L Zaterdag 12 Februari 1910. 54e Jaargang. No. 4657. DERDE BLAD. ccxxxin. w die alles aanteekent, dan is er 'n schitterend credit geroogen de handen uitsteekt, om werk en brood, daar zing, dat iemand ib.ém durfde aanranden, de deur uit ï.io^ >n rnihotaaihüor Hohot hooft- tasten wij diep in onze zakken en halen er tonnen gouds had geschoven, naar z'n fiets toe.. GELD NAAR HET NOODLIJDENDE PARIJS. ,,'t Is God, die door uw naasten vraagt; Van Hem hebt gij 't te leen verkregen. Rampzalig, die te weigeren waagt! 't Is diefstal jegens de Almacht plegen." BILDERDIJK. „En, wie niet geeft, die is een dief, Al heeft hij nooit gestolen." voor menigeen, die hier 'n onbetaalbaar debet heeft; cn 'n leelijk debet voor wie hier altijd sloot met 'n batig saldo. Troost je maar, hoor vrienden. Er is 'n denken en 'n weten, waar „faillissementen" en „voor schuld verkochte boedels" heel anders genoteerd worden, dan bij notarissen. En dit denken en weten breidfe-zich meer en meer uit. We drijven van lieverlede naar 1 die wateren, waar geweten wordt, dat alle rijkdom geen schande of vrucht van diefstal is. Er is ook eerlijke rijkdom, net zoo goed als er eerbiedwaar dige braafheid en eerbiedwaardige vroomheid is. Zul ke lui dragen ook om hun petten vaak banden, die al lang uit de mode geraakt zijn; maar er zijn eerlijke trouwe, onbaatzuchtige zielen onder. Laat ons geen dominee of pastoor verachten, omdat hij dominee of 1 pastoor werd, en geen rechtsgeleerde, omdat hij helaas advocaat is, en geen uitgever, omdat hij uit gever is. Er zijn er onder, die toch niet zóóver van den rechten weg afdwaalden, of zij bleven weten, dat er aan den voet van 't kruis meer te leeren is van God en goddelijke dingen, dan op den pauselijken troon of in 'n vergadering van door elkaar pratende theologen; er zijn er onder, die recht durven spre ken, ook al loopen ze daar 'n lintje door mis, of al moeten ze er 'n muntje bijleggen. Net zoo goed, als er ook wel uitgevers zullen zijn, dieNu ja, be grijp me maar: On ne parle pas de la corde dans la maison d'un pendu. uit.... om er vele dure wiegjes voor te koopen, voor 'n prinsesje, dat nooit in één ervan slapen zal, voor 'n schatrijk kind, dat ook om geen gekregen wiegjes verlegen zitkoopen voor Haar 'n Bijbel, waarin geschre ven staat van „armen van geest", van „onrechtvaardige rechters", van „dwaze maagden" en andere leerzame verhalen, en laten dien Bijbel dan binden in 'n veel te duren band. en doen er 'n album bij van de namen der geefsters en gevers, of misschien.... En we nemen liet Lehmann kwalijk, als hij op min der omslachtige wijze zijn wensch kenbaar maakt om 'n lintje te bezitten en door koninklijke oogen te wor den opgemerkt. O. Nederland, wie bracht als gij, uilen naar Athene? Peper naar Hindostan? Steenkolen naar New-Castle? Ge zijt in staat aan Boldoot 'n fleschje odeur te zen den. en aan Chauvin 'n paar handschoenen. De „acht kante Boer", die haalde waar was, en bracht waar niet was. en deswege vluchten moest, was waarachtiger en redelijker dan gij. O zeker, 't is waar, en ik durf het herhalen: Beter is het, lieft e hebben en zich in het voorwerp van zijn liefde te vergissen, dan in 't geheel van geen liefde te weten, .zooals.... Maar beter is 'l een kleine daad van liefde met ernst te betrachten, dan schatten te verspillen, die in het groote boek der menschelijke liefde, niet als „schatten" worden