Schaper Courant. St. Nicolaas-Cadeaux. Pelterijen. WITTE ZAKDOEKEN. I TAFELKLEED EN Parapluies Chique Dames- en Heeren Parapluies Winferrokken Flanellen Onderrokken Tricot Onderrokken DAMAST TAFELGOED. ST0ELKUS8ENS vanaf 11.00 lot f 3.25. Tlteewartners, Kussenkleedjes, Wagenvachten, Tafelloopers, Antimacassers. Heeren Mode-Arlikelen Wollen Autosjaals, Mans Truien, Jongens- Truien met Broekjes. Zwarte Schorten Dienstbodenschorten p Nieuwste stokken Groote verscheidenheid Kinderschortjes Zaterdaq 2 December 1916. 59ste Jaargang No. 5912. DERDE BLAD. Eerste Kamer. Tweede Kamer. Gemengd Nieuws. Onze voorraden bieden U groote keuze. Onze prijzen bieden U groote voordeelen. Prachtige BONTER Bijpassende Moffen. HUISHOUDSCHORTEN Meisjesrokken Zakdoeken in doosjes, Zakdoeken met letters, Linnen Zakdoeken, Kinder Zakdoeken. Damast Tafellakens en Servetten. ZONDAGS TOT 4 UUR GEOPEND. Dassen, Strikjes, Zelfbinders, Cachenez, Overhemden, Hoeden, Petten, Barets enz. Den Haag, 30 Nov. 1916. 't Was heden-ochtend eene allerzonderlingste ver tooning in den Senaat. Naar aanleiding van het schrijven, waarin mr. Van Gijn de Kamer meldde, dat hij de overgebleven finantieele ontwerpen niet kon verdedigen, ontspon zich een debatje. De Katho lieke heer Reekers verklaarde den stap des minis- tears te betreuren. In zijn beleid had niemand wan trouwen willen uitspreken. Voldoende was geble ken, dat Rechts ook in den Senaat met het Kabinet wilde samenwerken. Men kon nu eenmaal niet over de bezwaren tegen de verscherping der Successie belasting in de „rechte lijn" heenstappen, maar een principieel karakter zei mr. Reekers had het votum niet Aldus ook mr. Van den Berg, Delft's anti-revo- lutionnaire burgervader. Voor hem bleek vooral de bepaling betreffende polissen-verzekering den door slag te hebben gegeven om tegen het ontwerp te stemmen. Van wantrouwen in Minister Van Gijn's beleid geen sprake. En mr. Van den Berg sprak zelfs de hoop uit dat H. M. de Koningin de eventueele ontslag-aanvrage van den minister van Financiën zou weigeren toe te staan. 't Was zeker zeer treffend. Maar de heer Van Nierop wees de zielsbedroefde heeren er op, dat het napleiten niet meer baat. Van die gevoelens van vertrouwen en waardeering had gisteren, Woensdag, op practiache wijze moeten blijken. Nu is 't, helaas te laat Én de heer Van Kol onderstreepte even, dat men de gevolgen der verwerping natuurlijk had kun- nen overzien. De Overijselsche vrij-liberaal maakte zich inderdaad de illusie, dat men misschien nog een middel zou kunnen vinden om er „een mouw aan te passen". Tot een daad kwam het niet, Misschien dat een motie van vertrouwen, zonder stemming aangeno men, eenig effect had kunnen hebben? De discussie werd gesloten' en bp mr. Van Gijn weet ik uit dp beste bron had zij geenerlei invloed, wat zijne houding betreft -tegenover het votum van gister-, Woensdagmiddag. De Senaat besteedde nog een half uurtje aan een» ten slotte met 21 tegen 17 stemmen goedgekeurde wijziging van het Reglement van Orde, waartoe de heer Frantzen het initiatief nam. Zij komt hierop neer, dat tusschen indiening en afdeelings-onder- zoek van een wetsvoorstel behoudens spoed- eischen gevallen vier dagen moeten liggen. Toen gingen heeren Senatoren huis-toe. Na den politiekon moord op minister Van Gijn, waarbij de vier landsvaderen, die niet voor en niet tegen durf den stenunen,. maar't hazenpad kozen toen het op stemmen over de Successiewet aankwam, de „rid ders van de droeve figuur" zullen blijven. De heer Reekers verklaarde zijn afwezigheid tijdens het slot van 's minders rede hiermede, dat hij den hoog bejaarden en lijdenden mr. Van den Biesen had hel pen biimcnkoruen. „Excuses" had hij heden niet wil len maken Misschien komen de „vluchtelingen" ook nog met „verklaringen' aan. De heer Van Kol zei niets te veel toen hij heden uitriep, dat het votum door de Eerste Kamer op 29 November uitgebracht, een zeer ongunstigen indruk in den lande heeft gewekt. Riënzi had 't nog een tikje krasser kunnen zeggen zonder zich aan overdrijving te bezondigen. De gansche dag is besteed geweest