„Nog -net moö?" vroeg Geoffrey weer; en toen zij
ondeugend van ja knikte, riep hij half wanhopig; ,Ji
's hemels naam, zeg hot niet als het niet waar is, wan
wij hebban nog een half uur gaans voor de borst 1
Het ojrderc paar wenschte nun goeden nacht en sloej
eene zijstraat in. Overal werden nu do lichten de
illuminatie uitgedaan. De "nacht deed zijne rechte
gei&a.
Toen zij' de Placo de la Concorde betraden,
Qtoffi.vy eea hoopje «vallede oyev hot plein rijden
Ineens ontstond, er oodw" da menigte c©n haasten 01
dringen, en. onhcilspcllchd rees woar hot doffe, too"
nigc gegrom. Geoffröy zag ©en plotseling opgeheve.
arm, hij hooide «en uitdbgemlen, kreet en in he
volgende oogenblik rees er een gebrul uit duizend mom
den, en van alle kanten kwamen er opgewogen lioo
pen aangestormd. Binnen eene halve minuut was <l'
gaïische Place de la Concorde eene woelende massi
van schreeuwende memschen, allen blindelings voort
dringend in de richting, die de soldaten handen in
Gcolfrcy, een rijzige, gespierde Engelschman, keel
over ido golvende zee van hoofden naar een plekj
waarheen hij zich terugtrekken kon. Hij had geei
ruimte om zijnen arm om zijne vrouw te slaan. Ev.
lachte wel; maar zij was verschrikt. Dit voelde hij aai
het beven van haar hand, EÜèü enkele blik toonde hem
dat er geen ontsnappen mogelijk was. Zelfs de leeuwci
aan de hoeken waren, bedekt met nrenschen. Zij stonde
middep. an idie menigte. Do weëe, eigenaardige lucli
van, een Ppeengepakton menscbenhoop drong hun i
de iifeusgatcn.
„Neen. Eva1' zeide hij, in antwoord op haren ang
stigen blik „wij kunnen er niet uit. Wij moetc.
zachtjes meedrijven mot de rest, tot wij' eene kon
zien om er uit te komen. Iloud mij vooral stevig vast"
Zij was verschrikt en stil, en zij 'drong zich zoo dich
mogelijk tegen hem aan, haar kleine, tengere figuurtje
Opeens weer een gebrul, .en- oen plotselinge opdin.iv
van achteren, die hen allen voorwaarts stuwde. Hoe d<
menschen drongen ein. met do ellebogen werkten 1 Bah jj
Die lucht van oen volkshoop 1 W3© haar ééns gerokcr
heeft, vergeet haar nooit.
En wat een locstand voor dit broeikasbloemnje!
„Hoe gaat 't?" vroeg hij. met ©en© bezorgdheid, die
hij vergeefs trachtte in zijnen1 toon niet te verraden.
Het ging haar goed maai' maar hoe kwamen
zij or uit?
Wanhopig keek Geoffrey weder rond. Nergens een uit
weg, eene opening nergens. Een vage angst begon
hom te bekruipen.
„Wij moeten nog wat geduld hebben, kleintje" zcide
hij, „Houd. mij maar goed vast, en wees dapper".
Zijne stom klonk' monter, maar in zijn hart leed hi'
folteringen. Hoe zou hij haar ooit, vóór zij geheel uil-
geput was, uit dit beestige gedrang weg krijgen? Wu'
een dolheid was het geweest, te voet naar huis te gaan!.,.
De arme man vergat, dat er geen ander middel was ge
woest om maar huis te komen, en dat zelfs zijn schoon
moeder hem niet aansprakelijk maken kon voor eön
opstootje tusschon. de soldaten en die burgerij.
Weer verliepen er tien minuten. Geoffrey verwens dito
In. zichzelf d© illuminatie, en. die soldaten, en zijne eigen
onvoorzichtigheid, en de ruwe mannen en nog ruwere
vrouwen, die maar opdrongen, al 'maar opdrongen, en
Bchïeeuwdeh.
Eensklaps voelde hij Eva's handen krampachtig zich
om zijnen arm. knellen, en "hij zag haar gelaat, tot
in de lippen wit, naar ,hera opgeheven.
„Geoffrey"zeide zij .half snikkend ,,llt kan: niet
meer ik stcos dat ik flauw zal vallen.
