Schap Courant. TWEEDE BLAD. Schetsen uit de Rechtzaal. FEUILLETON. Erïgraaï Udo. ZATERDAG 27 NOVEMBER 1914. 57ste Jaargang No. 5498. PUIKJE!... BROEDER. Mevrouw had »ltijid op ztn minst drtp kwartier op h»ar slaapkamer te down, voordat zo na»r beneden, uing om te ontbijten, Oor ha,d preofleS halfnege» die chocola boven te brctajgq», met de b©sdh'uo|tjcs. Da»r- :ia, hoorde men. een hcelen, tijd niets van, mevrouw. B'oef zij alleen met juifCroulw Be(ts dis nieuwe kar menier. Do bij het verdere huispersoneel diep- em, fel gehate.Het bleeke, stiUlie menschjte-, dat geruiisoh- loos door 't buis ging, in, haar stemmig donder japonnetje, met zedlr? «(hertje. De trots, de glorie van mevrouw, die dag aan dag den. lof verkondde der voortreffelijke Bet». Een, lot uit de loterij! Nog een va» het ouworwetsc-he ras. Gedienstig,, np- derig, onderworpen, giedlwee. Dóe mevrouw® wenschen wist te voorkomen. Tegenover de twee dienstboden. en den man,, die een.lrie uren, per dtag kwam voor deur- open.nake», zilver-poetsen, en, zoo meer was juffrouw Bets ongenaakbaar. IJskouü, opi een, afstrjold. Opkwasi vTiende ijken, toon iets ze,"©e,nid. ontwijkend elk .ge sprek. Slechts de oude Warns, de keukenmeid. had „lak" aa» de ..kouwe drukte" va» de jluffer. Waagde 't haar soms bitse, stekelig spottende opmerkingen, te maken.. Tot da,t Bets te, de kouken was gekomen met de boodschap: „Wiesje, mevrouw verlangt je even te 6preken." Boven zat de douairière met boos, verontwaardigd gezicht. „Ik krijg klachten, over je," zei mevrouw tegen, bedaagds Wies,, die £n ver-vervlogen janen, ha»T speel kameraad was geweest in, het huis vto» de „oude mevrouw" zanger; „je berut tegen, die lnamenftesr bij zonder onjhebbalijk, heb ijk gehoond;. Diat moet, ver anderen. Juffrouw Bets is etfa, meiojje, dat haar pfcht uitstekend vervult. Ik zou njet graag hebben, dat er voor de we de mr»l le&flaagd, werdi Ik had' aootets niet nn je re^acht. hoor!" K»uï£öajE£ild wtet eerst njet, wat zij moest reggr». Er schoot een prop i» haar keel en zij had alle moei te om riet in traden, uit te barstem, Dat zij- »a over de dertig jaren trouwen, dierst., door dat ell mdSwe schepsel zooiets moest ordervinden!Van mevrouw, die eenmaal torn de dikike, statige douairière npg een kwiek bakvisehj© was met haar was omgegaan zoo „giewooji", zoo hieeiUeimaal n|i!et uit de hooigte Haar presentjes had gieg)eve», dde zij nu nog wel eens uitstalde *s avonds na afloop va» het werk, als Bil in de keuken, zate» te praten. En dan, vertelde Wies, hoe mevrouw haar ito, 't vertrouwen had geno men, toen ze met meneer-zaliiger geëngageerd was, nog vóord'at de naaste fapiSlfe e/r iets van wist. Wdes kon het met „een, woord! van. waarachtig" bezweren;. Zij 'kreeg dan briefjes vaa de» officieus©» bruigom em. kattebelletjes va» wat »u baar mevrouw was da» deze dingen, van ver-verleden dacht keuken meid, toen ze dié» uatbraadeir kreeg. Driftige woor den drongen, ha»r npar dte lippien. Maar zij hi(eJ'.di ae in, en met een punt vtan het schoons schort,, dat ze had aangedaan toen, mevrouw haiar bij zich tiiSfp., wischte ae zich de vochtige oogen af. Maar mevrouw werd daan niet door getroffen, en vergenoegde er zich mee nog eenp te hiei1hiale|n, dat ae „piet voor) de tweede maal' iets dergelijks te hoore» moest krij gen". In de keuken-sfeer steeg de haat tegen Bets En steeds hechter werd. de positie der kameruier. Wanneer zij mevrouw "s morgens kapte zoo losjes weg. in afwachting vajn, de meer ingewikkelde coiffure voor visite en zoo d»n kon, ze Zich, alis haar on willekeurig ontsujappend ha,l£ttd tenten ontvallen,: Prachtig hopr!Wetend, hoe zulke hulde me vrouw streejlde. Met