si Ciini Waensdag 15 Mei 1912. 56e Jaargang. No. 5114. TWEEDE BLAD. Plaatselijk Nieuws. RAAD YAJH ÖOHAGEN. Vergadering op Dinsdag 14 Mei 1912, des mor gens te 10 uur. Aanwezig ajle leden. [Voorzitter de heer Jhr. J. P. W. van Doorn; se cretarie de heer A. C. Roggeveen. Na opening der vergadering wordt de heer F. v. d. Kamp binnengeleid en legt in handen van den voor zitter de vereischte eeden af, waarna voorzitter hem feliciteert en de heer v. d. Kamp zitting neemt. Volgt lezing en goedkeuring der ifttulen. Wordt meegedeeld dat de heer Jb. Koster de be noeming tot lid der Gaseommissie aanneemt. Is ingekomen een rapport van den Toeristenbond van den Ned. Wielrijdersbond over de proeven te De venter genomen, in hoeyerre de velgbreedte van rij tuigen van invloed is op de trekkracht. Ged. Staten hebben, goedgekeurd het besluit tot verschillende af- en overschrijvingen en de «uppie - toire begrooting. Is een adres ingekomen van Th. Feringa, gewezen omroeper alhier, met het verzoek wederom in het bezit, van zijn ambt te worden gesteld. Ziekte had hem genoodzaakt de gemeente tijdelijk te verlaten en zijn ambt neer te leggen, maar nu hij weer her steld is, wilde hij gaarne zijn functie terug heb ben, waarvan de officiëele benoeming in zijn bezit is. B. en W. stellen, voor dit adres voor kennisgeving aan te nemen, om er te gelegener tijd, als het noodig is, op terug te komen. De omroeperis geen ge meente-ambtenaar, die officiéél wordt benoemd. De gemeente heeft alleen een bekken dat aan een per soon in. bruikleen, wordt gegeven. Allen voor. Het verslag van den toestand der gemeente over 1911 zal circuleeren. Het verslag over den toestand en exploitatie der gemeen te-gasfabriek, dat bij de le den heeft gecirculeerd, wordt met algemeene stem men onveranderd goedgekeurd. Volgt adres J. Keesman, waarin deze wegens steeds toenemende werkzaamheden eervol ontslag vraagt tegen 15 .Mei a.s. B. en W. stellen voor, dit ontslag eer vol te verleenen tegen genoemden datum. De heer Meurs vraagt, nu de heer Keesman als gemeente-opzichter ontslag vraagt, of hij nu het ambt van mark trimester zal blijven vervullen Indertijd is de lieer üe Beurs benoemd als gemeen te-opzichter eu later marktmeester geworden, omdat de Rond deze func ties in één persoon vcrectiigd wenschte te zien, en die betrekkingen bij elkaar behoor en. Gqat het clan nu op, dat de heer Keesman voor het eene bedankt, terwijl hij het tweede blijft? Voorzitter acht het twee betrekkingen, die ook in dertijd gesplitst zijn geweest. Men heeft die twee func ties jn één persoon vcreenigd met hel oog' op de finanlicn. Mij lijkt, het, zegt spr., twee betrekkingen van elkaar gescheiden. De heer Meurs acht dat ook best mogelijk. Maar indertijd zijn zij saamgervoegd, opdat de gemeente een eenigszins behoorlijk salaris" zou kunnen gaven. Wor den deze betrekkingen nu gescheiden ,dan geeft dat verenippering ook van inkomen. Voorzitter vraagt zich af. of het wenschelijk is. om betrekkingen te combineer en. alleen om zoodoende een beter salaris te kunnen geven. Dal lijkt hem niet aan bevelenswaard. De heer Meurs heeft ook die meening, in *t alge meen geredeneerd, maar kan zich toch voorbeelden denken, dat een combinatie van betrekkingen in één persoon gewensclit is. als die betrekkingen, zooals hier het geval is. zoo bij elkaar hooren. Spr. wijst'op kermis, marktstalletjes, enz. Voorzitter acht het administratief twee betrekkin gen, uit de eene betrekking wordt ontslag gevraagd, nu gaat het moeilijk op, ook uit de andere ontslag te geven. Ook in de begrooting is het gesplitst. De heer Meurs vergelijkt het geval als dit, met een persoon,, die huisknecht-koetsier is. En nu vraagt deze persoon, ontslag als huisknecht, omdat hem die betrekking niet langer bevalt, maar wil koetsier blij ven. Maar daarmee heeft de patroon in dit geval de gemeente toch geen vrede te hebben. De heer Bijpost vraagt naar de voorwaarden van ben.oeming en worden alle bescheiden opgezocht. Uit de notulen van het jaar 1906 blijkt, dat er 35 sol licitanten waren voor beide betrekkingen van gem.