gsssssgEëfissS^^ggl
ouidyef üiitiiaiil
?ijpe en Hazepolder,
VOGELVRIJ
FEUILLETON.
Schetsen uit de Rechtzaal.
Zaterdag 12 October 1918.
61ste Jaargang Mo. 6292.
DERDE BLAD.
lil Jut, in oma nummer van Donderdag opgenomen
-erauig is gewezen op hot rapport, eenar commissie
ntf Jirt J ojdanbestuur, die had uitgebracht een rap-
i urt legen de voorstellen van God. Staten inzake
kwartier** Hoo«'tl^eimjr'aadac-h^P Holland# Noorder-
Dit rapport luidt in zijn geheel ala volgt:
Aan
iieören Gedieputeerdo Sita/ton der Provincie
Moordholland, te Haarlem.
Geven met vensdhulddgdm eerbied te kennen;
Hoofdingelanden van den Zij<pe- en Hazepolder,
dat zij kennis genomen hebben van de door ujw col-
i«g© in te dienen voordracht, tot oprichting van het
11 oogthoemraadschap NtxxrdhollandsCch Noorderkwar
tier;
dat zij gaarne gebruik maken van de aan hen
verleende bevoegdheid en zèch derhalve veroorloven
bezwaren tegen die voordracht kenbaar te maken
door liet volgende aan te voeren:
Uit de ons toegezonden stukken ontwaren wt) dat
net voornemen bestaat om ook de Zij po- en Haize-
poltlw In lue*t nieuw te vonmion- Hoogheemraadschap
op te nemen en aan dit, de thans bij ons in 'beheer
en onderhoud zijnde Zij-perzeedijk, den Slikikerdijk,
den H&zedljJt en den Zuid-Schinikeddijk, die allen, zoo
lang onzen polder bestaat, aan onze zorgen zdjn toe
vertrouwd, het beheer en het onderhoud van ge
noemde dijken op te dragen, ten behoeve waarvan
onzen polder met een vaste jaarlijksche bijdrage van
f 00(1 ten eeuwige dage zal worden belast.
Behalve deze jaarlijikisohe bijdrage zullen de ge
bouwde zoowel als de ongebouwde eigendommen dn
onzen polder, volgens de grensibesehrijving in art. 6
van het ontwerp reglement, schuldplichtig worden
gemaakt aan het nieuwe Hoogheemraadschap en
derhalve mede zuilen hebben te betalen de reeds ge
maakte en nog te in alken kosten voor het herstel en
de reconstructie van de zeekeerende dijken langs de
Zuiderzee.
Dat zij met de ontworpen regeling ten opzichte van
den polder Zljpe in gaenen deelen mede kunnen gaan
behoeft naar hun meening nauwelijks betoog, om
dat iriermede een ongemotiveerde onbillijkheid' zou
worden begaan, die wij roeenen te moeten bestrij
den.
De polder Zijpe toch is vanaf zijn definitieve in
dijking en drooglegging in 1507, nimmer,in eenig
ander poldervorband opgenomen geweest en heeft
steeds in model ijke tijden van zijn bestaan en
zeker met niet geringe offers, in het behoud van zijn
ringdijken moeten voorzien.
toen de indijking in genoemd jaar tot stand was
gekomen heeft dit werk heilrijke gevolgen gehad
voor het geheele gewest Noord hol land, omdat de
estfriesche dijk, die voor de indijking van de Zijpe
meermalen bij stormvloeden zeer ernstig werd be
dreigd en beschadigd, daardoor in een buitengewo
nen gunstigen toestand kwam te verkeeren. Het be-
behoud van de bedijking van den polder Zijpe was
derhalve een werk dat beschouwd moest worden als
een afdoende en veilige bescherming van de gron
den gelegen beoosten den Weetfrieschen dijk, dié
mede tegen overstroomdngsgerv&ar gedekt werden
door de toen reeds bestaande dijken lange de Zuider
zee.
Hieruit volgt dus zeer duidelijk, dat niet de polder
Zijpe eenig belang had bij de dijkeverdedigingswer-
ken langs de Zuidenzee, doch omgekeerd, dat de
gronden tussohen den Weetfrieschen dijk en de Zui
denzeedijken, het allerhoogste belang hadden bij de
bedijking van de Zijpe en bij het in goed zeekeeren
den staat onderhouden van zijn ringdijken.