genoteerd, en door het nageslacht ook niet als zoodanig zullen worden gelezen. Wat ons ontbreekt, is het lezen en ook het verslaan van het Evangelie, van die Blijde Boodschap, die ons wijsheid wil leeren, ook in ons weldoen. Wat ons in den weg staat, is hel zien naar menschenoogen, en het hech- Maar ik dwaalde weer af. Journalistiek is 'n zware ïelukkig! Parijs is weer zoo-zoo droog; en de Parij ^udie. en sommige menschen krijgen er nooit begrip aars kunnen weer, zonder waterlaarzen, droog- _'_n'da -juh'ans draad" ^n dit schrijven ,u van de Place de la Rép»bllc«ue naar de Made- J» 1' vStaid.H* ST enae «iel 1®'naar .de e J ,?f^rMarigny k me, geschreven had van de bergen sneeuw, die we hier en voor ons waarachtig geluk geen waarde hebben. Métropolitam-spoorweg rijdt weer, al moet er hier toen bezig waren op (-e ruimen. Elke sneeuwbui, die Laat ons elkander goede voorbeelden geven en wij- daar zacht en langzaam gereden worden; de tijde- bjer }n Amsterdam viel, kost de gemeentekas zoo on-1 zer worden, en leeren van de Natuur, dat Zij nooit tot bad-mannen gepromoveerde aapjes-koetsiers, geveer zes a zeVen duizend gulden; en velen van die gierig is in het geven van de rijkdommen, die Zij .en weer op den bok. De Opéra-Comtque is alweer sneeuw0pruimers, die gisteren en eergisteren gekookte te geven vermag; maar ook, dat Zij nooit 'n korrel ver- ',C ..or. .4ln straalt a'weer; even- aardappelschillen aten met jus van zout en wat ver- spilt. la Samaritaine ,1e Printemps en andere modepa- schaalde olj den anderen dag te gast aan len. De balustrades der bruggen staan weer vast aardappelen 'met echt uitgebakken spek, of aan de bewaking der Pont Alexandre is weer in de ka- ,/L WQf ne^ terue ceroeDen De boekenkraamDles do tal- droge rijst met koevet En dlt wordt door heel wat menschen als zeer „gewoon" genoteerd; want dat de armoede ook zijn „troetelkind" heeft en hebben mag, weet iedereen nog niet, al heeft Bilderdijk en 't was een der mooiste waarheden, die hij ooit gezegd eft het duidelijk en aandoenlijk genoeg gezegd. Maar op dit verband ga ik nu niet in, al was er H. d. H. ze boekenkraampjes, au bord de la Seine, waar 1 snuffelaars zoo graag te gast gaan, om te vin- 1 wat ze niet zochten en waarana ze niet dachten, i weer opgeslagen; de Pont Neuf de oudste brug heeft' Parijs is weer van zijn baricades ontdaan, rijs lacht alweer, heeft zijn dooden opgevischt, „RICHARD". „LAAT IE EENS!..." ijjb «.lju ™»ucu „e, ....Een dag of drie nadat hij zich In het buurtje ist elkaar gelegd, gemonsterd, erkend of niet er- verband onbeT gevestigd had, was meneer Daniels gekomen in het ad, en begraven. Een tros bloemen met 'n blauw, £P™ken bleef" En °ch/ yergeef m'J dlt„ maar weer. Het kantoor van het café-restaurant „De Druif", met een t en rood lint, in naam van vrijheid, gelijkheid en b°™*, i/// a vuur in eigen zeer jilechtig gezicht en had „den patroon zelf' te >ederschap bij elkaar gebonden, op de kist, en b ahraplLo ti,!l I'en' om dat vaa z^n. bl'a spreken gedaagd..Zulke voornamigheid was men er t-. man brandende te houden. Ik zeg niet, dat .dit j n r~ "goed" is; alleen maar, dat 't meef voorkomt. ek gaf nu entree libre. De smart laat ieder toe K kent geen uitsluiting. Boedels zijn weggedreven, dinggenootschappen b.v besteden duizenden en uen- de ze op prjkje en maak(e gleen „complimenten ideren verloren gegaan, ouders zoek geraakt. Brug- zenden aan de