llliitu Wiens-
Mmtutii-1 Luilinllit
7
Reine Handen.
WoeDsdag 22 October !913.
1
57ste Jaargang No. 5263
e
Raad van Schagen.
Vergadering op Dinsdag 21 October 1913, des mor-
{ens 10 uur.
Afwezig de heer F. v. d. Kamp.
Voorzitter de heer J. P. W. van Doorn, burgemeester,
secretaris de heer A. C. Roggeveen.
'Na opening der vergadering volgt de lezing en goed-
k keuring der notulen.
;e Daarn komt in behandeling het adres van de heeren
S. Overtoom en Zn., inzake het bouwen van 20 ar-
6 jeiderswoningen aan de Roggeveenstraat. Voorzitter wijst
n fer op, hoe deze zaak eigenlijk moet worden omgedraaid,
;erst moet 'er een straat aangelegd worden en dan
cunnen B. en W. verlof tot bouwen geven; ter bespoe-
liging zal het adres, zooals het daar ligt, behandeld
worden. Met het gedane verzoek gaan B. en W. accoord.
Zij willen deze adressanten tegemoet komen en stellen
dus voor de Verlengde Roggeveenstraat aan te leg
gen zooals zij dat vragen, afwijkende dus van het uit-
ireidingsplan. Zij stellen evenwel als voorwaarden, dat
het stukje grond van den heer Reining, dat onbestraat
BMaizou blijven, door adressanten a3n de Verlengde Rog-
jgïgeveenstraat zal worden aangetrokken en bestraat en
opdat er niet zal komen aan die zijde een
loodloopende straat B. en W. willen het gedeelte straat,
iat loopt van de Landbouwdwarsstraat over de Ver
engde Roggeveenstraat tot aan de overzijde dier straat
fan adressanten overnemen k f 1.— en voor rekening
der gemeente laten bestraten en rioleeren. Het ondér-
ïoudt der straat voor rekening van adressanten, totdat
de gemeente deze straat overneemt. B. en W. willen
le straat op 10 M. breedte, maar in aansluiting met
le bestaande Rogg.. v nstraat niet op 8 M. laten uit-
i oopen, maar aan één zijde, deze verlengde straat 2 M.
hf aten uitspringen. B. W. willen ook bij de aanslui-
ting 3 M. onbebouwd .aten tot het verkrijgen op "het
truispunt van een pleintje.
De heer Roggeveen bepleit uitvoerig het onbillijke
dat er in gelegen is, om op dit kleine stukje grond
iet finanliccl bezwaar te leggen, van het aankoopen j
fan het stuk grond van den heer Reining. Spr. wil,
dat hier de gemeente zal helpen het plan uit te voeren,
[lij wijst er op, hoe de heer Reining reeds in voordee-
ige conditie is door hei 'kunnen bouwen aan een door
le gemeente gemaakte bat en bepleit het billijke van
ncdewerking des heenReining in het afstaan Van
zijn stuk grond, waar .och een bouwverbod op ligt
voor een billijken prijc Waar dit misschien niet mo-
jelijk zal blijken, wil de .\ecr Roggeveen de adressanten
verlof tot bouwen gevend op de door B. en W. ge
maakte condities, uitgezonderd de verplichting tot aan
koop van het terrein van den heer Reining.
Daar de heer Va,der dep 'heel* Roggeveen, enkele
,alen interrumpeert, hamert voorzitter .én roept j
tem ten slotte tot de| orde..
Dc heer Koster stelt. ?:ch op dit standpunt, dat het
inbillijk is van adressan n te eischcn dat zij de .straat
loortrekken. Zij willen gouwen op een bepaald punt,
dat deel moeten zij rio eeren, en bestraten, maar het
;aht niet op tot h'en 'c zeggen: daar ligt nog een
jcdeelte grond, dat moet je koopen en bestraten, anders
mag je niet bouwen. Da heer Koster acht hier de ge-
«meerite aangewezen zelf Mat gedeelte grond tc koopen
jen het bouwen van arbeiderswoningen, een zaak 'die
(hier zeer urgent 'is, tebevorderen.
Voorzitter wijst er oh, hoe het standpunt van B.
