Donderdag 17 April 1913. mn 11(11111 11(11! 57ste Jaargang No. 5348. COURANT. llltfllllil- LiÉIIllIll Dit nummer bestaat! uit 2 bladen. EERSTE BLAD. Brieien it Engeland. Londen,, 12 April 1913. Dezen morgen werd een voorname plaats in do ochtendbladen ingenomen door het bericht, dat een der leden van het Lagerhuis, Sir Stuart Samuel, zijn zetel in het Parlement zal moeten opgeven, en dus binnenkort in "Whitechapel een nieuwe verkiezing zal moeten plaats grijpen.. Om welke reden, zult ge denken, kan een lid der Kamer genoodzaakt worden, zijn zetel op te geven, in dien hij dit zelf niet verkiest? Voor ik hierop ant woord, wil ik eerst iets anders in het midden bren gen, en wel, dat een Parlementslid in Engeland zijn zetel nooit uit eigen verkiezing op k a n geven, zoo als bij ons. Een oude wet, zooals er hier verscheidene zijn (ge hebt misschien gelezen, dat een bekende suf fragette verleden week gearresteerd is, wegens over treding eener wet van dertien honderd en zooveel) verbiedt, dait leden der Kajmer als zoodanig ontslag nemen. Dit is, natuurlijk, in sommige gevallen zeer lastig. Omstandigheden kunnen iemand dwingen, zich te ont trekken aan het politieke teven. Dit werd een paar honderd jaar geleden reeds zeer goed ingeven door de Regeering.. De wet intrekken, het meest natuur lijke middel, werd echter niet gebruikt. Vastgesteld werd, dat een lid ontslag kon nemen, wanneer hij een betrekking aannam van de Kroon. Er waren even wel slechts weinige betrekkingen, die daarvoor in aanmerking kwamen, acht meen ik, en op het oogen- blik zijn er nog maar een paar van over. Een daarvan, de meest bekende, omdat ze steeds voor dit doel gebruikt wordt, is het Stewardschap van de Chiltern Hundred6. De Chiltern Hundreds is een gedeelte van de provincie Busckinghamshire, dat in vroegere eeuwen dikwijls onveilig werd gemaakt door roovers. Daarom werd over dit district door den Koning een Steward aangesteld, een. baljuw zou den wij zeggen, die in opdracht had die rooveriji zoo veel mogelijk tegen te gaan. Tegenwoordig is dn© be trekking natuurlijk al zeer gemakkelijk; ze bestaat dan ook alleen nog maar in naam. Een lid, dat dus om een of andere reden zijn kamerzetel wenscht op te geven, vraagt om de betrekking van. Steward der Chiltern Hundreds. Dégene, die die betrekking op dat oogenblik bekleedt, is zoo goed ze oogenblikkelijk te laten varen, het Parlementslid wordt benoemd, en kan, zijn kamerzetel kwijt raken. Dt laatste, die om deze betrekking heeft verzocht, was Mr. Lansbury een bekend idd der Arbeiderspartij, die zich toen di rect weer verkiesbaar stelde voor zijn district en niet herkozen werd. 't Zou me te lang ophouden, om nu over de redenen van die ze schijnbaar zeer zonderlinge handelwijze uit te weiden. Om thans op Sir Stuart Samuel terug te komen, die geen ontslag wenscht te nemen, maar kort en goed ontslagen wordt. Wat heeft die wel op zijn ge weten? Wel, het kon zijn, dat Sir Stuart failliet was gegaan een ja,ar geleden, en zijn schuldeischers niet binnen een jaar heeft voldaan, want dlit is een weel de, aan heeren Parlementsleden, niet veroorloofd. Maar dit is nfet het geval. Sir Stuart heeft absoluut niets op zijn geweten, behalve dat hij een Wet heeft overtreden van het jaar 1782. Ieder burger is verplicht die wet te kennen, en Par lementsleden in de eerste plaats, maar wanneer je moet beginnen met de wetten van bet jaar 1300 of vroeger, wordt dat wel een beetje taai. Wetten zijn toch gewoonlijk niet zoo'n aangename lectuur. Sir Stuart Samuel is lid van de firma Messrs. Sa muel Montau and Co. Deze firma nu heeft de Engel- sche regeering een grooten dienst bewezen. Ze heeft namelijk een contract gesloten om in het geheim