Hetkeeren der jaren
van aan. Streek .Hans over z.'4i Iiruhtc glanreniTo krul
ten, vl«>nt «Iwi Urm om den jongen heem ou vwliU*
2iau veilig ia huur m« >orior liefde... Ook gi-liêuixl- 'l
wol, op /<>o'h tramrit. dal ouu of oodoro numoer luuir
zat le fixooreu. Allerlei beweginkjes maakte om haar
aandacht to (rekken... Blijkbaar innig ^crluigd, da'
haar koel- cn ongenaakbaar-doen slechts „loos spr
ietje" was... Wanneer Bets dan het lacherig gokijk cn
f«lonk beantwoordde met een kouden, strakËeu blik,
leef de meneer Snoestal glimlachen.... Nou-ja, dat ken
nen we, hé?.... En dik\Vijis was 'l gebeurd, dat hij haar
volgde; uit dc tram - achter Bels aan drentelend....
ToUlat i»ij heel dicht bij haar gekomen was, ergens
waar 't niet zoo heel druk was... En dat de meneer dan
iets fluisterde, z'n hoed; half afnemend... Denkend, dat
Bots na wel toeschietelijker zou zijn. En hoe zij zich
dun met ccm. driftige,n ruk omwendde, hem in groot©
verbazing achterlatend cn haastig -een andere lichting
kiezend. Of dat ze pal bleef stilstaan, vragend; „Wat
wenscht u, meneer? Ik kén u niet!
Dan werd' ,,de meneer" vuurrood), mompelde iets
van; ,,0 partionI" en repte zictli weg... Schokschou
derend. en zicilïtropstencl met: „Nou-ja, een ander
afspraakje. Dal kan oen menscli ook niet. drooahenl"
Later jmdi Bets over zulke dingen dan wol gelachen
met groolcn Hans, wiens sprekend evenbeeld t£a mooie
jongen van die hcldcr-brui.no oogen was.
„Wat zullen zo later wei zeggen" zei Bels, zicli
tegen hom aantvlijend, „later, gis ik do echte, heusolu-
lijkc, deftige mevrouw Van Dalen ben,."
HjJ liad geluisterd cn niets ge/egdi. In haar kwam.
geen seconde cenig wantrouwen op... Zij dacht aan
het bezoek, dat jcii dc vorige week had móeten ver
duren. Van Urm, d'r broer. Van den verloopen kerel
met de rauwe grogstem cn de loensche, loerende oogen.
Hoe hij d&ar, een cigarette draaiend, gelegen had op
dc canapé. En haar had uitgelachen toén zij hem
bezwoer, dat Van Dalen 't goed met haar meende. Over
eeii maand of drio. vier, zoudei. zii trouwen. Er
gens in oen klein plaatsje. Zóó had Hans 't geregeld
en dat vond Bets z<ive ook het prettigst. Niemand bad
er Iets mee te ma Zij zouden gum wonen in een
aardige, kleine villa. Kleifio Hans zou een juffrouw
krijgen om hem les te geven in Fransch... De jongen
moest natuurlijk den prachtige opvoeding hebben..
Maar Jon, de broer, lag maar te grinniken. Hels
kookte van woede, maar ze durfde hom niet nijdig
maken.... Zq moest oppassen voor Jan...
„En als ie jo nu kalm houdt", zoi Bets eindelijk,
bevend' dat Hans zou kunnen komen, terwijl de gemeen»,
vorloopm kerel daar lag, „als je jc nou bedaard houdt,
dah zul jij oemsfzien, dut je pus ter je ook niet vergeel!"
Jan had] even opgekeken. Kringetjes cigiirettc-wolk
naar boven geblazen. Nagedacht. „Nonsens 1" riep hij
uil, dfc .vent beduvclt je zoo handl als nog ooit van
d'r leven ©op. stomme imeiidl op, de wereld bedrogen is.
Ik weet wat 'k weet..."
Bets was opgesprongen toen-ie dat .zei. „Dat Heg
je!" schreeuwde ze.
„Goed" zei Jan, zich niets aantrekkend van haar
woede, „dan lieg ik 't".
„Je l>ent ecu smeerlap!" riep ze, voordat zij de.
woorden terug kon houden, dat ben jc altijd: geweest.
Herinner je maar, wat moeder voorspeld 'lieeTt, toen
jc dc linnenkast hadt opengebroken., loerr was je nog
geen twaalf jaar. En nou wou je mijn geluk verstoren
Neen, Jan, ik ken jou. Mot je geld hebben? Goed,,
vooruit. Zeg maar op. Ik zal zien jo met iets 1o hel-
Eon. Maar schiet dan op, asjeblieft. En ga weg. Je
oeft hier niet meer te Jcomcn. Als je wat t.o zeggen
höbt, dan kun jc" een briefje sturen, 't Komt toch altijd 1
op centen neer."
