Grepen uit Lanfl- en Tninben*. ScbBisen nit de Heditzaal. V e r a. LJ Zaterdag 27 Mei 1911. 55e Jaargang. No. 4922. TWEEDE BLAD. CLXXIV. UIT HET VERSLAG VAX DEX ZUIVEL- CONSULENT OVER 1910. Het Jaarverslag van den Consulent voor de Zui velbereiding in do provincie Noordholland over het jaar 1910 is eenige dagen geleden in druk versche nen en bevat weer zeer leerzame mededeelingen voor allen, die in de kazerij werkzaam zijn. Voor velen is het meest te leeren uit rubriek F, handelende over het verleenen van hulp bij het aan wenden van middelen tot verbetering van het be drijf of het opheffen van bedrijfsstoringen. Ditmaal wordt bijzondere nadruk gelegd op de groote beteekenis van de kwaliteit van het bedrjjfs- water op de kaasfabrieken en boerderijen, in ver band met het maken van goede kaas. De kaasbereiders op de boerderij en, de besturen der fabrieken, die ernstig streven naar zekerheid in het bedrijf, ook in den waripen tijd van het jaar, moeten alle aandacht aan deze zaak wijden. Aan de fabriek moet in de eerste plaats deugdelijk water zijn, doch ook op de boerderijen, vanwaar de melk naar de fabriek gaat, of waar zij tot kaas worde ver werkt. Zoowel de Zuivel consul ent als de Bacteriologi sche Afdeeling van het Proefstation te Hoorn zijn gaarne bereid de belanghebbenden, zooveel mogelijk hulp te bieden om in het bezit te komen van deug delijk water. Het gebrek is veelal niet gelegen in de Nortonwel zelve, doch in. den treurigen aanleg van den put, waaruit} het water wordt gepompt. Als voorbeeld wordt beschreven een. fabriek, waar ver bazend slecht Nortonwater werd gebruikt; het bac- teriëngehalte was zeer hoog en daarbij waren rijzings bacteriën. Een onderzoek bracht aan het licht, dat er drangwater van slechte kwaliteit in den put kwam, waarin de wel uitmondde. Door den bodemloozen putl te vervangen; door een overal dichten vergaarbak kon de fout gemakkelijk hersteld worden. De kaasfabriek de „Volharding" in de Wieringerwaard beschikt nu over een Nortonwel met een goeden aanleg van den put, waarbij verontreiniging van het Nortonwater is buitengesloten; een koelkeldertje met stroomend Nortonwater is er aan verbonden. Dit laatste is van groot gemak en voordeel. „De weiboter wias vroeger nooit zoo goed," schreef de directeur. Aan sommige fabrieken bestaat de gewoonte, den room en de boter in den waterput zelve af te koelen; dit is natuurlijk niet aan te bevelen met het oog op het morsen. .I-let kan b.v. wel gebeuren, dat de wei room over den rand heen rijst. Bij het maken dezer Nortonwel deed zich liet vol gende feit voor. Eerst was het water volstrekt niet ideaal en eerst na geruimen, tijd werd het goed. Naar alle waarschijnlijkheid moet de oorzaak daarvan toe geschreven worden aan het wegspuiten van den grond met zeer slecht water, nl. uit een vuile sloot. Het laat zich gemakkelijk begrijpen, dat men, op die wijze de waterhoudende lagen sterk 'besmet. Aan deze kwestie is nog weinig aandacht geschonken; doch ze is dat wel waard, wil men zich voor teleur stelling en, half werk vrijwaren. De fabrieken, die het bedrijfswater eerst in een ijzeren reservoir op den zolder oppompen, moeten er op letten, of dit reservoir wel goed zuiver wordt gehouden. Hetzelfde geldt voor enkele boerderijen, waar het water eerst in een bak wordt opgepompt. Een ovei^uigend bewijs van de groote beteekenis van den toestand van, het water op een kaasboerderij levert het volgende geval. Op de plaats in kwestie maakte men al sinds jarep slechte kaas, ook de twee vorige gebruikers. Bij onderzoek was het gebrek wederom „knijpers" en „los". De kazen gin gen open; het zuivel was bovendien wat kort. Het laatste gebrek vond zijn oorzaak in een minder goe de bewerking van dien wrongel bij klein verschil tus- schen strem- en, nawarmingstemperatuur. Er was hier reden om naar een b 1 ij v e n d e oorzaak van. 