voor de Indische Regeering zilver op te koopen, aange zien bekend was, dat pogingen werden aangewend door speculanten, om den prijs van bet zilver op te jagen. Deze speculanten wisten, dait de Indische Regeering sppedag veel zilver noodig zou hebben om aan te munten, en probeerden daarom zich meester te ma- kon van de zilvermarkt. De firma Mssrs. Samuel Montagu and Co. was hen voor, en bespaarde de Indi sche Regeering twee millioen vier honderd duizend gulden- Maar nu komt de wet van 1782, diie op zich ze'f volstrekt geen slechte wet is. Ze verbiedt leden van het Parlement winstgevende contracten te slui ten met de Regeering, met een, massa bijkomende bepalingen natuurlijk, die hier minder ter zake zijn. Zoo iets kan niet anders dan goed ziju voor een, land, want hoe lacht zou een of ander lid der ICam^r an ders in de verleiding komen, om, ter wille van een voordeelig contractje, anders te stemmen, dan hij eigenlijk van plan was geweest. Voor wat, hoort wat. In dit geval was van tets dergelijks geen sprake. Sir Stuart was volkomen te goeder trouw en de hooge commissie, die de zaak heeft onderzocht, bestaande uit Graaf die en Lord diie, heeft dit ook duidelijk te kennen gegeven- Maar het feit blijft er. Er moet dus een nieuwe verkiezing komen in "Whitechapel, dat wel altijd een Liberaal district is geweest, maar zonder buitengewoon groote meerder heid. Het aantal stemmen, dat gewoon.'ijk wordt uit gebracht, is 4 duizend, en hoewel de laatste Liberale meerderheid 540 bedroeg, was ze in 1895 manr 32. De Conservatieven lachen natuurlijk in hun vuistje, ie kunt nooit weten. Sir Stuart zelf is de Liberale ean- didaat, want hij wordt wel ontslagen, manr is her kiesbaar. Thans komt evenwel nog iets zeer eigenaardigs achteraan, van minder aangenamen aard voor Sir Stuart, tenzij de Regeering tusschenbeide komt. wat ze waars(hi]nlijk wel zal doen. Voor elke stem die Sir Stuart in de Kamer heeft uitgebracht sinds zijn firma dit contract met de Regeer in.; a.»a*'-sig, is hij <aJn boete van zes duizend, gulden schu'dg En tan- gezien de arme man nogal druk gestemd beeft, zit op het oogenblik een boete voor hem op van vUf honderd veertig duizend gulden,. Maar, zooals Ik 2pt, oen of andere maatregel zal wel- worden getroffen zoodat hij hierdoor niet wordt getroffen. Sir Stuart zelf was natuurlijk allesbehalve over de zaak te spreken. Nu zeggen ze altijd, klaagde hij, dat te handelsmannen in de Kamer moeten zitten. Maar 3k vrees, dat, wanneer die dergelijke kansen loopeu, terwijl ze volkomen te goeder trouw handelen, hun ^ntal eerder zal af- dan toenemen.. Daarvoor is ook wel iets te zeggen, maar voortaan zal de wet van 1782 wel een goede bekende zijn bij handeldrijvende leden der Kamer. Bij het ziekbed van den Paus. Nu de aandacht van de geheele wereld gevestigd is op den Paus, is het wel interessant iets mede te deelen uit een verhaal dat het Giornale d'Itatia een paar jaar geleden gaf van de d-agverdeeling van Paus I Pius X. Om halfzes i;n den ochtend wordt reveille ge- l blazen in de kazernen van Prati. I Precies om zes uur treedt 's Pausen kamerdienaar >Di Castro het slaapvertrek binnen. Pius X wilde, toen hij tiara verwierf, zijn eigen trouwen kamerdienaar, I een Venetiaan, bij zich houden maar deze kreeg, na 1 nauwelijks twee maanden, zulk eeia heimwee, dat het onmogelijk was hem in Rome te doen blijven. Zoo kwam Di Castro, tijdens Leo XIII een der huisknechts in den dienst va,n den Pa,us én hij wist door zijn een voudig en bescheiden optreden dienis volle, vertrouwen te wannen. Hij' slaapt in een kamertje vla,k naast (hot slaapvertrek van den Paus. lederen morgen wekt hij dezen, helpt hem bij het kleeden, en bedient de mis die de Paus