Do woorden kwamen als een slag. Dit was het ergste
wat hij gevreesd had. Hij vermande zicli en zcide kalm.
bijna streng:
„ifoor eens, Eva, houd 'je nu flink en doe wat ik
je zeg. Zoodra er vóór ons een weinig ruimte komt,
zal ik mij bukken. Klim dan dadelijk op mijn rug. Ik
zal mijn best doen om: jo er op te helpenmaar je
moet meewerken. Die flauwheid zal vanzelf wel weer
overgaan. Heb jo mij goed begnepen?"
antwoordde niet, maar knikte.
Er Kwam w©cr céne voorwftarlsch© beweging in den
hoop. Geoffrey schoof zijne wouw achter zich, duwde
eensklaps uit alle macht de vóór hom staanden wat weg,
m vond zoo even ruimte om zich te bukken. Twee
zwakke handen werden op zijn rug gelegd. Groot© God!
zij aarzel''©! Zij liet hol éénig© ©ogenblik' 'verloren
pan!... „Gauw toch! Gauw'!" riep hij ©n nog vóór
het woord hom van de lippen was, vockl© hij de bevend©
armen krampachtig om zijnon nek geslagen,'en mot eene
uiterst© inspanning richtte hij zidh op, trillcoid als een
blad.
gekeurd. Én verworpen werd bij partij-stemming
)wuarbij de lieeren Lohman. Do Geer en Bichon al
weer niet Links meestemden een amendement-
Bognerdt, willend bepalen, dat de Gouverneur-Géne
raal in bepaalde gevallen de bevoegdheid zou heb
ben, om diéftensatie te verleenen van de verbodsbe
paling. Dit was de weg „langs lijnen van geleide
lijkheid", door den heer Bogaerdt aanbevolen. Maar
met den minister Pleyiostelden mannen als
dó heer'cri "Van 'Deventer en Fook daartegenover, dat
Indiö rijp is'Voor het toekennen:)Van dit recht van
vereonigfng en vergadering. Waar men 'vroost do
Chineesche vereenlglng met revolutionnaire pro
paganda, daar is 't hier fbeter )ool; minister
Pleyte zei 'tl(, om deze vereonigingon in het open
baar te laten 'propageeren dan in 't geniep, in het
geheim, clandostienl....
Het ontwerp ia ingediend door minister De Waal
Malefijt, met vollo mstemming van den hoer Iden-
I burg. De heer Troelstra Ti ad dus wel roden van
Maar nu hij den last op zijn© schouders 'droeg, voelde 1 verbazing over den Rechtschen tegenstand, zich hier
hij zijne kracht en vastberadenheid terugkoeren. Numanifesteerend Tij monde van de hoeren Scheur er,
h'j haar veilig wist, kon Hij sterk zijn en wachten.1 Bogaerdt en BoumerL..
Een dringen en duwen, nu van achteren voorwaarts De waarheid is, dat do verbodsbepaling betref-
dan weer terug, Dan weer een eindelooz© pauze. Hij..fende het Tocht van vergadering en vcrooniging in
'wist niet meer waar liij was hij kon aan niets anders de praotijk toch niet is gehandhaafd.'Zooals do heer
denken, dan hóe hij met dien last op den rug op- zijneFock zei: dat Icon ook niet. Hij maakte or de £ndi-
voctoa blijven zou. sohe Regeering allerminst oen grief van!........ Toon
Daar doet een. liofl.igo d.uw van aehteren hom op eene het ontwerp der decentralisatie werd ingediend, lag
_i_ir?4i.,i.Minne <ii» mfll ifinvnftl llfl-
'aatste, radeloozc aanloop en met den vo©t tegen
len rand van hot trottoir stootend, sluat hij voorover...
lij is er uit.
Hij kan niet oprijzen. Maar wat doel 't er. toe?
- Niets immers, nictsl H(ot is voorbij. De strijd is gestre
ion cm zij is gered.1
Hij tracht mot zijne .verlamde hand; de vingers lo-
to maköu, die zich nog altijd klampen om zijnen hals.
'ij ontspannen zich, zij geven hem lucht. Nu richt
ïi] zich. op eein elleboog op, cn tracht den roodeni n.eve!
an zijne oogan te wisaclien, om duidelijker te kunnen
ien Mar te kunnen zien, die -hij gered; behouden
ceft... Zij glijdt van hem af op den grond, en liijt t'rekl
aar naar zich toe, mot zijne krachteloozo armen.. De
traallaaitaarns gliritmeren mat en rossig in hel ieerste
chemerlicht van, den morgeit en als nu zijn© ver
lijsterdo oogen in do hare blikkert, en hij ziet kano: tirok-
:en, dan voelt hij ineens den waanzin'met een schok
iom varen in het hoofd. Wamt
het is een© ónder© vrouw!
