Schager Courant.
Raad van Schagen.
Zaterdag 2 Mei 1914.
578te Jaargang No 5371.
VIERDE BLAD.
Vergadering op Vrijdag 1 Med 1914, des avond» t»
8 uur. Afwezig de heeren Vader en Smit.
Na opening der vergadering volgt de lezing en goed
keuring der n,otulen.
Ingekomen, ie een echrtiven van, den ke«r Vader,
waarin hij meedeelt, dl®t hij ontslag neemt ®ls Lid van
den Raad. Voorzitter zegt lilerna:
Mijne heeren. Alvorens dit schrijven volgen» ge
bruik voor kennisgeving aan te nemen, wil Ik uwe
aandacht vragen voor eenfee waardeeren.de woorden,
welke ik heden van deze plaats den heer Vader wil
toespreken, die met dezen brief verbroken heeft da
banden welke hem verbonden, met dezen Raad, waar
in hij gedurende 16 Jaren zitting bad) en met het
College van B. en W. waarvan hij sedert 18 Dec.
1897 deel uitmaakte. Wanneer wij thans een blik
slaan op deze lange reeks van jaren achter ons, dan
kunnen wij gelukkig met vreugde opmerken een ver
meerdering van bloei e® welvaart van deze plaats en
een gestadigen vooruitgang en uitbreiding van de
gemeente, waartoe zeer veel door het Gemeentebe
stuur is bijgedragen, waarvan, de heer Vader door
liefde voor deze plaats, gepaard' a®,n flinke werk -
kracht, on te gen zegggel ij k een, groot aandeel heeft ge
had. Mijne heeren, wij. kunnen Men heer Vader niet
uit ons midden, l®te® g|a,an zon,der hem oprecht diajnk
te zeggen voor den gnooten arbeid en de moeite em
vele opofferingen welke hij zich voor deze gemeente
heeft eetrooet. Ik stel u nu voor dit schrijven voor
kennisgeving aain te nemen.
Het ingekomen, jaarverslag van de Huishoud- en
Industrieschool te Alkmaar wondt even,eeps voor ken-
nise-eving aangenomen.
Komr. nu In behandeling) hert voorstel van B. en W.
om alsnog een, deskundige Inzake de gasfabrtekul/t-
brelding te benoemen.
Voorzitter: Sinds de vergadering, waarvan de no
tulen u zoo juist zijn voorgelezen en waarvan ik de
details niet meer behoef op te halen,, zijn het college
van B en W. bijzonderheden, bekend geworden, wel
ke dit College aanleiding hebben gegeven, deze aan
gelegenheid In hunne vergadering te behandelen. Na
hetgeen toen in die vergadering is te berde gébracht
achtten B. en W. het als hun plicht met het boven
staande voorstPl tot u te komen,, omdat zij overtuigd
waren, dat uwe vergadering niet over alle gegevens
voor een dergelijk belangrijk besluit a's in de vorige
vergaderin*? Erenamen noodzakelijk 'beschikte. Ter na
dere verduidelijking wil ik hierasn toevoegen, dat ik
een schrijven ontvangen heb van den, beer Rijkes te
Helder, die meermalen in de vergaderingen van B.
en W. was genoemd en in, den Raad als deskundige
was bedoeld, waarin, deze mededeelde dat hij noch
van de Gascommissie. noch van den Directeur deskun
dige is geweest. Dat schrijven luidt- a's volgt:
Naar aanleiding van uw bezoek hedenmorgen ten
mijnen kantore voldoe ik gaarne aan uw verzoek,
uw Er,elGestr. beleefd mede te doelen, dat ik bij
de plannen van den verbouw uwer gasfabriek noch
de Gascommissie noch uwen, Directeur als deskun
dige ter zijde heb gestaan. Wel heeft uw Direc
teur bij gelegenheid zioo terloops over de plannen
gesproken., en zijn, mijnerzijds toen, enkele opmer
kingen gemankt. Indien, ik zijn project serieus had
mosten nazien, waren voor een juiste beo ordiee Hing
ve'e gegevens beslist' noodig geweest, die mij tot
op het oogenhllk nog onbekend zijn. Zou er va/n
een deskundig advies mijnerzijds in dezen eenive
sprake geweest zijn, dan was het toch noodig, dia.t
uw College met mijne condities hekend moest zijn
en lradt u het recht omtrent een en ander een
schriftelijk rapport te ontvangen.
Dit schrijven is aanleiding geweest,, dat de kwestie
in B. en W. is behandeld, em heeft de heer Vader
a's voorzitter der gascommissie in die vergadering
verklaard niet alleen, dat hij te ver is gegaan, maar
tevens meegedeeld, dat die heer Rijkes zich verklaard
had tegen aapkcop van grond voor de gasfabriek.
