llitiiu Niuis- d. Zaterdag 31 Januari 1914. SCHAO 57ste Jaargang No. 5320 IOIIRAHT. Dit Nummer beslaat uit drie bladen. EERSTE BLAD. Ei* was er'es. (Ingezonden.) „Er m& ertesLiefelijke klank, die mijn oor bekoort, en me onweerstaanbaar terugvoert naar za lige kinderjaren! „Er was erieeNog strek ik m'n hals begee- Irlg uit, en sper m*n mond en ooren, en oogen open,, de gulden sprookjeeklankqn en -kleuren, in te zwelgen. „Er was er*esHoudt go van sprookjes, le- 4k aer? Ja? Met denzelfden, hartstocht al6 ik? Goed. IC Dan een sprookje.'! „Er was er'es een koning. Zijn naam? Ja, hoe iheette hij ook weer? Frederik de Machtige? Of Wili- lem de Geweldige? Of Da,vld de Groote? Of Amem- "I ihoteph? Of Herodes? Ja. Herodes kan het geweest t .zijn. Want immers ook Herodos was een koning, diie eigenlijk geen koning was, maar niet meer dan eepi onderkoning, een stadhouder. Door Keizer Augustus 'li was h(j benoemd. Keizer Augustus had hij naar de oogen te zien of anders had hij kans aan den dijk Fl»|te worden gezet. En van erfopvolging was in het i .geheel geen sprake. 'tl Dus: daar was er'ee een koning, die eigenlijk geen koning was; en zijn naam was (vooruit dan maar!) jHerodes. Herodes nu werd oud, en. z'n haren werden grijs en z'n leden stram; en moe van het rageeren, werd jhJj ziek en stierf. En, de rijks-grootien: de grootvizier, |de kamerheeren, de ministers boodschapten het aan Ihet volk met droefheid in voorkomen en, stem: „De Koning is dood! Onze goede Koning is dood!" En de klokken begonnen alom te luiden; en die er nog niets van wisten, en verwonderd vroegen, wat dat beduidde, ontvingen hot sombere antwoord: ,De Koning is dood! Onze Koning is dood!" En er werd niet anders gesproken dan van den gestorven koning; hoe goed hij was en hoe eenvou dig en rechtvaardig. Of hij dan niets verkeerds had gedaan in zijn vele regeeringsjarenOch kom! Wie is er volmaajct? Envan de dooden niets dan goed! En de klokken bleven dreunen in doffen cadans: „De Koning Is dood! Onze Koning is dood!" Maar alle ding gewent;-zelfs het ernstige droeve fait. dat de koning dood is, „onze goede Koning!" Bovendien het leven roept! En de dooden mo gen recht op ons hebben, maar de levenden meer. Ja, het leven roept! En hoe? „De Xor ing is dood! 1Levei.de Koning!" Wel drommels! daar moet toch weer een nieuwe koning wezen? Werk aan den wik kel voor grootwaajdigheédsbekileeders, ministers kamerheeren, senatoren, volksvertegenwoordigers. »JDe Koning is dood!" 't Klonk somber en droef in het hart des grootvizieren, maar een, blijder klank begint ^ich ,baan te gbreiken: „Levei de Korafuig!" WB Ja, daar klonk zelfs iets in van stille hoop en blijde verwachting; „Leve de Koning!" Maai* welke 'Koning? mm En het hart van den ópper-ceremoniemeester was ook vol drroefheid. ,,De Koning is dood! Mijn geUef- Ide Koning dood!" Maar ook: „Leve de Koning!" Nietwaar, dat is menechelijk neen meer: dat is plicht! .Jromers, de dooden hebben recht op ons. maai- enz. Wie zou die Koning zijn? En wie dit? En wie dat? Want de koning, die eigenlijk geen koning was, las niet alleen koning, maar ook. „Rentmeester van de bezittingen des grooten Keizers". En hij was ook „Voorzitter van den raad van, adel". En hij was ook „Beschermheer van de Maatschappij voor Kunsten) en Wetenschappen". En hij was ook „Beheerder der bizondero Staat/inkomsten uit..." (ja, ik weet waar lijk niet waaruit!). En hij was ook „Commissaanb van...;? ja, wat was li Ij al niet! En al die vereeaygin,- ;gen, rpden, maatschappijen, moesten, nu