Hij, de schooier, zat nu op de canapé, „Centen?"
zei-ie, „jawel, die kan ik altijd gebruiken. Ilcb je
bij geval drie muntjes voor mij Of vier?... Of vijf tb-
Hoe meer, hoe beter!"
Zij ging naar een kostje. En Jan. beloerde al hare
bewegingen.... Zij hield hem in 't oog... Opende en
sloot heel snel een iaadije. Nam, terwijl zij do ka
merdeur lang» ging, en-passant den sleutel er af...
Reikte Jicm twee muntjes toe. „Dat is meer dan ik
missen kan. Pak'aan. Vooruit!
IIIJ keek de twee blauwe papiertjes met vies-mtn-
achtend gozicht aan. „Niks meer?... Je bent niet royaal
Bets... Afijn, dat komt wel terecht. Merci inlusschen."
Hij stond op. Schoof z'n slappen vjlthoed op één oor.
„Nou nog een glaasje yan die 'ouwe-klare... Van-laatst.
Jc weet wel. Die Van Dalen heeft 'n goed merk.
Dót mot ik zeggen."
Bets schonk hem in. Een gróót glas. Hij wiepte
't in. één slac om. Weer vul.dk zij 't. Borg loon de
karaf weg. Nu was 't genoeg. Ze jceek' naar do deur,
„Jawelzei Jan, met. z'n band' een sussende be
weging makend, cn het glas ohdc-klure nu langzaam
uitslurpenri1, „jawel, houd ie maar koest. Ik ga 'direct."
„AsjeblieftI zei Bete.
Maar eerst kwam hij nog even. vlak vóór zijn zuster
staan. Wijdbeens. Hoed scheef op den kop. Met een
..gHjhs om de lippen. „Jij bent stom, oLiestom. Laat
ik" jc dat zeggen zei dè ploert. „As-je wilt. hob-jc
binnen een maand' tien lappies, van difzend, zuó zeker
as. ik hier vóór je sta. Luister goed... Luister jnonjr
nié. Bete. As-je ooit tot inkeer komt, dah weet-je mijn
adres. Je scheldt nou op ie eenigen, bloedeigen broer,
ffiS&F dat neem ik je niet kwalijk. Dal doet de liefde...
Jij "snapt niet, dat die meneer Hans van Dalen jc be
duvelt. Maar je zult 't snappen... En as-je dan bij
je broer Jan komt, bij dag of hij nacht, meid, ik be
zweer ie met een wcord van waarachtig, dan ben
ik tot fe beschikking."
Hij stak haar „dfc vijf' toe.
„Wil-jc gaan of niet! riep Bets, hecsch van op
winding, „anders roep ik assistentier
de zijne. „Wat zou de markiezin, van, Creciuis wel
zeggen?" lachte zij. ..Die heeft mij daar straks nog
een. strafpredikatie gehouden. In haar tijd beslisten,
ajleen de ouders over hert, huweiyk dier dóchters."
- „,Wat gaart, ons het gepraat v-nn dat oude mensck
aan?" zeide Gourgand wat boos. „Jij behoort niet
meer tot haar partij, wanneer je mijn vrouw gewor
den bent, Clairc,.'"
„Een schakel zal tk zijn," lachte het Jonge meisje.
„Recht veel zulke schakels vormen dar, een vasten
keten om den troon van onzen, geliefden ltontojg."
Gourgnnd! knikte toestemmend, maak de woorden,
rukten hem toch uit zijn zalige stemming.
Zij raakten met een ontnuchterenden, kouden adem
zijn verhitte zdnner, a(n.
In allea, zelfs i tin intiemst© liefdesgeluk, gaap
te de tweespalt der meoningen. Zou Clajre niet ge
heel de zijne worden, of hij zeilf hekeoren? Hij
Hïeloofdo het niet.
Nadat de tafel was opgeheven en de koninklijke
A^kmilJe zich na een korten groet had teruggetrok
ken, verstrooiden ook de gasten zich zeer spoedig.
Gourgand bracht Clatre en, haar vader naar hun
agdjtulg. Hij zelr ging te voet, door het stille, wiltber
=36ieeuyde Parijs.
Een vroege winter dit jaar. De hoornen allo be
grijpt, de sneeuw kraakte onder zijn voeten. Het jank
-_At814 naderde zijn einde.
