Burgerlijke Stand. ontstekingsmiddelen, zakloestclleljcs. Jiceft in dit jaar1 2 millioen stuks afgeleve d. Dat is de grootc fout van de lucifersbelasting. De Regeering v.l nu die toestelletjes cok al gaan belasten. Maar waar blijft dan het einde'? De vermindering der 1 uoifersproductie met 60 p.Ct. is voor de regeering een tegenvaller, voor de fabrie ken een lamp. En het is een nieuw bewijs voor de dwaasheid, om een algemeen gebruiksartikel met 200 percent der waarde te belasten; het gevolg is, dat een oude be staande industrie wordt verniejgd. Daartegenover staat wel het opkomen van een nieuwe industrie, maar het nadeel voor fabrikanten en werklieden blijft toch be staan. Op dien grond vraagt de Vereeniging van Duitsche lucifersfabrikanten opheffing der belasting op lucifers/ niet alleen omdat zulk een beiasling op verbruiksvoorwer pen voor de betrokken nijverhe.d n xleelig is, maar ook uit een algemeen financieel-politiek oogpunt streng moet worden afgekeurd. overstrooming. CHALONS SUR AIARNE, 1 Dcc. De overvloedige regens deden de takken van de Marne wederom stijgen en veroorzaakten plaatselijke overstroomingen. ANGIERS, 1 Dec. Alle lager gelegen gpdedlen der stad zijn ondergeloopen. De bewoners van de Loire-vallei verlaten h in woningen. Het station Saint Serge is over stroomd maar de treinen loopen nog. De electrische centrale is geheel door het water ingesloten. PARIJS. 1 Dee. De overstrooming van de Loire ver brak hedennamididag 1 uur het treinenverkeer tusschen Angers en Nantes, en Bretagne. Voornamelijk aan de noordkust zijn Ide departementale wegen en spoorwegbruggen onbegaanbaar. NANTES, 1 Dec. De stad is op verschillende plaat sen overstroomd. Het water is een aantal fabrieken bin nengedrongen, zoodat thans een menigte arbeiders werk loos zijn. CAEN, 1 Dec. De stad staat onder water, de pre fect heeft dringend verzocht om toezending van schui ten, ten einde redding te ki nnen bieden; een groot aan tal bewoners van de buitenwijken zijn ingesloten door het water. Het reddingswerk is zeer moeilijk. Een dergelijke overstrooming was hier tot dusverre nog niet voor gekomen. Het verkeer op de wegen in het departe ment is bijna overal gestremd. De scbade 5s aanzienlijk, ide fabrieken staan stil. storm en ellende. CERBERE, 1 Dec. Het blijft nog steeds slecht weer aan de kusten van Spanje. De Sar is buiten hare oevers getreden en beeft de dorpen Padron en Cesures overstroomd. De bliksem' sloeg in de kerk van Allameida Segra, het vuur verspreidde zich over het geheele dorp en veroorzaakte aanzienlijke schade. TOULON, 30 ,Nov. In den loop van 'den avond nam de storm in hevigheid toe en viel de regen in stroomen neder. Een huis stortte in en twee kinderen werden gewond. Een sloep van een torpedojager slceg om en twee matronen verdronken. ASTRAKAN, 1 Dec. Het stoomschip en de ijsbre- ker, die uitgezonden waren om hulp te bieden aan de vierenveertig schepen, die op de Kaspische Zee met den storm' te kampen hadden, zitten reeds sedert drie dagen vast in het ijs in den mond van de Wolga. In een aantal dorpen aan den Wolgamond staan verscheiden huizen onder water, zestig woningen zijn reeds ingestort. Vele visschersbooten zijn tc pletter ge slagen. De vele van hun onderdak beroofde personen verkeeren in een wanhopigen toestand. pook kunstboter. Te Hamburg zijn bij 100 personen, die tot 30 ver schillende gezinnen behooren, vergiftigingsverschijn.se- len waargenomen. Margarine, van een zekere firma afkomstig, bleek de oorzaak te zijn. Er bestaat geen levensgevaar, maar sommige der patiënten zijn er be denkelijk aan toe. Uit een door de Hamburgsche politie ingesteld on derzoek is gebleken, dat het aantal gevallen van ver giftiging