- opzichter en marktmeester, zoowel gezamenlijk als ge scheiden. De sollicitanten hadden dus blijkbaar de opvatting dat het twee betrekkingen waren. In een spoedeischende vergadering, nadat de eerstbenoemde de heer Scliuitemaker had bedankt, is benoemd de heer J. Keesman als gemeente-opzichter op een sa laris van f 300, tevens marktmeester op een salaris van f 150. Hieruit zou dus blijken,, dat de Raad wel degelijk gedacht heeft aan een gecombineerde be trekking. In zijn sollicitatie spreekt Keesman van de betrekkingen van gemeente-opzichter en markt meester, dus huldigend het beginsel van twee ge scheiden, functies. Nadat met de verdere zaken op de agenda is door gegaan, wordt gezocht naar de oproeping indertijd ge plaatst, en die spreekt van gemeente-opzichter f 300 salaris, en marktmeester f 150 salaris, dus weer gescheiden. De heer Roggeveen is ook van oordeel, dat men hier te doen heeft met twee betrekkingen, wat ook fe.x. blijkt uit het feit, dat niet alle sollicitanten ge dongen hebben naar beide betrekkingen. Spr. wijst op het feit, dat afzonderlijke personen ook met deze functies zijn belast geweest, als de heeren, C. de Vries en K. de Beurs. De heer Meurs oordeelt na de gehoorde inlichtin gen de zaak zeer twijfelachtig, waar de stukken el kaar tegenspreken. De heer Va,n der Kamp meent, dat waar gespro ken wordt van twee salarissen, het ook moeten zijn twee betrekkingen; wat den heer Meurs weer aan leiding geeft ër op te wijzen, dat bij den Raad in dertijd de bedoeling heeft voorgezeten, de beide func ties in éen persoon vereenigd te krijgen. Wat de heer Roggeveen weer meent te moeten bestrijden, Z.i. zijn het twee afzonderlijke betrekkingen, die de Raad in éen persoon heeft vereenigd, omdat het geschikt mogelijk was, daardoor volstrekt niet uitsprekend, dit juist gewenscht te vinden. Met algemeene stemmen wordt het gevraagde ont slag als gemeente-opzichter gegeven. Volgt voorstel B. en W. in zake de verandering der gemeenteschool. Voorzitter zegt, dat de heeren de stukken die ter inzage hebben gelegen, hebben kun nen zien, en dat dus een nadere mondelinge toelich ting onnoodig is. De voorstellen tot verbetering door B. en W. ingediend, zijn gedaan in overleg met den districts-schoolopziener. De rijkssubsidie bedraagt 25 procent. Op zijn verzoek hoort dc heer Bijpost. dat de uit gaven voor verandering worden begroot op f 1385. De heer Roggeveen acht het voorgestelde een groote verbetering en vraagt of de privaten een goede ver binding hebben met de buitenlucht r Voorzitter zegt, dat voor een goede venlilaüe is ge zorgd. De heer Roggeveen zegt dat de familie De Pater het idee heefi, dat een gedeelte dei- te dempén sloot haar eigendom is. Is liet der gemeente bekend, of de gemeente de vrije beschikking over deze sloot heeft Voorzitter zegt, dat er gxui acte is Ie vinden, die bewijst dat het gedeelte sloot het eigendom is vari dc familie Dc Pater, terwijl liet kadaster aanwijst, dat liet 't eigendom is der gemeente. De cenc helft der sloot is beslist hel eigendom van de gemeente, dat is nader in verschillende slukkcti omschreven, maar wat het andere doel belieft is de toestand als spr. 1 eerst weel-gaf. i Dc heer Roggeveen informeert of de afscheiding lus- schen den gemeentegrond en het erf der familie Dc Pater geschiedt door een schutting? Voorzitter zegt, dat hel in de bedoeling van R. en W. ligt om' deze schutting hooger te maken dan ge woonlijk. dit lei- bescherming van de appelen