h»ar dunne, slajnjke vinigens streek zij dan bewonderend over inevtrouws grijzende lokken en verklaarde juffrouw Bets, zelden, zulk ma®n,ifli(ek haar te hebben, gezien,... De kunst van: vleien,, naar <lea mond praten, verstond zaji ito, perfectie. Ze, dieed» het met fijnen ta/t aorge»d dat het nooit iets plomps, iets „gewilds" kreeg. Zij; effaceerdlej sneb zelve tot op onberekenbare» afsstand... ?9. Nog voor Schlachter ijets bad kunnen antwoor den, wap Bdüth» op de» beambte toegetreden. Uit de woorden van de» ma».. wae»s ware hoedanigheid zij reeds 'ang had geraden., was haar slechts dit eene du We lijk geworden, dat Hallen sterf» ter wille va» haar lei u, hoewei zij er zich gee» voorstelling van kon rns.ken waarom e» ander welke omsfanidrfghcidien. hij dit martelaarschap op ziieh had genomen. E» al do kleinmoedige VTees, dje zorg voor haar goqde» naam was nu op eenp w.eiggeiviafagd. Zaj twijfelde gtete» oogen blik, zij wist, hu precies wat zij te dop» had,, en sedert weken was zdji uilet zoo rus-tng geweest als op dit oogenb'dk. „Wat u da»r van een, misdadig complot zegt. .mijn heer, is een ongelukkige diwalitng. Indien dit bestaan beeft, dan heeft dokter Hailenstcrfl» daar i» ieder geval gee» aandeel in gehad, maar heeft er integen deel naar gietracht. om bet te verijdel®»." In de houding van welopgevoed man, maar tevens met het ongenaakbare voorkomen van den beambte, die zijn p'dcht weet te doe». ha,di Santen, zich naar 't jonge meisje gekeerd. „Daarover kunne» wij »u moei lijk spreke», freule. Geloof mij, dat ifk njietzondetr ge- wiclul-o r icten,©n te,"en. Haltenet ei», bei» opgetreden, e» u zult hem wellicht «iet verder verdedigen, wan neer Ik u zeg, dat hij door mij op een strafbare, om niet te zegge» misdadige handeling is 'betrapt. Mijne beambte» en ik verrasten hcan bij de poging, oan een persoon, die hem om de een of a»dtere reden, lastig was ge worde», door e?» zeer bedenkelijk mrfdidiel on schadelijk te maken." Nu rae?nde Editha afes te begrijpen-, en »u zette zij zich met heldhaftige beslistheid over de laatste bezwaren dier eigenliefde heen,: „Ik ka» «feit vermoe den, mijnheer, waarin dat bedenkelijke mi&diel heeft kunne» bestaan; maar wat u dokter HalQienstenln ook moo; t verwijten, hij heft heit met die ridderiijkste bedoelingen gedaan, Omd/aft bij. mijmë door een schurk bed rel-de eer wilde redidien. heeft hdj zichzelf opgeof- - ferd. en i-niddjeon. er iets strafbaars in zij» bandietfngdn is geweest, da» he» ik daarvan de oorzaak en ver ia»-: ik. zijn lot te dteele»." Sprakeloos va» verbazing e» zonder er iets van te begrijpen, had graaf Schlachter dit gjesprek aange hoord. Nu echter stiet hij heftig uit: „Wat betee* kent dat? Wat is dat voor eem onzinpig gjepraat, Edi tha? Ik verbied je. »og eg» en.kel woord op deze wijze te sip reken. Laat mij met dien heer alleen, op dat hij mij de ophelderingen kan gievte», waar ik nu zie er nieuwsgierig naar ben,." „Slechts »og een oogenbilrfk, juffrouw," viel San ten nvet hooge stem en bdjin» betvelend „Ik vei- blied u niet deze kamer te verlaten, maar ik moet u als politiebeambte verzoeken, voorloopig op hot slot te blijven. De rechter va» instructie zaïl hiter morgen zoo vroeg mogelijk aankomen, en tot dJ'.e» tijd hebt u zich, heer graaf, zoowel als de dames, zich als buis-evangenen te beschouwen." Qroaf SchJachteg wa^ het bloed «aar het hoofd ge- Zo Wist haar oogenbïfk te kiezen. E» zweeg wan neer rij merkte, dat me vrouwe muts niet ato»d »aar het hooren va» mlfce ^ïngeii. E» met zulke middelen wist Juffrouw Bets te be reiken, dat mevrouw haar blfnidoHrr.ga vertrouwd^ En groote achting kreeg voor kambnrfler. Bene had zij zich