4'a jaar een stijf been. Alleen de nieren kunnen het bloed filtreeren. van 90.256. „Covcnt Garden" dal 1952 plaatsen heeft, heeft een belastbare huurwaarde van 1800; „Dury Lane" niet 2516 plaatsen 5751„Critcrion Thca.re", met in begrip van hel restaurant 6667, terwijl de schouw burg maar ruimte biedt voor 685 personen..Lyceum Thealre" 5834, 3016 plaatsen. l)e ook aan vreemdelingen bekende groote musici- halls ,,Alhambra", Empire ,,,Colosseum hebben be lastbare waarden van 5000, 6225. 7000 pd.st. en bieden respectievelijk 1980, 1239, en 2939 menschcn plaats. Genoeg om te deen zien dat de toegangsprijzen hoog' moeten zijn, willen de exploitecrcnde directies haar kosten kunnen goedmaken en nog iets' verdienen. Tjhans heeft Londen behalve die later in electri- scho trekkracht omgezette onder-grond spoorwegen, daar onder in de diepten 39.9 mijl clectrisehe lijnen door „tubes", kokers. In het jaar 1907 werden vervoerd door den Metropolitan Railway 99.115.072, door den Metropolitan Dislrict Railway 51.736.220, door de „13a- kerloo '-tube 20,587,325, door de „Gentral Londom - tube 36.907.191door de „Hampstead"-lube (eerst 22 Juni van dil jaar geopend) 9.875.823; door de „Pic- cadilly'Mube 25.843.596 passagiers dal zijn ze nog niet alle, doch ik laat liet hier maar bij. De „London County Council" exploiteerde op 31 Maart 1908 66 mijl electrische tram en 49 mijl paar- delram en vervoerde daarop in het op dien datum ein digende jaar 372.515.754 passagiersmen beschikte toen over 621 wagens voor de- paardetram en over 965 eleclrische motorwagens. Terwijl de politie in 1899 vergunning had gegeven aan 3621 paarden-omnibussen en 5, zegge, vijf, motor omnibussen om passagiers langs den openbaren weg te vervoeren, waren deze cijfers in 1908 respectievelijk 2155 en 113 als ergens cijfers iets zeggen, dan is li'©t jzi&kcr hier. In 1881 het eerste jaar dat te Londen trams in exploitatie kwamen werden in Groot-Londen met een bevolking van 4.766.661 zielen over de Suburban- spoonvegen. door trams en omnibussen vervoerd 269.662,649 passagiers, van wie door de trams 72.038.962, en in 1908, toen de bevoLking was gestegen tot 7,217,939 zielen in totaal 1.221.458.458 passagiers, van wie 589.745.792 voor de trams. En nu spreek ik nog maar niet over het vervoer dat dagelijks plaats heeft in rij tuigen en auto-taxis. Het vorenstaande zegt omtrent liet reusachtig ver keer in deze stad, dunkt me meer dan boekdeelen en ik öeLoof dat, door heigeen ik hier wel 'de moeite waard vond eens onder de oogen mijner lezers te brengen, opnieuw is aaingetcoiid dat statistieken het lezen waard kunnen zijn. TEGEN DE SPELERS. Sedert jaren reeds voeren de groote stoomvaart- schappijen op Amerika den strijd tegen valsajie spe lers en andere oplichters, die zich onder masker van een tourist of handelaar weten in te dringen in liet gezelschap van de medereizigers op die hooien, en velen van dez<m tot hun slachtoffers weten te ma ken. Jvadat op de Duitsche schepen, zoo vertelt de Londensche correspondent van de Lok. Anz., herhaal delijk zulke kwartjesvinders waren ontmaskerd en ge straft, vernam men in langen tijd niets meer van hen. Op de ILaatste reis van de „Kronprinzessin Cecilte" naar Amerika is het echter weer eens gelukt een valsche speler op h©eterdaad te betrappen. De held van het voorval, de man die den speler ontmaskerde, is een neef van den oud-president Roosevelt, luitenant Granville Fortescuehet tooneel was de rookzaal van de stoomboot. Henry Clews, de zoon van den beken den New-Yorker bankier, en James de olf-Cutting, een „lion" onder de z.g. vierhonderd, speelden meer of minder actieve rotten in dit drama op zee, ter wijl de naam van den „booswicht" niet wordt ge noemd. De Daily