en peren der familie Dc Pater. De heer Roggeveen zegt. dat de heer Joh. Govers er over heeft geklaagd, last te hebben van de school- j jeugd O]) zijn eigendommen, die naast de school liggen. Voorzitter deelt mee. dal door de voorgestelde ver anderingen der urinoirs, het achtergelegen terrein bij de school minder door de kinderen zal worden gebruikt. Zij hebben er dan niets te maken. Maai- natuurlijk moet er voor gezorgd worden dat de gemeente de eigendommen harer inwoners beschermt. De heer Roggeveen oordeelt, dat dit tot dusverre wat, te wenschen overliet. De voorgestelde veranderingen, van. B. en W. ko men. op het volgende neer: het dempen van de sloot achter de school, en 't maken van een eind schoeiing hij dat gedempte gedeelte. Het maken van een schut ting op dat gedempte gedeelte. Het privaat verande ren, in de woning van het Hoofd der School. Het ma ken van een lichtkoker in de lokalen. Het maken van een driellchtiozijn in een der lokalen. Het maken van een, drink waterreservoir, gedeeltelijk in de gang en gedeeltelijk 3n het handwerklokaal. Het maken van 10 nieuwe privaten en 5 urinoirs. Het behardeu en egalïseeren en aanvullen van 't gedempte gedeelte. De heer Koster deelt mee, dat hij bestek en tee- kening van de voorgestelde veranderingen in de school heeft nagezien. Hij wil zeggen, dat. hij daarin verbeteringen heeft gevonden, die hij toejuicht, maar hij moet toch ook zijn leedwezen uitdrukken, over het feit, dat hij veel heeft gemist, wat hij daarin, zoo graag opgenomen, had gezien, vooral n,u wij voor het feit staan, om in deze vergadering te beslissen, de school zoo goed mogelijk te verbeteren. Spit wil evenwel beginnen met aan B. en W. te vragen: hoe dienkt het Hoofd der School over de voorgestelde veranderingen, is die er over gehoord? Ik vertrouw natuurlijk van wel, vanzelf als 't spreekt dat het Hoofd der School wordt gehoord, een man, die in de eerste plaats met alle kwalen van de school op de hoogte is, van het gebouw dat mem haast zijn woning zou kunnen noemen, waar hij ten minste het grootste gedeelte van het jaar verblijft en. zijn werk heeft. Ik heb in het bestek opgemerkt, hoe voor de plaat- 1 sing der privaten eeu gedeelte grond zal benoodigd zijn van den particulieren tuin van het Hoofd dei- school; en al twijfel ik nu niet, of het Hoofd zal gaarne daarvoor dien grond afstaan, is mijn vraag: is de betrokken persoon daarover gehoord? waar aan ik ook weer niet twijfel, of het zal wel geschied zijn. Dan is er nog sprake va,n de verandering van. een, privaat in dje woning van, het Hoofd der School zelf. Is ook in dit opzicht met hem door B. en W. in overleg getreden? Wat nu de veranderingen van de school betreft, mis ik in heft bestek een verbetering met het oog op den tocht in, de achterlokalen. Ik geloof wel dat dit euvel aan B. eu W. voldoende bekend is. De toestand, zooals hij nu is, is onhoudbaar. Ik ben. dezer dagen in de school nog eens een kijkje wezen nemen, en toep heb ik opgemerkt, dat de gordijnen, j die voor die ramen hingen, meer op wapperende vlag- gen, dan op stil hangende gordijnen geleken. Ik zou gaarne in, óverweging geven in dit opzicht eenjge ver- j betering aan te brengen, en de ramen te veranderen, i Dan heeft spr. gemist, de afscheiding! van het lokaal j van den heer Roep in twee gedeelten. Daardoor zou een gelegenheid gemaakt kunnen worden, waar de kin- I deren van builen hun boterhammen opeten, wat nu i geregeld in een schoollokaal geschiedt. Het is zeer wenschclijk dat dit op een bepaalde, daarvoor apn- gewezen plaats geschiedt en het hoofd der school was het in deze met spreker eens, dat het ongewenscht js dat ïn een lokaal, waar even te voren kinderen bo terhammen hebben gegeten, dus gemorst ea gekruimeld is. een onderwijzer met zijn