m m as 'W 'W m ÉH 8 m iH Wt m" m m Crew oii Land- eo Mom. Voor Dammers. lig IP /x 1 m %38kS .jgf? np iRS 9 §j§ 'jj| 9 - B Ss fï 11 De Coöperatieve Zuivelorganisatie. Zaterdag 16 November 1912. 56e Jaargang. No. 5218. DERDE BLAD. PARTIJ, gespeeld in den, Internationalen wedstrijd te Am - sterdam op 25 Aug. 1912, tusschen, de heeren H. J. van den Broek van Rotte,rda^m (wit) en, Dr. A. Moli- inard van Lyon. Hoogst interessant wegens de hekstelling op het' midden genomen. 1. Wit: 33—28. Zwart: 17—21. 2. 3933. 1117. 'Noodiigt uit tot opsluiten,, met Let stille pla,n later naar veld 27 op te rukken,. 3. Wit: 312 6. Voldoet aan de uitnoodigiug, waardoor belangwek kend spel te wachten is. 3. Zwart: 711. 4. WH: 44—39. Ziet wel in, dat zwart voornemens is om veld 27 te bezetten, en belet dit/ voorshands. 4. Zwart: 2025. 5. Wit: 3631. 17. 6. 4136. 1924. Maakt de baan vrij om zonder verli.es met 2127 op Ite kunnen komen, 7. Wit: 5044. Op 3127 speelt zwart 2530, 2429, 1420 10 30, 1822, 13 35 en, wint 2 schijven. 7. Zwart.: 2127. Deze aanval op den langen vleugel wordt krachtig gesteund door de onmogelijkheid voor wit om den indringer van veld 27 door afruilen te Terwij deren. 8. Wit: 31 22. Zwart: 18 27. 9. 3/5:21. 16:27. 10. 4641! 1420, 11. 3430. 25 34. 12. 39 19. 13 24. 13. 40—34. Op 4439 had zwart den vernietigenden Haarlem- schen slag 2430, 20:29, 1721, 11:35 uitgevoerd. En op 4339 T.Iut zwart een schijf door 2731, 1722, 12 34. 33. Wit: 27—22! Uitmuntend! De rerdediging bereikt nu volkomen baar doel. 33. Zwart: 18 27. 34. Wit: 3731. 2126. 35. 31 22. 1117. 36. 22 11. 6 17. 37- 3228. 1721. Dreigt met 2631 en belet wit om op 22 te gaan, waarop 2127 zou volgen. 38. Wit: 3832. Zwart,: 2127. 39. 32 21. 16 27. 40. 4338. 913. 41. 3934. 2631. Op 49 of 10 volgt wit 2823 enz. 42. Wit: 28—22. Verkiest den veiligsten remisegang, hoewel 38—32, 33 42, 36 9 eveneens gelijk spel zou geven. 42. Zwart: 27 18. 43. Wit: 36 27. 49. 44. 2721. 1823. En na nog enkele zetten werd de partij remise ver klaard. 10—14. 913. 510 gedwongen. 14 32. 13- Zwart: 1.4. Wit: 44—39. 15. 3430! 16. 30 19. 17. 37 28. 1116. Om veld 27 bezet te houden, zou hier 2024 npo- dig geweest zijn,. 18. Wit: 3329! Juist! Om zich daarna van den lasbigen, zwarten indringer op veld 27 te kunnen ontdoen, 18. Zwart: 10—14. 1218?? gaf belangrijk verlies door wit 2924, 38—33, 43 1. 19. Wit: 3832. Een, nuttige en noodige opruiming. 19. Zwaprt: 27 38. 20. Wit: 42 33. 711. 21. 4742. 2025. 22. 4238. 1420. 23. 4137. Alleen door 2823 had w.it hier de dreiging met de hekstelling kunnen bezweren, daar op zwart 13 18 gereedelijk wit 3530, 39 30 kon volgen,, en op zwart 20—24, 25 14, wit 41—37. 28. Zwart: 1219. Vervolgt zijn doel om zich in de hekstelling te hegeven, welke in de middenpartij genomen, veel kans geeft op winst. 24. Wit: 37—31. 1 3732! had. het gevaar nog at kunnen, weren door daarna op zwart, 1924 met 3530, 28 30 af te ruilen. 24. Zwart: 1924. Nu de hekstelling ingenomen is, wordt de strijd hoogst interessant. 25. Wit: 3832. 2823 had niets genat, daar zwart 1722 op speelt, gevolgd door 1218. 25. Zwart: 1721. Belet hiermede, dat wit door 3530, 28 30 de ■telling verbreekt. 26. Wit: 26 17. Zwart: 11 22. 27. 28 17. 12 21. 28. 3127. 32 bad gevoegelijk naar 28 kunnen gaan om daar na 43 naar 32 en 49 naar 43 op te brengen, om met 3530 de stelling te verbreken, want zwart 2126, 2631, 3127 werd verhinderd door wit 3127, 2722, 4338 daarna op 32 waarbij zwart eén «chijf in zou boeten. Evenzoo geeft 3126 wit zekere kanp uit de^Lek- telling te geraden, hetzij door: 3126, 26 17, 3530, 3328, 2—7, 7—12, 25 23, x of ook 3126. 