Ll Zaterdag 25 Januari 1913. 56e Jaargang. No. 5255. DERDE BLAD. Geloof en Vaderland. toe: blijf getrouw, volg jo geloof."' Nog gelukt het den ruiter niet haar den bijbel uit de handen te scheuren, maa,r als Christoffel Bart bij naar neer knielt en zegt, ,.geef mij Jo bijbel, hif'is bij mij In goede handen." laat zij los. En dan komt het groote moment uit het eerste be drijf. Christoffel rijst weer oi> en met de hand op het met ketterbloed bevlekte bijbelboek, spreekt hij, tot grooten schrik van z'n vrouw, onverschrokken den keizerlijken ruiter toe: ,,m'n geweten laat mij geen ru&t. Voor Gcd en menpchen belijd ik luid eu onbewimpeld de onveranderde Augsburgsehe confes sie, het zuivere Evangelie er. het onvervajschte woord Gods, en daarbij wil ik blijven, zoo waarlijk helpe mij God". Christoffel heeft zifch nu den terugweg afgesneden-. Binnen 2 dagen moet hij vertrekken. Maar de oude uit de Bart, die nu ook in verdenking gekomen, is. blijft Wij nemen het volgende op verzoek over „Protestant", orgaan van de Evangelische Maatschap- loochenen: „Heer officier, met mij staat het goed, pij, van 15 Januari: j heel goed." Met belangstelling zullen on;ze leden vernemen,) Ju het tweede bedrijf is eindelijk, zij het met dat in Amsterdam onder patronaat van de afdeeling zwaar hart, vrouw Bart besloten haar man te vol der E. M. 'n tooneel—ensemble gevormd is, bestaande gen. Zij Christoffel en hun éenig kind, dat zij Spreeu* waren beide partijen tevreden, de toon eens met hooge elschen, o.a. de terugga*-© der ge- - munten toe cn act ach een „docnika spctói, «rau wierp <lcii muzikanten eenige kleine rilvcte» nomen. Bataaf se he vloot, doch belde partijen begon- munten loc cn .iet zich een „docinka sjm nen gedurende den loop der onderhandelingen lang- j»P echt-: ïcklerlijko wijze op Anastasia toe zaanerhand een toontje lager te zingen, elk van zij» 'm®r. [~V kant en gen.eraal Brune van zijn kant veel, te veel '-'J sidderde cn zag hulp-doe* om z;tii heen ze zocht naar het oordeel zijner tijdgenooten, iets toege- 'uiar vyder <'l° yjl1 ,afel cn met cenige bo^xui vendo schnaps dronk en over po'iuk praatte. .Maar <Ic kozak Vooral het dreigement vaji het doorsteken, der dij- l'.aar j i.t lang lijd om !c tnei l .*g ,".*iihij nam haar ken gaf den doorslag. Generaal Brune had te Alk- bij de hand, trok haar hartstochtelijk naar zich toe maar eenige personen bij zich laten ontbieden, waar- éii begon dvn dani. Do Goralcn waren buiten zi<.hzeii schijnlijk o.a.. van Vladeracken, Dijkgraaf van de van ontzetting cn <x>k do kozakken waren over het gc- "VVieringerwaard, teneinde huryie adviezen nopens deze drag van hun jcamcraad verbluft. Alten weken Voor doorsteking in te winnen en deze personen, begaan <'c dansenden ter. zijde, drukten zich legen den wand met het lot van, den armen Noord-Hollandschen dor- cn hielden den adem in. afwachtende wat hel cimio peling, hadden den Fransehen vechtersbaas het ge- daarvan zou zijn. Daar sprong de tro'sche dorpsrech- vaar, dat hieruit kon ontstaan, zoo groot voorge- ter op. snelde naar zijn dochter cn trok haar woedend steld, dat hij eieren voor zijn geld koos. il de armen van den. kozak. Echter eischte hij 8000 Fransche en Holla^ndsche „Eervergeten deern'", riep Jiij bcvcaid van woede, krijgsgevangenen, elders genomen, van, de Engel- „wat vermoet je je?'' schen op, hetwelk werd geaccepteerd, terwijl vaji De mu/ick hield op - do kozakken cn de overig.; zijn, kant de Hertog van York zijn zin kreeg betref- bezoekers stonden nu allen in het midden van fclo lende het niet teruggeven der genomen schepen,. Zoo zaal: een groote opgewondenheid hccreclite in aiic gr- der gewis- moederen; luide uitroepen cn hoonendc woorden, drei- uit goede dilettanten 'k KI bijna aasgen beroep». omdat het too'n a-Udzane Is. vormen stukken' tot zulks tenminste mot riten »«x- vtwelijko bel «lijMig.