Ll
Zaterdag 25 Januari 1913.
56e Jaargang. No. 5255.
DERDE BLAD.
Geloof en Vaderland.
toe: blijf getrouw, volg jo geloof."' Nog gelukt het
den ruiter niet haar den bijbel uit de handen te
scheuren, maa,r als Christoffel Bart bij naar neer
knielt en zegt, ,.geef mij Jo bijbel, hif'is bij mij In
goede handen." laat zij los.
En dan komt het groote moment uit het eerste be
drijf. Christoffel rijst weer oi> en met de hand op
het met ketterbloed bevlekte bijbelboek, spreekt hij,
tot grooten schrik van z'n vrouw, onverschrokken
den keizerlijken ruiter toe: ,,m'n geweten laat mij
geen ru&t. Voor Gcd en menpchen belijd ik luid eu
onbewimpeld de onveranderde Augsburgsehe confes
sie, het zuivere Evangelie er. het onvervajschte
woord Gods, en daarbij wil ik blijven, zoo waarlijk
helpe mij God".
Christoffel heeft zifch nu den terugweg afgesneden-.
Binnen 2 dagen moet hij vertrekken. Maar de oude
uit de Bart, die nu ook in verdenking gekomen, is. blijft
Wij nemen het volgende op verzoek over
„Protestant", orgaan van de Evangelische Maatschap- loochenen: „Heer officier, met mij staat het goed,
pij, van 15 Januari: j heel goed."
Met belangstelling zullen on;ze leden vernemen,) Ju het tweede bedrijf is eindelijk, zij het met
dat in Amsterdam onder patronaat van de afdeeling zwaar hart, vrouw Bart besloten haar man te vol
der E. M. 'n tooneel—ensemble gevormd is, bestaande gen. Zij Christoffel en hun éenig kind, dat zij Spreeu* waren beide partijen tevreden, de toon
eens met hooge elschen, o.a. de terugga*-© der ge- -
munten toe cn act ach een „docnika spctói, «rau
wierp <lcii muzikanten eenige kleine rilvcte»
nomen. Bataaf se he vloot, doch belde partijen begon- munten loc cn .iet zich een „docinka sjm
nen gedurende den loop der onderhandelingen lang- j»P echt-: ïcklerlijko wijze op Anastasia toe
zaanerhand een toontje lager te zingen, elk van zij» 'm®r. [~V
kant en gen.eraal Brune van zijn kant veel, te veel '-'J sidderde cn zag hulp-doe* om z;tii heen ze zocht
naar het oordeel zijner tijdgenooten, iets toege- 'uiar vyder <'l° yjl1 ,afel cn met cenige bo^xui
vendo schnaps dronk en over po'iuk praatte. .Maar <Ic kozak
Vooral het dreigement vaji het doorsteken, der dij- l'.aar j i.t lang lijd om !c tnei l .*g ,".*iihij nam haar
ken gaf den doorslag. Generaal Brune had te Alk- bij de hand, trok haar hartstochtelijk naar zich toe
maar eenige personen bij zich laten ontbieden, waar- éii begon dvn dani. Do Goralcn waren buiten zi<.hzeii
schijnlijk o.a.. van Vladeracken, Dijkgraaf van de van ontzetting cn <x>k do kozakken waren over het gc-
"VVieringerwaard, teneinde huryie adviezen nopens deze drag van hun jcamcraad verbluft. Alten weken Voor
doorsteking in te winnen en deze personen, begaan <'c dansenden ter. zijde, drukten zich legen den wand
met het lot van, den armen Noord-Hollandschen dor- cn hielden den adem in. afwachtende wat hel cimio
peling, hadden den Fransehen vechtersbaas het ge- daarvan zou zijn. Daar sprong de tro'sche dorpsrech-
vaar, dat hieruit kon ontstaan, zoo groot voorge- ter op. snelde naar zijn dochter cn trok haar woedend
steld, dat hij eieren voor zijn geld koos. il de armen van den. kozak.