26 17, 3631, 31—26, 32V 21, 27, 712, 12 21, 21—27, 16 27 4338, 4944, 3832. enz. 28. Zwart: 812. Gaat wit nu op 22 dan volgt zwart 1217. 29. Wit: 4338. Zwart: 1218. Hiermede wordt de stelling zeer sterk. 30. Wit: 4842. Zwart: 27. 31. 4943. Sluit de schansen bekwaam af alvorens verder ter verdediging op te rukken. 31. Zwart: 711. 32. Wit: 4237. De stand is hoogst interessant. Wel en wee han gen af van hetgeen nu volgt. Zwart. - Wit 32. Zwart: 39? 1117 kon geen winst brengen, want wit ruilt af met 2923, 2722, 32 34. Evenmin 27-22, 37-31, 31:22, 22 11, 32—27! 3« 27, 38, 18:27, -12, 11-17, 17, 21 32, waarop zwart niet 1721 vervolgen kan, want dan wint integendeel wit door 3934, 3530, 3328, 29 7, en op andere voortzetting wordt blijkbaar de remise onvermijdelijk. De diagramstand is in ieder geval grondige studie. STIKSTOFHOUDENDE KUNSTMESTSTOFFEN. I. Do stikstofkwestie is lang niet de eenvoudigste in do landbouwwetenschap. Er zijn n.1. meerdere gronden aan te wijzen, waar zelfs na jarenlang oogsten zonder opzettelijke toediening van kali, klaarblijkelijk nog een voldoende hoeveelheid van deze stof in den bodemi aanwezig is, zoodat een bemesting met kalihoudende meststoften zoo goed als zonder resultaat blijft. Ook voor ljet phosphorzuur zijn dergelijke gronden wel le vinden. Een .grond echter, waarvan na jarenlang nagelaten toe voeging van stikstof evengoed nog een flinke oogst wordt gehaald, Bestaat praetisch niet. Wij bedoelen met dit laatste niet. dat ex- geen gronden zouden zijn, waarvan goede opbrengsten werden verkregen, zonder dat er stikstofhoudende kuns'meststoffen werden toege voegd. De stikstof toch kan in andere vormen, ook in den grond worden gebracht, bijv. met stalmeslbemestïng of met stoppel- en wortelresten van vlinderbloemige gewassen. Stikstofbehoefte zal dus bjjna overal na betrekke lijk korten tijd zijn te constateeren, wanneer de stik- stofvoorraad in den grond niet op de een of andere wijze wordt aangevuld. Als men voor verschillende bedrijven eens een stik stofrekening opmaakt, d.w.z. men berekent aan de hand van de eenvoudige tabellen, waarheen we reeds meer verwezen, hoeveel stikstof het bedrijf verliest met de afgevoerde producten, zooals zaden, s'.roo, bieten e.d., levende dieren, melk. kaas, en men stelt daar tegenover de stikstofwinst door aankoop van voedersfoffen en kunstmest, waarbij men desnoods nog eenige rekening kan houden met waarschijnlijke stikstof verliezen bij het bcwarer van dp uitwerpselen van het vee), dan zal men vaak zien ,dat de rekening niet klopt en [liet bedrijf in zijn stikstofvoorraad meer of minder sterk aclileruilgaat. Onder de bouwbedrijven nu zijn er zeer veel, waar) het verschil zóó groot is, dat men belangrijke hoeveel heden slikslofmest moet aankoopen om goede opbreng sten te kunnen blijven verkrijgen. De stikstof immers is voor liét leven van elke plant volstrekt onmisbaar. Zij maakt n.1. het kenmerkende bestanddeel uil yan de eiwitstoffen en deze vormen op haar beurt het hoofdbestanddeel van het protoplasma, d.i. hot levende deel van de plantencellen. Zonder stik stof is het leven derhalve onmogelijk. 