ziin voorlich- H ting en, steun missen,- „He Koning ls dood!"" En al H die vereent gingen, raden, maatschappijen moesten I'toch doen datgene, waarvoor ze in, 't leven, waren geroepen. Zij kunnen niet wachten, geen dag en geen nacht. Zij kunnen de werkkracht eri steun van een koning niet missen. $n dus: „Leve de koning!"' Welke Koning? Wie dit? Wie dat.? Zoo peinsde de grootvizier. Zoo peinsde de opper- cerenioniemeester. Zoo peinsden ministers, schatbe waarders, kamerheeren, enz. enz. En over de scha duw van het: ,.De Koning dood", ging steeds hoo- ger op de zonneschijn van hoop en verwaohtmg. Want al die betrekkingen van wijlen den ouden koning gaven arbeid: ar bed d in 't belang van den S sta^l. in 't belang van de maatschappij, tot heil van, 't vaderland. Maar niet al te veel arbeid. Wel, mem laat toch z'n koning nflet werken als een boeren- arb°lder! En al die betrekkingen van, wijlen' den grijzen ko ning gaven ook hun beloonlng: eer, roem, dank m en ook zilver en goud. Natuurlijk! Ieder arbeiid.er is J|| immers z'n loon waard. En, niet aj te weinig daarvan. 'JJ' Weï, men betaalt toch immers z'n koning, niet als een boerenarbeider! r— En in de harten van de grooten des rijles overglapp- de de zonneschijn va* hoop era. verwachting nu ge heel de schaduw van het droevige „De Koning ls Öopd."" En die schaduw vbnd nog slechts een scha mel onderdak in een enkel vertrouwlijk hoekje hek hart van een eenvoudige in den lande, die nog deens bleef denken aan den gestorven koning, en hoe goed en vriendelijk h# was. Maar de blikken der .grooten" richtten zich naar |TJ den grooten Keizer. Va®danr alleen konden zij h u n i|l, heli, neen, 'b lande heil verwachten. Vandaar hoesten komen de antwoorden op de vragen: „Wie onJcg? Wie dit? "Wie dat?"' En de opperceremoniemeester peinsde er ook over, ■at hij zou doen om op die vragen voor zlchzejve nstlge antwoorden te ontvangen. Of eigenlijk had ij daar reeds lang over nagedacht. Want voordat ,De Koning is dood" in sombere klanken over ■ela lippen gaat, speelt het als een blijde belofte loor vele hoofden. En de opperceremonteroeeeter nam den reisstaf op in ondernam de verre reis naar den grooten Keizer. !n als rbij voor zijn troon was verschenen, boog hij iep en vertelde hoe het land om een koning vroeg hoe h°t volk hem d<*n opper-ceremoniemeester wilde; en evenzoo velen van de volksvertegen- •oordi°ing en van de ministers en andere rijksgroo- En Indien het u, o Grootste aJler grooten, nu ■i ffe-t wil behagen, om aan, den wensch des volks gehoor te geven, dan zal uw wil mij wet zijn ©a ik zal den last die eens koutngs is, gewillig op mij nemen. Maar indijbn ik nog de vrijmoedigheid mag hebben, om u éen! goeden raad te geven, laat het dan deze zijn: „Dat uw genade niet vajle op den grootvizier, en ook niet op den geheimschrijver, en ook niet op den gouverneur, noch op een der ministers, want van velen hunner zijn de schouders te zwak om den last des koningdoms te dragen en... het volk wil hen niet. Leve de Koning! Wie Koning? Wie dit? Wie dat? En de geheimschrijver Lezer, 't sprookje wordt eentonig ep dus... ver velend. En dus de rest schenkt gij me zeker wel. Ik zal het kort maken. Weet dit: het laad, dat zoo gaarne weer een ko ning wilde hebben, kreeg weer een koning, die ook weer eigenlijk geen konAnê was. Eu al de aadere betrekkingen van wijlen den Koning werden weer bezet. Do genade des grooten, Keizers viel... ja, op wlen viel die genade ook weer? Op den, grootvizier? Of op den opperceremoniemeeótev Of op