Echter eischte hij 8000 Fransche en Holla^ndsche „Eervergeten deern'", riep Jiij bcvcaid van woede,
krijgsgevangenen, elders genomen, van, de Engel- „wat vermoet je je?''
schen op, hetwelk werd geaccepteerd, terwijl vaji De mu/ick hield op - do kozakken cn de overig.;
zijn, kant de Hertog van York zijn zin kreeg betref- bezoekers stonden nu allen in het midden van fclo
lende het niet teruggeven der genomen schepen,. Zoo zaal: een groote opgewondenheid hccreclite in aiic gr-
der gewis- moederen; luide uitroepen cn hoonendc woorden, drei-
uit goede dilettanten 'k KI bijna aasgen beroep». omdat het too'n a-Udzane Is. vormen stukken' tot zulks tenminste mot riten »«x- vtwelijko bel «lijMig.-» hoorde
dilettanten en aangevuld met eeniga' artistan, die eenmaal 'n drlespsu en dat mag uf teksl der gen'oten. kapitulatlfi. I „SlilKj- donderde de oude kozr.kkcnhooHman, Kr
ijt studie genomen hebben Kar! Scbonberr's Glaube elkaar. Haar man wiet nog mot tan baar besluit Ziehier den tekst der g. oten. Kapnu a warflil„ zi: J
end Heimat. Tragédie eines Voltes, dat In Duttsob- dal b# eerst hooit, als tl) het roeedeoK af; h£- Capitulatie. De majoorgmcraal Knox gesol- dc vuüt Seigend Mb^de
Innd en Oostenrijk_ zoo buitengewoon, groot succes j moeder, 'n dweepzieke roomsche, die zich nu hapst door y K H den Hertog van Vork. opper- jzr uj{j'-
he!- o hinlrm^n^d^allc boerderijen, van de bevelhebber 'der verbondene Engelsche cn Russische Niemand gehoorzaamde. De vrouwen gilden, de man-
t „th^rin^n oiikoont voor z'n kinderen, die armée <3i de burger Rostolant. bricpde generaal-en-chef ,1CII stonden woedend tegenover elkaar,
verdrevenhebben komt nu ook het erf van den staf. insgelijks gevolmachtigd vanwege den bur- De jonge kozak, die do oorzaak was van al dut
der Bart's kooi, voor z'n'üden zoon, die weliswaar prBrt-rat. oppertevoUiebber van de ItmbAo en i a- liimull bl«( doodbedaard midden in hot vertrok staan.
v i tnofcnU .-tviA/> Tnm ntwrnfmnnUmpn vwKwns urn nn- Zijn gelaat was doodsbleek alleen zijn onrustige oog-u
ven iederi ecnig leven.
geoogst heeft. De Dultsche Keizer woonde een der
opvoeringen bij en in Weenen. het clericaje Wee—
nen, ging het stuk 32 maal voor stampvolle zalejn.
En toen het in druk verscheen, werdein hininen eni-
kele weken niet minder dan 63.000 exemplaren ver
kocht.
Het voornemen bestaat thans bij dat Amsterdam-
•che ensemble, om dit tooneelstuk in, de Hollajidsehe
vertaling'van ds. Gronemeyer (verschenen in „Stem
men voor Waarheid en Vrede," afl. Mei, Juni en Juli
1912, uitg. Kemink te Utrecht) in verschillende
plaatsen op te voeren. Dat het ook in ons land
"veel opgang zal maken, valt niet te betwijfelen.
Vooral de vriendefti van, de Evangelische Maatschap,
pij zullen in dit tooneel-ensemble 'n nieuwen bond
genoot zien bij hun streven naar verlevendiging vafl
het Protestantsch bewustzijn. De tijd, dat redenaars
volle zalen trokken, is voorbij. De mensch wil tel
kens wat nieuws. Wij leven nu in het teeken der bios
oopen. Op dit punt toont de roomsche kerk wel
haar tijd te verstaan; zien wij niet overal roomsche
biosoopen verrijzen? Ik verlang niet Protestantsch e
bioscopen hiertegenover "te stellen. Waar wij de
room8rhe bioscopen en roomsche leeszalen bespot
ten, mogen wij niet tot die zelfde propagandamidde
ls.'. onze toevlucht nemen. Maar dit, neemt niet weg.
dat wij dankbaar de hulp mogen aanvaarden van
heu.,. die nu eens langs anderen weg, dan wij steeds
gevolgd hebben, naar hetzelfde doel jagen, dat ook
wij beoogen. En wij moeten wel bedenken, dat het
geen -oomsche weg is, dien zij bewandelen, Room -
ches leeszalen, bioscopen enz. worden, immers slechts
opger'cht om de menschen uit de openbare lees
zalen en gewon,e bioscopen, verwijderd te houden. Het
Amsterdamsche tooneel-ensemble wil geenszins het pu
bliek uit de theaters lokken maar wil trachten dat
publiek te bereiken, dat naar onze redenaars niet
komt luisteren, en onze geschriften niet leest.