Waar door de gascommissie was meegedeeld, dajt 2
deskundigen waren geraadpleegd en de schijn is ge
geven dat deze deskundigen geheel de plannen der
gas co in mi-si 9 hadden onderzocht e® onderschreven, em
is gebleken, dat dit niet het geval is geweest, meen
den B. en W. dat er van een deskundig onderzoek
in deze niet veel overbleef. De gene adviseur ontkent
dit te zijn geweest, de andier heeft den directeur
en öen voorzitten' der gascommissie maar heel even
gesproken en zoo achten B. en W. het alsnog noo
dig in deze belangrijke zaak een, deskundige te raad
plegen. Spr. kan hier nog aan tcevoiegen dat de heer
Rijkes heeft meegedeeld, niet alleen tegen aankoop
van grond, maat ook tegen verplaatsing der motoren,
te hebben gewaarschuwd en er onzen directeur dier
gasfabriek op te hebben, gewezen dat uaulk een be
langrijke uitbreiding zworen finontiëelen druk op het
bedrijf zou leggen, mededeelilngem dié door de gas
commissie noch aan B. en W., noch aan den Raad
zijn gedaan. B. em W. mee®©® naar aanleiding van
dit alles deze. gedane mediedeetHngem nog ©e®s aan
een revisie te moeten, om|derwerpe!n «n gaam B. ©n W.
nog een stap verder en stellen voor alsnog e©n des
kundige te benoemen.
De heer Hopman zegt daarna het volgende:
Mijnheel- de Voorzitter!
Naar aanleiding van dit voorstel van B. en W., zou
ik 'gaarne iets willen opmerken. Ik wil beginnen met
te zeggen, dat de loop van zaken mij wel se.nigszins
bevreemd. Als lid der gascommissie zou ik op dit
oogenblik onze gewone maandelijksche vergadering bij
wonen. Na de convocatie daarvoor, ontving ilj een
agenda voor een raadsvergadering, op denzelfden dag
en uur, met als punt van behandeling daarop een
voorstel, dat toch zeker wel het terrein van de werk
zaamheden der gascommissie raakt, doch waarover deze
commissie .niet is geraadpleegd. Waar mij tevens is
gebleken, dat onze Burgemeester den gasdirecleur van
morgen op reis heefj gezonden naar den fabrikant,
aan wicn is opgedragen den bouw van den nieuwen
oven, teneinde van dezen fabrikant de toezegging te
/erkrijgen, dat de toebereidselen Jof dezen bouw zoo
noodig zullen worden gestaakt, aaar heb iTc mij af
gevraagd ben lk nog lid van de gascommissie, of
ben ik tegelijk met de ontslagname van den voorzitter
afgedankt?
Dc commissie heeft de voorbereiding tot den bouw
van 'deze ovens zooveel mogelijk bespoedigd, omdat
het méér dan tijd1 Is, wil men voor den komenden winter
verzekerd zL'n, voldoende gas te kunnen leveren. Bij
elke vertraging kome de Vmi/woording voor de ge
volgen, die dit na zich; kan slepen, voor hen, die deze
vertraging veroorzaken, Ik onttrek me op dat punt
aan eenige verantwoordelijkheid!!
M. de V. I Den Raad! wordt thans voorgesteld een
adviseur te benoemen. Achten B. en W. dien .Raad
voldoende voorgelicht? Twee of drie leden hebben door
een bezoek aan de fabriek, getracht zich beter op
de hoogt© te •stellen. De overige raadsleden, en dal
zijn zij, waarvan hier nu vooral de beslissing afhangt,
welke voorlichting hebben deze gehad? Er was in de
vorige vergadering een rapport van den gasdlrecteur,
hetwelk men toen niet noodig vond vóór te doen
lezen.. Toch weten we, dat meerdere raadsleden nooit
of zeer zelden do stukken vóór een Vergadering komen
inzien! Wat weten deze heeren dan van de zaak af?
Niets 1 Wat is hun voorlichting geweest? Sterk en een
zijdig opgeschroefde courantartikelen en verder klets
praatjes, die als g volg daarvan de ronde in de gemeente
doen! Waarom heeft het Dagelijksch Bestuur niet eens
den Directeur gelegenheid gegeven in eene vérgadéring
zijne voorstellen te verdedigen? Waarom den leden van
den Raad niet aldus gelegenheid gegeven door het stel
len van vragen en te houden besprekingen over het
verloop der aanhangige kwestie hun oordeel te vor
men? t Is van avond-voor ons nu een bizondere ver
rassing; maar is dit de juiste weg?