aan het wetsont werp tot aanVulhng van het Crimineel Wetboek voor het krijgsvolk te water, ter voorziening in eeu geble- Ken leemte ten opzidhte van samenrottingen, van sche pelingen. Zooals men weet, komt deze wijziging ontworpen naar aanleiding van de relletjes te' Soera- baja (hierop neer, dat als vijf of meer schepelingen samenrotten ter verzaking van hun dienstplicht dit kan worden gestraft met hoogstens- vijf jaar Men zal begrijpen, hoezeer dit voorstel in' de soc - democratische gelederen do verantwoording dèed op vlammen. De ellendige hospitaal-toestanden te Soera- baja wekte verbittering, en ook de heer v. d. Voort van Zijp gispte in heftige woorden het plichtsverzuim van de militaire autoriteiten in deze. Hier is onge twijfeld een „tekort". En toen de minister van Ma rine in zijn verdediging van het ontwerp, o.a. zei. dat het hospitaal te- Soerabaja niet zoo gauw kon verbouwd worden, riep mr. M endels uit: „Maar wél het paleis van den Gouverneur-Generaal 1" En inder daad was er reden voor deze „antithese" i.„. Intussclien moet de militaire tucht gehandhaafd, ook (zooalsprof. Van Hamel zei) orp „erger te voor komen." Waar men zooals minister Rambonnet betoogde te maken heeft met eene „georganiseerde actie tegen het gezag", daar dient men preventieve maatregelen te treffen. De organisatie der vrijwilligers moet op behoorlijke wijze kunnen geschieden. Het slot is geweest, dat een amendement-Mondeis, er toe strekkend om samenrotting en samenspanning alleen strafbaar te stellen wanneer het „tot eetnige feitelijkheid of bedreiging daarmee is gekomen," werd verworpen met 37 tegen 15 stemmen, i nadat minister Ort het „ten érnstigste" had ontraden. En hét ontwerp zelf kwam er met 41 tegen 11 stemmen in .het zeer late middaguur. Morgen, Vrij dag, de Additioneele Atrtikelen. Mr. ANTONIO. DE UITVAART VAN KEIZER FRANZ JOSEPH. Uit Wh EN EN, 30 November. Met waarlijk vorste lijke eer en grooten praal werd hedenmiddag kei zer Franz Joseph naar zijn laatste rustplaats ge bracht. Aan de plechtigheid namen deel vertegen woordigers van de verbonden en bevriende staten en van hun legers, en leden van het Oostenrijksche en Hongaarsche parlement, deputaties van het le ger te velde, die het lijk naar de groeve begeleid den. De ten getale van honderdduizenden saamge- stroomde bevolking gaf aan de plechtigheid niet slechts eed karakter, dat met de grootheid en be- teekenis van den ontslapen monarch in overeenstem ming was, maar was tevens een symbool van da waardeering en dankbaarheid jegens den ontslapen monarch. Bij prachtig weder zette de lijkstoet zich" onder het gelui van alle kerkklokken der residentie in bewe ging. Ook de klokken van alle kerken der monar chie luidden op dat uur. De stoet vertrok van de kapel van den Hofburg waar sedert drie dagen duizenden aan de baar van den overledene dezen een laatste hulde had den gebracht naar den Stephanusdom, van waar na de inzegening door denaartsbisschop van Wee- nen, het lijk naar de laatste rustplaats in de „Kapu- zinergruft" werd gebracht. Militairenen „Kriegervereine" stonden langs den weg opgesteld en daarachter schaarde zich een dichte menschenmenigte. Diepgeroerd ontblootten de onaf zienbare scharen het hoofd bij het passeeren van den stoet. Men trok langs een groot deel van de Ringstrasse, een schepping van den overleden kei zer, dan langs de Franz Josephskai en de Rothe Turmstrasse naar den Dom. In de Ringstrasse ston den de niet actieve generaals en de vrij van dienst zijnde officieren van het garnizoen van Weenen ge schaard om den gestorven oppersten „Krlegsherr" de laatste eer te bewijzen. In den Dom waren intusschen de leden van het Keizerlijk huis, de voor de rouwplechtigheid overge komen bloedverw anten en de vertegenwoordigers der bevriende vorstelijke huizen aangekomen. Verder be vonden zich hier de bijzondere gezanten, het corps diplomatique, de gemeenschappelijke ministers, hof ambtenaren en tal van autoriteiten. 'légen drie uur- kwamen keizer Karl en keizerin Zita aan en spoedig daarop kwam de lijkstoet Kar dinaal Piffl wachtte den stoet aan het portaal op. In de kerk had daarop de inzegening plaats. Vervolgens vertrok de stoet naar de Kapuziner Kirche. 