I Telegrafisch Weerbericht. lil! I Ari ondissements Rechtbank te Alkmaar. Van het Haagsehe Binnenhof. Tweede Kamer. ftü I i f M «fii Even daarna zijn de beide geheel verminkte lijken onder den trein weggehaald. - lYnnrrïsclinrwoude. Bedankt voor het beroep' bij de Gereformeerde Kerk te Geldcrmalsen door ds. J. W. van den Bosch te Noordscharwo i ide c.a. 30 NOYEMÊER. VERWACHTING: Meest matige Noordoostelijke tot Oostelijke wind. Be trokken. Waarschijnlijk regen. Zelfde temperatuur. Zitting van Dinsdag 29 November 1910. Uitspraak: G. Witteman, zonder vaste woonplaats, bedelarij, 12 dagen hechtenis. o NIEUWE ZAKEN. Als eerste beklaagde werd vandaag voorgebracht een oude Alkmaarsche schoenmaker, die zich dit najaar schuldig maakte aan het rondzwerven zonder middel van beslaan, die al meer met eene rijkswerkinrichting kennis maakte. Tegen beklaagde werd geëischt: 3 dagen hechtenis en 3 jaar Rijkswerkinrichting. o Maar er was meer te doen aan de Rechtbank van daag. dan de behandeling van dit kleine zaakje en dat was de zoozeer geruchtmakende A/l contra Johannes Jacobus Beek. Reeds een poosje vóór den aanvang der zitting ver drong zich eene menigle volks voor hét irechtsgebouw en toen even over tienen de deuren toegang gevende tot de publieke staanplaats werden geopend, stroomde de massa nieuwsgierigen binnen, met moeite door de rijks veldwachters in toom gehouden en was die flinke ruimte in een minimum tijds gevuld. Daar stonden de vele belangstellende mannen en vrouwen van allerlei leef- i tijd. stand en woonplaats, opeen gepakt ais haringen in een ton. En ook binnen de balie was het drukker dan gewoonlijk. Eenige justitiëele autoriteiten, de ad vocaten Mis. Moens, Stap en Verhoaff, de commissaris van politie, benevens een paar dames, waren gezeten in de banken, vóór de „peis" geplaatst, die door wel 13 j heeren vertegenwoordigd Svas. Na afhandeling van hiervoren vermelde zaakjes, werd dan beklaagde in de bekende -vergiftigingszaak uit Hoorn voorgebracht. Tusscthen twee rijksveldwachters in, komt beklaagde Johannes Jaaobus Beek binnen, met bedrukt, bleek gelaat. Hij is een kleine man, van beroep winkelier en kantoorbediende, geboren en wonende te Hoom. zag het levenslicht den 14 September 1847 en is dus 63 jaren oud. Hem wordt bij dagvaarding ten laste gelegd: dat liij te Amsterdam, Haarlem, Hoorn of elders in Nederland in 't laatst van September 1910 opzette lijk en met voorbedachten rade Maria Musman, huis vrouw van Willem Markus, heeft beroofd van het le ven en heeft gepoogd W. Markus en Grietje Appelman van het leven te berooven, doordat hij, na vooraf het voornemen te hebben opgevat en het besluit te heb ben genomen W. Markus voornoemd en tevens landerc personen die van na te noemen taart zouden eten hebbende hij toch niets gedaan om te voorkomen, dat andere personen dan meergenoemde Markus van den taart zouden gebruiken - van hot leven te be rooven, ter uitvoering van dat misdadig voornemen en met het oogmerk om hem en het opzet om ook andere personen, die van de taart mochten eten, te dooden, op 28 September 1910 te Haarlem eene laetale hoevoel- veelheid arsenicum trioxide (rattenkruid) zijnde een voor hem die het inneemt levensgevaarlijk vergift, hetwelk hij voor dit doel uit Hoorn had medegenomen, heeft gedaan in een door hem te Haarlem gekochte taart, welke aldus vergiftigde taart hij op dienzelfden dag te Amsterdam pier Van Gend en Loos en Hall. IJ. S. M. heeft verzonden aan het adres van den heer Markus, marktmeester. Groote Oost te Hoorn, en welke taart aan dat adres den 29sten September „1910 is bezorgd en aangekomen en van welke taart hij beklaagde, alle