Zou het njeuwe jaar hem eindelijk aan het zoo
vurig begeerde dool brengen? Een keerpunt In zijn
leven moest het worden. Deze zekerheid voelde hij
cEoor zijn gansche denken cn leven.
HU Hep snel de smalle straten langs. Hier was
de sneeuw aan pap gereden en tot een vleze massa
geworden.
'Aan den heldoren hemel straaldjen de| ontelbare
- "sterren.
Zonder op do vuile straten te letten, keek hij
naar boven'Hoe het daar fonkelde en glinsterde
in dezen stillen. n*:ht.
By moest plotseling danken aan die ontnotelljke
sneeuwvelden vagi Rusland aan. den zwijgenden
tocht des doods, die onder zulk een onverbiddelijk
hoonenden sterrenhemel ziMi afspeelde Aan, don
overhaasten terugkeer naar Parijs, dat weer in volle
..verwarring do sterke hand mondig had, die de ten-
"gels der regeering opnieuw vastgreep Aan 'de
.-.bloedige oorlogen va» heit laatste jaar aan het
Hij schaterde 'I uit, „Ik ga al, mednml..,, Assistcn
ticJc zoudt-je toch... Afijn, ik ben niet boos op jc.
Dag. Bels, (Lig meid. Tot zie as hoor! Adieu..,. Dag
Zlti!
En hij ging... Eindelijk was hij weg. Op de trap hoor
de -zij hem nog grinniken. Eu bij de straatdeur riep
hij, met z'n rauwe stem: „AdieuTot ziens!....
Toen had ze lang zitten denken... En 't was haar
eindelijk gelukt, te overwinnen het gevoel van er-
schrikkelijke onrust, van vernielenden angst, dal inhaar
öpkwnm... Zoodsit, toen Hans een uurtje laier kwam,
zij hem weer vroolijk lachend kon tegemoet gaan.
„Moe! Moe!" riep kleftie Hans, met schitterende
oogen, de mooie bruine haren fladderend om zijn hoofd,
„moe, daar zijn twee hoeren om 11 to spreken." Bels
koele den jongen ontsteld, ontdaan aan.... Twee
hoeren?.... „Zij hebben 'n kaartje voor u afgegeven"...
Bets las een onbekenden (naam. En een. tweede naam
was op 't kaartje geschreven met pptlood'. Zij ver
bood kleiTiicn Huns mot haar meet te gaan. Trók haastig
'n andere blouse aan, ordende 'r haar, gcsplc ©en cein
tuur pin.... 'I Was of zo onwillekeurig wilde dralen
met 't naar binnen gaan... Waarom wist zo zelve
niet... 't Was heel vreemd!... Eindelijk c'ng zij.
Daar zaten twee nog jonge moneeron. l)c een deed
vrij stroef "deftig, maar de ander had jolige, vroólijke
<>og?n; was dandylike gekleed, een bloenipje in het
knoopsgat; geparfumeerd was-je, en hij zwaaide, zwiepte
al maar met een paar njeuwe, opgevouwen, grijze hand
schoenen... Beiden bogen zeer hoffelijk! Bets bleef staan.
Met bleek, vragend, angstig geacht.
„Wij komen" begon de woordvoerder eindelijk, en hij
keek Bets al-maar -diep in de oogen, dan weer z'n
blik latend glijden over haar rank, slank figuurtje...
„Wij komen als gemachtigden..."
„Is er iets met Hans... Met Van Dalen?" riep Be's
uit, met beide handen door de kroesharen woelend,
„maak 't kort... Ik smeek u, meneer... F.r is hom iets
gebeurd... Eten. ongeluk... O God, zeg 't dun toch..."
Maar dc meneer schudde het hoofd. Volstrekt nie\
geen ongeluk... Maar toch verdween de jolige trek
van z'n griaat. Hij keek den ander even aan. t Liep
toch anders dan ze zoo vermoed hadden...
„Noen, mevrouw", «zei de opgewekte, „daaromtrent
kan. ik u gerust stellen. Van Dalen is perfect-gezond',
voor zoover ik" weet, Niet waar, amice?",
„Zoor /aker!" beaamde de iots-stuggcre meneer.
„De reden van onze komst", ging numero een voorff
„is eenvoudig om U een meuedocling to <io©n..."
Bets stond daar, een'hand) op de hartstreek geklemd,
Met wijd-geopende, wikl starende oogen, waarin lang
zamerhand een vreemde gloed, een zonderlinge glans
kwam...
Zij luisterde schijnbaar rustig, mei ijzige kalmlo.
Den. meneer strnknninzieiwll. Eu ,nij praatte-, in allerlei
toonaard. Schertsend, vriendelijk, deftig, me! Iets angslig-
overrfidends, als-reeds goloovend dat zij berusten zou...
