozen de heeren Johs. Vis, A. Baken G.Az., S. Baken Cz. en J. A. Vos. (Aftredenden waren de heeren Johs, Vis, F. Mooij, J. Brouwer en D. Hoornsman.) In de plaats van den heer J. Hoornsman, die vertrokken is en van den heer P. Kooger, die benoemd is tot ouderling, zijn gekozen de beeren M. Mooij Fz. en M. Vries. Tot Notabel is gekozen de beer C. Hoogschagen, In de plaats van den beer S. Biersteker, die vertrok ken is. DE HEER NOLTING VERVOLGD? De heeren A. Kreuzen Azn. en J. J. Mons, brand stof fenhandelaren en als zoodanig respectievelijk ge vestigd aan de Brouwersgracht 224 en 115 te Am sterdam, zijn voornemens, tegen den heer P. Nolting, een aanklacht in te dienen wegens beleediging, hun personen in het openbaar aangedaan, en van welke beleediging zij nadeel in hun zaken verwachten. De heer Nolting zou zich bij de zijnerzijds gevoerde campagne tegen de aftredende raadsleden Ter Haar en mr .De Vries, en in verband met de door hem geschetste, oneerlijke actie bij de Kamerverkiezing in district VIII, in het openbaar ongunstig over ge noemde heeren hebben uitgelaten. Hij zou dit volgens genoemde beeren hebben ge daan op een kiezersvergadering in het Wilhelmina- lokaal, Spaarndammerstraat, en op de vrijz.-dem. over- winnings-bijeenkomst in Palais Royal. DE STRIJD TEGEN DE VLIEGEN. Met het oog op de nu ingetreden „vliegenmaan- den" achten wij het ten zeerste in het algemeen be lang, te wijzen op de meest afdoende middelen om deze insectenplaag op een doelmatige wijze te bestrij den. Van verschillende zijden is formaldehyde aanbevo len, en volgens onze proefneming blijft het volgende mengsel op een schoteltje uitgegoten, gedurende lan gen tijd in onbedorven staat. Men schudde 15 deelen formaldehyde met 15 dee- len melk, 5 deelen suiker en 65 deelen water. De kosten zijn gering, en hoewel wij nog geen gelegen heid hadden gelukkig wegens afwezigheid van de vliegen, de doodende werking te observeeren, zijn de berichten dienaangaande zeer overtuigend. Ieders hulp is noodzakelijk om deze walgelijke en besmetting ver oorzakende insecten zooveel mogelijk te verdelgen. EEN GEVAARLIJKE HUWELIJKSCANDIDAAT. De dochter van mej. Den H., te Roon, was ver loofd met L. Op een goeden dag ontving de jonge dame een hoogst eigenaardigen brief, waarin haar werd medegedeeld, dat haar verhouding met I.. den schrijver altijd een doorn in het oog was geweest. Deze beval haar daarom den omgang met L. af te breken en verlangde, dat zij in het huwelijk zou tre den met een jongeling, dien de schrijver voor haar op het oog had. Daartoe moest zij zich vrijmaken en zij werd gewaarschuwd, dat gevaar en ellende haar dreigde, wanneer zij zich niet naar de gegeven beveler schikte. De moeder zelf ontving eenige dagen later even eens een brief van denzelfden schrijver, waarin haar werd medegedeeld, dat het de wil van den schrijver was, dat ook zij zoo zou handelen. Zij moest overtuigd zijn van den ernst van den toestand en haar doch ter met raad en daad bijstaan. Ten opzichte van den bedoelden jongeling deelde de schrijver mede, dat deze was rap van leden, be voorrecht met een helder verstand en vlug van geest, terwijl zijn koelbloedigheid in tijden van ge vaar dikwijls de bewondering van den schrijver had opgewekt. De derde brief, gericht aan het meisje, vertelde wie nu eigenlijk wel de jongeling was, door den schrijver als haar toekomstige echtgenoot bestemd. Na de meening te hebben uitgesproken, dat zij op deze openbaring zeker