Uuiici Bitlis-
Van Houten's
RONA Cacao
~s*5£5S555 &KAStWKiea*
WP
de
Donderdag 26 Februari 1914.
SCHAGE!
57ste Jaargang No. 5335
tOVSADIT.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
Zitting van Dinsdag 24 Februari 1914.
EEN LIEFHEBBER VAN TEGELS.
De eerste beklaagde was een zekere F. Boot, een,
loo.-tement koopman uit Hoorn. Hij is een aartslief-
sebber van pittige kleine tegeltjes. Al zitten ze
ander den, roet en smeer weg hem deert d®t®iet.
Hij spaart zijn schoone handen en zelfs zijn nagels
(tiet en krabt lustig stuk voor stuk de begeerige
rierkante kunstproducten! weg... arbeidt, waar zSjn
land iete vindt te doen!
Zoo wB£ hij onlangs in het laatst van het vorige
laar in een leegstaand huis te Venhuizen binnenge- i
paan, toebehoorende aan de Ned. Hervormde Ge - j
neente aldaar. Zijn geoefend liefhebbersoog ont
haarde weldra wat hii zocht: tegeltjes. Hij zamelde
rat Tan dat goedje bdj elkaar en ging er mee naar
|en Hoomsch antlquax. Engel genaamd. Deze deed
etnvankelijk even als de hongerige hotelgast, wien eep
leel klein biefstukje werd voorgezet en die toen
^ei: „Van dit soort vleesth wil ik wel 'n boef!" Ook
pitjnheer Simon Engel behandelde het aangebodene als
■en monstertje en stélde Boot in uitzicht, dat wa®-
jeer deze wat meer van dat goedje machtig kon wor-
len en hier bracht, hjjt, Engel, er dan wel wat voor
.vilde geven. Hierdoor aangemoedigd krabbelde Boot
Itfch haast de nagels van zijn vingers en had weldra,
lenige tientallen, tegelB bijeen en ging met een ken-
lis naar Engel toe. Daar "werden de tegels voor f 2.50
•an de hand gedaan.
De O. v. J. vond het ©en zeer ernstig delict en
lischte tegen Boot niet minder dan drie maanden ge-
fQncönicatnjf
JANTJE WEET hoe lekker
smaakt, en zijn moeder
weet hoe gezond het voor
hem is.
RONA Cacao is een
ideale dagelijksche drank
voor kinderen. Voedend
en toch licht verteerbaar.
langeaisstraf.
Vl NU WAS HET HOUT.
/y«« Volgt beklaagde Piet do Jongh, een arbeider uit
Piet had zich den 7den Januari jl. vergro
ef ion aan hout van den 31-jarigen landbouwer Klaas
\ociman uit de Zijpe. Er was een houtveiling ge-
•sC
.ociiuan uit de Zijpe. Er was een noaitveiiang ge
feest, waarhij Kooiman voor een heelen duit palen
'm slie+esq sekochi had. Dan, moet dat goedje, zoolang
Je Het niet hebt weggehaald aan de publieke eer lij k-
'loia mnMfln Clm daar TV1I Aflv+pr a,l
VOO
het noot hebt weggenaaid aan cle puDOieme eca-
*®eid worde® toevertrouwd. Om daar nu echter ai
J-iicn tijd met, je hapden af te moeten blijven, zie, dat
van Piet do Jongh wat te veel gevergd. Hij
p^jjajn dan ereds een paaltje, dan weer een sliertje en
^Had zoo al met ai wel een 90 stuks naar huis gje-
/!f^Pt, toén de mijn verkeerd sprong en de rijks-
veldwachter G. van den Burg hem snapte. Nou zat
Ie der in. Daar was geen ontkomen, meer aanj Hij
kreeg een proces je apn aö® broek, waar hij het mee
■Üoen kon.
De O. v. J. vond het een ernstig feit en elschte
50 boete of 10 dagen hechtenis.
Het kunnen zoo nog dure palen en slieten worden.
»-t zag Plet ook. iu vapdaag en hij wiLdei graageen
:htt straf, had het gedaan om aan hout te komen
oor 't stoken, enz. De President bracht hem ech
ter aan het verstand er sterk aan te twijfelen dat
Piet het uit nood gedaan had- En dan had hij de
mooie horlogeketting, waarmee hij hier heden pronk
te, weJ kunnen verkoopen en voor die opbrengst zich
hout aanschaffen, dat zou eerlijker geweest zijn.
En du kan Piet naai" huis gaan.