Voor zoover bekend heeft dan ook het Bestuur
van den polder Zijpe zich steeds op uitnemende wijze
van den onderhoudsplicht gekweten, niettegenstaan
de de drooggelegde gronden in vroeger tijden meer
als vergrooting van grondgebied dan wel al» een
waardevolle landaanwinning werden beschouwd.
De geschiedenis vermeldt althans dat de polder
nagenoeg geheel uit zandgrond bestond, waarvan de
opbrengsten zoo gering waren, dat zelfs velen der
ondernemers er door geruïneerd zijn.
De kosten voor de instandhouding zijner ver de-
schappen, dis bij deze werken *00 «dnt»r«a»»»rd w» Noo-rdhotla.nd#ch kanaal van een bekwame
ren, daaraan schuldpUcE^Tdan P* da ult bul"
tora .va» mm.
Inundatie bedreigd achtte, zooals op pag. 2 van de
nota van toelichting bij het ontwerp is uitgedrukt,
mocht aanvankelijk het geval geweest zijn, wat voor
al door het onverwacht alarm veroorzaakt werd en
dit te meer bij het con sta toeren van een hevige lek
kage van de schutsluis in den Zijperzeedljk te Oude-
tnate belang nou hebben.,
Wij moeten er dan ook op wijzen dat d© samen
steller der nota al zeer weinig rekening heeft ge
houden met de historische wording en verkregen
rechten van de Zijpe, waarvoor hij slechts een blik
heeft te vestigen op de kaart van Hollandsch Noord-
oiuia 1 t kwartier in het jaar 1300, dan toch zou hij er zich
sluis, behoeft o.L niet te worden orpgevat al» een on-1 van hebben kunnen overtuigen, dat het deel van
eagftn verdediging»- j Noardholland benoorden den Ouden Schoorlschen
werken niet veilig waande.
Na drooglegging van genoemde sluis is gebleken,
dat dit gebouw in izeer goeden staat van onderhoud
verkeerde en dat de gróote volume lekwater, dat
de Zijpe instroomde, voortkwam uit het slechte slui
ten der deuren.
Hat spreekt vanzelf, dat terstond maatregelen ge
nomen werden om dat lekwater te stuiten en en
kele dijkgedeelton, die door ui tot ui ving of door sleet ft
onderhouden wieUelagea over het dijksldchaam in
Zeedijk en ten Westen van den Weetfrieschen Zee
dijk, niet het minst te maken heeft met de van
ouds bestaande zeekeeringan in Weetfrieslandu
Het komt ons dan ook in hooge mate" onredelijk
voor, dat dit noordelijk deel van de provincie in
liet nieuwe Hoogheemraadschap zou worden begre
pen, terwijl het deel ton zuiden van de Noorder IJ-
en Zeedijken daarin niet zou worden opgenomen,
to meer waar lop goeden (grond te betoogen is,
dat dit deel en niet het minst de daarin liggende
mind^r,n^!f,11 Stö^t van tegenweer verkeertteu,groote steden, oen zoo niet grootcr belang hebben
««.nwiflv.iia -/|n L bij eene behoorlijke instandhouding der zeedijken
in Weetfriesland, dan het meergenoemde noordelijk
deel en derhalve niet of zeer weinig zou hehben bij
te dragen in de millioenen die reeds zijn uitgege
ven en nog te besteden zijn tot behoud van een deel
der provincie Noordhollandt
Onze polder heeft zich, zooals genoegzaam be
kend 'is, steeds naar behooren gekweten van den
ondarihouaplicht en .tot eiene behoorlijke Instandhou
ding zijner ringdijken en ziet zich deze taak dan
ook zeer ongaarne uit lianden nemen en overgaan
in die van een college, dat zeer waarschijnlijk gèen
bijzondere belangen In onzen polder vertegenwoor
digt, terwijl alsdan de eigenlijke belanghebbenden
niet de minste medezeggingschap meer zullen 'heb
ben in het behoud van die werken, waarhij uit
sluitend hun en zoo goed als geen belangen van
oogeubllklkeiijk werden verbeterd of voorzien.
Nadat deze werken dan ook waren uitgevoerd,
heeft de Zjjpe zich van die 'zijde niet meer het minst
bedreigd gezien.
