I' COIlll,
ii
'f*
Sftl"
I
Voor Dammers.
Het Portret.
Zaterdag II Maart 1911.
55e Jaargang. No. 4879.
TWEEDE BLAD.
OPLOSSING PROBLEEM No. 28
van N. Baruch te Amsterdam.
Stand zwart 1 schijf op 16 en 2 dammen op 4
en 39.
Stand wit 6 schijven op 22, 23. 27, 38, 47 en 49.
Oplossing:
Wit: 23—18. Zwart: 39 17 of
27—22. 17 42.
17 38. ,y 4 43.
49 38 en wint.
Goedo oplossingen ontvangen van:
II. J. G. en G. de W. te Schagen; K. V. te Koe-
gras; L. Iv. en G. V. L. te Noordscharwoudei; D. K.
te Winkel; D. O. Azn. te Nieuwe Niedorp; S. E. te
Zijpe, Jao. K. te Zuidscharwoude; J. V. Pzn. en C.
S. te Keinsmerbrug; S. K. te Callantsoog; D. A. B.
en G. B. Kzn. 1e St. Maarten; E. R. te Winkel; P. N.
ie Oudesluis; W. .Tnz. E. te Z.-Z._ J. B. te Utrecht;
P. do B. te N. Niedorp,- H. A. te Oudkarspel.
SLAGZETTEN IN DE PARTIJ.
Zwart
staande stand door eerstgenoemde een damzet over
zien:
Zwart 16 schijven op: 2, 5 7, 8, 9, 11 tot 14.
16 tot 19, 21. 24 en 26.
Wit 16 schijven op: 25, 27 28, 30 tot 33, 35.
37. 38. 41, 42, 43, 45, 46 en 48.
Wit speelde hier 4540 en had moeien spelen
Wit 25—20. Zwart: 14:34.
28—22. 17 39.
38—33. 39 28.
32 3.
In de partij G. de WaardVcugsr» werd door eerst
genoemde (niet zwart) een damzet overzien; hoewel
deze zeer eenvoudig is voor geoefende spelers, voor
minder sterke spelers is liet leerzaam dezen zet te zoe
ken zonder de oplossing te raadplegen.
Stand zwart 17 Schijven op: 2 tot 9, 11 tot 15, 16,
18. 19 en 24.
Stand wit 17 schijven op: 27, 28, 31 tot 36, 38,
10. 41. 43 tot IS.
Wit speelde als laatslen zet 5044. Nu heeft zwart
dan door
Zwart1621
Wit 27 16. 18—22.
28 17. 12 21.
16 27. 24—29.
34 23. 19 50.
SIMULTAAN-SEANCE.
BATTEFELD komt Simuitaneeren.
De uitgestelde seance zal plaats hebben op Zondag
19 Maart a.s. in het Noordholiandsch. Koffiehuis te
Schagen. Aanvang te 2 uur precies.
Te Alkmaar Zaterdag 18 Maart, 's avonds 8 uur.
in café Schermerhom, Waagplein.
■25
Wit.
Stand zwart 13 schijven op: 1, 2. 3, 7, 11 15,
16, 18. 19, 23, 24, 26 en 29.
Stand wit 13 schijven op: 27, 31, 32, 34, 35, 37,
38. 40 41, 12, 43, 45 en 48.
Bovenstaande stand is uit een partij in de damclub
te Zuidscharwoude gespeeld.
Zwart: do heer A. van Nienes.
De laatste zet van wit 3631 om te verhinderen
dat zwart den eenvoudigen damzet doet door 2631,
1822, 2312 enz. doet wit nu in de val loopen
sloor:
Wit: 36—31. Zwart: 18—22.
27 18. 23—12.
34 23. 19 28.
32 23. 14—19.
23 14. 3— 9.
14 3. 12—17.
3:21. 16:47.
Een mooie combinatie
Eenige standen, voorgekom*en in den
wedstrijd te Schagen.
In de partij, gespeeld tusschen de heeren P. J. W.
(zwart) en A. Slijkerman (wit) won laatstgenoemde ir
onderstaanden stand een schijf. Hoewel eenvoudig, wordl
toch een dergelijke winst nogal eens verzuimd.
Zwart.
46
ui
ÉH§
Wé
9
W'
9 9
i§
gjP
8
Van het Haagsche Binnenhof.
Tweede Kamer.
!Den Haag. 9 Maart 1911.