door margarine veel talrijker was dan men aanvankelijk meende. Officieel wordt het aantal geval len op 150 gesteld. De margarine, die door de vergiftigden was genut tigd. was, volgens den Hamburgschen berichtgever van hel Berl. Tagebl. een nieuw soort van liet merk ..Backa" en eerst sedert eenige dagen in den handel gebracht. Het i schpiKund onderzoek is nog niet geëindigd, men in een t echter reeds te weten dat een uit Engeland ingevoerde vetolie de vergiftiging heeft veroorzaakt. De pobtie neemt thans proeven mei deze olie. het hotelwezen. Te Londen zijn Dinsdag ruim honderd van de eerste hotelhouders van Oostenrijk aangekomen, die in En geland en vooral in Londen het hotelwezen willen be- studeeren. Naar het oordeel van den voorzitter van de Oostenrijksche hotelhouders-verecniging, Osten, heeft Londen de beste hotels ter wereld. per draadlooze. Voor da eerste maal speelt thans de draadlooze telegrafie een rol bij de Engelsche verkiezingscampagne. De unionistische candidaat voor New-Castle (Staf- fordshire), kapitein Grogan. had op de thuisreis van Oost-Afrika aan boord van een Duitsch stoomschip be richt gakregm van de ophanden zijnde verkiezingen. Sinsdièn staat hij met zijn aaniiangers in New-Castle voortdurend draadloos in verbinding en zendt hun da gelijks instructies voor de verkiezingscampagne en ma nifesten aan zijn kiezers, die dan onmiddellijk in het district worden verspreid. de hongersnood in china. Een nader telegram over den hongersnood in her- noordelijk gedeelte van An-boei stelt het aantal per sonen, die daarvan te lijden hebben, op 3.000.000. Het gebied, waar de voedsclschaarschte zich do^t leven zou voor mij alle waarde hebben verloren, als zij niet goed over mij dacht," en de jonge man boog w ei v droef het hoofd. Hij had niet bemerkt hoe een jong meisje hem tegemoet liep. Hij was met zijn gedachten veel te veel met andere dingen bezig. Het meisje droeg het eenvoudig kleed van de ■dienstbode van deftigen huize. Maar zij zag er zeer proper en netjes uit. Zij was niet heel jong meer, maar zij had een fijnbesueden gelaat, en haar oogen waren heel mooi. Haar gestalte was evenwel wat ont sierd door een eenigszins hoogen rug. De donkere oogen van het meisje waren met oen dweepende uitdrukking op den jongen man gevestigd. Nu stond zij vlak voor den advocaat. „Maar mijnheer, wat loopt u hier diep in gedachten rond te dwalen," zoo sprak zij den zoon van haar meester toe. Heinrich schrikte uit zijn overpeinzing op. „Ach ben jij het Marie?" luidde het doffe antwoord „Waar ben je heen geweest?" vroeg hij, om toch maar iets te zeggen. „Naar mijn zuster, die zooals u weet, op de heide woont." „Gaat het goed met haar?" „Zij is weer zoo gezond als een visch. Maar het schijnt alsof dat met u niet het geval is, u wordt met den dag droefgeestiger." „Ik heb zorgen, Marte." „Ach wat, zorgen. U, zulk een knap en rijk heer," riep het /meisje uit, terwijl zij hem tersluiks scherp opnam. „U weet mijnheer, dat wij beiden zijn op gegroeid, maar zooals u tegenwoordig is, is u nog nooit geweest." „Ik ben ook niet gelukkig, Marie." luidde het droeve antwootd. „Wat wilt u dan nog meer hebben, dan u al reeds bezit?" „Ik heb een lastig proces en zal dat nooit kunnen winnen." „O, u bedoelt bet proces van de erfgenamen van de weduwe Mölenhoff." gevoelen, ls grooter dan In de dagen van den hon gersnood van 1907; maar vooralsnog is de ellende minder acuut dan toen. een brutaaltje. Op het station van Edington, Engeland, werd Dinsdag een heel teer, rozig jongetje van een jaar of 15 gearresteerd, terwijl bet ventje doende was, zich zonder plaatsbewijs in een op vertrekken staan- den trein binnen te smokkelen. Toen men de zak ken van