Sclietsen uit de Becliizaal RECLAMES maken van het bijgeloof en de domheid der groote menigte, stoomfabrikanten van heiligen, onzinnige geo grafen van hoe het er uit ziet in het Paradijs, in don Hemel zelf. Daar zijn de „hemelphantasieen" van H d. H„ zooals ze in de „Groene" en in de „Scha- ger" voorkwamen, niets bij. Die bleef ten mins e vóór de poort. Maar de Jezuïten weten aUes hunnen alles durven alles en doen alles. Dat bebb®u J?e Pausen bewust, dat heeft de Roomsehe kerk, dat heb ben de Roomschen onbewust ondervonden. Sede jaren drijven de Jezuïten 'n groothandel in wonderen en r«l eken, vooral bij de Romaansche volken in frankrijk. Spanje en Portugal is het aantal womlere niet meer te tellen. In Italië is 't precies eender met dit verschil, dat daar te lande de politie d°0' ervaring wijzer geworden de gewoonte b«e" genomen, om de wonderdoende madonna s «n andere wonderdoende heiligen over dezelfde te sche^re^ met zakkenrollers, en ze aan n eve updrog bijna zoek 'e onderwerpen. En aangezienhet bedrogMjn altijd aan 't licht komt, worden deze w inkels heiligheden en mirakelen bijna even spoedig g -3hs. r .Kr vSoSr,.Ans r mmmmM t 'z"zsz «san SÏÏ'.Sür-SiS a .-r. ssss »r HU JS?»nto.r ook I» ..De Jezuïten voeren n openlijken ooi log tegen het rationeele gedeelte der wijsbegeerte lan den heiligen Thomas en een be dekten kwalijk verborgen oorlog tegen zijn theolog Se bemoeiingen, ofschoon beide voorgeschreven zUn door het Instituut van den H. Ignatius en door al de algemeene congregaties behalve die van ionesten tijd. Toen ik jaren geleden, zoo vernaa Gurci mij te Piacenza bevond, ontmoette ik n jeug dig Spaansch Jezuït, zeer ervaren in scholastiek en ziin leerling, 'n jongen abt, zekeren Bossette, die daarna tot kanunnik en hoogleeraar in de wysbegee - te benoemd, dezelfde leerstukken °nderwees aan twee gebroeders Serafino, en Domenico Sordi, oe den met groote talenten begaafd en als l5 J°°r de beoefening der bespiegelende wetenschappen. M toeii deze gebroeders Sordi lezuïten waren gew - trachtten zij, in 't geheim natuurlijk^ dR hun geen a nderen jeg ^pen te Napels ge- Ju.St, Me,t Serafino'de k°?'4teUetne?™r„,e?hÖS t Pater Taparelli werd van zijn leerstoel in de Ssbegeerte te' Napels ontzet en als onder- vijzel' in de Fransche taal naar Palermo gezond.en. 7on schrijft Gurci in zijn bovengenoemde boek. E waarom ik"dit oververtel? Alleen om 'n getmgems te meer te hebben, dat de Jezuïten en niet de Pau c.en de Roomsehe Kerk besturen. Want terwijl Pater Taparelli door hen werd afgezet van zijnS, stoel kwam Kardinaal Gioacchino dat is de la ^Ire Paus Leo XIII Gioacchino Pecci om de-j zelfde reden met hen in conflict. Hij was zijn broe- der die ook Kardinaal was onder Plus IX, behulp zaam in de edele en heilzame poging om de scho- ïa^tipk wG6r in eere t© br©ng©n. Over dc scholastiek - dat is de poging, om het Eodsdiensliij geloof te kunnen toetsen aan dc leden zal ik later, als er wat minder voorvalt dan nu, "VS* *£0'pMW lusschen den Paus en de orde van Jezus heeft gedurende jaren voortgewoe kerd, totdat Leo XIII eindelijk heeft moeten zwichten, evenals de meeste zijner voorlange is. Wanneer wij Protestanten ons eren!waaidigd uitla- wr het Roomsehe stelsel, dan meenen sommigen, dat wij vechten tegen den Roomschen eerediensl de Roomsehe hiërarchie. Maar dit is zoo met. W ij strijden leen de zwarte bende der Jezuïten, die de Roomsehe Kerk beheerscht. en op hare beurt tegen allen strijdt: legen Joden en Geuzen tegen koningen