Van het suces en den steun zal het afhangen, of
het ensemble, dat oorspronkelijk slechst voor éen
seizoen samengesteld is, zich misschien tot een vast mee
nog niet geboren is, ma,a,r toch niet als „daklooze
ter wereld mag komen. Het beding wordt echter ge
maakt dat de oude vader Bart tot z'n dood ia z'a
kamertje zal mogen blijven wonen. Nogmaals doen
Ch riste f fel en Peter 'n poging hun vader te overre
den voor z'n geloof uit te komen maar de oude blijft
weigert-a: „mij graven ze niet uit mijn grond."
Maar als de oude Bart hoort dat de vermoorde
buurvrouw als 'n hond in den hoek der zelfmoorde
naars in den grond gestopt is. dan wordt het ook
hem le machtig: „liever in, den vreemde begraven,
dan hier in den vildershoek in den gron.d gestopt;
deurwaarder schrijf ook voor mij een paspoort, 'k
ho,or er ook bij, ik ben 'n, evangelisch Christen".
En dan zet hij de adderen aan om toch zoo spoedig
mogelijk weg te trekken, opdat de dood' hem niejt
opderneg nog ver ast.
Maar nu kom; er 'n nieuwe beproeving. Bart's eeni-
ge jongen, Spreeuw, 'u guitige wildzang, die al z'r
zinnen gezet heeft op de reis naar den vreemde,
mag niet mee. Slechts meerderjarigen mogen heen
gaan, „jonge zie'en worden nog gered van, het eeu
wig verderf," zegt de keizerlijke ruiter.
Vrouw Bart giijpt deze gelegenheid aan om haar
man nog tot afzwering over te halen. Hij aarzelt;...
„ja, nu hebben, ze me eerst goed in de klem! Een
goede lokvogel, m'n eigen kind!" Maai* neen, hij kan,
niet afzweren, hoe zou hij z'n kind ooit goed' in de
oogen durven ziet en hem voorhouden nooit iets
tegen het geweten te doen? Dan moet het driespan
maar uit elkaar; het behoeft slechts voor korten tijd
te zijn z'n vrouw en Spreeuw zullen bij grootmoe
der achterblijven en als Spreeuw meerderjarig
Christoffel n,areizen.
Maar Spreeuw is diiep teleurgesteld. Hij wil en zal
gezelschap zal kunnen omvormen.
Laat ons thans trachten van Schönherr's meester-!
werk in enkele trekken, den korten inhoud) geven.
Het stuk voert ons terug in dat tragische tijdperk
vap de geschiedenis van, het Protestantisme, de te-
genreformatiie in Oostenrijk, de uitroeiing van de
„nieuwe leer" In de Habsburgsche landen, waai* 'n
Keizer verklaarde liever over 'n woestenij te regee-
ren dau over kettersche onderdanen.
Verdrijving uit hun geboorteland of „bekeering tot
het ware geloof", was de keus waarvoor de belijders
van' t Evangelie gesteld werden. Karl Schönherr, zelf
roomsch-katholiek. heeft eene episode uit deze gods
dienstvervolging gekozen» tot het onderwerp van zijn
aangrijpend drama.
Op het oude familie-erf in Stiermarken, waar het
geslacht der Bart's meer dan vijf eeuwen gewoond
had, loefde Christoffel Bart, 'n boer in hart en nie
ren en 'n Lutheraan met heilige overtuiging. De
Bart's waren van ouds aanhaligere der nieuwe leer.
Christoffel's grootvader had om 's geloofswille op
het schavot het leven gelaten en Christoffel's vader,
die thans nog bij hem inwoonde, was eveneens de
Augsburgsehe belijdenis toegedaan maar, minder ge
loofsheld dan z'n vader en z'n zoons, was zijn ge
hechtheid aan z'n geboortegrond te groot, dan dat
hij eerlijk voor z'n overtuiging durfde uitkomen, 'n
Jongere broeder van Christoffel, Peter Bart, was
reeds bij 'n vorige vervolging uit het land verdre
ven maar in den vreemde bekroop hem het heim
wee, dat hem deed besluiten, heimelijk naar den
ouden hof terug te koeren. En wanneer hij terug
komt is juist 'n, nieuwe vervolging begonnen. Gods-
üenstcommissarissen reizen het heele lapd af om
ta zoeken naar de aanhangers van de kettersche
leer, die slechts te kiezen hebben tusschen afzwering
ef verbanning.
'n Zwaren strijd heeft Christoffel Bart met zich
zelf te strijden. Gehecht aan z'n geboortegrond, is
4e gedachte hem onverdragelijk om allés huiseh
erf, z'n vee, dat hij heeft zien geboren worden en
woesten dTift den ruiter ontloopend,
tnafschc armóe zijn overeengekomen wegens liet na-
volftendfe
Arükel 1. Van dezen 'dag af 1e tellen, zullen alle de
ijandelijkheden tusschen de belde legere ophouden
II. De linie van voorposten, zooals die op dit oogen-
b'ik bezet zijn. zal wederkeerig tot demarcalie-linie
verstrekken.
