Brepi uil LaM- en ThIm. Voor Dammers. Zaterdag 15 April 1911. 55e Jaargang. No. 4899. Oplossingen van bovenstaande probleem» ln te zenden uiterlijk Maandag 24 April aanstaande. CORRESPONDENTIE. E. R. on C. A. te Winkel. De oplossing van het aan mij gezonden probleem gaat niet op. Bij den 7den zet laat u wit 2621 spelen; slaan van, 39:30 of 30:48 is echter verplicht. De stand is ook verre van een partijstand. Tracht eens een aardige combi natie met behoud van een natuurlijkon statTU saam te stellen. TWEEDE BLAD. Oplossing Probleem No. 33. van M. Mok te Amsterdam. Stand zwart 11 schijven op: 5, 7, 10, 14, 15, 17, 18, 20, 22, 28 en 26. Stand wit 10 schijven op: 30, 31, 33, 34, 35, 38, 39, 43, 48 en 49. Oplossing: Wit: 4944. 33—28. 43—38. 19 Zwart: 26 37. 22 42. 42 33. 14 23. 4842. 37 48. 3025. 48 30. 25 14. 10 19. 35 2 en wint- Oplossing Probleem No. 34, van F. de, Wolf te Amsterdam. Stand zwart 8 schijven °P-" 7> 8, 9, 13, 15, 19, 27, 35 en 2 dammen op 12 en 16. Stand wit 9 schijven op: 24, 26, 33, 36, 41, 45, 47. 49 en 50. Oplossing: Wit: 2420. Zwart: 15 24. 2621. 12 26. 4137. 26 29. 3631. 27 3G. 4943. 16 49. 5044. 49 40. 45 1 en wint. Goede oplossingen ontvingen we van: J. B. te Utrecht, C. S. en J. V. Pzn. te Keinsmer- brug, P. S. te Oudkarspel, Joh. v. d. S. te Wie- ringerwaard, J. A. te Den Helder, P. B. Pzn., C. v. G., C. W. Czn., G. de W. en H. J. G. te Sehagen, D K., C. A. en E. R. te Winkel, S. E. te Zijpe, L. K. Szn. te Noordscharwoude-, P. N. te Oudesluis, K. V. te Koegras, Jac. K. te Zuidsoharwoude, D. O. Azn. te Nieuwe Niedorp, W. N. Czn. te Bobeldijlc, D. A. B. te St. Maarten, C. H. Czn. te Kolhorn. Probleem No. 35, van K. Veuger te Koe gr as. Zwart. Wit. Stand zwart 8 schijven op: 6, 8, 9, 10, 12, 14, 21, 26 en 2 dammen op 36 en 49. Stand wit 12 schijven op: 17, 19, 23, 24, 25, 28, 29, 32, 33, 43 45 en 47. Probleem No. 30, van H. Aarts te Oudkarspel. Zwart Wit Stand zwart 13 schijven op: 7, 8, 10, 12, 13, 14, 17 tot 20, 23, 24 en »26. Stand wit 12 schijven op: 28, 31, 32, 33, 35, 37, 38, 39, 42, 44 48 en 50. CIjXVIII. I»E INVLOED VAN HET ZONLICHT OP DEN PLANTENGROEI. Indien men eene plant in een pot mei vruchlbare aarde plant en haar daarna op eene warme, donkere plaats eenige dagen neerzet, dan gaal ze zich geheel andere gedragen dan in het licht. Wat er hij groeit is Jang. slop en bleek. Buiten het, liclit worden de planten lang en slap, terwijl ze in het volle licht groeiende kort en ste vig worden. Gebrek aan licht is er nog al eens in tuinen en wel des te meer als de tuinen zijn ingesloten door gebouwen, of geheel of groolendeels overschaduwd wor den door boomen. Daar is in de meeste gevallen wei nig of niets tegen te doen. Men kan den grond wel uitstekend losmaken en bemesten, doch het gebrek aan zonlicht kan men niet vergoeden. Onder het dichte bladerdak der boomen groeit zelfs geen gras. alleen mos schijnt er te willen lieren. Toch wil men op zulke plaatsen zoo gaarne een groen plan- tenldeed zien.... en het is ook mogelijk er een te krijgen i i De natuur biedt ons in hare eindelooze verscheiden heid van planten gelukkig' ook soorten aan, die inei weinig licht nog goed gedijen. ZuLke planten zijn: Klimop, Maagdepalm, Varens en Funkia's. Vooral met de kleinhladerige klimop Hedera helix 'i kan men een prachtig bladerentapijl spreiden onder boomen of in hoeken, waar nimmer de zonnestralen neerdalen. .Met maagdepalm Vinca minor) gaat dit ook prachlh». In de schaduw tieren de varens welig en eveneens de funkia's. Van de eerste is de Bekervaren Struli- optheris germanica) met hare sierlijke, fijn gevederde bladeren een der schoonste; boveiKlien