dadelijk na het opstaan opdraagt in een kapelletje, dat grenst aan de slaapkamer. Bij deze mis is niemand anders tegenwoordig. Verkrijgt van tijd tot tijd iemand de bijzondere gunst, de pauselijke mis te hooren, dan is Pius X gedwongen die op te dragen in de particuliere kapel op de tweede verdie ping. Deze kapel bereikt hij langs een kleine wentel trap, de eenige toegang. Ook deze kapel is zeer klein en de personen, die verlof gekregen hebben, de mis bij te wonen, moeten in het groote voorvertrek blij ven. Dadelijk na Bet opdragen van de mis, gebruikt de Paus een kop koffie met molk. Dan vindt hij in zijn studeervertrek een van zijn particuliere secretarissen, monseigneur Pescini of Bresson, Van acht tot half tien i leest de Paus zijn correspondentie en laat zich kort inlichten omtrent de belangrijkste gebeurtenissen in Italië en het buitenland. Couranten leest hij niet, be halve de Djifesa van Venetië, waarvan zijn vriend Saecardo directeur is. Liever laat hij zich de gebeur tenissen van den dag mondeling meedeelen en geeft daarop zijn commentaren door allerlei uitroepen in zuiver Venetiaanschen tongval. Om balftien begint het moeilijkste werk van den dag, dat bestaat in bet afwikkelen der kerkelijke en diplomatieke aangelegenheden en de audiënties. De Paus begeeft zich, langs de wenteltrap, naar de twee de verdieping, waar hem, in de bibliotheek, Merry del Val, de jonge staatssecretaris wacht, die vooraf van de zijde der kardinalen zooveel tegenkantingen heeft te verduren. De staatssecretaris doet echter niets om de omge ving zachter te stemmen en te verzoenen. De drie eminenties, die den Paus omgeven, zijn Merry del Val, Di Lai, en Vives; de eerste bestuurt, de tweede or ganiseert, de derde geeft raad. Alle an,dere hebben zich in hun tenten terug getrokken, zooals onjder de bekendste Agliardi, Serafine, Vann.uttelli en Rampolla. Zij hebben zich of afgezonderd of zoeken rust. Maar afgestompt zijn de wapens tegen Merry del Val niet en men tracht hem te treffen tot in kleine intieme zaken. Men maakt zich vroolijk over de les sen die hij dagelijksch den Paus geeft, in het Fransch; men bespreekt zijn hartstocht voor flaubert-schieten op electriiscbe lampjes. Natuurlijk ontbreekt het niet aan lieden, die zulke praatjes dien staatssecretaris overbrengen, zoodat dleze toestand vap wantrouwen en wederzijdsche speldenprikken, steeds scherper wordt en men, aldoor den ezel slaande, er toe komt den baas te raken. Pius X ziet in onbeperkte goed hartigheid de uitwerking, maar hij doorziet niet de ware oorzaak van de slechte verhouding en wan neer hij de weinigen, die om hem zijn, naar de re den vraagt wordt aan de zaken, een apdere kleur gegeven. Het aantal der pfotestantsche kerken groeit aapelu de propaganda van de protestanten wordt steeds le vendiger. De diplomatie heeft geen ernstige richting en boezemt weinig vertrouwen in. De katholieke Ka merleden helaas! weer een doorn aan de lijdens kroon ontrooven ook den Paus de rust. Hij zou opgetogen geweest zijn, wanneer hij' _in de Kamer een sterke partij van katholieke conservatieven, of zelfs wanneer men werkelijk zou moeten heen stappen over de kloof van het „non expedit" con servatieve katholieken gezien had; nu zag hij inte gendeel een „omne genus musioorum". Er was zelfs een katholiek afgevaardigde, die stemde voor het mi nister ie-FortisDe vorming van een „democratisch katholiek centrum", heeft den, beker doen overioo- pen. Het onderhoud met den kardinaal-staatssecretaris duurt meestal niet langer dan anderhalf uur. Dan treedt, mgr. Biisletie, de major domus binnen, om met den Paus de volgorde der audiënties te regelen en hem versla0- uit te brengen omtrent de verzoeken der