't optreden van het gebrek „knijpers" te zoeken, een oorzaak aan de plaats gebonden. Deze was gemakkelijk te vinden; alweer het boenwater! Het bestond uit drangwater uit een verontreinigden, bodem, bovendien vermengd met vuil boenwater. In afwachting van eene betere watervoorziening werd uit een vrij gunstig gelegen sloot boenwater gehaald, doch op een andere plaats geboend, ter voor koming van verontreiniging van het slootwater. Ver der werd het gereedschap met kokend water nage spoeld. De slechte pomp bleef alleen buiten gebruik en het gebrek „knijpers" en „los" bleef weg. Wanneer men nu nagaat, Welk een enorme daling van den kaasprijs met het gebrek „knijpers" gepaard gaat, dan is het begrootelijk, dat er om een zoo gemakkelijk weg te nemen oorzaak op zoo'n, boer derij zooveel geldverlies en, verdriet geweest is. Het geld uitgegeven voor de voorziening in goed bedrijfswater is altjjd goed besteed. De kaasbereiders moesten daarvoor meer moeite en geld overhebben. Verbetering van den toestand stuit ook meermalen af op het gebrelc aan medewer king van den eigenaar, die toch moest inzien, dat hij mede in zijn eigen belang moet zorgen, dat zijn boer derij bruikbaar water heeft. Het gebruik van zuursel in de praktijk der kaasbe reiding n,eemt voortdurend toe. Wanneer een fabriek of boerderij zich er goed op inricht en met zorg de zaak behandelt, wordt de be drijfszekerheid in niet geringe mate verhoogd, voor al met het oog op het gebrek „los". Het Rijkslandbouwproefstation te Hoorn verschaft tegen betaling der geringe kosten betrouwbaar ent materiaal. Daarvan wordt een veelvuldig gebruik ge maakt. Sommigen abonneeren zich om b.v. om de 14 dagen geregeld nieuw entmateriaal te ontvangen. Dat er ook storingen voorkwamen bij de kaasbe reiding door gebruik van ondoelmatig en te veel ver- sleten gereedschap, door fouten in de bereiding en het niet uithouden van de melk van verkeerde koei en, blijkt uit verschillends' voorbeelden, welke in het Verslag uitvoerig omschreven zijn. Belangrijk js het volgende, wat wij op bladzijde 11 van het verslag vermeld vinden.: „In niet minder dan 10 gevallen is men in 1910 bij mij gekomen om hulp in zake melkvervalsching. Het invoeren van een gere gelde controle op de geleverde melk, welke vanzelf leidt tot uitbetaling naar gehalte, omdat men de verschillen in samenstelling van de melk der verschil lende leveranciers dan leert kennen, is de beste wijze om het kwaad te voorkomen. Aangezien er gezorgd wordt voor geregelde opleiding van geschikte perso nen, voor melkcontroleur, verdeeld over de geheele provincies, is het voor iedere fabriek mogelijk daar toe over te gaan. De uitgaven, die er het gevolg van zijn, kunnen gerust als „noodzakelijke" beschouwd worden. Het is maar een kwestie van tijd, dat de coöperatieve fabrieken alle de melk naar gehalte be talen, in 1910 zijn, er zelfs 8 mede begonnen." De fabrieken, die wenschen, dat er controle wordt uitge oefend op het werk van hun controleur zal de Zui- velconsulent gaarne van dienst zijn. In 1910 maak ten 3 fabrieken daarvan gebruik. Over de Vakschool voor Kaasmakers te Hoorn, op^ gericht door de Vereeniging tot Ontwikkeling van den Landbouw in Hollands Noorderkwartier en den Bond van Zuivelfabrieken in Noordholland, vinden we in het verslag een paar lezenswaardige* bladzij den. Terecht heeft men begrepen, dat er wat gedaan moest worden voor de ontwikkeling van de theoreti sche vakkennis bij het personeel der Noordholland- sche kaasfabrieken, voor zooverre zij die kennis bij hun werk kunnen gebruiken, terwijl daarbij niet uit het oog mocht worden verloren, dat het personeel in de eerste plaats moest zijn en blijven practisch ge vormde kaasmakers, die hun vak niet alleen ver staan, maar van wien ook verwacht kan worden, dat zij het met toewijding zullen uitoefenen. 