zijn het vol komen winterharde vaste planten, welke ieder jaar we lig uit den grond omhoog schieten en voor ongeveer een dubbeltje per plant overal te koop zijn. Wenschl men 's zomers wat kleur tusschen het zachte varen groen, dan kan men daartoe niets beter kiezen dan de schitterend vuuiroode geraniumsPauL Grampel. Een bijzonder' aantrekkelijk geheel bekomt men door me! steenen of stukken van oude wilgen een rotsachtig perk te maken en daar de varens en geraniums op ver schillende hoogte in Ae rangschikken. Wenscht men een rand, dan kan men die aanleggen van de mooi zilverbonte funkia of bonte maagdepalm. In het vroege voorjaar, als het blad nog niet ontloken is en er be trekkelijk heel wat zonlicht tusschen de boomen door- Valt. kunnen vroegblociende bolgewassen er heerlijk bloeien: de reine sneeuwklokjes, de goudgele narcis sen, de helderblauwe scilla's, de veelkleurige crocussen, de vuurroode Duc van Thol-tulpen en de blauwe en roode hepatica's zijn hiervoor het meest geschikte ma teriaal. Gebrek aan licht heerscht er in hel algemeen ook in de kamers, uitgezonderd vlak voor ramen op hel Zuiden. Zuidoosten of Zuidwesten. Toch bezitten wij een reeks geschikte kamerplanten, die met weinig licht tevreden zijn. In de eerste plaats de zoo beminde varens, kleine en groote in vele verscheidenhedenver volgens de Aspidistra's, in den volksmond ook be kend als „verenplantcn" 'of '..kwartjes-bladen' en de sierlijke bonte Phalangiums. Zoowel als alleensiaande plant op een standaard, als te zamon met andere ge wassen in de bloementafel, maken de laatstgenoemde planten een mooi effect. Wel goed in hel dagliehl, doch niet in de zon behoort men dc „tafeltjesplanten" Araucaria's) in de kamer te plaatsen. Zij moet niet i te war nu en le droog staan, waarvoor 's winters in de huiskamer het meeste gevaar bestaat. Hetzelfde geldt voor kamerpalmen. doch deze vereischen doorloopend meer warmte, vooral een vochtige lucht en nogal veel water. Plantendeelen, van het licht geheel afgesloten, blij- ven wit en worden sappig en mftlscli. Het licht is noodzakelijk voor het groen worden van bladeren en stengels en onder den invloed der lichtstialen worden de plantendeelen slevig en vezelig of houtachtig. Wij gebruiken bij onze maaltijden een geheele reeks gebleekte groenten; asperges, bloémkool, 'witlof, andijvie, prei, kropsla, molsla en bleekselderic. De groen teil teler kweekt dc asperges onder een dikke zandlaag, eveneens in de wintermaanden het witlof boven broeienden mest of in warme donkere ruimten. Hij dekt zorgvuldig de bloemkoolen, bindt de andijviekroppen dicht en aardt prei en bleekselderie voortdurend aan, waarom het uitplanlen van deze groenten in ongeveer 15 c.M. diepe v oortjes zoo aanbevelenswaardig is. Alleen de groene bladeren der planten, zooveel mo gelijk besehenen door de zon, zijn in staat uit het koolzuur van de lucht en hel water en de daarin opge loste zouten uit den grond, .nieuwe plantenslof te vor men zooals zetmeel en suiker, eiwit en vet, kleur en reukstoffen. Willen wij vruchten of zaden oogsten dan mag het li dit geen oogenblik in zijn toetreding belemmerd wor den. Hel is om deze reden, dat de landbouwer zoo weinig mogelijk boomen of hagen om zijne akkers plant. Slechts als windbreking noodzakelijk is, gaat hij er toe over en hij plaatst ze dan nog zóó. dat de schaduw zoc min mogelijk op de velden valt, doch liever op weger Feuilleton. era. Nadat de huishoudster voor Vera had gezorgd, wees zij den heer Roland zijn vertrekken en vroeg hoe laat de tafel gereed moest zijn. „Over een half uur," luidde het korte antwoord. „Ik moet mij eerst eens goed doorwarmen