„Binnen 1" Z(j veegde in grooten schrik over het warme, vochti ge gelaat. De brave maakte hoffelijke buiging. Schelde klerkje om dame uit te laten Ze kon geen woord moer uitbgengen. Voelde, terwijl zo wegging, dat de «warte loeroogen haar nakeken Met iets erin van: Zóó pakt men zulke dametjes aan... En met allerinnemendste gelaatsexpressie luisterde meneer naar het expose van narigheid, waarvoor nu weer zijne voel vermogende hulp werd ingeroepen Da dikke portier van het groote cafe-restaurant, waar meneer Savary bijna zonder uitzondering tegen 1 uur zijn platdujour kwam gebruiken, had al voor de derde maal zijn schouders opgehaald. Hij wond den zwaren, lichtblonden knevel om een vinger teneinde te maskeeren het glimlachje dat op zijn welgedane trekken kwam bij het observeeren van dametje, in de vestibule wachtendDametje met krijtwitte wangen en bran dende oogen „Ik weet heusch niet of meneer Savary vandaag komt zoi hij, haar tactvol maar beslist naar den uitgang krijgendsnapte natuurlijk alles van het zaakje begreep dat er een achterwiel voor 'm te verdienen viel „Noen" zij portier eindelijk „'t is acht minuten over eenenNeen, damedan komt meneer Satary bepaald vandaag niet...Maar kan ik zeggen wie er?..." Bleeke, zonderlinge dame was als weg... Vijf minuten later stonden meneer Savary en portier te fluisterenMeneer deed erg gejaagd, was ontdaan geworden wou haastig weggaan „Neen, vandaag komt ze niet meer terug" fluisterde portier,En anders, laat u maar aan mij over Gerust hoorl..." Hij kneep de oogen dicht en lachte van „zoo'n zaakje heb ik toch meer bij de hand gehad Tegen kwart voor tweeën keek meheer Savary, als- vorens Beurswaarte te gaan, naar rechte en links „Geen noodwenkte portier. Langzaam schreed Sa vary naar de vestibule. „Kerel" zei z'n vriend Van Heerde, wien hij 't zaakje had zitten vertellen „as je dat nou kalm en verstandig aanlegtvooral verstandig .Maurits!" riep een heersche vrouwestem. En Savary voelde dat ie bleek werd Zjj was 't. „Maurits" zei Henriötte „ik moetje even spreken 1" Portier was vuurrood van woede Zoo'n canaille 1Hy schoot toe, want een klant als Savary „Doorloopen 1" fluisterde Van Heerde „gauw doorloo- ren I" Ze waren al bij de groote glazen voordeuren van het café restaurant. „Maurits ik moet je spreken l" riep Henriötte. „Allo, vrouwtje, op zyEn gauw wat I" zei Van Heerde, die hield van stevig optreden in zulke dingen. De dikke portier vloog naar voren. In het café-restau rant was 't eene opschudding.Alles reude naar buiten. De gérant telefoneerde Zy had hem by de keel gegrepen. Zyn hoed rolde op de modderige straat „Schoelje!" schreeuwde zy „schurkt" mij als een bede laarster weg te jagen IDan zullen zij wetenAlle maal 1" Maar de ijzeren greep van een politie-knuisfe rukte haar achteruit 't Was een oploop, een herrie, voor het groote café- restaurant, zooals de oudste stamklanten zich niet herinnerden ooit beleefd te hebben. Tusschen twee agenten werd het dametje weggebracht... En dien middag, op 't bitteruur was 't woelig-druk in 't café. De kersversche editie van de avondbladen werd haast niet aangeraakt Het zaabje-Savary beheerechte alles. „Nu ja" zei een van het clubje, waartoe hij behoorde „over veertien dagen is alles doodgebloed. Hy maakt een uitstapje naar Parijs... Naar Weenen... That's all „Maar die Binkers... Je weet wel, die was feitelijk offieieel met dat exemplaartje geëngageerd-| Zoo'n nia s, zoo'n idioot... Voor dien is 'teén leuke perkara I" „Perkara?" zoi een tweede stamgast, „een reuzenbof, kerel! De grootste bof, die iemand kan