kerstening van n paar onbekende Hendriks was een pientere baas. Die had al dadelijk a stortten in, paleizen wankelden; wit drijven kon *1"^ pl£k„° ^aapt dat 't, voor hem, zaak was, om „de dames een bleek 'n rots, om op te vluchten; de vaste fan de ®n,JKe®*®11' d,e bler /'gs de kaden (e gc>ed-vriend te houden. t Was gebeurd, niemand iem 'n gevaarlijk element, om op te toeven. En lo°Pen' zonder werk, zonder brood, zonder beschawng, bad er natuurlijk een woord over gesproken, maar wijl angstgeschrei, om leven en goed, de lucht ver- wnTrtwwant V°°r /f" loch ]ek,e 't wonderbaarlijk gauw uit, dat de wet- Ide, terwijl de radeloosheid der verwarring de k/Len bloedverwant, wien zij hun „ge gade van een der „plakkers" bij Hendriks was nhoop nog wanhopiger maakte, mannen hun vrou- nm o-pVp„ pm tp hei Stomen en een half uur lang in z'n kamertje had n, moeders haar kinderen zochten, sloegen de apa- pe^ om te relden? en die reddhigsdrang zï lun ziUen ,Praten- °P zcker momcnt had. de haar m, de hyena s In menschengedaante, hun slag en Want hptAr «R h.t lipf t. h^hhp„ in Ze waren allemaal opgestaan... Verwachtlen iels ijselijks Patroon en aannemertje stonden een poosje in de gang te praten... Hendriks kwam dood bedaard bin nen... of er niks was voorgevallen... En zij zagen 't lichtje van Piet z'n fiets over de laan van buitenbuurt voort schieten... „Hoe heb ie 'm dat gelapt?" vroeg een, met echten, grooten eerbied patroon van „De Druif' aankijkend. Kreeg echter geen antwoord. Meneer Hendriks hield er niet van om over zulke dingen na te pleiten.,.. Bleef zwijgen.... Ze voelden dat hij er niet op wou terug komen... Maar van dat oogenblik af was meneer Hendriks gezag, zoowel uit geestelijk als phvsiek oogpunt beke- keyn, rotsvast gegrondvest....! Meneer Daniels moest hem zelf dus spreken, dien ochlend.... En Hendriks, aan zoo'n autoritair-deftig toontje niet gewend... Z'n vrouw, nederiger van natuur, had hem al ingefluisterd: „Gauw dan, die nieuwe meneer van numero twaélf... 'n Sjieke baas, hoor....!" Wat op patroon slechts verkoelende, remmende uitwerking had... Hendriks kwam naar bezoeker toe. dopje op 't hoofd, handen in broekzakken, horloge-ketting zwaar- rinkelend... Tikje-nijdig kijkend... Met koel-spiedendie oogen.... „U wou-me spreken?" Meneer Daniels maakte Hoffelijk buiginkje. Haalde portefeuille uit z'n zak... Hield hem lapje van.drie honderd voor... „Och, zoudt u me dat even kunnen wisselen?" En het glimlachje van„Och, eigenlijk hoef ik 't niet eens te vragen... Zooveel geld heb-je natuurlijk niet in huis!ontging patroon geenszins... Daalrom bekeek hij het bankje eens nauwkeurig streek 't Iglad. keerde 't om en om.... Vroeg toen hee? droogjes „Wilt u papier of specie hebben?" „Liefst papier 1" zei meneer Daniëls en patroon, nog altijd het bankje gladvouwend, om-en-om draaiend' bekijkend, rammelde met sleutels.... Begon z'n kast open te maken... En toen de nieuwe meneer z'n duiten had gekre gen. informeerde hij naar het adres van een héél solied kassier... Hij was hier pas komen wonen, hè?.... Be stelde. .en passant, 't een en ander voor zijn kelder, uit „De. Druif'.... Was zelf heel maiig, gebruikte haast nooit iels van wijn of zoo.... „Maar men krijgt eens gasten, niet waar? En er zijn ook wel eens zieken, die wat kunnen gebruiken..." Drukte meneer Hen overjas.... waar een dikke gele enveloppe met groole zegels er °P. in