11(1111! NiflIS-
DONDERDAG 4 MAART 19154
58ste J aar gang. No. 5550.
De dingen om ons heen.
SCHAGER
COURAIT.
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag
Donderdag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 9 ure wor
den ADVERTENTIEN in het eerst uitkomend nummer geplaatst.
UitgeversTRAPMAN Co.
SCHAGEN, LAAN D 5. - Inf. Teleph. No. 20.
Prijs per jaar f 3.Per post f 3.60. Losse nummers 5 oent
ADYERTENTEEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
contrabande.
Dezer dagen meldde een der bladen, dat deDuit-
sohe bezettingstroepen in België thans koper opza
melden op een nieuwe manier en wel door koper
geld bijeen te brengen, waarbij zij voor een franc
waarde aan kopermunt fr. 1.15 in papier of klein
zilver gaven. Dat het verhaal vrij aprocrief is, im
mers tot geen resultaat van eenig belang kan lei
den ,waar de kopermunt in Belgëi een uiterste zeld
zaamheid was en de halve sou bijna steeds door
'n Hollandsche cent werd voorgesteld, doet minder
ter zake.
Wel het half-spottend commentaar, dat men dus
eigenlijk geld ook als contrabande moest gaan be
schouwen, zeker in dit geval kopergeld.
Aan deze kwestie zouden wij wel een enkel
woord willen wijden.
Wat is contrabande, is dan natuurlijk het aller
eerst begrip, da|t dient vast te staan
In het algemeen kan mén zeggen, dat alle artike
len. het bezit waarvan den vijand in staat stelt den
oorlcg te rekken of krachtiger te voeren, contraban
de zijn en dat dus de krijgvoerende mogendheid al
haar best zai doen den toevoer daarvan af te snij
den.
Nu is er echter ?een enkel artikel, dat een oor
logvoerend land niet gebruiken kan, zoomin trou
wens als een land in vollen vrede. Elk artikel heeft
zijn waarde. Afgebrande lucifers zoo goed als een
compleet siófc veldgeschut, kmderspenen of verbruik,
ie prentbriefkaarten zoo goed als de modernste
vliegmachine.
Want wat men niet kan gebruiken in de hoeda
nigheid waarop het wordt verkocht, kan en
heeft altoos waarde als grondstof voor iets an
ders. Houtafval wordt tot papier of cellulose, kin-
derspenen kunnen als caoutchouc bij allerlei instru
menten të pas komen.
En men vergete evenmin, dat tallooze artikëlen
thans gebruikt worden als surrogaat voor andere,
die niet of slechts in onvoldoende mate verkrijg
baar zijn.
Feitelijk is er dus geen enkele soort van goede
ren te bedenken, die niet op de eene of de andere
wijze, hetzij direct voor het leger dienst doet, het
zij de beYolMng van het oorlogvoerende land in
Btaat stelt economisch de lasten van den krijg te
blüven dragen.
Zoo wil het ons voorkomen, dat het een onhoua.
baar standpunt is, wanneer Duitschland den vrijen
invoer van levensmiddelen als een recht opvordert,
op grond dat die levensmiddelen alleen voor de bur
gerbevolking en niet voor het leger bestemd zou
den zijn. Wanneer toch voor het leger plus de bur
gers een hoeveelheid graan beschikbaar is, en er
wordt voor de „burgers" graan ingevoerd, ligt het
toch voor de hand, dat daardoor voor het leger
meer vrijkomt. Alleen wanneer dat leger gevoerd
werd uit een anderen broodtrommel dan waaruit
heol de natje haar voedsel ontvangt* zou ons inziens
de Duitsche redeneering opgaan.
Feitelijk moet dus de slotsom zijn en dat is
ook de opvatting van Engeland dat alles contra
bande is, wat voor den vijand bestemd is. Dat dit
juist voor Engeland, dat voor zoo tallooze artikelen
van buiteoïarxLschen toevoer afhankelijk is, een
hoogst gevaarlijke theorie is, zal wel duidelijk zijn
en Lord Roseberry heeft er tijdens den Boerenoor
log terecht op gewezen.