Nu de zaak zelve. De Gascommissie heeft het niet
noodig geoordeeld voor te stellen een adviseur voor
dezen verbouw te benoemen. Niemand1 beter dan dc
rauMeden weten -dan ook, dat er geen adviseur is be
noemd. Ware dat wél het geval, de Raid had toch
zeker deze moeten benoemen en zijn honorarium moe
ten vaststellen. Is hier In de vorige vergadering door
den heer Vader en andere leden het woord „adviseur"
gebruikt, dan heeft men zich minder juist uitgedrukt:
Wij allen wisten wel, dat er geen „adviseur" was'
Daarom is de Raad In dezo nog niet onjuist ingelicht!
Want wel degelijk is de heer Rijkes geraadpleegd:
Ik moet bekennen, dat na al het geschrijf en gepraat
over deze aangelegenheid de vraag bij mij opkwam?
hoe nu is den leden der Gascommissie op een of andere
manier wat wijs gemaakt? Ik heb deze zaak nader
onderzocht en het is mij gebleken, dat dit in geen
enkel opzicht het geval is geweest, en ik stel er prijs
op hier te verklaren, dat ik mij volkomen mede blijf
verantwoordelijk stellen voor wat in deze door de Gas
commissie, onder leiding van hare thans afgetreden
Voorzitter en onder voorlichting van den Directeur is
gedaan en aan den Raad is voorgesteld.
Wel degelijk heeft onzen Directeur den heer Rijkes
in deze zaak meermalen geraadpleegd. Waar de heer
Blaeser laren heeft gewerkt onder den heer Rijkes, heb
ben de leden der Gascommissie gaarne gezien, dat in
voorkomende gevallen onzen Directeur nog eens zijn
licht opstak in de Heldersóhe fabriek, vooral omdat
de heer' Rijkes ons fabriekje zoo door en door kent.
De heer Rijkes ontkent hier adviseur te zijji, 'en
dat is yolkomen terecht! Waar d!e heer Rijkes niet
officieel is aangesteld, waar herrij geen honorarium is
aangeboden, waar hij geen opmetingön heeft latem doen,
geen nauwkeurige berekeningen gemaakt, daar spreekt
het vanzelf dat de heer Rijkes ook niet de minste
verantwoordelijkheidJ in deze op zich wil nemen, en
zich geen adviseur laat noemen!
Er zijn door den heer Rijkes aan onzen Directeur
enkele bedenkingen omtrent onze verbouwplannm ge
opperd. Deze zijn door den Directeur overgebracht
aan de Gascommissie. In die vergadering was ik door
ongesteldheid niet aanwezig, zoodat deze opmerkingen
mij onbekend zijn gebleven. Deze zouden echter geen
invloed gehad' hebben op mijn houding ten opzichte
van de verbouwplanncn, waar deze bedenkingen niet
werden gedeeld door den Directeur, die wél de zaak
bestudeerd en berekend had, terwijl de heer Rijkes
maar een oppervlakkig oordeel uitsprak. De heer Rij
kes toch verklaarde mij dit: „mogelijk dal ik, was
ik werkelijk adviseur en onderzocht ik de zaak gron
dig, ik de voorstellen van den heer Blaeser kon on
derschrijven; ik weet dat niet, ik kan dat piet zeggen,
dat zou moeten blijken."
Dat de heer Rijkes onze plannen zou hebben af
gekeurd, zooals men diat gelieft voor te stellen, da! is
onjuist.
Dat deze verbouwing een dure ziak is, M. de V.,
wij weten allen waar dit uit voortkom:' Slech's gedeel
telijk is dat een gevolg wan noodzakelijke uitbreiding,
doch voor het overige vindt het zijn oorzaak in fouten,
bij den bouw der fabriek begaan. Toen had men wél
een adviseur, ik meen zelfs .twee. wat niet wegneemt,
dat er weinig goeds van is terecht gebracht. De fou
ten toen gemaakt, doen zich' bij de toeneming van he'
gasverbruik steeds storender gevoelen. Waar de fab iek
lot heden men moge beweren wat men wil, de
cijfers bewijzen het zeer gunstig heeft gewerkt, ach'
de Commissie de tijd gekomen, verschillende fouten,
bij den bouw gemaakt, zoo goed mogelijk te herstellen.
Na degelijk overleg, ondier voorlichting \>ok vrflrdeti
Ingenieur eener fabriek voor o/enbouw, heeft de Com
missie besloten de nieuwe, zeer kostbare ovens, die
ceit\ enorm gewicht bezitten, niet meer im de oude,
gescheurde en verzakte stokerij te plaatsen, waar een
goed onderheien en een voldoende verandering niet
mogelijk blijkt te zijn en waar hel nalaten van onder-
heiïng, gezien het oude ovenblok, onverantwoorde'ijk
geacht wordt. Verder heeft de Commissie zioh op dif
standpunt geplaatstWij willen, nu de financiën der
fabriek een stootje kunnen vélen, de zaak meteen
zoogoed mogelijk voor elkaar zetten, trach'en zoovee'
mogelijk te herstellen, wat bij den douw is bedorven.
