illllttl Billis- Adverteitie- Laifltailafl, Ie Molen van den Kouden Grond. Donderdag !"2 September J9I2. ö(5ste Jaargang N5172. Dil blad verschijnt viermaal per weak: Dinsdag-, Woensdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's.morgena 9 Hi-o worden ADVERTENTIEN in h6t eemultkornend nummer t«- i?.laatst INGEZONDEN STUKKEN éen dag vroeger. Bureau SCHaGES, Laan O 4. Ibtcrr. Teirpboot; V,. 2l) Uitoevers TRAPMnu Co. Prijs per jaar f 3.Franco per post r ,V60. Afzonderlijke nummers B cent. ADVERTENTIEN van 1 tot 6 regels t 0.25; Iedere regel meer t Ceat, Groot* letters worden naar plaamrulmte berekend. (üïeuwc abonné's op de Schager- Courant ontvangen de nummers tot 1 OCTOBE3S GRjmg. Ari ondissements Rechtbank te Alkmaar- Zitting van Dinsdag 10 September 1912. VAN EEN ZWERVELING. We mochten vandaag allereerst kennis maken, met een zwerver met na,me Petrus Slot, een wel in den achtermiddag geraakt kereltje. Hoe hij zoo in ue versukkeling geraakt en, ten slotte in, het Huis van Bewaring gestopt is? Och, zijne levensgeschiedenis zal wellicht genoeg bevatten dat het mededeelen waard is, doch hoevele soortgen,ooiten, heeft hij niet... en jwelk belangrijk percentage komt niet eens af en, toe voor de vierschaar een kijkje vah zich laten, temen... Wanneer we dius vah die allen de vollejdige, weergave van hunne Lotgevallen zouden ten beste geven... Ma ai- genoeg, we vertellen van, Petrus, dat hij den, oden. Augustus op zijne omzwervingen in den laten namid dag ook Hoogkarspel aandeed. En zooals' we weten, z'jn de uitverkorenen, die met een bezoek van dat soort heeren (of dames) worden vereerd, doorgaans bakkers en kasteleins. Spijs en drank toch is bet was i op veelal hun verlangen uitsluitend is gecon centreerd. Dat bleek ook nu. Nadat Slot bij bakker Marinus Dekkers al bellende den winkel was inge stapt en (laar de winkellade handig van een gulden of zes ir brons- en zilvergeld ha,d ontlast, toog hij naar der. 1 erbergier Degeling, wiens dochter hem eeni- ge borrels schonk, die hij met wellust verzwolgen heeft, waarna hij, de 17-jarige dochter van den huize Degeling gaf wat haar toekwam. De bakker intussclien, die zeer goed wist hoeveel hij precies in de, winkellade bad, want een uur voor ien diefstal telde hij dat geld nog, was zeer ont sticht over het gebeurde en, deed aangifte. Slot werd au opgeschommeld en in, verhoor genomen, terwijl bij builleeriiig het gestolene geld minus de borreltjes- peuten bij hem werd bevonden. Nu was hij ge knipt. Hij bleef echter voortdurend ontkennen, en, ver klaarde dat hij voor den rechtercommissaris door het rel© vragen in, de war was geraakt en ook nog nooit met de rechtbank in aanraking was geweest. „En u is tweemaal veroordeeld tot 1 jaar opzen ding," werd hem toegeworpen. s)ja maar toen ben ik njet verschenen!" redde le snuiter er zich uit. 't K a n trouwens wel waar ;ijn, dat zijn zaakje telkens bij verstek „ging". En- in, nu werd hij opgeknapt met een eisch tot-drie naanden brommen,. Mr. Leesberg, verdediger, achtte het wettig bewijs liet geleverd en vroeg daarom vrijspraak. EEN ERFENIS-GESCHIEDENIS. Volgt de beklaagde Christiaan, Vonk, een sjouwer- nan uit Hoorn, die ook al in voorarrest zit. Op pri- aa referentiën ka.n dieze sjouwerman, zich niet be- aald beroepen,. Den 7den Augustus was Chris zon- ièr een, cent -op zak en, met heel