Telegr. vertelt 't gebeurde uitvoerig. De speler was een flink uitziende man, die zich een militair uiterlijk wist te geven. Zondagsavonds, twee dagen vóór de aankomst, kwam Luitenant Fortescue in de rookkamer, waar de militaire meneer met de beide genoemde New-Yorkers aan de speeltafel zat. Clews iem Gutting hadden bij het dobbelspel huiten- gewoon ongeluk, geen enkele worp gelukte hen. Lui tenant Fortescue zag ©enigen tijd toe en deed toen of hij heen wilde gaan, hij ging echter achter den stoel van den onbekende staan om dezen op de vingers te kijken. Bij het spel 't heet „zes en dubbel wordt sljechts één dobbelsteen gebruikt. Fortescue ech ter ontdekte spoedig, dat de onbekende zich van twee steen en bediende, zonder dat zijn medespelers dit wis ten. Telkens als de beurt aan hem kwam, verwis selde de speler den hem overhandigden dobbelsteen met een, welke hij handig in zijn hand wist te ver bergen. won en gaf dan den niet gebruikten steen door. Plotseling greep Fortescue naar de hand waarin de valsche dobbelsteen was verborgen, om deze den speler te ontrukken. Deze echter sprong onmiddellijk op en gaf den officier een stomp in de borst. Maar Fortescue was een volleerd bokser, en een geregeld gevecht volgde, dat tot resultaat had dat de onbekende naar zijn hut vluchtte. De valsche dobbelsteeen had hij echter weten te behouden, zoodat de kapitein van dé boot geen bewijs had en niets anders kon doen, dan den onbekenden speler voor de verdere reis den toe gang tot ide roekzaal te ontzeggen. De man verscheen echter als gewoonlijk aan tafel, en was zelfs bintaal genoeg op den laatsten dag der reis nog eenige speel schulden -te innen. TYPHOON TE FOETSJOU. Zulk een storm als die, welke den 15en Septem ber 11. in de haven van Foetsjou en ook in de stad groote verwoestingen aanrichtte, had men daar in de laatste veertig jaren niet meer beleefd. Plotseling kwam de wind opzetten, zoodat er voor liet groote aantal inlandsche vaartuigen in de haven geen tijd meer was zich te hergen. Van die vaartui- melden." Hij boog even en verliet het vertrek, terwijl de beide mannen hem vol verwachting nakeken. „Nu, wat zeg je wel van mijn idee?" riep graaf Aihert, „zal dat nu eens geen doel treffen?" Zijn zoon knikte nadenkend. „Het verbleeken van dezen vertrouwden dienaar heeft zeker iets te betee- keuen," antwoordde hij toen, „maar zal men het ons niet onmogelijk maken om achter het zoo ge trouw bewaarde geheim te komen en denk eens aan al de moeite die wij nu reeds hebben aange vend, om iets naders te weten te komen." „Keulen en Aken zijn niet op éen dag gebouwd," antwoordde graaf Albert. „Wat ik tot heden slechts vermoedde, is nu volle zekerheid voor mij geworden. Het onvoorzichtige ontstellen van dezen kamerdienaar, heeft het mij ver raden, dat er werkelijk een geheim bestaat en ik zal daarvan den sluier oplichten, het koste dan wat het wil. Wie weet Egon," riep hij glimlachend, „mis schien is de dag niet ver meer, waarop wij als de rechtmatige bezitters hier onzen intrek houden." Daar Frans op dit oogenblik weer binnentrad, was liet Egon onmogelijk een antwoord te geven. Frans had zich van zijn schrik weer geheel her steld en was even bedaard en kalm ais altoos. „Het spijt mijnheer de graaf zeer, u niet te kunnen ont vangen," antwoordde hij nu onderdanig. „Hij is ook te zeer lijdend om naar waanzinnige spookgeschiedenissen te kunnen of te willen luisteren," daarbij boog hij spottend voor den oudsten graaf „voor het overige heeft mijn meester mij opgedragen u te zeg gen, dat hij bij zijn eenmaal genomen besluit blijft volharden, en het den heeren uitdrukkelijk verbiedt, ie het vervolg dit slot weer te betreden." De beide heeren verbleekten en draaiden zich om, om heen