't Is jammer, 'dat daar tegenover slaat, dat van allo planten voedingsstoffen de slikslof ook verreweg: het duurst is. Vergelijkt men bijv. den prijs per kilogram1 van stikstof, phosphorzuur en kali in de meest geb mikte kunstmeststoffen, dan blijkt de prijs van een kilogram kali en phosphorzuur van ongeveer 20 en minder tot 25 cents tc bedragen, terwijl de prijs van een kilogram stikstof van 80 tol 90 cis., dus ongeveer vier maal zooveel bedraagt. Terwijl dus aan den eenen kant het voortdurend tekort aan stikstof in vele bedrijven dwingt, ook met het oog op de 'gewichtige rol, welke de stikstof bij de plan tenvoeding speelt, vooral niet te weinig stikstofhoudende mest aan to brengen, drijft aan den anderen ika!n;t de hooge prijs der stikstof den landbouwer tot de grootst mogelijke 'zuinigheid met dit dure artikel. Voor we de bespreking van de verschillende stik stofhoudende kunstmeslstotfen aanvangen, is het echter noodig even na te gaan, in welke vormen de stikstof in den bodem voorkomt en in hoeverre verschil in. vorm invloed heeft op de opname van stikstof door de plan ten en daarmee op den groei der planten. De bespreking dier Verschillende vormen, waarin we de stikstof aan treffen is daarom ook van zooveel belang, omdat we in ongeveer diezelfde vormen de stikstof ook bij. de verschillende stikslofbevattende kunstmeststoffen aantrel- fen. In hoofdzaak dan onderscheiden we drie vormen, waarin de stikstof in den bodem voorkomt, en {wei als organische stikstof, als ammoniakverbindingen en als salpeter. Eigenaardig is nu zeker, dat we wel kunnen aan nemen ,dal de planten de stikstof alleen opnemen in den vorm van salpeter. Er is ,\vel aangetoond, dal verschillende gewassen de stikstof ook wel voor' een deel kunnen veiwerkeifals ammoniakverbindingen, doch de regel blijft, dat deze verbindingen eerst in salpeter overgaan, alvorens de planten de stikstof opnemen. Organische stikstof wordt door de planten niet op genomen. In dezen vorm komt de stikstof o.a. voor #n humus, in stalmest, dn stoppel- en wortelresten van vlinderbloemige gewassen, bijv. erwten, boonen en klavers. Voor een groot deel evenwel kunnen de organische stikstofverbinuingen vrij gemakkelijk overgaan xn an dere verbuidingen. Bij het ontleden n.1. van organische stoffen gaat de stiks.of hierin, voor het grootste deel over in den vorm van ammoniak. Deze onLeding is hel werk van bepaalde rottingsbacteriën. Hoe beier ue lucht toe kan heden en hoe hooger de temperatuur is, (des te gemakkelijker grijpt de ontleding dei' .organische stollen in den grond plaats, des te sneller ook ver dwijnt derhalve de organische slikslof. Gronden, welke behoorlijk ontwaterd zijn en daar naast een groot gehalte aan humus bevallen, bezitten in deze humus een rijke bron van slikslof, waaruit door de voortdurend in den grond plaats hebbende ontledingiswerkzaamhedd der bacteriën, geleidelijk stik stof ter beschikking der planten vrijkomt. Al kunnen de planten de stikstof uit organische) stoffen derhalve niet als zoodanig benutten, blijken; echter deze stoffen voor den landbouwer van ^eer veel belang te zijn. De stikstof is n.1. in dezen vorm zooi* goed bewaard,, doordat ze in dezen vorm niet in het bodemwater kan oplossen en verloren gaan, ter wijl aan den anderen kant, zooais boven bloei, de stik stof toch weer gemakkelijk voor de planien ter be schikking kan (komen. Bij de ontleding van organische stoffen gaai de sak- stof dus over in ammoniak. I Ammoniak is een gas met een scherpen, prikkelenden reuk. Men kan het 's morgens in s.allen, vooral varn paarden, vaak bemerken, o.a. doordat het sterk op de oogen inwerkt, welke onder de inwerking van .het ammoniakgas veel traanvocht beginnen af te scheiden. Als men nu weet, dat ammoniak voor 14/1/ deel van zijn gewicht, dus zoo goed als geheel uit sikstef bestaat, dan laai hei zich inzien, dat men in den ammo niak gemakkelijk heel wat van de dure slikslof zou kunnen verliezen. De ammoniak, welke in den grond door de ont leding de stikstofhoudende organische stollen ontstaat, is echter niet verloren, aangezien ammoniak