en de mij vreemd geworden omgeving in oogenschouw ne men Ik gevoel mij hier nog niets thuis." Hij opende het volgende venster ent daarna nog een. Alles maakte den indruk van goeden smaak, maar het geheel was ongezellig. Nergens lag een boek, stond een, plaat, of gaf een aardig handwerkje een vertrouwelijk aanzien aan de vertrekken. Dei oude man scheen van dit alles niet veel te bemerken, alles overkeek hij met aandacht en bleef ten slotte voor een venster staan. „Het is hier eenzaam," zeide hij. „Geen geschikt winterverblijf voor mij. Maar ik zal alles wel anders later, inrichten. „Waarom grootvader?" vroeg Vera, die de laatste woorden juist had gehoord. „Het is zoo heerlijk om £>I> eigen grond rond te dwalen. Men krijgt dan een gevoel dat men. zoo echt, prettig thuis is. De een zaamheid en ik, grootvader, zijn steeds de beste vrienden geweest en de vorige bewoners hebben hier immers ook steeds 's winters gewoond." Hi.- kuchte. „.Ta, Vera, je hebt gelijk, er ligt iets aantrekkelijks in op eigen grond te dwalen. Men voei. dat te meer, als men jaren en jaren in de vv t-reld eenzaam heeft rondgezworven. Maar een thuis kar. ik je ook geven, beneden in het dal, bij de men- schen en daar houdt gij immers zooveel van? Dat wij hier in den, winter zoo aankomen, is al leen omdat ik een oud man ben, en ik niet veel tijd to verliezen heb. Het was mij er alleen om te doen, om deze bezitting zoo spoedig mogelijk de mijne te kunnen, noem%n.'" en slooten terecht komf. Heeft rnen eenmaal begrepen, dal veel zonlicht veel slofproduclie moei geven, dan zal men inzien, dat zon nige zomers de beste zijn voor den landbouwer, vooral als er geen gébrek aan vocht in den grond Jcomil. In zonnige zomers „schudden'' de granen bes!, hebben de bieten een goed gewicht en hoog suikergehalte, zijn de aardappels veelgevend en melig, wat een eerste eisch is voor fijne kwaliteit. Zulke tijden schenken ook dc-n groenten'.eler rijke opbrengsten van peulen erwten en boonen, van augur ken en komkommers, van knol- en wortelgewassen en ook van bladgroenten, zooais spinazie, sla en kooien, mits er aan het noodige vocht in den g.'ond maar geen gebrek komt. Veel licht gaat gepaard met veel warmte en deze kostbare gaven der koesterende zon, geven geur en smaak aan de vruchten. Als Mei en Juni warm en zonnig zijn, kunnen we ons vergisten aan zoete geurige aardbeien en kersen, Blijfl de zomer mooi. dan kunnen we smullen aan pruimen, peren en appels, die ons verhemelte streclen door fijnen smaak, verhoogd door de welkome prik- i keling van hel heerlijke aroma. Hier ligt ook de verklaring van hel feit, dat de druiven en perziken uit dc kassen zóó zoet en geurig j zijn. De verhoogde temperatuur heeft hieraan het leeuwendeel, doch licht gaat in kassen over in warmte en helpt dus-geducht mee. Vele vruchten, zooals perziken., kleurjge peren en appels en blauwe druiven, bekomen den verlangden gloed slechts onder inwerking van hel volle zonlicht, dat ze de kleuren op de wangen roostori. Ook vele bloemen krijgen sterker kleuren in de zon. Men kan dat duidelijk zien aan getrokken seringen uit de kus tegenover die. welke in Mei buiten bloeien en nog aan vele andere bloemen, zooals rozen, ole- i anders, tulpen, ihododendrons enz. Zeer vaak is de verzwakking der kleuren hier een voordeel, omdat bloe men met zachte tinten voor velen eene verhoogde be koring bezitten. Op de ontwikkeling van het blad werkt afsluiting van het licht zeer vertragend, doch. begunstigt de uit- botting der bloemknoppen. Daarom staan de plan ten in trekkassen aanvankelijk in hel duister en plaat sen wij potten of glazen met bolgewassen voor