klas les moei geven. Temeer zou spr. die afscheiding van het lokaal ge- -wenscht achten, omdal behalve deze gelegenheid voor het boterham eten nog overblijft een schoollokaal, ruimte biedend voor 48 leerlinge®. Verwonderd heeft het spreker vertier, dat er in de vooirslellen van B .en Wi. geen enkelidéé is, dat spreekt van hot stofvrij' maken der vloeren. Spr. hoeft hier het oog op naadlooze vloeren. Hij bedoelt niet om dadelijk alle vloeren in naadlooze te laten veran deren, dat zou veel kosten, maar gaarne nam hij toch met één lokaal een proef. Een dergelijke verbetering zou volgens spr. hoogst noodig zijn, waar als het is dat dc naden in de vloeren, de verzamelplaatsen zijn van voel vuil. Spr. geeft dus in overweging zoo ie'.s in de plannen, op te nemen. Dan had spr. verwacht, dat in het haridwerklokajÖ nu eens een. algemeene opruiming was gehouden. Spt. is er weer eens geweest en heeft daar weer gé zién die talloos vele sigarenkistjes, die moeten dienst doen om de verschillende leermiddelen te bergen. Spr. acht dat toch al een zeer primitieve manier orn leermiddelen op te bergen. Ik had daarom zoo gaarne voorgesteld gezien dat er gemaakt werd, een kast, met verschillende kleine landjes, goed genummerd, waarin de leermidde len konden worden, opgeborgen. Het wordt toch tijd dat die lange rij van blikkc-n sigarenkistjes, .gestapeld op een tafel .verdwijnt. Hoe gemakkelijk loopt eèn leer ling er niet tegen aan, zoodat deze toren met veel geraas in elkaar valt, zeen- lot vermaak der leerlingen, maar tot last van haar, die les geeft. Verder wil ik. zegt spr., de aandacht nog vestigen, cp het prachtstuk van een hek, .dat we op de speel plaats hebben. Het is wel eens goed, dat wij ook van deze plaats iels zeggen van het mooie ding. dat daar nog zoo kort geleden is geplaatst. Spr. geeft in over weging het hek ©en Meter meer dc speelplaats op te zetten, zoodat de steunijzers met betonnen p&i!tj:s die nu op de speelplaats zijn, zeer tot ongeriel en ge vaar der leerlingen, dan kunnen vallen aan de bui tenzijde. Spr. wal verder van de opengevallen ruimte aan de buitenzijde een tuintje maken, met wat bloe men of heesiers, dat bovendien door de onderwijzers nog kan worden gebruikt bij hun aanschouwelijk on derwijs, hetgeen de bloemen- en plantenkennis dér leer lingen nog kan verbeteren. B. en W. zouden ia dit; geval ook met het Hoofd der School en. de onderwijzers in overleg kunnen treden, en spr. gelooft wel, dat de heeren van de school de zorg voor het tuintje gaarne op zich zou den nemen. Dan heeft spr. in het bestek gezien, het voorstel van B. en W. over een lichtkoker. Het is hem even- iwel gebleken, dat in de lokalen waar te kort licht Is, de ramen voor gedeelte uit hout bestaan. Als die massa's hout n,u eens uit die ramen, verdwenen, gelooft spr., wel, dat er voldoende licht zou zijn, en die lichtkoker overbodig zou zijn. Spr. heeft nu gezegd, wat hij meende;, dat gezegd moest worden, om eeltige afdoende verbetering te krijgen en hij geeft B. en W. en ook den Raad in overweging hun meening erover te zeggen. Misschien is het moeilijk dadelijk een beslissing te nemen, dan is aanhouding wellicht het meest gewenscht, dwaas als spr. het zou vinden nu te besluiten om een uit gaaf te doen van f 1385, terwijl voor f 700 of f 800 meer, 'n, meer afdoende verbetering zou zijn te bewerk stelligen. Voorzitter meent, dat niet met een, enkel woord is te beantwoorden wat de hper Koster zooal heeft aangevoerd. Er zijn enkele zaken, bij, die B. en W. hebben, besproken, maar ook wat zij niet hebben be handeld. Het lijkt spr. daarom niet ongewenseh'., dat B. en W. het aangevoerde van den heer Koster nog eens bespreken en de Raad dan een nadere beslis sing uitstelt. De heer Vader meent, dat er niet zoo heel veel