veel dorst op den nval gekomen, om zich met een npgal listig veraon- :en verhaaltje bij Notaris P. Bos te vervoegen,, in 'ezelsohap van den welbekenden, Uldrich Zemering, (ie als getuige hem escorteerde. Het heette, eenmaal a het notai-iskantoor gekomen, dat vader Vonk over- ;den was en ajs gevolg daarvan zijn 12 kinderen n kleinkinderen aan het erf waren. Men moest daar iet licht over denken. Want de bezittingen die als nalatenschap werden, opgegeven, vertegenwoordigden, voor lieden uit den sjouwermanpstand een werkelijk niet onaardig kapitaaltje. Vooreerst werd gerept van een woning die de oude heer in Hoorn had, verder bezat hij n,og een huis in Berkhout en, mocht de inboedel veilig op een waarde van f 3000 geschat wor den. Voorzeker geen bagatel Nu waren de talrijke erfgenamen in broederlijke eendracht overeengekomen, dat er maar verkooping moest plaats vinden ten ein.de de nalatenschap nader i te regelen. En ten slotte werd dan de assistentie van den notaris Bos daarbij verzocht, Uldrich Zemering, ook lang geen onnpozel broekje, dat voor het eerst komt kijken, kon zijn rol blijk- I baar uitmuntend en had een breede opvatting daar van. Hij huilde tenmin.stei tranen met tuiten, en wijdde 1 in zeer toepasselijke en vloeiende bewoordingen uit over het hartgrondige medelijden dat hij met den „aangever" Vonk had, over het smartelijke verlies door dezen geleden, waardoor zijn zoo diep getrof fen boezemvriend Vonk meer dan kapot was, enz. enz. Inderdaad wisten zij het bij den, natuurlijk niets kwaads vermoedenden, notaris zoo ver te schoppen, da,t deze na opsomming van al die mededeelingen geen bezwaar liad,, om Von,k tegen kwitantie de f2.50 te leenen, die deze op afrekening van. de „erfenis" verzocht te mogen, ontvangen om aan, een, tijdelijke geldverlegenheid tegemoet te komen. Er ontleenden zich aan het droevige geval natuurlijk eenige on kosten, zoodatEnfin, 't liep Vonk en, zijn com pagnon, in de boosheid nog mee, dat Bos toevallig geen rijksdaalder had en daarom maar f 3 aan zijn bezoeker leende. Niemand blijder dan ons tot tranen geroerd tweetal. Want louter om eenjg handgeld was het hen te doen geweest. Welnu, dat hadden ze nu. Ze konden thans drinken naar hartelust. Toen door een der heeren van het notariskantoor- personeel werd ontdekt, een poosje na het vertrek der heeren Zemering ën Vonk, dat de oude heer Vonk nog springlevend op straat liep, was 't natuur lijk mooi genoeg en, werd er toch eens eventjes werk van het zonderlinge zaakje gemaakt. En toen duurde het ook niet heel lang of men kwam er achter, dat er nagenoeg geen woord waai- was van heel de op somming door Vonk Junior gedaan. Noch te Hoorn, noch te Berkhout had papa Von.lt een huis en zijn in boedel beliep ook lang geen, drieduizend pop. Dat rooide er niet naa.r. Ook waren er bij dat dozijn „erfgenamen" geen kleinkinderen, want 't waren al len kinderen van. den kolossaal met kroost gezegenden ouden heer. Christiaan liep er dan, ook secuur tusschen, toen, men op hem het oog had geslagen. Nu, hij erkende nogal vlug, dat hij vlotweg gelogen had. Zijn meer ver wij der d doel was een broek te koopen. En aangezien liij drommels goed begreep, dat je bij een notaris in diens kantoor geen miniatuur-oonfectie-magazijii vindt, praatte hij daar de centen los, om die elders voor een broek neen voor sterken drank te be