geweldig schamend, met neergeslagen oogon verteld van. haar groote schande, baar ver schrikkelijk leed. Be» biroer, dte niet wilde oppas sen:;... Motder was vn» verdriet over h<«m g>«ior- ven. Ee» o»verboteirlij|kö deugniet. En Bets offerde zoo w»t aj wat zij, v<;rdte»de op om nog erger soha»- de to voorkomen. Telkens "*ael hij haar lastig. „Och, ?ai arme zuster ik begrijp best, dat u zoo'» schepsel »le ik be» dfte zulk oe» broer heeft, die zelfs bier aan de dteur mij om geld komt lastflg vallen,nrfot ku«t houden. Zfegt u t m»ar dadelijk, mevrouw, da* ik moet vertrekken. Ik verwijt hiet mij genoeg d»t it* cto» euvelmoed eohajd- heb om mij bij u aan. te me'den. En ik had hot vreeesLijke geheim wil ben verzwijgen,. Maar d»t ka» ik nu eenmaal nrflett. E» zeker ii.iet tegendivcr eeto, dame, voor wie ik zoo veel eerbied koester, drfie zoo hoog staat ale u!..." Mevrouw wag d'ieip getroffen, ZfA, dat best een misdaad zou zij» om ee» meisje, dat het ongeluk heeft om zulk een brcedJer te hebbto» e» dlie de vruch ten van baar arbeid aan zool» deugniet weggeeft voor de eer va» de familie iets adders da» lof hulde te bre&.rea Mevrouw schonk ha»r een bedrag om, als de broer weer kwam... En eerst na ka»© praten, overreden, naxu juilrouw Bets. schrefend van aaudoonitog e» dank boa: beid ce *tou:oeuraan, Den dag erop stond de kc-rel met de teipge, donkgre knevels, hanxle» i» zijzakken, vmini zf» overjas, voor heit huis, w»ar juf- rrouw Bets in betrekkvrng was, Kamenrfer ging npa,r beneden, sloot glaz'» dieuren v»n vestilbuÜB speur de nni.w,et'e»d of nicmapd. hen beluisterde... Giing toen met broer hij was 't natuurlijk zachtjes sta»n praten. Toen zij- weer boven kwam, was Bets ontroostbaar. Nee» mevrouw mochrt en kon, haar niet li ouden, 't Was al te verschrikkelijk!... 7j ij hod hen: alles. B$es gegeven wajt ze kon missen. En. met de grootste moeite eindelijk va^n de deur gekregen. ...Dien ochtend kon mevrouw op z'n allerhoogst 'n kwartier uit bed zij», toen er lang,, bevfllg, napteo»- dend van uit de slaapkamer gjesch'eld werd... Keu- koumeid en Cor, de tweede, zagen elkaar met ver schrikte oogeh aaav „Hoor je dat. Kees?" vroeg Wies den mesa>npiaj- penden knecht. En Kees staakte zij» werkje. „Ri-rrrrt'ging het weer. „Ga jij maar gauw,." zei Wies tot de „tweede"; doe na epnig mopperen e» tegenstribbelen ge- hoorr-tsmde. Er moest tets heel bijzonders aan de hand zijn... Bets was bij mevrouw. Een ongeluk?... Begin, va» bra»dj? Ln de slaapkamer stontd mevrouw bij dte toilettafel een geopendie doos miet riuigien,, armbanden, eai zoo. voor zich. Ontdaan. vorsclhtriilkitH bevend... En, naast baar in gelijke houidrmi©, ka»rsrechit mot streng gelaat en dreigende oogen de kam^i©1"- „Mevrouw mist vier kostbare voorwerpen uiithaar doos." zei juffrouw Bets, de tweedte meid aa»ziend met gelaat va», instructierechter. Cor kon geen woord uitbrengen. Keek van dte moe naar de andere. ..Da,t moet terecht komen!" zei juffrouw Bets op harden, hooge» toa» „Iemanidi hier i» hurf» moet wete», wa»r die kostbaarheden zrfjn!---" En op dit moment viersmioilit i» Oor, de twfeede meid, al w»t er aan angst Voor gunstelinge va»; me vrouw t» haa,r gedcefld! hajd. Zo werd kersrood, plant te de handen op die heupien, »aderde katmenrfjeir tot op een enkeite s eb re dte en vroeg „of zij altemipt haar op 't oog had. Da», moest ziji 't maar zegge», hcor! En ddrect! Of Bels soms doekt, dat Cor zich door zoo'n... door zoo'»..." Er kwam een vloedi va» gillend- uftgebra<dhte scheld woorden. Het eerlijke kind uit het volk. kwam ito Cor boven en haar felle ha»t tegen kamenier prikkelde haar, zweepte haar op... Vruchteloos trachtte zelfs me