III. Alle werken, hetzij tot aanval, hetzij tot ver
dediging. onderhanden, blijven wederzijds geschorst, cn
er kennen geeno nieuwe ondernomen worden.
IV. De batterijen die aan Den Helder en elders
in de posiliën door de Anglo-Rnssisché armée thans be
zet. voor hano landing bestonden, zullen moeten her
steld worden, of, verbeterd zijnde, in dien staat ge
laten worden, mits dat de stukken der Bataafsohe artil
lerie alle zullen behouden blijven.
Om zijn vitte lippen, waaruit al het bloed was
verdwenen, speelde een nauw merkbare gedwongen g!ini-
lach. Hij had blijkbaar deze uilwerking niet verwacht.
Als de kozakken feest*ierden in het dorp. ,vas er altijd
vrede met de Goralcn geweest. eu nu opeens deze
woeste setfne! Hij wendde langzaam het hoofd om naar
Anastasia. die schreiend legen den muur leunde. Eenigs
vrouwen stonden om haar heen. maar ze weerde M
af. ze w i!de troostwoorden noch' verwijten hoornen
ze "verborg haar gelaat in haar handen en snikte.
„Er uit' brulde de kozakkenhoofdman, terwijl hij
zijn muts diep over zijn voorhoofd drukte; „pushoL".
riep hij den kozakken toe. die gereed stonden de Gora-
len aan te vallen. Tegen liet bevel van hun „sotnik;'1
V. De verecrigde Engclsohe en Russische armee durfden ze niets inbrengen, en langzaam verlieten zo,
zal zich ten spoedigste mogelijk weder inschepen, en ecn voor een, de met rook gehulde, sombere gelach-
het grondgebied, de kusten, eilanden en binnen-vaarwa- kamer van de „kortsima'" maakten de teugels van
teren van het Bataafsche Gemeenebest moeten verlaten hun paarden los en draafden weldra zwijgend en in
hebben op den 30 November eerstkomende zonder gedrukte stemming weg.
daaraan eenige schade te hebben toegebracht door i Onufry Antalowitch Gekiow. de jonge kozak, waf
het stellen van inundatiën. het doorsteken van dijken, een anderen weg ingeslagen.
of het sloppen der bronnen van de scheepvaart. Woedend sprong de sefnik van zijn paard, tocu
VI. De oorlogsschepen en andere vaartuigen, die Jiij bemerkte dat Onufry verdwenen Was. Drcirenc
met versterkingen mogten aankomen voor de Engel- i hij de gebalde vuist omhoog.
seho en Rus ische armée, zullen geenc de minste ont- „Waar is Onufry?'' vroeg hij op wilden loon. Wit
scheping kannen doen, maar dadelijk wederom moe- hem mij terugbrengt, zal in zijn tent oen GcorgLsci
ten zee kiezen. I meisje vinden, dat ik .hem ter belooning schenk/'
VIT. De generaal- en -chef Brune zal een offiaer j Twintig kozakken bogen het bovenlijf naar voren,
naar de Zijp en den Helder kunnen afzenden, torn twintig Hoczoelenpaardai vlogen als pijlen voort dai
hem verslag 1e doen. zoowel ten aanzien van den woest en bergweg langs. Terug naar Rudvmow
staal der batterijen, als wegens de vorderingen van Onufry AntxdowRch Geciow, die achtergebleven
de weder inscheping. Z.R.H. de Her log van YoTK^zat was, dacht er op 't eerste oogenblik aan Anastasia
Bprlngx liij in de beek. Meegesleept door den snellen
stroom, wordt hij 'n eind verderop levenloos opge
haald..
In wilde wanhoop barst Christoffel los, vliegt op I
den keizerlijken ruiter, -den moordenaar van zijn
kind aan, werpt hem na een woeste worsteling ter j
aarde en helt reeds den bijl op... maar dan over
wint de christe den vader in hem: „Christus ge
bod wil geen bloed."
Nu volgt de aangrijpendste scène van het ge-
heele stuk, 'n prachtige scène van ingehouden, spel.
Christoffel, die meer en meer zich meester wordt,
wil, hoe zwaar het hem valt, voor hij vertrekt,
den ruiter vergiffem'6 schenken. En, sidderend reikt
hij hem de hand. welke de ruiter knielend grijpt.
„Christoffel, je bent meer dan 'n menjsch," roept;
vrouw Bart in bewondering uit.