Een andere vrouw! Een arm schepsel, met )©on
ipgedirkten hoed en vod opi de wangen, dat tracht Ie
acltcn, en dan, vaag beseffend die plotselinge agonie
>p het aschgrauwe, met bloed bezoedelde gelaat;) oen
>aar onsamenhangende woorden stottert, en weghink
ia een portaal, om, zich voor het aanbrekende licht te
.-er biergen.
Het was een dor Engelsche kennissen van den avond
tevoren, die hem later op den idag aantrof, steeds nog
loekende iem d,walende, straat in, straat uit.
Zijn oude vriend Langton kwam naar. hem toeen
laaide hem weg uit het hotel naar zijn eigen huis. Al
ihonse, de gar?on, vergoot tranen, en zelfs de oiide
onciergo was aangedaan.
„En hebben ze haar al gevonden?" vroeg mevrouw
,angton dien avond aan haren main, toen hij' laat thuis
<wam.
Zijn gezicht was zeer bleek.
„Ja", zeidie hij. en hij: wendde zijn hoofd ter zijde.
Ik ben naar de Morgue geweest ik heb haar gezien.
Niemand zou haar 'meer herkend hebben. En al hare
nuistcrijen, haar horloge en ringen alles was ver
dwenen.' Maar het kamermeisje Kende haar aan hftav
kleed. Eu en illc had oen haarlok van haar willen
'lebben maar" Zijn slcmi birak „Dus
icb ik een van hare handschoentjes voor hem meege
bracht. Andere was er niet."
Hij haalde een glacé-lederen hahldschoen te voor-
•chijn, gekneusd en bestoven door den tred vaitt vele
'/oeton. Aan den derden vinger was nog de indruk zicht
baar, dien de nieuw trouwring daar had gemaakt,
Eerbiedig legde hij het reliek op do tafel, en toen
bedelde hij root zijne handen zijn gelaat.
„Als liij maar eens losbrak", zeldc hij eindelijk', ,,Maar
bij zit daar maar, zonder te spreken of om te
kijken."
„Breng hem den handschoen zeiuö mevrouw
Eangton zacht. En Langlon deed het.
De bitterheid dies doods was te sehoro voor tranen.
Maar Geoffrey nam den kkita.cn handschoen, en
hij heeft hem nog. N.R.Ct.
te'—- is nu het streven in onze koloniën. Voor mis
bruik van het recht tott vereeniging en vergadering
bi jdo inlandscho bevolking, vreest Exo. Pleyte niet.
Hot umondement-Bogaerdt wilde den Gouverneur-
Generaal bevoegdheid geven, in bepaalde gevallen
dispensatie van de verbodsbepaling te verleunen,
't Werd formeel en jirinoipiëel dusdanig afgebroken,
dat ieder ander den. de lieer Bogaerdt het toch wel
zou hebben ingetrokken. i
Het is vurworpea bij partij-stemming, waarbij rich
iveer het yersdinnscl yuordecd, dat Rechts logen Links
i .tond, mot de chr.-historische hcoren Lobman en
Do Geer, mitsgadiers met den wild-ehr-hlstorisóhen. nw,
Bichon aan den kant der Linkschon.
Wij hebben liier te doen mei een© verbodsbepaling,
die in de praktijk herhaaldelijk is overtreden.
Bij de ontwikkeling,, die het Indische loven om latere
jaren 'beeft genomen; na het besluit tot decentralisatie,
met 't deelnemen van inlajndschie elementen aan de
bestuurstaak, was de opheffing der verbodsbepaling van
art. 111. Indisch Reg.-reglement onmisbaar. Inderdaad
had men. hier te maliën met een anachronisme. Zij was
uit de muf-Q'udo doos deze bepaling.
Ik geloof, .dat do Tweede Kamer heden een goed
besluit heeft genomen.
Mr. ANTONIO.
Tweede Kamer.
Den Haag, 11 Maart.
Het ontwerp tot opheffing van de verbodsbepa
ling, in liet Indisch Rcgeerings-reglement, om .hot
reoht van vereeniging en van vergadering in politio-
kon zin, uit te oefenen, is heden door het Parle
ment tenslotte zonder hoofdelijke stemming goed-
Binnenlandsch Nieuws,
khic zinken. Een stoot vain een elleboog tref thóm op
den mond. Een voet "trapt op zijne hand1. Eene wilde
worsteling en hij is weer overeind', met barstende
slapen, bloedende lippen, een mist va'n bloed en stof
voor' zjjne oogen. Volhouden! Volhouden! De bevende
armen dm zijn bals klampen zich nog vaster, verstikken
hem schier. Maar dit juist geeft hem zijne laatste kracht.