vrouw haar tot teatmte te. brenga». Tot i» die keu ken drong het geschreeuw van Cor door... Va» tweede meid, wie het niks mqer scheien ko» »1 werd ze op stel en sprong weggejaagd-Wies k'waim naar boven en Kees b'eef ito, da gang bij slaapkamer staa», ate z"» bijstand misscbio» noodiig was?... Met smalend, mixtaebtond glimlachje stond kamenSler tegenover dte dienstbode... Toen werd er gescheld. Rechercheur werd aange diend. Mevrouw had reeds naar het politiebureau ge telefoneerd. Juffrouw Bets had het haar ontraden. Eerst zelf zien uit te visschen... Misschien kw&me» de dingen terecht ïSam werd mevrouw *°eyr hoop'soesah gevrijwaard. Maar in haar opwinding 1 had ze half naar Bets geduisterd e» getelefoneerd,, voor zij er eigenlijk zelf recht besef, van bad... Benede» wachtte rechercheur. Hoorde verhaoJ1 vu» vor missing aan. Maakte nptiiitfcs. Vwaocht, dat hot personeel het hui» nrfet zou veraten. Op d»t oogeflblïk werd aja» de dour va» salon, getikt. Juffrouw Bets, hoed op e» mantel aan, vroeg verlof even 'n bood ach a» te mogen doet» En mevrouw gaf onmiddellijk toestemming... Mapr rechercheur, <üo opgestaan was, protesteerde. Deo enkel ooge»blikje asjeblieft... „O zei mevrouw; ,h4gr mij» kamenier staat bo ven alle verdenking! Neem, op mij» vwr»»twooxidSng, jmanecr!..." „Ik ben ervan overtudtgjd," zei reahtercheur, kame nier scherp observeegqnd. „maar toch moet ik. pererfs- teeren," „Met welk recht," zei: juffrouw Bete, zeer ud|t dte hoogt e, .„zoudt u mij beletten ete» boodschap te deen?" En met schamper lachje wilde za gso» Maar rechercheur was haar voor. bUjft!" zca hij. rich tegeBjk bij deur v&h vestibule posteerend- Hij keek Bfsts doordragend ao». En wachtte totdat zij n» hem va» hoofd tot voe- t n n-et minachtende» bBk gamebe» te hebbe» naar Ixn-e» ging. Rechercheur fluisterde inmiddels \erschene» co'lcga fete i» het oor. Waarna c»lbega zLh in de vestibule neerzette, het oog onverpoosd go- rtcht houdend op de trap, naar bove» leidend en door kajnepfcr bestegieta... Er was, na aulHr»auwkeuri|gst ond'erzoek, in het huis niets gevo»de» njot het minste spoor van de vermiste voorwerpen. Mevrouw zat nog eens te verzekeren, dat juffrouw Bets horren eiken zweem van verdenking verheven, was. De» waar Juweel! Ongelukkige ziel, doe aj haar verdiende geld mopst opofferen voor ee» broer, die nrfet deugen wilde... Rechercheur had gedUüdfig zttto» luisteren. En opeens vroeg hij: ,ik zou toch zeer gaarne die juffer Betsy eens willen spreken. Maar onder vier oogeo. Ik zou u dringend willen vegzbejk-ein, er «iet böj, tegenwoordig te ziju MevTouw protesteendie. Noemde 't -wreed, ongehoord, schandelijk een meisje ajs Bete zoo te mar tel e...... 25a»g meneer, man va» ervaring, dan »tet hoe hij hier werkelijk iemand voor zich had, »llermi»pt in staat om-...,.. Rechercheur bleef taaL En juffrouw Betsy werd geroepen. Mevrouw kuste; haar te» tteéke» va» deer nis en vertrouwen. B» Bets drukte even haar ha»d. als willend beduide»; „Och, er ka», ao» levensleed, »og wel wojfc bij." Toen ging mevrouw, va» medelijden es» ontroering da oogen afwiBBohejnjd F.ii liet gesprek van rtecheroheur e» kamenrfier diuur- d© heel lang... Raadselachtig Hang. Mevrouw h»-d be loofd niet te zullen hin»enkome» voordat recher cheur riep. Tenslotte werd het haar te kras. Zij opende dg deur. En tegelijk greep rechercheur s»el den arm van Bets, die va» de gelegenheid wilde gebruik maken om te ontsnappen... Verbijsterd bleef mevrouw Btaa» En miste de macht om opheldering te vragen, terwijl de beide rechercheurs juffrouw Bets die lijk bleek zag e». die klappertandend, met gloeiende oogen volgde, 't huis uitvoerde». Rechercheur had