-» hoorde dilettanten en aangevuld met eeniga' artistan, die eenmaal 'n drlespsu en dat mag uf teksl der gen'oten. kapitulatlfi. I „SlilKj- donderde de oude kozr.kkcnhooHman, Kr ijt studie genomen hebben Kar! Scbonberr's Glaube elkaar. Haar man wiet nog mot tan baar besluit Ziehier den tekst der g. oten. Kapnu a warflil„ zi: J end Heimat. Tragédie eines Voltes, dat In Duttsob- dal b# eerst hooit, als tl) het roeedeoK af; h£- Capitulatie. De majoorgmcraal Knox gesol- dc vuüt Seigend Mb^de Innd en Oostenrijk_ zoo buitengewoon, groot succes j moeder, 'n dweepzieke roomsche, die zich nu hapst door y K H den Hertog van Vork. opper- jzr uj{j'- he!- o hinlrm^n^d^allc boerderijen, van de bevelhebber 'der verbondene Engelsche cn Russische Niemand gehoorzaamde. De vrouwen gilden, de man- t „th^rin^n oiikoont voor z'n kinderen, die armée <3i de burger Rostolant. bricpde generaal-en-chef ,1CII stonden woedend tegenover elkaar, verdrevenhebben komt nu ook het erf van den staf. insgelijks gevolmachtigd vanwege den bur- De jonge kozak, die do oorzaak was van al dut der Bart's kooi, voor z'n'üden zoon, die weliswaar prBrt-rat. oppertevoUiebber van de ItmbAo en i a- liimull bl«( doodbedaard midden in hot vertrok staan. v i tnofcnU .-tviA/> Tnm ntwrnfmnnUmpn vwKwns urn nn- Zijn gelaat was doodsbleek alleen zijn onrustige oog-u ven iederi ecnig leven. geoogst heeft. De Dultsche Keizer woonde een der opvoeringen bij en in Weenen. het clericaje Wee— nen, ging het stuk 32 maal voor stampvolle zalejn. En toen het in druk verscheen, werdein hininen eni- kele weken niet minder dan 63.000 exemplaren ver kocht. Het voornemen bestaat thans bij dat Amsterdam- •che ensemble, om dit tooneelstuk in, de Hollajidsehe vertaling'van ds. Gronemeyer (verschenen in „Stem men voor Waarheid en Vrede," afl. Mei, Juni en Juli 1912, uitg. Kemink te Utrecht) in verschillende plaatsen op te voeren. Dat het ook in ons land "veel opgang zal maken, valt niet te betwijfelen. Vooral de vriendefti van, de Evangelische Maatschap, pij zullen in dit tooneel-ensemble 'n nieuwen bond genoot zien bij hun streven naar verlevendiging vafl het Protestantsch bewustzijn. De tijd, dat redenaars volle zalen trokken, is voorbij. De mensch wil tel kens wat nieuws. Wij leven nu in het teeken der bios oopen. Op dit punt toont de roomsche kerk wel haar tijd te verstaan; zien wij niet overal roomsche biosoopen verrijzen? Ik verlang niet Protestantsch e bioscopen hiertegenover "te stellen. Waar wij de room8rhe bioscopen en roomsche leeszalen bespot ten, mogen wij niet tot die zelfde propagandamidde ls.'. onze toevlucht nemen. Maar dit, neemt niet weg. dat wij dankbaar de hulp mogen aanvaarden van heu.,. die nu eens langs anderen weg, dan wij steeds gevolgd hebben, naar hetzelfde doel jagen, dat ook wij beoogen. En wij moeten wel bedenken, dat het geen -oomsche weg is, dien zij bewandelen, Room - ches leeszalen, bioscopen enz. worden, immers slechts opger'cht om de menschen uit de openbare lees zalen en gewon,e bioscopen, verwijderd te houden. Het Amsterdamsche tooneel-ensemble wil geenszins het pu bliek uit de theaters lokken maar wil trachten dat publiek te bereiken, dat naar onze redenaars niet komt luisteren, en onze geschriften niet leest. Van het suces en den steun zal het afhangen, of het ensemble, dat oorspronkelijk slechst voor éen seizoen samengesteld is, zich misschien tot een vast mee nog niet geboren is, ma,a,r toch niet als „daklooze ter wereld mag komen. Het beding wordt echter ge maakt dat de oude vader Bart tot z'n dood ia z'a kamertje zal mogen blijven wonen. Nogmaals doen Ch riste f fel en Peter 'n poging hun