'l hans volgden onmiddellijk achter den lijk wagen keizer Karl en keizerin Zita, de vreemde vorstelijke personen, de leden van het Keizerlijk Huis, de buitenlandsche bijzondere gezanten en de- putatiën van officieren ep van de regimenten, wier chef de overleden Keizer was. In de Kapuziner Kirche had nogmaals een inze gening plaats, waarna de lijkkist, begeleid door keizer Karl, den eersten opperhofmaarschalk, Furst Montennovo en twee vorstelijke kamerheeren, in den kelder werd gedragen. Nadat de kist op wensch van den overleden mo narch geplaatst was tusschen de tomben van keize rin Elisabeth en kroonprins Rudolf, keerde «keizer Karl terug, waarop de deelnemers aan de plechtig heid de kerk verlieten. Over het ceremonieel bij deze begrafenis schreef de Weener correspondent der N. R. Ct Woensdag j.1. o.m. het volgende: En nu wordt „der alte Herr" Donderdag begra ven, met een ceremonieel ongeveer gelijk aan dat waarmede sinds oud gebruik de Spaansche koningen zijn bijgezet. Want aan het hof heerscht de Spaan sche étiquette, die indertijd door de Habsburgers 'uit Madrid naar Weenen is overgebracht. Deze éti quette is zwaarwichtig en mist de gratie van die, welke vroeger in Versailles geheerscht heeft Van heden tot Donderdagmiddag zal het lijk in een gesloten kist tentoongesteld zijn, om dan naar de laatste rustplaats gebracht te worden. De stoet, wordt geopend door twee lakeien te paard, gevolgd door een afdeeling paardenvolk; dan komt een Hofeins panier (foe rier), gevolgd doo|r 5 rouwkoetsen met 2 paarden voor de kamerheeren. Verder een hofeommissaris t» paard, dan een rijtuig met* 6 paarden voor de vleugeladju danten, lakeien met lantaarns, weer rouwkoetsen met kofdignitarissen, voorts een koets met 6 paarden voor den Oberstlhofróeester (grootmeester van het keizer lijke huis) met lakeien langs de portieren. Daarach ter een afdeeling Oostenrijksche en Hongaarsche lijf gardes en dan de met 8 paarden bespannen lijkwagen met den opperstalmeester te paard op zij. Langs beide kanten van de. koets -loopen Lakeien met brandende kaarsen. Daarachter 4 Edelknaben (pages) met fak kels, voorts 24 lijfgarden, waarvan de Duitsche met hellebaarden, de Hongaarsche met pantervellen en kromme sabels en een afdeeling gardes te paard. De stoet wordt door een compagnie soldaten en een es- cadron ruiters gesloten. Langs zwart gedrapeerde huizen en langs als fak kels brandende straatlantaarns en duizenden toeschou wers zal de stoet onder doodelijke stilte zich naar de Stefanus-dom begeven, waar de keizer, de keizerin, de onderscheidene potentaten, de leden cler keizer lijke familie, de diplomaten fen de speciale afgezanten zidh rullen bevinden. Na afloop van den kerk(.-lijk< Ti dienst zullen de keizer, de "keizerin, de koningen van Beieren, van Saksen 'en van Bulgarije, de Duitsche bondsvorsten, de prinsen van Zweden en van Spanje achter het lijk naar de Capucijner-kerk gaan. Het is een kleine kerk, waarin sinds eeuwen de grafkelder van de Habsburgers ia. Sinds de gemalin van keizerin Matthias in 1618 den wensch had te kennen gegeven om in het klooster der armste monniken begraven te worden, is deze rustplaats aan de Gapucijner monni ken toevertrouwd. Als nu het lijk van keizer Frans Jozef in de kerk is binnengebracht en de zangers van de hofkapel het „libera me domine de morte acterna" zullen gezon gen hebben dan zal de kist onder vrome gezangen in den keider gedragen worden, begeleid Hooi» den kei zer en zijn familie. Dan klopt de opperceremonkl- meester met zijn staf aan de gesloten deur, waarop de pater vraagt wie* toegang begeert. „Z. M. de aller- doorluchtigste keizer Frans Jozef' is het antwoord. „Dien ken ik niet,' zegt de pater. „Het is de keizer van Oostenrijk en de apostolische koning van Honga rije die wenscht binnengelaten te worden." En weder om is het antwoord: „dien ken ik niet." Als echter ten derde male de ceremoniemeester, aan de deur kloppende., op de vraag wie binnen wil, antwoord „Een arme zondaar, onze