mevrouw gewen,kt. Hij k.wa»u dodelijk terug. Zou haar dan wel verteli»»!...... In de keuken, werd eenjige weke» later het gevtal besproken. Hoe heft O. M. anderhalf jaar ge- eischt had tegen juffro,uw Bets, ex-kaanenier, dde de vermiste precios» gestolen had- Met als handlanger en helper den „broer", het, „mauvarfs aujet"; die gebleken was ©en beruchte gauwdief te zij», sSmis 'n paar jaar „goede kennis" van Bets, tot wie hij in geenerlei bloedverwantschap stctod. Vermoedelijk, had- de» zij samen, het epeKfetje al elders een paar maal ondernomen. Maar daarvan miste me» d(e bewijze». ..We mogen blfij zij»,'" aefi Kees, ee» viersch püjpje stoppend, „d'.at we D;i(ct op goeiem diag door die» kerel allemaal ee» kop kl'einjer zij» gemaakt. Dat wijf had liem bij dag n Wij nacht, i» huis kun»e» late»," Bij welke gelegenheid Cor een griezelimg over die» rug ging, zoodat het kopje-kotffie waarvan zij zot te 2 -wieten, bijna haar sidderend"© ha»d o»tgliptie. „Een mensch moet toch tegenwoordig voorzichtig stege», en het eerste oagjeftbHik schee» het, alsof hij den oubeschaamden beambte wtlde aa»viieger,. In zijn grenzenlooze woede vod4 hij niet döjddlijk 't woord, dat verpletterend genoeg 2»u zijn, om diaae o»g,ehoordc driestheid »aor behoore» te ke»teekenen„ e» toen, voor hij bet had ku»»e» uitspreken,, trad! de kamer dienaar, wienjs kloppe» giee» va» drieën, gehoord had, i» de kam-er. „Ken dringend- telegram voor mijnheer luitenant v. Stahl." Santen nam het telegram van het zilveren bord en opende bet. Het moest wel iets zeer buitengewoons zijn, wat hij daar las. want de uitdrukking va» zij» g zicht veranderde gedureto.de het leze» op merkwaar dige wijze. Hij onderwierp het formulier na» nauwkeurig onderzoek, alsof hij de verdenking koes terdie, dat het bericht vervalscht was. Daarna echter keerde hij zich met een ruk om tot dien graat en toomde nu e®» heerf wat m4»der stneng gezicht da» daar straks. De graaf nam daaj- direct geen notitie va». wOn.t hij sprak halfluid met de» bediende, die nog ee» andere e» naar het 6cheen, wel wat geheimzinnige boodschap voor hem had- .Breng den man hrferheen," zelde hij juist, „ik zal spoedig weten of de man een bedrieger is." „Veroorloof mij. u 'tets mede te deelen, graaf! De zftak is volkomen veranderd door hot telegram, dat mij zooeven is gebracht. Misschien wilt u zoo goed zij», het zelf te leze»." Het klonk bijna alsof ee» zekere beschaming San ten tot dit laatste had doe» besluiten. In iedfer ge val zag hij er nu ni-et meer streng en gebiedend uit, maar lntege»de,©l bedrukt -e» besche!i|de». Graaf Schlachter nam hem zwijgend- het overge reikt© papier uit de hand e» las luid: „.Graaf Udo von Sewig-Setterrihenm is volgens bericht dor pol'rtüie te Freis-adt aldaar on)djgr de» naam van ee» too- «eelspeler Ulrich Poota gevondien. Tot politiemaatrege len is dus geen rede» meer. Spoedige terugkeer ge- wënsoht," Met ee» kreet was Edith» »aa.r haar vader gevlo gen. „Vader o mij» God! kan dat waag zijn? Udo leeft! E» me» heefit hem dius n1|eit gevangen gehoudie-n?" „Daar het bericht op zoo stellige» toon v»n die» commissaris van politie te Dlresde» komt, za,l het wel waar zij»," zelde Santé», „Het komt mij- h3jjna voor, alsof de jonge ma» om» »Ue» terdege bij. de» neus heeft -genomen," Graaf Schlachter, die zichtbaar moeite deed, zij» gevoelens meester te worde», gaf hem; gjeen antwoord. Alsof de beambte voor hem niet meer bestond, zei hij tot zij» dochter: „Wij zullen dadelijk weten, m hoever dit waarheid is, e» of wij, deze gel-ukkiigq bood schap moge» geloove». Want zo.oeven heeft, zich ee» zekere Heinz Colmer aangemeld, met de medèldeë- li»g, dat hij