te gaan. „Dan is ons werk hier afgedaan," antwoordde graaf Albert bedaard. „Zeg aan mijn neef dat hij niet moet ontstellen, wanneer wij nu in het openhaar tegen het hier sinds jaren bestaande bedrog te velde trekken." Hij liet zich door het spottend lachen van Frans niet van de wijs brengen, maar verliet, gevolgd door zijn^ zoon, zonder groeten de kamer. Frans keek hen na, tot de zware vleugeldeuren acli- gen gingen dan ook 40 percent verloren met alle op varenden. De twee Chineesche kruisers „Hai Chai en „Hai Sum", hadden het zwaar te verantwoorden; de eerste geraakte bij Foetsjou aan den grond, waai op _0 man van de equipage in hun angst overboord sprongen en verdronken, terwijl de tweede bij Matsoere van zijii ankers werd geslagen en door den storm voor zich uitgejaagd werd met uitgedoofde vuren, ten gevolge van overslaande zware zeeën. De „Hai Chai kwam echter weder vlot, terwijl de „Hai Sum daags na den storm Foetsjou bereikte, zonder groote schade te hebben beloopen. De handelsstoomschepen in de ha ven van Foetsjou brachten het er beter af, dan de inlandsche vaartuigen. Wel slipten de ankers van on derscheidene schepen, maar deze leden toch slechts weinig schade Vreeselijk echter waren, gelijk ghmeid wordt, de verwoestingen, door den storm onder de kleinere vaartuigen aangericht en de zee was nog dagen na den storm als bezaaid met lijken van de opvarenden dier vaartuigen. Men schat het aantal slachtoffers van den storm op 2000. I Het moet een vreeselijlce aanblik zijn geweest, toen de wild bewogen wateren in de haven de met den dood worstelende, zich aan stukken wrakhout vast klemmende schipbreukelingen voortzweepten, zonder dat iets van belang voor hunne redding kon wor den gedaan. Van het stoomschip „Haian" werden red dingboeien, aan lijnen vastgebonden, in zee geworpen en de lieden, die zoo gelukkig waren die te kunnen grijpen, aan boord geheschen. Op den steiger van de douane stond men gereed om voorbijdrijvende dren kelingen te grijpen en een scheepsofficier onderscheid de zich, door zich herhaaldelijk in den stroom te werpen tot redding zijner medemenschen. Zoo wer den er nog velen gered. Maar weinigen slechts in vergelijking met de velen, die hij deze ramp het leven lieten GROOTE STEDEN. Sedert 1900 is het aantal steden van meer dan 100.000 inwoners in Duitschland van 33 tot 41 ge stegen, het gezamenlijk aantal grootestadsbewoners daarmee van ruim 9 millioen tot bijna 13% millioen. Sommige steden zijn ontzaglijk in zielen-aantal toe genomen en wel vooral in het Rijnsch-Westfaalsche in dustriegebied. Zoo is Bochum, dat in 1900 nog slechts 65.000 inwoners had, in die acht jaar tot 135.000 gegroeid, Essen van 119.000 tot 263.0000 en Duis burg zelfs van 93.000 tot 215.000, d. i. met 131 pet. Ook in de Berlijnsche voorsteden Rixdorf, Schö- neberg, Charlottenburg zat ontzaglijke groei, voorts in de Zuid-Duitsclie steden München, Stuttgart, Mann- heim, in de Saksische industriesteden als Planen en Chemnitz en, opmerkelijk genoeg, in de oorlogshaven Kiel, die van 108.000 op 184.000 steeg. NACHTELIJKE MANOEUVRES VAN DE KEUL- SCHE LUCHTVLOOT. Te kwart over elf 's nachts steeg de militaire bal lon „M. II" onder leiding van majoor Grosz op en zette koers naar het zuiuen. De „Parseval II" volgde te half twaalf onder leiding van kapitein Von Kelder. Te 11 u. 50 m. werd de „Z. II" ui! den hal te voor schijn gebracht en ging onder leiding van majoor Spel ling de beide andere achlema. Zoeklichten, deden af en toe zien, waar de luchtschepen zich bevonden. Ook jde „Parseval III", te Laichlingen geslationnecrd had omstreeks denzelfden tijd moeten vertrekken. Een met flesschen gas naar Laichlingen gezonden wagen had echter onderweg een defect gekregen. De