tebeurt-vallen, J'uftie met „anteeedenten" in den vorm van een over- eden wichtje pa-over-den-kop geweestEn dan een poos met zulke nageltjesNeen, dat noemt hy een perkara... Maneer ik stel voor een rondje te bestellen ter eere van de schitterende veine, amice Binkers vandaag tebeurt-gevallen I" „Bravo 1" riepen de leden van het clubje... En de rottingen stampten, rinkelden, ten toeken van warm- enthusiaste instemming MAITRE CORBEAÜ. Binnenlandsch Nieuws. ALKMAAR, 25 Mei 1011. Hedenmiddag te één uur had onder de heerlijk koele en verkwikkende scbaduw van de hooge, eeuwenoude beuken van het landgoed „Nyenburgh" van Jhr. Mr. P. van Foreest te Heiloo de tweede openlucht-samenkomst plaats van vrijzinnig godsdienstigen in de provincie Noordholland. Hot beerJijko weer en de nog heerlijker natuur, waar alle boomen in hun voorjaarskleed prijkten, hadden uit alle oordon der provincie belangstellenden naar deze plek gebracht Van hot aantal bezoekers, dat tusschen de vier en vijfduizend kan geschat worden, waren sommigen te voet of per rijtuig gekomer, voleu met spoor, tram, boot of per rijwiel. Het aantal gestalde fietsen op bet terrein liep in de honderden. Nadat een orkest, onder leiding van den heer J. M. Otto van Alkmaar, een hymne van Beethoven had uitgevoerd en daarna een groot zingkoor uit Haarlem lied 24 uit den bundel van den N. P B. had ten gehoore gobrai-ht, werd de samenkomst door Ds. G W. Melchers, Ned. Herv. predikant te Purmerend, geopend. N i het u'tspreken van een gebed herinnerde spreker er aan, dat het thans voor de tweede maal is, dat het rede, leunde hij in zijn stoel en wachtte tevergeefs op een, antwoord. Zijn fijn gehoor vernam alleen, dat Vera opsprong en met moeite een hartstochtelijk snikken, onder drukte. Keerde zich dan alles tegen haar, haar beste wensclien, haar edelste bedoelingen? Kwam dan uit elke goede handeling haat voort? Het was een uit komst. geheel verschillend aan die waarop zij had gerekend, want wat zij in een opwelling van zelfver loochening gedaan had, was in Ulla's hand tot een nieuw wapen geworden, dat zij tegen Waldemar's ge luk richtte. Toen hij hare beweging bemerkte, stond hij ook op; hij zocht haar en vond haar hand en drukte die hartelijk. „Gij moogt niet weenen," zeide hij zacht, „nu niet meer; de tijd, toen ik het meest geleden heb, ligt reeds ver achter mij. Ik begin weer te herleven nu onze verbintenis eindelijk verbroken is, iets wat ik steeds vergeefs beproefd heb, zoodra ik dat met eer doen kon. Terwille van Ulla bedroeft mij de wijze waarop dit geschiedde.. „Zij draagt mijn naam niet en behoort niet tot anijn familie, toch gevoel ik mi>door deze gebeurtenis opnieuw vernederd tegenover haar, die ik zoo diep veracht, en die zich gedurig weer op mijn levenspad vertoont. Ziet ge, dat is het een,ige bittere gevoel bij deze gebeurtenis, en het besef van Ulla's onbe duidendheid is de eenigo smart, die ik daarbij on dervind. Al het overige is vrijheid, verkwikkende vrij heid en nieuwe levensmoed. Wij pasten niet bij el kaar, wij begrepen elkaar zelfs niet de enkele kee- ren wanneer wij elkander zagen; wij zouden onge lukkig geworden zijn, zelfs al was ik in het bezit van mijn vroegeren, rijkdom en kracht gebleven. Thans prov. comité voor open lucht-samen komsten de aanwe zigen heeft samengeroepen. Ging het het vorige jaar niet zonder eenige bezorgdheid, thans was .men met meer vrijmoedigheid aan den arbeid gegaan, gesteund door het welslagen van de eerste samenkomst. Het comité heeft er op gerekend dat zy, die het vorig jaar hier kwamen getuigen, ook ditmaal