winter- bloei in de kamer in den herfst en winter eenigja weken in donkere kasten, kelders of onder een laagje grond. Wie zijn bollen te spoedig' in het licht zet, kweekt wel veel blad, maai- krijgt tot zijn teleurstelling geen bloem te zien. Voor de vorming van bloemknoppen s veel licht alweer een vercischte en daarom moeten onze vruchlboomen zooveel mogelijk van de zon kunnen, profiteer en. Na zonnige, zomers zillende boomen 's voor- iaars dicht bezet met bloemknoppen. Na natte zomers s de bloei meestal schaarech en zwak. Intussehen bezitten we ook vruchten, die nog aar- lig gedijen onder een lichte beschaduwing. Aardbeien m bessen ontwikkelen zich heel gced onder jonge boo men. die niet te dicht opeen staan. Wordt het blader dak te dicht, dan worden de vruchten minder fcn bovendien zuur en blijven zonder aroma. Ons beste kunstlicht, is vrijwel zonder beteekenis voor den plantengroei; zelfs het felle electrische j booglicht heeft maar een geringe uitwerking. Dit is een hinderpaal bij do teelt van groenten en I vruchten in kassen en bakken gedurende dc winter- maanden. Men kan de warmte met siooktoestellen uitstekend regelen, men kan gieten en mesten, zooals de planten noodifl hebben, maar we blijven afhankelijk van het zonlicht, dat vooral van November tot Februari zoo schaarsch kan zijn. De gunstige invloed van het licht geldt slechts voor planten met groene of gekleurde bladeren en niet voor de vele lagere planten, die men te zamen „zwammen" noemt. Hiertoe behooren allerlei paddestoelen en schim mels, gist en bacteriën. Deze tieren het weligst, waar het vochtig, warm .en donker is.. Vele dezer lagere planten zijn onze vijanden, vooral vele bacteriën. Het zonlicht is ze noodlottig, zij worden er door gedod. Het volle zonlicht heeft op de bacteriën een krach tig doodende werking. De zon is de beste desinfee- teur. Wij handelen daarom verstandig, als wij de zon laten stralen in onze woon- en slaapkamers, als wij kleederen en kleeden. beddegoed en gordijnen laten beschijnen door de zuiverende zonnestralen. Wij moeten zelf ook zonnebaden nemen, door flinke wandelingen tejdocn. Bij den veehouder moet veel licht vallen in de ruime gebouwde stallen en het vee zelfs moet veel in de zon kunnen komen, vooral als het jong is. Het licht Is de machtigste factor bij den planten groei. Een duidelijke kennis van zijne velerlei werkingen zal iedereen van groot nut zijn; in de allereerste plaats zal de landman en de tuinder er voordeel van kunnen (rekken. Hoe beter wij de machtige natuurkrachten lecren kennen, hoe meer voordeel wij kunnen behalen door ze op juiste wijze toe tle passen. D. E. LANDMAN. Hij haalde vervolgens een papier uit zijn zak, dat hij vlug doorlas. Daarna gaf hij het over zijn schou der aan Vera. „Daar Vera, neem aan, het is de scheukbrief van de Zahrenburg. Het slot behoort nu aan jou vel den, weiden, bosschen, alles is jouw eigendom. Je bent rijker dan er ooit een Zahrenburg is geweest." Zij keek hem met spraltelooze verbazing aan, maar hij vervolgde kalm „Nu heb zje weer terug, wat je eenmaal toebe hoorde, en nog veel meer, beschouw het maar als je vaderlijk erfdeel. Neen, doe dat niet," vervolgde hij, toen zij haar arm om zijn hals wilde slaan, „dat zijt ge mij niet schuldig. Na mijn dood zou alles toch aan jou gekomten zijn, zonder dat ge een woord van dank had behoeven te zeggen. Het is een vervroegde erfenis, meer niet en ik wil nu eenmaal niet, dat de Z&hrenburg van mijn hand in de jouwe overging,maar dat gij, een Zahrenburg, de koopster zoudt zijn, evenals voorheen uw voorvaderen het zijn geweest. Heden is de bezit*'ng voor de tweede maal voor je