wel met ongeduld en nieuws gierigheid zou hebben gewacht, volgde de naam van een 20-jarigen jongeling, eveneens wonende te Roon. I De vierde brief was weder gericht aan de moeder en sprak van God en wrekende gerechtigheid. De moeder moest haar dochter leeren waar zij haar ge luk kon vinden; wilde zij in vrede leven, dan werd haar aanbevolen het hare tot de zaak bij te dragen. Veertien dagen na dagteekening van den brief ver- langde de schrijver, dat aan zijn wil gevolg zou zijn gegeven; zoo niet, dan zou hij na verloop van dien tijd maatregelen van dood en verderf nemen door middelen, die door Satan waren uitgevonden en die de familie met allerlei verschrikkelijke dingen be- dreigden. De familie had dus nu te kiezen tusschen j hemel en hel. Natuurlijk werd aan al dit moois geen gevolg gegeven, maar op zekeren dag in Maart ont ving de bedreigde familie een als postpakket verzon den kistje, waarvan het adres aan de ontvangers be kend en daardoor verdacht voorkwam. Men nam het daarom mede naar het platte dak en wierp het van daar in den tuin. Het kistje viel kapot en een schot ging af. De inhoud bleek te bestaan uit een revolver, die met een touwtje zoodanig aan het deksel was be vestigd, dat bij opening van het kistje een schot moest afgaan. Tevens was een brief bijgevoegd, van zeer eigen aardigen inhoud. „Begrijpt u nu, dat het geen gek heid is?" „Hoe durfde u het wagen?" „Dacht u, dat ik een eed even gemakkelijk breek als een pijpe- StGöl Met nog meer verschrikkelijks werd gedreigd; „men behoorde blijkbaar tot die menschen, die tot hun bestwil moesten gedwongen worden. In geen geval mocht het huwelijk met L. tot stand komen, anders zou de schrijver dezen pillen laten slikken, dieniet gemakkelijk te verteren waren." Als straf werd aan mej. Den H. bevolen f 10.000 aan de Ned .Herv. Ge meente te schenken. De brief eindigde met de woor den: Boete of de dood zoo waar helpe mij God al machtig, en eenige minder lieflijke beschouwingen over politie en justitie, waaraan men zich in geen geval moest toevertrouwen. De 20-jarige, de aanbevolen jongeling, beklaagd van het eigenhandig schrijven van deze brieven en het verzenden van het kistje, had zich gisteren voor de rechtbank te Rotterdam te verantwoorden. Deze jongen, met zijn stevig boerenjongenslijf, heeft 'n goed gevormd hoofd met lange zwarte, ar tiestenharen. Donkere, diepliggende oogen, een goed gevormde, eenigszins gebogen neus, waaronder een aankomend zwart snorretje. Hij ontkende de brieven te hebben geschreven, ontkende in eenig verband tot de zaak te staan. De jongedame getuigde, dat zij erg, verschrikke lijk bang was geworden door al die brieven, zij durf de niet meer de deur uit te gaan en mocht dit ook niet van haar moeder. Deze verklaarde, dat ook zij een minder plezierigen invloed van die dreigende epistels had ondervonden, terwijl de zoon des huizes zich na verkregen verlof met een geladen revolver had gewapend. De postbeambte L. H. J. Kluit, te Barendreclit, herkende den beklaagde als den afzender van het pakje, waarin zich de revolver bevond; zoo verklaar den nog andere getuigen hem beslist te herkennen in eenig verband met deze zaak. De deskundigen, de heeren G. Kamerbeek en J. Koffyberg, die bet schrift der brieven hebben onderzocht, hebben in hun daar over uitgebracht rapport verklaard, dat beklaagde de schrijver is. Behalve de reeds genoemde vijf brieven zijn er nog, nadat v. d. H. in hechtenis was geno men, twee briefkaarten