niet zouden ontbreken. En gezien de groote opkomst durft Spr. nu reeds gerust te verklaren, dat ook deze samenkomst allerzins geslaagd zal mogen heeten. Niet alleen zijnde vele aanwezigen opgekomen uit de naaste omgeving, maar ook van elders. Van Zaandam en Purmerend brachten booten onderscheidenlijk 210 en 160 personen aan, van de richting den Helder arriveerden ongeveer 760, van Beverwijk 60, van Santpoort 60 en nog uit verschillende andere oorden kwamen belangstellenden in grooter en kleiner getale naar hier. Spr. trekt hieruit de conclusie, dat Noordholland staat in het teeken der hervorming van den godsdienst in vrijzinnigen geest en dat de lauwheid en de onverschil ligheid van voorheen voorbij is. De vrijzinnige predikanten zyn dankbaar voor deze groote opkomst, maar hy hoopt, dat de aanwezigen evenzeer dankbaar zullen zijn voor deze samenkomst, voor de opwekking van hun godsdienstig leven. Hy hoopt dat het comité een volgend jaar weer meer zal kunnen geven dan nu. Is er nu de medewerking van meer dan één zangkoor, wellicht zullen een vol genden keer weer anderen van hunne belangelooze medewerking willen doen blijken. Noordholland staat in het teeken van ontwaking en bovenal Alkmaar. Een eeresaluut brengt spreker aan de mannen, die de vrijzinnige beginselen aldaar bij de dezer dagen gehouden verkiezing voor kerkeraad of kiescollege hebben doen zegevieren. Laten wij hopen, zoo zegt spreker, dat zy het begin zy van een schoone toekomst, dat zjj invloed zal hebben op de maatschappij, en dat de vrijzinnige godsdienst de toekomst zal beheerschen. Een woord van dank wordt gebracht aan Jhr. Mr. P. van Foreest, die zyn heerlijk landgoed ter beschikking heeft willen stellen. Hy hoopt dat deze samenkomst zal mogen medewerken aan de stichting, wijding en1 opbouwing van het godsdienstig leven en dat de Btemming niet zal worden ontwijd. (Applaus). Van twee spreekgestoelten tegelijk werd daarna het woord gevoerd en wel door Ds. A. van Wyk van Zaandam, over „de waarde van den Godsdienst", Ds. Dry ver van Zaandam over „Sticht elkander", Ds. Rutgers van der Loeff van Haarlem over „Christenen" den heer C. F. A. Zernike van Amsterdam over ,durf te leven", Ds. S. Spaans van Eokhuizen over „waarom gelooven wy" en Ds. A. C. de Regt van Alkmaar over „het raadsel van den mensch*. De verschillende redenaars werden met orkest en gezang afgewisseld. Het slotwoord was aan Ds. W. Bax Jr. van Santpoort, die noopte dat door deze samenkomst de moedeloozen zouden zyn verkwikt, de onkundigen gesticht en de louwen verwarmd. Hy bedankte de zangkoren voor hunne medewerking en wijdde ten slotte nog enkele warme woorden aan de nagedachtenis van wijlen Ds. J. F. Ternooy Apel, vroeger rem. pred. te Alkmaar, een der mede oprichters van het comité. Met het zingen van een gemeenschappelijk lied onder orkest .begeleiding werd de samenkomst gesloten. VERGIFTIGING. Maandag zijn sommige ingezetenen van Santpoort ongesteld geworden onder verschijnselen van vergifti ging. Hun getal werd Dinsdag en gisteren nog steeds grooter. Het bleek na onderzoek, dat allen hadden ge geten van by den slager Van Essen gekochte leverworst waarin de geneesheer A. de Groot giftige zwammen heeft gevonden. In sommige gezinnen zyn 6 en 7 zieken en het geval der vergiftiging kan men wei op 30 a 40 schatten. Sommigen zyn vry ernstig, zoodat men aanvankelijk voor hun leven vreesde, thans schijnt levensgevaar vrijwel geweken. j(0. H. Ct.) ONAANGENAME VERGISSING. Maandag werd met trein 465, pakmeester de hoofd- conducteur K., op de lyn 's Bosch—Nijmegen een