personen, dte wenschen geboord te worden. Om half twaalf beginnen de audiënties van de Cu rie: prelaten, secretarissen van congregaties, leiders van monnikenorden, Daarna worden de Italiaansche en vreemds personen binnengeleid, die afzonderlijk ontvangen worden; ten, slotte hebben de collectieve au diëntlcs plaats, die het snelst afloopen, omdat met de zegeningen en een paar woorden alles gedaan is. De moeilijkste en onaangenaamste zijn de bijzondere audiënties. In de eerste plaats wordt niemand toege laten, die niet een bijdrage voor den Pieterspen ning brengt en dan wordt vóór de introductie ieder onderworpen aan een nauwkeurige onderrichting door den kamerheer, omtrent hetgeen men zeggen mag en niet zeggen mag. Pius X ontvangt allen in zijn eigen bibliotheek op da tweede verdieping: hij is beminnelijk, hoffelijk, I goedhartig en behandelt niemand uit de hoogte of brengt hem in verlegenheid. De Paus vraagt en praat over de meest verschillende onderwerpen en besluit steeds met bemoedigende woorden vol mystiek. Wan neer hij goed geluimd is, is zijn conversatie zeer onderhou dend Om éen uur gaat de Paus weer naar boven op de derde verdieping om zijn middagmaal te gebruiken. Er zitten drie personen aan. Men heeft Pius X er ni'et toe kunnen bewegen alleen te eten,, zooals de etikette voorschrijft: op dat punt was bij van den eersten dag af, onverbiddelijk. „Alleen kan ik niet eten!" Toen beeft men er dit op gevonden: de Paus zit aan een afzonderlijke tafel, maar ter rechter en linker zijde plaats men twee klei nere tafels voor de beide secretarissen. Het protocol is gered. Op Zon- en feestdagen echter eten met den Paus zijn zusters, zijn nicht en soms ook andere bloedver wanten, die toevallig' te Rome zijn. De zusters en de nicht van Pius X van wie onlangs Maurits Wa genvoort aardige bijzonderheden aan onze vertelde, wonen op de Piazza Rusticucci, vlak hij het Vaticaan. Na het middagmaal neemt de Paus een korte rust en in den namiddag wandelt hij met een secretaris in het park Over deze wandelingen heeft men aller lei zonderlings verteld. In de werkelijkheid zijn ze zoo eenvoudig mogelijk. De automobiel, diie Pierpont Morgan cadeau deed, werd wiel door Pius X bewon derd en hij zag die met genoegen door de lanen van het park rijden, maar hij wenschte ze niet te ge bruiken Hjj zeide: ,,'t Is een mooi ding, maar een gondel is nog beter!" En de auto is overgegaan in den dienst van kardinaal Merry del Val. Er is veel gepraat over 'n soort van dierentuin, waarin de Paus veel belang stelde. Helaas! de droeve historie der leeuwenwelpen is aan bijna heel de wereld bekend! De leeuwin bracht drie jongen ter wereld. Ofschoon de krauten de blijde gebeurtenis hadden voorspeld, was niets voorbereid. De leeuw speelde met een van zijn kindertjes Saturnus en de leeuwin wilde de andere twee niet voeden en omdat men er niet zoo dadelijk aan dacht een teef te zoeken om die de dieren toe te vertrouwen (zooals men in alle menagerieën doert,), moest men zijn toevlucht nemen tot... de speen. Na tuurlijk leefden de welpen maar een paar dagen en stierven van honger... Een prachtigej struisvogel kwam om van.dorst en werd met alle voeren begraven; een meeuw ontsnapte en viel door de buks van een jager op den Janiculus; vier gazellen vluchtten naar een villa bij Porta Cavalleggeri. Om zes uur houdt de Paus zich bezag met zijn fi nanciën. De inkomsten uit rente van den Heiligen Stoel bedragen per jaar ongeveer drie millioen, welke geheel weggaan aan toelagen aan de kardinalen, re presentatiekosten der nuntii, bezoldiging aan beamb ten, onderhoud der gewapende korpsen. Om de zes millioen, die op die balans staan, te bereiken, moeit men zijn toevlucht nemen tot den