verworven. Houd ze in eere Vera, meer dan je vader het ooit heeft gedaan, of de ellendeling, die jou arm en berooid de wereld door liet trekken. Om dit uur te beleven, om dit stuk gronds te be zitten, heb ik gewerkt, geslaafd, ja gebrek geleden. Vera," zeide hij, toen het meisje hem verschrikt aankeek, „en ik stel je slechts éen voorwaarde. Jij moogt den Zahrenburg nooit verltoopen of verruilen, het goed moet jouw eigendom blijven tot aan je dood. Geen ander mag er gebieder over zijn dan jij of hij, die Je mooi genoeg zult zijn om tot echtge noot te kiezen „Grootvader," sprak Vera bedaard, „ik ben nog maar zoo kort met u samen en de hemel geve, dat dit nog lange jaren mag duren. En u is hier alleen heer en meester." „Alleen in Jouw naam Vera, als je zaakwaarnemer, kindlief," antwoordde hij beslist, „en later „De toekomst zullen wij voorloopig maar laten rusten en over uw dood wil ik nog niet denken. Maar ik beloof u, dat Ik uw voorwaarden zal volbrengen. Mijn han,d er op. En laat mij u nu eindelijk eens Binnenlandsch Nieuws. ALKMAAR, 13 April. Burg. en Weths. hebben den Raad, naar aanlei ding van een adres van de afd. Alkmaar van den Ned. Bond van gemeentewerklieden eene wijziging aangeboden van eenige bepalingen van bet werklie denreglement, voorzooveel betreft de uitbetaling van ziekengeld, zoowel aan vaste, tijdelijke als losse werk lieden in dienst der gemeente. Door de afdeeling was gevraagd uitbetaling van het volle loon geduren de 12 maanden aan vaste en tijdelijke werklieden, maar bovendien volgens een aangegeven tijdschaal aan loeee werklieden en leerlingen eveneens bet volle loon, en Ingeval van overlijden van een werkman ult- koering van het volle loon gedurende 13 weken, aan de weduwe of nabestaanden. Tegen eene inwilliging van dit laatste deel van het verzoek moeten B. en W. zich verzetten, omdat ten aanzien der werklieden bij overlijden reeds op ruimer wijze Is voorzien dan voor eenige catagorie van, amb tenaren geldende is. B. en W. adviseeren: onder losse werklieden te ver staan zij, die zonder aanstelling tegen uurloon voor de gemeente werk verrichten, gedurende ten minste vier achtereenvolgende weken; (Het reglement voor ziet or reeds in wie vaste, en wie lijdelijke werklie den zijn.) den werktijd te doen bedragen niet meer dan 3060 uren per Jaar en niet meer dan 11 per etmaal, daaronder niet begrepen de rust- en schaft tijden en het volle loon als ziekengeld uit te koeren aan vaste werklieden gedurende hoogstens y maan den, aan, losse en tijdelijke gedurende een tijdvak, naar een aangegeven schaal afwisselende van 1 week tot en met 12 weken. Ultkeeringen krachtens de Ongevallenwet 1901 zul len, in mindering van het ziekengeld worden gebracht. - burgekbkug. Dinsdagavond J.l. hield de nieuw opgerichte duin- club alhier haar eerste vergadering voor het benoe men van een bestuur en het vaststellen van een regle ment. Tot voorzitter, secretaris, penningmeester en com- m&sarissscn werden achtereenvolgens benoemd de hoe ren C. Smit. A. v. Egmond, .1. Bruin, G. Del ver en G. Visser. De vereen icing werd gedoopt: „Eens gezindheid". Bestolen werd om dc veertien dagen ton huize van den heer Biersteker te vergaderen, telkens om 's avonds half 7. EEN KIND DOODGEREDEN. Donderdagmorgen heef) op de Rozengracht te Am sterdam een droevig ongeluk plaats geluid. liet was tien uur in den morgen toen een open auto, een zware machine, in de richting van de Mar- nixstraat over de drukke Rozengracht vloog. Op den wee was hel druk, zooals altijd op de Rozengracht. Plotseling dreigt dc machine een jongen op te van gen. De chauffeur zegt een stoot op zijn hoorn gegeven te