steden. Wat hebben, hij en Uldrich er een extra slor- digen dag vaitvgeupmen,! Uldrich wist den langen arm der wet te ontwijken,en op hem kon men blijkbaar niet in voldoende mate „vat" krijgen». De heer Officier vond het een gemeen,e handelwijze van beklaagde, om zijn vader als dood voor te stellen en vervolgens den Notaris op te lachten. Dergelijke feiten zijn echter niet nieuw in ons arrondissement. Eenige jaren, geleden, toch werden Mr. Dorbeck en nu wijlen Mr. A. P. de Lange de slachtoffers va,n een soortgelijk samenweefsel van verdichtselen. Ieder hun ner werd toen wor eenige guldeus opgelicht. Tegen, Christiaan Vonk edschte spreker ten, slotte wegens op lichting drie maanden gevangenisstraf. Mr. Cohen Stuart vroeg in een geestig; en van groo- te welsprekendheid getuigend requisitoir ontslag van rechtsvervolging voor den beklaagde, voor wien hij als toegevoegd verdediger pleitte. Feuilleton. gen van Den dominé brak het zweet aan alle kanten uit, zwaar werd hem plotseling de last in zijn ban jo. Maai- hij hield het uit en liep rechtuit op de aats aan, waar de raaf was uitgevlogen. Over steenen en stukken muur moest hij klauteren dan stona: hij boven het gat. Terwijl hij zich neerboog en het stuk steen er in zde, toen zag hij achter den muur een boom, dien emand van beneden af zien kon. Het sap kon men het hout zien stijgen en het leek alsof de boom oeide. Tusschen de takken echter stond rechtop et heldere cogen de verdwenen deerne. Zij was ech- r dood, hetlemaaj -dood en stijf, maar met een ilni geiaat, zonder eenige vrees. Men heeft het hjk naar Jacobshof gebracht en in -.P goed graf gelegd. Somwijlen kwam de raaf en «g op het gTaf zitten en pikte met zijn snavel in la grond. Eu toen de domin,é een takje hazelaar op het graf patste, toen groeide het zoo hard, dat er bijna p houden aan was. En het heet, dat het groot* pen naast de Jacobshofer kerk er het gevolg va» 'De blln,de grootmoeder is meer dan honderd jaar geworden- Zij zat den ganschen zomer onder den im in de schaduw, hield de handen in den schoot ouwen en luisterde hoe de wind zong. laar zij had goed luisteren en niets te doen, want dam inzorgde voor haar geheele onderhoud. Fat zij onder den boom gehoord heeft, .heeft zij it aan wien ook ter wereld verteld. Maar het moet en heel wat wonderlijks zijn geweest. Ikt een van, de oude geschiedenissen die in öari begonnen. (iet. andere verhaal is heel wat jonger en Michel de geschiedenis zelf beleefd. In den stal bij t voeren heeft hij het eenmaal aan Heinrich ver- K uisschen Nieuwjaar en Driekoningen hadden de èjes van Breithof die van IJacobshof uitgenoo- W op een, kransje. Pij zijn in, de groote kamer van den timmerman HET WAS KERMIS IN EGMOND. Weggebleven was de volgende beklaagde, een Eg- monder visscher Gerrit Dekker genaamd. Deze liad den 28sten Mei jl. in zijn vreedzaam onlangs zoo aar dig in l'eestdoscli gestoken, visschersdorp een beetje •te veel op ter gelegenheid van de Egmond-Zeeër ker mis. Hij had wat lang getoefd in de Voorstraat in het café De Vergulde Valk van Jacob Halff en was ten slotte in. een vechtpartijtje, dat daar plaats vond, gewikkeld geworden. Gert, die er van houdt, om de zaken te „behandelen" kreeg het daarbij met een der spruiten van de nogal wijdvertakte familie Zwart te doen en nam, het café verlatende, daaruit een stoel mee om als hij