Ze hoorde nu en 'dan oen woord... <Vm op reis zijn...
Plotseling opgekomen plannen. Onvermijdelijke nieuwe
maatregelen... Was onverhoeds noodlg geworden.. Van
daar dat zij nu al, in oen dag of tien, twaalf, niets
van hem gehoord had1... Zij hoorde het praten van
de geaffecteerd© stem. Ze begreep... Zij rukte haar
kraagje open, want 't was of ze stikken zou... De
vriendelijke meneer, die daar stond, met een po-letenilio,
die hij uit den binnenzak van zijn jas had gehaald, had
medelijden met Bets... HIJ zng haar benauwd-zijn....
Haalde water... Kwam dicht bij haar, bij het mooie
fijne, nu gloeiende gezichtje... HIJ hield haar glas wa
ter voor... „Toe", zei dc vriendelijke meneer, O,toe,
drink eens!
En hi| sloeg, al sussend', nl bedarend, een arm om
haar taille... Toen kwam Bets, die zijn warmen, zwol
len adem op haar boezem voelde, bij. Met haar beide
handen rukte, greep, scheurde zij z'n boord, het front
van z'n overhemd open... Zij krabde hem op de wangen,
dat blooddruppeltjes biggelden langs z'n kin....
De ander kwam te hiulip. Maar Bèta wou niet los
laten. Zij zag nu scherp, helder voor zich do waar
heid...
Jan, haar broer, do ploert, had gelijk gehad...
En het schuim pareld© h<a<ar op do lippen. Zo boet als
een bezetene...
De meneeren, sohróemwdlejn om hulp. De mnn en de
Juffrouw der verhuurdierlj kwamen boven. Bóts Werd
vastgehouden met groot geweld, mot groote moei
te... Do meneer en vluchtten weg.
„Wat 'n, feejks! Wa.t 'n canaille!riep de aaayan,-
kelljk vroolljke, met z'n zijden, foulard ov-or de ge
kwetste wanjgen; WTijveinidVoelend,, of hij die portie
ren 111c, die hij haar had wHten, aatnbileden,. nog wel
bij zich had--.
En zij„ Bets, had haar mantel omlgcalagen;.
„Ja," zei do juffrouw, dilo naituurlljk allo» smfpte,
„dat'a nou echt ver»tnn|dilg van u. Do lucht zaj u ef-
feetief goed doen... Wees maar njot bozorgzl, monsrb-
ïtef. Ilc zal voor Hanaie wel) wonacyn. hoor!......, Gaat
uwes maa,r gerust, uit."
Bets docht aan niets. Zo Vloog de piraat op
Naar broer Jan... Zooals dcra© voorspeld' had...
Er stond een drietal terecht, 'h Zeer beruicht dries
tal. Wegens afdrefólng.
„Nou mot-Je eer.» opletten", fluisterde een advo
caat my, ter terechtzitting, in. het oor. „nou moet
Je 'eens goed opletten. Die vrouw... Juist, met dat
rossig geverfde haar... Bets heet zo... Dat Is nu
de grootste canaille, de gevaarlijkste van de drie...
Ik beloof Je, -die laten zJj niet gauw weer los."
't Was of de beklaagde hoorde, dat over haar
gesproken werd. zy keek onze richting uit... En ik
Schroa van de wilde, wroede uitdrukking dei' oogen.
tragische afscheid van den eeuzamoini balling.
Misachten keek zijn keizer op ditzelfde uur bok
wel omhoog naar den, starre,hhemel. Napoleon had
immers de sterren lief met den. bijgeloovigen herts
tocht van een zuideling.
Een vallende ster verschoot en verloor zich In, het
oneindige, een zilveren, lichtstreep achterlatend. Het
leek Gourgapid een groet u'it de verte eav een blijde
siddering liep hem langs dien, rug.
HJJ wikkelde zich va,-ter in zijn m'an,tel en, ging
vlug op huls af. Dij koek niet meer naam bo-voh., ma,ar
met vast saamgeknepen, Wippen, en neergeslagen oogen
nam hij dien Vullen weg' huls.
HQOFDSTUK 5.
De zee golfde haar beschuimde kammen naar het
strand. De meeuwen strteton, hun eigenaardig gekrijsoli
door de lucht. Hun. zilverwitte veeren schitterden i'u
het zonlicht. Vanaf de trap van een klein huiBsje. d)xt
op de Mon.te Campana gelegetn was, en waarvan metu
een vry gezdcht op de zee had, wefrden stukjes brood
door de lucht geworpen. De meeuwen vingen, die
heel handig in hun vlucht op.