Dan laden zij het lijk van, Spreeuw op den gereed
staandeu wagen: „Spreeuw, nu ga je toch mee, jon
gen!"
En als zij u't het gezicht verdwenen, zijn, zet de
ruiter z'n sabel tegen den grond en trapt hem met
wilden trap midden door. v. S.
Zij, die hun belangstelling in, of hun waardee
ring voor het streven van, het Amsterdamsche tooneel-
wederkeerig een (officier kunnen zenden naar de linie
der Fransche en Bataafsche armée. om zich 1e kunnen
overtuigen, dat men" geene nieuwe werken aldaar aan
legt.
Een (Of'ieier van hoogen rang, uit iedere armée, zal
worden bestenul om de s'ipïe navolging van deze over
eenkomst te waarborgen.
VIII. Achtduizend Fransche en Balnafsche krijgs-
gevanrenen vóór den tegenwoordigen veldtogt gemaakt,
cn in Engeland thans opgehouden, zullen, naar de keuzo
ru de evenredigheid, door de gouvernementen der bei
de Rcpub'i-eken te regalen .^vrijgelaten en onvoorwaarde
lijk naar hun yade'land teruggezonden worden. De
generaal Knox zal bij de Fmnsche armée verblijven,
om de uitvoering van dil artikfel te verzekeren.
IX. Het tegenwoordig bcstearde cartcl van uit-
wi seling. tusschen; dfe beide nrméen 'oor dezen veld-
fogt gesloten, zal voortgaan zijn'? uitvoering te erlan
gen. Bovendien is men over°en gok omen, dat d d
admiraal de Winter als uilgbwis^e'd beschouwd wordt.
Een volgende keer iets over hetgeen plaa's vond in
de Zijpc na de kapi'.ulalie.
C. P. BREED.
De Goralka.
Ver achter de steppen van de Ukraine. waardoor
de Don zijn bruisende golven s'.uwt. midden tusschen
ensemble willen toonen door finantiëelen steun of de Uailendorpcn der kozakken, verheffen zich de met
anderszins, worden verzocht zich te richten tot Mr. sneeuw bedekte Goralen de voorloop?!s van het Oeral-
D. J. van Schaardenburg te Amersfoort, die even- gebergte. Hier is de toeging tot het Oosl-Aziatischo
tuëele giften in, De Protestant "zal verantwoordjein rijk. De vrije wilde kozakken zijn hier als sleutel
en ook gaarne vernemen zal, welke afdeelingen het bewaarders van het groote. uiiges'rekle Siberische rijk
gezelschap zouden willen uiitnoodigen tot opvoering huil lansen, hun wachtvuren rijken tot bij Perm, onder
van „Geloof en Vaderland". de schaduw der Goralen.
I Eerige verlaten dorpen liggen tegen de bergen, be-
'staande uit armzalige, bouwvallige huiten. I>e wind
JLJG IVdpilUlrt tic» blaast door het s'.rooisn dak cn fluit door honderden
met geweld mee te voeren. Weldra zag hq echter
in dat dit een onzinnige poging zou zijn, en zoo
bleef hij peinzen op welke wijze li ij haar het best;
zou kunnen bereiken.,
De Goralen, dachten er niet meer aan nog lan
ger in de kortsjma te bUjven. Ze begaven zich alten
naar huis, harrikadeerden hun ellendige hutten eu
wachtten zoo op de kozakken, die zeker zouden ko
men om zich te wreken. Al de" toorn der dorpsbewo
ners richtte zich natuuriyk tegen Anartasia. de doch
ter van den dorpsrechter. Zy, als Goralka, had leta
gedaan wat een ongekend feit was: met een kozak
gedanst! Alle meisjes cn vrouwen uit het dorp zei
den haar onverholen de waarheid. Haar 'eigen vader
bejegende haar op minachtende wqze.
En toch waren al haar gedachten bij den god-
delqk schoonen jongen kozak, die heel haar ziel
voor zich had ingenomen. ZU kon niet boos op hem
zijn, die haar zooveel smaad veroorzaakte; zij rie^
zich zqn beeld voor den geest en beefde van aan
doening.