en Pausen- Want er is geen Paus, die voor haar niet zwicht. Dat Pius I\ voor hen boog, de ïjdele. oppervlak kige p ater. dien '1 er altijd om te doen was n g^slig- hrtd te zeggen, al ging ze niet diep: die niet zoo heel verstandig was en niet zoo ver keek; wiens wetenschap pelijke ontwikkeling niet hocger stond dan die van 'n middelmatig pastoor, men heelt het kunnen begrijpen. Hi had n afkeer van geleerdheid en voelde zich t best thuis tusschen middelmatigheden, tusschen men- sehen die evenals hij. niet veel wis'.en, en hevei c apje' maakten, dan ernstig dachten. ^aaf dat Jen slotte I eo XIII voor hen gebogen heeft, dat sdiiTit len hemel. Met het groote gevoel Y^^si^i ^n pt- I oomheid was hij genaderd tot aan den Stoel van 1 Pus Met de beste bedoelingen bestijgt hij dien. Be landslak niet met de Jezuïten, knoopt buiten hen (un onderhandelingen aan met Duitschlamd, Rusland, België enz Maar als door onzichtbare handen worden spaken h, de wielen gestoken .De vrece tnsschen Prue,- sen en Rome blijkt onmogelijkm Belgie komt m nl i iis van tot 'n verzoening, tot n volkomen breuk Zwi se laiid doen de dcricalen alle onderhandehngan mislukkenen bij slot van rekening mag doe: de clericalen hierin tegengewerkt geen «1 uilen met cl© 1* ranschc Republiek. de p '.rticulie.e vertrekken van Zijne Heiligheid, n Op stand dreigde. En I.eo XIII, de eens zoo wijze aarts bisschop van Perugia, die zoo aandoenlijk schreef ovei beschaving en „burgerlijke samenleving die zoo zelfstandig handelde, waar willekeur en despotisme bru taal te voorschijn traden, en deze door zijn machtig 1 woerd hel zwijgen cplegde. dezelfde man, die geschre ven hul ovc, dc .Almacht Gods, waarvoor alleen n mensch te buigen heeft", en „Vrijheid, de bekoorlijkste bloem noemde eener gezonde samenleving die man, maakte rechtsomkeer en.... gaf zich over aan de Jezuï- j '\lweer 'n teleurstelling te meer voor alle menschen van goeden wille, voor het Protestantisme en voor de Roomsehe Kerk, voor het Pausdom in 'de allereerste j plaats. 0111 vrij te zijn en zich naar eigen vroom in zicht te mogen ontwikkelen. De voorwaardendooi de Jezuïten den ..Leeuw van Carpineto' voorgelegd, zijn liekend. Het „heilig officie", de „Index het „stand- j punt van Pius IX" de „clericale pers' spelen in die voorwaarden 'n voorname rol. Zoo ging hel met den man Pecci. Toen de vrede tusschen hem en de Jezuïten gesloten was, was er aan den lof over Leo XIH in de clericale bladen geen einde Maar de m a 11 was 'n kind geworden, die zich naar anderer handen zetten liet. Van Pecci's groote geleerdheid, van zijn onkreukbare waarheidsliefde, van zijn zelfstandige vroomheid, die hetzelfde eischt voor alle menschen, is er na dien vrede niet veel te bemer ken geweest. En de muse der historie mocht achter zijn naam schrijven: „Ziedaar '11 groot man, die van al wat voortreffelijk in hem was, afstand deed, omdat de Jezuïten het aldus wilden Hoe het met het Pausdom ging nadat Leo was heengegaan behoef ik u niet te vertellen. De gemoe delijke vroomheid van Pius X wiens omgang den indruk maakt, alsof hij '1 Evangelie niet beter 111 toe passing kon brengen, dan op alles wat men hem voorstelt „ia en amen" te zeggen is '11 gemakkelijk wapen in de handen der Jezuïten, om de liocle wereld naar hun hand le zetten, en de heele wereld in te palmenlichamen en zielen, overtuigingen en dubbel tje-s. Wat hen op den openbaren weg niet in tuinden valt, dat zullen zij vermeesteren op zijwegen. Wat zij niet in 'I openbaar uil den weg kunnen ruimen, dal maken zij schadeloos achter 'n haag. Mag ik '11 paar data In herinnering brengen Den 10 Juli 1 :>81 werd wi 11 cm <le Zwijger vermoord door Ralthasar Gerards. 