Jeukende Huidziekten.
Van
en van
dal
haar moeder, die ze zoo had liefgehad, tegen wie ze
zoo had opgezien, toen was haar verdriet wel vlij
mend en ze kon niet moer naar die gevangenis gaan.
Van toen af gingen voor do gevangene de dagen
voorbij zonder dat ze iets van haar kind merkte; en
het kind was gevlucht naar een oude bloedverwante,
ergens ver weg in het oosten, bij Belfort. Als ze
haar veroordeelen, zei het meisje, zal ik haar gaan
troosten; als ze vrijgesproken wordt, wil ik haar
nooit weer zien.
Martha Steinheil was katholiek geworden en droom
de er van haar ongelukkig bestaan verder te gaan
leven in een klooster, waar niemand van de vrome
zusters haar naam zou kennen. Maar om in een
klooster ogenomen te kunnen worden had zij een
bruidsschat noodig. Ze is arm, een erfdeel heeft ze
niet en haar moeder wil ze niet vragen. Ze is zon
der fortuin, zonder iets en is niet een van die meis
jes, wier jeugd door zorgzame ouders gekoesterd
werd om haar klaar te maken voor het leven. Ze
kan lezen en schrijven, nauwlijks rekenen. Dat is
alles, met nog een beetje koken, waarmee ze haar
weg beginnen moet.
Mevrouw Steinheil werd vrijgesproken. Een tele
gram meldde het Martha, even doorju bekte haar een
vreugde. Maar ze herinnerde zich de gelofie, die ze
zich zelf .gedaan had. Ze zweeg en drong zich tegen
de oude bloedverwante. Een hartverscheurende brief
van haar moeder kwam smeeken om haar liefde, fa
milieleden trachtten haar over te halen, liet meisje
gaf toe en zou haar moeder gaan omhelzen. De reis
naar Vésinet (waar mevrouw Ste.nheil in het sana
torium was) was afschuwelijk. Met starre oogen, klap
pertandend, weende het meisje. Eindelijk staat ze
voor haar moeder, die haar armen opent: „Martha",
schreeuwt ze en wil haar kind omhelzen. Martha
wil spreken, haar tanden klemmen opeen, ze kan
niet; ze snikt en zwijgt. De moeder ligt op de
knieën voor het kind, soebat om haar liefde, om
een woord. Martha kan niet spreken. De moeder blijft
smeeken. En het zwijgen van het meisje een zwij
gen erger en onherroepelijker dan elk ander vonnis
van mensehen, brengt de moeder buiten zichzelf van
smart. „Mijn heele leven is niet anders geweest dan
opoffering en ontzegging. Maar jij' doet me het groot
ste verdriet aan, Aües wat ik geleden heb is niets-;
nu begint pas mijn lijdensweg. Na zooveel opofferingen
is dit het ergste. Maar ik draag het. En jij wilt je
vrijheid, goed. Ga weg".
De bloedverwante nam het ongelukkige, bevende
kind mee. Den volgenden ochtend wilde Martha weg.
„Laat ze maar doen wat ze wil, zeide zie nog, laat
ze alles maar verkoopen; 't kan me niet schelen.
Maar laat ze de meubels van vader toch houden."
En nu is ze weer bij de oude bloedverwante. Ze
weent. En die tranen kan niemand drogen.
DE LAMP VAN DEN PROFEET.
Uit Konstantinopel wordt gemeld, dat in Moham-
nledaansche kringen groote ontsteltenis gewekt is, door
den diefstal van een der meest kostbare relikwieën
van den profeet Mohammed uit het klooster der Der
wisjen te Eskijebir. De relikwie was een lamp van
Arabisch .maaksel, uit de tiende eeuw, versierd met
diamanten en andere kostbare steenen, die geschat wordt
op een waarde van 100,000 pond sterling.
De lamp is klaarblijkelijk gestolen, naar men ver
moedt door de sccte der Wahabite Muzelmannen.
NOODLOTTIGE BRAND.
In een huurhuis aan de oostzijde van New-Vork
heeft Dinsdagavond een noodlottige brand gewoed. Hoe
het vuur ontstaan is, weet men niet, in enkele minu
ten echter bleek de benedenverdieping in lichte laaie
te staan, zoodat den bewoners der bovenverdiepingen
de weg tot ontkoming was afgesneden. Er woonden
bijna honderd menschen in het huis. Eenigen spron
gen uit de ramen, waarbij twaalf werden gekwetst
twee levensgevaarlijk. Anderen werden door de poli
tie en de brandweer gered.