stak... Die meneer Daniëls, bij toeval, terwijl hij met patroon stond te praten, te voorschijn had ge haald.... En juffrouw Hendriks direct in het kantoortje \uuiTood van blijdschap.... Een nieuwe vaste-klant, hoor.... En wat-voo-een! «O uuu omg «u excuus Want beter lR hAt ]ipf t„ hpbbpn pn 7irb in fr.n gaasje port aangeboden, want de bezoekster was chtten zich te verrijken met de armoede van an- ,t voorwerp van zijn liefde te vergissen dan in 't gedrukt van stemming... En toen ze wegging. t voorwerp van zijn neme te vergissen, aan m t hlJ haar op den schouder en zei: jLaat u dat zaakje nou maar eens aan mij over, hoor! Dat komt a ga!g: maar k°f beletten, En zjj a)len_ gedreven en gedrongen door een- it- Z6j et toe'®sden op den zejfde gevoel van broederschap, zonden hunne ga- fen hi de kaart glÏÏeM^werT 61(1 meD" Ven naar bet heisterde Parijl.' De Bretagners lle- Q 9vanZ'de1 orerstroom^*1' T tTT lïïïïSSfoï »iTCiimn j jlng waterkeeringen, klonk gersnood" in 1902, ging nu met schaal en bussen rond ar Europa, en doordrongen van misschien in- 'n tamboer voorop, om voor de zuidelijker broeders terecht. Ik ben 't volkomen met je eens!" En toen, dien avond, klokke elf uur de „plakker" nog steentjes zat te leggen en een nieuw potje bier vroeg, keek Hendriks hem op bijzonder-nadrukkelijke manier aan. „Hierheen, vader, je vrouw zit je al met smart te wachten. Wees-jiji nou wijs en ga naar huis!" Even werd de „plakker" boos, maar Hendriks trok 1—o»v*ivx wp. vatte nvt merg]&S... iden kom om 't water te keeren, geen manschap- ning, zich nog herinnerend wat 'n volksramp betee- u om 't opgejaagde volk in bedwang te houden, zond 50.000 francs; Eduard van den overkant ld, geld en altijd maar weer geld, om den wolf van ga^ 25.000 francs, zijn vrouw legde er nog zooveel n honger, die veertig jaar geleden datzelfde Parijs by qju-qj Van Roemenië al woont hij ver weg ■ton hnrl rtnon otor» on nn loor had rinon Vnappn 1 1iur ten had doen eten en op leer had doen knagen iten de poorten te houden. Hier nu heeft de menschelijkheid triomfen gevierd; vijandschap werd vergeten en het gevoel zond zijn heelen spaarpot over; het Lord-Maire-fonds weten, hè?... Mij vriend-zijnde..." Dat sloeg in.... De' „plakker" lachte, gaf hem een hand en ging heen. Hendriks had 'n heel-aparte manier om met z'n klantjes om te gaan. Als-ie wist dat er geen ziertje, geen aasje „risico" aan verbonden was, dan was hij er wel voor te vinden om den een of ander e's te kwam in Parijsi terecht; Czaar Nlcolaustuurdei zijn assisteeren Met stuk o{ wat Hksjes... loon van n vollen werkdag, ruim 26.000 francs; dei - - J - ip werd vergeten en het gevoel van nrjns van Wales 'n week van ziin aDanase ruim zes I aar wa? ee.n uitermate-voorzichtig man, de end- en broederschap vierde haar hooggetij. dUizend gulden. Wie heeft er geen geld gezonden? Patrfon* d^e. ^er^e .4Ve j.aar ^ond-aan-avond itschlands Keizer zond geld, Oostenrijks Keizer Schoolmeesters en dominees drukkers en pennelik- i hem kwam in ,,De Druif die zelfs tot de beste nd geld. Fallières - „neef" ónder de „neven", als lers -Tè kunnen lik nog wat glvenl - ik en royaalste klanten behoorde, had hij eens 'n tientje bij vorsten op bezoek gaat bleek 'n „vader" drukkers en pennelikkers, burgemeesters en ëcw*rd:;- br zijn volk te zijn, en gaf geld, om brood te andere vroede mannen, alles zond geld. Allen waren 1 SP1Jt P10 de. Patro?"