'n Groote som gouds, brieven van adeldom en de eeuwige zaligneiu vvaien hom voor nei p.egen van Uien iutmi u toegezegd, iceii i ne- ilofti van den siuipuiooiu, ic izvi.i gepieegu. ivoine J>e- lenv.c. weid ee 111 doil Tuil i'leier n „lv Lroüm aau- geileven.- L-en zó Juii 1 ió ondei teekende Paus Clemens Xl> tiei meve ier algemeene opnening van de tnue nor jezunen, „ais zyade ueze orde cii naiv neuoeun^eu 111 snijd met den godsdiensi en de beginselen van je- zus leti Den Sep.embei' 1/74 stieri diezeitde Paus ori- der -groot vermoeden van vergiiugd te zijn. ,;Een uur na z.jii verscneiden was zijn njK zwart ais sceeiikooi Den 12 juli iaub weid iJre/jtus vrijgesproken. ,vloet ik aan deze laatste herinnering nog iets toe voegen? weet men de schandelijkheden niet meei, die gepleegd zijn tegen den maiteiaar van net Uuiveis- enaiid r Wat waslijn andere misdtuid, dan dat nij 11 jood was? En is nij niet met keiieis en vnjma^ons „als zijnde van '1 zeilde allooi op één lijn ge steld. En wie bleken ten slotte de schuldigen te zijn? Welke openbaringen bracht het ,,J accuse van Zo ia? En was itome, onder den invloed der Jezuïten, onscbui- dig aan die poging tot mebschenmoord? Denken de pastoors, denkt ue Redactie van „Ons Diad' misschien, nat we de gesprekken van ophitsing tegen al wat Jbou was, tegen Dieijfüs in 't bizonder. nu al vergeten zijn? Neen, geachte Redactie, wat we mét eigen oogen gezien en met ons eigen ooren gehoord hebben, hetzij te he- velaer of in de Nölre Dame te Parijs, hetzij van den Roomschen kansel of in den Roomsclien huishoudeiij- ken kting. dat laten we ons door geen tien kolommen druks uit de h anden staan. L vv vaderlandsche en uw algemeene geschiedenis is de onze niet. Wij hebben niets goeds te pralen. Bij ons Hervormden, staal de hei-vormer Calvin omdat hij vveloverlegd 'n moord beging niet zoo hoog aangeschreven, zeker eerbie digen wij hem als 'n groot man, 'n durver. '11 reforma tor, maar 'n man van christelijke zachtmoedigheid en christelijke verdraagzaamheid was hij niet. Ware hij '11 „christen' geweest, dan zou hij den Spaanschen docter Servedo niet hebben laten verbranden. Men schen verbranden en wurgen is 'n uitstekend werk voor lui van 't heilig officie, voor Jezuïten en dergelijken, maar voor „christenen niet. Genoeg1! Alles zeggen, wat ons op 't harte ligt. kun nen we niet en willen we nieiomdat 't ons niet le doen is, om de klove tusschen menschen én menschen nog wijder te maken dan ze reeds is. indien ik woorden van aanklacht gesproken of geschreven Jieb tegen leu gen en vriendschap, dan vraag ik daarvoor excuus aan allen die leugenachtig en vijandig zijn aangelegd; en wil hen verzoeken te doen, alsof ze mijn woorden niet hebben verstaan. Ik wil niemands vijand zijn. Alle anderen, die waarheid en Evangelie betrachten willen Roomschen en Hervormden, Joden en Doleerenden zijn het met mij eens. Maar als ik '11 Protestant zou ontmoeten, die met opzet den winkel van 11 Roomsehe vermeed, of 'n Roomsehe dien van n Pro testant of van 'n Jocd: als ik 'n Protestant zou ont moeten, die „door dik en dun" met zijn partijleider zou meegaan, of 'n Roomsehe. die zelf niet denken durft en dat zijn priester voor hem laat doen, 'n mensch, wiens denken en waardeering, '11 denken en vvaardeering is uit de tweede hand, dien