Toen de brand bedwongen wis. vond de brandweer
in de uitgebrande Woningen zes lijken.
TRAGISCHE DOOD.
De democratische afgevaardigde voor Missouri in het
bondsoongres, de heer De Armond, is in zijn slaap
kamer verbrand met zijn kleinkind. Hij was voorne
mens binnen enkele dagen naar Washington te ver
trekken, om de zitting bij te wonen, die op 6 Dee.
wordt geopend, en had daarom beschikt, dut zijn klein
kind; Waarvan hij bijzonder veel hield, in zijn kamer
zou slapen, zoolang hij nog thuis was.
Dinsdagnacht werd mevr. De Armond gewekt door
hulpgeroep uit de kamer van haar echtgenoot. Zij liep
daar heen en zag de kamer in lichte laaie stean. Een
oogenblik was zij verlamd van schrik, toen wekte zij
de huisgenooten en drong zij vastberaden de branden
de kamer binnen. Even over 3en drempel viel zij
in zwijm, haar zoon kon haar nog we^iragen, maar
zag geen kans in de slaapkamer te gaan; hij moest zijn
vader en zijn zoontje aan hun vreeselijk lot overlaten.
HET NIEUWSBLAD VAN DEN KONING.
Tot de merkwaardige Pruisische overheidsinstellin
gen uit den pruikentijd behoort naar In herinne
ring wordt gebracht, nu een commissie de hervorming
dier instellingen voorbereidt een krantje, dat in
1743 werd opgericht onder den naam van „Zeitungs-
beriehte" en uitsluitend door de provinciale gouver
neurs voor den Koning in elkaar gezet wordt. Inder
tijd mag dit blaadje nut gehad hebben, sedert de uit
vinding van de dagbladpers is hot evenwel tot de
grootst denkbare onbeduidendheid veroordeeld. Men
vindt er berichten in over het weer, gezondheidstoe
stand, ongevallen, oogstoverzichten en zoo meer. pe
Koning moet de voordrachten zijner ministers niet
aangehoord en nooit eer. krant gelezen hebben wan
neer hij eenig nieuvë in deze berichten vindt. Dn
niettemin worden eik verreljaars tallooze burgemees
ters, 400 landraden en 30 gouverneurs met hun
ambtenaren in beweging gebracht om ';t journalis
tieke product samen te stellen, lat het Tageblatt
j een pruikestaart noemt, die sinds lang afgesneden
had moeten zijn.
MIJNRAMP.
Tokio, 25 Novembe«. In de Onoura-kolenmijn in
I de provincie Tikuoka had een mijngas-ontploffing
plaats. Vijftien personen zijn reeds dood, 228 mijn
werkers zijn in de mijn hegraven.
EEN MOOI BAANTJE.
De bekende Duitsche worstelaar en wielrenner Ot-
to Meyer heeft een aanstelling als beul gekregen en
in dat ambt al acht menschen onthoofd. Toevallig zal
do man, dien hij het eerst terecht te stellen zal
krijgen, Brauer, een vroegere kameraad van hem op
de wielerbaan zijn. Brauer is wegens den moord op
een koopman te Keulen ter dood veroordeeld.
EEN BOTSING.
Op de Via Appia te Rome is Woensdag, volgens
een mededeeling van daar aan het Berl. Tagebl., de
automobiel van den grondeigenaar Montari in bot
sing gekomen met die van de beide Amerikaansche
millionairs Lockoport uit New-York en Weber uit
Californië. Beide auto's werden totaal verbrijzeld, de
Amerikanen en hun chauffeur zwaar gekwetst; ter
wijl de heer Montari ongedeerd bleef.
Een boerin echter kwam onder een der automo
bielen en werd doodelijk gekwetst.
EEN RIJK HONORARIUM.
Dat voor de pionniers op het gebied van de vlieg
techniek goud uit de lucht is te grijpen bewijst ook
weder de overeenkomst tusschen den bekenden avia-
teur Paulhan en den eveneens bekenden couranten
magnaat Hearst betreffende een vliegcampagne in
Amerika. Hearst zond een zaakgelastigde naar Parijs
om met Paulhan te onderhandelen. Het resultaat is
geweest, dat Paulhan, voor een vliegcampagne van 20
weken in Amerika, behalve vergoeding van reiskosten
en kosten van vervoer voor machines en personeel,recht
krijgt op een som van f 300.000. Van deze som wordt
bij het onderteekenen van het contract dadelijk een
bedrag van f 60.000 uitbetaald.