0 Wanneer er éene zaak is, die geheel en al op den weg van den zuiveloonsulent ligt, dan is het wel de bevordering van de vakkennis der kaasmakers, aan wier zorg thans zoo'n groot kapitaal in den vorm van melk wordt toevertrouwd. Het verslag geeft aan het slot de volgende leer zame bijlage: Gemiddelde prijzen van kleine Edammerkaas, gemaakt in Noordhollandsche kaasfabrieken, over 1909 en 1910. K CS3 3 o 3 1 S B S m klaren, dat zij geen leden zijn van Denk en Doe en evenmin gekend werden bij de voorloopige regeling der schoolfeesten, zoodat zij niet mede do verant woording dragen voor dit besluit. Waai- verder de vereeujging Denk en Doe als be- heerende het schoolfeestfonds de gelden besteedt door bijna alle ingezetenen samengebracht, waar genoemde vereeniging gebonden is aan een reglement der schoolfeesten, opgemaakt in de verga dering van 23 Dec. 1909, weuselien ondergeteekeuden enkele artikelen uit dit reglement ter kennis hunner dorpsgenooten te brengen. Art. 3. „De schoolfeesten bestaan uit: a. Schoolreizen. b. Plaatselijke schoolfeesten." Art. 4. „Het schoolfeest wordt gesplitst in 2 afdeelingen: a. klasse 6, 7 en 8; b. klasse 2, 3, 4 en 5." Art. 5. „Het schoolfeest onder a (dus van klasse 0, 7 en 8) bestaat in een schoolreis naar Amsterdam, of naar eene andere plaats, door do vergadering te be palen, hetgeen beurtelings 0111 het jaar wordt ge houden," Het reglement, waarin deze artikels voorkomen, is nog van kracht. Vele plaatsgenooten offerden hun geld in de stel lige meening, dat de oudste leerlingen zouden uit gaan. De vereeniging Denk, en Doe had dus niet het recht een ander besluit te nemen. U, mijnheer de redacteur dankend, HET PERSONEEL DER SCHOOL TE KOLHORN. Kolhorn, 26 Mei 1911. Geachte Redactie!! Gisteren werd in, uw blad medegedeeld het besluit van de Kiesvereeniging Burgerplicht te Kolhorn. Uit dit bericht zou men opmaken dat die Kiesvereeni ging d e kiesvereeniging is; wat niet zoo is, aange zien er nog eene Vrijzinnige Kiesvereeniging „Kol horn" is, wel is waar eene vereeniging van uitslui tend burgermannen, maar toch ook kiezers. Uit het feit, dat deze kiesvereeniging vierhonderd handteeke- ningen verkreeg op het adres van den, Vrijz.-Democra- tischen Bond en Nederl. Werkliedenverbond, in zake algemeen kiesrecht, blijkt genoegzaam dat zulk een vereeniging nog niet geheel is weg te rekenen. Met dank voor de plaatsing, achtend, UEd. dn., W. OUDT. Kolhorn, 24 Mei 1911. tO M K) M co ta c» os P «O-r* 2 §2 Q. SQj 2. Feuilleton. 17. Dokter Jordan staat u in uw vergeefsche pogin gen trouw ter zijde. Gij veronderstelt dat men haar naam misbruikt heeft. Ik moet u zeggen, dat deze ge denkwaardige brief wel is waar door haar grootvader geschreven, maar door haar zelve ouderteekend is. Het was een vast onderschrift, even helder en dui delijk als de beschimpende woorden die voorafgin gen." Vera was bleek geworden, alles was nu duidelijk; zij had, zooals zoo menig stuk in dien tijd, toen allerlei contracten gemaakt werden, ook dezen brief onderteekend, zonder den inhoud te gissen. De ver dediging werd hierdoor moeilijk, maar toch waagde zij nog eene poging; „Men zegt, dat freule Von Zahringen altijd in af hankelijkheid is opgevoed; gehoorzaamheid is waar schijnlijk oen der eerste plichten die men haar heeft ingeprent. 