mij- berrfjohte» va» mij»i neef had te brengen. Daar is bij." Inderdaad had -de be,dd|e»dle juist die deur Voor een e^e'vuit aeklieeden heer g»ope»d. diïe mi\n of meër verrast scheen, dat hij, zsaaarfs hij verwacht had', dte» graaf niet alleen tegenover zich zag. „Ik vra»g verschooning," zei, hij, „dat ik nog op zulk een laat uur stoor, ma-ar bij het gewicht der zaak moet ik mij gelukkig oohte», dat ik nog hjeden het «tot Sambor kon -beneike». Heb ik dte eer met graaf Schlachter te spreken?" De aangesp rok eme, voor wie» hij in overdreven be leefdheid gebogen had, antwoordde bevestigend met een lichte» hoofdknik. „U brengt mij, zooals u mij liet zegge», bericht va» mij» rueef Uido? Hiji leeft dus? E» .hebt gij hem zelf gezien?" „Ik heb eedert weke» het voorrecht gehad, hem mijn vriend tee mogen noemen. Maar mijn nadere mededeelinge» kan ik den graaf slechte onder vier oogen doen., want ik zal genoodzaakt zijn, dfingen aan te roeren, waarvan i» het belang van graaf Se- wis-Setternheitm «iemand anjdters iets weten, mag." Was hij eerst wat bevangen g.ewee®t, rasch hadi Colmer zij» gewone zekerheid teruggevonden., e» ln. zijn laatste woorden was ee» goede doste zelfbewust zijn geweest Met opgeheven hoofd, en met het ge zicht va» ee» man, die va» het hooge gewicht, va» zij» persoonlijkheid overtuigd te, trad hij door de deur, die graaf Schlachter zwijgend voor hean ge opend had, in het neve»vtertrek, waar ge^n derde meer vernam, wat hij over het lot van graaf Udo en zij» aandeel daarito, meende te moeten vertelletL Er was al reeds ee» half uur voorbijgegaan, voor graaf Schlachter e» de toa»eetepeie,r In den salon te rugkeerden. waar Santé» tevoren, de grafelijke familie In haar geheel voor gevangenen verklaard' had- De graaf keek ernstig, e» toen. Editha ln geepa»- »en verwachting, vragend' lot hem opzag, zeide hij: „Er is gee» twijfel mogelijk: dat telegram heeft de volle waarheid gemeld. I» onbegrijpelijke l,ichtzrfi»njtg- heid te Udo ouder den naam va» dien zoo» van on zen- boschwachter bij ee», tooneelgëzellschaip gegaa», en heeft zich 1» den. kring dter comeidiianite» verheugd, terwijl wij hier in zorg over hem zaten. Zooals mijn heer Colmer mij medediee.lt te hij vandaag als Ulrich Posta, wegens door hem begane overtredingen, ge vangen genomen en zit »u tot de zaak volkome» is opgehelderd in voorarrest te Freistadt. Het is noodi zakelijk, dat onmiddellijk iemand, die zij» identiteit kon bewijzen en hem hier terugbrengen, daarheen vertrek» Ikzelf he» wegens die ziekte mijner vrouw en, andere oorzaken- daartoe jammer genoog »iet i» staat- Ik vraag derhalve aan u, mijnheer v. Santen, of de vrijhetdsberoovi»g via», dokter H-alHanetein ook ondier deze veranderde omstandii-gihietiieH uog zal voort duren, of dat u ee» o»mii|ddeiïlijke invrijheidstelling van. den persoon, die» ik noodiig heb, leutot bewisrke». De trein, die» hij zou mosten »epilen, om morgen vroeg te Freistadt aap, te komen, passeert Reichen- berg tege» twee uur 's nachts, en ik moet voor dien tijd »og ©enige zake» met hem regelen." Zijn vraag was i» ee» tamelijk gebiedenden vorm gekleed, maar v. Santen voelde in het bewustzijn va» zijn dwaling, onder welker im,vloed hij zich tot een bedenkelijke» misgreep had' laten verleiden, dat hij iets had goed te m»kei» „De madeditel-lhge», die zooevieto via» de freule ontving, werpen een geheel ander Ilijeht op de han delwijze va» do» dokter," zeidie hdj beleefd, „en hoe wel zijn bevrijding te m!i<Mer»aeht vrij wat moeildj-k- heden, zal opleveren, zoo zal ik tech gaarue alltes doen, wat mogelijk te, om hem hier te brenge» Het rijtuig; dat mij va» Redohönberg hierheen heeft ge- bra«ht, staat nog buiten, en ik zaj daar dadelijk weer gëbruife van maken," zijn met wie "je I» Je Lu te haalt." bespiegelde Koes, de keuken met zware rookwolken ruilend „vooral a'« Je, T*-* "jöf -"•per* mrrrt -a» vertrouwen bent als onze mevrouw!!" „Ja."' riep Wies, de bedaagde keuketojraeffd n®t, „Jij bent zoo'n slimme vent. Kere. Net ate met dfen koperen knol, die ze Je Indertijd haast voor goud had de» aangesmeerd... 