dat dienstig oordeelde, er mon sieur Zwart een lik mee om zijn ooren te geven. Daar meent zijn beneveld oog iets „Zwarts" te zien loopen enpats, de geen kwaad vermoedende voet ganger krijgt een geduchten mep met den stoel. Nu was deze wandelaar per abuis niet Zwart, wien dit gevoelige presentje was toegedacht, maar Arie Stajn Arntzoon, de wettige 50 procent van de ote- vige Kniertje de Groot. Visscher Arie verkoos zoo'n opstopper niet goedsmoeds te accepteeren, maar ging! met zijn bebloèden, kop aangifte doen. En dat hij ge raakt was men behoefde er heusch niet aan, te twijfelen, 't Was onloochenbaar waar en zicht baar! Nu liep de onbesuisde Gert er tegen op en tegen hem vorderde de O. v. J. vandaag 3 maa.nden gevangenisstraf. EEN-ANDERMANS RIET. Hannes Bourgonje, een Ultgeester arbeider, was in Juli jl. zoo vrij om een hoeveelheid riet, toebehoo- rende aan den polder van Berouw, weg te nemen en per vaartuig te vervoeren. Die polder is in beheer bij dén polder Citgeester- en Heemskerkerbroek en de Heemraad des polders Jacob Bus, 'n 72-jarige nog krasse oude heer had de wederrechtelijke toeëige- ning van wat des polders was gezien en weten te bewerken, dat er een strafzaakje van groeide. Hannes had er den brui van gegeven om heden te verschijnen. Het afgesneden en in de praam gestopte riet werd. na aangifte van 't gevalletje bij veldwach ter Schouten, door dezen in beslag gen,omen. Het was onbetwist eigendom des polders, waaraan Bour gonje zich had vergrepen, een delict dat aJs stroo- perij met behulp van, een vaartuig werd gequajifi- ceerd door den heer Officier, die f 5 boete of 5 dagen hechtenis tegen den weggebleven; beschuldigde req uireerde. LEELI.JKE BALDADIGHEID, j Johannes Ooteman en Franciscus Briefjes, beiden van- Lutjebroek, gemeente Grootebroek, mochten zich nu aan de vierschaar vertoonen. Het, zijn fiksche boerenjongens van mooi twintig jaren, struische kna pen, die eigenlijk beter konden doen dan de lawaai saus opscheppen waarvoor ze" thans terechtstonden. Om bij een, 79-jarigen grtjsaard de ruiten met steenen in te timmeren en uit zijn straat een heelen hard- grauwen klinker te breken, en dezen bij zijn, even verder wonenden zoon door de woonkamerruiten te smijten, zoodat hij midden in het vertrek terecht komt, dat is waarlijk zoo'n heldenwerk niet. En dat i hebben ze toch gedaan. Dat staat vast uit de verkla ringen van den, ouden Sijfert de Wit en zijn zoon I Jan, veehouders te Lutjebroek. De steenen en brok- ken, grinf dienden trouwens als zoovele bewijsstuk ken, die op de raamdrempels gevonden werden. De oude beer, nog heel kras voor zijne jaren, had des nachts om 't lawaai het bed moeten verlaten en, was ook 's morgens al weer heel gauw present, voor half 5 uur reeds, om de hem en, zijn, zoon toegebrachte schade eeps op te nemen. Het bepaalde zich hoofd zakelijk tot eenige bespatte en. gebersten glasruiten. Er schijnt bij sommige dorpsjongelïeden animositeit tegen de De Witten te bestaan. In;tusschen, waren de boertjes en daar hadden ze ge lijk in, met die nachtelijke visites niet ingenomen Gien gekomen, hebben gesponnen, gelachen en, ge zongen, zooals het gebruik was en. de jongens hadden de flesch niet meer aangesproken dan, geoorloofd was. Maar overal was het in dien tusschentijd begin nen te sn,eeuwen, zooals dat kan gebeuren als de hemel bijna op liet