De praktijk echter beschouwt als absolute con-
trabande in de eerste plaats alles, wat voor militair
geliruik bestemd is, terwijl een aantal andere arti
kelen, zooals graan, wol, katoen, metalen en der
gelijke voorwaardelijk als contrabande beschouwd
kunnen worden.
De oorlogvoerende landen hebben allen bij het be
gin van den krijg medegedeeld aan de neutralen, wat
zij als absolute en wat als voorwaardelijke contra
bande zouden beschouwen, en, gelijk van zelf
spreekt; zijn de desbetreffende lijsten herhaaldelijk
her-zien en aangevuld.
Deze mededeeling aan de neutralen was daarom
noodig, omdat het neutrale schip gaande naar een
vijandelijke haven, zoo het door een oorlogsvaartuig
der andere partij zou worden aangehouden, in-
beslag kan worden genomen, indien het contraban-
öq aca boord heeft voor den vijand bestemd.
Een Hollandseh schip bijv., dat van Amerika ko
mend buskruit aaai boord heeft voor ons leger be
stemd, kan door een Duitsch oorlogsvaartuig niet
bemoeilijkt worden, ook al doet het eerst een En-
gelsche of Fransche haven aan. Wel echter, zoo
dat buskruit vrij goed was, dat de kapitein kan
van de hand doen waar hij er een goeden prijs
voor kan bedingen. De regel „vrij schip, vrij goed",
die vroege* gold, is door Engeland bijv. nooit er
kend, evenmin als die dat neutraal goed in een
vijandelijk schip vrij zou zijn en bij voor-goeden-
prijs-verkiarirg van het schip zou moeten worden
vergood. Slechts in hoogst enkele gevallen rekenen
öe Britsche Prijs gerecht en dat zulk een schadever
goeding verplicht is. Doch zoo zij wordt uitgekeerd
bedraagt zij: de waarde van het goed tot den dag
prijs plus 10% plus de betaalde vracht en een ver
goeding voor tijdsverlies, zoodat in dit geval de
eigenaar geen reden tot beklag hoeft zou men kun
nen zeggen. Immers 10 procent winst zonder kosten
ia vrijwel aannemelijk, vooral wanneer tijdens in
koop en onteigening een poosje verloopen en het
good dus in de meeste gevallen door de tijdsom
standigheden toch reeds in waarde gestegen is.
Deze gevallen uitgezonderd is echter voor de neu
tralen de geheele contrabande-gesehiedenis een
bron van veel schade en ongemak. Vooral wordt
het dit. wanneer, zooals thans het geval is, een
onzijdig land als het onze er van verdacht werd,
veel meer te koopen dan het zelf noodig heeft, zoo
dat het meerdere, aldus dacht Engeland, zijn weg
naar Duitschland vinden zou. Om dit te verhoeden
werd dan ook het vervoer van verschillende arti
kelen ook naar ons land verboden, en. nadat onze
regeering ten aanzien dier artikelen een uitvoer
verbod had uitgevaardigd, toch nog bemoeilijkt. Al
leen het adresseeren dier artikelen zooals graan
bijv. direct aan de regeering of aan de Overzee-
trust, maakte aan veel belemmering een einde,
hoewel nog niet aan alle moeilijkheid.
Ziedaar in groote trekken een en ander over het
begrip „contrabande" en de beteekenis ervan voor
oorlogvoerenden en neutralen.
Het zal den lezer opvallen, dat, waar feitelijk al
les contrabande is, de regeling niet geheel afdoen
de kan worden genoemd. Zoo A zijn vijand B zoo
veel mogelijk afbreuk wil doen, zou hij moeten
zien te maken, dat B geenerlei toevoer kreeg, van
welken aard dan ook. Dit nu is onmogelijk, tenzij
hij alle grenzen, land- zoowel als zeefrontier, kan
bewaken. Waar dit in het geval van Duitschland
bijv. onmogelijk is, zoolang ons land, Denemarken
en Zwitserland niet in den krijg zijn medegesleept
en de Oostzeekust voor -den handel open bleef, kan
van een afsluiting niet gesproken worden.