grond h ad aan te nemen, dat door W. Markus en zijne huisgenooten zou worden gegeten en waarvan in derdaad in den namiddag van gemelden 29 September 1910 door bovengenoemde Maria Musman, huisvrouw! van W. Markus en door de dienstbode Grietje Ap pelman is gegeten, met gevolg dat Maria Musman den 30 September j.1. tengevolge van arsenicumvergifti ging is overleden zijnde alleen tengevolge van omstandigheden onaf hankelijk van Zijnen (beklaagdes) wil en wei doordat Willem Markus niets van de ;laart heeft gebruikt qji onder andere, doordat bij Grietje Appelman de dosis vergift in 'zoo groote hoeveelheid ingenomen, spoedig braking heeit veroorzaakt, zij na de taart nog ander voed sel heeft gebruikt en zij tengevolge harer jeugd meer weerstandsvermogen had, deze beide laatstgenoemde Iperq sonen niet overleden, doch de laatste slechts ernstig ongesteld geworden." Aller blikken zijn op den beklaagde gevestigd en worden eerst afgeleid, als de talrijke getuigen, 17 iu getal, de zaal binnenschoffelen. Beklaagde bekent in hoofdzaak het hem ten laste gelegde. Reeds ongeveer drie jaren geleden des tijds waren Beek en Markus beiden marktmeester en afslager was bet dat Beek zich schuldig maak te aan financiëele malversatiën ten nadeele van het gemeentebestuur van Hoorn. Staangelden van ker misreizigers, door Beek in ontvangst genomen, wer den door hem niet verantwoord. Ook ten nadeele van Markus had hij eenige tientallen guldens inge houden. Toen Markus een en ander te weten kwajn, beloofde hij zijn ooilega, wanneer deze hem zijne (Markus') gelden binnen bepaalden tijd teruggaf, hij daaromtrent het zwijgen er toe zou doen en dan dat zaakje uit was. Maar ten opzichte van de achterge houden gelden der gemeente heeft Markus geenerlei belofte van stilzwijgen gdaan. De malversatie kwam tien ook uit en als gevolg daarvan werd Beek ont slagen uit zijne betrekking. Dit was voor hem een gevoelige, ook ïinanciëel beduidende terugzetting, en er ontstond bij Beek een wrok tegen Markus. En het is wel eigenaardig dat ten vorigen jare Mar kus een taart of soortgelijke versnapering ontving als verjaarsgeschenk, van welks gebruik hij onwel werd. Maar aangezien niet vastgesteld is kunnen worden, dat die lekkernij door Beek aan Markus is gezonden, heeft men zich daar vandaag niet verder 1 in verdiept. Inmiddels heeft dit ten gevolge gehad, dat Markus een afkeer van het gebruik van dergelijke „eetbare" presentjes kreeg en dan ook in September jl. van de toegezonden taart niets wilde gebruiken. Beek, als afslager van losse goederen en met loop- en schrijfwerk voor een in Hoorn gevestigd advocaat een bestaan vindende, verheugde zich heimelijk in !net vooruitzicht, dat de ruim 80-jarige Markus, markt meester, gemeentebode en afslager van vaste goede ren, als zoodanig ontslag zou vragen, met het ver langen bezield, alsdan zijn opvolger te worden. Maar door notarissen, die hem als afslager blijkbaar gaar ne in functie zagen blijven, liet Markus zich weer houden, om als zoodanig ontslag te nemen en de nog krasse grijsaard bleef zijen functie verrichten, tot teleurstelling van Beek. Beklaagde verklaarde, dat Markus, met wien bij vóór het aan 't licht komen van de financiëele malversatiën, goed bevriend was, hem had ge zegd ontslag te willen nemen en hem, Beek, aan raadde, zijn best te doen om er in te komen en op- vólger te worden. Markus zou hem wel helpen. Nu er van dat een en ander niets kwam, groeide de wrok, die bij Beek tegen Markus had postgevat, we gens het uitkomen van het geldelijk nadeel, der ge meente Hoorn toegebracht, gaandeweg aan en in den loop van de maand September dezes jaars rijpte hij Beek