hebben, maar de kluts kwijl te zijn geraakt. Althans in plaats van te sloppen voor oen bedreigd menschen- leven. haalde hij links uil; de jongen wijkt ook links en liet ongeluk is gebeurd. De arme jongen werd door de auto gegrepen, te gen den grond geslagen, een paar meter meegesleurd. Op de armen van een paar omstanders werd "hel bc- vvuslclooze tichaam naar afdeeling van den Genees kundigen Dienst aan de Marnixstraat gebracht. Ge neesheer en zuster hebben alles gedaan om het leven te behouden. Met groote toewijding werd de knaap vlug behandeld. Even een glans op het gelaat van den dokter toen hij het leven, waarvan het liehaami teekenen gaf, dacht te behouden. Vijf minuten later doodsche stilte. Dc arme jongen, een jaar of elf oud, was overleden. Hij had een ernstige schodelfractuur en in wendige kneuzingen bekomen. Het lijk werd per autobrancard naar hel Wilhelmina- gasthuis overgebracht. Op de Rozengracht speelde zich intussehen een an der tooneel af. vooral vele vrouwen, verontwaardigde moeders, liepen te hoop omringden de auto en haar passagiers, gooiden de gebalde vuisten omhoog, huil den en schreeuwden den passagiers toe dat liet hun schuld was, dat de chauffeur maar was doorgevlogen, dat niet uilgekeken was. enz. Politie arresteerde den chauf feur en deed de auto naar het politiebureau Raam poort geleiden. Een diep betreurenswaardig ongeluk, dat zeker dc verontwaardiging van de bewoners dezer volksbuurt ten volle verklaarbaar maakt. Men begrijpt hoe het juist op die plaats kon voorkomen: de auto-bestuurder en de inzittenden waren vreemdelingen; zij zagen een bree- den, rechten weg voor zich. waren met de wijze waar op deze weg gebruikt wordt, met de drukte, vooral van kinderen op vacantiedagcn niet bekend, en reden misschien harder dan voorzichtig was. Een vreesetijke les in de eerste plaats voor Tederen chauffeur, 'die deze schijnbaar veilige straat berijdt, een vreeselijke les ook voor iederen omwonende.' die zijn kinderen niet thuis kan houden en hun niet heeft ingeprent dat de openbare straat in onzen tijd groote gevaren oplevert. Ildb'.d. HEERHUGOWAARD. Aangezien er aan de aanvrage om rijksveldwach ters ter bewaking van de boerderijen besmet met mond- en klauwzeer niet meer kan w.orden voldaan, is alhier gistermiddag aangekomen een detachement militairen, sterk een onderofficier, een korporaal en twaalf manschappen, van het 10e Regiment Infan terie in garnizoen te Hoorn. De boerderijen worden ieder door twee militairen bewaakt W1N K H.' 11 Voor het toelatingsexamen tot de Rijks Normaal school te Hoorn is geslaagd Jacob Brugman Dz. al hier. langereis. De heer T. Hooiveld, kweekeling aan de Rijks- Normaalschool te Hoorn, is bij het laatst gehouden examen van de 3de naar de 4de klas overgegaan. IN- EN UITVAL VAN HET HANDELSBLAD. Onlangs moest, volgens Ons Schoolblad, een jon gen voor het bord komen om een stelling te bewij zen, die ze thuis moesten bestudeeren. Hij scheen zijn les niet al te best te kennen, want voor het bord gekomen, keerde hij zich naar de klas en keek vragend rond, in de hoop, dat iemand hem zou hel pen. Maar de leera,ar had hem ln de gaten en zei, ter- wijl-ie lacht#: „Doe wel en zie niet om!" INTERNUNTIUS TE 's-GRAVENHAGE. Belgische bladen melden, dat Mgr. Taeei Porcelli, mogen bedanken, grootvader/' sprak zij smeekend en gaf hem een hartelijken kus, die evenwel maar koeltjes werd beantwoorde „Het is voor mij iets nieuws het geluk te kennen van te kunnen bedan ken." Dat onderwerp scheen den ouden man niet te be vallen, hij draaide zich ten minste om en zeide: „Het slot is een groot gebouw, Vera, in den laat- sten tijd is er