bij hetgeen de lieer Koster heeft aangevoerd is, dat niet voor direct,© bespreking vatbaar la. Het eischt ook niet zulke groote uitgaven, behalve de tochtramen naadlooze vloer, kast en, verplaatsing van het hek. Over den lichtkoker is door li- en W. voldoende ge sproken. Zij zijn niet voor het veranderen der ramen. Een lichtkoker achten zij beter, omdat het minder kost, maar ook omdat het beter beantwoordt aan het doel. De districts-schoolopziener is dat volkomen met B. en W. eens, dat een lichtkoker, waar dus het licht wordt, toegelaten zonder hindering van boómen, van boven af, te prefereeren is. B. en W. willen het niet bij éen lichtkoker laten, maar dit als proef be schouwen. Wat het tochten der ra,men betreft, dit acht spr. meer onderhoudswerk. Dat van den vloer kan worden overwogen. Die kast is ook weer onder houdswerk. Over mooi of leelijk kan men van raee- ning verschillen. En, spr. acht, hetgeen de heer Kos ter heeft aangevoerd, nu geen werk, waaa-voor men een leening sluit, maar gewoon onderhoudswerk. Bo vendien oordeelt spr., dat er haast bij het werk is, hij zag het gaarne in do a.s. vacantie uitgevoerd. Komen, er nu nog weer andere dingen bij en wordt de beslissing uitgesteld, dan zal dat niet mogelijk zijn. Voorzitter wijst er op, hoe toch ook de heer Va der oordeelt, dat er eenige dingen bij hetgeen de heer Koster heeft opgenoemd, zijn, die overweging verdienen. De heer Van, der Kamp vestigt de aandacht op een verbetering, die z.i. hoog noodig is: het is het hek. De steunijzers, die nu op de speelplaats uitste ken, moeten verdwijnen. Het dochtertje van den heer Van den Bergh heeft zich daaraan bezeerd, terwijl spr.'s eigen dochtertje zich zoodanig heeft bezeerd, dat zij twee maanden, thuis moest blijven, en hij dacht, dat zij ongelukkig zou blijven. Een dergelijke toe stand mag niet bestendigd blijven. Voorzitter meent ook. dat daar feiten worden ge noemd, die er op wijzen, dat er op de sehoolspeel- plaats toestanden zijn, die verbeterd moeten worden. Op een gemeentespeeiplaats moet zoo iets niet kun nen gebeuren. Maar om nu eerst deze veranderingen goed te keuren en straks weer met nieuwe te ko men, dat meent spr. te moeten ontraden. Beter is het, dan alles te gelijk te doen. Men moet niet ver- geten, dat er subsidie aan het Rijk moet worden ge vraagd, toestemming van den districts-schoolopziener enz. enz., en, dan nu al die administratieve beslom meringen te doen, om dat misschien over een half jaar te herhalen is te dwaas. De heer Koster is dit volkomen met Voorzitter eens en wijst er op hoe toch een verbetering van de school hoog noodig is. Spr. herhaalt nu evenwel zijn vraag waarop hij tot dusverre nog geen antwoord heeft go hadhoe denkt het hoofd der school over dit alles Voorzitter meent ach te herinneren, dat het hoofd der school in een vergadering \an B. en W. is ge weest en hij meent dat ook de schoolopziener rnel het hoofd der school heeft gesproken en aan liet oor deel van dien schoolopziener moeten B. en \V. zich in zekeren zin onderwerpen. De voorstellen van B. en W;. heeft de schoolopziener afgekeurd en is hij laler zelf met voorstellen gekomen. In hoeverre of dut ge schied is in overleg met het hoofd der school, Iran spr. niet zeggen. B. en \Y. hebben 1c volgen de zienswijze van den schoolopziener. Den heer Koster spijt 't, dal hij een antwoord krijgL dat hem in geen enkel opzicht kan bevredigenSpr. acht het standpunt van B. en W. niet te verdedigen. Hij oordeelt toch dat als men veranderingen voorstelt in een groot gemeentegebouw, in een gebouw waar j een ambtenaar dagelijks verkeert, het opricht heeft, in dit speciale geval hel hoofd dei- school, men toch in de eerste plaats aan dien persoon vraagthoe denk je er over. Ik begrijp niet. hoe B. en W. dit