militaire luchtschepen hadden de opdracht een nachtelijken tocht naar Koblcnz te ondernemen en dan den Rijn af terug te kearen en een kruistocht in de richting van Keulen uit te voeren. De drie luchtschepen ondernamen eerst gezamenlijk en idaarna afzonderlijk een schijnaanval op de vesting Ehrenbreitstein en vlogen meermalen over Koblenz en de vesting. De „Z. II" wierp een brief uit, inhou dende een groet aan de stad. De „M. II" landde 's morgens te acht uur in Keulen, de „Parseval II' te half negen en de „Zeppelin" te half tien. EEN LISTIG OPZET. Dezer dagen waren ©enige werklieden aan den ar beid in de kelderverdieping van tiet ministerie van fi nanciën, toen zij bemerkten, dat een ook als werk man gekleed persoon, die reeds ©enigen tijd in hun buurt had rondgezworven, zich onledig hield met liet slot van een der deuren. Eerst letten zij er niet ver der op, in d© meening' dat de man zeker ook een reparatie moest doen. Maar eindelijk, toen zij zagen, dat hij halfweg bezig was het geheele slot uit te za gen, vonden zij de geschiedenis toch wel wat vreemd en maakten een beambte van het departement er op merkzaam op. Deze riep de politie en toen bleek, dat men met een zwakzinnige te doen had, een zekere Jules iBredier, die op de hem gedane vraag wat hij hier eigenlijk uitvoerde, antwoordde, dat zijn vroegere patroons hem gelast hadden deze deur te openen, daar hierdoor #n voorraad brandhout voor den winter in de kelders moest gebracht worden. Het bleek, dat de man werkelijk bij de opgegeven firma in dienst was geweest, welke hem echter reeds tang ontslagen had, daar de man. niet wel bij het hoofd scheen. Men vermoedt, dat handige inbrekers zich van den man bediend hebben, om voor hen den toegang vrij- te maken tot den kelder (waarmede de bewuste deur in verbinding slaat) waar de goudvoorraad ligt opge stapeld. Deze deur toch is de eenige, die niet door een wacht bewaakt wordt. ONWEER. Clermont Ferrand, 4 November. Tengevolge van een hevig onweer ontstond overstrooming: het water sleurde bruggen mede, verwoeste bossehen en ver nielde wegen. De schade is aanzienlijk. ter hen waren dichtgevallen, toen haalde hij diep adem en staarde in diep gepeins naar den grond. „Duivels, nu is liet mij duidelijk, waarom die twee snaken reeds gedurepde de geheele week in dezé streek hebben rondgescharreld. Zouden zij werkelijk iets te weten zijn gekomen. Maar neen, dat is on mogelijk. Maar wanneer dat toch werkelijk eens het gevat ware. Ja, ja. Wees op je hoede Frans, slimme rot, opdat de heeren je niet te handig zijn. De beide heeren kunnen je gevaarlijk worden, want zij hebben het recht geheel aan hun zijde. Hel is hier een strijd op leven en dood, maar de duivel liate mij, als ik geen middel zat weten te vinden, om uit dit wespen nest te komen." Hij rekte zich eens uit, en op zijn gelaat kwam een dreigende uitdrukking, zoodat zelfs de beide graven, die voor geen klein geruchtje verwaant .waren, toch wel eens het gevaarvolle van hun optreden zouden hebben ingezien. HOOFDSTUK XX. Wanneer men jarenlang beducht is geweest voor een gevaar, dat aan het geluk van ons leven een eind zal maken, dan beschouwt men dat zoo langzamer hand als bij hel leven te behooren. Maar treedt dan dat gevaar werkelijk op en is men verplicht do niet te miskennen gevolgen te aanvaarden en te dragen, dan wil men niet gelooven, da! zicli werkelijk voor doet, wat men al jaren heeft gevreesd. Zoo ging het ook met den majoraatsheer van Wol- fenstein, toen Frans hem het bezoek der beide hee ren aankondigde en er de boodschap bij deed, dat de heeren ©en brief hadden van don houtvester Anton, of wanneer dat beter klinkt, van wijlen den reelit- matigen majoraatshecr van Wolfenstein." Wat konden deze woorden hebben. 