Volhouden! Er komt beweging in de menigte. Het
is of het gedrang zioh eefi weinig ontspant. Volhouden!
Als hij nog maar vijf minuten op zijne beönen blijven
kan, dan zal er eindelijk, eindelijk wiel lucht komeh... jHn
waggelt. Hij zwaait. Hij strompelt voorwaarts... Een
F.en man moet een ordentelijk beroep hebben. Van
dichten kan men niet leven, dat is klinkklare
onzin." f
„Ik Beloof, dat .jij je daarin vergist. 'De oude Bo-
denhaiisen heeft mij gezegd ,dat zijn zoon flinke
inkomsten heeft."' i
„Dat is mogelijk, maar dan toch in eik geval zeer
onzekere. Ik hoorde daar juist'een rijtuig voor
komen."
„Dan zal het voor den advocaat zijn, die ver -
-trekt."
„Maar, dan zoek ik vader 'op."
Toen na een kort oogenblik het rijtuig wegreed,
ging Hans Henning naar den anderen vleugel van.
het huis, naar de werkkamer -'van zijn vader. Hij
liep lagnzaam door de hem zoo bekende kamers.
Zijn oogen keken belangstellend naar de niet mo
derne, maar toch deftig^ inrichting heen, alsof hij
het voor de eerste maal zag en diep in zich wilde
opnemen. I'
„Het zal 'haar bevallen," zeide hij halfluid. Hij
dacht aan Sitta. Zij paste goed in deze hooge, zoo
vol stijl endeftigheid ingerichte kamers. Hij zag
haar in zijn geest in den veruitgebouwden erker
zitten, een boek in de fijne -handen of langzaam in
haar gratie door de in Empirestijl gehouden zaal
schrijden'om gasten te ontvangen, met het zoo be
roemde paarlensnoer van zijn moeder om haar
blanken hals en de familiebriljanten der Krocherts
in het zwarte'haar.
Een dof gesteun uit-de andere kamer rukte hem
uit zijn droomen. Hij maakte snel, zonder eerst te
kloppen, de deur der werkkamer open en trad bin
nen. -1 I
De oude mijnheer Von*Krochert zat inééngezon
ken -aan zijn met papieren bedekte schrijftafel, 't
hoofd lag op de tafel geleund en een snikkend steu
nen kwam over zijn lippen. 1
„Vader om 's hemels wil, vader!
Hans 'Henning probeerde zijn vader op te rich
ten. Tot zijn schrik keek 'hij in een verwrongen
doodsbleek gelaat.
„Wees stil roep niemand," de oude man greep
den arm van zijn zoon. '„Het is een overval van
zwakte ik weet zelf niet wat het is
Hans Henning bracht zijn vader naar de sofa. Op
tafol stonden -'nog een paar glazen en een aange
sproken flesch wijn. HU schonk'vlug een glas in en
daarin minister Pleyte wees or mot zoovoel na
druk op de erkenning, dat de inlandsche bovol-
king mede-zeggenschap zou krijgen in het bestuur
der zaken. Het streven is naar het besef, voor
den inlander dut naast plichten ook gewaarborg
de rechten staan. Aldus krijgen wij in den inlander
iemand, die ons in de ure des gevaars zal steunen.
De meerderheid van het Nederlandsche Lagerhuis
heeft dat ingezien. Heeftt tegenover den heer
Bogaerdt c.a. erkend, dat niet aan-een bpeaajde
groep in onze Oost zekere rechten moeten worden
toegekend. Unificatie van recht zei minister Pley-
hield het den vader voor den mond.
'De oude Krochert dronk het gulzig uit. De kleur
keerde op zijn gelaat terug. Zijn trekken geleken op
die van zijn zoon. 'Zijn kortgeknipt haar was grijs,
evenzoo zijn spits geknipte baard. Iets mats en
slaps in de anders zoo flinke houding, de glazige
blik in de oogen-deden Hans Henning pijn. De ver
andering die er het laatste jaar met zijn vader had
plaats gehad, was inderdaad verschrikkelijk.
„Je moet niet zulk een verschrikt gezicht zet
ten," zeide de oude heer, nadat hij zich na een
poosje wat beter gevoelde. „Hij had wel meer van
die oogenblikken. Ik 'voelde mij in langen tijd al
niet wel en dan nog. die opgewondenheid door
de overstrooming. Meerdere hypotheken zijn mij
opgezegd. Ik sprak daarom met mijn advocaat.