Minister Kolkman heeft de verdediging van zijn
successie-ontwerp gevoerd op de hem eigen, leuke ma
nier. kalmpjes, slechts zelden grappig zijnde. Zich
vergenoegend met een paar speld-prikken aan '1 adres
der agrariërs, een weemoedig wooi-d sprekend over de
vinnige oppositie, waaraan hij van bevriende zijde,.
speciaal de aan val-Van Dedcm bleek hem te grieven.
had blootgestaan.
Overigens heeft Z.Exc. tegenover de brecd-opgezette,
zwaar-theoretische bespiegelingen nuchtertjes verklaard:
meneeren. ik wensch slechts een stuk of wat zwakke
schouders te ontlasten en aangezien de Staat geen stootje
velen kan, moesten anderen een tikje zwaarder belast.
That's alt!... Daarmee schakelde nir. Kolkman uit
al wat naar nieuwe lijnen'' zweemt of lijkt. Hl] gleed
dan ook met virtuose handigheid heen over de Vlie-
gensche, en zelfs over sommige Patijnsche beschou
wingen. De schrandere afgevaardigde uit Zicrikzce,
van wien de minister heden-middag zei: ,.Als hij een
maal hier op deze plaats aan de groene tafel is geze
ten.... De heer Patijn, dan, had reeds een successie
in de rechte lijn aangeduid van 4 p.Ct., met eene
progressie die 3 14 millioen zou opbrengen.
Men weet dus bereids iets van wal te wachten js
van den minister van Financiën Patijn, die er draait
de koers flink naar Linkschcn kant, eenmaal sle.l g
zal wezen...
Ook de Van Dcdemsehe bezwaren, door baron De
Wijckersloolh gesteund, dat het onroerend goed hier
z,oo har-slietmoederlijk zou bedeeld zijn, bestreed de
heer Kolkman zeer vluchtigjes, schoon dan met na
druk. Doch van meet-afaan toonde de minister, dat
hij voor dit onschuldige onlweipje aan geen princi
pieel debat wilde deelnemen. En hij bleef zeer conse
quent in die rol, daarmee der Kamer de schoone
kans openstellend om aan eene avondzitting te ont
komen.
Iets nieuws of bijzonders heeft de ïninistcrieele rede
absoluut niet opgeleverd. Mr. Kolkman's hart trekt naar
het opnemen van de verzekering-polis, maar hij zag
goen kans om het zware werkje bijtijds af te doen.
De denkbeelden des heeren Van Nispen, betreffende
vorming van een fondsje, potje, uit het successie-recht
noemde hij ,,niet reoht duidelijk" en maakte er Zich
met niet ganschelijk van hoffelijke ironie vrijgcbleven
I kalmte af.... Dat de minister er niet aan denkt om,
Dij dc Inkomsten-belasting den Landbouw vrij te laten,
kan ook niet bepaald als ..primeur" gelden. En dat
de heer Kolkman veel gevóélt voor indirecte b:l.islïn-
gen: 't zal voor weinigen een geheim wezen.
Deze bewindsman heeft zich niet uit z'n tent Jalcn
Jokken cn ik geloof stellig dat de Kamer, die innig-
lijk verlangde naar het slot van deze nood;loos-gerekte
bespiegelingen, er hem in haar harte diep-erkonlelijk
voor was!....
Mr. ANTONIO.
Binnenlandsch Nieuws.
Stand zwart 14 schijven op: 3, 6. 7V 8, 11, 12, 13
15. 17, 19, 20, 23, 24, 26.
Stand wit 14 schijven, op: 22, 28, 31, 32, 33, 35,
37 tot 13 en 48.
De laatste zet van zwart was 1420.
Wit: 32—27. Zwart: 23 21.
38—32. 17 28.
32 25. en wint nu de schijf op 24.
In do partij C. BuntI. de Vries, werd in onder
Feuilleton.
6.
Jet was niet van plan haar vriendin in haar ge
heimen in te wijden, maar zij had er toch behoefte aan,
om haar ziel eens pit te storten.
Eerst liet zij Doris wel driemaal plechtig beloven,
dat zij het nooit aan een ander mensch Ier wereld
zou verraden, wat zij haar nu zou gaan verhalen en
vertelde haar toen de ginsche geschiedenis.
Doris schudde herhaaldelijk haar hoofd. Deze geschie
denis ging bepaald boven haar begrip.