„Hier, d'e groote witte meeuw vangt het best,"
zeide Napoleon, „die kunnen wy spoedig tam ma
ken."
Hy nam nog meer brood' uit de' korf. die hem
door den Engelschen gevolmachtigde overste Camp
bell werd voorgehouden. „Gooi ook eens wat, Camp
bell. r.rnvo' Geen enkol stukje mist hij. Men moet
slechts zyn doel scherp In het oog houden."
„Dat heeft Uwe Majesteit steeds zeer goed1 ge
kund."
„Ach, geef aan myn woorden niet zulk een diepe
beteeken is, beste Campbell," antwoordde' Napoleon
wat verdrietig. „Ik voeder heel onschuldig mijn meeu
wen hier en heb geen, dool en wenschen meer."
HU ging In den -met kussens bekleedlen korfstoel
zitten en nam een courant in de hand-.
„liet zlc-t er in de wereld juist niet heel vreed
zaam uit.'" zeide overste Campbell na oen pauze.
Napoleon, koek van zyn, courant -op. Een vreemde,
iets loerende blik gleed over 't gelaat van zyn met
gezel. „De rustverstoorder van Europa zlit toch kaflrn
op zyn Monite Campana en, voedert meeuwen..
Wat wil men, da,n meer?'"
.Koning Lodewjjlc edhymit 't niet to verstaan die Wief-
't Waren vreemde oogen.
Zuker, ze wuren woestj en drelgendl... Maar wan
neer men zo lung en met scherpe aajkduehL obser
veerde, dan was 't alsof men or ook nog andere
aandocning<n in, ontdekte.'.. Zooals van eindeloos lóed,
van zlelesmart, die een gevaarlijk'n uitweg zocht...
MAITRE CORBEAU.
Gemengd Nieuws.
ALCOHOLVKRIIRI IK IN ENGELAND.
Met de vorbreidlng van do hoogero beschaving en
het nieuwe idealisme onder de nrlxridértde bevolking
door het socialisme, neemt in hot algemeen, gespro
ken ln-t ateoihoilt.-me af. Toch wordt nog stoods on.t-
zaggeiyk veel sterlce drank verbruikt, cn 1» da da
lend o licvweging dn de afooholstatlstlck ver van. kon-
stant. Mon, moet daaruit opmaken 'dat do oorza,kon
die in hot kapitalisme de dranjkzucht wokken oinjt-
zaglijk sterk zyn en steeds nieuwe kracht krijgen,
Zoo wordt thans bekend! gtémaaM .dat In Engel:i,nd
dc totale -.om! ;over 1013 rttam. alcoho'houdende vochten,
uitgegeven 61.5 milll'oen g-ulden hooger /dtui; het
bedrag in 1912, nj. 24 mlllio.ein, aan, gedistllleierd, 40
mllldoen aan, b!er en 1.5 miillloen, aan wijn. Het totale
cijfer bereikt de dtiizeiijn'gwekkeaidie. hoogte van, twee
duizend millloen gulden, of per hoofd 4 3 gulden, in
1913 tegen 42.45 gulden, in 1912. Geruhnen tijd ge
leden was het bedrag nog veel grootcr, zoo zou
indien sedert 1874 het verbruik "let verminderd wr.s.
2700 millioon zyn uitgegeiven. Er waren tiu 1913
ruim 140.000 huizen voor den verkoop van sterken
drank, bovendien 9300 gelegenheden enkel voor le
den toegankeiyk (sociëteiten enz.).
Het Volk.
CHINEESCHE WONDERDOKTERS.
Wonderdokters houden er gewooniyk al heel zon
derlinge geneesmethoden op na, maar do Chi,neeecho
wonderdokter in Sjantoeng,- Tsjao, spant wol de
kroon. Een van dr. Tsjao's geneeswijzen, diio naar
beweerd word* met groot succes wordt toegepast,
is de „ranöoltlu-orie", Zijn stelling is, dat pijn, nut
pijn, moot worden verd/reven,. Kwam t on patiënt, v®in
pijn zich wringend, bij; den, dokter, da" was diens
corsto vraag, wat do ma,n u.L zoo aa" motlllcyuicn had
gebruikt. Daarna stelde dr. Ttejao de diagnose va»t
un tracteerde den ïydier op een, flhike dlracht shi^qti,.
Do 'kuur schijnt by velen, zoo goed te bobben ge
holpen, dat lijders van heinde ern verre komen., om
zich door dr. Tsjao gezond! te latein, ranselen.