DAT KWAM HEEL SLECHT AF.
Bij Barmen is Dinsdagavond aan twee schooljongen
die op een prikslede de helling van den Ronsdorf-
j schen weg afkwamen, een ongeluk overkomen. Zij
j botsten tegen een wagen op. De eene jongen was
zoo zwaar gewond, dat hij bij het vervoer naar het
I ziekenhuis bezweek, de andere kreeg een hersenschud-
I ding en ernstige inwendige kwetsuren. Ook hij is
kort daarna bezweken.
KORISTJE EN NABOB.
Miss Dolly Parnell, een aanvallig koristje van het
Londensche Hickstheater, heeft zich eergisteren in
alle stilte in het huwelijk laten verbinden met prins
Nasir Ali khan, den zoon van éen der machtigste en
rijkste Indische vorsten.
Miss Parnell was in het spektakelstuk „My Darling'
algemeen opgevallen door haar mooi gezichtje en de
onberispelijke lijnen, van haar gracieus figuurtje, dat
zij in het tweede bedrijf bij de derde linker coulisse'
exposeerde. Hier aanschouwde de Indische prins haar
twee jaar geleden voor de eerste maal en zjjn jonge-
lingshart vatte vlam.
De schouwburgdirecteur, Seymour Hicks, wilde on
langs juffrouw Parnell voor een nieuw stuk engageè-;
ren, maar ontving gisteren een brief, waarin zijn ex-
koristje hem hartelijk bedankte, maar tot haar spijt
moest melden, dat ze elders „verzegd" was: zij was
den dag te voren prinses Nasir Ali khan geworden.
Dat de bruine prins er warmpjes inzit, moge hier-,
uit blijken, dat hij zijn vrouwtje na de huwelijksplech
tigheid een brillantén sieraad cadeau gaf, dat 20.000
pond sterling gekost had.
Prins Nasir is pas 26 jaar en woont al acht jaar
in Engeland.
EEN BEGRAFENISKWESTIE.
De voornaamste der Chineesclie onderkoningen, de
onderkoning van Chili, Twang-Fnng. is door den prins-j
regent op non-activiteit gesteld. Hei feit is beslist van
gewicht, daar de onderkoning van Chili op den gang
van het Chineesclie staatsbestuur een grooten invloed-
heeft. 'I wang-Fang was den Europeanen niet onwel
willend gezind, terwijl zijn opvolger, de onderkoning,
van Woe-Schang, Chen Kwei Lung, e-en tegenstander
der Westersche beschaving is.
De redenen, die lot de op non-activiteitstelling varf
Twang-Eang aanleiding gaven, zijn te merkwaardig, dan
dat we ze niet met een enkel woord zouden vermei-1"
den.
Vooreerst heeft Fang verlof gegeven, om den lijk-
stoet van de keizerin-weduwe te fotografeeren. Alleen
dit misdrijf zou reeds voldoende zijn, om de strenge
bestraffing van den onderkoning te rechtvaardigen. Maar
de door den markies Li opgestelde acte van beschul
diging bevat nog twee niet minder ernstige vergrijpen.
Twang-Pang heeft bovendien, lerwijl de kleedcren
der keizerin verbrand werden, zich in een draagkoets
langs verbóden wegen laten vervoeren. En ten slotte
gaf hij verlof, om telegraafdraden te bevestigen aan
hoornen, die binnen den rondom de graven gelegen
aaiden wal geplant zijn.
De wijze, waarop Markies Ei de bestraffing van
don onderkoning motiveert, geelt een verrassend kijkje
op den geestestoestand der regeerders van het Hemelschc
hijk.
cl
maar stel u de opschudding eens voor. Hij zou mei
smaad en schande van het majoraat worden verdreven,
en veroordeeld worden zijn Schatten en rijkdom af
te staan. Dat dit voor hem natuurlijk een onmogelijke
zaak zou zijn, spreekt wel vanzelf. Hij zou dus
voor de wereld een bedrieger zijn en ook gij, mijnheer
Wolf, zoudl in dat lot mogen deelen. Ik zal het u
wel niet behoeven te zeggen, dat u dan met handen
arbeid uw brood zoudt moeten verdienen Mis
schien zoudt u zich dan de elegante manieren, die
u een tweede natuur zijn geworden, meer productief
kunnen maken, in een betrekking zooals ik nu in
dit huis bekleed."