„Neen, dat snap ik niet", zeide zij tenslotte.
„Ik zou volgens mevrouw hel portret hebben weg
genomen en den mantel gestolen riep Jet vcront-
waanligd uit. „En", snikte Jet, ,;de hemel is mijn
getuige, ik heb van niemand nog ooit iets weggeno
men."
Doris vond het een ongehoorde beleediging.
„Wanneer ik maar wist, wat ik doen moest", ji
merde Jet.
dacht een poos na en stelde toen voor, dat
Jet haar timmerman in het geval zou betrekken.
„Ach Dons", weende Jet' „hoe Zou ik dat durven
doen. Zoo heel erg goed ken ik hem niet eens. En
denk jij misschien, dat ik een schandaal hier wensch".
„Ik zou toch maar eens met hem praten, er hoeft
met dadelijk een schandaal uit te groeien."
Jet bleef bij haar meening en was met haar gedach
ten weer bij de- ramp, die haar boven het hoofd
hing in den vorm van een verhoor én van mijnheer
én van mevrouw, die natuurlijk beiden zouden willen
.weten hoe zij aan hel portret kwam.
„Ja, 210 je, zij zullen mij niet met rust tafenj,
jam-
W ifri iit'ou
RECTIFICATIE. De stemming voor een hoofdinge
land en de verhuring van dijken, wegen, kaden, riet
gewas, vïschwater, enz. van Polder Waard-Nieuwland,
zal niet plaats hebben op Zaterdag 18 Maart, doch op
Vrijdag 17 Maart a.s., in het lokaal van den heer
C. C. Koorn. De stemming des v.m. van 1012 uur
en de verhuring des avonds om 7 uur.
WIERINGEN.
J.1. Woensdagavond hield de Vrijzinnige Kiosvereeni-
ging „Wieringen" een matig bezochte vergadering in
het lokaal van den heer M. de Haan. Besloten werd geen
candidaat voor de Provinciale Staten te stellen, doch
hierover eerst overleg op de vergadering te Schagen
ie plegen.
GEMEENTERAAD WIERINGEN.
Spoedeischende openbare vergadering van den Raad
der gemeente Wieringen, op 8 Maart 1911.
Atwezig de heeren P. Koorn en J. ller.naus.
IX- Voorzitter, de heer A. Pecreboo.iv, opent de ver
gadering. de notulen worden gelezen en goedgekeurd.
Dc Voorzitter deelt daarna mode, dat deze spoed
eischende vergadering is uitgeschreven, met hel oog op
de gevreesde ziekte onder net vee. n.1. het mond- en 'i
klauwzeer. B. en W. meenden, dat hel wenschelijk 1
was. om ter voorkoming hiervan op ons eiland, intijds;
maatregelen te nemen.
Na enkele discussiën, wordt met algemoene stem-1
men besloten, den invoer cn doorvoor van rundvee,
wolvee en varkens, voor onbepaalden tijd te verbieden.
De desbetreffende verordening, welke zal geacht wor
den. direct na afkondiging in werking te treden, wordt
hierop goedgekeurd. De boete bij overtreding zal be
dragen hoogstens t 25, terwijl het vee, voor zooveel
-Hogelijk, kan worden verbeurd verklaard.
Vervolgens deelt de voorzitter nog mede, dat van
de Gezondheidscommissie te Schagen, een vei-slag over
1910 is ontvangen, waarvan aan elk der leden ook
reeds een exemplaar is toegezonden, zoodat dit voor
kennisgeving wordt aangenomen.
Ook deelt de voorzitter nog mede het bericht van
heeren Ged. Staten, dat uit de negende tienjaariijksdie
volkstelling gebleken is, dat het aantal inwoners te
Wieringen boven de 3000 gestegen is en het aantal
raadsleden dientengevolge met 1 vermeerderd moet wor
den.
De heer Obreen stelt voor meteen den rooster maar
vast te stellen.
Hiertoe wordt overgegaan en besloten er een tc
brengen op 1917, een op 1915 en twee op 1913.
Niets meer aan de orde zijnde, gaat de voorzitter
lot de rondvraag over, waarbij de heer V. Heijblok
het woord verkrijgt, en opmerkt dat de toren te Ooster-
,'and (de torenspits) in zeer slechten toestand verkeert
en noodig eenige restauratie mag ondergumMen komt
overeen dit te laten onderzoeken en over de volgende
begrooling, alle gemeente-eigendommen door den op
richter te laten nazien, om daarin zooveel mogelijk te
voorzien.