zal ik zeker mijn goede genegenheid niet onthouden, maar ik zal hem niet er kennen op mijne hoogte te staan. Zie, ik heb mijn opleiding gehad als theoloog én tel onder de theologen dominéés en ook wel 'n enkelen Roomschen priester mijn beste vrienden. Maar elkander naar den mond praten, doen wij niet. Ook de dominéé kan wel eens ongelijk hebben. Zoo denken de meeste protestanten er over. En die dit niet doen, tellen niet mee als protestanten. Vandaar hun eigen persoonlijken godsdienstzin. En in dit opzicht kunnen de Roomschen heel wat van de Protestanten leeren. 't Was 'n dominéé, die zei: f „Zelf moet ge 'I zoeken en zelf moei ge 't vinden, Mensch. jn uw hart. in het Woord, in uw lot, Anders dan spelen de vverv'lende winden, Mensch. met uw hoop uw geloof en uw God'. 1 Hoort ge 't? „Zelf"! 'En aan die les moeten <je meeste Roomschen nog beginnen; al had de gelijkenis van den verloren zoon reeds, hun de overcompleelheid van den piiesler kunnen bewijzen. Saluut, Trapman, wil je zoo goed wezen, het ver zoek, door mij aan 'I begin van dezen brief gedaan, niet te verseten'? H. d. H. af te doen, waarvan hij gelogen had, telkens, dat-ie de kwitantie alweer had vergeten. Hij zag hei oude. grijze hoofd van vader, met kalotje op de witte haren; de zachte, vriendelijke oogen zonder schijn, zweem van wantrouwen, hem aankijkend boven bril uit ,/n Mooie administrateur!" had va geschertst, „ben-jij op kantoor óok zoo accuraat...? Nou, dan zul len de zaken wel prachtig marcheeren!" VA meende 't zoo kwaad niet. Maar moeder lachte er niet mee. Die kon Jo zoo bezorgd, zoo scherp aanzien, dat hij een kleur als vuur kreeg „Hèusch, kind, dénk er nu toch eens om," had moe vermaand, „je weet, dat pa zoo precies op die dingen is. Breng die kwitantie nu toch mee!" Hij was in dagen niet meer thuis, bij de oudelui, geweest. En op een middag was z'n zuster op 't kan toor gekomen „Zeg, Jo, geef me nou 's gauw-effen die kwitan tie... v.. Pa wordt anders beslist boos op je, als je 't maar weet... Ik snap niet, hoe je den man nu toch zoo kunt plagen!" Eén oogenblik had hij Trui naar zich toe willen trekken, haar alles bekennen; haar smeeken, vader om vergiffenis te vragen... Hij moest vechten tegen de tranen, die hem de keel dichtsnoerden. Maar José deed of-ie kwaad werd. „Wat kletsen jelui toch met die kwitantie'k Heb 't ding niet bij me. 't Is of je gek bent om me daarvoor op kantoor te komen storen!" „Nu ja," zei zus, die eigenlijk vond, dat Jo ge lijk had, maar door moe, die de zaak bedenkelijk begon te vinden, gestuurd was... „Nu ja, breng 't dan ook mee!" Hij had Trui laten vertrekken was naar z'n plaats teruggegaan... Maar denzelfden dag had-ie een lang gesprek met z'n collega Van Duinen, den „richard" van het per soneel. Er was een stuk opgemaakt... Jo zou elke maand zoo- en zooveel afbetalen. Collega-Richard zou 4 pCt. rente berekenen... Mooier kön toch niet Handen werden gedrukt; gevoelige woorden gespro ken. Collega werd een patente kerel, een juweel van 'n vent, een „coeur d'or" geroemd. Onvergankelijke erkentelijkheid werd bezworen... José had de vijf-en- tachtig gulden om vaders postje af te doen, de kwitantie te krijgen... Op zak. Nog vijftien gulden over!... Hij was dien avond, heel voorzichtig ge weest. Drie bankjes van vijf-en-twintig en een blauw- lapje had hij in z'n portefeuille gedaan, en in een dichtgeplakte enveloppe... WAt er ook gebeurde, dAAr- aau mocht niet geraakt. Dat was heiligEer zou-ie... Zou-ie Maar Doris Dumont... De