[Onbeschaamde", riep Wolf uil en balde de vuis
ten.
„Wat nu, wat wilt u eigenlijk?" vroeg Frans sar
rend, „is het voor den kleinzoon van een houtves
ter, soms onteerend kamerdienaar te zijn in een gra
felijk slot.
„Wat wilt u anders uitvoeren Geloof gerust, dat de
deuren die nu wagenwijd voor u openstaan, zoodra de
zaak ruchtbaar werd, hermetisch voor u zouden zijn
gesloten. Twijfel daar maar niet Aan, hot is de waar
heid."
Wolf zuchtte diep. Wanneer alles publiek werd, dan
was hij werkelijk gedoemd om door handenarbeid in
zijn onderhoud l© voorzien. Maar afstand doen van
zijn schitterende en weelderige levenswijze, dat zou
Wolf niet kunnen doen. Hij zag zich reeds met ©en
pistool in do hand klaar tot een vertwijfelde daad.
„Ik houd het voor het beste, mijnheer Wolf, dat
wij oen overeenkomst met elkaar sluiten", vervolgde
de kamerdienaar op opgemimden toon. „Gij kunt u
wel dienken, dat ik niet een heelen menschenleeftijd
heb gezwegen en mijzelf tot medeplichtige van een
misdaad heb gemaakt om tenslotte met een beleefd
„ik dank u", te worden ontslagen. Ik heb zoo mijn
eigen plannen en inzichten. Ik wil in het vervolg ook
een rol in de wereld spelen, want hoe nederig en er
barmelijk ik u ooi; misschien mag toeschijnen, heb
ik toch een groote dosis eerzucht en ben ik het har
telijk moede een tweede viool te blijven spelen. Ik
zou (dus, wanneer ik Voortaan u nog verder mijtn diensten
zal wijden, eerst even zelf mijn voorwaarden stellen
(reen mensch, behalve ik, is in staat al uw heerlijkheid
op t© heffen, met mij staat of valt gc. Onthoud' dat.
(roert dan, ik ben bereid u in de toekomst voor alle
zorgen te vrijwaren, en zal u getrouw terzijde staan
zooals ik dal tot dusverre heb gedaan."
7r3?,'ikrn ,nlct /"i|n Plaals blijven zitten.
Zenuwachtig liep hu "r op en neer en wrong
zich in wanhoop de handen. .^Spreek, spreek man.
wal moet ik doen? O mijn God. het is immers zoo ont
zettend, wat ik heb moeten hooren? Maar liet zou
nog ellendiger zijn voor mij, als ik voortaan als een
gewoon burgermensch van handenarbeid zou moeten
leven."
„Ja, dat geloof ik wel," antwoordde Frans spottend
lachend, „maar dat behoeft ge nu eenmaal niet te
doen, als ge u maar voegt naar mijn wil."
„Frans ik zal je beloonèn, vorstelijk, koninklijk."
„Och, laten wij daarover liever maar niet spreken,
ik ben niet de man, die met ij dele beloften tevreden
is. Wanneer ik met u gemeene zaak maak «etr dhr
tegenpartij met eèn langen neus laat aftrekken, dan
spreekt het wel vanzelf, dat ik zooveel ik kan, oen
vermag, mij zal trachten te bergen. Gij moet aan mij
even vast verbonden zijn als uw vader dat is
voor mij de beste zekerheid."
Wolf verbleekte. Die man leek wel de duivel in
eigen persoon. Hoe koelbloedig sprak hij over al
deze ontzettende dingen. Dus, ook hem wilde hij in
zijn macht hebben, evenals zijn ongelukkige vader.
Maar bleef er dan geen uitweg mogelijk? De Jonge
man was de vertwijfeling nabij. Al datgene wat hij
zooeven had moeten hooren, ging zijn bevattingsver
mogen te boven. Hij gevoelde zich volkomen hulpeloos
en afhankelijk tegenover dezen grooten schurk.
„Vooreerst is het noodig, dat gij trouwt met de
dochter van baron van Almenrode," begon Frans na
een korte pauze.
„Onmogelijk," antwoordde Wolf. „Jij weet toch
dat ik al reeds getruowd ben."