Tenzij dan natuurlijk de neutrale staten zouden
-willen medewerken.
Zulk een medewerking is denkbaar. Het idee toch
is opgeworpen in verband met de Tweede Vredes
conferentie, (toen men nog dacht aan arbitrage en
dergelijke antiquiteiten), om het land. dat oorlog
ging voeren, zonder eerst de hulp van het Haag-
sche Hof te hebben ingeroepen, te boycotten.
Dat wil zeggen, alle handel, scheepvaart en ver
keer met zulk een rijk stop te zetten, geen brieven
of telegrammen er uit afkomstig of er voor be
stemd, door te zenden, het geen geld te leenen, en
er geenërlei waar heen te zénden of er vandaan to
betrekken.
Een soort doodverklaring op economisch gebied
dus van den onrustverwekker.
Inderdaad zou zulk een systeem van waarde kun
nen zijn om een staat te doen terugdeinzen voor
een oorlogsverklaring, dan wel een reeds aangevan
gen krijg spoedig te doen eindigen.
Speciaal het weigeren van een oorlogsleening
door de neutrale landen en het niet in betaling aan
nemen van aandeelen of scrips daarvan, gelijk ook
op de jongste samenkomst in Den Haag van de In
terparlementaire Unie ter sprake kwam, doch o.a.
door toedoen van Oostenrijk niet werd aangeno
men, zou van groote beteekenis kunnen zijn.
"NV aar de oorlogvoerenden het do neutrale staten
lastig maken met hun bepalingen van wat wel en
wat geen contrabande zal zijn, zou een verklaring
van alle neutralen, dat in represaille voor geleden
last en ongemak allen uitvoer naar de oorlogvoeren
den verboden zal zijn, ongetwijfeld nut kunnen
bobben om de begrippen omtrent contrabande van
artikelen voor eigen gebruik bestemd, wat milder
te doen worden.
Zoo zou veel economische schade voor de niet in
den strijd betrokken partijen allicht zijn te vermij
den.
Het laat zich hooren, dat het zeer bezwaarlijk
zal gaan, thans met zulk een voorstel aan te ko
men. Waarschijnlijk zou een en misschien wel beide
partijen er een onvriendschappelijke handeling in
zien van den neutraal, die er het eerst, mede aan
kwam en zou het zeer moeilijk zijn dienaangaan
de tot overeenstemming te geraken, zelfs tusschen
de onzijdige landen, doch het blijft een middel
van verweer, waarop blijkbaar niet genoeg is ge
lei. UITKIJK.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
Zitting'van Dinsdag 2 Maart 1915.
een onbetrouwbaar knecht.
De eerste beklaagde van de 'vorige week was ook
nu nummer een. Het was zekere Maarten van der
Struijff, tot voor betrekkelijk korten tijd melk
knecht bij den heer Vos te Callantsoog, van wien
hij een paard heeft ontvreemd, waarvoor hij vori-
gen Dinsdag terecht stond. Nu was hij hier als be
klaagde, omdat hij met de financiën niet al te be
trouwbaar was geweest.
Maarten was zoo vrij geweest om onlangs voor
Vos f 9 te innen van zekeren Gerrit Baken, die dat
bedragje schuldig was aan Vos. Maarten zei, dat
hij van Vos opdracht had, het geld te ontvangen,
wat door Vos werd tegengesproken. Baken had het
niet precies kunnen passen en f 10 gegeven. Maar
ten 'had daar op 't moment ook niet van terug,
maar dat zou dan wel komen. Doch 't moet nog
altijd'komen met dien gulden. Terwijl vriend Maar
ten zoo vriendelijk was het van Baken ontvangen
geld niet af te dragen.
Door ruzie met Vos raakte Maarten uit betrek
king en daar er van dit zaakje werk gemaakt was
moest onze Maarten thans terecht staan.
De O. v. J. eiscbte 3 maanden gevangenisstraf.
bui 1 en de hospes gerekend.