»jcn W. hier is geweest, de aanvragers ter wille te
'zijn en dit blijkt uit liet feit, dat zij voorstellen een
der bcslraling en rioleering voor rekening, der ge-
imeente tc nemen, dat kost de gemeente f 10Ó0. Kocht
'de gemeente nu het stuk grond bovendien van den heer
IRcining, zoo zou dat Tl200 a 1300 meer worden,, dus
•te zamen f 2300, en dat is een finantieel offer, dat
en W. te groot achten. En van de eisch afstand
[te doen om de straat door te trekken, gaat niet. Het
oog moet ook worden gehouden bij dergelijke kwesties
pp den toekomst. Staat de heer Reining een uitgang
bver zijn grond toe, dan zal hel een onbestraat gedeelte
(blijven, niemand heeft er belang bij het te bestraten.
Weigert de heer Reining dezen uitgang, dan wordt
.jhet een doodloop d eind, in beide gevallen een on-
gewenschten toesl ,d, en tenslotte zou de gemeentejer
Feuilleton.
Directeur,'Schmidt had zijn' hand op den arm van
zijn, inspecteur gelegd en was hem in de rede geval
len rcet.de woorden: „Niet verder, mijnheer Von
Liebenow.'- met van ontroering sidderende) stem.
"Wat u daar wilt doen is zeer grootmoedig, veel te
ferootmeedig dap dat ik er een oogenblïk, aa,n mag
dat aanbod aan te nemen. Ik dank u van
ganscher harte uit naam van mijn ongelukkigen zoon
ook luit mijn eigen naam. Maar ik zou oen
bedrieger zijn als ik uw vriendschappelijk offer zou
jlaannt-men. U weet (zoo goed alsi ik dat de gezondheid
dvan mijn zoon zoo lis dat hem geen lang leven is
«beschoren. De hemel zal hem wel geen tijd genoeg
t j laten om een zoo groote schuld te deligen. En wat
'l'imijn borg-zijn betreft, ik, behoef Ju niet te zeg
gen, dat mijn ambtelijk© loopbaan Iniet zoo lang
meer i zal duren vooraj niet na hetgeen van-
jaag gebeurd is."
,,Dat is hetl juiist, wat ik ten koste van eiken
prijs wil voorkomen," Iriiep de inspecteur met warm-
■Bte uit. ,,Een man |van uw verdiensten en met uw
i#vooruitzichten mag nietldoor de schuldi van een a11-
jqüer uit het za,ael wonden| geworpen.'"
1,.Geheel zonder eigen schuld- geschieddé Idit niet,
este (vriend. Ik heb menig) "ding aan de opvoeditofe
an mijn'zoon laten ontbreken^ vooral wat dé keuze
anlhet beroep van niijn jongen betreft. Dat deugt
i 't geheel niet voor hem. Nu moet ik mede 'de
evolgen) dragen
„Neen, directeur, dat moet u niet. En opdat het
.usschen ons helder en klaar zal worden op
lat u mij niet voor taktloos enindringerig zal hou-
Jen, laat mij u dan ook alles zeggen. Het is wel
iet meest ongeschikte «ogenblik voor zulk leen ver-
daring, maan uw weigering dwingt mij. omltespre-
en. Ik heb uw dochter Alic© lief en ik koester de
loop li aar eenmaal tot vrouw te krijgen. Een toe-
omstigen schoonzoon zult u toch wel toestaan, met
sen offer, dat hij in 't: geheel niet als zoodanig be-
ehouwt en voelt, het dreigende J gevaar van, uw huis
if te wenden." j
Misschien had Schmidt zich in den loop j van het
Psprek wel op zoo iets voorbereid, want zijn ver-
ssing was in elk geval niet zoo groot als zijn
voor opdraaien. We hebben het reeds bij andere voor
beelden gezien, hoe gcwenscht het geweest was, als
reeds vroeger hierop gelet was geworden.
De heer Vader aclit het ook te ver gaan als f 2300
betaald wordt van gemeentewege, en meent dat de ge- j
meenle al zeer royaal is f 1000 voor haar rekening
te nemen. Spreker wijst op de verdere faciliteiten die
aanvragers gegeven worden, allemaal bewijzen dat het j
gemeentebestuur wil helpen. Maar er is tenslotte een I
grens. Als de heeren Overtoom de grond van den heer
Reining koopen, krijgen zij ter zijde van dat gedeelte
toch ook bouwterrein en kan dat de kosten weer ver- 1
lichten.