vader te overre den voor z'n geloof uit te komen maar de oude blijft weigert-a: „mij graven ze niet uit mijn grond." Maar als de oude Bart hoort dat de vermoorde buurvrouw als 'n hond in den hoek der zelfmoorde naars in den grond gestopt is. dan wordt het ook hem le machtig: „liever in, den vreemde begraven, dan hier in den vildershoek in den gron.d gestopt; deurwaarder schrijf ook voor mij een paspoort, 'k ho,or er ook bij, ik ben 'n, evangelisch Christen". En dan zet hij de adderen aan om toch zoo spoedig mogelijk weg te trekken, opdat de dood' hem niejt opderneg nog ver ast. Maar nu kom; er 'n nieuwe beproeving. Bart's eeni- ge jongen, Spreeuw, 'u guitige wildzang, die al z'r zinnen gezet heeft op de reis naar den vreemde, mag niet mee. Slechts meerderjarigen mogen heen gaan, „jonge zie'en worden nog gered van, het eeu wig verderf," zegt de keizerlijke ruiter. Vrouw Bart giijpt deze gelegenheid aan om haar man nog tot afzwering over te halen. Hij aarzelt;... „ja, nu hebben, ze me eerst goed in de klem! Een goede lokvogel, m'n eigen kind!" Maai* neen, hij kan, niet afzweren, hoe zou hij z'n kind ooit goed' in de oogen durven ziet en hem voorhouden nooit iets tegen het geweten te doen? Dan moet het driespan maar uit elkaar; het behoeft slechts voor korten tijd te zijn z'n vrouw en Spreeuw zullen bij grootmoe der achterblijven en als Spreeuw meerderjarig Christoffel n,areizen. Maar Spreeuw is diiep teleurgesteld. Hij wil en zal gezelschap zal kunnen omvormen. Laat ons thans trachten van Schönherr's meester-! werk in enkele trekken, den korten inhoud) geven. Het stuk voert ons terug in dat tragische tijdperk vap de geschiedenis van, het Protestantisme, de te- genreformatiie in Oostenrijk, de uitroeiing van de „nieuwe leer" In de Habsburgsche landen, waai* 'n Keizer verklaarde liever over 'n woestenij te regee- ren dau over kettersche onderdanen. Verdrijving uit hun geboorteland of „bekeering tot het ware geloof", was de keus waarvoor de belijders van' t Evangelie gesteld werden. Karl Schönherr, zelf roomsch-katholiek. heeft eene episode uit deze gods dienstvervolging gekozen» tot het onderwerp van zijn aangrijpend drama. Op het oude familie-erf in Stiermarken, waar het geslacht der Bart's meer dan vijf eeuwen gewoond had, loefde Christoffel Bart, 'n boer in hart en nie ren en 'n Lutheraan met heilige overtuiging. De Bart's waren van ouds aanhaligere der nieuwe leer. Christoffel's grootvader had om 's geloofswille op het schavot het leven gelaten en Christoffel's vader, die thans nog bij hem inwoonde, was eveneens de Augsburgsehe belijdenis toegedaan maar, minder ge loofsheld dan z'n vader en z'n zoons, was zijn ge hechtheid aan z'n geboortegrond te groot, dan dat hij eerlijk voor z'n overtuiging durfde uitkomen, 'n Jongere broeder van Christoffel, Peter Bart, was reeds bij 'n vorige vervolging uit het land verdre ven maar in den vreemde bekroop hem het heim wee, dat hem deed besluiten, heimelijk naar den ouden hof terug te koeren. En wanneer hij terug komt is juist 'n, nieuwe vervolging begonnen. Gods- üenstcommissarissen reizen het heele lapd af om ta zoeken naar de aanhangers van de kettersche leer, die slechts te kiezen hebben tusschen afzwering ef verbanning. 