Volgt beklaagde Jan Kaper, een zonder vaste
woonplaats rondzwervende sinjeur, geboren in 187fi
te 'Zwolle. Jan was in den avond van 4 Februari
op de Mient te 'Alkmaar komen aanzeilen bij den
heer van Vuure, die een welbekende zaak heeft
in brandkasten, huishoudelijks artikelen, enz. Daar
ging Jan aan 't gappen. Een brandkast was wel wat
zwaar, maar eenige tafelmessen, zakmesjes, kwastjes
en schuiertjes, d;-t zou'wel gaan. En dat ging ook.
Toen Jan zijn zakken volgestopt bad, ging bij er
meteen van door, om bij Jo van der Molen, in t
Laugedijker welvaren" aan do Kraanbuurt eens aan
te fteken. Hier begon Jan zijn schatten te toonen
en slaagde er in aan Jo wat tafelmessen en een zak
mesje te yerkoopen. Doch hospes van der Molen
slaapt ook niet en vermoedde dat er wel wat ach
ter kon steken, dat die snuiter hier zulke artiko
len meebracht. De politie werd met de 'geschiednis
in kennis gesteld, Jan werd onder handen genomen,
ontkende en zei de'spullen te hebben gekocht, en
tegen hem vorderde de O. v J tnans 5 maan
den gevangenisstraf
De verdediger, 'Mr. Gouverne, achtte het bewijs
niet geleverd en vroeg vrijspraak.
een onaangename bejegening.
Nu rijn aan de beurt Jaa Goedhart en Reier Ka
pitein, een paar jongelui, de een uit Sint Maarten,
de ander uit Harenkarspel, die zich in den'nacht
van 24 op 25 Jannri jl wat ruw hadden gedragen.
Ze waren toen op een uitv)»ring met; bal na.
geweest en hadden tot hun 'groot misnoegen ge
zien, dat de Dirkshorner smidsl necht Dirk Spoor
uit was met'een modiste van cirie zesjes, Gatharina
Kras èenaamd en woonachtig te Moerbeek, gemeen
te Nieuwe Niedorp. Spoor, die met zijn meisje-over
den overweg van 't spoor ging en vredig met haar
voortfictste om Moerbeek te bereiken en daar nog
even te toeven, werd door de twee andere 'vereer
ders van Catharina gevolgd. De jongens, die het
fietsende paartje weldra hadden ingehaald spron
gen ven de fiets, mishandelden Dirk Spoor en een
hunner beieedigde met scheldwoorden het meisje.
Nu ontkenden de heeren. Mishandeling was niet
gepleegd, beleediging niet aangedaan.
Catharina zei nooit mét een der beklaagden uit te
zijn geweest.
De O. v. J. eischte tegen Goedhart f 40 of acht
dagen hechtenis en tegen Kapitein f 30 of 6 dagen
hechtenis.
mishandeling.
De 19-jarige 'Pieter Kraakman, landarbeider te
Zuidscharwoude, was voor de vierschaar gedaagd,
tor zake mishandeling, in den nacht van 30 op 31
Januari, gepleegd op een anderen Zuidscharwouder
arbeider Piet Engering.
Nu zei beklaagde 'wel, dat Piet het er naar ge
maakt had, maar de President vond dat toch an
ders niet aan een aanvallende houding van de zijde
van Piet Engering gedacht behoefde te worden, ge
tuige heit feit, dat die Piet uit angst voor Piet
Kraakman op het privaat was gevlucht.
Engering zei wel ruim een uur te zijn mishan
deld, waarop de Praesus er zijn verwondering over
uitsprak, dat er nog iets van Engering over was.
Beklaagde erkende geslagen te hebben.
Da O. v. J. vroeg f 25 boete of 10 dagen hechte
nis.
deuren dicht.
Een zaakje, dat met het oog op de goede zeden
met gesloten deuren v.erd berecht, vormde het
slot.
A.B. Dinsdag uitspraken.
Binnenlandsch Nieuws.
hollands noorderkwartier.