liet kereltje doorzocht, vond men eenig klein geld in een damesbeursje, een kinderpistooltje, een sigarettenkoker en een pijp met tabakszak. Daar het vermoeden bestond, dat de kleine zijn ouders ont vlucht was, werd hij naar het politie-bureau ge bracht. En daar bleek, tot grenzenlooze verbazing van de omstanders, dat het „ventje" een meisje was van een jaar of 14, dat Dorothea Morgan heet te en haar te Birmingham wonende moeder was ont- loopen. Dorotheaatje is subiedelijk naar een verbeter huis gebracht. SPOORWEGONGELUK. Donderdagochtend zijn op ihet station Imniigrathl twee goederentreinen, komende uit de riehlingjn. Dussel- dorf en Keulen tegen elkander ingereden. De zware locomotieven werden uit de rails geworpen en een aantal goederenwagens zoodanig ineengedrukt, dat er geen stuk heel bleef. De plaats des onheils lag bezaaid met de treurige overblijfselen van de beide treinen, waardoor grootc stoornis ontstond in het treinverkeer. Bij de ramp werd één conducteur doodgedrukt tus schen de wagens, een aantal anderen werden gevaarlijk gekwetst, enkele anderen licht. Ook worden nog eenige spoorwegbeambten vermist. VAN EEN JONGEN, DIE EEN MEISJE WAS. Een paar jongelui te Parma waren het eens ge worden en zouden dezer dagen in het huwelijksbootje stappen. De aanstaande echtgenoot begaf zich dus naar het stadhuis om de papieren van zijn meisje in orde te laten maken, maar werd daar door de ambtenaren in zijn gezicht uitgelachen, toen hij verklaarde mei Augusta Marcella Severina Gandolfi te willen trouwen, want een meisje van dien naam """bestond niet, wel een jongen van precies denzelfden leeftijd Augusto Marcello enz. en deze zou, bovendien nog dezer dagen voor den militairen dienst worden opgeroepen. Of de jonge man ai bij hoog en bij laag zwoer, dat zijn meisje geen jongen was, het deed er niet toe, het register van den burgerlijken stand kende het meisje niet en dus zal het paartje zijn huwelijksplannen moe ten uitstellen, totdat de rechtbank formeel heeft uit gemaakt, dat indertijd een of ander ambtenaar van den burgerlijken stand zich verschreven heeft en dat Augusto wel degelijk een Augusta is. DE KERKELIJKE ORDEN IN SPANJE. Luidens mededeelingen die, volgens de Köln. Ztg., van den minister-president Canalejas zelf afkomstig zijn, be draagt Ihet aantal kloosters in Spanje 3550 en het aan tal .mannelijke en vrouwelijke ordeleden 60,650. Dat kan, zoo zegt het blad. slechts een schatting zijn, daar geen beambten in de afgesloten kloosters mcg.-n doordrin gen. Het inkomen der ordesliehlingen wordt op 11,520,000 gulden per jaar geschat en vermeerdert jaar lijks met 10 pCt. Het inkomen zou dus f 1962 per lid bedragen. Daarbij moet men in hel oog houden, dal juist de Spaansche kloosters een levendig bedrijf met on betaalde leerlingen uitoefenen. Teneinde deze rijke instellingen die zich tot dusver aan elke belastingbetaling onttrekken, mede te doen deelen in dien plicht van alle staatsburgers, wensdlit de regeering allereerst een telling van haar leden en inschrijving in registers tc doen plaats hebben. Deze zaak heeft natuurlijk met den godsdienst niets te maken, niettemin verzetten de bisschoppen zich tegen dezen maatregel bijna hartstochtelijk. Alleen die van Madrid en Saragossa erkennen dal het verlangen der regeering rechtmatig is en de groote politieke partijen, libera len en conservatieven zijn het in hoofdzaak over de noodzakelijkheid der hervorming in kerkelijke zaken eens. NOG EENS DE BENZINE-BRAND. De Berlijnscha correspondent van het Hdbld. schrijf d.d. 30 November: Nog steeds meer dan tweemaal vierentwintig uur, duurt de brand in en tusschen de benzine-tanks van de „Benzln-Lagerungs-Gesellschaft", in de Ber lijnsche voorstad Boxhagen-Rummelsburg, daar, waar de uitloopers van de Wuhlheide overgaan in het Kö- penickerbosch. 