De Voorzitter deelt mede, <lat ook de toren te Wes-
terland in zeer slechten staat verkeert.
Hierna sluiting.
BURGERBRUG.
Van de sollicitanten voor de vacature van onderwijze
res te Burgerbrug zijn twee opgeroepen om op Maan
dag 13 dezer een proefles te geven.
BURGERBRUG.
De coöperatieve zuivelfabriek alhier breidt zich door
het grooter wordend aantal melk leveranciers dermate
uit. ,dat het gebouw zal vergroot worden met een af
zonderlijke afdeeling voor pers- en pekelplaats.
DE VERGIFTIGING TE HAARLEMMERMEER.
Dc patiënt Iloogerhout is Woensdagavond onder een
verschrikkelijk lijden aan de gevolgen der vergiftiging
bezweken. Hem werd nog in den loop van den dag een
verhoor afgenomen. Zijn weduwe was tot Donderdagoch
tend nog niet naar haar woning teruggekeerd, doch
vertoefde bij een familielid te Amsterdam.
De justitie heeft Woensdagavond haar onderzoek tot
iaat in den avond voortgezet en keerde eerst diep in
den nacht te Haarlem terug. Zij was te ruim elf uur van
de Nieuwe Meer vertrokken cn voerde den bakker M.
van Exler gevankelijk mede. Van Exter werd vele ma
len verhoord maar bleef ontkennen iets te weten om
trent de doodsoorzaak van zijn onlangs overleden vrouw,
zocmin als van de vergiftiging van zijn buurman Hoo-
genhöut.
Bij de huiszoeking ten huize van Van Exter zijn
een aantal fleschjes in beslag genomen.
Naast elkaar woonden de bakker M. van Exter en
de arbeider J. Iloogerhout, die beiden gehuwd waren.
Nu schijnt er tusschen Van Exter en de vrouw van
Hocgerhout, een verhouding te bestaan.
De zaak wordt bedenkelijk voor den bakker, nu
gebleken is, dat in de urine van zijn zes weken ge
leden gestorven vrouw eveneens arsenicum is geconsta
teerd.
DE BAKKERSWET.
Artikel 15 van de Bakkerswet luidl
„Onverminderd liet bepaalde ten aanzien van de
dagen, bedoeld in het tweede lid van arlikel 12, mag
op vijftien andere dagen in een kalenderjaar, voor alle
voor sommige der in een broodbakkerij werkzame bak
kersgezellen. worden afgeweken van het bepaalde in
het eerste lid van arlikel 12 of 14 omtrent de rust
tijden bepaald in de tweede zinsnede van het tweede
lid van art. 13. In het eerste geval mag dc afwijking
slechts geschieden op den voet van het tweede lid van
artikel 12, cn in het tweede geval slechts op den voet
van het derde lid van arlikel 13. Eene afwijking, als
bedoeld in het vorige l'd, is slechts geooiteofd, wanneer
aan het bepaalde in artikel 18 is voldaan."
Met alle bescheidenheid stelt De Nederlander on dit
artikel een amendement voor van den volgenden in
houd
„Aan eiken bakkerspalroon wordt door enzen Mi
nister, voor Rijksrekening1, een rechtsgeleerd raadsman
toegevoegd, ten einde hem bij de opvolging van de be
palingen dezer wet voor te lichten."
Een millio -nen erfenis.
Goes heeft tegenwoordig ook zün millioenec-erfenis.
Een daar ter stede woonachtig* familie Thiery meent
n.1. gerechtigd te zün tot de n laten schap van een mon
sieur Jean Francais Thiery, die tydens de Fransche
Revolutie uit Frankryk naar Kloetinge, by (ioes, zou
zijn overgestoken, om, nadat de gemoederen in zyn
vaderland weer tot bedaren gekomen waren, zich op
nieuw metterwoon in Frankrijk te vestigeD, alwaar by
dan ook overleed. Zijne millioenen-groote nalatenschap
moet by «ene Fransche Bank berm ten, terwyl ten stad-
huize te Goes een Fracsch stuk gedeponeerd is, waaruit
dan zou blyken, dat de daar gevestigde familie inder
daad van bedoelden Thiery afstamt Er zullen dan ook
pogingen in het werk gesteld worden, om het recht
matige erfdeel te bemachtigen.