het plan om Markus uit den weg te rui men. Ten deele vond dit plan zijn oorzaak in Beek's wrok, ten deele in zijn verwachting, na Markus' dood als diens opvolger te worden aangesteld. Op 2 9 September jl. begaf Beek zich 's morgens ter volvoering van zijn plan op weg naar het spoor wegstation Scharwoude-Avenhorn, waar hij in den trein plaats nam en naar Amsterdam stoomde. Van daar spoorde hij naar Haarlem. Hij nam zooveel hij kon, maatregelen om zich voor ontdekking te vrij waren. Reeds zijn wandeling naar Scharwoude ge tuigde daarvan en had ten doel, geen opzien te baren door aan 't station Hoorn in te stappen; Beek toch verliet uiterst zelden de stad. Rattenkruid had hij bij zijn zwager, den Hoornschen banketbakker M. Vollenga betrokken. Pakpapier had hij bij zich en hij had een briefje opgemaakt, dat aan Markus ge richt was en waarvan de slotzin luidde: ik hoop u het andere jaar nog eens zoo'n geschenk te stu ren; dan is u er nog en dan ben ik er ook nog." Dit briefje had Beek met de linkerhand geschreven, opdat 't schrift niet herkend zou worden. Te Haarlem nu vervoegde Beek zich in den ban ketwinkel van den heer Hellingmans, bestelde een taart, die hij later op den dag zou komen halen, ver wijderde zich daarna en zocht naar een café, waar hij meende zijn snood plan verder te kunnen volvoe ren. Weldra had hij zijn keuze bepaald op het café van den heer J. Kooij, waar hij iets gebruikte., en toen hij later de taart bad gehaald, kwam hij weer in 't café terug. Op doos en papier, ter verpakking van den taart gebezigd, kwam overeenkomstig den door Beek geuiten wensch geen naam of adres voor. Alles blanco... wél overlegd! Nu begaf beklaagde zich met zijne praeparaten in den tuin van het café, waar hij zich het meest veilig en onbespied waande. Toen hij de; taart bestelde, gaf hij te kennen, dat deze met een paar lagen moest zijn voorzien en dat het bovenste gedeelte ervan moest kunnen wor den afgenomen, omdat er iets tussehen gestrooid moest worden. Nu schijnt het meermalen te gebeu ren, dat men taarten op die wijze bestelt en dat er dan lateriets tussehen gestrooid wordt, dat smaak of geurigheid verhoort, doch ove rigens onschuldig is, althans in den banketbakkers winkel had men geen argwaan en alles ging naar de wenschen van Beek. Hij mengde in 't tuintje bij Kooij's café een flinke hoeveelheid rattenkruid in den taart en verpakte dezen met het links geschre ven briefje in de cartonncn doos, maakte nu verder eebruik van zijn pakpapier en toen hij gereed was, adresseerde hij de zending aan W. Markus te Hoorn. Maar niet vanuit Haarlem verzond Beek de taart. Hij begaf zich per spoor, omstreeks te 5 ure uit Haarlem naar Amsterdam, waar hij 's avonds 6 uur het pakje ter verzending aanbood in het bestelkan- toor van de firma Van Gend en Loos. Als afzender gaf hij het volgende adres op: Mar kus, Nieuwe Zijds Voorburgwal 16 te Amsterdam. Dienzelfden avond is Beek per spoor uit Amster dam naar Hoorn teruggekeerd. Aldus de feiten. De president wees er heden den beklaagde met nadruk op, dat deze toch wel wist, dat Markus ge trouwd was en ook de stiefdochter van Markus wel kende, daar zij in Hoorn woont. Zij heeft eenige kin deren en kwam veel bij Markus. Waar nu Beek wist, dat Markus op een der laatste dagen van September jarig was, kon hij toch verwachten, dat Markus op dien dag zijn stiefdochter met hare kinderen zeer waarschijnlijk op visite had kunnen krijgen. Er had den dus wellicht meer menschen van de vergiftigde taart kunnen eten. En beklaagde heeft absoluut niets gedaan om te voorkomen, dat andere personen dan Markus van 't geschenk zouden proeven. Toch heeft Beek drie