Vergadering op Woensdag 17 Maart 1915, de3 mor
gens te half tien, in het Café van Miej. de Wied. Boon
te Wiieringerwaaxd
Op de agenda komen idé volgende punten voor:
Opening. Notulen. Mededeelingen. Inge
komen slakken. Jaarverslag. Rapport der plnan-
lièele Commissie betreffende de rekening en verantwoor
ding over 1914. Mededeelingen van den Rijkszuivel-
consulent over 1914. Rapport van de Commissie
tot Wetsherziening. Benoemingen: a. van een on-
uervoorzilierb. van drie leden Van het bestuur we-
f;ens "periodieke aftreding op 1 Januari 1916 van de
leeren P. Buis Jz., P. Kaan Dz., en J. Best Nz.
Bepaling van dé plaats waar de vergadering in Novem-
ek. zal worden gehouden: Alkmaar. Rappor
ten en voorstellena. Rapport omtrent de cursussen
in Landbouwhuishoudoïiderwijs. Rapporteur de heer
C. Nabel. b. Rapport omtrent de Vakschool voor Kaas
makers te hoorn. Rapporteur de heer J. Best Nz.
c. Voorstel tot aankoop van fokstieren. Inleider de heer
P. Stapel Cz. d. Rapport omtrent het bevorderen van
arbitrage in den veehandel. Rapporteur de heer C.
D. Kaaskooper. e. Rapport en voorstel omtrent de be
proeving van greppelploegen. Rapporteur en inleider
de heer J. Best Nz. f. Voorstel tot het maken van
een plan voor doelmatige inrichting van ierkelders. In-
iader de heer G. Nobel. Bespreking van het Wets
ontwerp toi regeling van het Veeartsenijkundig Staats
toezicht (de Veewet). Inleider de_ heer C. Nobel.
Vaststelling van de begrooting 1915. Bespreking van
verdere werkzaamheden. Rondvraag. Sluiting.
kolhorn.
Zondag 7 Maart zal alhier in het lokaal Blom een
daim-seance worden 'gehouden door den heer J. P.
Waiboer van Anna Paulowna.
kolhorn.
Onze plaatsgenoot de heer K. Dikstaal, Hoofd der
School, korporaal'bij de Landweer, werd bevorderd
tot sergeant. 1
de duikboot- en mtjnoorlog.d
Uit Londen, 3 Maart. De Daily Chronicle meldt,
dat een passagier van de gisteren in Engeland aan
gekomen Prinses Juliana (gisteren van Ylissin-
gen vertrokken en denzelfden dag te Tilbury aan
gekomen), verteld heeft, dat gedurende de reis een
groote Duitsche duikboot 'was gezien, die de Juli
ana echter niet liet stoppen.
Uit Hoek van Holland, 3 Maart. Door het giste
ren 'binnengekomen stoomschip Wrexham, van de
Harwichlijnl wordt gerapporteerd, dat zi tot aan
het vuurschip Maas (7 mijl uit de kust) door een
onderzeeër was achtervolgd.'
van spionnage verdacht.
De Nieuwe Crt. vertelt de volgende historie:
Een bekend inwoner van Den Haag, de heer H. W.,
uit het Noordeinde, wiens bedrijf vaak nacht-werk
zaamheden meebrengt, was gisteren eerst tegen den
echtend thuisgekomen en hierdoor sliep hij 'om 10
uur in den morgen nog.
Onverwacht wordt er aan zjin slaapkamerdeur
getikt. 1
Meneer, of u even wilt komen, vraagt de dienst
bode, er zijn zes heeren om u te spreken
Zes heeren? Op dit uur al!
De heer des huizes overpeinst een oogenblïk wat
dit wel kan zijn. Dan staat het meisje weer voor zijn
deur.
Meneer, 'er zijn nog drie heeren binnengeko
men. Ze zeggen, ze zijn van-de pblitie en de justi
tie en moeten u dadelijk hebben.
Van de poltie en de justitie, negen man, wat
kan'dat zijn, vraagt de nietsvermoedende heer zich
af, en schiet zoo haastig mogelijk eenige kleeding-
stukken aan
In de husikamer wacht het heeren-gezelschap den
huisbewoner op en maakt zich in verschillende qua-
liteiten "bekend; justitie, politie en recherche.
Onnoodig te zeggen, dat de verbazing van den
heer W. onrustbarend toeneemt
Waar is uw telefoon?; luidt de vraag van een
der dienaren van het gerecht.