koffer vervoerd, welke te Nijmegen werd afgegeven- Telegra fisch werd van daar gemeld, dat by aankomst verschil lende gouden sieraden en juweelen uit den koffer vermist werden. Onmiddelyk werd de recherche aan 't werk gezet en o.a. huiszoeking gedaan bij den hoofd- conducteür K. Het onderzoek leverde niets op, er werd niets gevonden. Dinsdag kwam evenwel het telegafisch bericht, dat gebleken was, dat het goud en de juweelen zich niet in den koffer hadden bevonden en men door tusschenkomst van de recherche verontschuldigingen aanbood aan den ten onrechte verdachten beambte, den pakmeester. Is hiermede nu alles afgeloopenmoet de hoofdcon ducteur, die onder verdenking van diefstal zich het onaangename en steeds pijnlijke van een huiszoeking moest getroosten, hiermede nu maar tevreden zyn? Ons dunkt, dat althans de afzender van het telegram moreel verplicht is persoonlijk zyn verontschuldiging aan te bieden. (N A.Ct.) PLOTSELINGE GENEZING TE LOURDES. Als een loopend vuurije verspreidde z.chj i. Woensdag te Rotterdam het bericht dat tydens het verblijf der Nederlandsche processie te Lourdes een wonderbare genezing had plaats gehad. Dit feit zou zieh naar „De Maasbode" aldus hebben toegedragen: ,Mej. Elisabeth Martin, 32 jaar oud en wononde in de parochie van den H. Jozef, Westkruiskade te Rotterdam, was hoewel doodziek met genoemde processie medegaan naar Lourdes, vol vertrouwen op de voorspraak en de macht der H. Moedermaagd. Zy was reeds een half jaar bedlegerig en leed aan tuberculose peritonitidis, die zich vooral in de laatste dagen zeer verergerde. Naar Lourdes vervoerd op een matras werd zy bij aankomst dadelijk naar het hospitaal gebracht, waar de pijnen der zieke dermate toenamen, dat zy in een kamertje moest worden afgezonderd en niet tot de grot kon worden toegelaten. De geneesheer sprak reeds van bediening en in ieder geval scheen het zeker dat zij te Lourdes moest achterblijven. De koorts steeg tot 39 7. Maandagmiddag j.1. echter omstreeks 4 uur stond zy zie ik een nieuw leven voor mij, dat, niettegenstaan de mijn treurig lot, mij vrije weaschen, vrije beslui ten en een vrij hart aanbiedt." Wat hij zeide klonk zoo waar, zoo overtuigend. Toen Vera, haar betraande oogen, tot hem ophief, zag zij in zijn kalm, rustig gelaat, dat haar vriendelijk toelachte. Haar brief had hem beroofd, maar hij noem de het bevrijd; zij gevoelde zich minder schuldig. „Vrije wenschen, vrije besluiten en een vrij hart," herhaalde zij peinzend, terwijl zij bedacht dat ook dit haar eigendom was. „Het klinkt zoo schoon, maar toch ligt het denkbeeld van een zekere eenzaamheid erin opgesloten. Een vrouw, die den aandrang naar vrijheid minder en daardoor de behoefte aan bescher ming meer gevoelt, denkt daar wel anders over. Lieve mensehen, die invloed uitoefenen, op onze wenschen, goede vrienden, met wie wij onze gedachten, kunnen bepraten en een hart dat men welgemoed ten offer brengt, zijn toch ook dierbare bezittingen." „O, gij denkt aan een schoon, innig familieloven," zeide hij afwerend, „maar Ulla heeft bewezen dart. zij daarvoor niet geschapen is. En bovendien, een blin de, juffrouw Vera, mag geen hart aan zich kete nen. Er ligt iets zelfzuchtigs in de begeerte naar ge luk, wanneer een jeugdig;, opgewekt leven naast mij in somberheid zou moeten wegkwijnen. Daarom heb ik Ulla steeds den weg tot vrijheid opengelaten, en wanneer ik mij nu van haar afwend dam is het omdat zij misbruik maakte van haar recht en zij getoond heeft geen eergevoel te bezitten. „Ik ben zoo niet te beklagen, als ge wel denkt," vervolgde