Frans knikte alleen even met het hoofd. „Dat is
het nu juist wat ik van u verlang en waardoor ik
mij van u kan verzekeren," meende hij met een loe
renden blik op den jongen graaf. „Wie weet er
eigenlijk iets van uw huwelijk? Niemand dan dat
dwaze gansje, dat zich door u heeft laten bepraten
en ik. Ik ben stom als het graf. Dat meisje heeft
geenerlei bewijs dat zij met u getrouwd is, zij was
slechts éen enkelen dag te Londen, juist lang ge
noeg, om een huwelijk te sluiten, maar zij weet niet
eens in welk deel dezer groote stad die kleine kerk
is gelegen. Gij moet dus de jonge vrouw, die u bo
vendien toch reeds begon te vervelen, eenvoudig haar
afscheid geven, of nog beter, ge moet eenvoudig doen
alsof ge haar niet kent, alsof zij niet me^r bestaat,
en ge sluit hier een nieuw en wettig huwelijk."
Wolf deinsde echter terug voor de laagheid, die
Frans van hem eischte. „Maar mensch of duivel, dat
is immers een gemeene misdaad die ge van mij
KUNSTMATIGE VERANDERING VAN I)E KLEU
REN DER BLOEMEN.
Dat bloemen naar gelang harer standplaats van
kleur kunnen veranderen, is geen ongewoon verschijn
sel. Alleen reeds de sterkere en zwakkere ver
lichting kan een groote versterking of verzwakking
van de kleur ten gevolge hebben. Meer nog dan van
de verlichting, hangt dezei kleurverandering af van de
gesteldheid van den bodem, d. w. z. van de bestand-
deelen, welke de plant uit den bodem tot zich neemt.
Dit- feit i3 den bloemisten dan ook geenszins on
bekend en zij weten de toevallige waarnemingen en
ervaringen op dit gebied, op doelmatige wijze door
proefnemingen aan te vullen, en reeds sedert lang aan
ts wenden ter kweeking van tal van verscheidenheden
in de bloemen. Sommige dezer experimenten tot het
kunstmatig te voorschijn roepen van bepaalde kleu
ren in de bloemen zijn zóo eenvoudig, dat elk bloe
menliefhebber, die gemakkelijk kan nemen. De bloe
men der hortensia's b.v. zijn oorspronkelijk rose van
lcleur; wanneer men ze echter plant in 'n ijzer-bevat-
tenden bodem of ze bemest met ijzervijlsel, dan krij
gen ze 'n prachtig blauwe kleur.
Bemesting met Zwavelzure ammoniak kleurt de hor
tensia's blauwachtig rose, welke tint echter slechts
korten tijd aanhoudt, en na elk begieten wederom
in rose verandert.
Aangezien het ijzer strikt noodzakelijk is voor de
vorming van het bladgroen in de plant, kan men ook
uitgestrekte grasvlakten frisscher groen doen worden,
door ze te begieten met 'n oplossing van ijzervitriool.
Een rijke voeding met stikstof en voornamelijk een
bemesting met Chili-salpeter en zwavelzure ammoniak
geeft aan de groene bladdeelen der meeste planten
'n donkergroene kleur.
Op het groen van vruchten, b.v. erwten, heeft
de bemesting met stikstof echter niet zulk een sterke
uitwerking, als fabrikanten van verduurzaamde le
vensmiddelen wel zouden wenschen. Men tracht ook
hier door bemesting van erwtenveldeu met koperzou
ten de natuur ter hulp te komen en op deze wijze
de plant langs natuurlijken weg 'n middel toe te voe
ren, dat voor „uitwendig gebruik" verboden is, of
schoon het den vruchten, b.v. erwten en augurken,
'n prachtige kleur verleent Maar en dit onthoude
de proefnemende lezer wel vergiftiging en tucht
huis zouden daar het gevolg van zijn.
Tot het kleuren van hyacinten zijn aniline verfstof
fen bij uitnemendheid geschikt, 'n Witte hyacint kan
naar verkiezing gekleurd worden, wanneer men tijdens
den groei bij het water de verlangde aniline-kleurstof
voegt.
BLINDEN.
Over blinde menschen deelde „Tit Bits" onlangs
het volgende mede:
De heer Nawcett, de bekende Britsche directeur-
generaal der posterijen, was reeds vroeg in zijn leven
blind geworden door 'n ongelukkig toeval op het
schietveld; maar hij was het beste hoofd,,dat de pos-
terij ,daar te lande ooit gehad had.
Hij ontwierp blind als hij was het systeem
van postzegels dat zeer zegenrijk heeft gewerkt
en voerde het stelsel in van telegrafische geldverzen-
ding. Ook schitterde hij als redenaar in het Parle
ment.