- Hier, meneer I
- Neen, die bedoelen wij niet .Het toestel voor
do draadlooze telegrafie moeten wij zien.
Draadlooze telegrafie, maar meneer, wat meent
u, wat zou ik in vredesnaam daarmee moeten doen?
Ja, ja, -dat zullen w ij wel uitvinden. Mannen,
bewaak alle uitgangen van het huis, ramen en deu
ren ,zoo dat-ie niet kan ontsnappenl klinkt het be-
Vel.
Dan worden achtereenvolgens ondervraagd het
dochtertje, het doodelijk verschrikte dienstmeisje,
de chauffeur, die in de keuken het zilver stond te
poetsen. Opbiechten moesten ze wat 'ze wel van
het geheimzinnige toestel op het dak afwisten.
Alle drie bleven zij het'antwoord schuldig.
Intusschen was de heer W. met eenige der onwel
kome bezoekers tot een nadere verklaring kunnen
komen.
Er loopt een'telefoonlijn over uw dak en dat
is geen gemeentelijn, dus dit heeft wat bijzonders
te beteekenen.
Verdenken de heeren mij dan van spionnage?
Gewis. Wij hebben zeer strenge orders en
kunnen niet scherp genoeg toezien.
'Maar, meneeren, klimt u zelf op het dak, dan
kunt u er zich van 'overtuigen dat dat bewuste
lijntje niets anders is.... dan de draad van een huis-
telefoontje naar de woning van mijn schoonmoeder.
Het loopt bovendien uitsluitend over onze particu
liere eigendommen! U kunt direct de proef nemen ei
Zelf opbellen.
i Oh, is het dat. Nu, dan kunnen'wij wel gaan.
Wij zijnverkeerd ingelicht'en zonder de minste
verontschuldiging aan te bieden, verlieten de verte
genwoordigers van het gerecht de woning van den
heer W., wien niets anders 'overbleef dan zijn
hoogst verontwaardigde stemming te luchten en
zija beangste buisgenooten te gaan geruststellen.
het mwnengewaar.
Door een 'loodsboot werden voor den Waterweg
acht mijnen vernietigd.
een zeldzaam geval.
Een'militair te Naarden, die al sedert 1900 zijn
militieplichten vervult en thans 'onder de wapenen
aldaar is. werd gisteren als te klein voor den dienst
afgokeurd. In 1906 bleek hij 1.54 M. lang te zijn,
doch werd herkeurd en gemeten met de voetbeklee-
dhig aan, zoodat hij toen toch de vereischto lengte
van 1-55 M. bad. Evenwel bleef op zijn signalement
1.54 M. ^ang staan.
Thans dacht de'man er over na, of dit voor hom
geen reden kon zijn, om ontslag'uit den dienst te
krijgen en werkelijk werd hij gisteren door den
geneeskundigen 'dienst afgekeurd als benoden de
maat. Van 1906 tot heden was hij 'dus de kleinste
man uit het leger.
relletjes te veenhutzen.
Men schrijft uit Veenhuizen dd. 1 Maart aan het
Hdbld.:
Toen'gisteren (28 Febr.) de verpleegden der Rijks-
Werkinrichtingen alhier na afloop van den kerk
dienst in de Ned. Herv. Kerk zich op den terugweg
bevonden naar'het tweede gesticht, weigefden som
migen te marcheeren in de bepaalde orde, nl.1 op
rijen van vier. Een woordenwisseling tusschen een
der begeleidende ambtenaren en een 'der verpleeg
den ontstond en zette al dadelijk kwaad bloed.
Eedenmorgen op het appèl viei er al eenige'gis
ting waar te nemen,die zich uitte in verzet tegen
den rijksveldwachter, die 'den door den betreffen-
den ambtenaar aangewezen verpleegde wilde arres
teeren. Door hulp 'van anderen mislukte dit toen.
Op het middagappèl kwam het tot dadelijkheden.