'Misschien, neen zekerlijk, heeft zij niet geweten wat zij on,dert,eekende, in haar argeloosheid heeft zij den ouden, verbitterden man vertrouwd, den man die op aarde haar eenige beschermer was." Wederom lachte hij op de manier, die haar zoo smartelijk aandeed. „Wat geraakt 'm in vuur, en hoe vergeefs zijn uwe pogingen. Gij zoudt een gansje uit deze slang willen maken! Helaas, dat komt niet overeen met de ove rige berichten, want zij moet een heldierdenkende, ver standige en ontwikkelde vrouw zijn, die zelfs den ouden Roland met al zijn woestheid nog ©enigszins Deze gemiddelde waarden zijn, met inachtneming dei- verkochte hoeveelheden, berekend uit de prijzen, welke door 10 kaasfabrieken in verschillende stre ken dezer provincie, onder normale bedrijfsomstan digheden gewerkt hebbende, op de markten zijn be dongen." Hun, die geïnteresseerd zijn bij de kaasbereiding, bevelen wij de aandachtige lezing van het geheele verslag met warmte aan. Er is werkelijk veel goeds uit te leeren- D. E. LANDMAN. ingezonden. Mijnheer de Redacteur! Vriendelijk verzoeken ondergeteekenden u het on derstaande in uw blad te willen opnemen: Naar ondergeteekenden vernamen besloot de ver eeniging Denk en Doe alhier voor alle leerlingen der school een plaatselijk feest te organiseeren op een Zondag in Juni en dit feest te doen samenvallen met de viering van het 12^-jarig bestaan van het plaat selijk harmoniecorps „De Eendracht". Waar de oudste kinderen reeds jarenlang gewend zijn een uitstapje te maken, waar de financiën (115 gulden dit ruim veroor loven, waar een deel der leerlingen den Zondag waar schijnlijk niet zal mogen gebruiken voor feestvieren, daar stellen ondergeteekenden er prijs op te ver EEN „REUZEBOF'". „En denkt u dan", zei, op zeer langzamen toon, ter wijl er een tikje van booze verontwaardiging kwam op zijn smal, bleek gelaat— „denkt u dan in ernst dat ik mij medeplichtig zou maken aan dergelijkDergelijk schandelijk bedrog?" De koolzwarte, spiedende oogen keken haar scherp aan... Zochten of er iets in haar viel op te merken, van spotternij met 's mans serupulusMet zijne ;orgdheid voor de eer, den naam van dien ander „U weet toch" zei de vrouw en ze ontweek zorgvuldig den blik van den nauwgezette; want 't stormde zóó fel in haarDoch de angst snoerde haar de mond immers dicht ,U weet toch welstamelbe ze. „Ik weet niets 1 Heelemaal niets 1 Ik wil niks weten 1" barstte hij uit, en snijdend was nu de toon van z'n spreken, „wat ik weet, is dat u op 't punt staat een braaf, fatsoenlijk, algemeen geacht man... Een van mijne vriendenVan m'n beBte vrienden Schande lijk om den tuin te leiden I En dat zal ik weten te verhoeden Ze dacht aan Willem. Aan den forschen man met de heldere oogen en de zachte, vriendeiyke trekken. Ze had 't den kerel, die misbruik maakte van z'n overmacht in het valsche gezicht willen slingerenWillem jouw vriend!? Hij zou je door z'n knecht... Hij zou je, als je 't waagde bij 'm te komen Maar ze voelee haar Jonmacht- De pendule op den schoorsteen in het kantoor tikte rustigjes voort. Uit het belendend vertrek kwamen nu en dan gelui den van iemand, die z'n stoel verschuift; die papieren in een kast bergt en deze weer sluitHenriötte poogde hare gedachte te ordenen. Zij klemde de handen tegen elkaar en voelde, dat de man, die tegenover haar zat, 'r met z'n scherpe, loerende oogen vasthield. Zy beefde van angst... En de wilde ongeordende gedachten joegen door haar hoofd... „Gesteld eens", begon de man opeens. „GesteldEr is natuurlijk geen sprake vanMaar neem 't vóór een moment aan dat ik dat ééne geheim zou verzwij gen Liever dan dat te doen zou 'kMaar, nog eensgesteld dat ik ertoe te krijgen wasDan zou de finantiöelo kwestie to.ch immers alles in de war smijten Binkers zou den dag van z'n trouwen oven tjes EventjesWacht 1" I De man stond op. Ontsloot met afgepaste, kwasi- deftige gebaren, een brandkastje, haalde een portefeuille te voorschijn. Glimlachje speelde om zijn dunne lippen, j Hij had een potlood genomen. Noteerde, cijferde Henriette volgde elke beweging van de magere vingeis, waar drie, vier ringen aan schitterden... 