's Avonds gloeit er de hemel in het zuidoosten van Berlijn. En zoodra de duisternis valt, begint de uittocht van wandelaars, rijtuigen en auto's. Door breede, rechte straten gaat het, straten zonder open plekken, alsof heel die buurt achter de Warschauer Brücke al oud is. Straten met helver lichte koffiehuis-ramen, groote winkelruiten. Plots houdt de stad op, komt de Wuhlheide, zandige wei, nu door regen en mist klef-vuil. 4 Heel eensklaps ziet men vlammen schieten, rook pluimen krullen. En wanneer het oog gewend is aan de fel-roode vlam, dan zijn de tanks te onderscheiden, de reusachtige zinken reservoirs met een omheining van hoven, met een wenteltrap er tegen, met verbin- dingsbruggen naar elkaar. Hoog boven elke tank steekt de bliksem-afleider uit. Tusschen de tanks woeden de \lammen en een zwarte rookwolk wijst de windrichting. Hoog reiken de vlam men niet. Nauwelijks twintig meter. Breed strekken ze zich ook niet uit. Maar ze blijven er, tergend constant, even laag en even smal. Ze sloren zich niet aan water, niet 'aan koolzuur. Heel mooi is het, wanneer ze even den gekrulden kop laten opgaan in vuilzwarten rook, wanneer ze even zich splitsen in roode floepjes. Even later zijn ze er weer, fel rood. zonder gloeiende sintels, zonder sterren en vonken, tot twintig meter hoogle opkuivend. Een voortdurend vlammen en likken, wuiven en waaien, een orgie van grillige Iichlconlraslen. Flikkert het even fel op, dan wordt het eenzame bosch hel verlicht tot heel in de donkere diepte. Aan den zoom van het bosch staan dc nieuwsgieri gen. Het Jicht van de vlammen danst in rooden weer schijn op hun gezicht. De dennestamincn gloeien onder dc wilde en onrustige licht-reflexcn. Dc jongens, die in de toppen klommen, kijken elkaar aan, zoo leutig vinden zij hun roode facies, wanneer de vlam even omhoog uitschiet. De Köpenicker siraatweg wordt door gendarmen vrijgehouden. Aan de Sprec-zijdc slaan de brandspuiten te zwoegen. Tien vuistdikke stralen sproeien het water over de tanks, die nog niet branden. Om het terrein is een hooge aarde wal gebouwd. Een trap leidt op klicn wal. En van daaruit ziet men een meer, dat dc tanks omspoelt, een meer. dat steeds hooger rijst. De vlammen schijnen uit het water te komen. In het meer liggen de wrakken van wenteltrappen, verbindingsbruggen, stukken zink. Uit het meer sleekt op. zwart en uitgegloeid, de smal verbogen rand van de uitgebrande tank. De vlammen doen de rondingen van de tanks leven door reflex-licht. Het vuur geeft een spiegelbeeld. Acht brandweermannen staan op den 'dam en spui ten de meest bedreigde tanks nat. Het water siepelt van de zinken wanden in het meer. Een enkel keertje raakt de straal den eenzamen, nu zoo belaohelijken bliksemafleider. Dan krullen er wolkjes van waterdamp, die in de gloedzee opslijgen. Zóó warm is al het metaal. Twee dagen Lang is er gewerkt, dag en nacht. Vijf tanks zijn er uitgebrand. Of dc andere veertig zullen volgenVelen vreezen van ja, omdat de tanks onder ling door buizen verbonden zijn. Een tank werd zóó bedreigd, dat men bang was voor een ontploffing door een nieuwen benzine-voorraad van honderdduizende ki lo's dus, die moést opbranden, hopeloos opbranden. Daarom werden in deze tank een paar gaten geboord. Daaruit ontsnapte langzaam het gas, dat natuurlijk da delijk vlam vatte. Doch men hoopt hierdoor den druk zoo te verlagen, dat de kap niet van de tank geslingerd zal worden. afschaffers-optocht. Het Leger des Heils deelt mede, dat zijn reddings brigade in dit jaar in New-York duizend drankzuchtigen heef! helpen genezen. Dit waardeerbare