broeder Frans Jozef," dan gaat de poort open. Steeds is dit (met van poëzie ontbloote) .tweegesprek bij het overlijden van een keizer gevoerd. De zwart fluweelen kist wordt dan nog eenmaal geopend, waarbij aan deh pater gevraagd wordt of hij in den overledene den keizer herkent, waarna ze weer gesloten' wordt en epn van de sleu tels aan den pater ter bewaring wordt overhandigd. De grafkelder, die niet diep bigt, maakt geen som beren indruk. Het daglicht komt door vensters, die deels op straat of in den tuin van het klooster uitko men. De keizer ligt in een nieuw gewelf, dat van binnen met marmer bekleed en van electrisch licht is voor zien. De blauwe vensterglazen verspreiden een zacht licht over dit gewelf en net altaar met het kruis. HOE MACKENSEN OVER DEN DONAU TROK. De Lokal Anzeiger ontleent aan Az. Est de vol gende bijzonderheden over den tocht over den Domau van de verbonden legers volgens een bericht van. een te Sofia aangekomen Duitsche officier: Da overtocht had, zooals bekend is. Woensdagnacht plaats in tegen woordigheid van veldmaarschalk Mackensen. Sedert het begin van deze week was ,de kanonade aan*beide oevers zeer levendig en werd steeds heviger. Woensdagmorgen begon echter de Roemeenschö artillerie langzamerhand zwakker te worden. Reeds vroeger waren berichten bin nengekomen, dat de verdediging van den Roemeenschen Donau-oever uitsluitend aan de Roemeniërs was over gelaten en "dat er in 't geheel geen Russen bij waren. Toen het vuur van den vijand steeds zwakker werd, gelastte Mackensen den overtocht en zeide toen „ik neem de verantwoordelijkheid op mij dat de troepen met het grootste gemak over de Donau zullen komen zonder dat hun een haar gekrenkt zal worden." Em dat is feitelijk bij den geheelen overtocht het geval geweest ;in den strijd met de Roemeensche wacht op den oever verloren wij in het geheel zo? dooden en twintig gewonden. Ook dit verlies had niet plaats bij den eigenlijken overtocht, doch eerst toen wij met de waoh,t op den oever in een gevecht gewikkeld werden. Donderdagmorgen versoheen ook "Mackensen op de puitthoopen van Zimnicca. DE VADERLANDSCHE HULPDIENST. BERLIJN, 30 November. De Rijksdag heeft van daag in tweede lezing art. I van het wetsontwerp op den vaderlandschen hulpdienst in de redactie van de hoofdcommissie van den Rijksdag met de stemmen der soc.-dem, arbeidersgemeenschap te gen aangenomen. Alle ingediende amendementen zijn verworpen. Aan de stemming was een uitvoerige bespreking voorafgegaan. Het artikel luidt: „elke mannelijke Duitscher van 17 tot en met 60 jaar, is voor zoover niet voor den dienst in de gewapende macht opge roepen, tot vaderlandschen hulpdienst tijdens den oorlog verplicht." filiaal in Das- en Kraagmodel, in diverse Bontsoorten. Astrakan, Sealskin, Nerz, Walabij, Thibet, Pahmy, Skunks, Pelii Gris, Moutlon, Wille Chevre, enz. is onze keuze zeer uitgebreid. Wille Fantasie-schortjes met en zonder bretels. BONTE SATINET SCHORTJES. in Reform, Kinamo, Directoir, s Empire modellen, met en zonder mouwen. met nieuwste garneeringen. in diverse soorten en in alle maten. f 1.—f 1.10, f 1.25, f 1.40, f 1.60, f 1.80 f2.-, f2.25. f 1.40, f 1.60, f 1.75, f 1.90, f2.25. in 't zijde, fluweel, wolstof, flanel- let enz. van f 1.15 tot f 14. Chique modellen. in nieuwste modellen van f 2.25 tot f 15.25. in diverse moderne stoffen, in alle maten Prijzen 75 cent tot flO.— (Extra aanbieding Prima kwaliteit 9'/a, 11 en 12'/a cent per stuk. f 0.90, f 1.07'/a. f 1.20 en f 1.40 per doz. Tricol en Gebreid. Prima kwaliteiten. Goed passende modellen. Laagste prijzen. I f Kinder-Manleltjes mei Kapjes en Hoedjes, Zuidwesters enz. f n on frtf WASCHECHT WOL FANTASIE PLUCHE EFFEN VELVET ANGORA f 0.90 tot f 3.25 f4,50 tot f 7.- f5.50 tot f 10.— f540. tot f 18. f8.50 tot f 14. 1C3C 3C3C3C3C=aC3C3C Voor Kinderen vanaf 65 cenl lol 11.25. Voor Dames en Heeren f 1.30 lot 15.50, Q 12.-, 12 50, 13.-. □naaaanaaaaaaaaaaaaaaan D in ongeëvenaard groole keuze en voordeeligsfe prijzen: ENORME VERSCHEIDENHEID Tl «wt#»

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1916 | | pagina 9