hij lachend na een korte pauze, „gij zijt immers nog hier! Werkelijk, ge moet niet heengaan of de oude hulpeloosheid en wanhoop, die ik, dank zij uwe hulp overwonnen heb, zullen tot mij terug- keeren." plotseling van baar zièkbed op en verklaarde zich geheel genezen en dat wel zóó, dat geen enkele py n meer door haar gevoeld werd. „Aanstonds werd door 3 doktoren, twee Hollandsche en 1 OostenrykBche. een consult gehouden over de genezene, waarvan het resultaat was dat zy eenparig tot de verklaring kwamen, dat alle sporen van tuberculose en daaruit ontstane tumor (zwelling) geheel verdwenen waren. Den volgenden morgen werd door dr. Boissaire aan zyn bureau nogmaals een onderzoek ingesteld, waarna de genezene zich naar de grot begaf, terwijl de Hollandsche pelgrims geestdriftig het Magnificat aanhieven Als een zeer merkwaardig getuigenis mag hier gereleveerd, dat dr. V03, de niet katholieke geneesheer die haar te Rotterdam had behandeld, op haar mededeeling dat zy zich naar Lourdes wilde begeven, antwoordde, dat zy gerust naar Lourdes zou kunnen gaan, als zy een verbeeldingsziekte had. „In een coupé 3e klas met andere pelgrims teruggekeerd heeft de genezene de lange en vermoeiende nachtreis verder zonder eenig letsel of bezwaar doorgestaan. Dat de geestdrift en de vreugde der familie, die inmiddels telegrafisch was verwittigd, groot waren by aankomst aan het station te Rotterdam laat zich begrijpen." EEN ONGELUK. Op een open terrein tusschen de Vredenhof- en Lambertusstraat te Rotterdam was men gisternamiddag bezig met het verplaatsen van een heistelling. In beide straten stond een man by touwen tot de stelling behoo- rende. Een wagen met stroo beladen reed door de Lam.' bertus8traat, en om hem het voortrijden mogelijk te maken, lichtte de in die straat staande man het heistellingitouw op. Op dat oogenblik riep de heibaas „halen". De man die in de Vredenshofstraat stond, trok aan zijn touw, de heistelling verloor het evenwicht en sloeg tegen den grond. Twee broertjes, C. en J. v. d. B., 6 en 9 jaar oud, en in de. Paulus Potterstraat woonachtig, werden door de vallende stelling getroffen en bleven bewusteloos liggen. Het jongste kind heeft een schedelbreuk gekregen en is naar het ziekenhuis vervoerd. Zyn toestand is ernstig. Het andere kind, dat kwetsuren in den mg bekwam, is aanvankelijk naar do ouderlijke woning, maar later ook naar het ziekenhuis gebracht. ZWARE BRAND TE ROTTERDAM. Woensdagavond half negen brak een zware brand uit in pand 30 Houtlaan, alwaar in bet benedengedeelte gevestigd is het verf en scheepsvictualiënpakhuis der firma J. Oleton Fzn., terwyl op de beide bovenverdie pingen drie gezinnen wonen, dat van weduwe Bernoski en der werklieden D. Suvaal en A. den Ouden. Het zeer diep inloopende pakhuis, gevuld met verf, vernis, olie, teer, enz., was één vuurzee, en de vlammen deelden naar de achterzyde zich mede aan het carga doorskantoor der firma Haas en Co. aan de Westerstraat, doordat een vat teer op de binnenplaats tusschen beide uiteen sprong en het brandende teer in het cargadoors kantoor liep, alwaar de firmanten overhaast moesten vluchten en zelfs geen tyd hadden de kluis dicht te werpen. Het geheele pand Houtlaan ging in vlammen op en niets konden de drie gezinnen redden. Het huis van generaal majoor Blankenstein in de Westerstraat liep eveneens gevaar, doch de stoomspuiten voorkwamen hier uitbreiding, terwyl van de firma Haas het achter kantoor uitbrandde. Om elf uur was het gevaar voor uitbreiding geweken, doch in het verfpakhuis brandde het nog hard. De brandweer was met 