Hugh James, 'n doctor uit Carlisle, was ook blind.
Hij begon nis chirurgijn; maar toen hij blind werd,
ging hij in de medicijnen studeeren, kreeg den doc-
tersgraad te Durham en had later 'n zeer uitgebreide
praktijk.
George Mac-farren, de hoofdpersoon van de Engel-
sché" muziek-academie, was blind; maar hij compo
neerde de mooiste stukken waar Engeland op bogen
kan.
Opmerkelijk is 't, dat twee zijner beste leerlingen
ook blind waren. Eenige jaren voor zijn dood werd
hij organist in een der grootste kerken. Hij bespeelde
ondanks zijn blindheid vier instrumenten.
De beroemde Liszt was blind gedurende de laatste
vijftien Jaren zijns levens en componeerde in dien
tijd zijn beste stukken.
Het hoofd van een der grootste Engelsche piano
firma's was blind van zijn geboorte af. Hij brauht
groote verbeteringen in de constructie der piano en
bespeelde haar meesterlijk.
Een zijner beste stemmers, die nu nog leeft, is even
als zijn meester, stekeblind, wat hem niet belet, zijn
bedrijf zeer nauwgezet uit te voeren.
Dr. Champbell, het hoofd van het blinden-instituut
te Norwood, is zelf ook blind, maar niet blind gebo
ren. Hij heeft alle hooge toppen der Alpen beklom
men Jen heeft zelf de inrichting gesticht, waarvan hij
nu hoofd is. Eenige van zijn verpleegden genazen
volkomen, en verleden winter hebben twee meisjes
van zijn inrichting den eersten en den tweeden prijs
gewonnen bij een schaatsenrijders-wedstrijd.
De beste gymnast in de athletenclub „Manhattan"
is blind en hij verricht soms verbazende toeren. Niet
lang geleden was er 'n wedloop voor blinden, die
werd bijgewoond en begeleid door menschen die heel
goed zien konden, om het geringste ongeval te voor-
»oa
komen. De blinde gymnast van „Manhattan"
daarbij den eersten prijs.
Een zekere heer Strong, onlangs ore rieden, WUs
hoofd van 'n katoenweverij in Noord-Engclarm c!
begon zijn loophaan als werktuigkundige en ,'J
zondore liefhebberij was orgelmaken. Hij maakte
mooie orgels benevens andere muziekinstrumenten
werd blind. Hij leerde weven, maakte zelf 'n weefgei'o^
en bracht er vete verbeteringen in.
Joseph Wdmprecht uil Augsburg, was ook 'n NVon
der in zijn blindheid. Hij was boekverkooper, zijn win'
kei bevatte 10.000 bockdeelen, en er was onder aj
die hoeken geen enkel, dat hij niet dadelijk vindén
kon. Als er 'n nieuw (>ak boeken kwam, bého©(<le
zijn vrouw ze maar le beschrijven, d.w.z. to verteUfn
wat er in stond en ihoe zij er uitzagen, en dan prijsde
j hij zo nauwkeurig. Zijn winkel stond hij 'I publiek go^
aangeschreven.
Amerika levert wonderlijke gevallen van scherpen,
nigheid, gepaard met blindheid. Een der rijkste man-
non van do Amerikaansche effecten kantoren p
T. Hyde is blind, maar staat bekend als een der
slimste en meest geslepen speculanten.
De ontwerper van het snelzeilende jaelil Gloriaim
en hoofd van 'n scheepstimmerwerf te Bristol, is blind
Er is op do tentoonstelling le Chicago, 'n blind
meisje geweest, geboortig uit Boston, dat 'n waar na
tuurwonder is. Behalve blind is zij doofstom, en haar
gevoel is zoo sterk ontwikkeld, dat zij op 'l gew*l
af vele kleuren kan onderscheiden. Zij was de eerste
dio ontdekte, dat de neus van het standbeeld van Was
hington aan don oenen kant langer was dan aan den
anderen. Hoewel reeds duizenden artiSten hel stand
beeld zeer nauwkeurig en van nabij bekeken hadden
had geen hunner klit opgemerkt.
Er is 'n Fransche Ireeldhouwer, die. blind is, (yn
zoo men zegt, prachtig werk levert. Hij werkt alleen
op 't gevoel en zijn producten wedijveren met die dot
beste beeldhouwers.