Een andore .van 's dokter® gelde,flcooRde geneeswij
zen is al heeil" onfnisich. Voor bepaalde ziekten, geeft
hy namelijk de voorkeur n,an een therapie, w«,arhy
de hoofdrol vervuld wordit door eon, Insect, welks
nanm ln gezeleohap nieit genoemd wordit. Do goedé
man houdt, een aantal mantels, die wemelen van dat
onfrJsch gedierte in allerlei varlëteittem,, in voorraad'.
Komt or nu een lijder na"; een,o; der ziekten, die z.i.
deze behandeling vereisciiten, by hem, dn,n moet de
ongetekkige een gnnschcn nacht, in zoo'n wolvoor/Jlc-
nen mantel doorbrengen, om den volgenden morgen
als genezen uit het ongedtierte-sainntor 1 um te word ai
ontslagen.
Onze Westersche getneeskunfle Is in de lnn.lsto
tientallen an Jaren hqel: wat therapieën rijker gewor
den, zooals radio-, eleetro-therapdo, enz.raa«r wy
'lopen ten z< erste, of v.ij ten onzent Tsjao's genees
wijze niet zat overnemen, Ildbld.
EEN VLUGGE REIS.
Het parlementslid DavtJsóa Dalzlel, tegenstander
van de Wolsh DiscstabJltslimen,t B111, heeft or wat voor
over '-rchad om zyn stem tegen dis wet uit to bron
gen. Hy moest cerglstermiiddag te Brussel zUn en
is daivrop met extra-treinen, en, een extra-boot naar
Londen \ertiokkon, dat hy ln zes uren tijds bereik
te. Wel een record-reis dius. Eergistermorgeta: te 8
uur 30 verliet do heer Da,lzlel ParU®, om te Brussel
oon vergaiienng by te wonen, Hy vertrok te 3 uur
20 van Brussel per extra-trein, kwa,m te 6 uur 40
te Galais aan en vertrok zes minuten later por ex
traboot naar Dover, daf in 1 uur en 12 minuten, 1m>
relkt weid; te 7 uur 58 stapte het parlementslid
te Dover aan wal. Te 8 uur 2 mhvuten vertrok hij
per extra-trein, naar Londen. De afstand van 76.5 mijl.
werd in tachtig mJn,u/ten afgelegd, de spoorwegmaat
schappij had op 85 minuten gerekend.
Zoo was hij des avonds te 9 uur 22 te Londen*
terwyi hy des morgens nog te, Parys was en te
Brnüse] had vergaderd.
Zou do rela wei vlugger zijn, gegaan, als do tun
nel onder hst Kanaal er reeds wa,s geweest.?
Ildbld.
BLOEDIGE 8TAK1NGSONLUSTKN IN DE VERKK-
NÏGDE STATEN.
In. het k«>.'t,nbekken bij Ludlow iin don staat Colo-
rado i« hot tuöSLhen de militairen en de reed» ver-
Bt-heldene maanden stakende mynwevkers tot. oen
bloedig treffen gekomen,. De stakende werklieden
W' rden uit d»- hij de mijnen, behooróndo hulzen ver
wijderd en hactecn in tenten een, onderdak gewon
den. Dinsdag ksvam het tot een conflict met de mili
tairen, die de orde moeeten bewaren. Loatatgtinoera-
den maakten gebruik van machinegeweren cn staken
ook de tentenstad ln braiid. Elf ai-belders. een sol
daat en een burger werden gedood. De mynen zyn
het eigendom van Rockefeller en Gould.
Volgens latere berichten zy« -Maandag by de ge
vechten tusschen stakers cn militairen by Ludlow
26 mannen, vrouwen en kinderen gedood. Men ge
looft, dat het totale aantal dooden ongeveer 50 zal
bedragen.
de van het volk te winnen," zei.de Campbell naden
kend. „DaarlbU de ontstemming ln het leger. Ieder
hoffeest moot nieuwe reden tot, ontevredenheid, ople
veren."
„Dan gaa,t het hier vreedzamer toe, nipt waar?
Wij hebbe.n, heel aardige feesten gehouden, Camp
bell! Vaak kwamen er tweehoniderdl gasten, to za+men
ln ónze kleine woning. Wy; hebben alle» hewon|ers v'an
het eiland uitgenoodlgd tot zelfs d'e kleennakers-
vrouw bededen,! Ilier is niemand ontevl-ediefn wel?"
„Ik geloof het niet, Sire."
,Maar ,gJJi verveelt u toch, Camplbell? U wilt ons
verlaten en, naar Florence ga;an?"
„Niet voor zoo long, Sire."
„lk kan u ook moeilijk missen. Wanneer wilt se
gaan?"