Tegen overstroomlhgsgevaar uit het zuidelijk deel
der provincie bezit de polder Zijpe wel zoodanige
voorzieningen, dat ook uit dien boek voor dezen pol
der geen ernstige gevaren gevr^sdi worden.
Door den aanleg van het Groot Noordhollandsch
kanaal in het begin der vorige eeuw, Is de polder
Zijpe over zijn geheelle lengte doorsneden en tot aan
zijn noordelijke grens met .Schermerboezem gemeen
gelegd.
Langs dien weg zou derhalve de Zljpe het over
stroomd ngawater uit het zuiden kunnen ontvangen,
doch bij de grarving van genoemd 'kanaal is dit wel
degelijk voorzien en is dientengevolge met het Rijk
DOOR DAVID HENNESSEY.
Naar het EngeUch bewerkt door \Vt J. A. Roldanus Jr.
Uitgave Wl De HAAN. Utrecht.
3.
Toen Salathiel tenslotte naar bed ging om bog een,
paai- uur te slapen, overkwam hem iets vreemds. Het
scheen in zijn overspannen geest meer een visioen dan
een droom je zijn. Hij was weer een jonge man en
in een vlakte tegenover hem verhieven zich drie groene
heuvels. Boven op een ervan stpnd een groot paleis,
in de weelderige hal was een gouden troon, waarop ©on
koning met boosaardig uiterlijk zat
„Ik ben de meester van deze wereld hoorde hij
hem zeggen, „buig u neer en aanbid me en rijkdom
tnachl en eer zullen uw deel zjjn." Hy zag de hal
vol met aanbidders en langs verscheidene paden haast,
ten groole menigten zich naar boven, om den wereldko
ning eer te bewijzen; doch hijzelf ging voorhij en
voe.de pcii dankbaar.
Um den middelsten heuvel heen hoerschta duisternis,
•n toen hij voor een oogenblik door een lichtflits ver
licht werd. zag hij op oen top een kruis, en daaraan
hing een man met gewond gelaat, maar van een vreem
de onzegbare 1 telde en zachtheid. En op den storm,
wind werd een stem gedragen, die zijn naam riep. Hij
zag ziclizell aan den voet van den heuvel stil staan,
alsof hij weifelde. Doch het duurde slechts een oogen-
b;ik. en toen, helaas, ging liij niet .snelle passen naar
detfderden heuvel.
üp den top daarvan was een tuin van wonderbare
schoonheid en lieflijkheid aangelegd, badende in het
volle zonlicht, en te midden van het groen aebludciie
en prachtige bloemen en heerlijke vruchten stond t/Xi
welriekend pritiel waarin in zijden klecircn oati sch0011e
vrouw op een rustbank lag. Hij schrok want de mooie
gelaatstrekken en oogen en het golvend haar herk«nde
nij tot) goed. Dan .zag hü zich., trotsch op zijn jonge
jaren, binnengaan en voor haar knielendoch zie,
hij had de kieeren van een dwangarbeider aan. en
Hij dacht, dat hij zijn lippen opende, om haar te ver
vloeken; doch toen hij dat deed. verdween hel visioen.
b.ij,,baar bedoelde de onderwijzer meer dan het Op"
perv.aakig wel scheen toen hij, sprekend van Salathiel
aan de meisjes van Poddy Care} vertddo, hoe uo
Looze eerst .okt dan leidt en ten s.oiie voor.jaagt
HOOFDSTUK VIL
Een schoolfeest in de „Forti®»"*
tien mijlen In den omtrek van den üluff wuseroen
uoevewaar hel den Za.enlag na <k' aunaomst vun
•ndeu'eUWBn on<J*rwy*r hiet vroeger dag wu» dtfi
eene overeenkomst getroffen en wel in dien -zin, dal anderen betrokken zijn.