Haar vader^ de strenge „moejk", had haar naar
haar kamertje verwezen. Daar zat ze voor het veiv
ster en zag met verweende oogen langs den straat
weg, die naar Perm voerde. Eeh nameloos verlangen
was in haar hartNu is hq dan toch weg, dacht;
ze, voor altqd weg; nooit zou hq terugkeeren
om haar af te halen... opdat ze hc-m kon volgen in
zijn tent en zqn vrouw worden. Hq zal haar wel
dra vergeten in de armen van een ander... Ee^
pqnigeud© smart; overweldigde haai'---
Daar klonk haar plotseling paardengetrappel Ln
hot oor. Een, vreugdevolle verrassing beving haar
hy keert terug! zy ziet scherper toe: heel in do
verte dwarrelt een kleine stofwolk op, die als
slang over -deng rond kruipt Het getrappel wordt, lui
der en nu eerst merkt ze dat een heel troepje
rruiters het dorp nadert. Eten VTeeselijke angst grijpt;
opgroeien, z'n boomgaarden, waarin hq als jongen gereed lag de Engelschen te Kolhorn» Barsingerhorn
gitcn en spleten in de muren. Maar het aan ontbermg haar aan; ze snelt naar de deur; naar buiten, in
I7yu'gewende bercvolkie be*indt zich hier best en vertang! de vrqt lucht. Voor haar, by den ingang van den
Terwyi bedde vyandelijke ]*gers ^»»it de niets beters. Er woont hier een gezond menschenras, tuin staat de jonge kozak, leunende tegen zij*
- »*»-"- taai als de eiken van het gebergST^
Dc kozakken weten dit en daarom vermijden rij de
Goralen. wier dochters niet de zachtheid van Ihaar
ons te. het vorig artikel aangeduide stellingen elkan
der gadesloegen eu generaal Daendels als 't ware
gespeeld heeft, z'n koren, dat hij zelf zaaide, maai- en Haringhuizen te bespringen, had de Hertog van zustcrs <jer laagvlakte bexüten De Goralka is een krach-
Hn «n paaiIq in surh/vwn Iwuirt waHt» hii weldra, in I V/»r1r Hen kolonel Rrownriee met ziin rapporten naar 1 II.i..
de en reeds in schoven bond. welke hq. weldra in
rijken, oogsrt hoopte binnen te haten om dat
alles, waaraan do zoetste herinneringen hem verbon
den, t© moeten achterlaten om nooit, nooit weer te
keeren.
En toch, dit groote offer hq zou het gebracht
hebben, als maar z'n vrouw hem in ballingschap had
willen volgen. Deze, koppig-roomseh en zóo bqgeloo-
vig, dat ze zelfs de kippen van 'n verdreven evan
gelische buurvrouw niet hebben wil, uit vrees, dat
haar eigen kippen dan de Luthersche pip zouden krij
gen, weigert kortweg Christoffel te volgen. Ook de
82-jarige vader, de waterzuchtige oude Bart, wiens
dagen geteld zqn,, beweegt hemel en aarde om toch
niet het erf zijner vaderen te moeten verlaten. Zelifs
jz'n uitgeput teruggekeerde zoon Peter durft hq geejn
'onderdak verleèneu, uit vrees, dat hq hiervoor met
verbanning gestraft zou worden. Tevergefes bezweert
Christoffel hem toch niet te handelen tegen z'n
geweten: „hoe zullen wij oodt rust kunnen hebben,
als het in ons binnenste niet tot z'n recht komt,?"
zoo vraagt hij. Maar vader Bart blqft halsstarrig
„hoe zou ik op den jongsten dag1 in dat vreemdie
land kunnen opstaan te midden van vreemde men
schen, die mij niet kennen, en die zullen vragen:
wie is dat, waar komt die vandaan? zou ik dan niet
uit schaamte weer terugkeeren in m'n graf? Neen,
hier, hier, waar meer dan 500 jaar de Bart's thuis
hoorden, hier wil ook ik begraven worden," gilt de
zieke grijsaard. Maar als hij sterven gaat, zegt hij,
York den kolonel Brownrigg met zqn rapporten naar
Engeland gezonden en daarbq tevens om nieuwe in-
s*tructies gevraagd.
In afwachting daarvan trachtten de Enjgelsehen, hun
posl'ie zooveel mogelijk te versterken. Te Petten,
Oudeslu's en tusschen de Zype en den Helder wer
den nieuwe aardwerken opgeworpen, terwijl van
zqn kant generaal Daendels by de Boerenslnis een
geduchte versterking deed aanleggen.
Toch geschiedde dit alles niet met die activiteit
die gewoonlqk bq zulke ondernemingen, wordt ten
toon gespreid. Dit had zajri redenen. Reeds den 13en
October nl. hadden de luitenant-generaals Daendels
en Dunionceau de geheime mededeelïng van 't groot
hoofdkwartier te Alkmaar bekomen, dat de vqand
over een wapenstilstand en een daarexp te volgen
aftocht in onderhandeling wenschte te treden, waar
bij zij de opdracht ontvingen niet meer aanvallend
op te treden, doch eerst den loop der zaken af te
wachten. Er werd dus aan beide zqden slechts voor
de 'eus aan de versterkingen gearbeid', vooral ook
omdat de aftocht in de oogen van vriend en vqand
1ige vrouw mot scherpe trekken, oen weinig hoekig in
haar bewegingen, en met oen treurigen blik in naar I
donkere, zwaarmoedige oogen.