„ »De Drulf en ^schaffen en de verwezenen 'n dak te bezorgen. er van overtuigd, dar hun duizenden en tienduizen- »maar m!pnncij» leen lk nood! paus zelfs vergat voor 'n wijle de ongehoorzaam- deilj bun guidens en kwartjes en uitgespaarde dub- H"n'{e ,dat n,ou dofndeurwaarder 1 van 7nn liafafo tuoor haar «riillr 'n jlu j.AH flGZC.2(L UlC tot G0 Stamcluh D-rflOOrdC CI1 als iUl*ldl- „Daar zit 't an, Kees! Dat's een fortuintje, hè? Dien mag-je in eere houden, man!" Meneer Hendriks was bezig z'n secretaire te slui ten. Stapte nu in het vertrekje rond, terwijl hij pc.r geweldiger 'dan straks met z'n sleutels rijde,' zei geen woord. Knikte maar ever»-"- - J.311, a le 't ook vond... Heel-aardig... Een iv>r— ^en mms e> a s"- „Wat nou: als!?" riep z'n vrouw uit. nijdig van wege zoo'n on verschil liZei<j- 'TT^°'' wonder zijn, als jij dien man niet wantrouwde... Hè, t is crimineel, zeg 'k' Jii zult wegjagen met je zurigheid! j Ajuue dat ik t zegl En de juffrouw dribbelde heen, de deur achter zich dicht-smakkend.... Meneer Hendriks, van „De Druif', zat, in z'n arm- stoeltje, vóór z'n schrijftafel, te pijnzen... Eigenlijk vond- ie dat z'n vrouw gelijk had... 't Was waar... Eenmensch kan te wantrouwend worden... Zoo méékt de wereld je nou... Zelfs over zoo'n man als die Daniëls zat-ie nu te piekeren: „als 't toch eens schijn was... En: dat er iets in den klant Van het bankje hem tegenstond.... Maar hij lachte zichzelf uit. en terwijl meneer Hen driks de nota begon te schrijven, die bij het mandje voor meneer Daniëls moest gevoegd, vervroolijkte het idéé hem allengs, dat er zoo'n fijn klantje bij was gekomen... Zoodat-ie, dien middag, aan een paar van het stam- clnbje vertelde van den nieuweling... Aanwinst voor de buurt.... 't Was een paar dagen na het „klapje", door Hen- id van zijn „liefste dochter", waar haar zulk 'n beltjes iets, iets althans zouden bijdragen, om dit g^elgd. .die tot de stamclub behoorde en als juridi- De"Druif' aeleden door dat" faillissement .g trof, en zond zijn lire's bij duizenden, onna- groÓte leed iets dragelijker te maken. De pas tot specialiteit van den kring fungeerde, dats nou dn^ Dra* gel<tden^oo^iiaMami!isern.ent nkend hiermede bewijzend, dat Christus' gelijkenis- Lning uitgeroepen Albrecht van België in afwach- toch jereigen gkzen ingooien?.... Een kerel die vijf /arlm naboln er bi dThatstTweten zoo van verloren zonen en verloren schapen onder tjng log van zijn eerste weekloon, zond 5000 ^/?d<Tn in de maand biJ ie verteert - 'l niet Cr Z°° 't Zal een dag of drie, op z'n hoogst, geweest zijn menschen tot werkelijkheid kunnen worden, en ver- francs en Neerlands Koningin, In alle Hollandsche Cl ,4 en penningen nog niet geheel verloren zijn als 'n biaden geroemd om liare lieftalligheid en mildheid, v. p ey ,en Hendriks „en toch doe der ze vindt. waar Zij hare onderdanen in ellende weet, en er dan Wie heeft er geen geld gezonden aan dat geteis- nlet tegen op ziend, om b v. 15 gulden te zenden Deurwaarder schokschouderde glimlachend.... Zoo'n na dien tegenslag... dat de man met de loerende, sluwe gitzwarte oogjes en de altijd in beweging zijnde hand jes over hem zat... in het kantoortje achter cafézaal. Dat manneke met z'n zwarte krulhaartjes en z'n de land, aan die bijna weggespoelde stad? Op het"beginnen van 'n kleinhandel", of f25 „tot „taaie" toch.... Hij had zich Hendriks „ruimer gedacht... natuurlijke bronnen