veel aan verbouwd. Als wij straks gegeten hebben, zullen wij het eens nader in oogen schouw nemen en jij kunt den zelf de kamer uit kiezen, die je het liefst wilt "betrekken." „Laat mij daar wonen, waar mijn moeder 'eefde. U moet weten waar dat was. Het zal mij dan te moede zijn, alsof zij bij mij is en mij behoedt en be schermt." De rimpels op het voorhoofd van mijnheer Roland werden dieper dan ooit, de herinnering die Vera zooveel troost verschafte, was hem zoo smartelijk, j „Het was hier en ginds," zeide hij kort en, open- 1 de een der groote zijdeuren. „Jij staat hier midden in het rijk, waarin zij slechts helaas zoo kort heeft geheerscht. Kom mee," ging hij voort, en vatte de teedere hand van het meisje ruw vast. Hij voerde Vera door verschillende kamers langs een, wenteltrap naar een groote ijzeren deur. „Kom, misschien is de deur wej open van het vertrek, waar de grootste dwaling van haar en ook van mijn le ven, werd gezegend door de hand eens priesters." 1 De deur was niet gesloten en ging na een paar fGrsche duwen open. Zij stonden in een hooge ruim te met eikenhout beschoten, aan de wanden lederen behangsels en kostbare schilderijen. Het was er ijs koud, maar de winterzon, die door de verschillende boogvensters scheen, gaf aan het groote vertrek een vriendelijker aanzien. „Zie, Vera, hier trouwde je moeder, omdat de ka pel toen reeds te vervallen was, om gebruikt te kunnen worden. Hier gaf ik mijn eenlg kind aan den maai dien zij liefhad, hier deed ik alle afstand van de rechten op haar, hier zegende ik haar en liter hier vervloek ik nu alles wat den naam van Zahringen draagt." „Grootvader." riep het jonge meisje verschrikt „V/at doet ge?! Ook ik heet Von ZShringen, even ais mijn vader en grootvader en zoovele anderen! naem dat woord terug." Do oude man streek met de hand over het voor hoofd. „Ja het is waar," zeide hij op zijn gewonen, harden toon, „de herinnering overweldigde mij we der, ik was nog eenmaal de dwaas van vroeger jaren. Miju zegen heeft niets geholpen en mijn vloek zal dus ook wel niet veel uitwerken. Het zijn maar woorden, en daden alleen, kind, beteekenen iets." „Maar het woord is toch de uitdrukking onzer ge voelens. grootvader," riep Vera, „en dat woord van u tieft niet alleen mijn oor, maar ook mijn hart. Het is vandaag de dag van mijn in.ocht. geef mij uw zegen grootrader, ik hecht daar heel 'veel aan en ik zal mij alle moeite geven uwer waardig Ie zijn". De heer Roland trok rijn hand terug, die Vera had gegrepen en wendde zich af. „Mijn zegpn is niet zuiver genoeg meer zeide hij somber, „en in het oog van mijzelf zou hét een ko medie zijn. De jnensch draagt den vloek of zegen van zijn leven in zichzelf. Kom mee. het is hier'koud, je beefl. Toen je moeder trouwde, was het een heer lijke Meidag e:i ook toen waren de boomen wit, maar nu van sneeuw en toen van bloesems'. Hij voerde Vera zwijgend terug naar de verwarm de kamer. Zij volgde hem angstig, maar plotseling scheen zij tot kalmte te komen. Haar moed scheen te herleven en met heldere stem zeide zij „Ja, grootvader, ik eeloof dat u gelijk heb!, de ze gen ligt in ons zelf. Gij hebt mij zooveel gegeven, zooveel menschen rijn aan mij ondergeschikt, zij ver wachten mijn raad. mijn zorg en mijn hulp ik zal beproeven al het goede te doen. wat in mijn ver mogen is om den nood te lenigen, menschen gelukkig te "maken en daardoor zelf gelukkig te worden." De grootvader haalde de schouders op. „Misschien", zeide nij. ,,0 neen, zeker", antwoordde Vera met vaste over tuiging, „de liefde is zooveel machtiger dan de haat

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1911 | | pagina 5