HOOGGAANDE RÏZIK.
Volgde Teunisje Krab. een rasecht Egmondsch
vrouwtje van een dikke dertig, "n Heel zenuwachtig
meDsch. En d'r buurvrouwtjes Kee Zwart is ook heel
erg zenuwachtig Beiden hebben ze kinderen... klein
tje», school!oopers nog. De lezer begrijpt wel al waar
we heen willen: 't werd „rfzie"... natierllk! Hoog-
Jgaande rizie
't Was de 21 Ja®neuT®rie, eere, de kindere ware
m 't glisson Ze speelde® bij de pomp. 'n Zoontje van
...TectieSie" was er ook hij, evenals een meisje va®
Kee, dat weldra het ongeluk had te vallen. Schreeu
wen geen gebrek, dat begrijp Je: ..moedèrrr, moe..."
De vrouwen uit de buurt er met ten „.viersie"
heen Teunlje en Keetje niet te vergeten. Keetje-
dacht dat die jongen vo® TeurJsje haar meisje badi
doen vallen. Daar lag nu dat arme wurm voor mi
rakel.
Feuilleton.
~o nai, <7=11 uuici&c
<ru èüi. voor nog de oplossing inkwam, Kee een
ferme mep in 't gezicht. Waarop Kee, wier haar
spelden binnen nog op tafel lagen, in de gauwig
heid haar nagels maar in Teu®tje's veJ zette.
Juist als de vrouwen daar in volle actie zijn komt
Jaap Prins doodbedaard met zijn neuswarmertje om
gekeerd in den mond en, de handen in de broek zakkei
aanstappen en begint ai van, verre te roepen: „Hei,
hoi..." En toe was 't uit, verklaarde ouwe Klaart je
Koper, de wed®we va®, Jaap Wijker, die ook bij h©t
standje was geweest. Maar hier hadden, we het slot
nog dat bestond uit een eilsch tot f 10 boete, subsi
diair 10 blagen hechtenis.
Beklaagde vond dat eigenlijk wel een beetje erg
en scheen wel wat fatalistisch aangelegd, t, Is im
mers Gods wil, dat het zoo gebeurd was en. daar
kan je niks an doen.
De Praesus vond het Gods wil dat Teu®isje aan
de zee woont. Die werkt zeer kaLmecrend en,
moet zij van profiteeren.
Nou, Teenitsie zei 't wel hoore of de eere d>'r
nog wat afdoen.
EEN ONAANGENAME ONTMOETING.
Iilifabeth Rijl'.es, een 28-jarige uit Anna Paulowna,
geboortig uit, Dan Helder, is een aardige verschij
ning. Maar, zorg d®t, z© niet boos op je wordlt.
Want dan krijg je wat te hooren. Daiar kan Mari|e
Pranger, ee® jcdetda®ie van nog maar 19 jaren oud,
van meepraten. Marie was met eenj clubje jongelui op
16 Januari aan 't schaatsenrijden op het Waligka-
naal, toen haar iemand vroeg* wie die dames daar op
den wal waren. Da's Elisabetli Rijkes en haai- mama.
mevrouw Rijkes, luidde het antwoord. Elisabeth vrtng
daar wat van op en daar de verhouding tusschen
partijen riet van de vriendschappehjkste schijnt te
zijn, begon ze legen Mar ie uit te varen en haar
met de gemeenste scheldwoorden, die men tegen
een vrouw of meisje bezigen ka®, te overladen. Ze
moest maai- eers aan den wal komen als ze durfde,
da® kon ze op haar krijgen, enz;.
Maxi© was van een dergelijke toespraak, a,l is die
in Marie's geboorteplaats mogelijk zoo ongewoon
weinig gediend en zoch/t haar troost bij madame Jus-
sitia, «ie haro machtige armen, da® ook naar hare
tegenpartij uitstrekte. Bet je hoorde heden f 5 boete
of 5 dagen hechtenis tegen zich e,Lachen.
VERZET TEGEN DE POLITIE.
Doris van de.- Hulst, een irutjebroeker product.
ócmecmte- veiu v> acnter Belz© van der
Veen en den rijksveldwachter Jan Broer van Enk-
huizen raar 't schuurtje gebracht. Hij had echter ver
duiveld weinig zin c-m zijn onzeker gescharrel langs
's hoeren wegen te staken, werkte zoo hard mogelijk
tegen, liet zich sleepen, ging herhaaldelijk weer op
don grond liggen enz. Dit spelletje hield hij maar vol,
trots herhaalde aannraningen va® de poliLie-beamb
ten. Er volgde zooais zich begrijpen Laat, een proces
verbaal op en thans werd Van der Hulst opgeknapt
met een eisch tot 14 dagen gevangenisstraf.