van het rijke Frankrijk, met bet k00pen van 'n "eerste klas,, naaimachine", waar Maar to/ ,cerl week o{, dnc k/1" de «//'"klant k n onuitputtelijke rijkdommen, mag 'n schuld wor- je toch geen steek mee doen kunt, Koningin Wilhel- spoorloos verdwenen was tot smart van al de winke- rad IK} n aangegaan van wederke^ng hulpbetoon: mag ge- ,njna liertjes uit buitenbuurt, die duiten van hem kregen, J1 Jas. tLl <ncni gencnoopi, noeu opg.zei, mauu kend worden van.... Wie denkt daaraan? Wie praat 1 toen steeg meneer Hendrik's gloriezon. Gaven zij toe, schoentjes glad gestreken... ■arover? Zal ik mijns vijands ezel niet ophelpen, 0ch Rika, wil je dat raam even dicht doen?, 't dat hij scherper kijk had, dan allen van de club bij ik"^^danu 'dK^rte bewSn'^St we^elka^ Snkekn T 5 T" t leVÖ,i T'"' zei hij tegen deurwaarder jelui geleerden afzITlaïg LTnen^aan iKdafraan?! ^ens°ch,n? water, 25 lk kaD meZClVen met al taSJ'S1 iSSSSfIr *2%"ffi -o iets liefhebbers krijgen... Een formaliteit. bloot© formaliteit... afijn, adieu, mijnheer Hendriks! n mensch in gevaar, daar heeft n moeder geen Waar was ik ook weer? 't Is vervelend, wanneer 'n mensch telkens door allerlei nesten van zijn werk elk en geen voedsel voor haar hongerig kind! Er >n mpnWTelkëns door allerlêi nesten vaiTziin werk Waarop de ander het medelijdend-spottende ge- tot..." Maar patroon bleef zittem Peinsde over het oet geholpen worden, en of we nu ons zondagscbe wordt afomleidO ja, aan' de strooming van 't gemeen- zicht trok van man der wetenschap die miskend wordt AT __5 Vb Ir o Q n Vi qViLoti /-v-P Korzio rjii' n oor» nno 1 o o toto \r m o t* ii i 1 k aan hebben, of bezig zijn aan ons laatste kwar- schappeli|k blo 5, wü zullen in 't water springen, om dien man stro^ en u m l} n plJ„ redden, en ons laatste kwartje geven niet voelen en koningen de gelijken doet zijn van armen ns „in godsnaam", hoogstens in Gods naam en bedroefden Nederland, op het voorbeeld zijner Ko- te doen wat gedaan moet worden in naam der nino,jn zond aan bet nood-lijdende Parijs, bijna twin- enschelijkheid, in naam der broederschap, die ons ti--cLuixeirel gulden, zonder daarbij te verge'en het vuur !en bindt, in naam van dat eenheidsgevoel, dat den jn eig.n baard tè onderhouden. Want br.m|e-Nassau- ider schreien en helpen doet, als de een lijdt. jK't vorstelijk geschenk aan lijdende Ncderlande:s, O, wonderlijk bedoelen en heendrijven van 'n on- om 'er in vt>rstelijke ziekenzalen genezing te vinden, grijpelijk geheel, dat zijwegen inslaat en kronkel- Oranje-Nassau-oord, dat nu al zoovele jaren zucht on- Bgen betreedt, om eenmaal te komen op den grooten der >n scbuid van twintig duizend gulden; en deswege 1 rechten weg der volkomen menschelijke eenheid! zieken moet afwijzen, is... diepte en wijsheid van 'n kosmos, die ons bijna et anders dan 'n chaos kan toeschijnen; t meest f)at raam is nog niet goed dicht, Rika. Je moet in misschien werkzaam, als ons de chaos volkomen die spignolet naar boven drukken. kt; zooals de aarde zich misschien dan 't meest wi| niftf s|n;iPn meneer. Livert, als haar vuur naar buiten uitbarst en tem- ils en sterrewachten doet wankelen; 't meest dan isschien, als de wachters op de muren, wakend te- "f, ,a". 