'n Zwaren strijd heeft Christoffel Bart met zich zelf te strijden. Gehecht aan z'n geboortegrond, is 4e gedachte hem onverdragelijk om allés huiseh erf, z'n vee, dat hij heeft zien geboren worden en woesten dTift den ruiter ontloopend, tnafschc armóe zijn overeengekomen wegens liet na- volftendfe Arükel 1. Van dezen 'dag af 1e tellen, zullen alle de ijandelijkheden tusschen de belde legere ophouden II. De linie van voorposten, zooals die op dit oogen- b'ik bezet zijn. zal wederkeerig tot demarcalie-linie verstrekken. III. Alle werken, hetzij tot aanval, hetzij tot ver dediging. onderhanden, blijven wederzijds geschorst, cn er kennen geeno nieuwe ondernomen worden. IV. De batterijen die aan Den Helder en elders in de posiliën door de Anglo-Rnssisché armée thans be zet. voor hano landing bestonden, zullen moeten her steld worden, of, verbeterd zijnde, in dien staat ge laten worden, mits dat de stukken der Bataafsohe artil lerie alle zullen behouden blijven. Om zijn vitte lippen, waaruit al het bloed was verdwenen, speelde een nauw merkbare gedwongen g!ini- lach. Hij had blijkbaar deze uilwerking niet verwacht. Als de kozakken feest*ierden in het dorp. ,vas er altijd vrede met de Goralcn geweest. eu nu opeens deze woeste setfne! Hij wendde langzaam het hoofd om naar Anastasia. die schreiend legen den muur leunde. Eenigs vrouwen stonden om haar heen. maar ze weerde M af. ze w i!de troostwoorden noch' verwijten hoornen ze "verborg haar gelaat in haar handen en snikte. „Er uit' brulde de kozakkenhoofdman, terwijl hij zijn muts diep over zijn voorhoofd drukte; „pushoL". riep hij den kozakken toe. die gereed stonden de Gora- len aan te vallen. Tegen liet bevel van hun „sotnik;'1 V. De verecrigde Engclsohe en Russische armee durfden ze niets inbrengen, en langzaam verlieten zo, zal zich ten spoedigste mogelijk weder inschepen, en ecn voor een, de met rook gehulde, sombere gelach- het grondgebied, de kusten, eilanden en binnen-vaarwa- kamer van de „kortsima'" maakten de teugels van teren van het Bataafsche Gemeenebest moeten verlaten hun paarden los en draafden weldra zwijgend en in hebben op den 30 November eerstkomende zonder gedrukte stemming weg. daaraan eenige schade te hebben toegebracht door i Onufry Antalowitch Gekiow. de jonge kozak, waf het stellen van inundatiën. het doorsteken van dijken, een anderen weg ingeslagen. of het sloppen der bronnen van de scheepvaart. Woedend sprong de sefnik van zijn paard, tocu VI. De oorlogsschepen en andere vaartuigen, die Jiij bemerkte dat Onufry verdwenen Was. Drcirenc met versterkingen mogten aankomen voor de Engel- i hij de gebalde vuist omhoog. seho en Rus ische armée, zullen geenc de minste ont- „Waar is Onufry?'' vroeg hij op wilden loon. Wit scheping kannen doen, maar dadelijk wederom moe- hem mij terugbrengt, zal in zijn tent oen GcorgLsci ten zee kiezen. I meisje vinden, dat ik .hem ter belooning schenk/' VIT. De generaal- en -chef Brune zal een offiaer j Twintig kozakken bogen het bovenlijf naar voren, naar de Zijp en den Helder kunnen afzenden, torn twintig Hoczoelenpaardai vlogen als pijlen voort dai hem verslag 1e doen. zoowel ten aanzien van den woest en bergweg langs. Terug naar Rudvmow staal der batterijen, als wegens de vorderingen van Onufry AntxdowRch Geciow, die achtergebleven de weder inscheping. Z.R.H. de Her log van YoTK^zat was, dacht er op 't eerste oogenblik aan Anastasia Bprlngx liij in de beek. Meegesleept door den snellen stroom, wordt hij 'n eind verderop levenloos opge haald.. In wilde wanhoop barst Christoffel los, vliegt op I den keizerlijken ruiter, -den moordenaar van zijn kind aan, werpt hem na een woeste worsteling ter j aarde en helt reeds den bijl op... maar dan over wint de christe den vader in hem: „Christus ge bod wil geen bloed." Nu volgt de aangrijpendste scène van het ge- heele stuk, 'n prachtige scène van ingehouden, spel. Christoffel, die meer en meer zich meester wordt, wil, hoe zwaar het hem valt, voor hij vertrekt, den ruiter vergiffem'6 schenken. En, sidderend reikt hij hem de hand. welke de ruiter knielend grijpt. „Christoffel, je bent meer dan 'n menjsch," roept; vrouw Bart in bewondering uit. Dan laden zij het lijk van, Spreeuw op den gereed staandeu wagen: „Spreeuw, nu ga je toch