Hoorn
Van de 76 soldaten, die opgekomen zyn onder de wa
penen, zyn er 85 door den dokter ongeschikt n«-iilaanJ
voor den dienst, omdat zjj tubercnloos zün. Een feit
dat In-treurig is! Bijna do helft aan deze ziekte order-
hevig
Ken hnlje op de bei.
Hü' kwam van Roaen met vrouw en kind. Op het
eenzame E marveld bü Een in Drente meende b(j vrij
oen woning te mogen bouwen. Bouwstoffen waren ge
makkelijk te vinden. Immers zoden zyn er genoeg in
het Eenerveld. Eu spoedig waren de muren van plaggen
opgetrokken, stevig als een vestingwal. Van palen wer
den deuren en kozijnen vervaardigd. Een dak van asphalt
zou het geztn van J. D. boschormen tegen ruwe winden
en regen. Eenige ruwe meubelen werden in de woning
gebracht en z(j was gereed om door het gezin te worden
betrokken. Men meende hier in vrijheid het leven te
kunnen slijten. Doch do rust was van korten duur
nauwlijks had men do woning in gebruik gehad, of
daar verscheen de burgemeester van Norg met een paar
veldwachters en eenige arbeiders, die het gebouwtje
onder hun mokerslagen deden bezwijken. De vrouw
was op het gerucht van de komst der mannen van de
wet reeds met het kind vertrokken. Eindeiü'k verlie'.
ook de man, zwijgend, zonder verzet, de plaats waarhi;
meende een rustig verblijf te zullen genieten.
Twee slimme drinkebroers.
Men meldt uit Arnhem
Twee bekende dronkaards, die al meermalen met de
politie alhier kennis maakten, gevoelden zich Donderdag
weer niet sterk ter been. Ze strompelden samen naar
het centraal-politiebureau en verzochten om aldaar hun
roes uit te mogen slapen, waartoe hun gelegenheid
werd gegeven. Na ontnuchtering bedankten ze den
inspecteur van politie hartelyk en konden gaan, zonder
dat procesverbaal werd opgemaakt. Immers z(j waren
niet op den openbaren weg in beschonken toestand aan
getroffen.
Ongeluk.
De heer Cn. D., handelaar in foto-artikelen, te Maas
tricht, had Woensdagochtend een bezending nieuw-mode.
Blitz lichtpatronen ontvangen en wilde zich van 't ge
bruik hiervan op de hoogte stellen. Geheel onverwacht
ontbrandde een der patronen en 't duurde niet lang o?
de geheele lading vatte vlam. Zoo hevig was de schok,
dat zy in het naburig huls werd gevoeld. De heer D.,
evenals zün loopjongen, liepen hevige brandwonden op.
die gelukkig echter met levensgevaarlijk zijn. De even
eens in den winkel aanwezig zijnde bediende werd licht
gekwetst.
De verdachte kassier.
Een nauwkeurig onderzoek in de boeken door de firma
Van Wensen te Leiden ingesteld, heeft aan het licht
gebracht, dat gedurende een tijdsverloop van 15 jaar
door haar kassier Hakkaart een bedrag van f 23.500 E
verduisterd.
MeHvervalnehlog]
We lezen in het. Maandblad tegen de Vervalschingon":
,Het was tot nu toe veelal de gewoonte van hande
laars of fabrikanten, die abnormale bestanddeelen by
hun waren voegden ten einde onzuivero winsten to
maken, een of anderen fantasienaam te kiezen, gescbikr
om het publiek op een dwaalsdoor te brengen. Zoo had
men „mélange boter", waarbij margarine de hoofdzaak
was, „beurrine" van dezelfde samenstelling er.z.
„Gelukkig heeft onze Boterwet, door het woord „mar
garine" te ebcben op de verpakking, een einde aan dez*
praktyken gemaakt.
„Waar onzo wetten ten opzichte van andere handels
waren nog geen dergelyke eischen gesteld hebben, heeft
men het nu eenvoudiger geactt om in het geheel geen
vermomming aan te wenden doeh stoutweg een artikel
met een groot bedrag van een goedkoops stofte mengen
en het den naam te geven van de duurdere waar.
„Wij kochten n.1. in een onzer winkels alhier „Aard
appelmeel", geëtiketteerd als zoodanig, voorzien van de
initialen E. 8. F. een precies gelijkend wat de verpak
king betreft op het zuivere artikel. Dit zg. „Aardappel
meel" bestond voor een zeer groot gedeelte uit maïsmeel.