1 door sim nel-oneerbiedig leekje.... Én de assistent wan fotograaf uit de Langestraat, van wien hij al sinds bloed, dat aller harten en aller aderen door- di.0,|I,t die er wei eens aan gedacht had om voor maanden wist dat ie zoo wrak stond, te redden... en mij u w pijn doet^ge- examen" van apoüiekers-bediende te gaan werken.... Ha<l zelf wel 't geld verschaft, maar moest dan met m de vijanden daarbuiten, naar binnen worden ge- epen, om den vrede binnen de veste te handhaven, 'ie zegt 'n mensch, dat hij niet juist zooveel centi- - Het wil niet sluiten, meneer. Neen meisje, 't is verkeerd gemaakt en 't sluit ook niet; maar nu moeten we toch ons best doen, om 't zoo goed mogelijk te doen sluiten. Sla er van bo ven eens tegen aan; misschien gelukt 't dan. -M Nederland en zijn Vorstenhuis! Nederland en de eters beneden de middelmaat geschapen werd, om Nederlanders I Wiens hart gloeit niet van tro s bij isschien zonder schade onder 't Caudijnsche juk te hooren dier woorden? innen doorgaan? Wat weten wij? Wat berekenen ij? Of Frankrijk ons geholpen zou hebben? Vraag >eh niet zooveel. Doe, als er nood is, zooals de merikaansehe gezant deed. Hij had niet meer dan ton in zijn zak. Asjeblieft, pak aan! Behelp er voorloopig mee; ik zal naar Washington telegrafee- ?n en u morgen meer geven. Doe alsDaar lag Jood aan den weg, verslagen, verwond. Een Sam aritaan zag hem liggen. Hij had geen water bij cb, om die wonden uit te wasschen. Maar hij htte zijn wijn daartoe niet te kostbaar. Hij wiesch uit met wijn en verzachtte ze met o'1®- Wie >u, als er 'n mensch honger heeft, zijn rijksdaalder kostbaar achten, om brood te koopen, alleen mdat hij geen dubbeltje bij zich heeft? Bij eebrek in brood eten we toch korsten van pastijen, t Pen goed paard, dat voor zijn meester niet springen '1. En menig horloge, en menig zilver couvei w®® ..Kent gij het land, der zee ontrukt Door <1 arbeid van een voorgeslacht, Dat nooit verwonnen heeft gebukt, Of 't hief zich op met grooter kracht? Kent gij dat land, waar wceuw of wees, Waar de armoe nimmer hulploos schreit. Waar menig liefdestichling rees, Ten blijk van 's volks weldadigheid? Kent gij dat land, waar eer en trouw Bij Vorst en Volk een woonplaats vindt. Waar oendracht steunt het staa.sgebouw, En liefde Vorst en Volk verbindt? Dat land, dat land, bekend Aan 't verst, aan 't versie strand. Is 't ons zoo liefdrijk Nederland. Een schoolliedje,, t is waar meer niet; door ons niet, of 't springt voor zijn meester of als kinderen geleerd en gezongen op de schoolbanken >esters vriend; maar de sprong is er niet minder volwassenen pas verstaan en begapen. Mant irachtig" om. En als 't waar is, wat sommige de wéjgedaan moet worden, waar de tuberculose- ra beweren, dat er naast den boekhouder „achte aallkfoppen, waar de werkloosheid met hon- 3 schuinn ri«nr" ook nog. onzichtbaar, n eng In haast elk gespreii een paar „geleerde termen" mengde, verlies verkoopen... Afijn, Kroesen had hem gesmeekt die zij geen van allen snapten. deurwaarder aankeek Gezin met vrouw en drie kinderen met laenje van verstandhouding.... Zij; hoogere in gees- „Waarachtig," zei de meneer van liet „geldkantoor" tes-ontwiKkelingj, zouden zich den uitval neusch niet tot Hendriks „ik bezweer je, -- een juweel aantrekken... van een man! zoo een mot er nog geboren worden,! Maar de dikke Elshout, met z'n fordimobeie knuisten oni daar e®11 wildvreemde te helpen met vijftienhon- en z'n steenrood© wangen; de aannemer die tienmaal d®rd gulden... En wat ie allemaal nog meer doet... per avond uitriep dat-ie ais gewone polderjongen