Een 1)1 ind meisje in loonden heeft zieh 'n winst
gevende en nuttige loopbaan bezorgd als schrijfster met
de schrijfmachine. Zij schrijft natuurlijk op dictaat, het
zij mondeling of door de phonograaf of telefoon, maar
zij doet 't. Ze kent zeer goed het manuaal, en js
zoo zeker van haar spelling, dat de beste collega niet
legen haar op kan schrijven. Zelden maakt zij 'n mis
greep en nooit slaal zij iets over.
KEN „NATIONALE BLOEM".
Op do landengte van Tehuantepec (Mexico heelt
men 'n bloem ontdekt, welke in 21 uren tijds driemaal
van kleur verandert, 's Morgens is zij wit, als de zon
op 't hoogst staat, rood, en tegen den avond wordt
zij blauw.
We moesten de Hollandsche regeering vragen deze
bloem hier in te voeren, dan hadden we 'n „nationale
bloem", en althans iets voor op andere natiën.
DE ZON GELIJK.
- Ik moet altijd niezen, juffrouw, als ik aanzie.
Maar waarom dan toch?
Oc.h juffrouw, niets ongewoons; ik moet altijd
niezen als ik in de zon kijk.
GEZONDE BOEKEN.
Vin je niet. dat Pemneijer er in den laatsten tijd
bizonder goed uit ziet?
Geen wonder, hij recenseert niet anders dan kook
boeken
RECLAMES.
Niets kwelt u meer dan een jeukende huidziekte.
Aambeien zijn door hun pijnlijk karakter bijzonder
lastig te verdragen. Het jeuken ervan maakt u bijna
krankzinnig. Zij verwoesten uw slaap en maken u
mismoedig en wegkwijnend. Nooit krijgt ge de min
ste verlichting, of gij 6taat, zit of loopt.
Eczema is niet alleen onooglijk, maar ook besmet
telijk, en het breidt zich schrikbarend vlug uit. Dt
prikkeling is zoo onuitstaanbaar, vooral wanneer
warm wórdt, dat gij bijna niet kunt nalaten om uw
huid open te krabben. (9)
Huiduitslag, puisten, schurft en gordelroos zijn
eveneens zeer pijnlijk en in staat om u moedeloos ts
maken.
Voor aambeien, eczema en iedere jeukende huid
aandoening is Foster's Zalf zonder wederga. Zij doet
onmiddellijk de kwellende prikkeling bedaren, en geef
een ongekend gevoel van rust. Al naarmate de aan
wending der zalf wordt voortgezet, heelt de jeukende
oppervlakte der huid, en de volharding van den pa
tiënt wordt ten slotte beloond door een volkomen
en duurzame genezing.
Foster's zalf prikkelt de huid niet en doet haar
ook niet te vlug opdrogen. Over de geheele wereld
oogstte zij door haar uitstekende hoedanigheden
niets anders dan lof.
Verzekert u, dat gij de e c h t e Foster's Zalf krijgt'
Zij is te SCHAGEN verkrijgbaar bij den heer J. ROT
GANS. Toezending gesphiedt franco na ontvangstvan
postwissel A f 1.75 voor éen, of f 10.- voor
doozen.
eischt."
„Het is eenvoudig mijn wil, en dien hebt gij uit te
voeren," viel Frans hem op hoogen toon in de rede.
„Waag het niet u tegen mij te verzetten. Jij moet
toch nu wel hebben ingezien wie hier eigenlijk op
Wolfenstein heer en meester is."
De jonge graaf was als razend van woede, en het
liefst had hij zich op Frans geworpen en hem aan
den lijve getuchtigd. Maar toen hij naar diens spot
tend lachende gelaat keek, toen gevoelde hij opnieuw,
dat de man die daar tegenover hem stond, machtiger
en sterker was dan hij. Nu begreep hij ten volle welk
^^„.gruwelijk lijden, zijn vader had geleden onder
de macht en den invloed van dezen man."
„Ik heb u nog een voorwaarde te stellen," zoo
ging de kamerdienaar op drogen toon voort, „en wel
deze, dat uw huwelijk met Angtelika van Almenrode
zooveel mogelijk bespoedigd wordt."
„Maar mensch," zoo barstte de jonge graaf los, „wat
ge van mij eischt is toch een lage misdaad tegen
over een onschuldige, niets vermoedende vrouw, die
mij ten volle heeft vertrouwdhet zou een schur
kenstreek zijn jegens mijn broeder Erich, want hij
bemint Angelika. Ik weet dat dit zoo is."