1e beteekoncn. Het was toch onmogelijk dat graaf Albert of zijn zoon Egon, die toen het verschrikkelijke gebeurde, nog ccn kind was, iels van deze ellendige geschiedenis zou we ten. Bepaald onmogelijk was dat, want behalve hij zelf en 1'rans, kon niemand iels weten van deze geheim zinnige geschiedenis, die graai Wolf tot een diep on gelukkig man had gemaald. Maar ©r moest toch wel een brief zijn. En wat ZAAK STEINHEIL. Heel Parijs, neen, heel Frankrijk heeft nu slechts aandacht voor wat zich thans afspeelt in de gerechts zalen van het Hof der Seine; anders gezegd voor de zaak-Steinheil. I Woensdag toch is het proces begonnen tegen de weduwe Steinheil, beschuldigd van in den nacht van 30 op 31 Mei 1908 te Parijs met voorbedachten rade I haar man en haar moeder, den schilder Adolph Stein- I liell en de weduwe Edouard Japy te hebben vermoord, I Hetzij alleen of met medeplichtigen. Het dossier bestaat uit 4397 stukken, in omvang en gewicht gelijkstaande met 40 hoeken van 350 blad zijden elk! Als drijfveeren tot de tweevoudige misdaad worden in het requisitoir opgegeven: afkeer en haat, wat de moeder betreft wegens aan deze toegeschreven bui tensporige uitgaven, waardoor het toekomstig erfdeel dei daderes gevaar liep; wat den echtgenoot aangaat, dien zij „verfoeide", de wensch om met een rijk man, Borderel genaamd, te trouwen, die stellig verklaard had dit niet te willen, wanneer zij gescheiden zou zijn. Borderel was de laatste harer vele minnaars. Want mevr. Steinheil, thans veertig jaar oud, had veel geld noodig en voorzag daarin, naar 't schijnt onder oog luiking of onverschillig toezien haars mans, sedert jaren op de wijze der demi-mondaines. Er wordt be weerd dat zij 't indertijd ook met wijlen President Faure gehouden heeft, en op een of andere wijze bij zijn dood betrokken is geweest. Zij had ook herhaaldelijk getracht door allerlei lis tige streken de verdenking op anderen te doen val len, o. a. op haar huisknecht Couillard, in wiens portefeuille zij een parel gelegd had, in den nacht der misdaad, beweerde zij, met andere zaken haar ontstolen. Allerlei beschrijvingen had zij voorts gegeven van een roodharige vrouw en drie mannen die 's nachts waren binnengedrongen, den dubbelen moord gepleegc en haar op haar bed gebonden en gekneveld hadden. Alles, volgens het requisitoir, komediespel. Bijna een jaar geleden, den 26en November, werd zij zelve in hechtenis genomen. Aanvankelijk zeer ter neergeslagen, had zij sinds weer al haar zelfbeheer- sching en strijdlustigheid herkregen; en ook giste ren, hoewel onder den indruk zijnde, toonde ze een bijzondere gevatheid tegenover den president. Uit het feit, dat ter bijwoning van dit proces niet minder dan 86 perskaarten zijn uitgegeven, is reeds op te maken, hoe de markt van sensatie-nieuws weer overvoerd zal worden. Het Gerechtshof schijnt gelukkig een andere op vatting te hebben over de vraag, of het wel wensche- lijk en niet zeer verkeerd is, dat men den sensatie- lust den vrijen teugel laat. Het hof althans heeft het verkeerde ingezien en aan niemand toegangskaarten verschaft, behalve aan de mannen der pers en onge veer honderd advocaten en het corps diplomatique. Hoe de bladen en het op sensatie-beluste Parijs ook geklaagd hebben over deze teleurstelling, het hof heeft voet bij stuk gehouden en aan niemand een toegangskaart verstrekt. Zelfs bekende figuren moesten de gestrengheid van dezen maatregel onder vinden. Behalve de twee vrouwelijke getuigen, lieeft geen enkele dame het zoo ver kunnen brengen, dat zij een toegangskaart machtig werd. Vrouwen zijn ten streng ste geweerd. Allicht is dit een groote teleurstelling geweest voor de emotie-dametjes, en zeker zal die nog grooter