succes heeft men door een grootsche betoog'ng willen vieren. En echt Amerikaansch. schijnt het, daartoe een optocht te bedenken van deze duizend nieuwe afschaffers. Dezer dagen heeft de processie plaats geluid. Zij schijnt uitstekend te zijn geslaagd, omdat men in Ame rika de kunst verstaat optochten te honden. De hoofdgroep bestond natuurlijk uit de duizend bekeerlingen. Dit gedeelte vond den meesten bijval; de indruk was zeer gunstig; een enkelen purperen neuskleur... dit was alles wat er aan herinnering bij deze demonstratie te zien kwam. Doch de stoet was verfraaid door een soort van wel afstootelijk, doch historisch overzicht te geven van de dronkaardstypen door alle eeuwen heen. Zoo liep daar mee iemand in het sierlijk gewaad uit den tijd van Lodewijk XIII; hij maakte van tijd tot tijd halt, trok een van zijn laarzen uit, waarna dertien pages toesnelden en dertien flesschen cognac in den schoen schonken, die de drinkebroer-cdelman in één teug leegdronk. Een andere liguur, die aandacht trok, was John Falstaff; hij droeg z'n buik en mompelde de klassieke woorden, die bij hem passen: ,,I am a villain". Onder vele anderen zag men daar den hertog van Clarence, die den verdrinkingsdood vond in een val Malvezij. Daar ging Horatius, in evenwicht gehouden door Lydia. Augustus van Polen, Alexander van Macedonië en Cambrinus gingen schommelend op één rij. Van nog vroeger datum was Aeschylus, die ook bijwijlen in kennelijken slaat verkeerde. Eindelijk werd daar de eerste dronkaard sedert hel bestaan van onze aarde weggeleid; hei was Noach, met verdacht hoogen blos op de wangen, wiens wan kelende schreden gesteund werden door zijn drie zonen. Doch deze laatste groep, hoe belangrijk ook van praehistorische waarde, viel weinig in den smaak van het Amerikaansche publiek. Want voor een van deze drie zonen, die het prototype van het negerras heette te zijn, diende een echte neger. Hij werd harder uitgefloten dan zijn dronken va der. Want de Amerikanen mogen de matigheid toejui- hen zij verdragen in hun optochten geen kleur- politiek engelsche suikerbieten in nederland. Nu er in de laatste weken meerdere zeeschepen met suikerbieten uit Engeland in de Rotterdamsche havens zijn gelost en naar verschillende Nederlandsche sui kerfabrieken verscheept, hebben wij een deskundige om nadere inlichtingen verzocht over dit voor onzen land bouw en onze industrie opmerkelijke verschijnsel. Aan het welwillend antwoord Qp ons verzoek is het volgende ontleend ,.lk geloof niet, dat er vrees behoeft te bestaan voor blijvende concurrentie, de Nederlandsche bietenverbon- wei-s aan te doen met de Engelsche bieten. En wel, omdat de onkosten, die op de bieten komen, veel te hoog loopen. Er zullen in de omgeving der verscho- pingsplaatsen in Engeland wel niet veel bieten direct per as van het veld geleverd kunnen worden vóór boord. Men zal, om hoeveelheden van eenig belang te krijgen, de bieten van het veld per as moeten aanvoe ren. naar "de spoorlijnen zoodat spoorvracht en over- ladingskosten in het schip extra uitgaven vormen, die slechts in weinige givallen op de Nederlandsche bleten zullen drukken. ,Oip de eilanden Goeree-Overflakkee, Sohouwen-Duiveland en Walcheren maken een gedeeltel der bieten verbouwers wel is waar gebruik van trams om' hunne bieten naar de havens te vervoeren, doch daarvoor moeten zij zich reeds een uitgaaf getroosten, want de fabrikanten nemen in de meeste gevallen «J of slechts een gedeelte dier tramkosten voor hun rekening. Het gebruikmaken van dit vervoermiddel gelijk te stellen is met het spoorwegvervoer In Én*4 land, gaat reeds ten kosle van de zakken der vcrbnÜ'f wem. Bovendien zal het transport te water uit pv/JJ land