Pieterspenning en andere inkomsten. De Pieterspenning brengt steeds veel op; Canada, Mexico en de Vereenigde Staten maken tegenwoordig de verminderde zendingen uit Frankrijk. Spanje, Oostenrijk en Engeland ruim schoots gosd. De taak, het evenwicht te bewaren, is opgedragen aan monseigneur Marzolini. Pius X is, naar bij zelf bekent, niet bevoegd in deze ma terie en verlaat zich geheel op de kunde van dien voormaliigen schatmeester' van Leo XIII. De zake®, volgen zoo haar geregelden loop. Die Paus is zeer gul met steun en aalmoezen; wanneer hij niet ten minste de helft van de verlichting, die hij overal brengt, verborgen hield, zou de bewondering voor hem verdrievoudigd wordep. Om zeven uur wordt de zegen uitgesproken in de capella Paolina in tegenwoordigheid van dien Paus en het geheele Hof. De oude sacristijn, mon seigneur Pifferi, 'die bijna honderd jaar oud is, of- ficiëert niet meer; de ondier sacristijn heeft hem ver. vangen. Om acht uur trekt Pius X zich in zijn studeer vertrek terug voor het afdoen van zijn particuliere correspondenties. Hij schrijft een zeer duidelijke, klei ne, ronde hand en gebruikt zeer licht papier, zon der eenig hoofd, maar versierd met een beeltenis van Leo XIII. N. Courant. dat IJtsma poogde bij Kamp den boel in brand to ste ken. Men kon zulke gevaarlijke menschen niet op de maatschappij loslaten meende de heer Officier. En len bewijze dat het hem ernst was om den knaap een aardig tijdje in den doos gestopt to krijgen en daarmee ido maatschappij tegen een zoo gevaarlijk heerschap, eenigen tijd to hevoiligens requireerde Z.E.G. een jaar gevangenisstraf Mr. Dorbcck, toegevoegd verdediger, achtte zijn cliënt een beklagenswaardig individu. Dc jongen was door hartstochtelijke voorliefde tot bioscoop-voorstelling, "die hij tallooze malen bijwoonde tot zijne daden gekomen naar het oordeel van pleiter, die hem bovendien „er felijk "belast'" achtte. Spreker concludeerde tot het op nieuw in handen stellen der stukken aan den rechter commissaris tot nader onderzoek. EEN ZWERVER. Willem Krap, oud-inwoner van Oude Niedorp, toen zijn vader daar nog een schoenmakersaffaire dreef,' is laalstelijk te Alkmaar woonachtig. Willem, een Sij- bekarspeler van geboorte,, en thans een kwart-eeuw oud, heeft het nog niet veel verder kunnen schoppen in de maatschappij dan tot oud-gast der rijkswerkin richting en -zwerveling. Uit de eerstgenoemde waar digheid is hij primo Maart j.1. eervol ontslagen, ter wijl 'hij de andere branche reeds eenige dagen na dat ontslar» ver(p(*>«nwwwU,«a~ dat^ontelag dozijn achtereenvolgende dagen m dc laand heeft YVim nmUpAni, Anonciissements Rechtbank te Alkmaar. Zitting van Dinsdag 15 April 1913. brandstichting. De eerste beschuldigde, is genaamd Tjeert IJtsma. kaasmakcrsknecht, woonachtig te Hoorn, die onlangs in bétrekking was als zoodanig te Abbekerk, in de kaasfabriek van de hoeren gebroeders Zijp. aldaar. Hij. is daar in September j.1. iin dienst gekomen. Zijn vader had bij de bespreking aan het in dienst stellen vooraf gaande, er den heer Zijp opmerkzaam op gemaakt, dat het aanbeveling verdiende, den jongeling zacht te be handelen. De heer Zijp .had van den jongen vrij goede inlich tingen ontvangen cn de kaasmaker Jan Smit kreeg zijn nieuwen helper bij zich in de fabriek. Eerst-ging Smit, levens als .meesterknecht in de fabriek fungeei- rende mol zachtheid (met Tjeert om. Maar d© vrucht baarheid van zulk iCfii mens dik undig optreden bleef den kaasproducent wat slang uit. En eindelijk beproefde hij het met wat meer gestrengheid. .Maar nóg waren de resultaten met schitterend en het ongezeggelijk jong- mcnsch werd weldra -uit zijn be!rekking on slagen. Beschonken was hij maar eenmaal geweest