Wie of wat de schuld! draagt vin de fouten, bij den
bouw gemaakt, we kunnen dat hier in het midden la'en
Ik weet het niet; evenmin als den hem Koster, was ik
tijdens den bouw lid van den Raad.
Als lid van de Gascommisrie blijf ik het aanstel'en
van een ad' beur onnoodig achten Onze Directeur, d e
en goede school in Den Helder heeft doorloopen
de heeren, die de Heldersche fabriek we! eens heb
ben bezien en den heer Rijkes kennen, zullen dit 1»
amen onze Directeur acht ik volkomen bekwaam
oas in deze voor te lichten. Wanneer de heren, die
vorig jaar de fabriek wel eens hebben bezocht, nu
eens gaan zien wat door den Directeur in den korten
tijd van zijn hier zijh is bereik t; zullen zij volmondig
toestemmen, dat alles nu de blijken ver'oon' i-an een
flink en degelijk beheer. Men zal moeten erkennen,
dat dc heer Blaeser niet iemand' ils die men, nevens
de overgebleven leden der Gascommissie, behoort zonder
meer op zij te zetten. Werkelijk, daar hebben wij
thans een te bekwamen man voor aan het roer!
De heer Koster begint met t« zenden. dat hij wel
eens zal moeten herhalen. wat de heer Hopman, reeds
heeft gezégd, maar spr. ligt de zaak zoo zwaar, dat
hij er toch ook een enkel woord aan, wil toevoegen.
Spr. sluit zich eerstens aan hij het protest van dein
heer Hopman, dat de lede® der gascommissie niet
eerst zijn geraadpleegd voor B. en W. met hun voor
stel bij den Raad zijn, igekomen, hij acht dit een
achteruitzetting der^•ascommlssle, die niet te pas
komt. Met op 1 na algemeen© stemmen, heeft die
Raad het besluit tot verbouwing d°r gasfabriek ge
nomen en toch achten B en W. het noodig de zaak
nog eens nader te bekijken en dat met het oog op de
eigenaardige houding dJe de directeur Rijkes hier aan
neemt. Was deze dan geen, adviseur? B. em W. mee-
nen van niet. B. en W. wisten van wel. de heele
Raad weet van wel. 'Hoe zijn wij hij Rijkes terecht
gekomen? Hoe, dat deze man geraadpleegd is? Hoe
komt het dat de gascommissie het niet noodig achtte
om van hem een officiéél rapport te vragen? Dat
komt, dat toen indertijd de heer Blaeser hier ais di
recteur solliciteerde, de heer Rijkes hier is versche
nen om de can,didatuur Blaeser aam te bevelen, en
daarbij heeft verklaard dat de heer Blaeser lm alle
opzichten voor zijn, taak berekend was, niet alleen
als gasfabrlceerder, maar ook voor bouw van ovens
enz. Het deed den heer Rijkes zooals hij zelde, te
meer genoegen de heer Blaeser te kunnen aanbeve
len, omdat hij indertijd Iemand had, aanbevolen, die
minder gunstig uitgevallen was. Hij was nu gelukkig
een man te kunnen aanbevelen, die In alle opzichten
bekwaam geacht kon worden. De heer Rijkes had
verder verklaard steeds bereid te zullen zijn, Rloesea-
bij t.e staan en voor te lichten en al® het noodig was
steeds zijn adviseur te zijn. Dat de heer Rijkes mijn
heer Blaeser zoo kon aanbevelen is gelukkig ge
bleken Juist te zijn. En. spr. wijst er op, dat de gas
commissie het daarom overbodig achtte om Rijkes of
ficiéél te vragen. Wat ®r nu op de gasfabriek ge
beurd is, dat behoeft spr. niet te releveeren, dat is
voldoende bekend. Spr. wijst er verder op, hoe de
heer Rijkes niet mag beweren, de plannen van den
gasdlrecteur niet vod doende te kennen. Hij kende deze
wel, de plannen en teekeningen zijn hem voorgelegd
en hij vond ze prachtig. Spr. legt er den nadruk o.p,
dat de heer Rijkes tevens nog een berekening hoeft
gemaakt op de hem voorgelegde plannen, dus deze
gezien moet hebben. Wel heeft hij tot den heer Blae
ser gezegd: denk er om, als je zooveel uitgeeft en
Je maakt geen. winst meer, dan deugt, het niet, want
oen ldirecteur van eem gasfabriek, die geen winst
meer maakt, verliest zijn prestige, want zijn grootste
deugd ls winst maken. Toen de heer Rijkes, aldus
de heer Koeter Terder, on?» fabriek heeft bezocht en
het stel ovens daar heeft gezien, heeft hij gezegd:
dat is rommel, hoe eerder je die opruimt, hoe beter.