worden als ze vernemen, dat men van plan is om ook in 't vervolg zuiniger te zijn met het uitreiken van toegangskaarten tot zulk soort voorstellingen. President de Valles heeft aan een verslaggever van 1 een nieuwsagentschap verteld, wat al merkwaardige bejegeningen hij heeft ondervonden wegens zijn on verzettelijke weigering tot het verleenen van toegangs bewijzen. Het aantal brieven dat ik heb gekregen over dit onderwerp, is verbijsterend, zeide hij. Ik heb mee- doogenloos geweigerd. Ik heb mij vele vijanden ge maakt; op dit oogenblik lig ik overhoop met mijn heele familie, met al mijn vrienden, en die had ik toch wel; ik mag zelfs zeggen, dat ik niet gedacht had dat zij zoo talrijk waren. En dan spottende brie ven en dwaze brieven, brieven, waarin mij wordt aan gekondigd, dat de revues der tingeltangels op mij loeren, dat men zich van mij zal meester maken, dat ik zal worden belachelijk gemaakt, i^ls ik mij aan mijn besluit houd. Maar ik bied den storm het hoofd en ik weiger, ik weiger... Kijk, hier heb ik een brief van een gene- j raalsvrouw. Zij schrijft mij, dat zij een lange reis heeft gedaan, dat zij haar bestaan heeft veranderd om bij de zaak-Steinheil te kunnen zijn, en dat ik ten gunste van haar toch wel een uitzondering zou willen maken. Maar er zullen geen uitzonderingen zijn. Ik wil, dat men de rechtspraak zal eerbiedigen en de recht- zaal niet tot een café-chantant make. Ze hebben mij zelfs toestemming gevraagd voor een cinematograafi Eens is het werkelijk gebeurd, dat een repetitie van een music-hall niet kon doorgaan omdat de da- mes van de music-hall allemaal in de rechtzaal waren, waar de zaak-Soleilland (het monster dat een kind verkrachtte en vermoordde) diende Om twaalf ure begon dan Donderdag het geding, i De gerechtszaal was stampvol. Duizenden konden geen plaats krijgen, en de politie moest krachtig op treden, om de „file" te handhaven. Immers mochten er 100 uit het publiek het proces bijwonen. Straat venters, die reeds den avond te voren voor den in gang van het Paleis van Justitie post hadden gevat, en daar den ganschen nacht queue maakten, verkoch ten hun plaatsen voor 100 tot 200 francs aan de nakomers. stond djaarin? Geheet en al kon deze bewering toch niet gelogen zijn. Want hoe kon graaf Albert anders beweren, dat er een geheim bestona tusschen den nia- ioraatsheer van Wolfenstein en zijn houtvester. Dat kon graaf Albert van hem niet weten, want zoo ver trouwelijk luidden zij samen nooit omgegaan. Er moest dus werkelijk een brief zijn. Maar h(oe was die inhoud? De onzekerheid waar in graaf Wolf zich i>evond, ontnam hem elk bedaard '.overleg. Hij martelde zich zijn hersens af met duistere en koortsachtige voorstellingen, liet was hem te moede als een schipbreukeling, die de laatste plank onder zich voelt wegzinken en zich nu aan de on barmhartige woedende golven moet overgeven. Kon deze brief juist niet al dalgene bevatten, wat hij zelf zoo angstvallig voor de wereld had weten ge heim te houden? Wanneer de graaf met deze gedachten hij zich op zijn legerstede lag, werd het hem te benauwd. Met alle gieweLd zocht hij zich daarvan te ontlasten, en dan wist de lijder met alle moeite uit zijn bed Je komen en strompelde door zijn kamer. De oogenblikken, die de arme man dan doorbracht, waren werkelijk verschrikkelijk en met den armsten zijner daglooners had de graaf op zulke oogenblikken gaarne willen ruilen. Langzamerhand kwam hij dan weer tot bezinning. Hij kende het ruwe en gemeene karakter van zijn neef. Het was onmogelijk dat deze man, die de geld dorst zelf was, jarenlang een brief in zijn bezit kon hebben van den houtvester, zonder dat hij zou heb ben gepoogd daaruit munt te slaan. Wolf was er vast van overtuigd, dat