Wat is er van het volk der Goralen overgebleven
Door een wilde kozakken macht is het naar het kale
gebergte verjaagd. Het kent nog slechts de geschiedenis
van zijn trotsch Verleden en haaf den kozak, Waarvoor
het riddert, haat dal indrin:*r en \eroveraar.
De kozak weet dit zeer g *d. Hij" beroemt er zich
op. door de Goralen gehaat en gevreesd te worden.
Men vierde het feest van een grooten heilig?. Het
bergvolk is bijgeloovig. al is de nieuwe godsdienst
hem ook opgedrongenmaar de Goraal heeft hem
nu eenmaal aangenomen an h'j houdt er aan (vast,
kerk noch duivel; zoolang zijn ftesch met „whisky'
zooals dat in zijn natuur lig'. De vrije kozak' vrees!
gevuld: is. is hij vroolijk en onbezorgd; is ze ledig, dan
wordt hij terneergeslagen.
Op dezen grooten feestdag dan rijn de kozakken
naar het dorp van de Coralen g>*ian, om zich Ln den
ten eénenmale een niet meer te ontkomen einde vanherberg 8°°^ El| gemaak'
V .Tnnhtn 3 nJn ,«n I en cxkiiist en lus ïg. dol g\xt het er toe.
de geschiedenis zou zyn.
Dea 13en October had de Engelsch-Russische ar
mee nog slechts levensmiddelen voor elf dagen en,
moest de Hertog van York er toe besluiten 't korps
der overloopers tot den Prins van Oranje, groot
3000 man, benevens de zieken, gekwetsten, vrouwen
en, kinderen en de andere personen, die onder alter-
dan zal hq zqn geloof niiet, verloochenen en1 <la» zal led benamingen tot den nasleep van een groot leger
zqn laatste woord zyn: ,,ik sterf ais evangelisch behooren, in te schepen en naar huis te zenden.
Christen". Daarom dringt hij ©r telkens by den heel
meester op aan om hem toch te waarschuwen als
ï'n laatste dag nadert.
Is het wonder, dat Christoffel Bart zwicht en dat
iq zwygt, als z'n «vrouw den keizerlqken ruiter, op
liens vraag of er verboden bqbels in huis zijn, ant—
voordt, dat allen het goede geloof beüjden?
Ketterbloed, duivelsmest, daar groeien er zes voor
ten in de plaats, heeft de kelzerlqke ruiter gezegd,
sn de waarheid van die woorden openbaart zich ras.
Beperkt rantsoen, ongezonde| stellingen door het
ruwe jaargetqde en een terneergeslagen gemoeds
stemming, waren tevens oorzaak, dat het getal zie
ken onrustbarend toenam en van, de 30.000 soldaten
c*i gddiiiist en lus'ig. dol g\at
Op ©eii tafel zit <te haiflamme. halfblinde Gawrilo
op ecji viool te strijken; naas' hem' rijn zoon. die
de cimbaal bespeelt, het is een muziek, die hfct
bloed verhit.
Vooraan danst de jonge Om f *y Anatolowi'.ch Geciow.
een goedhartige, doch lichtzinnige knaap met fonke
lende oogen en gloeiende wangen, schoon als èen
heerlijke lentemorgen.
Hij is hier gekomen ter wille van Ana«tasia Maria
nowa, dochter van den „moejk'', den
van Radymow
lucht,
staat
paard.
.Ongelukkige", jammert ze, „wat zoek je nog hier?
Als men je hier vindt! Red je leven. Hoor je die*
hoefslag niet?"
Onufry richt zich trotsch op.
„Wat heb ik nog te verliezen als ik jou verlies?"
Ze weert hem met beide han,den angstig af.
„Vlucht., vlucht. Red je!"
Getn tijd meer. Van de straat hoort men plotse-
lign kreten de Goralen snellen uit hun hutten,
hevig ontsteld: de kozakken komen! Reeds rennen zij
het dorp binnen, met zweet en, stof bedekt. Het,
komt er op aan een Georgische slavin te verwer
ven!
,V.lucht!" roept het ongelukkige meisje r.og.
De jonge kozak werpt zich in den zadel, drukt,
het paard de sporen in de flanken, zoodot het hin-
nikerd opspringt en weg stuift het, als raakt het
nauwelijks den grond aan.
