Aiüitti nieiis- W O E N S D A G 27 OCTOBER I1!5. 58ste Jaarg ang. No. 5684. UitgeversTRAPMAN Co. EERSTE BLAD. Bekendmakingen. Raad Zijpe. FEUILLETON. HET GEHEIM VAN DE HERBERG. EAU R COURANT. i it blad verschynt viorniaal por week: Dinsdag, Woonsdag, tenderdag en Zaserdag. Bij inzonding tot 's morgens 9 ure wor- i D^ERTENTFSïï in hec eerst uitkomend uummer geplaatst. SCHAGEN, LAAN D 5. - Int. Teleoh. No. 20. Prijs per 3 maanden f 0.85 per post f 1.-. Losse nummers 5 cent ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels met inbegip van bewijsno. f 0.35, iedere regel meer 6 ct. Groote lott. worde» aaar plaatsr. berek* Dit nummer bestaat uit tvrec bladen. KOSTELOOZE INENTING. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Scha- gon u aken 'bekend, dat op Vrijdag, den 29 October as, des voormiddags 'te .10 'uren, de gelegenheid zal zijn opengesteld tot Ko'stelooze Inenting en Her- inenting van de ingezetenen, die zich daartoe ten huize van den plaatseiijken 'Geneesheer aanmelden. Voor een juiste vermelding in de vaecinebewijfc.en van de namen en 'geboortedatums der kinderen, is het gewenscht dat bij de .aanmelding worden mede gebracht trouwboekjes der Jouders of goboortefoe- wijzen der 'kinderen,. Schagen, den 23 October 1915. De Burgemeester, J. P. W. VAN DOORN. Dg Secretaris, ROGGEVEEN, Vergadering op Dinsdag 26 October 1915, dos .mor gens te bijna elf uur. Voorzitter de heer Jb. de Moor, burgemeester; secretaris de, heer K. Slot. Na opening der vergadering volgt 'de vraag of de notulen werden goedgekeurd. De heer Hooij maakt- op do notulen 'van, 7 September .de 'opmerking, dat daarin niet vermeld staat, dat dé voorzitter de bei de w ethouders over de goedkeuring der gemeênte- rekening liet meestemmen en 'dit eerst na aanmer king uit den Raad wijzigde. Voorzitter erkent dat dit gebeurd is, maar de no tulen bevatten volgens het. reglement van orde aileen de zakelijke weergave van wat in den Raad is behandeld. De heer Hooij meent., dat dit1 zakelijelc zijn gren zen heeft en meent, dat do notulen tenminste dui delijk den geest der Vergadering dienen weer te geven. Voorzitter meent, dat als de Raad deze toevoe ging wenscht* er 'niet9 op tegen is. De heereo Raat en .Hooij verklaren zich vóór de toevoeging, de andore heeron tegen. Wat de notulen yan 23 September betreft, heeft do heer 'Hooij nog een paar aanmerkingen en wel over de kwestie wat betreft het intrekken van do beschuldiging 'aangaande do mandaten, die alleen door Burgemeester zouden zijn geteekeild. Volgens mij, zegt de heer Hooij, staat dit puntje heel on juist vermeld. Het krijgt, 'zooals het er n,u staat, den schijn, alsof ik die beschuldiging zoo maar uit de lucht had gegrepen. Toen bleek, dat de manda ten juist waren geteekend heb ik er' op geweien, dat mijn vergissing het gevolg was 'van het optreden van den lieer Appel, lid der commissie mot het, na zien der rekening belast, die in dezelfde raadszit ting nog beweerde, dat een 4--of 5-tal mandaten al leen door Burgemeester waren geteekend. Van dat gezegde des heeren Appel staat in de notulen niets vermeld en dat geeft aan de zaak een heel andere wending. Voorzitter meent dat de Raad do beslissing heeft, of wat de heer Hooij opmerkt, juist 'is. De heer Hooij zegt Jer voor te bedanken, om te staan voor den. persoon, die een dergelijke beschul diging maar zoo uit de lucht grijpt. Voorzitter zegt, dat de beer Hooij hierin volko men gelijk heeft. De heer Slot'zegt de-bewuste uit drukking van den heer Appel niet te hebben ge hoord. De beer Hooij houdt 'vol, dat dit is geschied en vervolgt, dat zijn volgende aanmerking óp'de.no tulen''is, dat hij volgens die notulen zou hebben be weerd, dat B. en-W. de geldleening van f 12000 zou den hebben gesloten zonder de goedkeuring van den Raad. Dit heeft spr. niet beweerd, want dat