cn daar- Oïfir ernstig onderhouden zijnde door den heer Zjjp? liet hij 'hot .verder na. Doch zijn. ongehoorzaamheid bij den arbeid deed. .IJtsma zijn baantje verliezen. Later verzeilde hij in een fabriek te Hoorn, 't Was in deze periode, dat IJtsma oen erns.ig feit ploegde. Hij koesterde omdat hij woorden had gehad mest Jan Smit een wrok tegen dezen kaasmnker. wiens wo ning, evenals die van den arbeider A. Bouwers is ondergebracht onder één dak met de eigenlijke kaas- fabriek. Als uiting van die gevoelens stak hij eventjes het dak der fabriek in brand, in den nacht van 5 op 6 Maart j.1. Gelukkig is het niet zoover gekomen, dat de volwassen Joden dér beide gezinnen at de kin deren eemig letsel opliepen bij de even wraakzuchtige als gevaarlijke daad .waaraan IJlsmd zich schuldig maakte. t Nadat hij een doosje roode lucifers had gekocht bij den winkelier Remmert 3 fan lel en vervolgens bij hel dak was opgeklommen en in bel riet een kuiltje had gewroet, stak hij den brand in het dak. Doch toen het zaakje vlam gevat had, kreeg hij naar 't scheen al lieel spoedig berouw en ging met een ijver aan het blusschen, even groot als waarmee hij daareven den brand had ontstoken. i Smit, die door IJtsma's tikken aan het raam uit den slaap gewekt was geworden, hielp b'j 't blus schen, dat tamelijk gauw afgeloopen was. Het pet was echter van buiten en ook van binnen zwart gebrand en de teekenetn van den brand waren dus duidelijk genoeg. Trouwens beklaagde bekende het feit. De O. v. J. achtte het bewijs geleverd cn achtte dezen sinjeur, zoo al van niet bepaald misdadigejn aanleg, toch een gevaarlijk mcnsch in de maatschappij. Er heeft voor die in slaap verzonken gezinnen dien nacht bepaald levensgevaar bestaan. T Delict is van zeer ernstigen. aard en er staat jaren straf op. Kort te voren heeft beklaagde iets dergelijks geprobeerd bij zekeren Kamp, bij wiens buurman Koster onze beklaag de in dm host was. Tjeert had de aardigheid om zijn Kets telkens bij het thuiskomen tegen den muur te kwakken bij Kamp, die ziek zijnde, daarvan hin der had. ^omv Jvamp onderhield' Tjeert over zijn onhebbelijkheid met verzoek er mee op te houden. Het gaf echter niemendal en had alleen tot resultaat Op een half (LuJB acuiereenvoigende dagen m dc schoone Lentemaand heeft Wim onderdak en voedsel gevraagd aan 't politie-bureau 1c Alkmaar, hongerig cn zwervend als hij was. Zoodoende werd hij tenslotte we- fens het zonder middel van bestaan rondzwerven op e bon geplaatst. De President informeerde belang stellend of de rijkswerkinrichting nogmaals de eer liatl door Wim hoven allo andere verblijfplaatsen te wor den verkozen. Waarop de aangesprokene zeer naief en je zou zoo zeggen, werkelijk geheel ter goeder trouw antwoordde dat hij hot niet wist. De heeren geloofden het gaarne en de Praesus zei dat het collega het zelve wel zou uitzoeken. Gerequireerd werd door den heer Officier 3 dagen hechtenis en 3 jaar rijkswerkinrichting. GEEN ROOMSOEZEN EN BOVENDIEN NOG DE „KAST" IN. Chrisliaan Hach'meijer, een Alkmaacschc .sigarensor- tcförder, wou in don avond van 16 op 17 Maart j.1. eens heerlijk aan dc' roomsoezen. En toen hij daartoe, hij den bakker W. G. E. Valk binnenkwam, had hij daarbij nogal wat praats, zoodat men gien zin had. den op schepper van soezen te voorzien. De knecht Schrö- -dcr dirigeerde tenslotte het Ias'ige nog kleine ventje met een plank de deur uit. Nu was Kris nic! zoo bru taal als no. 1 van. de rol van hcdc-n, om er denrooden haan maar in te jagen, maar hij was toch wel hoog. genoeg om een ruit bij Valk aan gruizelementen ie slaan. Nu liep hij; er echter in -wegens vernieling. Een andere knecht "Wiersma, stond juist bij den oven met den rug naar het