de wederzijdsehe kanaaldijken op 'n voorgeschreven Wij zouden dan ook al» van ouds de leer gehül-
hoogte moeten gebracht en gehouden worden en dat digd willen zien, „die water deert, die water keert",
ten behoeve van de wateig©meensc'hap de door- te meer daar zij meenen dat de getroffen waterschap
gangen in de kanaaldijken "zoodanig ingerich/t moe- pen en polders wel ®oo kapitaalkrachtig zijn, zoo
ten zijn, dat tij bij dreigend overstrooipiingfigev&ar noodtg met suhsddie ivan Rijk en Provincie, om de
met achotbaliken gesloten kunnen worden. Aü deze aan hunne dijken toegebrachte schade voor eigen
werken zijn destijds door den Rijkswaterstaat aan- rekening te kunnen doen herstellen en dat daar-
gelegd en steeds in uitmunt tuiden staat van onder- bij niet d-c hulp behoeft te-worden ingeroepen van
noud houden» andere polders, die voor het meerendeel zeker ook
Het bestuur van den polder Zijpe voert jaarlijks reeds al voor niet geringe lasten zitten,
i schouw over deze werk u en in tegenwoor- Op bovenstaande gronden hebben de ondergetee-
digneid \an een technisch ambtenaar van den Rijks- kenden de eer uw College te verzoeken niet tot
v» ut< rstaut ïudt-r i.cjaar tlv schoibalken ingebracTit de oprichting van een Hoogheemraadschap als be-
Zoudcr ons nu dkdelijk "\oor overstroomlng uit
Het zuiden bedreigd te achten, zijn toch onmlddel-
i:,k na he: vernemen au de dijkbreuken in Wa-
t--rlai.d. ai dc afsluitingen in de Noordhollandsche
kfiti.iiild: keti aatigcbracnt, cm til? zekerheid te heb
ben dat oen snelle C| zettn.g eventueel van d-'n
^.•lieir'nerLoe/cm, ons nie' zou overvallen. Tege-
ii|kcrti;d werd ook de laecb F laassensluis aan den
ingang \ati de -rootc Slooi, met haar schothalken-
vocr/iomna in g'>r*edheid g^nracht.
Wij menner, clan oo-k zeer ernstig to moeten op-
kciuen tegen cie bewering m de nota van toelich
.iDg, da', de polder 7ijjm bi' bedoeld gedeelte der
/luderzeedijken eeti zi-cdanig belang zou hehben
dat hij In de vore mgmg ven dat groote gehsei
moet worden ojigenomon en dat dit belang zoo
groot zou zijn aat hei gewettigd is om van dezen
d-; noodige bijdragen raed» tc vorderen.
De polder Zijpe is na de bedijking tot op den hui-
digen dag, nimmer echuldplichtig gemaakt aan een
der aangrenzende zeekeerende waterschappen en
dit ai. terecht, omdat dezen een op zich zelf staan
den zeekeerenden polder was, die niet het minst
had uit te staan met de overige zeekeerende pol
ders of waterschappen, bij het behoud waarvan men
dan ook. geen of een zeer verwijderd belang had.
Door den aanleg van het Groot Noordhollandsch
kanaal is de polder Zijpe, als een gevolg van het
doorsteken van den Ouden SchoorIschen zeedijk,
gemeen komen te leggen met den Schermerboe
zem en dit alleen uit een oogpunt van zuiver Rijks-
en niet het minst voor het dienen van Amsterdam-
6che belangen.
Waar de oude Schoorlsche Zeedijk destijds in zijn
oorspronkelijk©n vorm behouden gebleven en ton
doeld, over te gaan, In elk geval het ontwerp zoo
danig te wijzigen,' dat de polder Zijpe daarin even
tueel niet worde opgenomen o fdaaraan schiuld-
plichtig gemaakt en in het bezit wordt gelaten van
zijn eigen ringdijken, ten behoeve waarvan na Jan.
1916 nog belangrijke uitgaven zijn besteed, terwijl
hij zelf zeer goed' in staat geacht kan worden deze
dijken in een voldoenden waterkeerenden staat to
kunnen onderhouden.
't Welk doende, enz.
Het Bestaar van den Zljpe en Hazepolder.
Van de opening der school zou veel werk gemaakt
worden. Majoor Browne. de eigenaar van de groote
plantage van Broadhaven, was voorzitter, Tot Gar-
diner zou zingen, terwijl Amos Gordon, de plaatselijke
predikant en Mr. Bennett tot de sprekers behoorden.
Vóór de bijeenkomst zou er een groole maaltijd zijn,
een geïmproviseerd bal en concert 's avonds; en reeds
werd overal druk over Mr. Bennett gesproken.