En toen hem gezegd werd, dat een 7-retorteoven zou
worden gebouwd, heeft hij gezegd: bouw ©en 8-re-
tort», dat 1« voordeeliger.
Als de Raad meer technische voorlichting had
noodig geacht, waarom is er da® niet eene een ver
gadering belegd, Waar de directeur de plannen had
kunnen uiteenzetten,, na de uitvoerige manier waarop
onze directeur deze met Rijke» besproken had, acht
ten wij een offlolëelen adviseur nibt meer noodig.
Als de hoer Vader hier «prak van een adviseur, is
hU op zekere hoogte te ver gegaan. Maar 1» dat nu
zoo verschrikkelijk? Spr. vindt van niet. Het stand
punt van B. en W., het standpunt waarop zU eerst
niet stonden, was ook eerst hot mijne, maar hoe die
per ik la de zaken indring, hoe meer ik tot do con
clusie kwam, dat wij aan onzen directeur al» raad
gever voldoende hadden. En wordt nu alle» wat door
den heer Rijkes wordt boweerd al» Juist en waar ge
accepteerd? Allen, arbeid van onzen directeur en de
gascommissie voor niets verklaren en er het dure
zegel van een adviseur opleggen? Te niet maken het
besluit dat de Raad met op 1 na algemeen© stem
men heeft goedgekeurd? Wilt ge een, klap uitdeelen.
die aan een verkeerden kant aankomt? Een klap in
andere richting was meer verdiend geweest. Wtlt ge
nu den Raad aanraden uw voorstel aan te nemen?
Vreemd van een college, dat voelend hoeveel haast
er bsj den verbouw was, ons toestond de ovens di
rect te bestellen, afgescheiden, van de goedkeurijng
van het besluit door Ged. Staten, U zult begrijpen,
al» uw voorstel wordt aangenomen, dat wij als gas
commissie elke verantwoordelijkheid ver van on»
schuiven, de bedrijfszekerheid, gaat geheel verloren.
Spr. wijst er op, dat ook de heer Rijkes deze be
drijfszekerheid wensdht em in, eigen bedrijf in toepas
sing brengt, immers voor elke machine heeft hij eem
reserve en spr. wijst ®ls staving zijner bewering op
het gebeurde dezer dage® op onze eigen fabriek, waar
een, motor 3-maal brak en de tweede nu het bedrijf
kan, gaanjdQ houden en er dus geen, stagnatie ont
stond. Bedrijfszekerheid is een dier eerste eisehen die
men aan een bedrijf als dit moet stelie®. En spr.
komt nu lot de vraag: wie zal er adviseur wordeii?
Mijnheer Rijkes misschien? In ds gegeven, omstandig
heden mag daar ImmeTs geen sprake van zijn. Spr.
wil niet verder op de zaak ingaan, maar hier verkla
ren, dat hij de houding van de® voorzitter der gas-
commls9fe juist acht en hij betreurt het diep, dat
deze man op deze wijze uit ons midden is heenge
gaan. Dezen tijd hec-ft spr. vooral groot respect ge
kregen voor de tijdsopoffering en arbeid, en het
goede inzicht, voor de groote zorg, voor alles wat
hij aan onze gasfabriek heeft besteed, voor alles
wat hij heeft gedaan om detz© te verbeteren.
De heer Mc-urs verklaart er tegen te zij® direct
een adviseur te benoemen. Hij geeft B. en W. in
overweging alsnog een bespreking te houden met de
gascommissie en onzen directeur om te zien of men
niet tot goedkooper plannen kan komen, plannen dae
nu door de gascommissie te kostbaar zijn, opgezet.
De heer Roggeveen begint met te zeggen, dat de
Raad in de vorige zitting onvoldoende is voorgelicht
en dat d£ heeren Hopman en Koster thans ved meer
uitvoeriger inlichtingen hebben gegeven. Het spijt Spr.,
dat dit niet rcods in de vorige zit ing het geval is ge
weest en dat de voorzitter en de leden der gascommissie
in de voiige zitting niet duidelijker voor den dag zijn
gekomen. Dan had de zaak bepaald anders ge'oopen
en had men ons niet gebracht in de onaangename
positie waarin we nu verkeeren. Spr. sluit zich ,bij
den heer Meurs aan en, wil evenems overleg tusschen
gascommissie en B. en W., om dan te zien of een
adviseur nog noodig is.