zou geheel bezijden 'de waarheid zijD geweest, dat zou spr. niet hebben kunnen zeggen, want die geldlee ning is wel degelijk door den Raad goedgekeurd. Maar men zal zich wel herinneren, dat spr. B. en W. een verwijt ervan heeft gemaakt, dat werk van de f 12000 te hebben doen uitvoeren, zonder den Raad er in te kennen en ik voegde er nog aan toe, dat het jammer was, dat de Raad die geld- leeDing van f 12000 op 4 Augustus had goedgekeuid, dat had niet moeten geschieden, dan hadden B. en W. er leelijk mee gezeten. Me dunkt, een dui delijk' bewijs, dat ik niet heb beweerd, wat in de notulen staat. De heer Mann wijst er op, hoe B. en W. ■'hier hebben uitgevoerd wat hun door het Rijksschool- toezicht was opgedragen 'uit .te voeren. Juist, zegt de heer Hooij, 'daar 'ga ik Volkomen imee aecoord. B. en W. waren daartoe bevoegd. Het werk hadden 'zij kunnen doen uitvoeren, maar de Raad had toch over de geldmiddelen te beslissen. I En do Raad bad die handeling van B. en W. niet i moeien goedkeuren, door-op 4 Augustus de leening goed te keuren. Voorzitter wijst, er op, dat hier zaken 'besproken worden die buiten de orde zijn. Eén opmerking wil spr. r.og maken en wel 'deae, dat hij het van den heer Hooij al zeer vreemd -'vindt, hier te spreken, dat B. en W. volkomen bevoegd waren tot de uit- voering v.an het werk en toch de geldleening niet te willen goedkeuren, om B. en W. ermee te laten zit ten. Maap ter zake, zegt 'spr., moeten de notulen 'gewijzigd of niet? De heeren Appel, Brak, Mann en de Wit verkla ren zich tegen, wij1/iging, do andere heeren vóór, zoo dat c!e notulen zullen worden gewijzigd 'in den zin als de heer Hooij dat aangaf. Van Ged. Staten was goedgekeurd terugontvangen do 2e suppletoire begrooting 1915, verbouw school Het Zand. De laatste kasverificatie "Wees aan, dat in kas was en moest zijn f 8277.05. Een drietal afschrijvingen Hoofdelijken Omslag werden goedgekeurd. Benoeming lid Armbestuur, waarvoor bereids de voordracht was ingekomen, 'werd aangehouden tot de December-vcrgadering. Was ingekomen 'een adres -'van den Proef- en Schooltuin Kenneanerland te Alkmaar, om f 15. sub sidie. Aangehouden. Adres Afdeel ing Schagen Nederl. Onderwijzers- Genootschap, om een duurte toeslag. Aangehouden. Aan den beer J. A. C. Kruit, onderwijzer te Oude- sluis, wordt op zijn verzoek, wegens vertrek naar Indie, tegen 1 December eervol ontslag verleend. Was ingekomen een adres van de Hoofden der j Scholen en een adres van het verdere onderwijzend personeel, om de salarissen te herzien en de regeling in te voeren, die in 1912 door B. en W. was inge diend. Dat voorstel is t<«en verworpen. 'Voorgesteld werd toen voor hoofden van scholen een eindsalaris I van f 1450, voor onderwijzers van f900. Eveneens aangehouden, om naar B- en W. te worden gezon- den om 'prae-advies. Door B. en W. was een 'poging gedaan om voor de gewenschte uitbreiding van de begraafplaats te St. Maartensbrug een stukje -'grond te koopen van den Polder Zijpe en Hazepoldel'. Was'nu bericht, dat bet polderbestuur een gedeelte grond tot den grep pel cadeau gaf. Dit aanbod werd door den Raad gaarne, aanvaard. De heer Raat drong er bij B. en W. op aan, om, nu deze zJaak weèr aan de orde kwam, dat 03. en W. met de vroegere commissie uit den Raad zouden willen, samenwerken >om te* een goed geheel te komen,. Vooral omdat het werk der begraafplaats niet zoo was uitgevoerid als de commissie dit indertijd had'gewenscht. Voorzitter verklaart zich tot samenwerking be- 9. Ja, naar de Houtmarktstraat, 't Was wat moois. Waar was die? Welke richting moest hij uit? Hey- demann wist het inet geen mogelijkheid to zeggen. Radeloos bleef hij staan. Van den hemel begonnen de eerste druppels te vallen, de eerste boden van een overvloedigen regen. De menschen op straat kregen haast. Do paraplui es gingen omhoog .en een elk haastte zich om onder beschermend dak te komen. Ja, welken kant 'uit? Hoydemann keek om zich heen. Maar ja, daar stond een politieagent on Hey- demann er op af en spoödjg was hij op de hoogte, zat weldra dn een elcctrische tram en hot duurde niet lang, of het terrein 'van den brand was door hem bereikt. Maar waar was'dei brand nu? 