Niemand heeft geld voor mij nergens kan ik
meer een hypotheek opnemen."
Hans Henning's hart werd als saamgoknepen. t
Gedrag van zijn vader was hem zoo vreemd. Hij
was zoo in zijn -zorgen verdiept, dat er geen woord
ter begroeting voor hem scheen te kunnen over
schieten. 1
„Nu heb ik mij bovendien ook nog den ouden Bo-
donhausen tot vijand gemaakt," ging mijnheer Von
Krochert voort. „Hij had mij het geld kunnen ge
ven, maar -hij wil niet door die dwaze historie
met Ilse. Mijn God ik wil toegeven, dat ik te
grof antwoordde. Als Hilmar in staatsdienst wil
treden, kon men verder zien. Wil je morgen eens
naar Bodenhausen rijden, om'daar in dien geest te
spreken. Hans Henning?"
„Ik zal zien, vader pijnlijk is het. Dat huwö-
Hjk zou toch in elk geval minder gewenscht zijn."
De oude Krochert haalde -de schouders op. „Als
Hilmar een betrekking in staatsdienst krijgt, is er
eigenlijk -niets meer tegen in te brengen. Hij heeft
een helderen kop." Hij 'trommelde nerveus met de
vingers op de tafel. „Ik moet geld hebben."'
„ïk dacht, dat u boomen wilde laten vellon. Dat
moet toch de schade'dekken?"
„Nauwelijks de hypotheekbetaling. Maar als ik het
heele bosch laat afkappen
„Het kan toch niet-zoo moeilijk zijn, om geld op
te nemen?" vroeg Hans Henning verwonderd. „Ben
goed als Roode bosch is tooh zoo solied als het
maar kan?" J;
„Roode bosch wordt altijd'overschat." Zijn aut-
spaiten van gascokes.
Oji verzoek van het Koninklijk Nationaal Steun-
oomite 1914 heeft de 'minister van binnenlandsche
zaken, met liet oog op te verwachten gebrek aan gas-
•okes, aan de gemeentebesturen, die het belieor hebben
over gasfabrieken, verzocht, te 'bevorderen, dat in de
bedrijven der gasfabrieken zooveel mogelijk gaseoKas
door gietcokes wordt vervangen en dat de gascokes,
die hierdoor vrij- komt, tegen ©en normalen prijs yooi-
de afnemers beschikbaar wordt gesteld!. Leeuw.Ct.
een oorlogs-huwelijk.
Men me'.dt uit Zevenaar, d.d. 11 Maart:
Gisteravond sprak ik hier een heer on, een dame,
die op hun reis naar Duilschland, hier een poos op
onthoud hadden. Het eigenaardige van liet geval zat
Hierin, dat zij even over de grens in het huwelijk zou
den treden. Hij was Dultsch landstormsoldaat, wien eon
paar dagen verlof was toegestaan om roet zijne aan
staande, oen geboren EngeLsche, eön oorlogs-huwelijk
to sluiten, hetwelk dan hedenmiddag omi drie uur to
Elton zal plaats hebben, Daar zij echter als „vijandin"
feitelijk niet de grens mag ovierschrijddn, als ér voor
haar (hotel zoo lang een schildwacht gopluntst. totdat zij,
door haar huwelijk Duitselio geworden ,in den echt Is
verbonden. De man verteld© .iaat hij over enkele dagen
naar het front moet, zootkvl zijn jong vrouwtje de witte
broodsweken bij de familie te Man'nheim moet gaan
doorbrengen. De oor log brengt wel vreemd© verrassin
gen.
vluchtoord te nunspeet.
Het I-Iaagsch© Corrcsp.-bureau schrijft:
Nu 'de mazel en-epidemie geweken is, brachten die
cchtgenooten van. de ministers Van Jyinofimlandsche za
ken ©n vain buitenlamdsch© zaken, mot twee dames, die
eveneens reeds aain het thans tot taterneeringskömp
ingerichte vluchtoord Oldebrook en daarna aan dat
te Nunspeet, krachtige bewijzen vain belangstelling en
ondersteuning hndiden gegeven, een langdurig bezoek aan
laats Igenoemd kamp.