leuke baas onder de ken nissen... Kwiek ventje, wien je de Fransche afkomst direct kon aanzien... Veel leukey, joliger, losser, plei- zieriger dan de meeste Hollandsche kantoormanne tjes toch... Dumont had dadelijk gemerkt, dat José dik in de duitjes zat. „Jij komt niet meer bij Sammetje?" liet hij zich ontvallen, toen het derde rondje whiskey-soda door den kellner gebracht was, dien avond... „Groot-gelijk, man!" DAt er tusschen Doris Dumont en den derde aan het tafeltje zeker „contact" was... Van elkaar be grijpen, van weten waar 't op-aangestuurd moest... Dat zou men zoo, op 't eerste gezicht, toch niet gemerkt hebben. En toch wAs 't zoo... De derde, de kleine Wagemans, had zitten vertellen over de „veine' die Jan Degens laatst had... Bij dienzelfden Sammie. Toch maar eventjes vijfhonderd pop, droge winst, 's morgens thuisgekomen... En hij schoof dichter bij... Fluisterde van de manier om het spel te „foroeeren".. Men moest hèm laten begaan... Kwam er wat op-an, zulke speelbazen.Of die beduveld werdenMet kleine schitter-oogjes; met fijn-sluwig grijnsje om de lippen, babbelde de kleine Wagemans... Ze waren toch onder intieme vrienden, hè?... Over de trucs om te winnen... Gróf geld:.. O, als hij duiten had, nu, op slag... Niet meer dan een lapje van vijf- en-twintig... Op z'n hoogst... Fortuintje te verdie nen De Whiskey-soda glansde met grijze tinten't Biuiste in de versch-gevulde glazen't Parelde erin... 't Danste met jolig gehuppel in de tumblers... De hoofden kwamen nög dichter bij elkaar En plotseling, midden in het gesprek, was er: „Aan nemen!" geroepen... Haastig betaald. De kleine Du- inont wou met alle geweld „gastheer" zijn. Voldeed alles. „Zanik nou niet! Allo, vooruit dan!" En ze duwden José vóór zich uit... Gauw... Vóór- j dat-ie weer begon berouw, en zoo, te krijgenI Elkaar knipoogje» toewerpendI VAN EEN REQUISITOIR. OCHTEND-ROESJ E. ...De juffrouw van het melksalonnetje, met de papiertjes in de gele haren, het slaperig-nijdige gezicht en de verwonderd-wantrouwende oogen, had het glas zurige, oud-bakken melk vóór hem neer- i gezet, op het morsige tafeltje. Bekeek nu zéér I nauwkeurig den riks, dien José haar had voorgelegd, j „Hebt u 't niet kleiner?" vroeg ze, drukkend, buigend aan het geldstuk Twee-,'driemalen had hij gedraaid, gewurmd aan de: Hij grooide in z'n vestzakken. Haalde anderhalve deur van het melksalonnetje. Maar hij wist wel, cent voor den dag..* I11 z'n portemonnaie hoefde-ie eerst zeven uur ging de boel er open... Toch hoor-1 niet te kijken. Die had hij al wel twintigmaal open de hij beweging. Het gordijntje werd tikje wegge-en-dicht gemaakt... Daar straks op het bankje in schoven en hij zag het slaperige gezicht van de ma- plantsoen g-ere, tanige juffrouw, papiertjes gefrommeld in Hij dutte in bij het tafeltje. de gele haren. Met nijdig-verwonderde oogen... Een „Hei, meneer! Meneer! Gaat u liever naar huis! 't sleutel werd, met driftig rukje, in slot omgedraaid. 13 hier geen logement," schreeuwde de juffrouw, Hij trad er binnen, 't Was er muf, beuauwd. Uit toch al woedend over den vroegen gast, dien ze niet een achter den winkel gelegen vertrekje kwam vun- had durven weigeren. Zoo'n slampamper; zoo'n lee- z'ge slaaplucht, 't Was er vies-rommelig. Met stof lijke zwierbol, die natuurlijk den heelen nacht heeft op* de tafeltjes. Hier en daar plasjes melk of cho- rondgezwabberd... Most-ze niks van hebben cola, den vorigen avond gestort. De werkvrouw kwam „Meneer, word u wakker asjeblieft!" eerst half acht... I „Hè?"