'Er was hier niemendal te zien. Alleen een massa men schen, maar van vuur'of rook geen sprake. Nieuws gierig stapte hij op1 een openstaande deur toe. Maar heel ver kwam hij niet. of een politieagent snauw de hem toe 'te blijven waar hij was. Spoedig had Heydemann meegedeeld, 'dat hij Voor de courant kwam en een, langs komende inspecteur bleek wel zoo welwillend te zijn, om te vertellen wat er ge beurd was. De inspecteur, die 'al heel spoedig aan Heydemann had bemerkt, dat hij een nieuweling was vertelde alles zoo duidelijk, dat het zoo kon wor den opgeschreven, en gedrukt. 'Het was eén binnen brandje geweest van heel weinig botoekenis, en.Hey demann kon weer naar het redactiebureau terug. En op den, tocht naar huis was Heydemann de ver twijfeling nabij, want hoe moest hij nu dit voorval onder woorden brengen? Wat moest hij nu voor de courant schrijven? Hij 'dacht aan allerlei op dit gobied wat hij gelezen'had en herinnerde zich nu, dat. hij in school er wel eens een 'opstel over had gemaakt, wat hem eeu goed cijfer had opgeleverd. Op ciie manier zou hij bet nu maar schrijven dacht bij en in zijn gedachten, werd het een schit terend verhaal. „Nu en hoe was het?'' >Toeg mijnheer Schultze vriendelijk, toen Heydemann weer op het bureau verscheen. Heydemann 'berichtte wat er geschied was. „Zoo, schrijf dat nu maar kort en bondig .op." Een loopjongen moest Heydemann naar dé kal mer van de berichtgevers brengen en-het was daar dat Heydemann aan zijn verhaal begon. Hij schreef en schreef, en het eene vel papier vulde zich na het. andere. Daar werd hij onderbroken door dercöelfden loop- Jongen, die hem vroeg 'of mijnheer Schultze het bericht kon krijgen. „Ik ben 'dadelijk klaar," ant woordde Heydemann en schreef nog sneller, zoodat zijn pen over het papier v'oog. En nu was het dan ook eindelijk gereed. 'Met een zekeren trots dat het werk zoo goed gelukt was, stond hij op'en droeg zijn volgeschreven, bladzijden naar Schultze. „Mijn hemel, wat hebt u daar?" vroeg de redac teur verbaasd, toen hij al dat papier zag. „Het is het bericht," antwoordde Heydemann ver klarend. Schultze wierp een blik op de eerste bladzijde, vloog toen met groote snelheid over bet overige heen en lachte toen luid. „Neen, waarde heer, zoo doet 'men bet "niet," zeide »>hij welwillend. „Bran den komen hiér alle dagen voor en deze was van weinig beteekenis." En bij ging zitten, nam de pen en haalde den eenen 'regel na den andere door. Hij scheen haast niet genoeg door te kunnen halen en toen hij tenslotte gereed was, zeide -liij met vrien delijken spot: „Daar, ziet u maar eens, wat er van overgebleven is." j Neen, veel was het niet, 'bijna zooveel als de in specteur hem verteld bad Het was jammer 'van de moeite, die er aan besteed was. „Ja, alle 'begin is moeilijk," troostte de redac teur, toen hij het verslagen gezicht van Heydemann zag. „Ook het werk tot een courant beboerende, moet geleerd worden. 'Overigens was ,uw bericht lang niet slecht, alleen veel te lang." Nu scheen de zaak voor den redacteur afgedaan. Een groote stapel copieën, 'die nog,moest verwerkt worden, lag voor hem. Hij begon dUs weer te wer ken. Hij bemerkte niet, dat Heydemann was blijven staan en op iets scheen 'te wachten. Eerst na een poosje viel' hem dit op.