bijzonder gemakkelijk in water oplost. _ln den grond komen altijd voor verschillende zu- -ren, waarmee de ammoniak zich gemakkelijk kan ver binden, onder vorming van z.g.n. ammoniakzouten. zooals koolzure ammoniak, humuszure ammoniak e.d. GGevaar voor uitspoelen van de ammoniakzouten is gewoonlijk niet le duchten, aangezien .deze verbindin gen door den grond kunnen worden vastgehouden, ge absorbeerd, zoodal het doorzakkende water de am- moniakzoutcn niet mee kan voeren. Zooals we echter boven reeds zagen, vormen ook ammoniakverbindingen (nog niet het stikstofvoedsd bij uitnemendheid voor de planten. Er zijn nu in gjen grond verschillende .bacteriën aanwezig, welke de am moniak verder .verwerken en er salpeterzuur uilmaken, 't welk zich met verschillende stoffen in den grond, zooals kalk. natron, kali e.d. verbindt tot salpeter, waarna de stikstof voor de plant opneembaar is ge'wor- den. Dit laatste proces, het omzetten van ammoniakver- bindingen in salpeter, is bekend onder den naam van nitri fica tie. Wc zullen over dat proces iels meer moeten zeggen, aangezien daarbij tevens een der groot ste verschilpunten tusschen de beide voornaamste stik- stofbevattende mes'sloffcn, het chilisalpeter en den zwa velzuren ammoniak, beter kan worden begrepen. We zullen daarmede het volgende artikel aanvan gen. D. E. LANDMAN. VI. De Inrichting of liever de samenstelling van den, coöperatieven, bedrijfsvorm brengt voor den veehou der grootere bestaanszekerheid mede. Immers de leden zijn direct belanghebbenden bij den gang van zaken in, eene coöperatieve fabriek. Door hunne meelklevering, kunnen zij een voordee- ligen gang van zaken bevorderen of tegenwerken. Dragen zij zorg voor goede, versche, zindelijke melk, dan zal daardoor de productiviteit worden verhoogd en zullen de leden het directe 'financiëele voordeel er van ondervinden. Immers goede melk van onberis pelijke kwaliteit en hoedanigheid, geeft hij een doel matige inrichting van het bedrijf, de grootste zeker heid voor goede producten, die "t meeste geld op brengen -Aan den anderen kant ondervinden de vee houders direct het nadeel in, hun geldbuidel, wan neer de zorg voor de melkgewinning en, melkbehande- ling bekrompen of onvoldoende is. Stellen we nu den speculatieven en den coöpera tieven bedrijfsvorm eens naast elkaar, aan de hand van het tot dusver besprokene. We krijgen dan het volgende beeld: A. Speculatieve vorm. lo. Veehouders ontvangen: opbrengst producten verminderd met onkosten en dividenden. 2o. Veehouders staan buiten de zaak. 3o. Veehouders vormen, voor den fabrikant afschrij ving en reserve. peratieve zuivelbereiding is gebaseerd op onderlinge samenwerking. Waar dit idee aan elke fabriek ten grondslag ligt. valt het m. i. ntot te verwonderen, dat de fabrieken onderling met elkaar in aanraking trachten te komen, om zco gemeenschappelijk op lo trekken voor hun veelomvattend doel: de eoopera-- tle\e zuivelbereiding te doen bloeien, om daardoor do productiviteit van de veehouderij te verhoogen ea de opbrengsten te doen vloeien in de zakken van den recktinatigen .eigenaar. Wanneer wij met onze conclusie do zaak eenigszins vooruitloopen, dan kun nen we zeggen, dat door deze onderlinge samenwer king, door dit gemeenschappelijk optreden voor den veehouder en de personen bij dezen grooten, belang rijken tak van bedrijf betrokken het heden i verlicht en de toekomst fs verhelderd. H. TH. DE BRUIN. St. Maartensbrug, November 1912. Oet kind en de school. XXXIII. Kennen wij onze kin deren voldoende.' „Wfr können «die Kinder nach unserero Sinne nicht formen, So wie Gott sie uns g.ib, sa mus/, man