verzonden aan het adres der familie Den H. De deskundigen hebben echter verklaard, dat deze laatste schrifturen van een ander dan beklaagde af komstig zijn, waardoor dus de meening wordt beves tigd, dat door een tot nog toe onbekend gebleven hel per deze laatste twee briefkaarten zijn geschreven, met het doel het te doen voorkomen alsof beklaag de inderdaad onschuldig werd verdacht. De officier van justitie, mr. Wolfson, achtte het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen en bracht in dit verhand het door de schriftgeleerden uit gebrachte rapport ter sprake. Mr. Wolfson ging het karakter van den inhoud dezer brieven nog eens na, en noemde dit zeer ernstig. De zaak heeft den offi cier van justitie altijd ten zeerste geïnteresseerd, dik wijls is bij hem de vraag gerezen of deze beklaagde j niet enkel „een dwaze jongen" is. Zijn houding ter te rechtzitting heeft echter uitgewezen, dat het bij hem was: „het doel heiligt de middelen" en dat hij een strenge straf verdient. Gerequireerd werd éen jaar gevangenisstraf. j Mr. J. H. C. v. d. Kun meende, dat de inhoud der brieven niet voldoet aan het ten laste gelegde, nergens wordt een daad bedoeld, die dood of zwaar lichamelijk letsel tengevolge zou kunnen hebben, re den waarom beklaagde zal moeten worden vrijgespro ken. Mocht de rechtbank van andere meening zijn, dan verzocht de verdediger de rechtbank een onder zoek naar de toerekenbaarheid van beklaagde te wil len instellen. Na re- en dupliek werd de uitspraak bepaald op 27 Juli Wieringen. v Heden had alhier eene keuring plaats vanwege de commissie tot bevordering der paardenfokkerij in Noord-Holland en wel voor merrieveulens, jaarling- merriën en tweejarige merriën. Aangevoerd werden 1 veulen en 20 tweejarige paarden. Er werden slechts twee prijzen toegekend: de le groot f25 aan bet 2- jarige paard van den heer C. Jb. Kool en de 2e groot f 15 aan het 2-jarige paard van den heer J. Hermans. Tevens werd de hengst Robert IV goedge keurd en aan hem een premie van f 200 toegekend. Deze hengst behoort aan de hengstenvereeniging „Wieringen". Voor het Stamboek werden nog 3 paar den gekeurd, doch allen onvoldoende geacht. NAGELS KNIPPEN. Het is bij roofdieren, die in dierentuinen worden gehouden, soms noodig de nagels te knippen, wijl an ders de dieren zich zelf of kooigenooten verwonden. Vroeger ging zoo'n operatie lastig. O mi den klauw werd. ©en lus geworpen; de poot werd tusschen de tralies doorgesjord en dan werd geknipt. Tegenwoordig wordt in zoo'n geval het dier onder narcose gebracht. Eergisteren is dat met goed gevolg gedaan hij1 een der grootste leeuwen van de Londensehe diergade. Ilct knippen der -npgels kon nu zonder moeite of gevaar worden verricht. Tot dusverre was in de Londensehe diergade het onder narcose brengen van roofdieren, wel loegcpasl op do kleinere dieren, pooit op een der volwassen leeuwen of tijgers. LUCIFERS! LUCIFERS! Na den 30en September 'zullen de lucifers 1e Ber lijn honderd procent duurder iwórden.... De Rijksdag heeft het gcwiljd, de iregeering heeft hot gewild'. Het licht, en alles waL licht kan brengen in de duisternis moest duurder worden in het Duitsche rijk. En is duur der geworden. Van tien tot honderd procent. De Bcrlijner, wiens hoofd nu niet staat naar een zomerreis1— hoe groot zal zijn aandeel zijn in de 500 milLioen extra jaarlijks? al zou het weer min der Novembcr-slormseh zijn, besteedt zijn tijd nuttig, reist de winkels af om lucifers te