Het neemt, ofschoon langzamerhand honderden rij"1
vertrokken paar Engeland ©n Antwerpen, gostaclig to©
in bevolking, mu in dat le Ede een mazelen-epidélmii,©
is uitgebroken en daarheen voortooplg toezending van
groote groepen, is gestuit. Thans zijn in het kamp 1©
Nunspeet door de vluchtelingen aangelegd' wegen, par
ken, mot eigenaardige, kunstig uitgevoerde perken dn
den vorm van leeuwen en andere figuren. Do heide is
grootendeeLs verdwenen en gelijk gemaakt, meer dütn
500 vronwon verzochten maaiarbeid. verder zijn kleer
makerij, smederij; timmerwinkel en schoenmakerij1 aan
den gang: gestadig worden verbeteringen aangebracht en
er hoersent een,opgewekte,, tevreden, geest inJiel vlucht
oord. Daaiitentegcu wordt jgoltkagd" - óver h»t vernielen
der hoaseheu en liet opvangen van eekhorens ©n andere
dieren door wahdelie'nde vluchtelingen.
Do vrouwen ,'door de politie gezonden, bewonen een
afzonderlijken, afgesloten,' hoek van het kamp. Groottdn-
deelszijn zij1 roods naar Antwerpen'vertrokken.
gepekelde varkens.
Sedert Woensdag worden, op last van do rogee-
ring, varkens, die door inpekeling verduurzaamd
zijn. voor export niet meer gekeurd.
Mede ten govolgo van dezen maatregel was de prijs
van do vnrkons gisteren onmiddellijk lager. Er werd
betaald AR a. 90 cent per KG. De hoogste prijs, die
aan de Amsterdamsen© markt betaald werd, gola,
den 3.en Maart, '03 n 95 cent, per KG. Hdbld.
relletje in het kamp.
Men schrijft uit Oldobvoek aan do „Asser Ct."
,...'t Is begrafenis geweest, en zooals reeds eerder ge
schied is, wisten, ook nu weer ©enige Belgen vain. deze
gelegenheid gebruik te maken ©enige vrijheid' te gaan
genieten, mot het gevolg dat ze in- "l kamp terug kwa
men in oen staal die sterk aan wankelbaar evenwicht
deod denken. Hiervan, was weer hot gevolg dat men
het noodi" ©ondeeMb ze ©enige afzondering te doen
genieten. Zoo geraakten z© met hun vijven „in d©
bak". Blijkbaar beviel het hun daar maar matigjes, het
geen ze zeer duid©!ijk lieten blijken., eerst door luid
vloeken en schreeuwen, later zelfs door ruiten stuk
slaan, zoo zelfs dnt het noodig was handboeien op
te halen, om op die wijzei te 'trachten ze ongevaarlijk
te maken.*
woord klonk ietwat tergend. „Alle paar jaren een
overstrooming, het groote huis dat kost wat!.....
Ik heb het veel te duur gekocht. Maar praten wij
nu niet verder over zaken. Je doet mij dus het
genoegen voor mij naar Bodenhausen te gaan?"
„Zeker, vader."
„Natuurlijk mag je op die hypotheek niet te veel
aandringen.... en- ook met mi.jn veranderde meening
ten opzichte van Hilmar, niet met de 'deur in huis
vallen, maar je diplomatiek uitdrukken. Je bent
immers hofheer." De oude Krochert klopte zijn zoon
lachend op den schouder, maar de opgewektheid
scheen wel wat gedwongen.
Hans Henning werd door dit lachen pijnlijk aan
gedaan. Zijn vader deed hem grenzenloos leed. Een
beklemd gevoel, waar hij geen naam aan kon ge
ven, bekroop hem. „Vader, zou het niet beter zijn
als ik mijn ontslag nam?" begon hij.-„U leunt over
alles toch niet meer alleen toezicht houden."
„Maak je daar 'maar niet bezorgd over. Het man
keert hier niet aan toezicht, alleen aan geld."
zoudt dan mijn toelage uitwinnen."
„Wil je dan misschien van je ritmeesterspen
sioen leven?"
„Nu, er zijn\toch niet ieder jaar overstroomingen?'
„Neen. Maar zoo een als de laatste ruïneert je
voor jaren."
„Vader, kunt u zich niet tot oom Heinrich wen
den?" begon Hans-Henning aarzelend.
Hij verwachtte dat zijn vader in toorn zou losbar
sten, in ieder geval een kort en bondige weigering
van zijn vader. Maar mijnheer Von Krochert scheen
heelemaal niet verbaasd te zijn. Wellicht had hij
dit voorstel ook reeds meermalen overwogen.
Toch schudde hij treurig het hoofd. „Die geeft
niets!" zeide hij eindelijk laconiek. „Niets anders
dan den goeden raad: verkoop het ladngoed in Si-
lezië en kom weer naar de Mark, waar je thuis
behoort. Sedert dertig'jaar heb ik hem niet ge
zien en tooh weet ik, - dat hij nog altijd dezelfde
trotsaard is."