Alles was een week te voren door het comité ge
regeld BotheredShawn, de he{dor-Violist, en Jack
Haynes met zijn "fluit en Craig Dixon's alomtegen
woordige harmonica waren besproken. Officieus, was
toegestaan, dat het avondmelken voor ditmaal over
geslagen zou worden, zoodat oud en jong de invoering
van het schoolonderwijs in de Broadhaven Valley zou
kunnen medevieren.
De voorraad voedsel was enorm Iedere kolonist
had iels voor het schoolfeest bijgedragen. Majoor Brow
ne had een vetten os geslacht, om er groote runder
schijven en pekïelvlecsch van te snijden. De Lords, di«
niet achter wilden blijven, zonden een paar prachtige
hammen uit de beroemde zoutcrij van Mrs. Lord. Mrs.
Carey had behalve brood en beschuit een haif vaatje
boter gezonden en een groote kaas, wat een groote zeld
zaamheid was. En andere welgestelde* kolonisten, aan
gestoken door de heerschendc infectie, waren overeen
gekomen in natura bij .te dragen. Brood en aardap
pelen. tarwekoeken en beschuit, kruisbessen, nardbei-
taurlen en pasteien kwamen van alle kanten. Judy Gar.
diner reide, dat er bloemen en vruchten in overvloed
zouden zijn.
Nooit had het voo zoo'n tijd medegemaakt als dion
morgen. Het werd bij het eerste ochtendgloren naar
<lo erven gedreven om gemerkt te wordun teiwi|l do
nVelk in dé emmers schuimde, daar de meiden zich.
zoovee] mogelijk haastten om een handjo te kunnen
helpen met de algemeen® voorbereidingen. Groote, vustu
houtblokken waren geJiakt voor de vuren achter hel
schoolgebouw, waarop de groote ijzeren polten gezet
moesten worden om de groole, bloemigo aardappelen
en het water voor de thee te kokenj en er waseen
hoop brandhout verzameld, waaraan de onderwijzer
wei een maand genoeg zou hebben.
TJit alle richtingen en van ver weg zouden de men-
schen komen, te paard of met een ossenwagen of to
voet. ^oodat het comité gemeend had, dat het 't beste
zou zijn. jndien de feestelijke maaltijd vóór de
plechtigheid zou plaats hebben; daarna zou dan een
^ouper volgen, en van wat ovtrb.eef, zou men yo°r
de dansers een koude tafel kunnen maken.
Jack Salathiel, of liever Mr. Bennett, was niet weu
nig verwonderd, toen hij die grootsche voorbereiding
gen en dien algemeenem geestdrift merkte. Jonge inaiw
nen en meisjes hadden een middag te voren hot schoa-
«bouw in bezit genomen; groene potten met boornm
werden als versiering binnengesleept en vlugge viiy-
gers hadueu ïwt.un en papitren b oemyn
oouezett® kangoeroe en een casuaris war»n boven
<S>M OU* die met door den maiair «aeondfl
^n gK^rd was. en tegenover n.t school^
't ONBEREIKBARE.
Het ihuis regelde zich eigenlijk wat de klokken
en horloges betreft naar den ouden Jaspers. Wanneer
hij 's ochtends aanschelde, dan wisten ze in de keuken
dat 't precies acht uur moest zijn. 't Gebeurde vaak,
dat als Keetje hem de straatdeur opende, ergens in een
van de stadstorens het klokken werk juist ging tjingelen
Vriendelijk was bij niet. Een stug, norsch, kortaf,
militair. Ernstig deed oud-sergeant z'n plicht Met praali-
ies hield hij zich niet op. De oude Griet, meesteres in de
keuken, hield hem wel eens voor den gek met zijn
stugheid." En de twee jongere booten lieten hem links
liggen. Vonden Jaspers een ijzegrim. een naren brom
pot In vroegen ochtend had hij allerlei huiselijkèD
bezigheden. Hij verrichtte ze, nu en dan schrale, rook
wolkjes blazend uit z'n pijpje. Voor het fijnere-werk
zette hij een bril. op. Wan neer iemand hem iets
vroeg, idan bromde hij tusschen de lippen half verf
staaibare woorden. Luisterde niet eens naar de op
merking.
Oude .Griet was de Benige,, die er wat meer .van
bouw was een geïmproviseerde vlaggestok geplaatst,
waaraan de koninklijke Standaard, eveneens door den
majoor geleend, ontplooid zou worden.