koopen. Elke tien doosjes geven een winst in de toekomst van tien doos- Naar WertheimI Derde verdieping: huishoudelijke ar tikelen. „Früulein, tien pakken Zweden". Fraulein ant woordt. „Parterre, afdeefing parfumeriën". In een klein hoekje, waar zelfs dweilen, kaarsen verkocht worden, is dichL gedrang.' Verkoopsters met vuurroode gezich ten, overdrukke gebaren, woeste oogen, rennen heen en weer. Zijn er nog lucifers? De knechten galoppec- ren naar het pakhuis in den kelder. Komen terug met karretjes vol. Het publiek bestormt hem, die zijn schat verdedigt en de voorraad aan de juffrouw ^eeft. Opnieuw gedrang voor de toonbank. Oude dames 'sasezzvkm worden kwaad in de benauwdheid. Jonge idem. De heeren trachten het tc winnen met lonkjes en lieve lachjes, 't Helpt niets. Een ieder moet wachten tot hij op zijn beurt dóór dringt. En krijgt dan hoogstens twee pakjes.... twintig doosjes. Vroeger 15 pfennig de twee. Gisteren om negen uur 's morgens 9 pfennig per pluk, om 12 uur 11 pfennig. Zoo is het hij Tietz, Jandorf, Passage-Kaufhaus des Westerns. Een warenhaus is thans een speculatie-beurs in lu cifers KUNNEN DIEREN DENKEN? Onder dezen titel vertelt luitenant Tj'rell in Tien ..Spectator" een aantal staaltjes van intelligenle dieren. De officier had in zijn huis in Indië een aap, dien hij eens op een dag een spiegel voor den neus zette, om 'te zien, hoe het beest zich vis h vis zijn beel tenis gedragen zou. De aap, die natuurlijk een stam genoot meende te zien, sprong herhaaldelijk rond om den spiegel, om rijn kameraad te ontdekken. Daarna volgde een manoeuvre, alsof hij onderzoeken wilde, of de spiegel-aap een levend wezen was, ja dan neen. Star keek hij den sinjeur tegenover zich aan, hoog langzaam en voorzichtig zijn hand om den hoek van 't glas en voelde of aan (ie rugzijde van den spiegel een aap te vinden was. Gedurende al dien tijd ver loor hij zijn beeltenis niet uit 't oog. Een anderen keer las Tyrell op zijn veranda oen dienstbericht, ter wijl de aap met zijn ketting aan een pilaar zat, en een ordonnans met 't geweer voor zich 't antwoord van den luitenant afwachtte. Den aap interesseerde 't geweer levendig en hij probeerde 't te bereiken, maar de ketting was te korL Fluks greep hij een stok, die in de buurt stond, en* raakte daarmee het vuurwapen aan, beklopte het onderzoekend op kolf en loop en legde toen den stok met een tevreden gezicht neer. Tyrell herinnert hij deze gelegenheid aan den be roemden papegaai van Richard Wagner, en aan den: „ironischen papegaai", dien de gebroeders Margueritte in hun roman ,,Le desastre" laten optreden. Dit ver standige beest was door zijn eigenaar meegenomen naar het slagveld bij Wörth, en woonde er de klucht van het Fransche leger hij. Als met opzet klonk boven 't strijdgewoel zijn kreet: „A Berlin, a Berlin!" In aansluiting van dit verhaal wordt in den „Spec tator" nogmaals de vraag geopperd, of 't werkelijk voor komt, dat paarden zich uit gemakzucht kreupel hou den. Bewezen is, volgens de redaclie, dat herhaalde lijk trekdieren om 'n zvvaren arbeid te ontgaan, zich mank hielden. MENSCHEN- EN RUNDVEETUBERCULOSE. In de Fransche Akademie van Wetenschappen is een verhandeling van Calmeüe en Guérin ingediend over de bepaling van de pfkomst, van runderen of menschen, van bacillen van Koch, afgezonderd uit tu berculeuze beleedigingen bij den mensch. De schrijvers herinneren eerst aan een vroegere ver handeling, waarin zij de aandacht hebben gevestigd