De heer Roggeveen zegt, dat de heer Reining met
dien grond zoo duur is, dat daarop niet is in te gaan,
De heer Meurs wil look helpen het bouwen van
arbeiderswoningen te bevorderen, maar 'acht ook de
uitgaaf van f 2300 te hoog. Spr. wijst er nog op,
dat de straat "a,ls zij doorloopt naar het plantsoen,
ook voor de aanvragers meer waarde Izal krijgen.
De heor Vader deelt nog mede. dat als de heeren
Overtoom niet op de voorwaarden van B. en W.
Ingaan, het anderen misschien zullen doen en. bo
vendien bestaat er groote kans dati elders arbeiders
woningen worden, gebouwd, i De hr. Roggeveen becht
aan! die toekomstmuziek niet veel waarde en wijst er
op, hoe de heeren Overtoom dezen winter de hui
zen zuiien bouwen. Er volgt nog 'een lange rede
neering met dezelfde gezichtspunten, met als slot
dat de heeren Roggeveen en Koster zich verklaren
voor toestemming tot bouwen zonder de verplich
ting van'doortrekking der straat naar het plantsoen
en de andere!heeren er tégen, zoodat de voorwaar
den van B. en W. zijn, goedgekeurd.
De heer Kosterbrengt ter sprake den treurigen
toestand van d© andere, helft der Roggeveenstraat en
vraagt of daaraan nu eens!niet iets is te doen,
j Voorzitter zegt, dat het particulier eigendom is
en de eigenaars willen, er niets aan doen. .Of het
te veranderen zal zijn is nog eens te;overwegen,
i De heer Roggeveen deelt mee, hoe eertijds de
maatregelen tot verbetering zijn afgestuit op den
onwil van éea, eigenares. Als de straat voor do an
dere helft bebouwd wordt gelooft spr. wel dat er
kans is dat er wat gedaan) zal worden, door de ver
schillende eigenaren-) I
Door het Hoofdcomité voor de a.s. Landbouwten
toonstelling was een adres a,an den Raad met me
morie van toelichting gericht, om f 1500 subsidie
en. C '1500 deelname in het waarborgfonds. B. j i
W dat zijn de Wethouders, stellen voor f 800.-
subsidie en, Jf 500 waarborgfonds, het laatste zou
nnodig te betalen uit;den dienst 1915. Zoowel als
Burgemeester a,ls voorzitter van 'dit comité zich in
het college van B. en W. 'onthouden heeft van cte
besprekingen zal hij dit ook', in den!Raad doen.
De heer Koster informeert naar do motieven
waarop d© Wethouders t,ot de genoemde bedrase(n
komen. I
De heer Buis acht dat moeilijk te beantwoorden.
Dat is gewoonweg de mate van appreciatie j wat be
treft het belang dat Schagen bij deze ten,toonstel
ling heeft. Moet het bedrag f 1500 of f 800 zijn.
Wij hebben er rekening mee gehouden dat, het te
geven i bedrag geheel komt op den Hoofdei ij ken. Om
slag en,:verder is er aan gedacht, dat wij hier eik
jaar de I PaaschtenjtoonsteJiirg hebben. In 1881 is
er gegeven f 750.
Ik; heer Vader zegt, dat een vergelijking is ge
maakt met 1881. Toen was het een weelderige tijd,
nu is de tijd ook goed, 't is zoowat hetzelfde. Schar
gen is,wel wat, vooruitgegaan, maar toch niet zoo
veel. J
De heer Koster acht'dat de vergelijking met de
Paaschtentoonstelling niet opgaat, deze kan in, geen
enkel opzicht nnat een tentoonstelling der Hol 1. Mij.
van Landbouw - worden vergeleken. Het belang dat
van, deze laatsteuitgaat acht spr. veel grooter. Het
houden van e©n dergelijke tentoonstelling ia niet
aReen, een gemeentelijk belang, maar ook een be
lang voor onze geheele| omgeving jen daarom ia het
gebillijkt, da,t er,'een, flink bedrag van gemeentewege
voor wordt uitgegeven, ep dat dit; offer dan ook
goed besteed is. Wa,t evenwel gevraagd wordt a,cht
spr. te hoog.
De heer Roggeveen is het met den heer Koster
een s wat het niet opgaan van, de vergelijkingmet
de Paaschtentoonstelling betreft. Spr. acht deze ten
toonstelling voor ouzo j gemeente van hoog belang.