den, ge heimschrijver? Of op den gouverneur? Of op een dersenatoren of ministers? Ik weet het waarlijk niet. Het maakt ook piet veel uit, want ik geloof wel, dat allen opgewassen waren tegen, de moeiten van het koningschap. Maar dit weet ik wel: toen de groote Keizer ein-j delijk na rijp beraad en grondige overweging van al die goede raadgevingen, zijn genade op éen van al die rijksgrooten had laten vallen en hom had uit- verkoren, om na hem de grootste onder de grooten j te zijn toen juichten nagenoeg al de andere grooten des rijks- „Leve de Koning! Ja, hij is de waardigste van allen! Hij is de rechte man op de rechte plaats; 't ls ^oed dat de genade des gi*oot«n Keizers viel op hem, want... hem wilde het volk." En zij riepen de aanzienlijkste burgers te zamen en verzamelden de bloem der jongelingschap. En de klokken luiden wederom, maar nu met blijden klank. En vlaggen wapperden! En schoon© Jonkvrouwen strooiden bloemen. En allen wedijverden in geestdriftige' welkomsttoe spraken ter eere van hem, die alleen, maar had ge wild, omdat de groote Keizer hem wilde en omdat al de rijksgrooten. ja, het gansche volk nooit een ander dan hem had gewild. En het „Leve de Koning!" was ito geen dagen van de lucht. Totdat eindelijk de rust wederkeerde in het land; en de nieuwe koning, die ook weer geen eigenlijke koi»ing was, kon kalm aan het, regeeren gaan, om op zijn beurt weer oud era, grijs «n, stram le worden en moe van al het regeeren dood te gaan en Plet sprookje wordt alweer eentonig... en dus ik eindig. En als nu iemand vraagt, of dat alles zoo gebeurd is, dan zeg ik: „Sprookjes gebeuren nooit!" A. B. Buiienlandsch Overzicht. De interpellatie over de zaak Zabem heeft in den Rijksdag pJaats geliad. De behandeling ei* van heeft eqhter niet aan de Vei wacht ingen beantwoordwei was de belangstelling om de ve.gadering bij te wonen, bij zonder groot bij liet publiek; doch het animo was bij de afgevaardigden minder g oot, zelfs schitterden, welen door afwezigheid. Een der sociaal-democraten, dr. F,ank. nam aan het debat deel en besprak daarbij uit voerig het optreden van den kroonprins in'deze af faire Hij haalde zich deswege het misnoegen van den rijkskanselier op den Jials, die uit de woorden van den sociaal-democra lischen afgevaardigde wilde aantoonen, dat deze partij hel leger haat en maakte hij van deze gelegenheid tevens gebruik om een forsehen aanval te doen op de sociaal-democraten. Overigens leverden de debatten geene bijzondere gezichtspunten op en was de behandeling eerder saai te noemen. De vonnissen, waarbij vrijspraak werd uitgespi oken, worden aan scher pe oritiek onderworpen door verschillende afgevaardig den. De rijkskanselier zweeg echter over de vrijspraak van von Forstner, over het oplreden van den heer von lagow, doch bepaalde zich hoofdzakelijk, zooals bo ven is gezegd, tot een fcrnien aanval op de sociaal-de mocraten. In bet laalstc stadium van het debat was de rijkskanselier vertrokken. De vraag blijft nu nog over, of de debatlen voort gezet zullen \s o,denin het begin dezer week Meld de Rijksdag gcene zitting in verband met het vieren van den verjaardag van den Keizer*, zoodat bij hervatting der werkzaamheden eerst zal kunnen blijken, of we nog meer te hooren krijgen. De geruchten houden echter nog aan, dal enkele regeeringspersonen, onder anderen de stadhouder van den Elzas. graaf von Wcdcl, naar aanleiding van hel voorgevallene hun ontslag zullen nemen. De lieer CalmeUe, hoofd redacteur van de bekende Fransche courant „de Figaro" kon