sio haben und lieben, Sie erziehen aufs beste und jeglicdn-n Jassen gewahren. Deun der eine iiat die, der andere andere Gaben. Jeder braucht sie und jeder isl doch uur auf eigene Weise Gut und glücklich''. GOETHE. Onze opvoedingsmethode lijdt vaak schipbreuk. Hel aantal botsingen tusschen ons en onze kinderen en jeerlingeu is grooter dan wij wel willen erkeiuiun. De oorzaak ligt vaak in ons systeem, of, beter gezegd, in bet feit, dat wij er een systeem op na wiSJlon houden. Er zijn geen twee menschelijke wezens in aard en aanleg aan elkaar gelijk, want zelfs bij schijnbaar groote overeenkomst zijn b'j aandachtige beschouwing, zoo wel innerlijk als uiterlijk groote verschillen Ie vinden. Niet éen mensch is de ropie van een anderen; ieder is een individu en het aantal individualiteiten is even groot als hel aantal menschen, al kan niet ont kend worden, dat er in hoofdtrekken gelijkenis op te roerken valt. Wie als ojxvoeder met de bijzondere geaardheid van zijn kinderen geen rekening houdt, maar ze allen vol gens één zelfde bepaald begrip van opvoeding vil leiden, of wie ieder afzonderlijk aan een dooi- hero ze 1 f gevormd ideaal wil doen beantwoorden, die komt noodzakelijkerwijze herhaaldelijk bedrogen uit. Daarbij komt nog, dat er in de opvoeding geen positieve middelen zijn. We veronderstellen b.v. met 4o. Veehouders overgegeven «n-n een enkeling en v°lkomen gelijke gebreken, fouten, of gevallen le doen te hebben en we passen hetzelfde micbded toe en komen dan in den regel tot tegengestelde of zeer verschillende resultaten! 't Is dus eigenlijk om wanhopig te .worden en dikwijls zou dat ook gebe i ren, als ons besef van Verantwoorde! ijk hei d ons niet telkens lot de orde riep Of men een goed opvoeder is, is niet afhankeli k van het aantal paedagogische werken, dat men gel - zen heeft, o. hemel, neen, maar hiervan: of mc i van nature bezield is mét liefde voor zijn taak a opvoeder en met voldoend onderscheidingsvermogen o i den kinderlijken aard eenigszins te begrijpen. De moeder heeft hier een beduidenden voorsprong op don vader: zij ziet vaak licht in de duistere schuilhoeken van het kinderlijk gemoed, waar de vader vragend speurt. Waar de vader met wagen van het "kina vaak inicl verder komt dan tot zich achter zijn paedagogischo ooren te krabben, daar heeft de moeder het antwoc-d gereed met een verrassende vlugheid en van een doel treffende juistheid. De individualiteit brengt het kind bij zijn geboorte mee en de opvoeding is niet bij machte om ze te wijzigen of om te keeren. De opvoeder [kan alleen trachten door verstandige leiding, den wil van het kind lo sterken en op het goede te richten, opdat het, groot gewoiden, zich niet egoïstisch isoleert, .maar werkt als een dienend lid der groote menschenwereld. Voor alles is het evenwel noodzakelijk, dat de opvoeder het kind n/wvt «»n a;t tv. i_ daardoor ten zeerste afhankelijk. B. Coöperatieve vorm: lo. Veehouders ontvangen: opbrengst producten, verminderd met onkosten. 2o. Veehouders hun eigen zaak. 3o. Veehouders vormen voor zich zelve afschrij ving en reserve. 