Schagen, toch ligt in;het midden, eeneb landbouwbe
volking en men ziet!dien landbouwstahd heel) graag
in onze gemeente en dan is het ook zaak dat flink
de schouders er onder worden gezet. Spr. komt tot
de conclusie om de f 800 subsidie van, B. en W.
vast te houden, maar het Hoofdcomité een rugge
steun te geven, met een storting ,in het waarborg
fonds, dat zoo wij hopenjniet noodig is, van f 1200.
Da heer Koster beredeneer!) dat de toestan,d met
1881 zeer ls jgewijzigd. Onze plaats is, dknk zij
de markt, flink vooruitgegaan, het bezoek van, de
landbouwende bevolking aap; onze gemeente isj sterk
vermeerderd, de belangen zijp sin,ds 1881 veel groo
ter en daarom stelt spr. voor f 1000 subsidie te
geven en;f 1500 te storten in het waarborgfonds!.
Het voorstel van den heer Koster .wordt verwor-,
pen met ivoor de heeren Hopman, Koster, Boekal
en Roggeveen. Over |het voorstel Roggeveen; shaak-
tep de stemmen; voor de hierboven, genoemde
heeren plus de heer Meurs
Toen kregen wïj een adres vap eenige 'ingezete
nen over de opvoldoende reiniging der markt.
In dat adres werd gesproken van meer gebruik
maken dermotorspuit, om het) ingedrongen vuil, dat
van tusschen de straatsteenen uitpruult, weg te spoc
len. B. en W. stellen voor deze zaak nóg eéhs te
onderzoeken.
Dut wil de heer Koster niet, meermalen als er over
onvoldoende reiniging der gemeénlestraten al is geklaagd.
Er is volgens spr. maar één oplossing: om bij de a.s.
behandeling der begrooting B. en W. meer geld te
geven. Hij is Cf van overtuigd dat het niet schoon
houden der straten alleen het gevolg is door gebrek aan
kapitaal om den arbeid te laten uitvoeren. Geef éen
grooter som en de kwestie is opgelost.
Voorzitter: dat hoop ik en dat hopen B. en W.,
maar het is niet zoo. De kwestie is anders. Het is
geen gebrek aan geld, maar gebrek aan personeel. Er
is geen voldoend goed personeel le krijgen. Het loon
is verhoogd, maar de mcnschen komen niet, 't is of
het een beleediging voor de menschen is, als zij straal
vegen.
De heer Korter beaamt dit, maar hij wil een hetere
reiniging voor de geheêle gemeente. Het is - overal cén
vuile rommel, liet Noord wordt zeer stiefmoederlijk be
deeld. de Loet, de Hoep, overal is het vuil. Geef kapitaal
en nlen zal een beter fundament hebben.
Dc lieer Roggeveen bepleit ook betere en doelmatiger
reiniging. De Gedempte Gracht is verbazend vervuild,
't Is waar dat er moeilijk werkkrachten zijn te krij
gen, maar nu de spuit gebruikt kan. worden is minder,
personeel noodig. Spreker geelt B. cn W. in overweging
de brandspuit meer te -gebruiken, 't is een goede rei
niging als men een sproeier gebruikt.
Voorzitter acht de spuit heet- mooi, maar men krijgt
een grooten toevloed van water, maar er is niemand om
dit water weg te schrobben. De mcnschen die vroe
ger water droegen vegen nu, maar dat' zijn ook de
rechte vegers niet.
De heer Vader wijst er op dat het'gebruik der
motorspuit heel slecht voor de steenen is. B. en \V.
zouden bij meermalen gebruik der spuit "nog meer ka
pitaal van den heer Koster noodig hebben, om dc
straten te laten herstellen.
Deze zaak zal verder worden uitgesponnen bij 'de
behandeling der begrooling.
Het pensiotnreglement der gemeente-ambtenaren
wordt volgens aangeboden concept, ongewijzigd goed
gekeurd.
Tot onderwijzers voor het herhalingsonderwijs wor
den benoemd de heeren Roep én Tjalkens met 9 en
stemmen. De heeren Ruiter en Schwantjc, die even
eens hadden gesolliciteerd, verkregen 2 en 1 stem.
Aangeboden wordt de begrooling der gemeentcgpsfa-
brick in ontvangst en uitgaaf op f 33700, met een post
van uitkcering aan de gemeente geraamd op f 1250. On
gewijzigd goedgekeurd.