den minister van financiën in Frankrijk, de heer Caillaux, nog maar niet met rust laten. Al is {het geblckeln, dat de vorige be schuldigingen legen den minister gpuit, op geen goeden grondslag berustten en de heer Calmette deswege hard is gevallen, blijft deze echter op den ingeslagen weg voortgaan. De heer Cal mei te dim hoeft gevraag;!, wat er geworden is van de ruim adüit miiliocn fraincs dio eene bankin stelling aan boeten verschuldigd was wegms hot niet nakomen van de voorwaarden waarbnder do leeningen, die deze instelling in Frankrijk had uitgebracht, toege laten werden Verder hoeft de afgevaardigde Dulrejl gevraagd of de inschrijving op Ottomaansche schakist- bons wel heeft plaats gehad na voorafgaande overeen stemming met do Fransche regoering. De minister heeft de ged.agdyn gevolgd, welke in een vorig overzicht als het beste f^noemd werd, wat liem te doen stond. Hij heeft namSijk &xn antwoord gegeven op dc gestelde v;a^pn cn gaat kalm zijn gang met zijne belastingplannen. D« toestand in hot, Oosten van Europa schijnt een bevredigend veTloop te zullen nemen wat de verdee ling betreft tusecheu Turkije en Griekenland van de ei'anden In de Aegëische Zee. De eilanden Chios en Mytilene zouden aan Turkije blijven, terwijl Grieken land daarvoor eene schade verg oedtin^ zou krijgen. De Grieksche minister-president Venezilos bevond zich d°ze week te Berlijn ter gelegerhe'd van het be zoek dat de koningin van Griekenland bracht aam h<*t Duiische hof; vervolgens is hij vertrokken naar Weenen. om een onderhoud te hebben met graaf B:rchtold. d<m Ooetenrijkschen minister-president. Volgens de berichten zaj dit onderhoud van zeer vriendsehappelljken aard zijn, daar er thans geene tegenstrijdige beiangen zijn, tusschen. de Donau-mo- narchie en Griekenland. Over enkele dagen zou de Grieksche minister tjan naar ('onstanunopel gaan om dan definitief een re geling betreffende het eilanden-vraagstuk te treffen. De prins von Wied aarzelt nog steeds naar Alba nië te vertrekken, hoewel het schijnt dat de andere pretendenten, die geacht konden worden mede naar den troon te dingen, zich hebben uitgelaten of door daden getoond, cat van hen, geene tegenwerking te vachten was. Immers Izzet pasja is openlijk uit gekomen voor zijne plannen betreffende Albanië en heeft de redenen uiteengezet waarom hij afgetreden, is Als minister van oorlog in Turkije. De Turksche rogeering wilde nieuwe maatregelen nemen welke moosten strekken ter verbetering van" het leger, met welke inzichten hij zich njet kon vereenigen. Izzet verklaarde voorts dat hij als Vorst van Albanië zou willen optreden, wanneer alle Albaneesche partijen hem ajs zoodanig wijdon erkennen, en de mogendhe den voor zijne can,dida,tuur waren. Aldus heeft hij verklaard tegenover een correspondent van de Temps. En 't hoofd der voorloopige Albaneescho regeering Ismaël Khemal heeft zijn macht gesteld in handen der controle-commissie. Hij heeft'zich naar Brindisl begeven om vervolgens naar Berlijn "te gaan tenein de zich daar bij den prins von Wied te voegen. De daad van Ismaël Khemal, om vrijwillig af te treden a's hoofd der voorloopige regeering heeft een uit stekenden indruk gemaakt. Men mag daaruit aflei - den. dat ook van hem geene moeilijkheden te duch ten zijn. Maar niettemin wacht den prins een moeilijke taak, waar het wel zeker is dat de Mohammedaansche be volking van Albanië niet bijzonder ingenomen is met de candidatuur van een Chr.Vtelijkejn prins. Generaal Villa, het hoofd van eera. gedeelte der