Het lange afdak voor de paarden was uitgebreid
met een samenstel van jonge boomen, van boven met
kleeden afgedekt Het plein was door groen en bloo
men als het ware omgetooverd tot een groot prieel,
waarin aan verschillende tafels de spijzen zoudetn wor.
den opgediend.
Tegen den middagkwamen de eerste gasten, ieder bog
met iets Jekkers, om den grooten voorraad aan t©
vullen; en toen om een uur precies het geb^d door
Amos Gordon werd uitgesproken waren er ruim, twee
honderd men schen, jong ,un oud, bijoen, om van de
goede gaven te genieten.
Bothered Shawn en zijn mede-muzikanten waren van
te, voren onthaald, zoodat zij de menschen tijdens dan
maaltijd met muziek konden opvroolijken. „Ik heb nog
nooit zoon groote tafel gezien, zelfs piet in Enge
land", zeide Bothered .Shawn tegen Craig Dixon, en
deze, die juist met een groot stuk sandwich bezig
was. stemde volmondig toe.
De mannen, die niet met de voorbereidende maat
regelen te maken hadden, zaten op gevelde stammen of
op de laagste dwarslat van de omheining met eenige
verbazing naar het ongewone toomeei te kijken in een
hoek handen de jongens een bokswedstrijd georganiseerd.
Een groote troep meisjes had zich bij de teut verzag
meld. jerwijl de onderwijzer, piekfijn gekleed m©t een
hoogen boord en zwarte stropdas, een bebloemd vest
en donkere jas en broek, zich onder de bezoekers
heen en weer bewooé-
Detsy Carey luid 's ochtends onder het melken te
gen Aiiue gezegd, dat Mr. Bennett ongetwijfeld die
best/'gekleedo man van allen zou zjjn, uu haur ver
moedens biukien juist go woest te zijn. Het was duiden
lijk. dot hij uil er sympathie, met name die van de
jongeren, had; hij Dezut de vriendelijkheid en preta
tigen omgang, welke meestal jiet kenmerk van ©cd
goede opvoeding zijn; hij had trouwens aan ©en van de
commissieleden verteld, dat hij van goede familie was
vermoedelijk uit Engeland.
Toen de etensbel luidde, stond Jack met majoor
Browne te praten onder de vlag, die aan dan top spa
een grooten paat boven het levendige tooneef stapjes
WA D Derde
„l zult het district wel een beetje ruw vinden
zeide de majoor, .maar het wordt toch werke.ijk mei
den dag b-ter. iHet is hier een prachtige landbouwstreek,
en hoewel er weinig geld in om.oop is, zyn de koio-j
nisten door hun oogst en vee toch we.gestelde uxl.n-
U zult het misschien na dc Schooluren wat eenzaami
hebben, maar het zal me een genoegen zijn u hu>
en dan eens op mijn p.antage te zioil trouwens, er
ziiin 'in de buurt ook leden der commissie, die goed
voor u zullen zorgen. U hebt zeker we een prol
grammft opgemaakt voor do plechtigheid. Ik zelf beu
Ke 11 sterk spreker
Jack li«t net door het cauuté opgestelde en door
hem netjes overgeschreven programma aan don majoor
zien; deze hechtte er zijn volkoman goedkeuring aan,
waarna zij hun plaats aan tafel innamen.
Jack had zich gedeeltelijk geschoren, doch zijn dcnn-<
ker kroes haai- zo olang laten groeien als het volgens
zijn meening aan een onderwijzer betaamde. Het zou
voor iemand, die niet bijzonder oplette, moeilijk zijn.
ook al had Jiij hem vroeger wel eens ontmoet, in den,
piekfijnen onderwijzer John Joseph Salathiel 18 No. B
473 te herkennen. Hij had alle aanwezigen goed opge
nomen en létte ^nauwkeurig op iedaren nieuWen be
zoeker, wien hij hartelijk de hand ging drukken; terwijl
hij zichzelf voorstelde; maar hij herkende niemand,
zoodat hij met een sterker gevoel van veiligheiiid,
zijn terughoudendheid liet varen, met de longe meisje^
grapjes maakte en met de jongens over het vee eq
den oogst en met de ouders over het onderwyVsprak.