... Met lodderige oogen keek-ie haar aan Juffrouw keek hem strak aan... Wachtte even, vóói Zij stopte hem den riks weer in de hand... dat zij de deur weer sloot. „Die stuiver komt wel terecht," zei de juffrouw, Hij was op een van de stoelen neergevallen. Tuur- hem van den stoel hijschend... De melk had-ie niet de verwezen vóór zich uit... Dacht nog enkel na, of aangeroerd... „Gaat u liever naar uw huis... Ik krijg hij genoeg bij zich zou hebben om hier te wach-den stuiver wel eens van u... DAg, meneer!" Dicht rinkelde het deurtje van dep melksalon. Hij slofte rond... De stad begon op te leven. ten... Te wachten... O, ja, de kellner had hem, bij het heengaan, een riks toegestopt. Om half vijf... ^rï^ald, gezworven bij de De Ruy^r-J-Hij zag de frissche gezichten van menschen, die een koortsstemming van de „club". lekker-gezonden slaapnacht achter den rug hadden. Hij voelde z'n handen zoo branderig en klam, dat hij ze afkoelde aan de koperen leuning bij een maga zijn-raam. Toen liep hij een vierderangs-café binnen, dat net-precies geopend was. Bestelde brandewijn-met suiker. De kastelein gewoon om met z'n klantjes fideel-amicaal om te gaan, bracht 't hem al-glim lachend. Ging bij hem, aan het tafeltje zitten. Slurp te zelf welbehagelijk z'n eerste, vroege ochtend- koffie.^^H^^I ,,'n Beetje opkikkeren!?" begon kastelein, terwijl pierewaaier walgde, kikhalsde tegen eerste teugje al coholisch vocht van bar-slechte kwaliteit Kasteleinsche kwam binnen, met groot, frisch huishoudschort voor... Zóo uit de slaapkamer; versch- gewasschen. Gereed om aan den slag te gaan Trok, hoezeer »ok gewend aan zulke tooneeltjea. mondhoeken minachtend omlaag, bij het zien van zwabber, nu al... Vóór half acht liefst!... aan tien brandewijn. Fijn meneertje, hoor...! Schudde 't - o nu weer zóo hoofd tegen kastelein, die er echter niet op rea- schtrp voor zich.... Hoe_ blonde Mieu het De drank hinderde hem toen heelemaal niet, maakte hem zelfs helder van geest. Hij had plezier het kijken naar het geschitter van de ochtendzon op 't water... Voelde leuke reisplannen in zich op leven. Was zorgeloos, fantastisch, blij dat er nu toch een verandering moest komen... Toen had-ie, op een bankje, zitten dutten... Was huiverend wak ker geworden. Een agent stond hem aan te kijken. Hij schaamde zich. Voelde werktuigelijk over z'n vest... Herinnerde zich. Horloge was weg. In pand gelaten, met ketting-en-al, voor dat laatste tientje. Hij moest lachen over dat gezicht van Sam Drijver, -— den compagnon van speelclubbaas, bij het taxee- reu van z'n horloge. Hij zag dat minachtend, bevoe len, «betasten van het gouden ding... „Geen cent waard, wat ik je vertel!..." En. dan de ander, die president-commissaris van de „club"... Dikkige, vet tige, goedige tronie. Verhit van al de wijntjes, blij met de winst van het nachtje... Hij, op het bankje in plantsoen hangend, zag het wene letters te schrijven. Gaf het te bezorgen a» dochtertje van kastelein... Nö gauw-even brengen U Aan schoonmaakster afgeven op kantoor. Nu was nog niemand-anders. Vooral niet zeggen van wie« ze kwam... Alléén maar afgeven... Nög een dubbie Kastelein werd spraakzamer. Vertelde moppen, waar vunzig-geurtje aan kleefde... Denkend, daar zoo'n pie. rewaaier plezier mee te.doen... José had pret... Tracteerde kasteleinEen plicht biertje?... nou' afijn, een biertje dan Juffrouw-van 't café dribbelde woedend rond...a En vóordat-ie 't zelf wist, had José visite-kaartjj uit den zak gehaald. Aan kastelein gevraagd, of-ie ook, tot straks; tot van-avond, geen uur langer tien pop voor 'm had...