DEUKEN DICHT.
De zaken tegen J. LJfs uit Koedijk en E. Graven
maker uit Egmond a®® Zèe, werden niet gesloten deu
ren behandeld.
VERNIELING.
Rest nog de zaak t©gen Ja® Visbeen van Uitgeest.
De getuigen Comelis Vlottes en echtgenoote, die
de vorige maa' wegens d® begrafenis van hun zoontje
daar niet konden verschijnen, waren nu present om te
1 verklaren, dat Visbeen bij hem een ruit in 't café
had vernield.
De O. v. J. feleveerde, dat Visbeen voor een paar
jaar terug ook al wegens vernieling is gestraft.
Toén met; 14 dagen. En Z.E.G. vindt ge© termen
om thans een lagere straf te pischen.
Ook nu luidt de ëiseh 14 dage® gevangenisstraf.
A.s. week geen zitting. Heden over 14 dage® uit
spraken.
al reeds op zoek geweest was, trok het niet de aan
dacht, dat ik aan dezen tocht niet. deelnam. Alle
anderen trokken, uit, ik wilde ee® alleenzijn met Jane
benutten om de opdracht va® prinses Mary t,e vol-
i brengen,.
I Duizend' kussen, slechts! Ik wilde dat het er een
millioen was gewleest. En getrouw wilde ik mij van
millioen was gewleest. En getrouw wilde ik mij van
Terwijl ik de jonge gestalte zag verdwijnen, mis- de opdracht kwijten. Ik dacht dat. J®ne bepaald wel
_chien voor altijd, kwamen mij de tranen in de iets naders over Mary's vlucht wilde hooren en zond
oogen, terwijl ik aan het sterke hart dacht, dat zon- haai- een paar regels, dat ik op haai- wachtte- Da
der eenige aarzeling zooveel voor zijn liefde waag- debük verscheen zij beneden. Op mijn voorstel gin-
de. Ik wachtte op de anderen e® antwoordde ophef gen wij naai- buiten, naar een eenzaam tuinhuisje
algemeen gevraag naar de prinsee, dat deze haar valk aan het water.
achterna waa en ik heit dpdere gezelschap naar, haai- Wat een heerlijke wandeling was dat: Hoe onem-
toe moest brengen. dlg rijk is een mensch, die zulke herinneringen, zijn
Nadat ik de andere» met allerlei verklaringen zoo- eigen noemt. Een kostbare herinnerKBg ie beter dan
lang mogelijk had opgehouden, bracht ik hen. op een hoop, want zij duurt langer dan het genot van het
Terkeerden weg. Ben korte rit liet dit duidelijk aa® beleef de-zelf. Hoe wij zulk een herinnering in ons
het licht komen, en ik werd hartelijk uitgelachen, hart koesteren en, hoe siddert en beeft ons hart bij
Mon keek mij voor een domkop aan, terwijl ik i® de gedachte daaraan, en wij danken God, dat Hij
weikeJijkheid de aanvoerder van een heele® troep ons zulk e,en oogenblik heeft laten doorleven,
domkoppen was. j ik heb dikwijls door mannen hooren zeggen, dat
In vlug tempo rede» wij nu naar die plaats terug zij bun verleden niet gaarne nog eenmaal zoude® wil-
vanwaar Mary was vertrokken en bliezen daar luid len doorleven, doordat het kleine korreltje geluk in
en aanhoudend op de horens. Maar mijn doel was gee® verhouding stond tot het vele leed en ellende
bereikt en ik wia dei prinses Mary nu rustig-met dat zij hadden doorgemaakt, maar ik dajhk aan
Branoow op weg was naar Bristol. Wij doorkruisten j die eene vrouw - ik herinner mij nog elke minuut
do geheeie omgeving, aochten overal naar haar, maar met blijdschap en zaligheid, e® wanneer ik droomend
vonden geen spoor. Be® der heeren bracht de dames neerzit cn een deel va® dien gelukkigen tijd door-
'Trwijl drie van ons den geheelen nacht leef, zoo weet ik nauwelijks waar ik met mijn ge
dachten het liefst verwijl.
Elk oogenblik zou ik nog «e®s gaarne doorleven.