bosch hangt. Die luidjes, die in de kamer vroolijk bij elkaar zaten, hadden het even wel niet bemerkt. En, die timmerman van Breithof was een spitsboef, die, toen hij voor de laatste maal om 't huis liep en zag hoe de zaak stond, dadelijk aan een, grap dacht. Hij maakte alle luiken toe, schudde de sneeuw va,n, zijn muts en kiel en zeide, toen hij iu de kamer kwam: „Spinnen jelui maar meisjes, de maan komt op, en over een, paar uur hebben jelui een moolen, tocht naar huis." Maar Christina van, den smid van Jacobshof, die steeds zeer bij de hand was en nu vooral, omdat haar schat, de smidsknecht, niet tot, het kransje was uitgenoodagd, zeide: „Vadertje, dat is een praatje. Het is pas nieuwe maan op den kalender." Maar de timmerman ontstreed dat. en deed alsof 'n kalender zocht,, toonde haar ten slotte een ouden, en bewees, dat het volle maan was. Toen haalde hij nog een groote kruik wijn uit den kelder en schonk de bekers npg eens vol. En de klok zette hij heimelijk terug en toen -het al bij middernacht was, wees de klok pas tien uur aa,n. En toen, allen opstonden en de jongens de boeze laars van, de meisjes uitschudden, moest Christina haar eigen schort uitschudden, omdat haar liefste ontbrak. Zij deed het met een bleek gelaat en toen de anderen lachten zeidë zij, dat zij het voorgevoel had, of vandaag nog zou een voorname vrijer naar haar schort grijpen. De timmerman, deed ten slotte de deur open en toen zagen allen welk een weer het was. En de weg was heelemaal volgesneeuwd. Toen gingen allen terug en lachten en, de jongens zeiden, dat er geen doorkomen aan was en de tim merman moest, nog meer wijn uit den kelder halen en wat hooi in de schuur neerleggen voor een slaap plaats. Maar de meisjes riepen en lachten; en gingen aan als kippen, wanneer zij den voederbak zien vullen. Slechts éene bleef stil en zeide ten slotte, toen het dolle lachen verstomd was, dat zij naar huis moest, het kostte wat het wilde. Allen schrikten ervan toen zij Christina zoo hoor en, deden van de geconstateerde vernielingen aangifte bij de politic. Kees Zwart, Kees de Wit en Piet Tulp waren, mee van de partij geweest en konden, nu als getuigen dienst doeiv Het hcele stelletje was van Boven,karspel af op Lutjebroek af komen zakken. Aardig wel. als je die lui op nachtvisite krijgt! Nu wilden beklaagden nergens van,weten; ze hadden niets gedaan en wisten aergens van, doch hadden wel van het voorgevallene „gehoord". De O. v. J. had aanvankelijk niet veel verwachting van het zaakje, wat het bewijsmateriaal betrof en vermoedde dat het 't lot zou deelen van zoovele soort gelijke zaakjes, die of bij de politie, bij 't parket des Officiers of wel bij den rechtercommissaris te laDd komen, doch geen van allen de zitting bereiken. Intusschen is Z.E.G.'s meening daaromtrent gewijzigd geworden en 't zaakje met goeden moed ter zitting van heden aangebracht. Deze beschuldigden zijn tame lijk welgestelde boerenzoons. Boete zou voor hen geen straf zijn., vooral n lichte boete niet, want dan zouden ze met de getuigen in vereeniging bet be- somde getuigengeld vandaag wel lekkertjes „frisch" maken. Neen gevangenisstraf is hier d e maatregel en geëischt werd tegen elk der beklaagden, twee weken brommen, KINDERWETTEN. Een 10-jarig scholiertje uit Enkhuizen stond he den met toepassing der kinderwetten achter gesloten deuren