7 sectiespuiten en zes stoomspuiten, zoomede de magirusladder aanwezig en werkte met zes spuiten en 4 stoomspuiten met vele stralen, onder commando van de hoofdleden M. Laurens en A. Drie beek. De brand in de kluis werd met een stoomspuit ge- bluscht. Vele papieren gingen verloren. In den aanvang liep ook gevaar de overliggende houtkoopery der firma K. J. Bos} en Zoon, doch deze bleef gespaard, dank zy ook de eigen brandslangen. Duizenden nieuwsgierigen waren op den gloed toege sneld. De politie te voet en te paard handhaafde de orde, onder commando van denhoofdcommissaris Th.Roest van Limburg. De eigenaar de heer Cleton was afwezig. NToordscliarvvoude. De zangvereeniging Crescendo alhier behaalde jl. Donderdag op het Zangconcours te Wormerveer den tweeden prijs, een groot zilveren medaille. De direc-, teur de heer W, Dorsman liet, zijn koor zingen: Feest-' cantate van J. Paardekooper en Bede voor 't Var derland van Vajerius. ijJ ANNA PAUAAAVNA. Voor de betrekking van agent van politie-bode alhier, welke met 1 Juli a.s. vacant komt, hebben zich 23 sollicitanten aangemeld. EEN PRIMITIEVE SLAAPPLAATS. Ten plattelande van Friesland is het nog gewoon te de hoedendoozen te bergen in bedsteden! Dit gaf te Zwaagwesteinde aanleiding tot het volgende: Daar werd het jongetje van v. d. H. vermist. De moeder was radeloos en do heele buurt ging aan het zoe ken. Een buurvrouw vond ten slotte het kind sla pende in... een hoedendoos in de bedstede der ouder lijke woning! LANGS DE STRAAT. In de Telegraaf schrijft Leo: De spiegelende deur van, 'n grooten winkel op 't Damrak zwaait kreunend open, en, in 't grelle zon licht, dat 't grijswit asphalt bespuwt, treedt 't loo- pertje, kittig jongetje, in veelknoopige uniform. Z'n lippen in fluittoet gespitst, do helle oogen in eens raak in 't drukke beweeg gebeten, gansch en al aandacht voor de allerminste details van het hevig Interessante stadsgebeuren, kuiert-ie met 'n snerp-gil nu en dan tot 'n passeerend kornuit, den trottoirband langs. Plots stuit-ie, prikt zich z'n blik vast aan 'n zwart ding, dat op de keien ligt, bij 'n rioolingang. Lenig bukt-ie, raapt 't ding op 't is een machtige, zwart- leeren portemonnaie, zooals men ze wel ziet in han den van nijvere straatventers. Even bepeinst de jongen het léege hulsel, maakt dan resoluut rechtsomkeert, met 'n grijns om z'n toe tende lippen, beent den winkel weer binnen en ver schijnt opnieuw, de banden gevuld met spijkers, die Eerst, nu kwam bet zalige bewustzijn tot haar, dat zij moest blijven, dat zij haar doel bereikt had. Hoe goed en wijs was God geweest! haar overijlde han deling, die haar zooeven nog zoo diep weemoedig gestemd had, was nu een bron van vreugde voor haar geworden. „Ik blijf bij u, zoolang ge mij noodig hebt," zeide zij, „ik zal voor u zijn wat ik kan." De zon omgaf met gouden schijn het, schoone paar, dat hand in hand een verbond sloot, waarin geen sprake was van liefde en trouw en waarbij het hart toch ja en ame* zeide. De zwaluwen vlogen door de blauwe lucht en zongen tevergeefs: „kom mede, kom mede." De jonge man bracht haar hand aan zijne lippen en zeide dankbaar: „Gij blijft bij mij." HOOFDSTUK 10. „Een gevangenis," zuchtte mevrouw Von Zahrin- gen, haar huisje aanziende, dat eenzaam en als afge scheiden van de geheele wereld daar stond; „een gezellig nestje," vond haar zoon, toen Vera hem 's avonds met haar klankvolle stem voorlas en „de he mel", dacht het jonge meisje, toen zij op Waldemar's gelaat een, uitdrukking van innerlijken vrede, ja menigmaal van vroolijkheid bespeurde. Sedert zij