hebben kunnen nalaten. Dan liad Voorzitter hier nu niet te antwoorden, van Sk meen dit, cf ik meen dat, maar het is zoo, of hot is zoo. Wat geeft nu een dergelijk ant woord. als ik hier moet ontvangen? Wat schiet ik hier mee opTegen een dergelijk optreden meen ik le moeten protesteeren. en vind ik, dat dit niet te pas komen moet. In uw positie meen ik dat anders en beter gehandeld moet worden. Spr. stelt vertrouwen in een districts-schoolopziener. wal zijn kundigheden be treft om den toestand in onze school te beoordeelcn, rijn voorstellen bewijzen het, dat men het doen kan. Spr. is *t er mede eens. Maar of een dergelijk man. die- in de school komt een enkele maal, beier de fou ten ml kunnen aanwijzen, dan het hoofd dat daar dagelijks is en die >veet wat er ontbreekt en ver keerd is. dat meent spr. te möclcn betwijfelen. En als B. en W. ook gekomen waren met doeltreffende? verbeteringen, goed voorbereide plannen, spr. maakt rieh sterk dat de schoolopziener niet alles zou hébben afgekeurd. Spr. geeft dan ook nu zijn voorstellen nog in ernstige overweging bij B. en W. en onlraadt cnü enkele ver?>etelingen uit ie roeren en later weer wat te doendaar spr. over zeer korten tijd .toch weer met voorstellen zou wmoeten komen tot afdoende ver betering. Het voorstel van don heer Koster om deze zaak naar B. en W. terug te zenden om nogmaals advies, wordt aangenomen. Voor de heerenMeurs. Buis, Rog geveen, Koster. Boekei en Van der Kamp. Tegen ide heerenBijpost, Schoorl, Smit, Hopman en Vader. Deze laatste wijst er nog op hoe B. en W. afhankelijk rijn van den disLricls-schoolopriener en dat nu doordat cr 'weer andere bestekken enz. moeten worden gemaakt, 'net te lang duurt met dc veranderingen. De kardinale p inten waar het om gp»t rijn ii de voorstellen van li. en W. opgenomen ca konden worden beslist. De rest is meer onderhoudswerken, düe evengoed builen deze beslissing om liacld.cn kunnen worden uitgevoerd. Goedgevonden word! om eeti gedeelte van de markt en Ged. Gracht voor de kermis aan den publieken dienst te onttrekken. Vei-sc,billende af- en overschrijvingen worden goed gekeurd. Aan de heeren A. Meyer en J. Groot wordt een ge deelte van hun vergunningsrecht gerestitueerd. Een noodzakelijk gevolg van het entslag aan den heer Keesman gegeven tegen 15 Mei da', is mor gen) zegt Voorzitter, is dat een tijdelijke titularis wordt benoemd. B. en W. stellen voor dit le doen tegen een salaris van f 60 per maand. Ook stellen B. en W. voor een oproeping le doen voor een nieuwen gemeente-oprichter, op een salaris van f 800. De heer Van der Kamp brengt nog eens ter sprake dea korten termijn van ontslag. De heer Keesman brengt daardoor de gemeente in een moeilijk parket en spr. meende dat toch wel een latere datum geno men had kunnen worden. Voorzitter deelt mede. dat hij den heer Keesman zelf heeft gevraagd éen óf anderhalve maand langer te nemen, maar hij heeft dat niet gewild. Hij is niet verplicht aan een termijn, dus was er niets aan te doen. De heer Van der Kamp oordeelt, dat de Raad toch een fangenen opzegtermijn: had kunnen bepalen en daaraan had de heer Keesman zich te houden gehad. Spr. vindt het voorbeeld door Keesman gegeven als gemeente-ambtenaar in deze niet navolgjngswaard. Algemeen is men, het met deze laatste opmerking van den heer Van der Kamp eens. Volgt nu de instructie van den nieuwen function naris, en in verband daarmee zijn salaris. B. en W. stellen voor dat de gemeente-opzichter niet voro eigen rekening, of voor anderen bouwwer ken zal mogen ondernemen of het toezicht daarop zal mogen uitoefenen. Onder nadere toestemming van B. en W. zal het evenwel geoorloofd zijn, dat hij voor particulieren bestek en teekening maakt, en bouw werken uitvoert buiten de gemeente. Voorzitter deelt mee, dat