zeker meer kosten dan uit de ■verschillende in Nederland. Alleen dan, wanneer er hooge prijzen voor de suiuj te bedingen zijn, zullen de Nederlandsche fabrikant bieten uit Engeland kunnen invoeren, omdat het ju" dan nog mogelijk Ls een flinken prijs voor de in Engeland te betalen. Waar in Engeland slechts weinige streken de meisjes en vrouwen op het VPï werken en bovendien dc loonen iets hooger zijn Vr>. de mannen dan in Nederland, daar zal de bietennri?! in Engeland vrij hoog moeten zijn, wil hel een looLjf de cultuur voor onze EngTsche vakgenooten zijn. jnïl omdat de meisjes en vrouwen daar weinig 0p 't V!.f werken is oen cultuur van Tieten op uitgebreide sehas er niet mogelijk. Om de hoogst mogelijke opbrew van bieten te kunnen krijgen, moeten de bieten in f,7, prille jeugd zorgvuldig en op tijd bewerkt \vor<jer! dat is niet mogelijk tenzij men over vele handen 'ui! beschikken, zoodat in Nederland op tal van plaatsen waar veel bieten verbouwd worden, een gedeelte a, schooljeugd gedurende een paar weken tc hulp n^J L*r\mnii am wol in hrvoMzflAlf VOOT hftf A komen en wel in hoofd/aak voor het „opéénzetw* uitdunnen (dat is uittrekken l'der overtollige planv Zoover mij bleek, bestaat er een bijzondere treden w het transport der Engelsche bieten naar Nederland. ;r, enkele streken van het Oosten en Zuid-Ooeten var, Engeland wil men trachten tot de stichting van heet wortelsuikerfabrieken te komen. Thans heeft men verschillende plaatsen in Engeland bieten uitgeza^u. om na te gaan welke akkeropbrengslen verkregen kun nen worden en welk suikergehalte de bieten bezitten Waar het bekend is, dat alle fabrieken, aangesloten bi den Noderlandschen silikerbictenfabrikantenbondsleed een tekort aan grondstof hebben, ligt het voor da hand, dat zij op den beschikbaren Engelschen Voorraai beslag hebben gelegd. Maar een concurrent van eenl i beteekenis en van blijvenden aard kan ik in den Er gelschen bietenverbouwer voor ons niet zien. j Er bestaat nog een tweede reden, waarom' de Enge sche bieten naar Nederland zijn gekomen. Zekere firn: in Zuid-Holland heeft voor de bereiding van haar zr velproduct: gecondenseerde melk, veel suiker noodé j Zij is er toe gekomen een elders gelegen boet wortels, kerfabriek ie exploiteeren en later eene suikerraffm derij. Grondproducten voor suikerfabriek en raffinader zijn lang niet altijd in voldoende mate te krijgen i bovendien is bedoelde firma betrokken bij één, of mi schien bij meer plannen tot het bouwen van een suiki fabriek in Engeland, mogelijk reeds met het voornem, om, wanneer in- of uitvoerbelastingen dat noodig pi ken haar hoofdproduct, de gecondenseerde mel'^ j Engeland te gaan vervaardigen. Door haar werken i Engeland is zij thans de afneemster geworden van groot deel der daar dit jaar verbouwde bieten. Afgescheiden hiervan, is er op hetzelfde gebied nq een ander belangrijk verschijnsel te wachten: De We ter suikerraffinaderij in Amsterdam staat op het piy een groolen strijd te gian strijden met do suikerfabr kanten, die hunne fabrieken hebben verbouwd,, om i plaats van de zoogenaamde ruwe suiker zo<vjenaam( witte suiker te manen. Door het fabriceeren van witl suiker door pJTe beetvvortelsuikerfabrieken wordt aan Wester-suikerraffinaderij immers niet alleen grond Ir ontnomen, maar ook treden die fabrikanten als hai concurrenten op bij de winkeliers. Onlangs kocht <j Vv ester' een tcrre.n in Oud-Beierland, ma het voord men daar een beetwortels uikerfabriek te gaan stichtej om aldus grondstof te krijgen en om de fabrikante] voor oogen te houden: „heeren, houdt op of gaat nia verder met dat fabriceeren van z.g.n. wilstiiker'. Was er voor de bestaande beetworteLsuikcrfabrieken ree bicten te