Het meest bang was hij voor majoor Browne geweest;
maar tot zijn groote geruststelling merkte hij, aal deze
maar eens in Maitland geweest was. en dan npg wel
voordat hij' naar Eurimbla gedeporteerd was. De ma
joor was een vriendelijk en intelligent iemand en werd
als een der weinige houders van dwangarbeiders iin liet
district 'en als dc .grootste landeigenaar met grooten
eerbied behandeld. l>e commissieleden beschouwden
het als een triomf, .toen hij het voorzitterschap op
zich nam. en zij waren gewoonweg in dm zevenden
hemel toen zü vóór de samenkomst hoorden, <iat hij,
in oen gesprek met Mr. Gordon zijn groote voldoen
ning over de keuze van Mr. John Bennett als omv
derwüziT had uitgesproken.
Het duurde een anderhalf uur voor de maaltijd ut-
getoopen was en de menschen in en 0111 tiet sciuhii-
gebouw plauts genomen hadden voor de plechtige ope
ning Ite scho<3 was hoog en vrij groot, en J4> bohwd,
van geraagde steenen naar het modet valn ecu d^i groode
kotonistenschuren. Ze Itad maar één raam (aan da
Zuidzijde), waarbij de lessenaar van den onderwijzer op
ten klein platform geplaatst was. Een correspondeerend^'
oiwnlng (maar grooter) met- een blind zag uit op hel
Noorden, eer) duur en twee openingen op het \fedetn,
tcrwül drie met blinden voorziene openingen licht aan,
de Oostzijden doorlieten. Het gebouw was afgedekt
met harde houten dakspanen, en aan de vier zijden
omgeven dooir ©eu groote veranda, met hetzelfde ma
teriaal afgedekt. Op den vastgetrapten aarden vloer wa
ren aan iederen kant flinke banken zonder leuning
geplaatst, die een broeden doorgang naar het micL
den vrijlieten.
E«n paar houten stoelen, in het front neergezet,
waren geleend voor de sprekers en zangers «n voor
de voornaamste bezoekers. Maar deze waren in de
opwinding van het oogenbtik tot groote ontitellelnis
der commissie ingenomen door een paar moeders m
haar .kinderen, die gauw gegeten hadden, om zeker
ie ziin van <en goede plaats Er kon nu niets meer aan
worden godaan, want (1e ruimte was nu vol, en er
moest meer plaats gemaakt worden op en om het
katform. hen groot aantal mannen en jongens stond
leelemaal achteraan, terwijl anderen in de openingen
in de muren 'geklommen waren.
wist ,-iai> iöj samen met Jaaprt* tn de keuken zat.
bijvoorbeeld vyanneer hij 's avonds moest terugko
men en de «nder* booien dan uit waren ging zij over
ham zitten aan de keukentafel. Schonk hem een lek
ker "bakie koffie ln, met twee schepjes suiker. En
als hij dan £en paar slokjes genomen hadL z'n pijpje
versch gestopt had. dan durfae Grietje wel eens vira
gen naar.,..
Zij deed t met zachte stem. Hij wnchtie altijd een
poosje alvorens daarop te antwoorden Dar dVukte hij
een van zijn duimen in het smeulende pijpje, begon
binnensmonds te praten. Don w.as Jaspers niet Mug.
maar bedroefd, 't Gebeurde wei, dat hij een brief
tevoorschijn haalde en Griel overreikte
Zoo n brief was hein dan gestuurd door 'Karei. Een
jaar of twaalf geledien, trad de zoon des huizes, jonker
Evert, oen kameraad, die haast altijd samen mei heni
was. Karei Jaspers mocht boven, bij de familie ko
men Vader zorgde er voor. dat de jongen er in de
puntjes uitzag, geen haartje minder dan Jonker Eiert
En de zoon van Jaspers was een knappe jongen, (van
wien men niet zoo, op 't eerste gezicht zou «eiegdl
hebben, dat zijn vader maar huisknecht was bn/doii
vader yan Jonker Evert. Mevrouw vond Karin eeui
aardig ventje, had er plezier in om Jaspers nu en
dan wat toe te sloppen dat hij zorgen kon voor de
kieeren van zdjn zoon. En meneer, de Pa van Evert.
betaalde het schoolgeld en de boeken, fels men dé
twee jongens samen zag uitrijden, dan jeken 't kna
pen uit denzelfden maatschappelijken kring. Meneer
liad wol eens "gezinspeeld op t zonderlinge, scheovo, J
eigenlijk ontoelaalbare van de verJiouding. Jaspers ging
beneden liet huis binnen, door de deur. waar ,de leveran.
ciers en het personeel zich aanmeldden, zijn zoon Ka-
rel boven, dooir de groote straatdeur. De vader affaceer-
do zich zooveel hij maar kon. Ontweek zijn zoon.