van hem zelf vernomen had hoe lief haar tegenwoordigheid hem was, was zij met fris- schen ijver bezield, die aan haar werken en denken als het ware een nieuwe kracht gaf. Voor de eerste maal in, haar leven kende zij het gevoel, noodig te wezen voor het heil en geluk van een ander; voor de eerste maal nam zij een plaats in, die haar en haar alleen toebehoorde Niemand had kunnen zeggen dat haar betrekking tot Waldemar uiterlijk veranderd was, maar innerlijk gevoelde zij zich ongedwongener, nu zij niet behoefde te letten op zijn, verbintenis met; Ulla, en. nu zij hij, sluiks een steegje besluipend, snel in de portie- ïnormaÜe propt, tot, die built in welgedane en bedrieg lijk-natuurgetrouwe volheid. Dan oogt-ie muizig rond, drentelt; onschuldig dwars 't Damrak over en laat, vlak naast de rails, met rap gebuk van z'n jongenslijf, de weelderig^ beurs vallen,. Dan plant hij zich, in plezante afwachting der komende dingen, heupwiegend op den trottoirrand... Het werk van den Booze voltrekt zich. 'n Individu van stramme complexie, 't knoopsgat begrinnikt met kleurig lintje, 'n oud-militair naax al len schijn, ziet van 't trottoir het lokkend object, be loert het straf, en, trekt er op los. Knakkend schar nieren z'n knieën. hij hééft 'm. Hij beaait even, gelijk zulks poezen wel plegen te doen met vette, zoo juist onthalsde muis, met streelend ooggekijk, de buikige ronding der vondst, en plonst die dan met overhaasting in de duistere afgronden van zijn *zak Niet echter, zonder dat een heerachtig mensch op een fiets zulks heeft waargenomen, die, de koe bij ue horens vattend, den voorloopig-eerlijken vinder in dezer voege toespreekt: „Hei zeg! Geef-ie mijn me portemtenee terug?" „Watte? Wie? Waaróm?" schriklcigt de vinder. „Kom nou, hè? Geef-ie gauw op! Ik zag wel dat je me zwarte portemenee opraapte m ij n porte- menee, hoor kom, geef op!" „Jouw portemonee? Wie zeit dat? Dat mot je dan maar bewijze as-je 't dan maar bewijst!" „Nou, dat salluk dat salluk! Wat let me, of 'k roep 'n agent geef je op of niet?" De vinder, zweeterig-wit om z'n neus, recalcitreert. Ruziënd naderen de twee den Dam. Ruziënd bestap pen ze de N. Z. Voorburgwal. Ruziënd laten ze zich inzwelgen door de happende deur van 't politie-bureau Molsteeg. Het knoopen-jongetje ziet vuurrood van den gil- Iac.h. Mèt hem bulder-lachen op -de-hoogte-geb r ach ten. Tien minuten later knoerst; van nieuws de polltie- deur. De eerlijke vinder verschijnt, met een gelaat, welks wrange zuur-held de tamme kwaadaardigheid evenaart, waarmee hij de klater-lachende volgelingen zijner schreden bevloekt EEN HERSTELLINGSOORD. Men schrijft uit Alkmaar aan het Hbld.: Naar wij uit goede bron vernemen is het bestuur Van „Het Witte Kruis"W er in geslaagd onder de ge meente Schoorl een terrein te vinden geschikt voor de stichting en exploitatie van een herstellingsoord, bestemd tot opname van on- en min-verm ogen de tot tuberculose voorbeschikte kinderen in de provincie Noord-Holland. Dit terrein 12 bunder groot waarop een. flinke boerderij' staat, is dezer dagen voor dit doel aangekocht. Er worden door het bestuur nog onderhandelin gen gevoerd over den aankoop van oen stuk duin- grond tegenover deze boerderij gelegen dat door zijn ligging en .fraaie aanplantingen bijzonder geschikt is om het lievelingsdenkbeeld van dr. Bloo ker te verwezenlijken: de stichting van een tuin- en boschschool zooals er o. a. een te Berlijn is. HET ZAND. Te Het Zand, gemeente Zijpe, is overleden mej. A. Keijzer in den ouderdom van 100 jaar en 4 maan den. Haar 100ste verjaardag werd