^. Dê man weifelde... Stond op het visite-kaartje te kü ken. Dacht: misschien krijg ik er een klant mee... ging naar binnen. Deur van huiskamer ging dicht, men hoorde mompelen... Driftig jiraten ,,'t Spijt me," kwam hij zeggen, moet juist van daag wissels betalen... Onmogelijk! Anders, met plezier Iloofd van kasteleinsche was zichtbaar... Hij mötht eens zoo gek wezenII u- José stapte voort over de drukker wordende och tend-straat. Grabbelend in de kwartjes en dubbeltjes, over van de riks... Stond, voor hij 't zelf recht wist, vóór de deur van collega-Richard... Die hem de honderd pop geleend had... 't Gonsde in zijn hersens. De drie glazen genever-brandewijn maakten dat hij niet geregeld denken kon... Dat er nog vaag vóór hem stond 't beeld van wat er gebeurd was... Eu dat een angstgevoel hem 't hart, nu en dan, saamperste Hij was boven-gelaten door de juffrouw van collega Rieltard, José wist best. André van Duinen kwam niet boven water vóór elf uur, halftwaalf. Had twee weken verlof. Zou overmorgen eerst naar Tyrol gaan. Was den vorigen avond niet... natuurlijk was-ie daar hè „Ik zal op meneer wachten?" had hij tegen de - hospita gezegd, „meneer komt over een uurtje thuis,'T? „O, best, meneer!" zei oude juffrouw, doods bang dat ze Iets doen zou tegen wil of zin van rijk lodgertje...... José lag op de lekkere, donzige sopha. 't Was heer lijk koel en donker in de zitkamer van collega Ri chard. Hij had het welbekende hoekkastje open ge maakt, zich een groot glas port ingeschonken. DAt smaakte... Z'n oogleden werden zwaar... José ging zich, in collega's slaapkamer het hoofd wasschen. Dat frischte op... Hij schonk zich nog wat port in...]i Zoo'n Van Duinen is toch een benijdenswaardige ke rel. Minstens van drie gulden de flesch Zacht sloop José naar de kamerdeur. Geruischloos draaide hij den sleutel om... Voelde, of de deur wel' secuur dicht was... Van Duinen kon elk oogenblik thuiskomen Een fiksche ruk nog... I>e' brandy en de portjes ga ven 41 u bijzondere kracht... Eén rukje nog... I^eek zóó forsch, zoo solide, de gebeeldhouwde schrijftafel van collega rukkend.* Toch maar voddegoed... Hij had bij hel krijgen van de honderd pop gezien, waar André duiten uit haalde. Het binnenkustje was dichtgesloten.... Minder gunstig.... Geen van zijn sleutels paste. Een zakmes had-ie niet bij zich. Hij vond een groot vouwbeen... Ouderwetsch, sterk ding. Duwde 't in de sleuf. Een stukje knapte af... Splin ter vloog hem in 't gezicht. Nog eens geprobeerd, 't Kraakte... Vloog open.. I)e buit viel tegen. Nog geen tweehonderd gulden... Had méér verwacht... Grabbelde 't bijeen. Sloot kastje, maakte schrijfbureau dicht... Dacht niet eens aan de sporen van inbraak, die te zien waren.... Vond, met z'n verhit hoofd, alles best. veilig, toen de klep woei' behoorlijk was neergelaten... Ging naar beneden. Hel bankpapier iii een hand saam-1 gefrommeld.... De hospita was er niet. Gauw gauw de deurl uit... weg! Met onzekere passen niet wetend waar hij eigen-1 lijk heen liep. slofte sjokte, zwierf, José de .stad in... stijf klemmend in z'n hand de tweehonderd gul den waarde uit het loketje van André's schrijfbureau...;] „Een jaar en zes maanden!" kwam de jongste der' cmploy's aankondigen, dien ochtend, toen José had - terecht gestaan. De pennen wei den neergelegd, zelfs dc oudste der heeren de chef van de kamer 'stond op... Was I