raam toen de ruit werd vernield. De bakker zelf had geen, vergunning gege ven tot de vernieling. De O. v. J. achtte het een geval, in brooddronken heid bedreven. Een tamelij'k gevoelige straf ter cor rectie va,n den beklaagde werd geëischt, nL f 20. boete of 10 dagen hechtenis. EEN „HUILERIGE" GESCHIEDENIS. Volgt Hendrik Evert Sluyter, een 23-jarig kan toorbediende. te Amsterdam geboren en aldaar woon achtig aan de Rozengracht. Hem is ten laste gelegd dat hij den 12den Maart 11. f 5 en drie dagen later f 10 heeft ontvreemd van zijn toenmaligen patroon J. C. Baan. een. fabrikant te Alkmaar. Wel had h" daar met het geld niet te maken en was hij slechts j aangewezen op de correspondentie, maar hij had zelf wat gebrek aan Iooddeelen en kaapte achtereenvol gens de 6 rijksdaalders weg. Werkende dicht naast elkaar, stonden de lessenaar van Sluyter en die van den boekhouder-kassier. C. i v. d. Plas. die er wel eens geld in had liggen, dicht bij elkaar. Nu was het den boekhouder al meerma len, voorgekomen, alsof er wel eens gelden werden weggemoffeld. En teneinde daarover eor.s zekerheid te erlangen, merkte hij eenige rijksdaalders ei» gaf ze in zijn lessenaar een. plaatsje. En. ziet het aas lokte het. muisje, dat in de val liep. Van de beide op 12 Maart gekaapte rijksdaalders besteedde Sluy ter er een om den besteller van de Alkmaar-Pocket H. Bruningh f 1.25 (voor de firma Baan) te betalen. Bit geldstuk werd opgespoord. Het tweede riks je vond de boekhouder na vermissing in Sluyter's ge)d- buideltje en verwisselde het tegen een ongemerkte soortgenoot. Toen kort na den diefstal van de vier andere rijks daalders die van. de twee reeds aan 't licht kwam, viel de dief door de mand en wees de plaats aan. waar hij de opbrengst van zijn twe<de oneerlijkheid had gedeponeerd. Maar nu zat hij er dan ook hope loos tusschen. De O. v. J. beschreef op schilderachtige wijze de hoogst zenuwschokkende momenten, doorleefd bij het bezoek van vader, moeder en verloofde aan beklaag de, die in bet Huis van Bewaring to Allernaar <vn plaatsje had gevonden, hoewel de O. v. J., al wilde Z.E.G. het ook gaarne, niet gedaan had kunnen krij gen, dat sinjeur geheel tot heden in voorarrest bleef. Het waren dan tooneelen, waardig zich af te spelen bij „de Brug der zuchten" te Venetië. Een roerend geween, gesteun en weeklagen ken merkten de ontmoeting en allen drongen onder een vloed van tranen er op aan, dat de jongen, in vrij heid zou worden gesteld. De schade namen zij gaarne geheel voor hunne rekening, die zou volledig worden vergoed, enz. Edoch, Mr. Hanegraaff dacht er niet aan, het ver zoek in te willigen, èn omdat de in hechtenis gestelde verdiende „preventief" te zitten, èn ook om re denen voor Z.E.G.'s zelfbehoud. Want had de Officier den. jongen wel op vrije voeten laten stellen, dan zou het Z.E.G. zijn gegaan als collega Van Dam te Am sterdam. die dat met degTadatie had moeten bekoo- pen. Ook had deze jongeman volstrekt niet te ste len, Zijne ouders zitten er goed bij. Maar hij dreef zijne uitgaven te hoog op en wilde te veel branie zijn tegenover zijn meisje. Met het oog op zijn ontwikke ling de jongen spreekt Engelsch vreest Mr. Hanegraaff voor ontvluchting en verzoekt onmiddel lijk-. gevangenhouding van Sluyter, tegen wien hij wegens diefstal ten slotte 4 maanden gevangenisstraf vordert. Na overweging in raadkamer verklaart de recht bank geen termen tot gevangenhouding te hebben gevonden. Beklaagde huilde ook nu weer volstrekt niet te weinig en verklaarde al hikkende, zijne ouders te lief te hebben om het land uit te vluchten. Had hij zijn ouders nu ook maar te lief gehad, om te doen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1913 | | pagina 1