„Waarom is hij toch eigenlijk zoo boos op 'ons?
Kan. hij het nog steeds niet van zich afzetten, dat u
Roode bosch gekocht hebt?",
iWordt vervolgd.
Inmiddels was e©n der „hoeren" bezig van het raam
waarvan de ruitpn reeds ingeslagen waren, ook het
gaas en. de planken te vernielen.
Eenice luitenants treden to© benevens oen troepje
Hollandsche soldaten eni ook de man met de handboeien
is op komst.
Natuurlijk geen gebrek aan belangstelling van de
zijde dei- overige Belgen, die zich overigens rustig
houden.
De luitenant vraagt onder algcmeene stilt© aan de
manschappen: „Hebben jullie patronen bij je?" tege
lijkertijd de omstanders wenkend een eind weegs op zij;
te gaan men koh nooit weten.
Twee luitenants begeven zich naar de deurde man
nen Staan klaar, met geladen geweer, bajonet erop
een plaatst zich ibij liet raam, waar 'de dronkaard, al
maar vloekend, bezig is zich dooi" te werken.
De soldaat staat gereed met hot geweer gericht op
het raamde man steekt al vloekend z'm kop en boven
lijf naar buiten,.. "Men. verwacht niet anders dan dat
op hem geschoten zal worden, men weet dat ze reeds
zoo vaak gewaarschuwd zijn... Een der luitenants komt
snel orbij en plaatst zien »zonder iets te zeggen op
oonigc meters afstand van het raam en blijft roerloos
staan, klaar om als *t móét, als 't heelemaal 'niet an
ders kan, het commando „vuur" te geven,., angstige
spanning teekent zich hf op d© .gezichten der om
standers men denkt aan het geval tie Zeist. Maar neen,
gelukkig, op het gezicht van den luitenant, die daar in
rechte houding voor hom staat, trekt de man zich
terug.
Juist op dit oogenblik zegt "de andere luitenant
tegen de manschappen: „Gaan jullie mee naar bin
nen?" en dan weerklinkt luider gevloek en eenige
oogenblikken later hebben ze een der ergsten bui
ten. Schreeuwend en vloekend krijgt hij de hand
boeien aan en ook een boei aan het been. Even la
ter volgt nummer 2. Beiden 'worden „naar boven"
)het verblijf der Ned. soldatengebracht. Nog is
er een die weer begint do ruiten stuk te slaan (er
zijn er echter niet-'veel meer(. Ook die moet weg.
Weldra staat ook hij met „een paar handmanchet-
ten", zooals een dor Bolgen leukweg opmerkte, ge-
rood om naar '„boven" gebracht 'te worden.
Zoo is dan do rust weer hersteld; de omstanders
begeven zich 'weer lusschen de barakken en de
timmerman vangt nan de-ramen stevig mot forsche
planken dicht te spijkeren. 1
mijnen.
To Domburg .hóeft men, Dinsdag ©on nieuw© wijze
van vernietiging van mijnen toegepast. In plaats van
irl eens ide goh cel e mijn tot springen to brengen, laat
mon oen deel van dien zijwand' springen en vervolgens
don inhoud der mijn opbranden. Dit hoeft tengevolge
dat id© slag veel minder hevig ©n ook dat de schatte
aan gebouwen in de buurt en aan de ververdediging
voel minder wordt. Wel ontstaat veol rook, maar dit
is natuurlijk van minder belang. Deze eerste proef met
twee mijnen is goiad geslaagd.
tegen de smokkelaars.
De territoriale bevelhebber voor Gelderland en Over-
ijsel, heeft aan 4 personen uit Beek (gom. Bergh) het
verder verblijf ontzegd binnen het in staat van beleg
verklaarde deel van zijn gebied wegens hun aanhoudende
smokkelarij. Hetzelfde is bepaald ton aanzien van eein
beril cliton paardens mokkolaar
De militaire grenswacht te Dinksperlo. is met 30
man vermeerderd in vwbaimdl met do steeds voorkomend©
gevallen van smokkelarij.
twee maanden gevangenisstraf.
De rechtbank te Leeuwarden heeft ©en 30-Jarfgcn vls-
schor t o I-leeg veroordeeld tot 2 maanden gevangenisstraf
wegens hulpvcrloening aan ©en drietal geïnterneerd©
Belgisch© militairen bij hun vlucht uit het depot Gaastor-
la,nd.