-Min of meer verbaasd vroeg hij: „Wenscht u nog iets, mijnheer Heydemann?" f reid, mits de commissie maai- niet het veeleischende plan heeft als 'de directeur der begraafplaats, die den heelen boel wil afgraven. (De heer Raat schudt met bet hoofd.) De heer Mann deelt mee, dat e» nu een teekening wordt gemaakt van de bepraafplaats en na 't gereed komen daarvan gaarne met de commissie te willen samenwerken. Voorzitter zegt, dat'er was ingekomen van J. Smit te Alkmaar een schrijven, dat eigenlijk gericht was aan den Raad en dat nu bij de ingekomen stukken bad behooren te zijn. De man •vroeg of hij te Oude- sluis met een palingkraam mocht Jstean. Dit be hoorde eigenlijk gericht te zijn tot den Burgemees ter en als Burgemeester heb ik den man daartoe ook verlof gegeven. Dé zaak "had aldus zijn beslag en was van weinig belang. Ik heb dien brief ver scheurd, wat ik niet bad mogen doen, want die brief bad bier ter tafel 'moeten komen. Zoo is de zaak, die feitelijk van heel 'weinig beteekenis 'is. De beer Hooij: de man. heeft zijn zin gehad en nu is do zaak in orde. Tot onderwijzeres aan 'do school te Schagerbitig wordt met algemeene stemmen benoemd mejuffr. C. de Vries. De betalingen uit den post voor onvoorziene uit gaven, groot f 46.07, worden, goedgekeurd. De heer A. Buur, aannemer van de school te 't Zand, had een adres gezonden 'met bet verzoek, om door het duurdere materiaal dat hij had moeten ge bruiken, 15% toeslag. Voorzitter deelde mee, dat direct na de mobilisatie spr.'geprobeerd had om het contract met Buur te verbreken. Maar toen wilde deze er niets van weten en bad het werk zoo gTaag gehouden en gevraagd of Burgemeester alle best wilde doen om verlof uit den dienst voor hem te krijgen. Dat verlof had hij eindelijk gekregen en nu komt de man om 15% toeslag. Verder verklaren B. en W., dat Buur vóór het uitbreken van den oorlog de materialen reeds grootenjdeels in zijn-be zit had. De beer Raat is tegen 15% toeslag, het hoogste dat Buur zou toekomen is 5% voor renteverlies. Het verlof heeft hij niet direct gekregen, maar eerst veel later en de-rente van het geld, benpodigd- vopb het reeds aangekochte materiaal, is verloren ge gaan. De heer Mann zegt, dat wat Buur had aange schaft, zeer miniem' was. Hét was een klein werkje, waarin veel arbeid zat. Wat hij had aangekocht was alleen wat hout en steenen. Renteverlies komt hier dus niet in aanmerking. En-bovendien, enkele mate rialen mogen duurder zijn, maar lang niet alle. Met algemeene 'stemmen wordt op het verzoek afwijzeDd beschikt. I B. en W. hadden nu aanbesteding gehouden van brandstoffen. De prijzen die ingekomen waren leken B. en W. te hoog. Elders was geïnformeerd, maar daar was het al niet beter. Toen was een brief gekomen van den heer "J. Nieman, de laagste in schrijver bij de aanbesteding, met de 'mededeéling dat, als hem de leverantie werd gegund voor 5 jaar, bij het dit 'jaar voor 'minder geld zou doen en de volgende jaren tegen marktprijs.1 Voorzitter vraagt den, heer Kreijger, als eenig deskundige, om advies. De heer Kreijger'verklaart zich tegen het guruipn voor 5 jaar. Spr. wijst er op,- hoe 'de brandstoffen- handclarer- in de gemeente niet wisten wat het Steun< zou doen'en daarom'hebben gewacht met J inslag. Nieman heeft vroeg ingeslagen en kan zoodoende goedkoop ver koopen. Ma%ar om nu de andere brandstoffenhanöelaren in de gemeente voor 5 jaa** uit 'te sluiten, dat gaat toch iüet op. De heer Hooij wijst er op, hoe de andere hande laren niet in de gelegenheid zijn geweest een aan bod te doen als N'ien:mn, Als die hadden geweten voor 5 jaar te kunnen leveren, dan hadden, zij mis schien ook lager prijzen opgegeven. -Spr. is niet tegen oen levering voor 2 of 3 jaar, maar danook Ja zeker wenschte'hij nog iets. Rij meende dat de redacteur het voornaamste vergeten had. „Ik dacht," zeide Heydemann zeer schuchter, M't honorarium dat betaald wordt „O zoo meende Schultze „u wilt het geld direct ontvangen,?" Hij schreef een paar regels, riep een jongen en beval dezen: „Breng dezen heer