opstandelingen in Mexico is verontwaardigd over de beschouwingen die geleverd zijn omtrent zijn per soon, Hij is volstrekt geen boef, beweert hij en, zeer goed In staat de teugels van het bewind te voeren. Voor zoover men kan, nagaan, wordt de po sitie vau president Huerta er niet beter op. en verwacht men dat hij de wijk zap moeten nemen. Eane g-roote samenzwering schijnt tegen de regeering te zijn ontdekt, welke op tóuw zou zijn gezet door aanhangers van Felix Diaz, den, voormaligen presi dent. Mocht deze samenzwering ten gevolge kunnen heb ben, dat aan het hoofd der .Mexicaansche iogeericg kwam te staan een man, die de belangen der repu bliek op eene wijze behartigde zooals Diaz zoovele jaren heeft gedaan, d;ui kon men dit oproerige Jand daarmede geluk wenschen. Er mocht van Diaz gezegd zijn dat hij met ijzeren vuist regeerde, een dergelijk persoon heeft Mexico wel noodig; do toeslanden, welke daarna zijn ontstaan, leveren daarvan wel het bewijs. Uit eu voor de Pers. VRIJKAARTEN". Naar aanleiding van, het bericht, dat hapdteekenin- gen worden, verzameld door Kamerleden voor het ver krijgen van vrijkaarten van de spoorwegmaatschap- upijen, schrijft de N. R. Ct., dat het een bedenke lijk symptoon zou zijn, indien in de nieuwe Kamer het vereischte stemmenaantai werd verkregen, dat in de oude werd gemist. Het blad herinnert er dan aan, dat deze kwestie zich vier jaar geleden even eens beeft voorgedaan, toen, de nieuwe, vroolijke, dik wijls luchthartige minister van Binnenlandsche Za ken uit het vorig kabinet, op een kwaden dag een heel stel vrijkaarten had verloren en dat toen ook sommige Kamerleden, toen bleek, dat alle ministers vrijbiljetten hadden, propaganda gingen maken, voor het verstrekken van vrijkaarten; aan de afgevaardig den in ons parlement. Het blad meent, dat „beleefdheden" als de vrij kaartengift vroeger welluidendheidshalve genoemd is, eenmaal aanvaard eenigermate de vrijheid van han delen, oordeelen en van aanmerking maken belem meren en dat te meer naarmate degenen, die ze geniet teeder van, gevoel is. De redactie schrijft dan verder: „En wie zich* zelf niet kent, zoodat hij verwacht, dat hij boven menschelijke fouten of overwegingen verheven zal zijn, heeft te bedenken, dat dan toch. j wie om hem heen zijn, voor de overgroote massa menschen blijven. Daarom zal hij, zooveel in zijne mach', is, ook den schijn willen vermijden, alsof hij bij de vervulling van zijn taak zich door eenige an dere. dan zakelijke redenen, laat leiden. „Gij zoudt wel anders hebben gehandeld, gij zoudt wel krachti ger opgetreden zijn. indien gij maar geen verplich tingen had gehad", mag geen verwijt zijn. dat ooit zelfs met schijn en recht aan een regeer in gspersoon voor de voeten kan worden geworpen. Er zijn voor beelden, dat iedereen dit heeft gevoeld. En onze re geering heeft hef, terecht, ook ten aanzien van de aangeboden vrijkaarten, begrepen. Geen vrijkaarten geen gunstbewijzen van welken aard ook, is voor wie een verantwoordelijke; betrekking bekleedt de regel is volstrekt niet tot publieke ambten beperkt het principtëel alleen houdbare. Voor Kamerleden spreekt, dit te steirker, omdat zij voor ons zijn de controleurs bij uitnemendheid. Dat zij zich van hun, taak naar behooren weten te kwij ten. b'ijkt jaarlijks bij de behandeling van de begroe ting, wanneer de spoorwegklachten los komen. Zal dit zoo blijven, wanneer de heeren gunsten van, de maatschappijen in ontvangst nemen gaan? Immers eene gave, een handpenning hoe men het noemen, wil, als er maar