't Is heel makkelijk om ach teraf to bedillen, Zoo'n eerpewt als die Bets?... Wél, die zou don grootsten profeesor I» de luren kunnen leggen met 'r fijne praatjes!Wat waar is, is waar!" En met een driftig»» smak zette Wies haar koffie kopje neer. Sinds vn» cöo bap» was etn mevrouw weer veel vriendelijkur tegen, haar da» ooit, leefde Wies weer op... En ko» zij, tn de goedheid haars harten, allerminst vendure», dat men mevrouw die toch aj genoeg döoo- hei, govaj geschokt was ook nog haar tn Blimane dievegge gestald vertrouw©» voor de voeten wierp. MAITRE OORBEAU. Verschillende Oorlogsberichten. EEN ENGELSCII GEZANT BIJ DEN H. S"rOEI*. De Tijd verneemt uit Rome: Sedert ecnigen tijd waren er onderhandelingen han gende tusschen de Engelsche regecring en de pause lijke staalskanselarij over de benoeming van een F.n- gelschcn verlegenwoordiger bij het Vaticaan. Reeds tij dens het begin van den oorlog liet minister Grcy er door een aanzienlijke persoonlijkheid, welke in de' Ka tholieke Kerk van Engeland een voorname plaats in neemt, bij Z. Em. Kardinaal Merry del Val op aan dringen, dat een Engelsch diplomaat van beteckcnïs bij het Vaticaan mocht geaccrediteerd worden, al ware het slechts als gevolmachtigde tijdens den duur van het huidige Europeesche conflict. De toenmalige pau selijk staatssecretaris was het voorstel zeer genegen cn leidde de besprekingen in, die later door Z. Em. Kar dinaal Gasparri werden voortgezet met het resultaat, dat thans dc Engelsche regeering tot gezant bij den H. Stoel heeft benoemd Sir Henry Howard. ook in Nederland welbekend, daar hij ecnige jaren geleden 5ezam van Engeland te 's-Gravenhage was. De ge wichtige beteekenis van het feit, dat Engeland een gezant bij het Vaticaan heeft benoemd, springt vooral in het oog, indien men weet, dat het eenig is in de geschiedenis der laatste eeuwen. Alleen van 18671873 onderhield Engeland bij het Vatikaan een gczantschapsraad. KONINGIN ELÏ8ABETH. In <le XXe Siècle leze» we. dat kopinjeln EUz&betb der Belgen verladen week Woensdag te Duinkerken ©ewoest is om de gekwetste» te bezoeken. Aa» de Verneusche poort wacht4© een attaché van dein Bclgt- schen mtnjster de vorstin af; bij hem wa» ©en fciedn me'Bje ln het wit gek'eod. dat haag pracht.i.-c bloe men aanbood en daarbij dit toespraakje hield: De °tad Brussel zendt aan Uwe Majesteit op haar naam da? deze bloamjef» Hoevol© on,uIt©esi>rokc(n wc-n- achen bevatten zij voor uwe majesteit, voor het ko ninklijke gezin, voor het vaderland. De blo-men ko men. helaas, nflet va» daargtrds; maar hot Mnt. i» de kleuren der stad, komt wel uit Brussel; het zal uwe majesteit de hoofdstad te herinnering brengen, die met zooveel ongeduld op haar terugkeer wacht. Ontroerd omhelede koningin EUzabeth het meisice. NOG GEEN OORLOGSBROOD! De opperbevelhebber i» de Markan (waartoe ook Berlijn behoort) heefit ee» bekendmaking uitgevaar- dl -'d. ten doel hebbe»dle de bewoners v»n zdj» milÈtair district eraan t© gewennen met. het koren en meel spaarzamer om te ga»», alhoewel dlaarva» nog groo te voorraden, aAnwezi© zij». In do eerste plaats moet er, volgens hean, minder koek gegeten worden, maar ook het overdreven gebruik van; wittebrood, vooral tn d© steden, moet beperkt worden. Daarom verbiedt