mee, jon gen!" En als zij u't het gezicht verdwenen, zijn, zet de ruiter z'n sabel tegen den grond en trapt hem met wilden trap midden door. v. S. Zij, die hun belangstelling in, of hun waardee ring voor het streven van, het Amsterdamsche tooneel- wederkeerig een (officier kunnen zenden naar de linie der Fransche en Bataafsche armée. om zich 1e kunnen overtuigen, dat men" geene nieuwe werken aldaar aan legt. Een (Of'ieier van hoogen rang, uit iedere armée, zal worden bestenul om de s'ipïe navolging van deze over eenkomst te waarborgen. VIII. Achtduizend Fransche en Balnafsche krijgs- gevanrenen vóór den tegenwoordigen veldtogt gemaakt, cn in Engeland thans opgehouden, zullen, naar de keuzo ru de evenredigheid, door de gouvernementen der bei de Rcpub'i-eken te regalen .^vrijgelaten en onvoorwaarde lijk naar hun yade'land teruggezonden worden. De generaal Knox zal bij de Fmnsche armée verblijven, om de uitvoering van dil artikfel te verzekeren. IX. Het tegenwoordig bcstearde cartcl van uit- wi seling. tusschen; dfe beide nrméen 'oor dezen veld- fogt gesloten, zal voortgaan zijn'? uitvoering te erlan gen. Bovendien is men over°en gok omen, dat d d admiraal de Winter als uilgbwis^e'd beschouwd wordt. Een volgende keer iets over hetgeen plaa's vond in de Zijpc na de kapi'.ulalie. C. P. BREED. De Goralka. Ver achter de steppen van de Ukraine. waardoor de Don zijn bruisende golven s'.uwt. midden tusschen ensemble willen toonen door finantiëelen steun of de Uailendorpcn der kozakken, verheffen zich de met anderszins, worden verzocht zich te richten tot Mr. sneeuw bedekte Goralen de voorloop?!s van het Oeral- D. J. van Schaardenburg te Amersfoort, die even- gebergte. Hier is de toeging tot het Oosl-Aziatischo tuëele giften in, De Protestant "zal verantwoordjein rijk. De vrije wilde kozakken zijn hier als sleutel en ook gaarne vernemen zal, welke afdeelingen het bewaarders van het groote. uiiges'rekle Siberische rijk gezelschap zouden willen uiitnoodigen tot opvoering huil lansen, hun wachtvuren rijken tot bij Perm, onder van „Geloof en Vaderland". de schaduw der Goralen. I Eerige verlaten dorpen liggen tegen de bergen, be- 'staande uit armzalige, bouwvallige huiten. I>e wind JLJG IVdpilUlrt tic» blaast door het s'.rooisn dak cn fluit door honderden met geweld mee te voeren. Weldra zag hq echter in dat dit een onzinnige poging zou zijn, en zoo bleef hij peinzen op welke wijze li ij haar het best; zou kunnen bereiken., De Goralen, dachten er niet meer aan nog lan ger in de kortsjma te bUjven. Ze begaven zich alten naar huis, harrikadeerden hun ellendige hutten eu wachtten zoo op de kozakken, die zeker zouden ko men om zich te wreken. Al de" toorn der dorpsbewo ners richtte zich natuuriyk tegen Anartasia. de doch ter van den dorpsrechter. Zy, als Goralka, had leta gedaan wat een ongekend feit was: met een kozak gedanst! Alle meisjes cn vrouwen uit het dorp zei den haar onverholen de waarheid. Haar 'eigen vader bejegende haar op minachtende wqze. En toch waren al haar gedachten bij den god- delqk schoonen jongen kozak, die heel haar ziel voor zich had ingenomen. ZU kon niet boos op hem zijn, die haar zooveel smaad veroorzaakte; zij rie^ zich zqn beeld voor den geest en beefde van aan doening. Haar vader^ de strenge „moejk", had haar naar haar kamertje verwezen. Daar zat ze voor het veiv ster en zag met verweende oogen langs den straat weg, die naar Perm voerde. Eeh nameloos verlangen was in haar hartNu is hq dan toch weg, dacht; ze, voor altqd weg; nooit zou hq terugkeeren om haar af te halen... opdat ze hc-m kon volgen in zijn tent en zqn vrouw worden. Hq zal haar wel dra vergeten in de armen van een ander... Ee^ pqnigeud© smart; overweldigde haai'--- Daar klonk haar plotseling