was wa*- weet, dat ie doet...!" begonnen.... Ze mosten't 'm maar eens nadoen... En die. Patroon van „De Druif" wankelde... Wankelde... wanneer hij z'n gebruikelijk quantum-glaasjes had van gitoogen en de roerige bandjes had 't iu overschreden, met üikkerende-dreigiende oogen rondkeek. gaten.Hij zette z'n stokje weer in een knik. dan... Of soms iemand lusi had om 't hem le betwisten... Schoof z'n hoed naar-achteren. Kwam vlak bij Hen- De dikke Elshout rammelde, met een van z'n reuze- dr'ks staan. Vlak bij z'n oor... Fluisterde: knuisten de domino-steenen, waar ze mee zaten te „Weet-je wat...? Jij kent 't toch óok gebruiken vijven" dooreen en riep uit- momenteel... Als jij onder den naam van Daniëls „Hendriks, je bent een Kraan! Laat ze maar klet- borg-teekent voor die vijftienhonderd... Weet-je wat. sen, hoor.... Laat jij ze maar kletsen... Jij snapt er Eaar... We zijn toch ouwe-vrinden... Omdat jij 't in je duim meer van as die «cl...geleerdeI lui in bent... Eh... Eh... Tweehonderd gulden voor jou als d'r heele body!" o o 't in orde is... Contant! Cash!..." En de geweldige drcigoogen richtten zich naar de weer greep hij 't stokje... Als dat niet hielp... wetenschappelijke liguren van de stamclub.... Den deur- v "e patroon woelde door z'n haren. Zette z'n pet waarder en den assis en! drogist... Waarna beiden hun beurtelings op en van 't hoofdStreed, voelde best deden om allervriendelijkst, - joviaalst te mea' 3 barden kamp; !?acbt aaa den, WI!sel van lachenVan dat Piet Elshout volkomen gelijk had... vijfhonderd, die de volgende week Zaterdag kwam... Zeker en stellig, haast... Terwijl assistentje, wien de aannemer eens „voor de mop" eventjes in een schou der had geknepen... Dat-ie z'n gebeente voeide kra- ken Na weiice gebeurtenis assistent steeds zorgde een riep de zwarte hem, deurkruk stoei-of-drie van den reus af te zitten... Onderwijl as- sistentje zelf voelde dat hij tikje bleek werd.... Met Piet was 't, van-avond, weer niet heelemaal pluis... Voor patroon Hendriks hadden ze zeker respect. 't Was gebeurd, dat aannemer, die nog per fiets er gens heen moest en rooder. wilder was dan ooit... er eeni >>kwaad.. bij was, zou hij, zwarte, or loen hij met z'n glas tikte... Een hand op z n schou- daQ ingaan!... Was hij, namens geldschieter agee- der yoelde van den waard. Van Hendriks, die hem rend/dan gek... of een schurk?... iets in het oor fluisterde. ..Neen. Hendriks, dank-je wel. Merci bien...! Dat Toen had de reus zóó n pats, met gebalde vuist, op de leestafel gegeven, dat ze allemaal het toch al niet heel dikke blad hoorden splijten... Maar Hendriks had wondertoer gedaan. Met ener gieke onverhoedschen greep aannemer bij do schou ders gevat... voordat de reus bekomen was van verba- Waar-ie nog geen drie voor disponibel hadEn hjpotbeek op z'n huis... Hoogere eerste dan... Ge steld dèt-ie 't kon krijgen... Daar zouden weken al tusschen vingers, toe, „nou, ik zie je nog wel eens." Patroon wenkte hem. Vroeg hem iets... zachtjes, met bevende stem... Maar de zwarte werd nijdig, was diep-gekrenkt... Wou van de zaak niet meer hooren... Geen woord... „Neen, Hendriks, dank-je wel. Merci bien...! is nou voor je vriendschap!" En hij liep weg... 't Café door... Patroon hem achterna: Nu in doodsangst door de gedachte aan z'n wissel van vijfhonderdVan Zaterdag-ochtend

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1910 | | pagina 9