naar het secreta riaat." En tot Heydemann zeide hij: „Gaat u maar mee, in het secretariaat Hoort u dan wel meer." Heydemann wilde heengaan. Maar plotseling keer de hij om, een nieuwe gedachte was hem door het hoofd gegaan, „Vergeef mij, mijnheer de redacteur," begon hij op 'smeekenden toon. 1 „Wat nu nog?" vroeg Schultze 'ongeduldig. „Mijnheer, mag ik morgen en de volgende dagen terugkomen?" vroeg hij 'met bevende 'stem. „Waarvoor? Wat wilt u hier?" „Misschien kon ik als Vandaag -weer wat verdie nen,—. als het zoo voorkwam." „O 'zoo, u bedoelt als berichtgever? Ik kan u daarin niet aanmoedigen. Wij hebben hier verschei dene heeren, die goed op de hoogte zijn, en nieuwe berichtgevers kunnen wij werkelijk piet gebrui ken." „Ja, maar zooals u gezien hebt, was er vandaag niemand aanwezig." merkte Heydemann op. „Dat was een toeval het is vacantietijd." „Misschien herhaalt zich dat toeval, en kan ik een kleinigheid verdienen." Schultze was een goed mensch en voelde onwil lekeurig medelijden met den man die in één nacht van rijkdom tot "de 'grootste armoede was verval len. Bovendien'bewees wat hij geschreven had, dat Heydemann een ontwikkeld man was. „Nu, goed," zeide Schultze, 1,,'als u wilt komen, kunt u naar de berichtgeverskamer gaan. Maar ik beloof u niets en kan u geen hoop geven. Ik weet niet of u werk zult' vinden, als u zich zelf den weg niet baant en op eigen gelegenheid berichten zoekt. Als u op een gunstig toeval wil wachten O, hij wilde wachten,! Hij 'had niets 'te 'verzui men. En met een gevoel van geluk volgde hij den jongen naar het secretariaat. j In het huis van mevtrouw Driesens wachtten de zusters '8 middags, tevergeefs op het verschijnen ailen in de gelegenheid gesteld op dezelfde voor waarden in te schrijven. Hot voorstel van B. en W., om Nieman 5 jaar de leverantie op te dragen, wordt verworpen. Al- hen de heeren Mann on De Wft voor. 1 >e begrooting van het Weeshuis wordt goedge keurd in ontvangst en uitgaaf op f6063.93. Dié van het Armbestuur op f 14304.66, met een geaneente- subsidie van f 8500. De heer Raat had gedacht, dat het Armbestuur dit jaar f 1000 minder subsidie zou aanvragen, maar de post onderhoud eigonjdommen is'van f 1400" op f 250(J gebracht. Het blijkt, dat er bij het plaatsje Kweeklust een boet moet worden gebouwd. De bcgrooting wordt goedgekeurd. Volgt de behandeling der Gemeentebegrooting en is het eerst aan de orde het verzoek van den heer J. J. de Boer, ambtenaar ter secretarie, om f 200 verhooging van salaris. De heer Kreijger begint knet te zeggen, dat hij het voorstel van B. en W., om dit "verzoek toe te staan, niet kan goedkeuren. Als men een zoon'heeft, die men wil laten leeren, om later een flinke positie te hebben met weinig kosten, dan, doet men zijn zoon bij de gemeente-administratie. Men klimt op en klimt op en wordt later gemeentesecretaris op een plattelandsgemeente en'hooft als zoodanig een fatsoenlijke positie. B. en W. wijzen er in hun ad vies op, dat de ouders er geld bij moeten leggen. Welnu, ik vind, het mag dien ouders ook wed wat waard zijn. Een jongmensch haalt hier 'op de se cretarie zijn practische lessen, gaat naar Alkmaar om wat theorie én kJaar is-ie voor een flinke po sitie. Spr. begrijpt van dat vele werk hier op de- se cretarie niet veel. Hij herinnert!'zich nog'heel goed, hoe de secretaris, die nu hier aan de 'groene tafel zit, bij zijn sollicitatie beweerde, het heel goed rnet een tweeden aanbtenaar te kunnen afdoen. Later be weert diezelfde secretaris, oen alleszins lsten amb tenaar noedig te hebben, die hom moet kunnen ver vangen. Toen ik dat boorde begreep ik het niet, nu heb ik dat goede begrip gekregen. Die secretaris is ook penningmeester van den polder en nu moet hij wel een flink en kerel hebben, die hem kan ver vangen en helpen aan het noodige werk -voor den polder. Spr. 