paardengetrappel Ln hot oor. Een, vreugdevolle verrassing beving haar hy keert terug! zy ziet scherper toe: heel in do verte dwarrelt een kleine stofwolk op, die als slang over -deng rond kruipt Het getrappel wordt, lui der en nu eerst merkt ze dat een heel troepje rruiters het dorp nadert. Eten VTeeselijke angst grijpt; opgroeien, z'n boomgaarden, waarin hq als jongen gereed lag de Engelschen te Kolhorn» Barsingerhorn gitcn en spleten in de muren. Maar het aan ontbermg haar aan; ze snelt naar de deur; naar buiten, in I7yu'gewende bercvolkie be*indt zich hier best en vertang! de vrqt lucht. Voor haar, by den ingang van den Terwyi bedde vyandelijke ]*gers ^»»it de niets beters. Er woont hier een gezond menschenras, tuin staat de jonge kozak, leunende tegen zij* - »*»-"- taai als de eiken van het gebergST^ Dc kozakken weten dit en daarom vermijden rij de Goralen. wier dochters niet de zachtheid van Ihaar ons te. het vorig artikel aangeduide stellingen elkan der gadesloegen eu generaal Daendels als 't ware gespeeld heeft, z'n koren, dat hij zelf zaaide, maai- en Haringhuizen te bespringen, had de Hertog van zustcrs <jer laagvlakte bexüten De Goralka is een krach- Hn «n paaiIq in surh/vwn Iwuirt waHt» hii weldra, in I V/»r1r Hen kolonel Rrownriee met ziin rapporten naar 1 II.i.. de en reeds in schoven bond. welke hq. weldra in rijken, oogsrt hoopte binnen te haten om dat alles, waaraan do zoetste herinneringen hem verbon den, t© moeten achterlaten om nooit, nooit weer te keeren. En toch, dit groote offer hq zou het gebracht hebben, als maar z'n vrouw hem in ballingschap had willen volgen. Deze, koppig-roomseh en zóo bqgeloo- vig, dat ze zelfs de kippen van 'n verdreven evan gelische buurvrouw niet hebben wil, uit vrees, dat haar eigen kippen dan de Luthersche pip zouden krij gen, weigert kortweg Christoffel te volgen. Ook de 82-jarige vader, de waterzuchtige oude Bart, wiens dagen geteld zqn,, beweegt hemel en aarde om toch niet het erf zijner vaderen te moeten verlaten. Zelifs jz'n uitgeput teruggekeerde zoon Peter durft hq geejn 'onderdak verleèneu, uit vrees, dat hq hiervoor met verbanning gestraft zou worden. Tevergefes bezweert Christoffel hem toch niet te handelen tegen z'n geweten: „hoe zullen wij oodt rust kunnen hebben, als het in ons binnenste niet tot z'n recht komt,?" zoo vraagt hij. Maar vader Bart blqft halsstarrig „hoe zou ik op den jongsten dag1 in dat vreemdie land kunnen opstaan te midden van vreemde men schen, die mij niet kennen, en die zullen vragen: wie is dat, waar komt die vandaan? zou ik dan niet uit schaamte weer terugkeeren in m'n graf? Neen, hier, hier, waar meer dan 500 jaar de Bart's thuis hoorden, hier wil ook ik begraven worden," gilt de zieke grijsaard. Maar als hij sterven gaat, zegt hij, York den kolonel Brownrigg met zqn rapporten naar Engeland gezonden en daarbq tevens om nieuwe in- s*tructies gevraagd. In afwachting daarvan trachtten de Enjgelsehen, hun posl'ie zooveel mogelijk te versterken. Te Petten, Oudeslu's en tusschen de Zype en den Helder wer den nieuwe aardwerken opgeworpen, terwijl van zqn kant generaal Daendels by de Boerenslnis een geduchte versterking deed aanleggen. Toch geschiedde dit alles niet met die activiteit die gewoonlqk bq zulke ondernemingen, wordt ten toon gespreid. Dit had zajri redenen. Reeds den 13en October nl. hadden de luitenant-generaals Daendels en Dunionceau de geheime mededeelïng van 't groot hoofdkwartier te Alkmaar bekomen, dat de vqand over een wapenstilstand en een daarexp te volgen aftocht in onderhandeling wenschte te treden, waar bij zij de opdracht ontvingen niet meer aanvallend op te treden, doch eerst den loop der zaken af te wachten. Er werd dus aan beide zqden slechts voor de 'eus aan de