op de eigenschap van ründer-tuberkelbacillen" ,om voort te telen in een mengsel van ossengal en 5 yct. gly cerine. Tegelijkertijd deelden zij mede dat tuberkel bacillen, afkomstig van menschen of vogels, in zulk een mengsel niet groeien willen, terwijl zij zich, on derscheidenlijk, zeer goed ontwikkelen op menschengal of kippengal. Onlangs hebben zij de juistheid van deze waarne ming bevestigd gezien bij het bestudeeren van vier nieuwe „monsters" van menschelijke bacillen, waar van twee van Amerikaansehen oorsprong (uit het sa natorium aan liet Saranac-mcer) waren, een door hen- zelven uit het halsgangiion bij een kind van acht jaar afgescheiden en het vierde door Borrel verstrekt was. Geen van deze bacillen ontwikkelden zich op aardap pels, gedrenkt in ossengal. terwijl zij op menschengal goed opkwamen. Daarentegen bleek een vijfde monster, dat Salim- beni in het instituut Pasteur had afgezonderd uit de milt van een kind, Raymond P., die op den leeftijd van vijf maanden aan acute miliaire tuberculose be zweken was, zich uitstekend op ossengal te ontwikke len. Proeven met infectie van geilen met dezen cultuur, tegelijkertijd met controle-proeven bij geiten met an dere cultures van menschelijken oogsprong genomen, bevestigden dat Raymond P. met rundertuberculose be smet moest zjjn. liet kind was met de zuigflesch groot gebracht. Uit de heele ziektegeschiedenis van liet kind en de waarnemingen bijl'de obductie bleek, dat de be smetting met rundertuberkelbacillen van de ingewan den uitgegaan moest zijn. De onderzoekers concludeercn, dat de besmetting ipet rundertuberculose in dit geval aangenomen moet worden: lo. wegens de virulentie van den uit de milt van het kind aïgezonderden bacil hy een intra-mam- mair ermee ingeente geit; 2o'. omdat deze bacil zich op ossengal gemakkelijk ontwikkelde. De theorie van Koch, dat rundertuberculose niet op den mensch kan overgaan, lijkt in het licht van deze proefnemingen moeilijk houdbaar. VAN EEN DIEFSTAL. Do correspondent der N. R. Ct. te Weenen schrijft d.d. 20 Juli. Om 119.000 kronen in 30 seconden op klaarlichten dag uit een postkantoor tc stelen, dat vol menschen is, en daarbij niet gesnapt te worden, dat is in zijn soort een kunststuk en tevens een buitengewoon be wijs van tegenwoordigheid van geest, van koelbloe digheid en van b et berekenen der kansen door do daders die dat stukje hebben uitgehaald. Natuurlijk Amerikanen, want de justitie speurt naar een zeke ren Hendèrson, die volgens oppervlakkige signale menten den diefstal kan bedreven hebben. Toen 's avonds na afloop der kantooruren de politie do misdaad in het lokaal liet overdoen, had ze er 50 seconden voor noodig. Of dit nu komt omdat de zielsrust, waarmee de politie den diefstal kon nadoen, kalmeerend werkte in vergelijking van de spanning waarin do dieven wel moesten verkeeren, wil ik niet beslissen. Alleen staat het vast, dat de misdaad vlug ger was dan de gerechtigheid en dat de eigenschap pen, die de Amerikanen in staat stellen om milliar- dairs te worden, zich bij deze schavuiten niet verloo chend hebben. Het postkantoor, dat ojp die wijze vliegensvlug van zijn kas beroofd werd, staat op 'den „Minoriten- platz" in de buurt van groote banken, die aan dit kantoor dagelijks enorme sommen laten bezorgen. Zoo als overal, zit op dit bureau achter een glazen schuif de beambte, die de postwissels vlijtig incasseert, ze

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1909 | | pagina 1