wanneer graaf Albert werkelijk een wapen tegen hem bezat, deze het al lang reeds zou hebben gebruikt. Het was wel mogelijk, dat hij van den houtvester Anton een brief had ontvangen, maar onmogelijk was het beslist, dat daarin iets van beteekenis stond. Dan haalde de graaf weer verlicht ruimer adem. Dit was hier alleen bangmakerij, een bedreiging, waar van de diepgezonken neef zich bediende, nu hij be greep dat op andere manier er niets meer voor hem was te halen. Maar toch bleef het feit bestaan, dat graaf Albert een brief van den houtvester bezat. Hij Het verhoor van beklaagde leverde nog niet bijzonders op. Zij zwoer nu bij het hoofd van haaf dochter, dat haar lezing van de in lange, zwarte oKer jassen gehulde en door een roodharige vrouw verge_ zeide mannen, die rondom haar bed kwamen st&a. en haar met den dood bedreigden, ingeval zij de pl^ niet aanwees waar de kostbaarheden bewaard wot. den, de ware is. Had zij voor den rechter van instruc» tie dit verhaal eerst voor fantasie verklaard, „u kwam ze daarop terug. Ze had toen door allerlei omstandigheden het hoofd verloren, en wist niet wat ze beweerde. Van de 36 juryleden behooren er 26 tot den ar. beidersstand, die, zooals de bladen nu reeds weten te melden, madame Steinheil niet al te gunstig gezind zijn. De verdediger en beschuldigde hebben beiden 't recht om 12 juryleden door anderen te doen ver. vangen. Met spanning en ongeduld waeht het verlichte Pa. rijs nu avond'aan avond op de bladen, om te g&. I nieten van de sensationeele verslagen. Er zijn in 'tl geheel 83 getuigen gedagvaard. Er kan dus heel wat I „pikants" loskomen, en de sensatiepers krijgt nu voor vele dagen stof. K E C L »~M E S. Iedere drie .minuten van uw leven gaat tiet bloed door de nieren om gefiltreerd te worden. Wanneer liet de nieren bereiktis liet zwaar beladen met vei- vergiflige onzuiverheden wanneer hel de nieren verlaat, is het 't zuiverste bloed van het geheele üonaam. Doch wanneer de nieren niet behoorlijk werken, wordt uw geheele gestel langzamerhand vergifligd, want de in hel bloed achtergebleven vergiften verspreiden ziekte en verderf door het geheele lichaam. Gij gaat u zwak, prikkelbaar en afgemat gevoelen. Uw slaap wordt verstoord en is onrustig, en som- tijds hebt gij een gevoel of de rug u zou breken, wanneer gij u in het bed omkeert. 's Morgens staat gij op met een ellendig gevoel in uw rug ©n met pijn in de lendenen. Uw oogen zijn dof en opgeblazen, en uw handen en enkels zwel len op. Du urine hoeft ©en onnatuurlijke kleur en konit In zeer groote of zeer kleine hoeveelheden. Bij vochlig weer zijn uw Ledematen stram en rhoumatisch. Wanneer gij uw nieren verwaarloost, zullen zij hun geschiktheid om het bloed te filtreeren verheien, en breidt uw kwaal zich plotseling uit tot een lendenjicht, kwellende urinekwalen, niersteen, waterzucht, houpjichV, chronische rheumatièk, en verwoesting der nieren. i Alleen een nierengeneesmiddel kan de nieren lieé- len. Posters Rugpijn Nieren Pillen dienen enkel voor de pieren en blaas. Zij herstellen en heelen de nieren, en helpen tien om hun kracht te herwinnen tot liet filtreeren van liet bloed en het afvoeren van de vloei bare onzuiverheden. Op iedere doos échte Fosters Rugpijn Nieren Pil len komt de naam van het geneesmiddel voluit voor. Zij zijn te Schagen verkrijgbaar bij den lieer J. Rot gans. Toezending geschiedt franco na ontvangst van postwissel 5 f 1.75 voor één, of f 10 voor zes doozen. o— De KI.OOSTKllBALSKM maakt bet weer lenig -o De Heer J. van Arket. landbouwer te Asch, oud 55 jaar. verklaarde ons. dat hij meer dan 4' - jaar een stijf been heeft gehad. Hei been was geheel ver lamd van den voel tot aan de heup en veroorzaakte hem veel pijn. Bij eiken stap, dien