1 De man keek op. Nu groeide de hebzucht iu z'n oogen „Weet u, hoeveel er van de zaak nog open staat Uit l het faillissement! van uw vader, dien ik als een bloed eigen broer heb vertrouwd Gek, die 'k was 1 1 Driedubbele ezelskop, die 'k ben Weet u dat Zij dacht aan de marteling die hun vader had moeten verdurenAcht percent per maandZij dacht er aan, hoe moeder geschreid üad toen de laatste dingen uit het oude juweelkistje weg moesten. Hoe vader thuis was gekomen dien avond, na zijn tocht naar den lommerdHoe zij zich hadden vernederd voor oome Karei, die vader had uitgescheiden voor ploert en oplichter vóórdat-ie de vijfhonderd gulden leende. Zij herinnerde zich, hoe vader dien avond, na zich urenlang te hebben beheorscht, een toeval had gekregen „Op 't kantje af!' zei de dokter en hij voegde er bij: „nog één zoo'n stootje en 't is gedaanAlleR om de meneer van de zwarte, loerende oogen en do edele verontwaardiging te sussen... om nog drijvende te blijven Honriötte dacht er aan, hoe zij on brcêr Kees hun spaarbankboekje hadden opgeofferd; de meubelen uit het toch al gehavende salon op een Jaton avond waren weggehaald; het restant van een polis verzilverd; vader z'n horloge verkocht had..Men smeek- en bedelbrieven was gaan schrijven aan menschen, die vroeger op visite en te eten kwamen. Henriette dacht er aar. hoo moeder al magerder en bleeker was geworden, totdat do zwarte koets vóór de deur kwam om haar weg te halen Alles om den brave te sussen om drijvende te blijventerwijl de ondergang toch niet was tegen te houden Vaster klemde zij de handen tegen elkaar om niet te laten merken aan den meneer wat er in haar omging „Weet u, hoeveel ik er aan te kort ben gekomen vroeg de verontwaardigde. Zij haalde de schouders op. „Dan zal ik 't u vertellenZesduizend negenhonderd en twee-en-tachtig gulden zestien centsMijne zaken zijn gelukkig in orde, ziet u!" En met een smak vandaar heeft volk van jelui soort geen idee vansloot hij een dik boek, dat naast hem lag Weêr stond hij op. Henriette boog het hoofd wat dieper, want ze voelde das de man vaster zou aan schroeven, nuZe kende hem zoo lang en zoo goed „Verbeeldt ge u soms", riep de man, en hy sprak nu zoo hard, dat de klerk eventjes door de gleuf van de porte-brizee kwam gluren, of er soms iets aan-'t-handjo was, „verbeeldt ge u soms, dat ik myn vriend Binkers zal blootstellen aan zulke dingen?... Behalve dat andereBehalve dat andereBehalve het kind Dan nog de schande van een onbekende schuld. Die vervloekte leugens, dat de crediteuren zullen wachten, geduld zullen hebben tot de erfenis van die taDte openvaltDie u en uw broer zouden afstaan ter eere van de nagedachtenis van uw vaderWy kennen dat. Maar ik laat my door zulke praatjes niet lyment... Ik weet welk vleesch ik hier in de kuip heb. De kinderen van iemand, die my zesduizend en zooveel gulden heeftHeeft afgezetHenriette Btond tegen over den woekeraar, met gebalde vuisten, met vlam mende oogen. Haar angst was wegHeelemaal weg. Ze streek de voile van haar gezicht en schreeuwde 't uit: „Dat lieg-jel... Dat lieg-je, manl My'n vader was een eerlyk manMaar jy jy die Ze klémde de tanden opeen. Sidderde van haar eigen taal. Had ze terug willen nemen, de verschrikkelijke woorden, die haar uit de keel had gewrongen Maar de ander, de brave, was nu yselyk kalm geworden. Hy grynsde evenwuifde haar kwasi- vriendelyk toe... Dacht: nü moet ik oppassen... nü diplomatiek zy'nanders „Gaat u door" zei hy, sarcastisch aanmoedigend „juist zoo! nu vertoont ge u in uwe ware gedaante, zoo mag ik 't zien. Wel zeker, 't is jammer dat Binkers er niet by is. De arme vent is dol genoeg om de dochter te willen trouwen vanEnfinHij weet byna alles... Bijna!... „My'n vader w&s niet oneerlyk!" zei ze, en ze kón niet meerlegde het hoofd op den arm, die op de rand van het bureau ministre