het begrip gunst in wordt uitge drukt blijft het vrljbiljet. welke mooie theorieën men er ook over verkoopt. Zoolang de spoorwegovei^ eenkomsten aan de Kamerleden het vrljbiljet niet toekennen als recht de vraag is of het zonder grondwetswijziging zou kunnen gebeuren als een recht, waaraan de maatschappijen onder geen voor waarde tornen kunnen, en dat dus ook aan de laden niet kan worden ontnomen, zoolang blijft de toeken ning van de vrijkaart eene gunst, die voor intrek king vatbaar is. Dat dit door dc maatschappijen, terecht, zoo wordt opgevat, blijkt wel zonneklaar hieruit, dat zij an ders dan Icn aanzien van de ministers, aan welke een aas-bod gedaan weid een verzoek oi;ohcsi, van de zijde der Kamer afkomst g Dh\ over'gnis, dc maat schappijen aan de Kamei leden, hun critici ex officie, genn aanbieding hebben gedaan, 'is veiklnarbaardit spruit ui! d"»i aard der verhouding vo^rt Ook wel uit het optreden van sommige Kamerleden in 1903. Eene gunst dus, en niets anders. Zal clan toeh «a Kamer, dit gunstbewijs aannemend, vrij hare roepisqg kunnen volgen Zal "zij hare vrijheid van spreko», doe* onzen wetgever voor goede uitoefening van hei amkt zoo onmisbaar geacht, dat er zelfs in de gr«ndwn< voorschriften zijn opgenomen, om ahar te waarboifttt -zal de Kamer die volkomen vrijheid van sprtkc«t zonder aanzien des persoons kunnen handhaven, oob wanneer zij giften giat aannemen? Kamerleden zijn vanzelf geneigd, volmondig Ja ta antwoorden. Anderen zullen over deze zaak met volstrekt zeker zijn. Hier geldt het principiis obsla. op. dat onze volksvertegenwoordiging het pad der f bewijzen niet afdalen gaat. Wij achten Kamerleden zeer hooc, maar per van rekening zijn er toch ook onder Kamerleden i menschen. Binnenlandsch Nieuws. TE KOSTBAAR. E enigen tijd geleden interpelleerde het V.-D. raadslW J. A. Klein Jr. in den gemeenteraad van Cu lem borg over de ergerlijke wijze, waarop gehandeld werd hg het huwen van niet-betalcnden. Deze menschen en milieleden, er mochten zelfs onder zijn van zeer boe gen leeftijd, moeten blijven staan, terwijl de arobtcnaa* van den Burgerlijken stand hoogst gewichtig ging zit» ten. De voorzitter heeft toen herziening in dit euvel to®< gezegd. Gisteren arriveerden, als gevolg daarvan 12 ge wone Culemborescbe stoelen op liet gemeentehuis, aal voor genoemd doel gebruikt te worden. De stoelen met zitingen voor betalende trouwlustige^, I aldaar gewoonlijk in gebruik, zijn derhalve voor de smalte! gemeente te kostbaar gebleken. INBRAAK. Naar de „Nieuwe Zeeuwsdie Courant" meldt, is <3 St Jansteen, terwijl de bewoners Zondag naar de vroeg mis waren, ingebroken in de woning van L. Verdurmest en een bedrag van ongeveer f 15.000 ontvreemd. Dei politie slelde een onderzoek in, tot heden echter zoadtep resultaat. BEZOEK AAN GEVANGENISSEN. Te 's-Giavenhage bevindt zich de beer Hopkins, ar- cMtect van de gevangenissen in Amerika, die met ver gunning van den minister van justitie een bezoek heeft gebracht aan eenige gevangenissen (en einde met de* J bouw en inrichting dezer strafinrichtingen bekend ie i worden. De Amerikaansche bouwmeester bezocht tc4 dat doel de Haagsdie gevangenissen en die te Haarlem. 1 NOORDSCHARWOUDE. De sociëteit Ons Genoegen alhier heeft een noodiging gezonden aan die te Zuidsc-harwoude, om een match te houden tusschen 12 biljartspelers va* elke club. „Op Maat" te Zuidscharwoude heeft ófci urtnoodlging aangenomen. O UI) KARSPEL. Wij vernemen, dat in ecu openbare vergadering met vrij debat voor de Vrijz.