4o. Veehouders in hun. eigen zaak en daardoor aan gewezen deze te bevorderen, wat de bestaanszeker heid verhoogt. Di't, lijstje zouden we kunnen uitbreiden. Met, op zet deed ilc dit n,iet. Wellicht zullen er zijn, die zeg gen, dat ik onder A bad moeten zetten: „Veehou ders gieen risico" en onder B. Veehouders d e risteo. Welnu, laat ik daar bij voorbant op antwoorden dat ik die punten dan juist zou hebben omgekeerd. Het is waar, vaak dient het kleine woordje „risico" als een spookbeeld voor de veehouders om hen terug te houden van de coöperatieve beweging. Va^k wordt de „risico" gebezigd door den speculant om de vee houders een schrik a,an te jagen tegen de coöperatie. pt Is trouwens geen wonder, dat op deze manjfer veehouders terugdeinzen voor de coöperatieve bewe ging .wanneer zij van de „overzij die" worden inge licht over de risico bij eene coöperatieve vereenj- ging. Dit wordt dan gebruikt als een nachtmerrie voor de veehouders. Velen krijgen er wellicht kippevel van. peratieve vereeniging uit? Het antwoord hierop kan zeer kort zijn. Bij eene goed ingerichte en beheerde coöperatieve vereeniging is het risico getfijk nihil. Het welslagen eener dergelijke vereeniging goed opgezet en goed geredigeerd is gewaarborgd. Trouwens de facto ren die 't welslagen beheerscben hebben de veehou ders volkomen in hun macht.' Immers zij hebben ih hun macht de fabriek goed te laten inrichten, de op zet gezond te maken, bet beheer goed te doen uit voeren. Is hert tegengestelde het geval, dan is het hun plicht en hun roeping in te grijpen, teneinde daarin, verandering te brengen. Ik herhaal nogmaals. Hoe ver strekt zich echter de risico bij eene coö- goed kent en om dit te bereiken trachto - hij het vertrouwen en de liefde van het kind te ver werven in de jaren, waarin dit bereid is zich eenvoudig, zuiver en ongekunsteld te geven aan ieder, die het met wanne belangstelling wil gadeslaan. Heel wat ver driet en teleurstelling zou kleinen en grooten bespaard blijven, aLs bij de opvoeding rekening gehouden werd met het feit, dat elk kind zijn eigen aard en aanlig heeft en slechts op zijn eigen wijze goed en geluk kig kan zijn. In de ..Gedenkschriften van den \Vou:l- schoolmeester' drukt Peter Rcsegger zich als volgt uit„Het kind is een boek. waaruit wij lezen en waa in wij schrijven moeten". «ra,uueriuK uicugwi. wouden liep eenmaal een toovenaar rond, dat bij eene coöperatieve inrichting bet welslagen oie de boeren in niet geringe opgewondenheid he-ff gewaarborgd is, wanneer opzet en uitvoering beide gtoracmt. Hij droeg een boek bij zich, dal heelem d goed «zijn. witte bladen had. maar als de man een blad aan zijn Aan den anderen kant: bet risico bij den specula- 'nond hield en woordem daarop ademde, dan w, - tieven bedrijfsvorm. dlc *IC™baar en leesbaar schrift, a'sof zijn adc i Daar heet het, dat het risico van de onderneming oen P°n wns- Ik stel me voo-, dat die woorden reeds geheel is voor rekening van den eigenaar, dus. voor vroegjr mcl een vloeistof waren geschreven. d:e geen den speculan,t. Die moet voor dat risico broodnoodig waarneembare kleur op het papier achterliet en eerst zijn winste hebben. Andere haalt niemand zich risi- verwarmd, donkerder le voorschijn kwamen. Kindervn co op den hals niet waar? Eilieve, wat een wan- ook zoo n boek. Onverschillige oogxn ontdekken in begrip, dat de voehoudera bij een dusdanigen be- 'jon n*ots eigenaardigs, maar wanneer men hen met drijfsvorm geen risico hebben. In,direct dragen zij jjen warmen adem der belang,telling nadert, kom. i juist de risico. Mislukt eene speculatieve onderne- de trekken voor den dag die ons dikwijls verrassen, ming, dan is de terugslag daarvan voor' de veehouders verrukken of verschrikken.'" Dezen hebben dan juist de last op zich te nemen. Inderdaad cr is geen beter middel, ook om onze Is dit niet bet geval, m.a.w. zijn zij hierop gewa- oigen opvoeding te helpen voorlzetten. dan onze kin- pen,d, door met hun melk een anderen, kant uit te deren vaak tc naderen .met den warmen adem kunnen gaan, dap hebben ze dit veelal te danken van onze belangstelling.'"