Volgt gemcentebegrooting.
Bij den post belasting openbare vermakelijkheden blijkt,
dat JB. en W. het plan hebben om een belasting voor
te stellen niet alleen voor bals, maar ook voor andere
publieke vermakelijkheden. De commissie, die de be
grooting heeft nagezien en die bestaat uit de heerenc
Koster, Mcurs en Schoorl, betuigt haar instemming.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
Bij den post heffing van gebruik openbare gronden
en wateren, geraamd op f 1, acht de commissie- bet
gewenscht, met het oog op de opslagplaats aun de-
Laan en de daarvan komende inkomsten, een booger
bedrag te ramen. Voorzitter deelt mee. dat de ver
ordening regelende de opslaggelden, in ae praclïjk niet
voldoet B. en W. willen een billijker regeling treffen
en'daar zij niet weten hoe hoog de inkomsten daaruit
voortvloeiende zullen zijn, ramen zij het bedrag maar
op een f 1.
De heer Meurs segt, den indruk te brijgen, dat na
de regeling niet billijk is, er maar niets wordt geheven.
Dat acht spr. verkeerd. Het is een terrein dat de ge
meente f3000 heelt gekost en daarvan is een rente te
trekken, wat nu niet geschiedt. Hij dringt op spoed aan,
wat het ontwerpen eener verordening betreft met billijker
opslaggelden. De heer Koster bepleit een terugwerkends
kracht te geven aan de vast te stellen verordening,
opdat diegenen die nu geen opslaggelden betalen, dat
nog zullen doen.
Voorzitter acht dit administratief niet best mogelijk
cn gelooft ook niet, dat er veel voorbeelden zijn aan
te wijzen waar aan een dergelijke verordening terug
werkende kracht wordt gegeven, maar meent dat dit
besproken kan worden bij de» Verordening. Allen voor.
Bij den post 'marktgelden wijzen R. en W er
op, dat geen bedrag geraamd is als inkomst uit do
kaasmarkt. Daarmee willen B. en W. zeggen, dat zij
tot den Raad komen met het voorstel, om de kaas
markt op tc heffen. De gemeente heeft zoowel in 1911.,
1912 als 1913 op deze kaasmarkt geld toegelegd, he3
laatste jaar f 120. Allen voor.
Bij den post welk bedrag er verhaald zal worden op
de gemeente-ambtenaren voor hun pensioen, geraamd
op f 875, deelt voorzitter mee, dat alle gemeente-amb
tenaren met een vaste aanstelling en die hun wedde
door de gemeente betaald krijgen, met 1 Januari moe
ten worden verzekerd, zoo zij niet voor dien datum heb
ben meegedeeld, dat zij niet in aanmerking wcnschere
te komen. Door de gemeente moet gestort worden S
pet. van het bedrag dat zij in hun dienstjaren hij dc
gemeente hebben ontvangen. Dat kan dc gemeente in eéns
doen of in 40 annuiteils-slortingen. Daarvan kart 3(fi
'verhaald worden op de ambtenaren. Maar B. cn W.
stellen voor dien inkoop geheel door de gemeente to
laten betalen. Als pensioenbijdrage moet gestort wor
den 7 pet., hiervan kan 3 pet. als maximum op de
ambtenaren wordenverhaald eji nu achten B. en W..
f;een termen aanwezig om minder dan 3 pet. te ver-
ïalcn. Voor liet weezen- en weduwenpensiocn witten
B. en W. de helft op de ambtenaren verhalen, de helft
door de gemeente laten betalen. Deze voorstellen ook
te beschouwen als antwoord op de adressen rare dei*
Nederlandschcn Bond van Gemeenteambtenaren en dei*
Algcmeenen Bond van Politieambtenaren. De commissie
gaat met dc voorstellen van B en \V. accoord. wat
do inkoop betreft, maar verder willen zij ambtenaren
met een salaris tot f 600 toe, vrijstellen van het -be
talen der premie voor het pensioen van henzelf en vau
hunne weduwen en weezen. Dit voorstel achten b'.
em W. onbillijk, moeilijk als het in deze is om een
grens te trekken. Een arbeider bijv. die f 11 verdient
zal vrij zijn, die f 12 verdient zal moeten betalen. Voor
zitter wijst er op, hoe een arbeider van f 12. die dus
f 52 meer verdient dan een die f 11 heeft, ongeveer
f 37 zal moeten betalen voor zijn pensioen, lenvijf de
ander vrij is. Dat is toch hoogst onbillijk. B. en W.
stellen zich op dit standpunt dat de Raad hiel dè
ontroering. Zonder dat hij er e enige poging toe
deed, om de diepe ontroering te verbergen, die
hem d£tranen, in de oogen dreef, greep hij de hand
van deb commissaris.