weken rondgeloopen broedende op zijn moordplan. De President bracht den beklaagde dit alles dui delijk onder oogen en vroeg hem of zijn haat tegen Markus dan zóo groot was, dat het hem lustte om er desnoods ook andere menschen aan te wagen, als Markus maar dood was?... Daarop antwoordde beklaagde ontkennend. Ook ontkende hij, dat het met voorbedachten rade was, dat hij zich te Scharwoude op den trein begaf. Dit geschiedde, omdat hij zooveel te vroeg was. Voorts had hij er niet aan gedacht, dat hij wellicht andere menschen zou treffen dan Markus, wijl hij dezen als zoo egoïstisch schetste, dat hij van hem verwachtte, dat hij (Markus) de taart wel opgepakt zou hebben en stilletjes voor zichzelf zou hebben gehouden als versnapering. Verder meende Beek, zooals hij heden Verklaarde, wel te weten, dat de vrouw van Markus ongesteld was. Door het lezen van slechte romanne tjes, waarin vergiftigingsgevallen zeer plastisch wa ren omschreven, is beklaagde op het onzalig idee ge komen, om te doen wat hij gedaan heeft. En de President wees er vervolgens nog op, hoe groot juist met deze zending de kans was, dat er ook door vrouwen van werd gegeten. In den regel immers zullen vrouwen meer van taart houden dan mannen. Daar het onderhoud tussehen President en beklaag de nu geëindigd is, wordt met het getuigenverhoor aangevangen. De rechtbank, die is samengesteld uit Mr. Van Tienhoven (waarnemend president), Mrs. Ledeboer en Fockema Andraea als bijzittende rechters, Mr. Van Hees, substituut-griffier, terwijl de O. v. J., Mr. Van Sonsbeek, het Openbaar Ministerie vertegenwoor digt, hoort eerst de getuigen-deskundigen. De arts V. d. Berg, uit Hoorn verklaarde, den 29 September 's avonds bij Markus te zijn ontboden en in verband met den toestand, waarin hij Maria Musman, de echtgenoote van Markus en (later) diens dienstbode eigenlijk dagmeisje Grietje Appelman genaamd, aantrof, sprak de arts met Markus af, dat deze het resteerende gedeelte van de door de beide vrouwelijke patiënten genuttigde taart zorgvuldig zou bewaren. Bij het verhoor van de artsen Deknatel en Del- monte, die het sectie-onderzoek óp het lijk hebben ingesteld, blijven beiden bij de door hen daarover uit gebrachte rapporten volharden, terwijl is geoonsta- t( erd, dat de hoogbejaarde echtgenoote van Mar kus, hoewel ze wat rheumatisch was, toch niet leed aan eenige chronische ziekte, Als haar doodsoorzaak is vastgesteld eene heftige acute maagdarmontsteking, welke zich ontleende aan het gebruik van de arse nicum, die zich in de taart bevond. De t polhcker scheikundige 11. J. F. Wanna vol hardde eveneens bij zijn rapport uitgebracht over hel verrichte scheikundig en microscopisch onderzoek Na voorlezing van de bekentenissen door de beklaag de gedaan, verklaart Dr. v. d. Berg uit Hoorn dat het behoud van het leven van Grietje App 'man hel dagmeisje dat evenals do overledene van'do taart ge bruikte hieraan moet worden toegeschreven, dat haar jeugdig geitel meer weerstandsvermogen had dan dal van de bejaarde overledene. Grietje kreeg, na het stuk taart nog een boterham genuttigd hebbende, spoedig hevige brakingen en was al omvol toon ze 's avonds naar hare woning terugkeerde. Na een tweetal politieagenten gehooid te hebben is thans de beurt aan Willem Markus den 81-jarigen nog krassen grijsaard, wiens leven door het lage m sdrijf zoo ernstig is bedreigd geworden. Hij verklaarde 29 September 's avonds het bewuste pakje te hebben ont vangen en geopend. I)e taart verdeelde hij, doch at daar zelf niet van, hij heeft liever een hartige pijp tabak dan zulke zoetigheden. Hot duurde intusscnén niet lang. of zijne vrouw werd na