^ Den Hrtag. Nov. 1912. G. VAN DORSTEN. reclames. aan den coöperatieven vorm. Dit zullen we een weinig toelichten. Stellen wij bijv. eene speculatieve zuivelfabriek, dóe heer en I meester is in eigen kring. Wanneer de bedrijfsuitkom- sten minder goed zijn, dan zal de speculant zijn eigen winste verzekeren ten koste van de veehouders, door u I L LL j i don melkprijs te dsukkon. Hier draagt de veehouder ÏEleil 6600611 6611 OieraS00060i00. BOCO We(60 Il8t Ét dus de risico. Is er nu eene andere speculatieve fa- iiui iiiui, briek in de buurt, dan wordt de zaak eenigszins an- Velen hebben een nieraandooning, doch welen het ders. Ik zeg uitdrukkelijk „eenigszins". Deze spe- m.v> omdat deze dikwijls zoo sluipend zich verder ont- culant zal partij trekken van den minder goeden loop wikkelt. Uiterlijk .schijnt de patiënt een goede gezondheid der zaken bij collega A, waarvan de concurrentie ver- te genieten, behalve dat hij nu en dan Jast heeft yaiï minderd Is en. trachten zijn winst te vergrooten. Ook "JgPUJi zwaar, dof gevoel. Doch reeds, spoedig en dan hebben de veehouders de risico te dragen- plotseling kan hij er last van hebben, dat scherpe Geheel anders wordt de toestand, wanneer er eene pijnen door zijn lendenen en rug trekken, het water coöperatieve fabriek in de buurt is. De veehouders k?.n bewolkt zijn en neerslag achterlaten, soms heeft kuDnen dan dezen weg op, sluiten zich aan als lid, «ij voortdurend aandrang tot urineloozing, het kart krijgen voor de melk, wat die opbrengt, zonder winst- 'riJJ1 <mt de loozing moeilijk en pijnlijk gjschiedG aftrekking, vormen voor zich reserve, vormen voor Voorts kunnen zijn ledematen opzwellen door water (wa- zlch een anndeel in hun zaak en hebben zegging- ter zucht), het hart schijnt aangedaan, de handen (en schap in bun bedrijf. Veehouders, door de speculatieve voeten zijn rillerig, hij kan last Krijgm van rhcumaliek ondernemingen, in 't nauw gebracht, vormen vaak een of jicht. uitstekend corps van coöperators. Voorbeelden hier- Het is noodig iu te grijpen, voordat uw. nieren ern- vau zijn genoegzaam bekend, ontstoken M'orden. Een goede kuur met Poster'a Zoo heeft dan de coöperatieve zuivelorganisatie. Rugpijn Nieren Pillen dient de ontsteking en overwerkt- door haar beginsel, door hare practische toepassing heid der nieren op te heffen, en de natuurlijke werking in de laatste jaren eene verbazende vlucht genomen der nieren en blaas te herstellen. Dit geneesmiddel en neemt nog telkens in omvang toe. We zullen werkt spoedig en rechtstreeks op de nieren en herstelt dezen omvang nu in 't kort bespreken om dan bij haar goede werking, waardoor het bloed volkomen de verschillende onderdeele-n nog even de beteeken is gezuiverd wordt, engevollge vvaarVan de oorzaak van aan te stippen. We vinden op 't oogenblik de coöpe- uw lijden wordt weggenomen, ratieve zuivelbereiding over al de provinciën van ons lam verspreid. Friesland is in, 1886 voorgegaan te W.u-ga. Gelderland volgde In 1892. Limburg ia 1892. ,3 ,ding goerfnedt fr.nco na out- Noord-Brabant in 1893. Thans tellen genoemde pro- v vincies tallooze coöperatieve fabrieken, zoo ook de jfö'g8;f ^1 a fL/bvoor provincies Groningen, Overijsel en Drente. Utrecht. E ctt de echte Foster's Rr*i Zeeland en Zuid-Holland tellen ze thans eveneens. GX oïsthoon in mindere mate. Naast coöperatieve fabrie- wMfflRWKl Hip ni«i 7* J ken telt Noord-Holland thans vele geschoeid op coö- ieverataard ha-i! peratieven leest; een soort tusschenvorm. De coö- HPWA*0*8*" -^verstaand handehmtrk. (37J. Te Sebagen verkrijgbaar by J. Botgans, Molenstraat C14. Toe-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1912 | | pagina 9