terecht. DAT KON WILLEM BEST GEBRUIKEN. De zevende en laatste zaak betrof de wederrech telijke toeëigening door Wilhelmus Apeldoorn te Eg- mond Binnen, van, een zak of vijf veldslazaad en veld sla ten nadeele van drie zijner dorpsgenooten, land bouwers evenals hij. Het was den, l 6den en 17den, Juli jl.. dat hij zich verstoutte om zich aan den eigen dom van anderen te vergrijpen. De bestolenen, C. v. d. Berg, Maarten Schuit en Kees Baltus, lieten het er echter niet bij zitten, maar probeerden er achter te komen wie hun, die zakken van elk ruim f 15 waarde had ontfutseld. Er werd al heel spoedig een kijkje genomen op de gronden van Apeldoorn, die ook datzelfde zaad verbouwt en die lang niet op een goed blaadje staat bij de anderen,. En jawel hoor, veel dikker dan de natuur het meebrengt en veel weelderiger en overvloediger dan ooit iemand het teelde, lag daar het zaa,d op 't land, liefst ov?r onkruid en al heengestrooid. Daar kwam nog bij. dat liet bijgestrooide zaad andere bestanddeelen had. als ijzerroest en, afval van beerbemesting, dan voorkwa men in Apeldoorn's eigen geteeld va ari Bovendien vond zekere Christiaan Brouwer de gele digde zakken aan den, walkant van den „bouw" des verdachten. Altemaal aanwijzingen, die de betrok kene benadeelden er toe brachten om aangifte te doen bij de politie. Agent Kramer en, rijksveldwachter Van Lingen stel den nu een serieus onderzoek in en het einde was, dat de zaak heden berecht werd met tal van getui gen, waarvan, de een dït en, de ander weer dat wist te vertellen. Toen eindelijk de O. v, J. aan 't woord kwam, ver namen we van dezen dat Wilhelmus al meer wegens strooperij was veroordeeld. Het vertrouwen van zijn medelandsiieden, had hij nu erg geschonden Veld vruchten, zaad, enz. moeten, veilig zijn voor 't pu bliek. Men kan die n,u eenmaal niet per brandkluis veilig opbergen. Beklaagde zelf gaf toe, dat het ont vreemde op zijn lan,d was aangetroffen,, doch ver klaarde, absoluut njet te weten hoe 't er kwam. Hij zelf had het er beslist niet gebracht, heette het. Enfin, de rechters geloofden daarvan natuurlijk zoo veel als ze wilden en tegen Apeldoorn werd tenslo':e drie maanden gevangenisstraf geëischt wegens de hem ten laste gelegde strooperij. A.s. Dinsdag uitspraken. den redeneeren, en zij verzetten zich tegen 't plan en bezwoeren, haar, dat zij niet met 't hoofd' door den muur zou loopen. Maar een stijfhoofdig vrouwmensch is niet gemakkelijk van haar eenmaal opgevat plan af te brengen- Christina lachte wat en zeide, zij moest en zou naar huis, zelfs al verzette de diuivel zich daartegen. Toen da,chten de anderen, dat zij zoo uit haar hu meur was, omda,t haar schat niet gekomen, was en lieten, haar keur gang gaan. Bij den, timmerman werd het een vroolijke nacht, waarover maar niet verder gesproken moet worden. Ma,ar Christina is niet thuis gekomen. Men heeft haar den anderen dag dood in de sneeuw gevonden, j Eenzaam in het veld lag zij, een eind van den weg af. Haar parapluie stond naast haar in den grond en aan haar schort waren sporen als van reu zenvin gers. Men had eerst haar vrijer den ouden knecht ver dacht. Maar die kon bewijzen, dat hij dienzelfden nacht bij een ander was geweest in Hohenweiler, om dat Christina hem niet langer beviel. Daar waai- Christina haar dood heeft gevonden, heeft men een steenen kruis geplaatst, met