jl. Jan,uarl on der algemeene deelneming, feestelijk herdacht. WAARLAND. Door een noodlottig toeval geraakte Donderdag middag het 2-jarig dochtertje Yan den, heer Groot huizen alhier te water, waaruit het eenigen tijd later helaas levenloos werd opgehaald. St. Maartensbrug. Naar wij vernemen is het bouwen van de nieuwe Stoomzuivelfabriek „De Eensgezindheid'te St. Maar- tensvlolbrug gegund aan den laagsten inschrijver, den heer Vlaming te Schagen. De draaibrug met walmuren is niet gegund. ST. MAARTENSBRUG. Op de den 25sten dezer gehouden trekhondeatea- toonstelling te Alkmaar behaalde de heer """M. Swart- hof Pz. met zijn hond Hektor, in de Nieuwelings klasse en Aanmoedigingsklasse twee eerste prijzen. Barsingcrhorn. Op het Donderdag te Wormerveer gehouden, Zang concours behaalde in de le afdeeling de Zangvereeni- ging Caecilia te Barsingerhorn, directeur de heer J. de Groot, den tweeden prijs, een groot; zilveren me daille. Deze vereeniging zong: Liederen in koraal- vorm van Frans Coenen en Pietje Bedroefd van Tet terode. 396ste Staatsloterij. ode KLASSE, 3de TREKKING. HOOQH PRIJZEN, f 1000: 1046, 1766. f 400: 639, 18148. f 200: 18249. f 100: 2402, 2775, 4530, 7645 ,14381, 18020. Prijzen van f 70. 323 2588 4827 7370 9491 12377 14972 1824S 342 708 848 385 722 560 977 19081 346 711 5029 443 808 612 15078 98 381 714 56 492 887 662 375 405 399 743 254 783 10098 741 554 473 403 943 271 797 368 773 660 499 425 956 393 894 473 13010 789 674 467 3101 413 982 647 31 16102 716 504 126 603 8010 763 63 211 827 607 162 776 101 833 255 278 878 948 495 866 447 945 258 442 982 1006 503 6155 514 11237 769 667 20009 110 608 213 653 307 872 989 114 116 663 272 695 333 920 17041 342 292 914 296 844 555 971 203 454 322 4210 317 908 633 14023 537 515 335 309 447 911 670 75 739 565 360 342 611 928 821 365 887 583 907 379 686 9253 882 371 892 639 947 426 766 267 12133 448 910 674 2003 456 928 342 138 502 934 709 365 598 951 366 168 634 982 716 379 641 7017 382 292 681 18019 982 562 799 197 481 360 942 201 wist, dat zij het recht had eenige van Ulla's plich ten over te nemen. In hunne verhouding tot elkaax was niets veranderd, maar Vera had hun samenleven, anders geregeld, zij leerde hem de aangename afwis seling van arbeid en genot kennen. Zij had het denk beeld bij hem opgewekt om te schrijven, en zij moe digde het opkomende talent met een steeds klim mende belangstelling aan. Zij was niet alleen, zijn secretaris, zij besprak den inhoud en den vorm met hem, zij prees en laakte met gepaste vrijmoedigheid, en het verstand, dat uit elk harer aanmerkingen sprak, gaf een nieuwe bekoorlijkheid aan, dezen aan- genamen arbeid. „Wat moet er van dit werk komen," vroeg hij meermalen, „en wie zal het ooit lezen? Hetgeen men. beleefd heeft, teekent men op voor de zijnen, voor zijn nakomelingschap. Ik vraag mij tevergeefs af, voor wien ik dit alles schrijf?" Dan lachte zij op haar kinderlijke, vroolijke wijze, die altijd zoo aanstekelijk op hem werkte. „Voor een uitgever, en dien zal ik wel zoeken. Vraag u zeiven llevefwat zal ik doen met het groo te honorarium?" „Ik zou dat op dit oogenblik werkelijk niet weten," zeide hij 'vroolijk: „het schijnt dus dat ik nog niet zoo arm en ongelukkig ben als ik eerst meende." De uren, die Vera in het huishouden besteedde, bracht hij meestal door aan de piano en meermalen verraste hij haar met een lied dat voor haar stem geschikt was, eenmaal zelfs met een wals. „Dat moest ge niet doen, Waldemar," meende me vrouw Von Zahringen. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1911 | | pagina 6