gebruik van de taart ernstig ongesteld en dokter v. d. Berg werd ont boden en ikwam, doch kon niet verhinderen, dat de 1 arme vrouw onder hevige pijnen, 's nachts te half drie uur reeds stierf. Ook de stiefdochter van Markus werd dien avond gehaald zij was toevallig (en gelukkig i voor hóór en de haren 11 dien avond nog niet op be- zoek gekomen en had dus niet van de taart gegeten, wat waarschijnlijk wel het geval zoude zijn geweest, indien zij het verjaarsavondje had meegemaakt en het was in de armen van deze vrouw, die gehuwd is met den lieer J. C. Woestenburg, dat vrouw Mar kus 's nachts den geest gaf. Ilare laatste woorden wa ren: ,,lk ben vergeven.' Na deze mededeelingen schetste Markus de geldver- duistering door Beek geploegd, waarna deze o nis lagen werd, en eenige verdere bijzonderheden Markus be sloot met de verklaring, dat hij nimmer aan Beek be loofd heeft zijne handelingen met de stadsgclden te zullen verzwijgen. Ook heeft hij nooit aan Beek be loofd, te zullen meewerken dat deze zijn opvolger zou worden. Vervolgens werd de 14-jarige Grietje Appelman ge hoord. Zij beschreef de benauwdheden en pijnen, on dervonden na liet nuttigen van een stuk van de ver giftigde taart en vertelde hoe poes, die ook met een stukje werd vereerd, dit direct uitspuwde. Dat was wel slim san dat beest, merkte de O.v.J. op. Van belang was ook hetgeen da banketbakker M. Vollenga verklaarde, n.l. dat hij eenigen tijd voor de landbouwfeesten aan beklaagde eenig rattenkruid had verstrekt; ter verdelging van ratten moest het 'dienen, had Beek opgegeven. Nu kwart de dochter van den Haarlemschen ban ketbakker voor, een ongeveer 20-jarige juffrouw, Cor- nelia Johanna Hellingman genaamd, die mededeelingen! doet over de bestelling der taait. Getuige Anna Catharina Weber, ega van den Haar lemschen tapper J. Kooij, verhaalt van den man, die in haar tuin ging met zijn pakje en nó liaar zien we den schaalknecat Broekmans der firma Van Gend en Loos, te Amsterdam en vervolgans komt de besteller der H. IJ. S. M. te Hoorn, de heer H. Kuiper ver klaren, dat hij riet pakje in den avond van 29 Sep tember j.1. aan de woning van geadresseerde, Markus, heeft afgageven, waarna de zeventiende en laatste ge tuige opkomt. Dat is mej. C. Akkerman, stouw van den heer J. C. Woestenburg, die 't een en ander san het lijden van wijlen juffrouw Markus vertelde, bij wier sterven zij tegenwoordig was. 't Zal zoo ongeveer één uur zijn geweest, toen de pauze intrad. Bij tweeën werd de zitting hervat en kreeg de heer O. v. J. het woord. Z.E.G. begon zijn requisitoir (ongeveer als volgt: Indrukken vervliegen snel in deze wereld van sloom en nieuwe vindingen. Toch zijn sommige indrukken wel zeer "diepgaand en voorzeker is zoo eene, de Indruk dien de geheele stad Hoorn einde September van dit jaar ontving bij het vernemen van do misdaad door Beek gepleegd, die niet alleen het stille Hoorn, maar gansch ons land in ontzetting bracht, 't Is een misdrijf, zoo zwart als zelden in de annalen wordt vermeid. Onder het mom van vriendschap een taart, zwaar ver giftigd mei arsenicum te verzenden 1 Groote vero.ilwaaidi.ging heersuhte er tegen beklaagde* loen die eenmaal bekend was en zoo Vaak is de vox populi ook de vox Del. Welk een opgehoopte menigte volks was er des tijds voor het politiebureau, waar ik hoorde zeggen: ,,'k Zouj hem maar het restant taart laten opeten, dan heeft hij (Beek) verdiend loon." Beklaagde heeft eene volledige bekentenis afge legd en het is een ernstig feit als we nagaan wat beklaagde heeft gedaan. De Officier gaat nu de fei ten uitvoerig na. Hij acht dezen sluipmoord inderdaad een weerzinwekkend feit. Een