des brave leunde Snikte 't uit in onbedaarlijk geschrei De ander schonk een glas water in, was in zulke omstandigheden de gentlemanYroeg of zij wat cau-des-carmes wou hebbendan zou hy z'n vrouw even laten vragen „Vader heeft zoo'n verdriet gehad 1" snikte Henriötte. En zy beet haar zakdoek stuk, zoo schaamde ze zich voor den kerel, die haar woeste verdriet-uitbarsting bijwoonde Weer kon men het rustig tikken van de pendule en het papiergeechuifel van den klerk, in 't vertrek er naast, hooren De meneer dacht na, trommelde onhoorbaar met de vingertoppen op het tafelblad vóór hem „Ik ben altyd veel te goed geweest" zei hij, z'n gitzwart baardpuntje streelend „dat is m'n ongeluk, anders zou 'k een ryk man zijn... Luister eens!" Zy trachtte het koortsig-gloeiende gelaat met de beschreide oogen op te heffen „Kijk 's hier", zei de man, „ik wil u toonen dat 'k niet ongevoelig ben voor verdrietIk kan me 1 voorstellen dat u Enfin, luister eens hier. Maar dat is myn eenige en uiterste conditie. Daar wijk ik niet vanafU zorgt, dat ik binnen veertien dagen drie* duizend gulden in handen heb. In minderiDg van mijn vordering... De rest, plus een beetje rente... Dat reken ik wel niet. Laat dat maar aan my overDe rest na den dood van die tante't mensch is nog springlevend, zoo g6xond als 'n visch Afijn, zooala ik u zeg. Drieduizend contant en voor het verdere een accept van u... Voor die rente dan... En ik zal u helpen. Binkers hoort niets van dat andereLater, na 't trouwen, komt-ie toch te hooren Maar dat moet u voor uw eigen geweten verantwoorden. Ik dien uw goeden wil te zien't Kost me een offer, 'n zwaar offer om een van m'n beste vrienden in z'n ongeluk te laten loop... 't Kost me zelfoverwinning, dat bezweer ik u. O, u gelóóft 't nietIk heb zooeven gemerkt Toen u daar zoo bent uitgevallen En toen Henriötte er iets over zeggen woü „Neen, neen, praat er asjeblieft niet over. ik ben gewoon scherp op te merken en snel te besluiten. Alzoo vóór of op den 21n drieduizend in het accept...of den 22n weet Binkers allesAlles't Naadje uit de kous..Frans, ben-je daar?" Dit tot wachtend-luisterend klerkje „Laat die meneer maar binnen, hoorU neemt me niet kwalyk, juffrouwMyn tyd is geld waard!... De nieuwe bezoeker tikte al aan de deur. heeft weten te temmen. Ik heb een zeldzame hoog achting voor u, juffrouw Vera; ik bid u, verstoor dat gevoel niet, uit u w mon,d hare verdediging te hoo ren, bedroeft mij. Wanneer medelijden en de vurige wensch om door het lot vergoed te zien, wat mijn familie aan haar misdeed, Vera von Zahringen in een meer of min idealistisch daglicht plaatste, zoo had ik niet gedacht, dat het vurige, wraakzuchtige bloed haars grootvaders ook in, hare aderen zou vloeien, daar datgene, wat bij een man een begeerte is naar het avontuurlijke, bij de vrouw laagheid wordt en geen, redeneeren, ook van, u niet, zou in staat zijn mijn afschuw van haar te verminderen." Hij zag haar niet, zij behoefde zich niet te bedwin gen en liet wanhopend het hoofd op de tafel zin ken. „Gij zwijgt," zeide hij op kalmer toon, „en ik dank u daarvoor. Dokter Jordan, die zich tot kampvech ter der jongedame opwierp, doet evenzoo, sedert hij weet dat zijn pogingen toch niet zullen, gelukken. Hij stelt onze oude vriendschap meer op prijs dan een nieuwe van twijfelachtige waarde." Een droeve trek vertoon,de -zich op haar gelaat. Hoe weinigen slechts verdedigden haar, en wie zou getwijfeld hebben, in de keus tusschen zijn vriend schap en de hare. „Wat aan zulk een waar en trouw vriend niet gelukt is, zal ik niet beproeven," zeide zij treurig. „Freule Von, Zahringen moet haar zaak in Gods hand leggen,." „Zij zou daar tenminste wijzer aan gedaan heb ben, dan die in Ulla's han,d te leggen, zooals zij nu gedaan heeft," antwoordde hij