wat dezé laatste toevoe ging betreft, het maken van bestek en ceelcening voor particulieren, onder nadere goedkeuring van B. en W., de leden van dit coll< niet eensgezind zijn. Aan de eene zijde werd geoordeeld, dat. als do ge- meente-opzieüter bestek en teekening voor particulie ren zal mogen maken, dit hem brengt In n afhan kelijke positie. Dan zal hij, aldus werd geredeneerd zelf bestek en teekening maken van «-en huis, dat hij straks als gemeente-opzichter zal hebben te beoor- deelen en dan bij ontdekking van fouten of anders zins geneigd kunnen zijn het een en ander door de vingers te zien. De meerderheid van B. en \V. zag dit bezwaar niet zoo ernstig in, zij wilden den nieu wen functionnaris dit inkomen niet ontnemen, boven dien nog de veiligheidsklep aangevend, dat B. on W. steeds de bevoegdheid hebben een verbod uit te vaardigen. De heer Van der Kamp ziet in het laten maken van teekening en bestek door den gemeente-opzichter voor particulieren geen bezwaar. Dat is toch heel iets anders dan het uitvoeren van een bouwwerk. De voorzitter wijst op de meening van de minder heid van B. en W., (Dit was de hoer Buis. Ver slaggever.) dat de gemeente-opzichter zal hebben to controleeren zijn eigen werk, door hem ge teekend en ontworpen, en dan bij het ontdekken van fouten ge neigd zou kunnen zijn deze door de vingers te zien. De heer Meurs wijst er op, hoe het toezicht van den gemeente-opzichter gaat over de eischen en da toepassing der bouwverordening. En wij mogen toch wel aannemen, dat de nieuwe gemeente-opzichter een teekening en bestek van een huis zal kunnen ontwer pen, dat voldoet aan, de eischen dor bouwverordening. Als hij dat niet kan, is het al heek-maal mis. De heer Buis, zijn meening toelichtend, zegt, dat bij eischt een beslist onafhankelijk titularis. Ais hij nu voor particulieren bet bestek en de teekening maakt van een huis, dat hij straks als gemeente- opzichter zal hebben te controleeren, is hjj niet ge heel vrij, dan verliest hij een deel zijner onafhanke lijkheid en zal hij zich niet vierkant tegenover de bouwers van het perceel kunnen plaatsen. De heer Koster kan zich met deze zienswijze niet vereenigen, en kan het standpunt van den heer Buis niet begrijpen. Als B. en W. nu een ter zake kundig man voordragen, na ernstig onderzoek, en de Raad benoemt dezen functionnaris, na kennis genomen te hebben van alle bescheiden, dus uitspreken doorzijn benoeming het vertrouwen in dien man, moet dan dadelijk verondersteld worden dat bij zal knoeien? Dat zou toch alle perken te buiten gaan? De heer Vader oordeelt, dat het vertrouwen voorop behoort te worden gesteld. Als wij moeten beginnen met iemand, die benoemd wwordt, te wantrouwen, gaat het verkeerd. Knoeit hij of maakt bij fouten, och, dat komt steeds uit, een knoeier raakt er altijd uit. De beer Rogggeveen zegt, het met bet voorstel van de meerderheid van B. en W. niet eenp te zijn. B. en W. daarover te laten beslissen, acht spr. niet goed, die zullen het den gemeente-opzichter niet gauw weigeren, om voor particulieren bestek en tee kening te maken. (De hr. Vader: ik wel, als ik denk dat bet niet goed gaat.) De heer Roggeveen: maar dan is het al te Iaat. Als wij de zekerheid willen hebben, dat de gemeente-opzichter de bouwverorde ning goed handhaaft, «Mn moeten wij hebben een be slist onafhankelijk inan, die het werk zal uitvoeren,, zonder aanziens des persoons. Maakt de opzichter der gemeente zelf het bestek en de teekening, dan blijft bij niet onafhankelijk. Vrij moet hjj blijven, anders, zullen B. en W. steeds moeten blijven controleeren. De heer Vader: maar doen wij dat toch niet altijd? 