kort zijn, kunnen deze een nieuwe labris als die de Wester wil stichten, niet verdragen. Maar om op den invoer van Engelsche bieten t rug te komen, ernstiger zou die concurrentie wori als de Engelsche boeren bietenverbouwers werde zooals de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche-eiland-bei woners zijn. De uitbreiding der suikerrietcultuur I de Zuidelijke landen gaat dikwijls vlugger dan d uitbreiding der consumptie, vooral ln jaren als 1 laatste, met de hooge suikerprijzen, en daarom is hl te hopen, dat Engeland zclh voorloopig nog niet ga» scharen onder de beetwortelsulkerproduceerende lai den van belang. Maar voor het laatste ben ik, voo zoover ik de Engelsche toestanden op landbouwgebi»! zelf kan beoordeelen, nog niet bang. N. Rt. Crt het vrouwelijk schoon. In de Amerikaansche couranten wordt veel aandacf! gewijd aan de uitspraken van een bekend gvmnastid 'eeraar, Euglee Allen Sargent, en een portretschild van beteekenis, John. W. Mesander. Deze beweren n dat de Amerikaansche vrouw door de overmatige wijzl waarop zij in haai* jeugd zich aan sport overgeeft, hl vroutvelijke bekoorlijkheid verliest, én allengs iicihaar vormen gaat aannemen,, die minder .gracieus en mannelijk zijn. De schilder beweerde zelfs, dat Amerikaansche vrouw voorbeschikt schijnt om te liezen, wat tot dusver haar grootste bekoring uj „Hoe weet jij dat?" „Waarom zou ik dat niet weten," zeide Marie blo zend, „al stopt men in huis al zijn ooren dicht, daarom hoort men er nog wat over." „Ik zal het moeten verliezen, Marie. Want ik kan geen enkel spoor van den dief ontdekken. Want het testament moet gestolen zijn." „Zou dan de gelukkige afloop van het proces u zoo zielsgelukkig maken?" vroeg Marie en in haar oogen flikkerde een zeldzame gloed. „Hoe kan jij dat nog vragen. Het zou de schoon ste dag mijns levens zijn, waarop dat geschiedde," zuchtte de ander. I Marie's lippen beefden van ingehouden ontroering, j Haar witte handen plukten zenuwachtig aan haar schort en haar donkere oogen schoten vonken. „Laat u maar niet ontmoedigen, mijnheer," zeide zij, toen zij haar ontroering weer wat moester was. i „Alles kan zich nog wel ten beste keeren. Dikwijls genoeg heeft een zaak er reeds hopeloos uitgezien en later gebeurde er weer iets heel onverwachts, waardoor alles weer in geluk en vreugde verkeerde," zeide zij troostend: „Adieu mijnheer, houdt maar goeden moed,, wees maar opgeruimd en vroolijk," voegde zij er op eigenaardigen toon aan toe. „Je bent een goed meisje, Marie," zeide de advo caat vriendelijk. „Ik wensch uw geluk," zeide Marie, greep de hand van den advocaat, hield die eenige oogenblikken vast en verliet hem toen. „Ik gaf er de heele wereld voor, ais ik éen oogen- blik in zijn armen zou mogen rusten," riep zij met bevende stem uit. „Hij hoeft die juffrouw lief en zij houdt niet van hem. Maar ik weet waar het testament ligt en hij zal het hebben," en het meisje verhaastte haar schreden, met de oogen dweepend voor zicht uit gericht. Op dezen warmen Julidag volgde een stille zoele nacht. Het was of de hitte alles had verlumd. Het was nacht en ook in den huize Rössuin was alles in diepen rust. Hinerk Rössum woonde in het hoven- huis, zijn zoon had zijn kantoor en zijn slaapkamer in het benedenhuis aan de andere zijde en daaraan grensde de werkkamer van zijn vader. .Wat te verwachten was, geschiedde, de zwoele, zware hitte, ontlastte zich in een geduchten donder bui. De donder ratelde hevig en het weerlichten was niet van de lucht. Het scheen of het kamermeisje Marie, dat op de bovenverdieping sliep, op dit onweer had gewacht. Zacht en voorzichtig sloop zij de trap af. Het meisje stond beneden stil en luisterde aan dachtig. Zij