spottend. „Niettegen staande haar al te groote oprechtheid, heeft freule Von Z&hringen toch beproefd te intrigeeren; geluk kig heeft zij dat zoo onhandig gedaan, dat haar plan gemakkelijk te doorzien was. Ten spijt van haar rijk dom. en een, zooals men zegt, zeldzame lichamelijke schoonheid heeft freule Von Zahringen zich geen toegang weten te verschaffen in de kringen waartoe zij door geld en geboorte behoorde. Maar de vrouw, die tot zulk een prijs de plaats verkreeg, zooals zij deed, wil geen kluizenaarsleven leiden. Klaarblijke lijk vond zij een verzoening met mij noodzakelijk, teneinde om te kunnen gaan met hen. die zich mij nentwege op een afstand van, haar houden; ik zou anders niet kunnen, begrijpen waarom zij den goeden dokter zoo heeft weten te bepraten, dat deze door drongen is van een geest van verzoening, dien ik veracht. Er zijn dingen, die goedgemaakt noch ge boet kunnen worden, en wanneer de hooge kringen zich voor haar geopend hadden,, zou zij hoegenaamd geen moeite gedaan hebben om beter te schijnen dan zij is. „Sedert den dood van haar grootvader gevoelt zij natuurlijk behoefte aan omgang met menschen van haar stand en misschien ook aan een huwelijk met een van haars gelijken; daarom, dat geloof ik be paald, heeft zij zich tot Ulla gewend. Gij hebt freule Von Hartenstein gezien. Gij hebt een te fijngevoelige, opmerkzame natuur om de zwakheden en gebreken niet ontdekt te hebben, die zoo duidelijk bij haar te voorschijn komen; gij zult hieruit wel gezien heb ben hoe weinig Ulla geschikt is voor een lot, zooals ik haar kon aanbieden. „Nu, freule Von Zahringen heeft getracht dit lot te verbeteren," ging hij met bijtenden spot voort, „en mijn bruid is haar halverwege tegemoet geko men. De eigenares van den Z&hrenburg beweert in een brief, die, wanneer deze oprecht ware, roerend zou zijn, dat Ulla's vrijheid en onafhankelijkheid door mijnheer Roland's gedrag jegens mij en de gevolgen daarvan, aanmerkelijk benadeeld zijn. Zij smeekt Ul la, haar van het drukkende schuldgevoel te bevrij den. en biedt haar tegelijkertijd een landgoed aan. dat Ulla's toekomst verzekert. Gij ziet. freule Von Zahringen is slim. Honderden zouden afgeschrikt zijn van het waagstuk, om de bruid van een doodelijk beleedigden man op deze wijze te naderen. Het blijkt echter nog de vraag of freule Von Zahringen voor zich zelve van de prachtige logica, die zij Ulla voor stelt, overtuigd is; maar de slang in het Paradijs heeft de verlokkelijke vrucht niet met meer over reding aangeboden, dan mijn nicht dit deed, de eer ste vrouw nam die niet begeeriger aan dan deze. Vera. Wanneer ik nooit ondervonden had, dat onze plaats en neigingen hemelsbreed van elkander ver schilden, dan deed ik het op het oogenblik toen mijn bruid zich zoo diep wilde vernederen een ge nade. een geschenk aan te nemen uit die hand; toen zij mijn doodsrijandin de overwinning en het recht wilde geven om van familiebedelaars te spreken. Ulla heeft te kiezen gehad tusschen den rijken aalmoes van een intrigante 01 de eer van een man, wiens naam zij wilde dragen. Na een korten tweestrijd koos zij het eerste. „Maar het was leugen leugen alles, wat zij mij jaren lang gezegd had, wat zij mij bij haar vertrek beloofde," riep hij met verheffing van stem. „Luister en dan zult ge zelve gaan twijfelen aan de eer van uw eigen geslacht, luister en dan zult ge twijfelen aan schaamtegevoel, aan alles. Ulla heeft hare verbintenis met mij verbroken, ten einde haar woord te geven aan een officier van de cavalerie, die haar rijken bruidsschat meef op prijs wist te schatten. Freule Von Zahringen, heeft door haar aan bod, evenals in alles, ook hier de overwinning op mij behaald!" Uitgeput door de hevigheid zijner

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1911 | | pagina 5