Voorzitter zegt, dat er veel door de heeren is gezegd
op gladden toon, dus zal hij niet op alle ondcrdeelan
direct kunne® ingaan. Er zijn vele en krachtige woorden
gezegd, die op zijn zachtst uitgedrukt, beer ongespro
ken hadden kunnen blijven. B. en W. zijn met dit
voorstel gekomen, omdat er bijzonderheden bekend zijn
geworden, die noch B. en W., nóch den Raad bekend
waren. Dat is de reden geweest, waarom B. en V/
nogmaals deze zaak hebben bespreken. In de vergade
ringen van B. en W. is meermalen door dien heer
Vader gezegd, dat de heer Rijkes de adviseur was
en ook de Rand! is gesuggereerd, dat een deskundige niet
alleen de plannen had1 gez'en, maar geheel had goed
gekeurd. Het is gebleken dat dit niet zoo was.
En nu gaat het, 'meent $pr. niet op, B. en W.
er verwijt 1 an te maken, dat zij nu alsnog de zaak
door een deskundige onderzocht wenschen te zien. De
gascommissie heeft aile inlichtingen achterwege ou
den en heeft den indruk gevestigd, dat e- een deskundige
wdS, «dat heeft den Raad er toe gebracht he' n:ie»,
noodig te oordeelen nog een officieel deskundige te
beno'-men, en daarover kan den Raad gren verwijt
worden gemaakt. Was de goscommfsrie duidelijk met
alles voor den dag gekomen, dan had de R >ad ook
zuiverder kunnen oordeelen. B. er. W en d-m heer
Rijkes nu verwijten te doen, is niet rechtvaardig, hier
zijn woorden gesproken die misplaatst zijn. Wat B. en
W. voorstellen, doen zij omdat zij het in het belang
van do zaak achten. Er is geen deskundig onderzoek
gehouden, wat is er nu toch "op tegen om dit alsnog
te doen?
De heer Meurs oordeelt dat; geen deskundige be
hoeft te worden gevraagd, en, meeat dat voor een
uitbreiding al» hij wensoht de directeur deskundige
genoeg «s, en wi' daarom alsnog den directeur hoo-
ren.
Voorzitter meent dat men toch mag aannemen, dat
de gascommissie met dejn directeur in overleg is ge
treden en dat het rapport van die commissie toch de
meen.ing van de® direoteur vertolkt. Dat is toch hun
technische leider geweeBt.
De heer Meurs: gedeeltelijk wel.
De heer Hopman: mag lk eve® opmerken dat wij
ons zoo min mogelijk hebben gemengd in de techni
sche kwestie, dat is niet het werk der gascommis
sie.
De heer Meurs wensdht den directeur niet te pas-
seeren.
De heer Roggeveen zegt, dat de onverkwikkelijke
kwestie waarin we nu verkeeren, te danken ls
de onvolledige inlichtingen door de gascommissie ver
strekt. Spr. wijst er op. hoe de heer Rijkes zich
verklaard heeft tegen aankoop van grond, dat klopt
niet met hetgeen de gascommissie over den heer
Rijkes als adviseur heeft meegedeeld. In dezen sta®d
van zaken ls het moeilijk te oordeelen. Hier ls ver
schil van rotening dat moeilijk ls uit te maken voor
en aleer het oordeel van onzen directeur daarover
ls gehoord, en de gascommissie zich nader heeft
uitgesproken. Waar gascommissie en directeur een
grootere uitbreiding wille® blijkbaar da® de heer
Rijkes, ls het voor ons moeilijk om te beslissen en
daarom wil spr. ee® adviseur.
Voorzitter meent dat de gascommissie hier in den
Raad wel mededeeltnge® ka® doen.
De heer Koster zegt, dat de heer Rijkes enkele
dingen anders heeft gewild dan gascommissie en di
recteur, dat to ook in de vergadering der gasoomtn.
besproken. Wat daar allemaal is besproken, dat be
hoeft niet te worden meegedeeld, maar In alle on-
derdeelen konden wij met de® heer Rijkes niet mee
gaan.
Voorzitter spijt het, dat de heer Koster geen na
dere mededeelIngen doet, maar spr. wijst op hot ver
schil In ineen ing over het kardinale punt, den aan
koop van grond. De heer Rijkes wenechte dat niet.
de gascommffesle wel. Daarover is toch niets mee
gedeeld.
De heer Koster: de gascommissie achtte den grond
noodig en alle leden van den Raad op 1 na waren
dat met de gascommissie eens.
Voorzitter zegt, dat dit niet de zaak Is. De voor
zitter der góscommissie heeft, toen de zaak ter
tafri lag niet gezegd, dat de deskundige van de gas
commissie tegen den aankoop van grond was. Er zijn
2 deskundigen gehoord is meegedeeld, maar over de-ze
belangrijke punten 1» gezwegen. Dat heeft de Raad
ln de overtuiging gebracht dat de aankoop va® grond
voor de gae'abrlek noodig was en daarna heeft de
Raad dat goedgekeurd dat ls alleen geschied op
uw» vooriJcbtllng, dat mag u den Raad niet kwalijk
nemen.