bjj dat 's middags na twee uur verseh wittebrood go- hakken wordt, waardoor een eind» komt aan het Ber- lijnsche gebruik om ook bij den avondmaaltijd vereche broodjes te eten. De» herbergiers wordt verboden mandjes met brood, zooals tot nu toe, ter beschikking van de gasten te stelle». Zij moeten lederen gast al lee» zooveel brood geve» »ls hij bestelt. De comman dant wijst er echter op, dat dit volstrekt geen reden, voor de restaurateurs mag zij» om voor dit brood betaling te eis oh en, zooals o»la»^s is voorgesteld, om dat deze gedwongen regerfing voor he» toch reeds voordeeliger Is dan het oude gebruik, waarbij brood naar verkiezing ter beschikking va» de gasten word gesteld „Goed. Ik verwacht va» u, mijnheer v. Santen, dat u in ieder geval mij» wwnsch vervuilt. Ik zelf aai dadelijk mijn vlugste paarde» late» inspa»»e» en he» dus wel tegelijk met u of mlsechi|e» »og voor u. Sn Reichenjberg. Mijnheer Colmer staat u wellicht toe, ofm met u me© te rijden?" Santen verklaarde* zich daartoe zem,dier meer be reid, temeer daar ook hij va» ndeuwsgterigherfd; bramd'- de, de bijzonderheden over den. bijna o»begTlJpelij(keto Jongensstreek va» deze» avontuurlijke» graaf te er varen.. De beide heer en name» afscheid met beleefde bufi- gingen, die echter slechte op afgemeten wijze wer den beantwoord, en de graaf, die dodeHJk bevel had gegeven zijn rijtuig in te spanne», bleef met zijn» dochter alleen. „U staat mij toch toe. vader, om u npqr Retohe»- berg te vergezellen?" Vroeg Ediitha. Hij schudde het hoofd'. „Jou pilaate Is aa» het riekbed va» je moeder," vrartklajarde hij. ...Ik hoop döjt het groote nieuwe ee» gunstige uitwerking op haar toestand zal hebben, maar het is ook mogelijk, dot zij er opgewonden door werd, e» da» mogen wij baar ujot aa» vreemde handen, overlaten, Nu echter moet Je mij voor allee zeggen, wat dte on verstandige uitingen va» straks te beduiden hebben, en wat er voor geheimen tusache» jou en Haïte»- stein bestaan." I Zijn woonden hadden een verrassend miüden klank. De boodschap va» het wqdervfodiani va» zijn dood- ?ewaa»de» »eef, mogst hem zoo aangegrepen, hlebbe» dat zijn gëheele wezen daardoor veranderd' wa». Nog nooit was zulk een teedere uitdrukking- op zaj» go- zicht te bespeuren gewepet, e» nooit bad Editha zulk een toon van vaderlijke teedlprheid van ham géhoord, a's zijn laatste vraag haar had geopenbaard. Maar ook zonder die aanmoedigende waarneming zou zij hem nu de volle waarheid' hebben gezégd. Wat zij straks, om den geliefden ma» te rechtvaar dige», den politiebeambte had verteld, dat durfde zij ook haar vader te bekennen. Zij begreep dat een vreeselijk onweer over haar zou losbarsten; maar rij had tegelijk de kostelijke zekerheid, dat haar ISef- de ha»r de kracht zou geve», ook het ergste te verdragen. Wa»r de aangjébedien, ma» haar had ver geven, wat h.i»derde haai- dia» de toorn, va», ©en of ander mensch al was het ook die haars vaders! Zij biechte alles en het verwachte onweer kwam niet. Wat zich op het gezicht va» den graaf afspie gelde was meer een diepe droefheid dan toorn. Dan zat hij een poosje met afgewend hoofd neer, e» toen Editha hem niets meer wist te zegge» fcwam er een lai^ zwijgen» voor hij het met vrees verwachte oordeel uitsprak: „Je hebt je zwaar aan de eer va» onzen oude» naam bezondigd, maar te dit uur voel ik mij niet geroepen je daarvoor te straffen. Want tenslotte zij» wij toch alten zwakke, menschen met gebreke». Maar als deze schurk nu va» je brie ven gebruik maakt e» ze publiceert, zaj Hallenstete ook dan »og bereid zij» om zijn eerlijken naam aan je te geve»?". Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1914 | | pagina 5