„Vandaag nog, ajs Uwe Majesteit het toestaat."
„Zooalst go wilt, Amuseer u maar goed. Zullen
er groote' feestelijkheden plaats hebben in, Flo
rence?"
„Dat geloof ik, Sire."
„Nu, dan zult u ons later wat kunnen vertellen."
„Kan ik liet er dus voor houden, dat Uwe Majes
teit my verlof geeft?"
Zeker, waarde overste. Goede reis. De wind is
wat zwak vandaag
Campbell boog en ging heien.
Napoleon keek, hem met een spottend lachje na
Hy had zich al weer in zijne couranten verdiept,
toen graaf Bertrand haastig op hat balkon kwam.
Sire een matroos wenscht Uwe Mei. teelt te
spreken," zeide hy met. een veelbeteekenend! knip
oogje.
,Ah, een matroos." Napoleon sprong levendig op.
„Breng hem tot my, Bertrand; Matrozen zijn be
reisde inenschen en. brengen allerlei interessante be
richten mee."
Graaf Bertran,d liet den in de voorkamer wachten
den matroos binnen.. Napoleon monsterde het fUne,
gebruinde gelaat van den, matroos, die d'iep voor
hem boog.
De matrozenkleedlng stond1 den jongen hóór voor
treffelijk.
„Uw naam?" vroeg Napoleon snel.
„Fleury de Chaboulojn," antwoordde do aangespro
kene kort.
„U komt; uit Parijs?"
„Ja, Sire,..., In opdracht, va"i M,areit„ den hertog va|h
Tweede Kamer.
Den Hnng, 23 April.
Een dog, zoo mogelijk nog minder interessant
dan die van den 22en. Eindelooze replieken bij de
verdere Alg^meene Beschouwingen over het ontwerp-
Inko m stenbelasting
Algehecle afwezigheid van belangstcM'ng. De grijze
Viel' r de Stuers, weer ter zitting aanwezig, trekt meer
•ian<i ic.ht dan het debat.
Dc leider der vrij-liberalen, mr. Tvdeman, heeft mi
nister Berlltng ook zijnerzijds vricndulijk-bcnioedigonde
woorden locgesproken.
Li mindcr-nii'de stemnr'ng verkóoixlo de vrijz.-<Iemo-
craat, dc heer Teonstm, die op vu te n, soms heftfgen
toon het opnemen der bedeelden ijij dc Oudordpms-
vcrzelcoring ón verlngiiia van den sulko'accijns svens ht.
Wat de Uniediberaleii Dc Moester en vooral P;UIjn over
het Suikerpotje hebbcit 'gezegd:, dcedi don "hoer Tcén-
slra in eene stemming van opposanten wrevel komen,
die item woorden, van protest op de "tippen bracht,
voor een Concentratie-vriend misschien al 'te hard?...
Dc bclosling-ambtenarendie zich onmalsche cn on-
disdplinaire kritiek tegenover den minister van Finan
ciën hadden veroorloofd cn die den heer Bctlmg met
„morten ingrijpen" hadden dom dre'gcn, vonden een
beschermer in den heer Wiegen. De c soc.-d,-mo"Vnt's he
afg"\' aixligde vroeg niet slechts ook tegenover hen e-r-
biedigmg: van het „vrije woord", maar voegde er ann
toe een soort van bedreiging met de ongenade der
„roode Kamer-club", bijaldien de minister 't zou wagen,
z'n g'zag tegenover die ambtenaren te doen gelden..!
Dr. Bos hield nogmaals een pleidooi voor het aan
wijzen der te breng n offers tege'ijk met voorstellen,
strekkend tot nieuwe uitgaven. De heer Bos z et dmrin
een voorlreffelijken rem tegen alte g o >'c kwistigheid
in het omspring n met de Rijks-nummi, het ge!d
der belastingwhuldigen. Zijn t-on j ;-ns d^n minister
was nu op t kontje van onvriendelijk- af. En dr. Bos
stak 't niet onder s'oclen of banken, da' hc! ontwoo-d
van den beer Berlling op dit gnviohtlge pun! hem
alis'oluut-onbcvrcdigd heeft g -laten. Nog beoogde <te
Wjnscdmtcr afg'v.iardigde, geljjk ook mr. Patijn
had g'daan het zuo spoed;g inogctijk en zoodra
de g ïdmarkt het toelaat, eonso]d-eren van onze (zeer
grbol geworden) Vlottende Schuld.
Waar aldus vroeg dc heer Do Monté Verioren den
minister, zult gij éventueel de o.e. vier mllüocn
gulden vinden voor- het eventueel opnemen van d©
bedoelden?