Dc dsch wa.s 4 maanden.
schageubrug.
Voor de afdocling 7<ijpe dor Nederlandsche Ver-
eeniping ter bevordering der Bljonteelt in Neder
land, trad Woensdag in „Het Wapen van de Zij-
po" op de heer Van Giorsbergen met het onder
werp „Koniuginuctoolt". Ongeveer 30 bel «3 lel len
den waren opgekomen. :Dc voorzitter, de heer Vis
ser te Schngen, verwelkomde do aanwezigen en
inzonderheid-spreker, waarna deze hot woord ver-
kreeg.
Koninginneteelt behoort thuis bij moor gevorder
de 1 ijmkers, 'aldus spreker. De vraag rijst of ko
ninginneteelt voor onze bijontoolt noodig Is en of
or behoefte aan bestaat. Deze vraag wordt, 'bevesti
gend beantwoord. Spreker verklaart, dat, ons zwart
Duitsch ras hier or niot op vooruit is gegaan, dat
do korven vrooger beter waren dan tegenwoordig,1
toon zelfs aan den buitenkant dor korven voel ho
nig werd gevonden. Sinds do suiker door de bijon-
houdors gebruikt wordt, is het gehalte dor bijen
niet beter geworden. Op do vraag, welk rna gefokt
moet worden, 'antwoordt spreker: zorg voor goede
honigdraagslers. dat de bijen o.rn. zijn winterhard
mot oen groot levensuithoud en niet steeUlüstig.
Op de vergadering was materiaal, als 'kweekkast
„.i hevruohtinpskastjes, aanwezig, dat door de be
zoekers werd bezichtigd, terwijl sproker op duide
lijke wijze uiteenzette en met voorbeelden aantoon
de hoo een kweekkast'moet zijn samengostold. Met
nadruk wees hij er op, dat deze kweekkasten be
slist wnrm 'moeten zijn.
Na afloopder lezing'werden den spreker nog vra
gen gesteld, welke zeer duidelijk werden beant
woord.
De voorzitter sloot, 'na hartelijkon dank aan den
spreker, de vergadering.
visfllverzending naar duitsciiland.
Te Umuiden zijn van nu af twee douane-beamb
ten gostationneerd om bij het inladen der vlsch in
de wagons voor Duitschfand tegenwoordig te zijn,
en, na de zaak in orde bevonden te hebben, de
wagons te verzegelen. Daar het onderzoek aan de
grens veel oponthoud gaf en de visch daaronder
erg leed, acht men dit een goeden maatregel.
hoorn.
De Voorwaarts meldt, dat het onlangs gekozen
soc.-dem. gemeenteraadslid H. 'G. Pasman, ambu
lant ambtenaar van de posterijen, genoodzaakt zal
worden voor zijn raadslidmaatschap te bedanken.
'Dei S -D. A.-P. stelt dan geen candidaat.
meuwe ntedorp.
Alhier had Woensdag 10 Maart in Prins Maurits
plaats de -verhuring door Dijkgraaf en^Heemraden
van het Ambacht van Westfriesland, genaamd Scha-
ger'en Niedorper Koggen, van het gras- en rietge
was aan den Langereisdijk, 'vanaf den Westfrie-
schen dijk tot het Groote Mallegat, voor het sei
zoen 1915. De verhuring bracht in 14 parken waar
van oen onverhuurd bleef - in totaal op f 462. Het
vorig jaar was dat f 239.
kon. nat. steuncomité 1914.
Van 2* Februari—-5 Maart zijn aan giften en bij-
draegn'bij het Koninklijk Nationaal Steuncomité in
gekomen f 52.518.94, makende met het bedrag 1 der
vorige lijsten een totaal van f 1.838.070.06%.
een winstgevend zaakje.
In een cafe te Gennep werd Woensdagavond door
een paar inwoners uit Oeffeit )N.-B.( openlijk 1200
gulden geboden voor dengene, die vijf paarden over
de grens wilden smokkelen 1
zeepgebrek.
Men meldt uit Delfzijl:
Door gebrek aan grondstof, voornamelijk olie, ver
mindert de fabricage van zeep in Duitsch land, zoo
dat hetzelve thans van uit on,s land 'wordt betrok
ken. Een groote partij zeep wordt heden van hier
vervoerd naar'Emden.
mond- en klauwzeer.
Te Leiden is onder het vee mond- en klauwzeer
uilgebroken. In den stal van den veehouder w. j.
Zwetsloot zijn 150 stuks vee afgemaakt. In- en uit
voer van vee te Leiden is van heden af verboden.