De fabrikant is blykbaar te „bescheiden" geweest om
zyn naam en woonplaats voluit op de etiketten te doer.
drukken, ook misschien ten einde zoodoende een gerech-
telyke vervolging te ontgaan, doch waar door dezo
publicatie de winkelier gewaarschuwd is tegen deze
vervalsching, kan hy niet beweren onbekend mtt de::
aard der waar te zyn en ïb by derhalve stralbaar bi-
vertroop daarvan (volgens art. 300 van ons Strafwet
boek).
vVy verzoeken de pers bekendheid aan deze gecon
stateerde vervalsching te geven, daar alleen daardoor
by gebrek aan een behooilyke wet het publiek ge-
vrywaard kan woïden tegen een dergelyk bedrog, waar
door onze zoo belangrijke aardappelmeelindustrie ton
zeerste schade lydt. Het mengsel immers wordt tog'
veel lageren prys dan aardappelmeel verkocht, hotge
het goedkoopere maïsmeel natuurlijk mogelyk maakt
zoodat de eeriyke industrie onmogelijk hiertegen cc.-
curreeren kan.
„Bij den tegenwoordigen drang onzer wetgevende
macht om de „zedeloosheid" te bestrijden,hopen wy van
harte dat ook deze mededeeüng een steentje moge bij
dragen om de zoolang verwachte en in het volksbelang
zoo dringend vereischte wet tot stand te doen brengen
tegen de warenvervalsching, die wfl geneigd zyn te
rekenen tot een der takken van ^zedeloosheid", dio hot
allerdringendst bestrijding behoeft."
voor Ik mijn mond heb open gedaan en "alles heb
bekend. Maar Doris, dat durf ik niet je weet
nooit welke ellendige gpvclgen dat kan liebben."
Doris vond dat ook gevaarlijk, en achtte het beter
dat Jet meer bleef zwijgen.
De vriendinnen behandelden daarna haar nog zeer
interessant onderwerp, de gebroken soepterrine en
putten zich uit in het bedenken van allerlei middel.jes
om deze ruïne weer aan elkaar te lijmen. Maar he
laas. dat gelukte niel.
Doris herinnerde zich tenslotte dat haar mevrouw
wel steeds op de bloemkool zou wachten.
„Naar Ziegler ga je nu wel bepaald niet meer?"
vroeg Jet.
„Waarom niet?" meende Doris, „de bloemkool heelt
den tijd wel. Ik ga wel degelijk naar ZiegEr, mis
schien on'rnoet ik jouw timmerman dan nog wel, dan
zal ik hem. bij je zenden."
Jet protesteerde heftig, maar Doris liep lachend de
deur van de keuken uit, haar vriendin, nog sterkte
wcnschend in Jiaar leed.
Jet ging toen met een bezwaard gemoed aan haar
werk.
HOOFDSTUK 7.
Op weg naar haar moeder overdacht mevrouw Böh-
mer 1de geheele zaak nog eens. Zij schaamde Zich nu
wel wat over de verdenking die zij tegenover haar
man had gekoesterd. Hoe zou het mogelijk zijn, dat
Rudolf haar ontrouw was geworden terwille van een
onbeschaafde keukenmeid.
Het was eigenlijk heel leclijk van haar, zoo iets
van haar man te denken.
Jet had gelogen, natuurlijk, schandelijk gelogen.
Dat haar dit niet vroeger was ingevallen, daarover
verwonderde zij zich.
Maar geheel onschuldig was Rudolf ook niet. Hij
had bepaald wel eens een praatje met Jet gehouden
en een aardigheid gezegd. Dat was heel verkeerd en
gevaarlijk en het domme schepsel, die Jet, had nu
allerlei gekke dingen in haai- hoofd geliaald. En had, be
paald denkend, dat mijnheer dat wel goed zou vin
den. zich den mantel toegeëigend.
Misschien had Jet zoo losweg wel een toespeling
op den mantel gemaakt en Rudolf geantwoord, dat
zij dien wel heb oen mocht.
Wat dat portret betreft die geschiedenis kon me
vrouw Louise niet oplossen. Die uitroep van Jet; o
God, mijn aanslaande, was natuurlijk klinklare onzin.
Maar hoe de zaak ook stond, dit was voor mevrouw
een vast besluit: Jet moest de deur uit.