Jane's houding tegenover mij was geheel veranderd
en zij scheen zich schuchter en onbewust aan mij te
willen klemmen als den ee®igén itrooet voor h®ar
smart. Nadat ik haar de bdjzonclerhede® va® Mary's
vlucht had verteld en haar verzekerd had, dot de
Ingezonden.
Julianadorp. 25 Febr. 1911.
Mijnheer de Redacteur,
.Mag ik zoo vrij zij®, ee® plaatsje in an- blad tc
vragen ld' beantwoording van hetgeen de heer D. Sleu-
lel aangiandc mijn persoon meedeelt. Rij voorbaat
mijn dank.
Do heer Sleutel is zoo vriendelijk eet kwestie met
zijn gewezen werkman aan de groote klok te hangen.
Ik denk, dat hij1 dit gedaan heeft met het doel meer
ruchtbaarheid Ic geven aan den fraaie®- titel hem dooi
den Kantonrechter geschonken, of het moest zijn, dal
het doel geweest is de voormannen van de S.D.A.P.
in Koegras een smet aan te wrijven. Dan zal ik deze
trachten te rechtvaardigen.
Eenige weken geleden hoorde ik van een kennis,
die met den heer Sleutel gösprokeu had, dat ctóze mij
cn nog een ander partijgenoot besch uldigde, zijn w erk
man Mosk opgeslookt te hebben de kwestie, w#H-
hij met zijn baas had, uan te geven bij het Kanton#-
recht. Ik hooide van deze beschuldiging vreemd o>»
daar ik ten eerste niets van deze zaak afwist, ja zeJ>
niet eens iprvan op dc hoogte was, dat bedoelde .Mosk
bij Sleutel werkzaam was geweest. Ik trok mij echte-
van dezen laster weinig aan, omdat ik aan dergelijk
practijken ten opzichte -\an mijn persoon reeds oenig:
zins gewend raak. Toen ik echter nog meer Jastertatw;
hoorde, zelfs bedreigingen geuit werden door den het-
Sleutel, besloot ik eens met hein te gaan spreken
Wij hebben een lang gesprek gehad en aooats hf.
dan gaat. het eene woord haalt het andere uit. Ik heri*
ner me ook, dat we het gehad hebben over de ioooci
der boerenarbeiders, Hij beweerde, dio mensch en haddrt
geen reden om ontevreden te zijn. Zo liadden hd zer.
slecht nog niet. Ik daarentegen was van meenijig, da:
locwien va® 61/2 of 7 of 8 gulden niet voldoende ware®'.
Zulke loonon worden hier nog uitbetaald
aan vaste arbeiders. Losse arbeiders verdienasi
meer, maar slaan ook bloot aan werkloosheid.
Het slot van de zaak was echter, dat Sleutel me tóe'
op mijn woord geloofde ,dat ik aan de kwestie me*
zijn werkman part noch deel had. Ik beloofde hen:,
hét schriftelijk te zulkn bewijzen. Ik vroeg daarom
aan Mosk, of hij een verklaring wou onderteekeoen.
waaruit moest blijken, dat ik niets met de zaak tusscfie»
hem en zijn baas had uit te staan. Mosk was daartoe
gaarne bereid. Hij onderteekende de volgende verklaring;
Julianadorp, 2 Februari 1914.
Bij dezen verklaart ondergeteekende, dat de beer
L. Tigchelaar hoegenaamd niet is betrokken in de
kwestie tusschen den heer D. Sleutel en diens werf
man of die werkman heeft aangezet om die zaak
voor de rechtbank te brengen.
De ondergeteekende,
D. JOH. MOSK
Met dit briefje ging ik den vo'genden dag weer naar
Sleutel, liet het hem lezen, waarop hij verklaarde
dat hij me nu ge'ooven moest.
Ik dacht, dat dit lasterpraatje nu wel afgedaan aoc;
zijn. maar de heer Sleutel is waarschijnlijk nog nie»
voldaan.'Ik kan hem nu meedeelen, dat ik nu ook nog
niet voldaan ben, maar dat ik de beschuldiging it%'
bevoegd er plaatse zal aangeven en dat ik niet van plarl
ben. me langer to laten belasteren. Misschien, dat rkt
heer Sleutel daardoor een beetje gedweeër zal worden..
Met dank voor de plaatsruimte.
L. TIGCHELAAR.
Julianadorp, Koegras.
•xhiucu gïw epwi. «f* awren Draent ae aomes
naar huis. terwijl drie van ons den geheeie® nacht,
ia den regc\n hert. boecfc doorkruisten, een werkje dat
voor mij dubbol vervelend was, omdat ik wel wist
dat het toch gee® reenïtoat zou opleveren.