„Inderdaad, mijn beste, je hebt de 'vraag om dé
hand van AHce al zeer slecht gekozen. Voor een
uur nog had ik je vol vreugde als mijn coon wel
kom gc-heetea, want ik ken je len, schat je hoog
als een flink en ijverig man. Nu echter 'en zijn
stem dreigde te breken van, aandoening, n,u ech-
ter kan ik uw aanzoek niet aannemen. De vróuw I
van. een jpelitie-heambte mag niet de zuster van
een dief zijn."
Maar Liebenow was 'niet met deze afwijzing te
vreden. Met de warme welsprekendheid van een lief
hebbend hairt verdedigtde hij zijn 'zaak verder. Hij
werkte op Schmidt's vaderliefde en hij ween er hem
op, dat hij 't aanbod niet mocht afwijzen, wanneer i
hij den, naam'van zijn zooni niet alleen redde, méar j
tevens het geluk I van, zijn dochter verzekerde. Wat
hij zeide klonk zoo verstandig ,en zoo overtuigend
dat rijn uit eergevoel geboren tegenstand I werkelijk
begon te wandelen.
„Nu'best. mijnheer Von Liebenow," verklaarde hij,
>k kan no'g geen (ja zeggen, maar ik zeg dan ook 1
geen heen- Laat mijvóór alles het moeilijke belzoek
aan den bankdirecteur brengen, diia 'man houdt het
geluk van mijn, zoon en; mijngezin in zijn handen,.
\fcvn den uitslag van dit gesprek zaljhet verdere af
hangen. Wees ervan verzekerd, dat iki niet ialleejn
aan Faul en, aan mij, maar ocwk wel degelijk aan
het geluk van, mijn dochter zal denken,"
HOOFDSTUK 8.
9chmidt (zag den bankdirecteur Bruno Delmonte
niet voor de eerste maak (Zij hadden elkaar, reeds
enkele malen ten huize (van dezen of1, gene ontmoet,
of hadden op solrées of andere) partijtjes eenige be
leefde woorden met elkaar gewisseld. Zij voelden
zichiwederkeeri|g niet heel erg tot elkaar: aapigetrok
ken.
- Zoo trad de politie directeur 'den man van wien
zijn wel en wee afhing, als een vreemde 'tegemoet
en er was in hun vroegere ontmoetingen^ niets, dat
hem do naamlooze pijn van, deze ontmoeting had
k uunen verlichten.
Doctoi Delmonte moest "bepaald reeds een bood
schap hebben afgegeven, om den verwachten'bezoe
ker zonder meer bij hem binnen t© laten, jwajnt zon
der dat hem de foltering van lang wachten werd
opgelegd, werden |de groote deuren, naar het pri
vaat-kantoor van den chef geopend. Delmonte stond
dadelijk van zijn stoel op en begroette zijn bezoe
ker met a«n lichte buiging. Maar hij liep hem
niet tegemoet, reikte hem ook geen hand, l zooals het
onder andere omstandigheden wel geboden was ge-
weest. I
„Ik heb u gewacht, mijnheer de politie-direcfceur
gaat u zitten."
Schmidt had niet de bedoeling, gehad plaats te
nemen. Maar sedert hij den drempel van dit ver
trek had overschreden voelde hij zXch niet heel ze
ker meer in de knieën en j daarom gaf hij aan de
uitnoodigiag gevolg.