hoorde blijkbaar niets, want vlug en ze ker stapte zij de woonkamer van den ouden Rös sum binnen, liep op een hoekkastje toe, ontsloot dat en nam daaruit een sleutel en hiermede begaf zij zich naar het kantoor van den ouden heer. Daar sloop zij vlug op het schrijfbureau toe, open de dit, draaide de mahoniehouten zuil om en nam met vasten greep het daarachter verborgen testa ment weg; draalde zachtkens alles weder op zijn plaats, sloot het bureau en liep de trap weer op. Vlug liep zij naar de woonkamer van den ouden Hinerk en bracht den sleutel weer op zijn plaats. Toen ging zij naar het kantoor van Heinrich den advocaat. Hier trok zij een ongesloten vak van de schrijftafel, waaraan de jonge advocaat gewoonlijk werkte, open, en legde het document er in. En met de hand gedrukt tegen haar luid kloppend hart, ging zij langzaam heon, nu en dan even stilstaande en luisterend. Opgewonden en nauwelijks meer op haar boenen kunnende staan, bereikte zij haar kamer. Daar viel zij doodmoe op haar bed neer. HOOFDSTUK 6. Het was in een der voorsteden van Brussel dat de menagerie Atrani-Arendberg een plaats had ge vonden. Het ging met de zaken heel goed. De in komsten waren best De eigenaars konden tevreden zijn... en waren dat toch niet. Mijnheer Arendberg wantrouwde zijn compagnon. Deze had zulke vreemde manieren om met de wilde dieren om te gaan. De Hollander mocht dan geen man van het vak zijn en Atrani wel, Arenberg be greep er toch wel zooveel van, dat het spelletje dat GEMEENTE CALLANTSOOG. Ingeschreven gedurende de maand Nov. 1910. Geboren: Anna Cornelia, dochter van Pieler der Fluit en Maria Kooijinan. Hillcgonda, dochter rt Jan Bijvoet en Maartje Visser. Anna, dochter van Dr Mulder en IJda Rood. Ondertrouwd en Gehuwd: Geene. OverledenGeene. do Italittn dreef, zeer gevaarlijk was. Daarbij kir*1 nog, dat Atrani al zijn best deed om wat nader Therese te komen. Hij deed dit wel zeer voorziet®» en bedaard, maar voor de kloeke oogen van den Hos lander was het toch zeer goed merkbaar. Arendberg vond zijn oompagnon een vreemden betrouwbaren sinjeur. Dan eens trad hij tegenov Therese op alsof zij een gravin was en dau w Het hij zich tot een vertrouwelijkheid verleiden, haar bepaald moest beleedigen. Dan weer was t op endo op de rijke man en haar patroon. HÜ blei soms dagen achtereen uit de menagerie weg, ©n ni mand wist waar hij was, om dan eensklaps weer verschijnen en niet van de zijde van Therese te ken. Dit vreemde gedrag verontrustte den Hollander tot zijn genoegen bemerkte hij, dat het ook Ther« niet behaagde. Hoe indringender de Italiaan deed, koeler en trotscher Therese hem bejegende. Therese moest zich zelf bekennen, dat zij de* Atrani een mooi en belangwekkend man vond. 0 gewekt en geestig in zijn onderhoud, was hö in staat een vrouw te bekoren. Zijn geheele pers"0 lijkheid was gehuld in een romantisch en gebc'®2'' r.ig licht en zijn gloeiende oogen waren wel staat een vrouwenhart sneller te doen kloppen- Dit zeide Therese meermalen tot zichzelf. eenmaal goed in hun vreemde uitdrukking had P| zien, bleven ze bij. Wanneer zijn bleeke vingers iem^ aanraakten, was het alsof zij electriciteit uitstra^ den als dit bij Therese geschiedde liepen haar rillingen langs den rug. hfl En telkens als A'rani het woord tot haar riet1 ontstelde zij en zij was kalm en gelukkig als eenige dagen afwezig bleef. j Met mijnheer Pleter stond zij op een zeer vri« schappelijken voet. Hij behandelde haar gehee'^ al als zijn verloofde, wier woord hij had, eve0J onder de bepaling, dat alles voor derden nog u geheim moest blijven. Hij zorgde uitnemend voor "1 meisje. Wordt vervolg". I

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1910 | | pagina 6