Den volgenden morgen trokken wij als de vuilste
jOgers die ik ooit heb geaden Berketey-Caetle bi®ne®.
In het slot heerschte de grootste opgewondenheid
over het verdwijnen der prinses. Men had allerlei uu ikwu ci-^oa.tM'a uan, aat ae
Termoedene, maar spoedig kwamen wij tot het alge- prinses op dit uur (met, Brandow roede op weg was
meen gevoelen, dat het 't werk was van strulkroo- naar het paradijs haher hoop en verwachting", hield ik
vers, die het land onvedlig maakten en de prinses ®et oogenbak voor gekomen een woord over mijzelf
'ontvoerd hadden, om een groot losgeld te verdienen, te spreken en ik zeide Jane vrijuit, wajt ik gevoelde
Wat was daartegen te doen? Voor alles zonden en wat ik wilde,
wij den koning eeai boodschap en wij waren stil en .,0 Sir Edwin," antwoordde zij, ..laat ons nu aa®
bedrukt bij de gedachte dat hij ons bepaald' wel mUn meesteres denken, e® ae® de morgen die haar
bij levende lijve de huid van het lichaam zou laten rerMillen."
scheuren. Dan reed een beteden korps uit om nog ,Nten, neen, Jane. de prinses is nu van alle zor-
eens naar Mary te zoeken. Daar ik in de beoefening gen verlost. Heeft zij niot alles bereikt wat haar hart
1 der wapenen weinjg presteerde en de® vorige® ®acht s maar e enigszins begeerde? La®t ons ®u een® aan
ons zelf denken, nu wij- hen zooi goed hebben gehol
pen. Gij hebt het op uw Lippen. Ja®e, spreek dot eene
woord uit e® het zal alles verandere® wanneer
gij mij lief hebt, E® dat weet ik." Jane boog het
hoofd e® zweeg.
Ik vertelde haar dan va® Mary's boodschap .e®
smeek.te, dat, wanneer zij. mij niet met woonde® zeg
ge® wilde, wat ik zoo gaarne hoopt© te hooren,, zij
mij moest veroorloven, slechts het duizendste deel
van Mary's ze®ding over te brengen. Maar zij trad
terug en wilde dadelijk naar het slot teruggaan, waa
neer ik op deze manier voortging. Al mijn smeeken
hielp niets en haar halsstarrigheid in deze scheen
mij slechts eigenzinnigheid toe. Ik werd boos en vol
bracht zonder verlof Mary's boodschap, tenminste
een groot deel daarvan en vroeg toen beel gelaten,
wat zij nu dacht te doen.
Arme kleine Jane! Zij geloofde dat zij ®u voor
haai- heel© leven ongelukkig was. Half weenend» half
pruilend zat zij daar en zetde dat zij nu allee® wa;3
en wanneer ik, haar eenigie vriend, ha®r zoo behan
delde wist zij niet waarheen zij zich moestl wemden.
„Waarheen je te wende®?" vroeg ik, „kijk hier
heen, Jane. Je moet nu weten, dat ik niet langer
met mij spelen laat en dat ik het pla® heb zoo met
je om te gaan voor het geheeie leve®. Ik weet, dat
je mij liefheb® ge hebt hert mij vele malen doen op
merken en er is zelfs gee® schemer van leugen in
je wezen. Bovendien heeft prinses Mary het 1 mij ook
g©zegd_"
„Dat zal zij niet geda&n hebben."
„Hebt ge hert haar dan niet gezegd? Ik weet dat
ge nooit anders da® de waarheid spreekt* dus ant
woordt mij, Jane."
Zij knikte e® fluisterde tusschen haar hapdle®
door, die zij voor haar gelaat had geslagen: „Ja, 't
is zoo."
En ik ik volbracht de rest van Mary's bood
schap, nu zonder ©enigen tegenstand va® Jane.
Wij keerden naar het-slot terug en toe® wij scheid
den zeide Jane schuchter: „Ik ben bJij. ^lat ik het u
gezegd heb. Edwl®, blij dat het voorbij is."
Zij was blijkbaar z~er bevreesd geweest, maar ik
ik was blij, heel erg blij."
Binnenlaudsch Nieuws.
WTERINGERWAARD.