-Democratische Kiesver- eenigingalhier den 15 Februari zal optreden do heer W. O. H. Kost.er, Alg. Secretaris van den v -Dem. Bond. NOORDSCHARWOUDE. Wij vernemen, dat in de e.v. vergadering van Dcj Eendracht, onderlinge verzekering van hoofden ra* gezinnen in verband met het arbeidscontract, aa.1 worden voorgesteld ook bet uitwonend personeel te verzekeren op dezelfde voorwaarden als dit thaaa met het inwonend personeel geschiedt. BARS ING ERHORN. Op den avond van den 28sten dezer werd ton huize san den heer Schei-inga vesgnlering gehouden van dn Rundveefok vereenigmg. Het jaarverslag over 1913 werd gelezen. Daaruit bleek, dat de verceniging over dat jaar telde 12 leden, waar van dc heer H. Spaans met het einde des jaars voor zijn lidmaatschap bedankte Als monsternemer voor dal jaar fungeerde de heer K. Wilms, die op 118 dagen monsters beeft genomen. Voor do vereeniging tverdeq onderzocht 1473 monsters melk aangelegd werden 153 melklijsten. In het Voorioopig Register werden 57 koeien ingeschreven, in het Koeien-Stamrcgps'.er 23 ka:ion, ter wijl 1 stier werd' ingeschreven. Over 1913 weiden 58 kaJfsehetsen ingeleverd, waarvan 45 in het Kalfrcgïsler cn 13 in het Voorloopig Kalfiegister werden g.'boekt In het najaar k\vamen in 100 bewijzen van koeien, die gedekt waren door een slier, aan welken 'een pro mie was toegekend. De uitkomsten van het melkondor- zoek in 1912 gaven aan een gemiddelde opbrengst voor de vaarzen3239 KG. melk rnet 3 32 pet vet er* S.90 pet vetvrije droge s'.ofvoor dc twenters4027 melk. met 3.31 pet vet en 8.90 pet. v.v. dr. stel: voor derdkalvers: 4052 K.G. melk. met 3.33 pet. vet en 8.76 pet v.v. dr. slofvoor oudere koeien5355 KG. melk, met 3.20 pet vet en 8.72 o-t v.v. dr. s!of Tot bestuurslid in de plaa'.s van den herr S. Spaans jriet herkiesbaar) werd gekozen dc heer A. Vethman. De contributie voor 1914 werd wederom vas'geste!tl op f 1 per lidde toetreding als nieuw Ld tegai f 2.50 per persoon. 'Als nieuwe leden werden kxTgclaten dc heeren J. Schenk 'Az. en C. Schenk Az. Als minimumeisch voor inschrijving in het Kocacn- Stamregister werd gesteld oen vetgehalte van 2.80 pot Mei betrekking !ot dc keuring van koeien voor het Register werd aangenomen, om deze op twee punte* bijeen te brengen en he! vee ïia gocdkcuiing dadelijk üs branden met het merkleekeo der vcrceniging. A's keurmeesters werden «rmg.-wea.Ti de heerdu Si Spaans en J. Jimmtnk, met desi hoer T. Wemder als plaatsvervanger Tot afgevaardigden naar de vrrgidenng van den Bond werden gekozen de hceren Jm. Bloauboer Kx co Jb. Bakker Az. 'Als commissieleden voor het nazien der rekening van den penningmeester voor het votancb Mar werd n benoemd dc heeren G- Waboer en Jm. Btaauboer Gat De beschrijvingsbrief voor de op 24 Februari e.fc te houden vergadering van den Prov. Bond van Rund- veefakvereenigingsn werd nu behandeld. Vooral punt 8„deelname van don Bond aan de in dit jaar te Sehn- gen te houden Landbouwtentoonstelling", werd uitvoerig besproken en nauwgezet overwogsn. Met betrekking tót deze zaak kreeg de afgevaardigd in oodrachl te s'em- mén voor het Voorstel, om ranwege dm Bond In te 1 zenden eene collectie vee, uitgezocht uit de ingesch.even dieren der fokvereenigmeyn. Hel bestuur der Ri,ndvoefokvcre?nig*"n« 1e Barsin* gerhorn beslaat voor 1914 ui! <ic heeren Jm. B'aauboer Kz.. voorzitter; Jb. Bakker Ac., secreknis; D. B.'aauboer, T. Wonder en A. Vethman. KOLHORN. Zondag 25 Januari viel oen 15-Jaris jongeling F.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1914 | | pagina 1