„Mijn zoon, mijnheer Delmonte, heeft mij zoo
even een bekentenis over zijn dwajing afgelegd," be
gon Sehmidt met zaébte stem, „en u zult zich dus
kunnen voorsetllen in welk een gemoedstoestand) ik
mij bevind." I
„Zeker, dat kan ik. En ikzelf beklaag ;u uit het
diep9t van mijn hart, en ik hetroun het! dat wij over
eert'dergelijke zaak met elkaar moeten spreken,. Maar
ik hoop vurig, dat wij itot een overeenkomst zullen
kunnen komen--"
Sthmidt had het tot dusver Inog niet gewaagd,
den man in het gelaat to zien. Eerst de niet ont
moedigende inleiding dreef hem er ;toe de oogen
<Sp te slaaA- Maar het gelaat, dat hij j da.ay voor
zich zag, was geheel ondoordringbaar.) Het was niet
mooi eniook niet leelijk, een regelmatig, allédaagsch
gezicht, met een massiefvierkant voorhoofd en een
teekenenden trek van energie om j den mond. Voor
een ongeveer vljf-en-dertigjarig man, w&3 de huid
opvallend glad en zacht. Maar het moest wel hGjt
gevolg zijn van een overdreven zorg voor zijn huid,
want doctor Delmontef hechtte blijkbaar zeer veel
aan zijn uiterlijk. Zijp) kortgesueden !t)aard was on
berispelijk van vorm, zijn kleeding van meer dan
noodige elegance en zijn nagels wapen gepolijst ajs
van een modedame. (Hij deed niet de minste moeite
om den vader van den ontrouwen beambte een boos
of norsch gezicht te toonen, maar er was evenmin
een trek van medelijden of medegevoel ,op zijn ge
laat te vinden, waaruit Schmidt eenige hoop kon
putten.
„Mag ik vragen, mijnheer Delmonte, wat u beslo
ten is te doen?")
„Da zaak is zooals u mij wel zult toegeven zeer
ernstig des te ernstiger omdat mijn beide mede
directeuren er niet voor te vinden zullen zijn, om
met het oog op de familie, de zaak geheim te hou
den. Zij zijn geen voorstanders van' dit systeem.
Komt dus de zaak ter hunner kennisse, zoo zal
ik geen macht hebben om een aanklacht te verhin
deren."
„Maar bestaat er dan een mogelijkheid om hen
buiteD, deze zaak te houden?"
„Daarop moest ik eigenlijk plichtgetrouwmet
neen antwoorden. Want het is niet meer daa na
tuurlijk, dat ik in de eerste bijeenkomst der direc
tie d.«ae zaak ter sprake breng. Maar ik ben ten
slotte niet alleen beambte maar ook monscli. En
daa:- het geval nu is, dat ik. alleen de strafbar©
handelingen van uw zoon heb ontdekt, zoo zou ik
mij wellicht'hoewel ook niet zonder strijd en
gevaar voor mijn eigen positie er toe kunnen
laten vinden het gebeurde voor mijn collega's en
voor de wereld geheim te houden. U kunt de
ontvreemde som zeker wel)dadelijk aanzuiveren, mijn
hear Schmidt?" j
Schmidt had deze vraag moeten verwachten, en
had ,tijd genoeg gehad, om zich op de beantwoor
ding voor te bereiden. Troté dat was hij in ditoogen
blik der beslissing, nog even besluiteloos als toen
hij tegenover Liebenow stond. Wel dacht bij aau
zijn ongelukkigen zoon, aan zijn eigen, carrière, die
reddeloos'verloren was, wanneer de zaak ruchtbaar
word en ook dacht hij aan zijn arme, onschul
dige dochter, wier levensgeluk bij een openlijk
schandaal voor altijd vernietigd werd maar toch
alles wat voornaam en, groot in hem was verzette
zich tegen!de gedachte dat hij alles zou hebben te
danken aapt de dwaze opofferingsgezindheid van eet
misschien t.e vurig liefhebbenden jongen man. W«<
hij straks onder Liebenows i drang er zeer na aai
toe geweest, rijn hooghartig) aanbod^tan te nemen
zoo scheen, het hem op dit oogenblik geheel onmo
gelijk toe om dat te doen, het was een eerloon
daad die misschien, nog erger was dan de dwalinj
van zijn zoon.
„Kan ik misschien van u hooren hoe hoog? de san
is, iaijnheer)DeImonte?"
„Zjj beloopt ongeveer (volgens mijn, voorloopïge
aauleekeningen, die overigens geheel met de opga
ven van uw zoon overeenkomen, ongeveer -zes-eo-
veerlig duizend mark.'"
Nog e n seoondelange aarzeling, dan schudde d©
politic-directeur het hoofd. „Ik bezit) geen vermoge®
en de inkomsten van.mijh ambt zijn voldoende -om
van te leven. Zulk een som:bijeen te brengen, ook
over eenigen tijd, gaat'boven mijn macht."
Cl.
I
Wordt vervolgd.