De rest, ooixleeide zij, ging alleen haar en haar
man aan, die te meer geheim gehouden moest wor
den, naarmate Rudolf schuldiger was en yan welke
geschiedenis de raensohen niets mochten weten, ook
haar eigen moeder niet.
Zij was nu eenmaal op weg om haar moeder een
bezoek te brengen en voerde dat voornemen dan ook
uit maar sprak over allerlei onverschillige zaken
en toen het tijd voor het avondeten was, ging rij
weer maar huis terug.
Dicht bij haar woning ontmoette zij Rudolf, Louis*
had .besloten met de meeste voorzichtigheid te werk
te gaan. doordat rij inwendig voelde, dat haar man
onschuldig was.
Maar mevrouw Louise was jaloersch en wilde dus
zekerheid hebben omtrent zijn schuld of onschuld. Zij
wilde haar onderzoek evenwel zoo geheim doen, dat
haar gedachten voor haar man onbekend bleven. Zij
besloot dus te wachten tot na het avondeten.
Mijnheer Böhmer, die onder het eten reeds een uit
barsting had verwacht, begon nu te gelooven, dat zijn
vrouw van het portret niets afwist en at dus. hoewel
nog iüet geheel gerust, smakelijk zijn eten. Maar hl]
keek niet weinig verbaasd op, dat toen de tafel was
afgenomen en de kinderen met de kindermeid de ka
mer hadden verlaten, zijn vrouw eensklaps het woord
tot hem richtte en vroeg:
„Rudolf, heb je hier op tafel geen fotografie gezien?"
Van dit en van dat.
Raadsels.
Er zyn waarheden en overtuigingen, die toen wij
nog kinderen waren niet alleen blaar en duidelyk
voor ons stonden, ma3r die ons ook klaar en dnidelyk
waren, die hoe zal ik 't beter zeggen door de
engelachtige wyeheid van onze kinderharten ook werden
begrepen; en die wy vasthielden met beslistheid en
kracht, zonder ons daarvan bewust te zynraadsels
xxw to"eno?er ons stonden, als b.v, moeders liefde, die
óók te groot was, om door onze hoofdjes te worden
begrepen, maar waarin ons hart 'n zóó.groot onbewus
Ofschoon hij alle moeite deed om zich goed le hou
den. was het Louise niet ontgaan, <lal lui danig ont
stelde.
„Ja antwoordde hij, „ik heb die in mijn schrijftafel
gelegd".
ixij zocht een oogenblik onder de papieren en cou
ranten en zich toen eensklaps herinnerend, riep hij
uit; „Wacht ik heb het ding meegenomen ik zal
het even halen maar waai- hei) jij dat ding ge
vonden
Mevrouw Louise antwoordde voorloopig niet óp dio
vraag. Haar man nakijkend, bemerkte zij. hoe hu het
portret in de zijkamer uit zijn zak haalde.
„Juist, hier jigi het,' zc.de Kudoli, meenendc dat
zijn vrouw hem niet had gezien.
Waarom had hij liet portret bij zich gestoken,
waarom trachtte hij liet te verbergen?
„Waar heb je hel portret gevonden, lieve Louise?"
vroeg Kudolf, nadat hij in de Kamer was teruggckecid.
Hij hekeek het ding aandachtig en ooidcelde op
den meest onschuldigen toon: „op oude portretten ziet
men er in den regel al heel onvoordetUg uit."
„Dat is dan wel een heel zonücimig iets," ant
woordde Louise lachend, ofschoon zij inwendig kookte
van drift.
„Zonderling iets?" vroeg haar m-an kwansuis nieuws-
gteng, ofschoon het hem wel wat angstig tc moede
weid. „Laat hooren?"
„Ik heb het portret bij Jet gevonden?" zeide de
jong' vrouw en Keek fnar man -.nen» aan. qts wikte
zij rijn geheimste gedachten doorgronden.
Een ojigenuicneaie verbazing toekende zich op het
.oblaat van miinheer at en vol verbazing vroeg
hij: „wat 2eg je, bij Jet?"
De Kannte waarmede hij dat bericht opnam, stelde
mevrouw Louise een heel eind gerust. Zij nad gedacut
hem met die vraag te verpletteren.
„Ja Rudolf. Bij Jet. Ik had mij al lang reeds
voorgenomen, haar bed eens na te zien. Je weet, dat