'begrijpt het 'niet, zooals gezegd, met dat vele werk op de secretarie. Als we een openbare vergadering hebben, dan is de secretaris hier, en op de publieke tribune zit de le ambtenaar als verslag gever eener e»erant de vergadering bij te wonen. En de secretarie wordjf. waargenomen door 'n kind van 12'jaar. Daar bcgrij& ik nu heelemaaJ niets van, Spr. zal 'stemmen, tegen salarisvarhoograg. De heer Hooij is het met den heer Kreijger eens en het doet spr. genoegen, dat de héér Kreijger hier zoo eeDS gesproken heeft B. en W. wijzen in het advies op de verantwoordelijkheid, die op den len, ambtenaar rust. 'Maar spr. dacht, dat de verant woordelijkheid hier rustte op den secretaris en de ambtenaar al heel weinig verantwoording had, dat kan dus onmogelijk van eenige beteekenis zijn. Spr. zegt, toen om een gratificatie werd gevraagd voor den ambtenaar ter secretarie en de politie, te heb ben tegengestemd en toen heeft do hoer Slot ook ge sproken over het vet» werk en dat het zoo druk was. Spr. brengt in herinnering, dat 'zijn broer hier ook ambtenaar is geweest en ook veel werk heeft gedaan 'voor geen hoog salaris. En het mag niet worden vergete», dat toen mijn broer,-aldus spr., ambtenaar hier was, Call anteoog ook nog hier bij was. Daarbij was "de heer Bossen een oud man, d e een zeer omslachtige 'administratie "had. -Slot heeft die administratie zeer vereenvoudigd, 'wat heel goed is, maar 'dan is het werk toch ook veel minder geworden *en vroeger werd het- toch ook gered door den secretaris en i ambtenaar. In het advies van B. en W. staat, dat de ambte naar niet toekan, meer kamerhuur inoet gewen, Mapr weten B. en W.t «at 'de heer ;Slot i 100 aan den van hun dagelijkschen gast Mevrouw 'Frederika verdiepte zich in allerlei gewaagde gissingen over h»t verblijf van Heydemann. Maer de tijd verstreek en de tijd van koffiedrinken was reeds aangebro ken, maar Heydemann kwam niet. legen vijf uur verliet Edith het huis om zich naar de school te begeven waar zij onderwijzeres was. Op het oogenblik, dat zij de poort uitging, hoorde zij haar naam roepen. Verwonderd draaide zij zich om. Heydemann stond voor haar. „Juffrouw Edith," zei hij ïmet een verlegen en tegelijk verheugd lachje, waarbij zijn stem vanop wind iDg trilde, „ik wilde u alleen zeggen, dat dat ik vandaag mijn eerste geld verdiend heb. Zéfi mark bier zijn ze," Edith keek verrast in zijn donkerrood gezicht „Hoe hebt u dat geld verdiend?" vroeg zij. „Ja ja. Het was bij toeval bij de courant de Tagesbote. Ik heb hier op u 'gewacht om hei u te zeggen." ■Zij bewoog het hoofd, zag heem met, een eigen- aardigen blik aan, 'en een lachje gleed over haar gezicht Haar lippen bewogen zich, als wilde zij wat zeggen, 'maar zij zweeg. Zij scheen plotseling groote haast te 'hebben, én zonder 'vorder iets te zeggen, knikte zij hem toe en ging vlug heen. Reeds vroeg in den morgen, op een uur, dat het redactiepersoneel van een courant in een groote stad nog koffiedronken, verscheen'Heydemann reeds op bet bureau, en werd daar ontvanger, met ver wondering en hoofdschudden van den kant der loop jongens. Eerst nadat hij schuchter verklaarde, dat mijnheer Scbultz hem 'had toegestaan in de kamer der berichtgevers te vertoeven, wad hij in de ruimte toegelaten. En nu ging hij "zitten en wachtte, kwartier na kwartier. De rust wérd door niets gestoord. Ten slotte stond hij op en keek eens om zich heen- Hij zag talrijke lessenaars, overal bedekt met pa perassen, potloodèn en'inktvlekken. Groote inktpot ten stonden op de lessenaars met de noodige pen nen in de nabijheid. Dit was dus eeu der wv-ikpfaat- sen, waar een 'courant gefabriceerd werd. 'Giste ren had hij daar niet zoo op gelet,'maar thans ver vulde hen dit alles met zekeren eerbied. j 1 Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1915 | | pagina 1