Wat- do heer Bertllng op deze vraag za! antwoor
den hot wordt toch wel met zekere spanning lege-
moet gezien.
Mr. ANTONK).
Reclame5.
In het leven der vrouw Ja hot koeren der jaren
oen tydperk van voel zorg en, ziekte. Het openbaart
zich door pyn in denrug, hoofdpijn, duizeligheid.,
«!e;o:'l van slaperiiphi ld n,a den maaltyd, op3tyglu-
gou van het bloed, benauwdheden, oen gevoel van
zwaarte in den onderbuik, ln, het. kort door de ver-
s;hyn:o.i6n, die g<paard gaain aan een slechte wer
king der nieren. Want do onzuiverheden drto vroeger
op geregelde tijden werden verwijderd, blijven voort
aan geóeclteiyk in het lichaam achter on kunrfa^i niet
worden afgevoerd, wanneer de nierou, niet voldoende
kracht hebben, om het bloed voortdurend te fUti'de
ren.
Het ia daarom, dmt het vooral ln dit tijdperk nood-
zakeiyk is Fostcr's Ru.?pUn Nieren Pilten te gebrui
ken, die da nieren opwekken, en "horstellen, cn haar
pes<h1kt inaken tot haar belangryke taak, v/aardoor
do gezondheid van het geheele organtamo verzekerd
wordt.
To Behagen verkriighasr bii .T.
Rotcan", Molenstraat C 14. Toe
zending gnsehMf franco na oqt-
vangst van postwissel 1 f 1.76 voor
é'ón, of f 1 voor zo» donzen.
F.ischt. de eehto Fopt»r's Rug-
p(jn Nlomn Pillen! wnjgort olke
doos, dio nl-t voorzien ia van
nevenstaimd handelsmerk.
V
SM/
Bassimo.
„Met welke boodfichap?"
„Sire... Het Is tijd! Frankrijk za) 7,yn keizer als
zyn bevryder en ve.rlasser -boRTootein."
Napoleon haalde diep udcra. Het klonk als eten,
zware zucht,, en tegelijk als een Juich'toon. Hij trad
op Bertrand t.oe en trok hem aan* het oor. „Moeten,
we werkeiyk weer gaan naar het vaderland? Wij .heb
ben, ons hier toch zogoed geamuseerd., Bertrand
niet waar? Hoffocatc,n| gegeven, gradanst, geidtncerd.
We waren 'heel tevrodoiv, hiér gebleven, maar mon
Is de overeenkomst met mij slecht, nageileomen,. Twee
mtliioen francs werden, my ln Fontatnehleau toege
kend de Frapsche regicerin'g betaalt ze niet ud)t.
Do Inkomsten, van Elba zijn geiyic nul. Binnen, kor
ten ty-d verkeer ik tn geldnood. Mün vrouw en mijn
zoon lioudt men nog altyd verre viajn my. Toen mUin
moeder kwam om my te beaoeken. word zy in Li-
vorno bespot en uitgefloten. Ik ben, omgeven door
spionnen in alle kranten word ik beschimpt
in woord en beeld gehoond... En men telt my, zoo
w inig. da,t men niet eens een consul by my beëe-
d gd heeft. Myn God, lk ben ecu mensch. Ik
zal ze toonen, da.t ik nog niet dood ben.'"
„Is Uwe Majesteit op de hoogte gesteld met de
stemming in Frankryk?" vroeg Fleury, toen de kei
zer zweeg.
„Ik. weet, dat myn leger naar mij verlangt."
„Ook de meerderheid van het volk. Het ziet in,
Uwe Majesteit den vertegenwoordiger van een roem-
ryk verleden. Frankrijk lijdt onder de gedachte, dat
de tegenwoordige koning hean door vreemde bajo
netten, dcor de overwinning van. he.t buitenland over
cle Fransehe wapenen gegeven ia zekere mate
opgedrongen werd."
Napoleon knikte toestemmend.
„En het leger, Sire, is voor zyn ouden keizer van
den jongsten soldaat tot dsn, grijzen veteraan." drong
Fleury. „Ik geloof, dat zü slecht» wachten op éen
woord vaji, Uwe Majesteit, om den witten band van
de Bourbons to verwisselen, voor cle driekleur.
Maarschalk Ney, die eerte geheel voor de Bour
bons gewonnen was, heeft zteh nu op .'ïanda-iingen. vaa
zijn viouw, geheel teruggetrokken. Hij woont a"-
Condreux en wil niets meer van het hot' weten. De
hertogin heeft gezworen, de Tülillerieën niet meer te
betreden man heeft er haar slacht behandeld,."
Wordit vervolgd.