Weer'zou dc schuldige worden aangewezen om te
worden afgezonderd. Nu had hij 'zich op alle ge
beurlijkheden gewapend, want hij droeg verborgen
tusschen zijn kleeren een ongeveer 40 cM. lang stuk
'ijzer van 2 cM. vierkant. Hiermee ging hij den veld
wachter te lijf en bracht hem een tamelijk ern
stige wonde bij het oog toe. Toen hij uithaalde
voor den tweeden slag, kwam te rechter tijd de di
recteur van het tweede gesticht te hulp. Vóór de
slag aankwam, viel er een schot uit de revolver van
den directeur'en de aanrander stortte neer.
De overige verpleegden vluchtten uiteen. De' ge
troffene werd dadelijk per brancard naar het cen
traal hospitaal gebracht. De kogel was achter het
oor ingedrongen en had boven de halswervel een
uitweg gevonden. De wonde bleek niet doodelijk
te zijn en gevaar voor het'leven schijnt uitgesloten.
brutale aanval.
Gistermorgen; omstreeks vjif uur, werd in de na
bijheid van het spoorwegstation Schijndel (N.-B.),
in de richting van St. Oedenrode, de veehandelaar
P. van Lijssel, die zich, vergezeld van zijn zoon,
met twee koeien naar de markt in Den Bosch be
gaf, door twee onbekende personen aangevallen.
De aanranders weirpen hen eerst peper in de
oogen en sloegen hen daarna met een stuk ijzer
op het hoofd. In de worsteling, die daarop ont
stond, kreeg de man nog verscheidene ernstige ver
wondingen. Een portefeuille met f 140 erd hem ont
rold. Hij had nog 'een portefeuille met circa f 900
bij zich, doch, daar op zijn hulpgeroep-spoedig het
personeel van het station toesnelde, hadden de aan
vallers geen gelegenheid 'meer hem ook nog deze
portefeuille te ontnemen.
De aanvallers zijn vermoedelijk geen onbekenden,
daar Van Lijssel eiken Woensdag de markt te Den
Bosch bezoekt en dan veel geld bij zich heeft, wat
de dieven zullen geweten hebben.
De politie is van den aanval in kennis gesteld en
opende direct het onderzoek, tot nu toe echter zon
der resultaat.
een nieuwe truc van oplichten.
Te Tiendeveen (Z.-Dr.) zette een stoelenmattor,
die z'n affaire langs de huizen uitoefent, een mat
op een stoel van R. O. Toen bij gereed was, zou
de vrouw des huizes, die alleen thuis was, hem be
talen en ging daartoe naar het kabinet. Zich om
keer end zag zij, dat de stoelenmattor een flesebje
aan den mond bracht. Onder den uitroep: „Nu sterf
ik!" zakte hij 'ineen. Hevig ontsteld, liep de vrouw
het huis uit, om buren te roepen. Teruggekeerd
met hulp, was de stoelenmattor vredwenen en met
hem.... drie gulden 'uit het kabinet!
wi er 1ng er waard.
In een vergadering van Polderbestuur met Hoofdin
gelanden, is wegens periodieke aftreding van den heer
P. Blaauboer ais Heemraad, eene aanbeveling opge
maakt met liet volgende drietal: no. I. P. Blaau
boer, no. 2. R. D. Kaan, na 3. E. Rijkes.
wieringerwaard.
Zondag- en Dinsdagavond heeft de Propaganda club
der afd. Wieringerwaard van dm Bond voor Staats-
pensionneering wederom ©n openbare uitvoering ge
geven ter gelegenheid van haar 5-jarig bestaan. Dè op
komst was niet zoo groot als we gewoon zijn, v,ant lot
dusver was de zaal steeds overvol. Toch waren er beide
avonden nog wel 150 personen aanwezig.
De jongelui hebben weer Wijk gegeven ernstig te
hebben gestudeerd. Op biet programma was vermeld le.
„Uit het leven", propagandastuk in 3 bedrijven. Door
droevige familieomstandigheden was een der Jeden ter
elfder ure verliindei'd geworden, doch _geen nood, de
heer A. Woestenburg heeft de rol van Antoon Versluis
in een halven <jag zoo goed ingestudeerd, alsof hij er