ik moest doen. kromp ik letterlijk ineen van de pijn, zeide hij ons en wanneer ik stap voor stap onder hevige pijnen voortsukkelde, dacht ik dikwijls bij mijzelf: straks breekt mijn been. Meermalen is het mij gebeurd, dat ik een half uur aan den weg moest gaan zitten, omdat ik niet verder kon. Wanneer ik dan vermoeid en afgetobd ihuis kwam, legde ik het been op den stoel en dan bedaarden de pijnen wel eenigszins, maar kwamen la ter met verdubbelde woede terug. Elke beweging, die ik met het been maakte, deed mij het uitschreeuwen van de pijn en wat ik dan dacht, wit ik liever maar niet zeggen. Alles heb ik in die lange 41/2 jaar geprobeerd, doch helpen deed mij niets, totdat ik opmerkzaam werd gemaakt op den KLOOSTERBALSEM, dien ik kocht bij den Heer H. Nout te Ravenswaay. Ik lief daarmede mijn been driemaal daags wrijven en na 2 potjes KLOOSTERBALSEM te hebben opgesmeerd, was de pijn totaal verdwenen. Mijn been is weer lenig en ik loop weer ais vroeger zonder pijn. Ik zelf en mijne geheele familie staan verbaasd, dat de KLOOSTERBALSEM zulk eene wonderbare gene zende werking heeft. Thans is. het reeds een jaar ge leden, dat ik genezen ben en ik loop. dat het een lieve lust is. De Kloostcrbalsem, Klooster Sancta Paulo, is een onovertroffen middel tegen Hheumathiek. Bovendien is hei een uitmuntend middel tegen oude en nieuwe won den, zweren, ring-, baard- en dauwworm, alle ziek ten der hoofdhuid en aambeien (zoowel bloedende als andere). Prijs per pot van 20 gram 35 cl., van 50 gram 75 ct., van 100 gram f 1.20 en van 250 gram f 2.50. Hoe grooter pot, hoe voordeeliger dus! Verkrijgbaar hij Drogisten, Apothekers en de beken de Depothouders. 6. moest dus bepaald wel iets vermoeden en was door snuffelen en snorren het angstig bewaarde geheim misschien op het spoor gekomen. Het was nu maar de vraag om te weten te zien te komen wat de beide heeren eigenlijk wisten. Maar hoe juist dat te weten te komen? En opnieuw maakte de angst zich van den graaf meester. Hij en Frans kenden het geheim, en wanneer Frans zich vcor veel geld nu eens liet omkoopen en den ver rader speelde, of misschien reeds gespeeld had? Zoo iets was dien schurk wel toe te vertrouwen- Maar och, het was toch het belang van Frans zelf om den graaf te helpen? Wat had hij te verwachten van den armen graaf Albert? In het gunstigste gn- val konden zij beschikken over een beperkt bezit- Maar wie weet welke dolle beloften zij Frans hadden gedaan. Maar Frans was ook te veel menschenkennev om zich te ver in te laten met dergelijke avontu riers. Neen neen, het was onmogelijk dat Frans zoo Iets zou doen. Maar dat alles was toch hetzelfde, de graaf voelde eilcen dag duidelijker hoe hij boven een afgrond stond en steeds duidelijker drong het besef tot hem door, dat het zijn plicht was de toekomst zijner geliefden te verzekeren. Dat mocht hij maar niet aan het blin de toeval overlaton. Wanneer hij vandaag zijn oogen wat ^an' Was het dan zoo onmogelijk- aat I rans zijn voordeel eens zou beproeven Hij 'ie tegenpartij en Clothilde en zijn beide zoons door de macht zijner bekendheid met het geheim van slot en eirgrond zou verdrijven? ^0°rk0men worden. Tot eiken prijs w»- ripn I f Wolf het verhinderen, dat aan zijn gelief- 7hK werd onfoofd. tot welks behoud hij h„n gekeele 'evensgeluk had opgeofferd. Hadden zij gedurende zijn leven niet kunnen liefhebben, na ,'ijii ood z°uden zij dit dan toch dóen en hem niet behoeven te vloeken. Om Erich Zjju jongsten zoon, was het den majo raatsheer minder te doen. Deze had door zijn zelfstan- ig karakter altoos te ver van zijn hart gestaan. Maar voor zfjn lieveling, voor zijn Wolf wilde hij zorgen- (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1909 | | pagina 6