Zondag- en Dinsdagavond werd door de propaga®-
daclub der afd. Wiertngerwaard van den Bond vooc*
Staatspe®s-'o®neering, onder Leiding van de hoeren H,
Kok en H. Limpers, wederom een uitvoering gege
ven in de zaal van mej. Boon, beide avonden voor
een vol'e zaal. Opgevoerd werd: „Ondergang", tra
gedie in 3 bedrijven en „Ee® Turk", blijspel 1® tweej
®a®merking genomen werden bei die) stukke® zeer goeö
opgevoerd
In de pauze werden we vergast op' een lidd (prop.
van Staatspensioen, woorden van den heer Van Ham7
dat door 4 jonge dAroes heel aardig werd gezongen.
Ook de heer Van Ham gaf ee® paar voordrachten
ten beste. De ijverige voorzatter, de heer H. Lampers
opende en sloot de bijeenkomsten. Een woord ra®
hulde aan het adres van dezen kranige® voorvech
ter !s hier beslist op zijn plaats. Beid© avonden waa
een gezellig bal hët slot. dat vooral Dinsdag zich ken
merkte door ajnicitia ofte wel vriendschap. Verscha
lende voordrachten kregen we nog te hoore®
De secretaris heeft ®5 weer 20 nieuwe lede® kun
nen no-teeren, dus weer een mooi succes.
K1RNAV AI-BMI8ERE.
Een laaghartige aanslag is ter gelegenheid va®he*j
karnaval te Eindhoven gepleegd. "De caféhouder, de.
heer'Van Disi-h wilde in zijn koffiehuis aan de markt
wat ririmt© laten maken, met het oog op de volte.
Gewoonlijk verleent de politie daarbij eënige hulR,
ten e'nde zulks ordelijk te doen paiats hebben.
Een paar gemaskerde® namen hert nu de dochter
des huizes kwalijk, dat zij het verzoek voor hert z.g.
HOOFDSTUK 17.
Toen de prinsen mü verliet, begon do nacht reeds
aa® tö breken Wij hadden uitgemaakt* dat wanne®1
alles in orde was. Mary haar paard vrij zou laten e®
daar dit dier tijden in Berkeley-Ceatle op stal haA
gestaan, zou liet. bepaalld wel snel naar huis dra
ven. Tot verder bewijs dat zij, i® veiligheid was, zou
er een fij® draadje an® d® maaien gebond-c® worde®.
Het paard verscheen den eersten dhg evenwel uiert,
maar kwam eersrt de® tweede® morge® na. de vlucht
Ik vond het draadje, verwijderde het o®bemerkt 0®
bracht het aa® Jane* die hert, nu neg bewaart als de
storom-i' brenger eener blijde boodschap.
Toen wij hert slot cp den bewust en middag verlie
ten, droeg prinses Mary onder haar rijkleed hatar
mannencostuum e® terwijl wij zoo daarheen, reden,
moest zij lachen, alsof het een pretje was, waarbij
zij dcor comische gebaren mij® aandacht vestigde op
enkele bijzonderheden van haar tollert. Zoo was, wan
neer zij Brapdow ontmoet had, hert eenig noodSg© dat
zij even haar rijkleed afwierp, hooge rij-laarze® aan-
I trok e® haar slappen groot,©® hoed opzette. Dat alles
had Brandow bij zich.
Het behoeft hier niet te worden neergeschreven,
dat de bedde minnende® geen tijd verloren liet©*
1 gaan en al heel vlug o®der weg ware®. Na ee® paar
minuten troffen zij ee® paar mannen uit Bristol, die
hen begeleiden zonden en verlieten bij het inval-
l©n van de duisternis de® zijweg om den straatweg,
die va® Londen naar Bath en Bristol voert, i® te
slaan. De straat was goed t© onderkennen e® me®
I kon zelfs in de dichtst© duisternis haar gemakkelijk
volgen.
Men liep echttr ineer gevaar can in de modderpoe
len va® den weg te verzakken, dan. va® den weg af
te raken* Brandow had kort te voren de® weg tweè-
maal gerede® en de ergste plekken gemerkt en zoo-
doende hoopte hij dezej f© kunpen ontgaan.
Bij den aanhoudende®, regen verdween de laatst©
schemering vlug en de schaduwen van' den nacht
daalden neer, een van die zwarte nachten, waarin,
de heksen uitreden en bepaald waren alle duiveltjes
van Engeland op pad om onheil te brouwen. De hoe
ve® van de paarden klotste®, zoo luid in de modder,
dat Mary da<ht. dat het minstens in Londen te hoo
ren was, en de schreeuw van een uil, klonk haar al
he©l onaangenaam i® de ooren.
Wordt vervol gdi