misdaad met open vi- ziei is minder antipathiek dan feiten als dit. Voor den bedrijver is hier geene genade. De fei ten zijn bewezen. De Officier toont dit aan. Vruch teloos heb ik getracht iets in het voordeel van de zen beklaagde bij te brengen. Hij heeft in zijn leven op weinig goeds te bogen. Mijne sympathie wil ik echter betuigen aan zijne kinderen; zij maken het spreekwoord „de appel valt niet ver van den boom" onwaar; zij zijn braaf en degelijk en van goed ge drag. Moge dezen flinken kinderen de kracht worden gegeven, de zware straf, die den vader op de schouders wordt gelegd, te dragen. Ten slotte richt spr. zich tot den beklaagde. Als datgene wat ik hier heb gezegd, tot u is doorge drongen, wil ik daaraan toevoegen dat ik voor u hier geene plaats meer kan vinden in de Maatschap pij. Iemand, zooals u, voor wien leder zich zal moe ien hoeden bij het tot zich nemen van spijs, drank of genotmiddelen, is niet meer dan een gevaarlijk dier in de samenleving. Toch wil ik u niet met deze woor den heen laten gaan. Als u straks daar neder zit in uwe cel, hoop ik dat innig berouw over u zal komen. Gij hebt uw eigen familie en die van Markus in droefheid en die pen rouw gedompeld. Als gij tot inkeer zijt gekomen en berouw gevoelt,, dat gij dan dit berouw voedsel geve! Later zult gij voor den Hoogen rechter moeten ver schijnen, die ons allen eenmaal berechten zal Maar hier is geen vergiffenis voor u. Ik eisch wegens moord op vrouw Markus en straf bare poging tot moord op Markus en diens dienstbode, bcklaagde's veroordeeling tot levenslange gevange nisstraf. Beklaagde toonde nu en dan wel eenige gemoeds beweging. Hierop verkreeg de ambtshalve toegevoegde verdec diger Mr. Oorbeek. advocaat te Alkmaar, het woord. Hij hield een uitvoerig betoog, waarin hij" aanving met het minder aantrekkelijke te schetsen van de taak eens door de wet aan beklaagde toegevoegden verde digers in eene strafzaak als deze. Toch achtte hij zijnen plicht een zware en tevens dure plicht. We zullen pleiter in zijne kranig rede niet op den voet volgen, daar we te uitvoerig zouden worden en onze plaatsruimte te kort zou schieten. Pleiter twijfelt aan de juistheid van de qualificatic door den heer Officier aan twee der misdrijven gegeven. „Niet wegens moord op vrouw Markus en niet we gens poging tot moord op Markus en Grietje Appel man moet beklaagde terechtstaan", zegt de verdedi ger, „dit systeem, dat ik tot het mijne maak..wordt gesteund dooi" de beide hoo^eeraren de professoren Van Hamel en Sim ons". Beek moet terechtstaan wegens poging tot moord op Markus en het door schuld veroorzaken van den dood van vrouw Markus met vrijspraak van hetgeen hem ten opzichte van Grietje Appelman is ten laste gelegd. Pteiler spreekt aan hot einde van zijn rede, waar in hij verschillende punten dezer droevige strafzaak in beschouwing neemt, de hoop uit, dat, mocht hot geval zich vocidoen dat zijn cliënt voor eeuwig van de buitenwereld Wordt ufgesloten, dan eenmaal het oogenhlik zal aanbreken, waarop Beek ten volle zal ge voelen de zwartheid en de zwaarte van het door hein gepleegde misdrijf. Toch hoopt spreker, dat beklaagde, die vrijwel aan den avond van zijn leven is gekomen niet levenslang opgesloten wordt, opdat hij, eenmaal vrij komende, nog vergiffenis zal kunnen vragen aan wie hij zulks zal hebben te doen. En moge dan een enkel woord van medelijden hier eene plaats vinden en clementie niet geheel' en al onbekend zijn, wanneer gij E. A. heeren in raadkamer zijt gezeten." Beklaagde heeft niets meer te zeggen en de uit spraak in deze zaak wordt bepaald op heden over 14 dagen. genoeg belangstelling bleek te hebben