Genoot van de gedachte, dat Karei als gelijke werd
böliandeld door meneer en mevrouw.
Hij ^droomde van een toekomst waarin Karei een
echte meneer zou zijn. De jongen leerde „nog vlugger
dan jonker Evert. 'Hij was op de H.B.S. nummero
twee van zjjn klasse. Meneer boven, had zich eens
uitgelaten over dat Karei een goede kop had om in
genieur to worden. Als hij goed oppaste zou 't misschien
mogelijk zijn hem naar Delft te sturen. Dan kon hij
later oen schitterende positie in de Oost bijvoorbeeld
krijgen. Jaspers voelde, dat 't voor Kareis toekomst het
bast zou wezen, een poosje naar buiten te trekken.
De vaaer-itiutsknecht stond hem in den weg, besefte hij
En hij spaarde alles uit om Kareimaar te ver-
schaffen wat de jongen moödig had. meer dan me
neer boven hem verschafte. Zijn gagement ging er
heeleinaal aan en van wat hij bij meneer en me
vrouw. pa en ma van jonker Evert, verdiende, bleef
net gen erg over om zijn kamertje te betaler an een
paar onsjes tabak te koopen per week, wat zijn eenige
luxe-uitgaven waren.
I'oen :;ad Karei cindexameen gedaan en was studen
geworden. Jaspers kreeg een enkele maal een brief
van den zoon. Hjj was nog bevriend met Jonker
Evert. maar bij pa en ma kwam tui niet meer. Dat
had Jaspers zien aankomen. Freule Nelly was nu al
achttien geworden en ze was in dezelfde tennisclub
geweest als Karei, die beschouwd werd als een jong-i
mensch uit hun kring.
Aan den ouden Jaspers dachten ze niet meer. Maar
de huisknecht had gemerkt van die intiemefluister*
gesprekjes tusschen Karei en het. freuletje Op een
avond was hij gegaan naar de kamers van zijn zoon,,
die uit een -beurs studeerde en ook nog door den
vader van Evert geholpen werd. Tegen de hospita had
de oude Jaspers gezegd, dat hij zelf wel aan me
neer den student zou zeggen, wie er voor hem was.
Karei scheen te schrikken, toen hij zijn vader voor
zich zag staan. „Wees niet bang, jongen" zei Jaspers,
„dat ik 't je lastig zal maken. Ik snap er alles van
Als het jou maar goed in de wereld gaat, dan is
't mij genoeg. Maar ik moet in je eigen belang even
met je praten."
Hij ging zitten. Karei bleef in de kamer staan, de
handen in de broekzakken. Niet begrijpend... Maar de
oude Jaspers werd duidelijker. Hij sprak hem over
Freule Nelly. En hoe hjj gemerkt bad, dat Karei van
haar scheen te houden. En dat Karei toch begrijpen
moes\. (dat zoo iets nooit iets worden kon....
De student werd vuurrood Hij keek Jaspers aan
met 'oogen. waarin 't schitterde en gloeide.
„Nooit iels worden I" riep Karei uit, ;,esi waar
om niet? Noodt iets worden, Nelly en jk jïehben el
kaar lief. Ik heb eert prachtige toekomst voor de borst,
Warom zou Neliay niet Mevrouw Jaspers kun--
nen worden?....."
De oude huisknecht trachtte 't hem te verduidef
lijken. Hij riep herinneringen terug uit het verleden,
van de trotsche manier, waarop meneer en jn©vrio<u$v
stonden tegenover menschen uit anderen kring. Van de
vooroordeeten die zij hadden. Herinnerde Karei aan
sommige bitsige, vernederende woorden, die mevrouw
hem wel had toegevoegd wanneer hij, als knaap, met
jonker Evert speelde.
Maar Karei, wilde er niet van hooren. Hjj stapte driftig