„Nu dat is voor mij ook geen geheim gebleven,"
luidde het antwoord, „en juist omdat ik het noodig
vind, dat mijnheer uw broeder een klein lesje krijgt,
dring ik op dit huwelijk aan, afgescheiden nog van
allo andere redenen."
Wolf liep met groote stappen in de kamer op en
neer. „Mensch 1 Man, uit jou spreekt de duivel", zeide
hij eindelijk dicht voor den kamerdienaar blijvende
staan. „F.n zelfs wanneer ik alles trilde doen, wat gij
mij opdraagt, en eer en plicht zou vergeten, en mij
voor eeuwig aan u •wilde verkoopendan nog zal
het huwelijk van Angelika met mij niet plaals hebben.
!k ken den baron van Almenrode te goed. hij' houdl te
veW tan zijn dochter om haar tot een huwelijk tc
dwingen. Wanneer Angelika haar vader zegt, dat zij
mijn broer bemint, helpen al mijne bemoeiingen mij
niets."
„Zeg laat mij daar maar voor zorgen," antwoordde
Frans, „je ziet en voelt zelf, dat ik reeds heel veel
tot stand heb gebracht ik verlang van u niets
anders, dan dat ge een zeer gewillig werktuig voor
mij zijt, de prijs daarvoor is, dat heb ik u al
reeds gezegd, uw toekomst."
j Toen Wolf zuchtend naar den grond keek, voegde
Frans er op zacliten toon aan toe: „Stel u niet voor,
j dat ik een gemakkelijk tevreden te stellen sehuld-
eischer ben. Onthoud het goed, dat ik heel veel v..n
u zal verlangen, want het voornaamste en hoogste,
waarnaar ik reeds zoovele jaren heb gestreefd, dat
heb ik u nog niet genoemd."
Toen Wolf hem ontsteld aanstaarde, maakte de
kamerdienaar spottend een buiging, „ik wil u a'et;
langer lastig vallen, mijnheer de graaf," voegde bij
er nu weer op zeer onderdanige wijze aan toe. ,.D
zal mij morgen veroorloven, in alle onderdanigheid
naar uw besluit te vragen." Daarmede sloop hij de
kamer uit.
De jonge man keek hem na, als iemand die niet
wel bij het hoofd is. Nog begreep hij niets van al
het verschrikkelijke, hetwelk hem zooeven onthuld
was geworden. Hij gevoelde alleen dat de booswicht,
die daarheen ging, hem alles had ontroofd, wat hem
tot nu toe heilig was geweest: de kinderlijke liefde
en de achting voor zijn vader, eigen gemoedsrust en
levensgeluk. Maar ook gevoelde hij hoe zijn denk
vermogen was verzwakt en vergiftigd. Reeds nu wist
hij, dat hij voor dezen vreeselijken man een zeer
gewillig werktuig zou moeten zijn.
HOOFDSTUK XXIV.
De vacantiedagen van de universiteit brachten dit
maal den jongen professor Erich van Wolfenstein naar
het slot zijner vaderen. Intusschen scheen hij bet
ouderlijk huis meer te beschouwen als een plaats,
waar hij zoo nu en dan een oogenblik vertoefde. Al
leen de uren die hij sleet in het gezelschap zijne-'
moeder bracht hij binnen de grijze muren van bp
oude kasteel door.
Het grootste gedeelte van den dag bracht Eric"
door op den burg Almenrode, waar hij een gaarne
geziene gast was. De oude baron mocht den leven8*
lustigen, maar toch zoo degelijken Erich gaarne lijd^
Hil praatte veel met hem en daar Erich tegenop
dezen ouden edelman zeer voorkomend was en stee
bereid scheen al zijn jachtverhalen aan te ho0fen
en interessant te vinden en ook met hem en
opperhoutvester een spelletje kaart te spelen, dat d|fi"
wijls tot laat in den nacht duurde, was hij °P
burg Almenrode steeds heel welkom. ]en
Maar in waarheid waren het niet de jachtverb'jgf
en de spelletjes kaart, die den Jongen graaf o0te
naburige slot trokken, maar wel was het d® Ppka
dochter van den ouden baron. Ertch en xij
hadden elkaar nog steeds vurig lief. Wel ha "eiens
nog niet den moed gehad om ronduit die wa«
te openbaren aan hun ouders en bekende». e maar
het nog een zoet geheim tusschen hen beiden'
(lat deed gevoelens toch geen afbreu
Wordt vervO'e