De heer Keoter: dat de heer Rijke» tegen, grcmfSr
aankoop wa», is mij onbekend.
Voorzitter: de heer Vader heeft het ln. de verga-
dering van 13. eu W. meegedeeld.
De heer Koeter: wat de heer Vader zegt, behoef
lk niet. te er antwoorden.
Voorzitter best dit uit de notulen van de verga
dering van B. en W. voor.
Do heer Koster meent, dat dit alle» heel mooi
voor voorzitter 1» om aclh te verdedigen, (Voorzitter:
dat behoef Ik niet te doem), maar »pr. wil er op
wijze® dat de beer Bul» het met de gascommissie een»
was om grond aan te koope® an lk er op gewezen
heb, dat een gemeente, als het naast een gemeente-
Inrichting grond kan koopan, deze» gelegenheid, met
twee handen moet aangrijpen.
Voorzitter oordeelt dut dit aan het feit niet» af
doet, de voorstelling van zaken is geweekt, dat d«
grond voor de fabriek noodig was. Niet is gezegd»
dat de zoogenaamde deskundige der heeren daar ter
gen was.
De heer Meurs wijst er op, hoe hij de opmerking
heeft gemaakt over den grondaankoop en achtte hier
over een deskundige voorlichting niet van zooveel ge
wicht.
Voorzitter zegt dat die grondaankoop toch in zeer
nauw verband staat met de uitbreiding der fabriek.
Ook allerlei onderdeden hapgen hiermee samen, het
is het kardinale punt. Het loopt er hierover of de
grond voor het gasbedrijf noodig is, het loopt hier over
de verkeerde soorllchting die er gegeven is.
De heer Koster* wijst er op, hoe de heer Rijkes de
teekeningen en plannen toch heeft -gezien en toch ook
wel zal hebben "begrepen dat daar meer grond voor
noodig was.
Voorzitter: dat is best mogelijk, ook diat de hoer
Rijkes bij oppervlakkig nakijken de plannen moof heeft
genoemd, maar ten feit is het toch dat op dit punt
en andere punten den directeur is gewezen «n dit
is den Raad'niet .meegedeeld.
De heer Bfjpost drukt zijn «pilt uit over het heen
gaan van den heer Vader. En uls spr. nu sUcs heeft
gehoord en nagaat, dan zijn het raadselen on nevelen.
Waarom is de gascommissie in de vorige vergadering
niet met Hhar deskundige voor den dag gekomen en
is niet meegedeeld hoe zij aan haar inlichtingen kwam.
Het spijt spr. het te moeten zeggen, maar de gascom
missie heeft' een flater begaan. Dat de heer Rijkes dq
gascommissie heeft 'terzijde gestaan, wil spr. na de
gehouden verklaringen gaarne geiooven, maar daar staat
egenover, dat de heer Rijkes in een brief aan den
burgemeester verklaart, dat hij geen adviseur is ge
weest, het blijven raadselen. Spr. komt fot fdo
conclusie, dat geen adviseur meer noodig fc, nu de
heer Rijkes verklaart heeft steeds van advies ie zullen
dienen, en acht nu het advies van den directeur vol
doende.
De heer Van ider Kamp blijft sterk voor een adviseur,
daar spr. zich de uitbreiding der fabriek zóó had ge
dacht: 'voldoende voor den eersten t'jd en als straks
de electrische aansluiting er is dan een gecombineer
de inrichting gemaakt, die aan alle eisehen kan vol
doen. Spr. deelt mee, hoe twee raadsleden en ,spr.
een bezoek aan de fabriek hebben gebracht en daar
met den directeur èen onderhoud hebben gehad ©n
wat spr. daar heeft gehoord:, heeft hem. in deze ge
dachte slechts versterkt, dat andere deskundige voor
lichting jjoodig is niet dat spr. de capaciteiten
v®d onzen directeur ook maar ©enigszins in verdenking
wï brengeln, geenszins, maar ook ander advies in deze
is hem hoogst gewenscht gebleken.
De heer Meurs meent, dat eigen directeur wel advi
seur kan zijn, als wij deze maar zeggen, wat wij willen.
De gascommissie is bij den directeur gekomen met
de opdracht, de fabriek zoo piekfijn mogelijk te maken.