versterkingen gearbeid', vooral ook omdat de aftocht in de oogen van vriend en vqand 1ige vrouw mot scherpe trekken, oen weinig hoekig in haar bewegingen, en met oen treurigen blik in naar I donkere, zwaarmoedige oogen. Wat is er van het volk der Goralen overgebleven Door een wilde kozakken macht is het naar het kale gebergte verjaagd. Het kent nog slechts de geschiedenis van zijn trotsch Verleden en haaf den kozak, Waarvoor het riddert, haat dal indrin:*r en \eroveraar. De kozak weet dit zeer g *d. Hij" beroemt er zich op. door de Goralen gehaat en gevreesd te worden. Men vierde het feest van een grooten heilig?. Het bergvolk is bijgeloovig. al is de nieuwe godsdienst hem ook opgedrongenmaar de Goraal heeft hem nu eenmaal aangenomen an h'j houdt er aan (vast, kerk noch duivel; zoolang zijn ftesch met „whisky' zooals dat in zijn natuur lig'. De vrije kozak' vrees! gevuld: is. is hij vroolijk en onbezorgd; is ze ledig, dan wordt hij terneergeslagen. Op dezen grooten feestdag dan rijn de kozakken naar het dorp van de Coralen g>*ian, om zich Ln den ten eénenmale een niet meer te ontkomen einde vanherberg 8°°^ El| gemaak' V .Tnnhtn 3 nJn ,«n I en cxkiiist en lus ïg. dol g\xt het er toe. de geschiedenis zou zyn. Dea 13en October had de Engelsch-Russische ar mee nog slechts levensmiddelen voor elf dagen en, moest de Hertog van York er toe besluiten 't korps der overloopers tot den Prins van Oranje, groot 3000 man, benevens de zieken, gekwetsten, vrouwen en, kinderen en de andere personen, die onder alter- dan zal hq zqn geloof niiet, verloochenen en1 <la» zal led benamingen tot den nasleep van een groot leger zqn laatste woord zyn: ,,ik sterf ais evangelisch behooren, in te schepen en naar huis te zenden. Christen". Daarom dringt hij ©r telkens by den heel meester op aan om hem toch te waarschuwen als ï'n laatste dag nadert. Is het wonder, dat Christoffel Bart zwicht en dat iq zwygt, als z'n «vrouw den keizerlqken ruiter, op liens vraag of er verboden bqbels in huis zijn, ant— voordt, dat allen het goede geloof beüjden? Ketterbloed, duivelsmest, daar groeien er zes voor ten in de plaats, heeft de kelzerlqke ruiter gezegd, sn de waarheid van die woorden openbaart zich ras. Beperkt rantsoen, ongezonde| stellingen door het ruwe jaargetqde en een terneergeslagen gemoeds stemming, waren tevens oorzaak, dat het getal zie ken onrustbarend toenam en van, de 30.000 soldaten c*i gddiiiist en lus'ig. dol g\at Op ©eii tafel zit <te haiflamme. halfblinde Gawrilo op ecji viool te strijken; naas' hem' rijn zoon. die de cimbaal bespeelt, het is een muziek, die hfct bloed verhit. Vooraan danst de jonge Om f *y Anatolowi'.ch Geciow. een goedhartige, doch lichtzinnige knaap met fonke lende oogen en gloeiende wangen, schoon als èen heerlijke lentemorgen. Hij is hier gekomen ter wille van Ana«tasia Maria nowa, dochter van den „moejk'', den van Radymow lucht, staat paard. .Ongelukkige", jammert ze, „wat zoek je nog hier? Als men je hier vindt! Red je leven. Hoor je die* hoefslag niet?" Onufry richt zich trotsch op. „Wat heb ik nog te verliezen als ik jou verlies?" Ze weert hem met beide han,den angstig af. „Vlucht., vlucht. Red je!" Getn tijd meer. Van de straat hoort men plotse- lign kreten de Goralen snellen uit hun hutten, hevig ontsteld: de kozakken komen! Reeds rennen zij het dorp binnen, met zweet en, stof bedekt. Het, komt er op aan een Georgische slavin te verwer ven! ,V.lucht!" roept het ongelukkige meisje r.og. De jonge kozak werpt zich in den zadel, drukt, het paard de sporen in de flanken, zoodot het hin- nikerd opspringt en weg stuift het, als raakt het nauwelijks den grond aan. De kozakken hebben hem gezien. Onmiddellijk doen ze bun paarden van richting veranderen en zetten hem