een spinnewiel er op. Een ieder kan het in het veld zien staan. Dn wanneer iemand zegt, dat het kruis een paar honderd janr oud is, dan weet die niet, wat Michel weet, die ailes van zijn moeder heeft ge boord. Zoodoende is Jan,uari voor de Jacobshofers geen goede maa,md. Het is niet zoo gemakkelijk te vertellen, wat er alzoo in die jaren is gebeurd, iq, dezen tijd van het jasj', wanneer de mannen en vrouwen binden zitten. En het is geen wonder, dat er dan van alles ge beurt. De Jacobshofers worden in den win,ter mopperig en boos, zooda,t het kwade en booze gemakkelijk spel met ben heeft. Zij zijn zoo vol wantrouwen en in hun hoofden spoken de malste gedachten rond. Velen worden zich niet bewust van iets bijzon ders en leven dof onder den druk voort, totdat de Maartsche winden de wolken uiteenjagen. Anderen zijn als visschen onder het ijs, zij willen meer lucht en zoeken naar gaten, waardoor zij hun j kop in vrijheid kunnen steken. I Daar zijn jongeren, die maken het dan heel bont met diinken, spelen en met die liefde, die als het st,erke gas in de vuilste poel de grootste bla/^n maakt. Maar ook menige oude wordt het te eng. Zij, die in den zomer het verlangen en zuchten van het won- deii-jke ding, dat men een menschelijk hart noemt, onder harden arbeid het zwijgen opleggen, zoodat het niet te lastig wordt, d:e voelen nu dat er in hun binnenste iets is, en hoe het knaagt en boort en fin ar een weg zoek t Deze totrt nu is in Breithof njet heel dik ver tegenwoordigd en voor hen zette de kinderloo-z.e schoolmeester zijn huisje open, om zoodoende sa men te kunnen komen.. Zij wilden niets beters en niets geringere, dan cp eigen houtje, met den, bijbel in de oene en da schi L- turen van een vroom man in de andere band, achte den lieven God loopen, door dik en dun. Dat is geen kwaad ding. Eu op ecu paar lastige schreeuwers na, onder wie de burgemeester van Ja cobshof, meende een ieder, zelfs de dominé, dat men dien menschep hun gang moest laten gaan- Tot dezen kring, die ndet zoo heel groot was, en bijna slechts uit oudjes bestond, behoorden Stunden- Wilhelm en ook Regele van den Kouden Grond. In den, zomer hadden zij maar heel zelden samen komsten. Maar tegen Kerstmis, wanneer het. aard- sche koren gedorschen was, dan maakten zij zich op, om het geestelijke koren te winnen. En of daarbij leeg stroo gedorschen werd en, veel kaf stoof, dat hinderde niet. want toch bleef menig maal in bun kromme vingers menig korreltje achter, en zij konden in waarheid zeggen: Heer, wij hebben nooit gebrek gehad, zoolang wij in Uwen dienst wa ren. Dat kouden niet alle dienaars des Heeren zeggen, al was het dan, dat zij de grove leugen van het té beweren, njet schuwden. Allen die in het achtergelaten huis van den school meester kwamen, waren stille menschen. Zij hadden geen apostel onder zich en geen evangelist, die hen het brood des levens, dat zij geloovig en met alle moeite zochten, zwetsend voorkauwde en heel on smakelijk met eigen speeksel had vermengd. Ook had geen enkele onder hen de gave van, het woord. Deze knallende zweep van den aandrijver, die nieuwsgierige meeloopers mee voortdrijft en de kerntroep kopschuw maakt. In stillen, harden eenvoud deden zij den eeu wigen, mensehenplicht: zoeken en hopen. Wordt ven-o iai

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1912 | | pagina 1