1 en hoe moet bet dan met de bouwwerken voor j>ar- ticulieren buiten de gemeente? De beer Roggeveen heeft £egen dat laatste geen bezwaar. Spr. wil niet dat de gemeente-opzichter, de particuliere bouwers, o. w. ook knappe vakmenschen, in wat opzicht ook concurrentie aandoet. De heer Koster vraagt of dan geconcludeerd moet worden, dat de gemeente-opzichter niet in staat zal zijn, een bestek en teekening voor particulieren ;q maken? De heer Roggeveen: de heer Koster weet wel, dat dit een, valsche conclusie van hem is. Hij weet wel, dat dit niet wordt bedoeld. De heer Koster: maar B. en W. en de Raad spre ken dan, toch wel volgens de verordening uit, dat de nieuwe gemeente-opzichter niet zooveel vertrou wen verdient, dat hem zelfs zulk ondergeschikt werk voor particulieren mag worden toegestaan. De heer Meurs maakt de opmerking, dat, ais men deze beperkende bepaling aanneemt, men dan niet zal krijgen, wat men per se wil hebben: een onafhanke lijk man. Eerder een afhankelijk man, die bij het ge ringe salaris, dat hem geboden wordt, wel niet sterk genoeg zal staan, om fooitjes te weigeren. De heer Vader kan zich de posiüe der heeren Rog geveen en Buis begrijpen, mits zij met een voorste! Komen om meer salaris te geven. De heer Buis denkt, dat het verbod van ge- i teekening en bestek voor particulieren te maken, niet zooveel invloed zal hebben op het salaris van dun ambtenaar. En bovendien oordeelt spr.. dat men nu c hechten aan het hier krijgen van een architect. De man heeft meer te doen dan het to, - zicht houden op het bouwen. Hij zal op de reinigin hygiene en vele andere zaken behooren te letten j dus moeten zijn een practisch man en niet alleen een bekwaam teekenaar. Daar wordt m i te vel Wv> [de aan gehecht 1 Voorzitter meent, dat als de man niet goed zal re U^LteekeDen' °°k hc'1 bezwaar oc> teekcningeii VOOr l)art'culieren vanzelf is opgeheven. °°k eeen aanstoot aan behoeven De heer Meurs wil toch opmerken d*" al<? meu om Swïmheiï om t>oed te kunnen teekenen, het een heele toer zal zijn, om voor f 800 klaar te komen De meerderheid van B. en W. steIt voor et i^Sï1Cil8n voorgriez©Ti te handhaven De heer Roggeveen heeft slr.k.s in dé inslnu'- hih0*?' J brand <le °PP~rbrendnKvs-er het rec-V' heeft den gemeente-oprichter te z-x-gen hor hn* hé <b' dve °p 1,0 «^n «wv, SStfiT-P-JA m racn h,cr nw'l, ZCS1 sur Uw,, |^L^odS,.ba"g d" """teüins VI to, cnaan- Voorzitter meriit ,<Iat j!lb, riUi M g- -T'iVt. iró Je baas is JiTh aan]eld»8 «01 verschil geven. Of acht de heer fiog^voen hel beier dal hier Tle orp-rbramb mecsler de ondergeschikte is r dat zai toch heKS met opgaanEn om der, gemeentes p/iehter- „mar te talen heengaan wanneer hij wil. acht spr verkend tol zou dc opperbrandmeester zonder Lip kunnen .„JA,!lt* n Rc8Sr'v<'"1 achtte hel beter de bes'fcsm- aan den Burgemeester te geven De heer Vader meent, dat zich feiten kunnen voor- hSnL, y™, opperbrandmeester de beslissing moet vul farao cr toch niet om .yian vechten Eten stem het k altijd goed gcrnai, We f ■h"'61' het aiüjd goed gasan We prn stemmen over: of U. eh \V heirK van teekening cn bestek voor particulieren n'Lï nS staan Daarvoor verklaren zich de hoeren: Korter VV der. Meurs. Van der Kamp en Hopman legen de h"™Bijpast Bockel. Schoort. Smit. Bids <fuw SThre"8 n het ait recht vc^éïf De liccr Bms oordeelt, dat nu ook reeds js Sar,: mft.j verbod voor den gemeente-opzichter on, la-slok en teekening voor particulieren le maken Bui gemeester meant. dat alleen aan B. en W het red,t B ontzegd om het verlof to geven. De hier Boekè' bhjkt met goéd begrepen Ie hel,ben waarover is -V- stemd. \Vo asan weer stemmen, nu over het niet tere staari van het maken van teekening en bes'ek voor parncu ieren. Do uitslag is als zoeven ta lsn^ %en das ook dit is den nieuwen funrtionnaris A^r- lcn' (Zie vervolg eerste blad).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1912 | | pagina 5