De kozakken hebben hem gezien. Onmiddellijk doen
ze bun paarden van richting veranderen en zetten
hem v.oest-bmllend achterna
„Balt!" gilt Anastasia; „vermoordt raq desnoods,
maar spaart hem het leven."
Zij loopt den voortstuivenden kozakken, tegemoet ea
heft smeekend de armen omhoog.
De mannen uit het dorp stuiveai verschrikt uit el
kaar; alleen de „moejk", Anastasia's vader, snelt
naar bet midden van den weg om zyn kind te red
den Hy komt te laat. De kozakken stormen, in woe
st,© vaart- over haar heen, en de hoeven der paar
den vertreden haar bloedieïid lichaam.
Onufry heeft van de hoogte af allefi gezien. Het
bloed stolt in zyn aderen; zijn holle blik ziet niete
dan bloed. Hij spoort zyn bevend paard aan tot bij
den rand van den afgrond; het dier rekt zyn ha,ls
'dorpsrechtej* uit e» zet zich met de voorpooten nog schrap te-
gen de steenen. Doch de ruiter drukt woedend
Sodert dien keer dat hir haar voor het eerst zag.
rijn hart, dat hem lel-
zyn sporen in de lendenen van het arme dier en
graaft er bloedige voren in.
waaruit de armee nog bestond, waren er slechts had hij een vreemd gevoel in
17.000 in staat uit te trekken. Eten aanval van het keus weder naar Radvmov, *?i der dorpjes der Go- 1)6 kozakken zqn reeds vlak bq hem.
Fransch-Hol 1 andsehe leger zou gevolgen van vèr- ralcn. dre Zoodra hij* overdag een vrij' uur had, za- Plotseling begint Onufry wild te lachen; hq heft
strekkenden aard kunnen hebben en daarom besloot dcld? hij ine Hoezort-n *j :a:d;e. trok zijn beste de handen ten hemel en drukt de sporen zoo diep
de Hertog van York, zonder nadere instructies af te plunje aan, "orde rijn enkels met zilveren banden.
,- v wachten, te capitulceren, teneinde tenminste nog 'n en zette zijn. hoogrii „koelsjma'" op het hoofd»
L® buurvrouw, die tevergeefs haa,r kippen aan groot gedeelte der armee te redden. met de adelaars voeren en weg reed hij dan. om Driö dagen later werd hy begraven,
pouw uait ten geschenke bood en zich reeds op- wij zullen den lezer, die de goedheid hoeft gehad haar te zi?n. Geduldig waehf'c hij lot hij haar toeval-
naaktc om het land te verlaten, wil haar bijbel niet onze artikelen te volgen, niet vermoeiten met den tekst lig' voorbij zag; komen; dan st-eck hii zijn knevel op
lan dcu ruiter overgeven. In dc worsteling wordt haa der achtereenvolgens gewisselde stukken tussehep, en groette lachendzij we-d d n rood als bloed en
n enistige wond in de borst toegebracht Bloedend de te Alkmaar en Schagerbrug gevestigde hoofdkwar boog het hoofd voorover, l i' haar diepe oocen van
tornt ze »q de Barts b'-nen geyid, achtervolgd door tieren. De Engelschen begonnen uit den aard der ender de zachte wimpers s*hi!'c: .te haar blik en trof
len ruiter. Uitgeput za«.<. ze ineen, maar houdt nog zaak op hoogen toon, dreigende o.a geheel Noord- hem in de ziel.
fteeds haar grootste schat krampachtig vast: „laat Holland onder wa' r te zetten door de zeedyken te \U';d veer helzclfde.
n u b'oed stroomen, m'n bijbel laat ik niet los" en doorsteken, (waa. -ee zq bereids te Wieringerwaard To!d i. hij i - olijk op den groolen. feestdaf V-loot
r* '0,,d roept zq haar weife!moedigen man nog aanvingen); de Fransche generaal an'.woordde even- den bes!iss'?n.'. n tp te <T r
in de zyden van het paard dat het dol van angst
zette zijn hoogen „koclsjma' op hot hoofd! i» den afgrond springt.
'met de adel aars voeren en weg reed hij dan, om 1 Pr'° dagen later werd
- Met zeer veel moeite had men hem uit de diepte
gehaald.
Geen Goraal kon er iets tegen hebben dat hy zyn
graf met Anastasia deelde.
In de omrt- ken van Perm leeft helder herinne
ring voort. Ze j.-. in 6agen vorheerlqkt.
En als de wachtvuren der kozakken hun rosachtig
schqnsel tot in het dorp werpen, dan zingt nog
menigeen een somber lied van, de s ae Goralka.
f