er ontsteld van. Keek den man, die naar het Paleis van Justitie was geweest, om te hoeren, wat „de eisch' I was, met bleek gezicht aan.... „Anderhalf jaar!...." „'t Is vreeselijk", zei een, die dacht aan den ouden? man, schim van wat hij nog vóór enkele maanden' was geweest.... Aan armen, ouden vader, wiens blozen- i de wangen geel en wiens vi iendelijke. genoeglijke oogen hol en uitgebluseht waren geworden, van mateloos hart-l zeer... „Z'n verdiende loon' gromde een collega met spit-1 zigen kop en ijzerstrakke trekken. „Kom, heeren". hernam degeen, die dacht aan hel, huis van den ouden, vervallen, ongelukkigen vader „Kom, hoeren, niel zoo crimineel, kerel! at crimineelviel de anders zoo leuk-guitige kleine Wagemans uit... De grappige verteller over df „trucs" 0111 speelbazen te bedotten.Van dien avond.] toen José zich zoo heilig had voorgenomen niet aan drt vijf-en-twintig gulden te raken... En toch gezwikt was..-| Na liet pi ikkelend verhaal, weet men immers.... „Wat crimineel!' riep de kleine Wagemans uit ben-jelui stapelgek?.... Zoo'n ploert, zoo'n bandiet van een kerel... Zoolt inbreker.... Tien jaar hadden ze 'm moeten gevenI Nog véél te clement En zóó verontwaardigd was de grappige Wagemans.ï dat hij de punt van z'n pen gebroken had... Een niet" exemplaar uit het doosje moest halen... Zulke sentimcnteele weekerigheid kon hij niet ver kroppen.... MAiTRE CORBEAL. ]5MJW-hUI5-00K noezóo KLEIN 0ÖCN -/AOET ER-5TEED5 ZIJN uc, „klokje" 1 geerde had willen meenemen... Zij wist een liefhebber. Maar, José nam, tweede brandewijntje. Sam vertrouwde 't niet. Smoesde met compagnon... ..Dat 's twintig cent, asjeblieft," zei kastelein. Toen kreeg José... Hij was eigenlijk Joseph gedoopt, i twijlelend of klant wel duiten bij zich had... Geen maar had z'n, naam verspaanscht, dat stond eleganter, trrk gevoelend om te. „poffen" zoo'n verloopen sin- .Kreeg José het laatste tientje. Was in een kwar-Jeur, zonder horloge-op zak, die geen boe-of-ba te- tier weg... President-Commissaris kwam met z'n hoed gen hem zei... Weer rinkelde de riks van Hein, den en stok aanloopen... Mien en d'r vriendin Anne maak- kellner uit de „club"... ten gauw dat ze wegkwamen... Hij, José, wou nog Kastelein liet 't ding een paar maal huppelen op leeninkje sluiten. Was tegeii half tien in de „club" het zink van toonbank... In orde. Hij telde het klein- gekomen, met over de driehonderd pop bij zich... geld uit Alles weg. Voor z'n hospita maand pension; voor- José slurpte brandewijn. Werd vroolijker. Begon schot van het kantoor om dat exploit van z'n kleer- den toestand minder tragisch te vinden... Vroeg pen- maker af te doen... Morgen alleruiterste termijn... en-inkt. Papier zonder hoofdje. Legde dubbeltje lieer. En dan"haI' Ue? m°est hij bij den deurwaarder zijn... Vond toen zelf vulpenhouder... Wat op kastelein ze- hem had"KeÈevlenn'll 1 U rg8tf Het Keld' dat vadt'>' kereu indruk maakte. De kleereu ifan dien sinjeur leden. om dat postje ^n acht. tlé" Jagen ge- waren toch wel fijn, zie-jeJosé schreef briefje, z n kantoor voor hem uar.r kantoor, zich geweldig inspannend om ge- het ecnige middel tegeu Asihma en alle Borst en Longaandoeningen. Prijs per Hacon van 230 gram f 1. van 550 gram f2.— en van 1000 gram f 3 50. IIoc grooter flacon hoe voor- deeliger dus! Verkrijgbaar bij de bekende verkoopers en de meeste Drogisten en Apothekers. C e n t r a a 1-D e p t L. I. AID Git tl! tütllll-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1910 | | pagina 10