Dat is nu het electrische licht, om het zoo te zeggen,
in de lucht zit ongewenscht. Spr. wil niet verder gaan
als hoog noodig is, dat de fabriek aan de eisehen
voldoet en daarmee uit. Doet men dat, dan bepaalt
zich de zaak tot gewoon onderhoud en is onze gas
direcleur bekwaam genoeg. Spr. wijst er op, dat als
de 5-retortsoven in orde wordt gebracht, deze nog 2 of
3 jaar mee kan. We hebben een etrnaalproductie van
1600 kub. M. en we kunnen 2000 kub. M. maken
als de 3- en 7-retorts in orde zijn gemaakt, dan is de
5-retorts nog als reserve. Aan het verzakken is vooT-
Ioop'g althans een tand gekomen en kan naar spr.'s
meening de 5-retorts gerust worden ingebouwd. Dan kan
f-ens worden nagegaan, hoe alles zien houdt, zakt de
5-retorts niet meer, dan kan verder worden gegaan.
,En on re directeur is knap genoeg om dat te kunnen
beoordeelen.
De heer Roggeveen meent, dat als gedaan wordt,
wat de heer Meur» wil. de bedrijfszekerheid er niet
zal zijn ln die mate als geweneebt 1». Het verzakt,
nu niet meer, heet het, of het zoo zal blijven is niet
te zeggen en daarom acht spr. meer onderzoek, hlesr
van een ander deskundige, hoog6t nood&akeliik. Wij
staan tegenover dergelijke zaken als Leeke® e® waar
het zulk een LelangTljke zaak gelat, is voorlichting
hoog noodig. De gascommissie heeft niet die inlick-
t'Lngan gegeven als gewenscht genoemd mag worde®,
cn een grondig onderzoek wat of voor de fabriek noo
dig ia. mag niet achterwege blijve®. Wij moeten ee®
voorlichting hebben, waar wij on» op kunne® verla
ten. Laat B. en W. met die gascommissiie In overleg
treden en met de gascommissie iemand nemen, die
op de hoogte ls, op wlen wij om» kunnen verlaten.
Den Raad is voorgespiegeld/ diat het zoo 1», de heer
Rijkes zegt, dat het anders lis, welnu laat on^ een
adviseur benoemen, da® weten we het.
De heer Van der Kamp begrijpt niet d'at zich ver
zetten tegen een adviseur. Elk ambtenaar, rekenplddh-
tig of op andere wijze verantwoording schuldig zijn
de, zal er op gesteld zijn een, adviseur te hebben.
En als dan blijkt, dat de adviezen door de® ambte
naar gegeven juist waren. 1b dit voor dezen ee® tri
omf. Waarom zoo bevreesd voor controle van eigen
werk, waarom die vreeB voor een adviseur?
De heer Koster wil zeggen, dat hij bij de heeren
die tegen een adviseur zijn, geen of vrees daar
voor heeft kunnen ontdekken. Zij achten het alleen
ntet noodig.
De heer Bijpost acht na hetgeen de heer Meur»
gezegd heeft, het gewenscht, het raadsbesluit der
vorige vergadering te herroepen. Laat er overlgg ge
pleegd worden om te zien of het bedrag te groot
of te klein fe genomen. Laat on» beginner, met het
besluit van de f 26000 stilletje» ln te trekken.
Voorzitter: stilletjes?
De heer Bijpoet: nu Jat
De heer Van der Kamp: vreee is misschien niet
goed uitgedrukt. We hebben aan het gegeven ad
vies niet genoeg, waar hier over een kardinaal punt
tusschen directeur en den heer Rijkes verschil bo-
st&at.
De heer Meurs dringt aan op ©en gemeenschappe
lijke vergadering tusechen den Raad met gascom
missie en gasdlrecteur Ia comité.
De heer Van der Kamp bestrijdt dit Mee.
Tenslotte In stemming gebracht wordt het verwor
pen. Voor de heeren Schoorl, Roggevee®, Meurs en
Boekei. Tegen de heeTén Koster, Buis, Va® dar Kamp,
Hopman e® BUpost.
Volgt het voorstel va® B. en W. om alsnog ee®
adviseur te benoemen, ook dit wordt verworpe®;
voor de heeren Buis, Vd® der Kamp, Boek el en Rog
geveen. Tegen de heore®: Koster, Schoorl, Hopma®,
Meurs en Bijpost.
Bij de rondvraag informeert de heer Hopman naar
de schoolplannen, hoe of het staat met de® aankoop
van grond daarvoor. Zij® B. en W. met den eigenaar
va® den grond reeds 1® nader overleg getreden, waar
toe deze zich geneigd heeft betoond. Spr. heeft er
nog niets van gemerkt. Spr. hoopt niet dat de zaak
op de lange haan zal worden ges.hoven.
Voorzitter deelt mede, dat B. e® W. op officieuze
®let op officiéeie wijze hebbe® vernomen, dat de elae-