v.oest-bmllend achterna „Balt!" gilt Anastasia; „vermoordt raq desnoods, maar spaart hem het leven." Zij loopt den voortstuivenden kozakken, tegemoet ea heft smeekend de armen omhoog. De mannen uit het dorp stuiveai verschrikt uit el kaar; alleen de „moejk", Anastasia's vader, snelt naar bet midden van den weg om zyn kind te red den Hy komt te laat. De kozakken stormen, in woe st,© vaart- over haar heen, en de hoeven der paar den vertreden haar bloedieïid lichaam. Onufry heeft van de hoogte af allefi gezien. Het bloed stolt in zyn aderen; zijn holle blik ziet niete dan bloed. Hij spoort zyn bevend paard aan tot bij den rand van den afgrond; het dier rekt zyn ha,ls 'dorpsrechtej* uit e» zet zich met de voorpooten nog schrap te- gen de steenen. Doch de ruiter drukt woedend Sodert dien keer dat hir haar voor het eerst zag. rijn hart, dat hem lel- zyn sporen in de lendenen van het arme dier en graaft er bloedige voren in. waaruit de armee nog bestond, waren er slechts had hij een vreemd gevoel in 17.000 in staat uit te trekken. Eten aanval van het keus weder naar Radvmov, *?i der dorpjes der Go- 1)6 kozakken zqn reeds vlak bq hem. Fransch-Hol 1 andsehe leger zou gevolgen van vèr- ralcn. dre Zoodra hij* overdag een vrij' uur had, za- Plotseling begint Onufry wild te lachen; hq heft strekkenden aard kunnen hebben en daarom besloot dcld? hij ine Hoezort-n *j :a:d;e. trok zijn beste de handen ten hemel en drukt de sporen zoo diep de Hertog van York, zonder nadere instructies af te plunje aan, "orde rijn enkels met zilveren banden. ,- v wachten, te capitulceren, teneinde tenminste nog 'n en zette zijn. hoogrii „koelsjma'" op het hoofd» L® buurvrouw, die tevergeefs haa,r kippen aan groot gedeelte der armee te redden. met de adelaars voeren en weg reed hij dan. om Driö dagen later werd hy begraven, pouw uait ten geschenke bood en zich reeds op- wij zullen den lezer, die de goedheid hoeft gehad haar te zi?n. Geduldig waehf'c hij lot hij haar toeval- naaktc om het land te verlaten, wil haar bijbel niet onze artikelen te volgen, niet vermoeiten met den tekst lig' voorbij zag; komen; dan st-eck hii zijn knevel op lan dcu ruiter overgeven. In dc worsteling wordt haa der achtereenvolgens gewisselde stukken tussehep, en groette lachendzij we-d d n rood als bloed en n enistige wond in de borst toegebracht Bloedend de te Alkmaar en Schagerbrug gevestigde hoofdkwar boog het hoofd voorover, l i' haar diepe oocen van tornt ze »q de Barts b'-nen geyid, achtervolgd door tieren. De Engelschen begonnen uit den aard der ender de zachte wimpers s*hi!'c: .te haar blik en trof len ruiter. Uitgeput za«.<. ze ineen, maar houdt nog zaak op hoogen toon, dreigende o.a geheel Noord- hem in de ziel. fteeds haar grootste schat krampachtig vast: „laat Holland onder wa' r te zetten door de zeedyken te \U';d veer helzclfde. n u b'oed stroomen, m'n bijbel laat ik niet los" en doorsteken, (waa. -ee zq bereids te Wieringerwaard To!d i. hij i - olijk op den groolen. feestdaf V-loot r* '0,,d roept zq haar weife!moedigen man nog aanvingen); de Fransche generaal an'.woordde even- den bes!iss'?n.'. n tp te <T r in de zyden van het paard dat het dol van angst zette zijn hoogen „koclsjma' op hot hoofd! i» den afgrond springt. 'met de adel aars voeren en weg reed hij dan, om 1 Pr'° dagen later werd - Met zeer veel moeite had men hem uit de diepte gehaald. Geen Goraal kon er iets tegen hebben dat hy zyn graf met Anastasia deelde. In de omrt- ken van Perm leeft helder herinne ring voort. Ze j.-. in 6agen vorheerlqkt. En als de wachtvuren der kozakken hun rosachtig schqnsel tot in het dorp werpen, dan zingt nog menigeen een somber lied van, de s ae Goralka. f

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1913 | | pagina 9