om de voort zetting eener budget-rede van den premier aan hooren. e Dat zeer opmerkelijke heeft zich dan toch Voor gedaan iu den ochtend van 29 November 1910, toen er siechts 46 van de 100 leden bleken opgg. komen to zijn, om den minister Heemskerk jn je gelegenheid te stellen, zijne gisteren. Maandag, on_ derbroken rede te voleinden. Inderdaad, het kenschetst wel zeer de „parie. mentaire zede" van onzen tijd!... De heeren hadden geen lust, geen „trek", 't tv as een overschoone, heerlijk-zonnige November-ochtend In de residentie de Sinterklaas-drukte in vollen ^ang De broeders uit het hooge Noorden en lage Zuiden bekommerden zich niet om zoo'n Maandag-zitting.. Die komen eerst des Dinsdags aandrijven, 0p hun dooie-gemak... Lang behoeven wij eigenlijk niet over het vreemd-lijkende te bespiegelen. Trouwens, het te-laat komen voor zitting zit in de lucht en een der grootste plagen van een Parlements-praesus jg om de kudde althans t)ot een getalsterkte van 5j bijeen te krijgen De vraag is slechts, van welken aard het exe®pej is, door zoo'n Parlement gegeven aan de stump^ stakkerts, die lijsten hebben te teekenen, penning^ op te hangen, en zoo meer... Voor wie een kwartier.j later komen boete of schorsing, zelfs ontslag, be. duidt! Minister Theodorus scheen, toen hij naar zjjj Torentje kon terugkeeren, erg in z'n wiek ge. schoten. En ditmaal was er alle reden voor de o). Disteriëele verontwaardiging. De Kamer is, ook né 1 uur, toen we dan kon den beginnen, in hare jolig-lichtzinnige stemming gebleven. Zij besloot zelfs, in haar dartèlen overmoed om a.s. Maandag, Sinterklaas, heelemaal vrij-af te' nemen Leunend tegen het presidiaal bureau wachtte ka pitein Van Twist het lot af van zijn protest tegen het op Zondag geopend-houderi van de Haagschë landbouw-tentoonstelling. Z.H.E.G. had stemming ge_ vraagd over art. 63 Landbouw, hópènd dat althans de groep, waarvan hij Van Twist, de „militaire spe- cialiteit" is (zoöals de heer Lohman 't eens sarcas- tisch-schertsend noemde) hem volgen zou. Maar neen, slechts zeven stemmen, de zijne incluis, kon hl) winnen voor z'n protest!... Van Lynden, Heemskett, Colijn, De Monté Verloren, Van Asch van Wijck, Van Vliet vielen hem af Somber-dreigend was de expressie van het vlee- zige gelaat des antirevolutionnairen krijgsman, van armen broeder Duymaer!... Eindelijk kwam de premier aan het woord. Hij sprak nog twee uren lang en verhief zich niet, in 't algemeen, boven het slap-onbeduidende van deze Algemeene Beschouwingen. De heer Heemskerk is puntig, geestig en slag vaardig; verstaat meesterlijk de kunst om over de „serieuse dingen" heen te zwemmen... De verdedi ging der politiek van dit kabinet, mitsgaders van de antithese, laten wij rusten. Daarover heeft Z.Exc. toch waarlijk niets nieuws beweerd. Trouwens, onbetwistbaar juist is zijne bewering, dat het Ka binet bij deze Begrootings-debatten slechts om klei nigheden, futiliteiten is aangevallen. 't Meest-interessant was de heer Heemskerk waar hij bepleitte de noodzakelijkheid van een tweejaar- lijksche Begrooting, daaraan toevoegend, dat de tegenwoordige manier van budget-behandeling eene ziekte is in ons s*aatkundig leven. Slechts weinigen zullen dit Z.Exc. willen of kunnen betwisten. En een ander perspectief op wat de komende Grondswetsherziening zal bieden is: het verlengen tot zes jaren van den termijn, waarvoor onze lands- vroeden worden gekozen. Een derde uitermate pracü- sche raad van den premier: Mijne Heeren, wat ik u bidden mag, gaat nu werken, werken... En: min der praten!... Zijn vernuftig steekspel met allerlei parlementa riërs... Zijne verzekeringen, verklaringen omtrent on partijdigheid bij benoemingen e.t.q. laten we rusten. Slechts in de herinnering bewarend datgene, waar men eenig „houvast" aan heeft. Welk Kabinet, van welke kleur ook, aan het be wind zal komen, de ellende zal en kén niet ein digen voordat het mes is gezet in de wondeplek: 't jaarlijksch budgetrecht Zonder dót geen bezuiniging. Zonder dét geen verbetering Gelijk 't waar is, ook, dat thans het voorop-zétten van de kiesreehtquaestie de sociale wetgeving belem mert. En men zonder Tariefsherziening geen fondsen kan krijgen voor de sociale hervormingen, althans (hierin heeft de heer Roodhuyzén mi eens griijkl zoolang de thans op het Regeèrings-kasteel wapperende vlag daar gehesahen blijft 1... Minister Kolkman heeft zich tégenover zijn ambts voorganger De Meester vaardig en verdienstelijk ge weerd. Voor den outsider, weinig belang-stellend in het parlementair toernooi, is zeker liet meest-interes sant, dat de Opcenten dit jaar o oT h et laatst zulks? worden voorgesteld. Het i haks-debietrecht had Z.Exc. juist van den Raai van State terug-ontvangen. „Een jKilitick fortuintje vtffl Links, ja of neen'?", vroeg mr, Kolkman. die ed. in z'n element was, agressiever dan ooit. zieker sloeg hij den spijker op z'n kop, -jij* werend, hoe de Kamer, aartsvriéndin van bezuinigd steeds de uitgaven opdrijft zoodra er ontwerpeii tafel komen... Dón komt 't er niet op aanf... Met vuur en geestdrift verdedigde Z.Ex. „het van het Tarief voor de Ouderdoms-vcrzekering. Sle over zijn lijk. als minister wel te verstaan, zal iemand de hand naar dat potje uitstrekken... 'tKa negen jnillioen bevatten. Voorts hebben wij nog vernomen, dat minister Kol* man er niet aan denkt, de eerste levensbehoeften 11 de Tariefsverhoog'ng te belasten. Alzooenkele wei-interessante aanduidingen van men ter verbetering van den ontredderden toestandi» behandeling van 's lands zaken beraamt. Eenige mjl deelingen van actueel karakter. Eindelijk, een v<?n lige ppologie van het krachtens en nam#» •oanuc ncsueieuu uegiuiiai. waarvaf Daarmee is het algemeen budget-debat, - w ^j. ./e morgen he( „staartje" zullen aanschouwen, wel gekarakteriseerd. ANT0NI0. Den Haag, 29 Novmber. T Zal wel voor het eerst zijn in de geschiedboe- k"ii onzer parlementaire historie, dat de Kamer niet GEMENGD NIEUWS. GROOTE BENZLNKBRAND TE BERLIJN- Berlijn, 20 November. Een geweldige vlam r0oi ieder oogeublik omhoog en zet hét bosch 1'1 ro0c licht eu zonder vonken verduistert zij In rossig Machtige waterstralen buigen als reusachtige fonteinen boven de massale tanks. Enkele ëareSCji geweldige lichamen li tgen neer als een 'nee?;\. z)e> ten paiimui'■schip heel ia 't groot. Op I»l>» 1 lgC^ menschennienigten zwijgend toe. Men hoort geknetter van water en een enkel maal 1<*elL. g vlammen. Donker staan de nog behouden ta.n - de vlammenhelltui. Een enkele is uitgebrand j. staan en kleine vlammen spelen als vurig J1 om de kap. In de vlammenzee ziet men oen ge van een ineengewrongen wenteltrap. ïet^' Door de kolossale afmetingen van alles is 1 diep Indrukwekkend schouwspel. Het einde v brand is echter nog niet te voorzien. Getracht wordt om het vuur te dooven doo zuur, doch het is de vraag, of deze poging g zal. Het gevaar schijnt niet af te wen"e°' nflo isi* twee tanks in brand vliegen, elk met oOO. A inhoud. De schade wordt thans geraamd op Hoen Mark. NOODWEER IN ZUID-RUSLAND. J ASTRAKAN, 29 Nov. Op «le rcedc zijn 1 tien schepen gezonken. Enkele met de baBW1' .Jjp aanlegpier waarop zidh driehonderd Perzische a bevonden, is losgeraakt en naar zee gedreve'- geen (hoop de arbeiders te redden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1910 | | pagina 2