8ij den bouw der Kieuwe Wereld. HET ONBEREIKBARE. TWEEDE BLAD. Schetsen uit de RechtzaaL Zaterdag 2 Augustus 1919. 62sle Jaargang No. 6457. FEUILLET ON. 21. t Wal doen da Senatoren? Als man de berichten uit Amerika getrouw volgt, »weft het er allen schijn van alsof bot geheele plan van den Volkenbond nog op het Laatste ooe-enblik vol stranden. wn^lllB<>n*vjSG,Utiefce t0fenstan|d»r8 misgunnen hem biiklaar hot. succes dit wereldwerk tot stand te hebben gebracht In den beginne toen Wilson zijn veertien punten bekend maakte en rijn volkenbond- plan scherper gronslijnon begon te vertoornen, was er ook al oppositie. Niet zoozeer tegen toet plan-zeil als tegen die reis van het staatshoofd der repu bliek. Immers in die honderd veertig jaar had nooit een president het grondgebied ook maar één dag verlaten en thans zou Wilson, afwezig blijven niet voor dagen dodh maanden achtereen. Op allerlei manieren poogde men te verhinderen, dat hij zon gaan, zonder dat er eendg ander motief werd' aangevoerd; dan het ontbreken van een presi dent. Natuurlijk was er een geheel ander motief en wel dit, dat do republikeinen vreeeden, dat het welslagen van Wilson'» plannen heem «n daardoor de democratische partij zóó sterk zou maken, dat het met den republlkelnschen, d.w.z. conservatieven, invloed lange jaren gedaan zou zijn Zoodra het echter bleek, dat president of geen president Wilson's reisplan vaststond, gooiden de Senatoren het over een anderen boeg. Zij wezen er op, dat de verkiezingen een verschuiving dn de samenstelling van het Congres tengevolge hadden gehad, waardoor de meerderheid niet meer achter den president stond. Daarom verlangden zij dat de delegatie niet uitsluitend uit creaturen en ministers van Wilson zou bestaan, doch dat daarin ook ver scheidene republikeinen zouden worden opgenomen. Het was duidelijkkwami de Volkenbond tot stand, dan zou het door de medewerking der republikei nen zijn geweest. Mislukte het, dar was het de schuld der koppige democraten en speciaal van Wilson. Toen ook dit plan werd' geketst, begon Senator Lodge te protesteeren tegen de geheimzinnigheid in Darijs. Men zette zelfs een campagne op touw tegen Creel, den chef van den officieelen informatiedienst in Washington en tegen den postmeester-generaal Hurleson, dien men beschuldigde door zijn censuur allerlei gewichtig nieuw» te verdonkeremanen. Ten slotte rustten de oppositiemannen een eigen expe ditie van Senatoren uit die als dwarskijker» naar Parijs gingen om Wilson op do vingers te zien. liet baatte wederom niets. Wilson ging zijn gong, beperkte de eigenlijke hoofdcommissie, die in Pa rijs het werk deed, eerst van tien tot vijf, later zelf» tol vier en drie leden, zoodat in het geheel geen „lekkage" meer mogelijk was. In arren moede gingen de controleerend e Sena toren naar huis, niets wijzer geworden, dat uit wat Wilson zelf of een „goed ingelicht" journalist hun wel had willen modedeelen en wat zij- even gemak kelijk in Washington of New-York in hun ochtend blad hadden kunnen lezen. De oppositie had dus tijdens de besprekingen wei nig succes. Hoogstens, dat zij de officieel© verkla ring der conferentie kregen, dat de Moenroeleer kon blijven voortbestaan en volstrekt niet strijdig was «net den Volkenband. .Dit succes bevredigde natuurlijk geenszins. Doch zij hadden den tijd. De Amorikaansche wet schrijft immers voor, dat weJ de President traktaten sluit, doch dat de Senaat' ze moet goedkeuren, alvorens zij van kracht worden. Dat was het machtsmoment voor de ontevreden Senatoren. Als zij de ratificatie op een of anderen grond weigerden, waa Wllsons werk een fiasco. Der halve begon er een vitterij zonder weerga. Sloeg men hun één aanmerking uit de hand, dan kwa men er twee nieuwe voor in plaats. Vaak klein en gezocht on waardeloos, soms echter, handig, zoo voorgesteld en opgeblazen tot het iets wezenlijks IaaV Wilson had te veel toegegeven aan de anderen, heette het. In de kwestie van Shantung maakte Amerika zich China tot vijand om de Japanners te plezieren, met wie men steeds op allerlei gronden vooral wegens die immigratie van goedkoop© Ja- nansche werkkrachten bijv. in Cattfarnië op ge spannen voet stand. was 0611 argument, want metterdaad is deze -.geling zooals wij hier ter plaatse hebben aan- ge voonn met in overeenstemming met de veer- TT,arKer no* met recht en billijkheid Ook bet garantieverdrag, dat Engeland enAmerika met Frankrijk zouden sluiten als ver- voï6 6611 n^nwen Duitschen aan- redsiwm ^Cf\/r0erd"o ■Ailwoeir niet zonder ©enige de^ vrede ^laU?r. Lodg® redeneert: als Volkenbond eenige waarde h<*£ ra ©en speciaal verdrag? vrerl^tiiH V0rder Ra-»* en in bet voorgMtold tractaat niet alleen het bewijs wil zien dat de Volkenbond niets waard is, maar ook dat Amerika nu dubbel gedwongen ls ten plezier».- van een paar twistzoekende Europeeecbe landen straks opnieuw in den oorlog te gaan. Natuurlijk is deze, voorstelling van zaken niet juist en reeds bij de eerste bespreking van het vre- des verdrag 1b het in Parijs iiitoen^ozftt, weLke ino- lieven er voor Frankrijk bestonden om extra-waar borgen voor zijn veiligheid te verlangen. De menschenverliezen van Frankrijk, welks bevol kingscijfer toch &1 daalde, waren zoo groot, de her bouw van het verwoest gebied stelde zulke eischen, <i»i t frankrijk er niet aan kon denken een zóó groot legor op de been te houden om tegen een onverhoed- schen aanval ten allen tijde gedekt te zijn. Daarom moest het Rijngebied blijvend gedemobi liseerd .worden en moest Frankrijk ook weten, dat net ten alleen tijde kon rekenen op twee machtige helpers. Voor wie overtuigd is, dat Duitschland de bepalin gen voor zijn ontwapening zal naleven en dat de statuten van den Volkenbond geen doode letter zul len blijven, i» het speciale garantietractaat natuur lijk ovorbodlg en wie het noodig vindt geeft daar mede zijn wantrouwen ln de rest te kennen. Een andere vraag edhter ls of men het Frankrijk mag kwalijk nemen een beetje of heel erg wan trouwig te zijn. Komt het tot een botsing in de toe komst en wij weten hoe Hindenburg zelf ln zijn jongste intervew met Von Wiegand uitdrukkelijk zegt, dat alleen een verblind idealist dezen oorlog voor den laatsten kan houden dan is het niet Engeland of Amerika, doch weer Frankrijk, dat den stoot heeft op te vangen. En te weerstaan, tot de hulp van overzee gereed is. Geen wonder, dat Frank rijk aandrong op extra-waarborgen, dat die huLp in dat sfeval tenminste zeker was! Geen wonder echter ook dat Lodge en de zijnen er een wapen uitsmeden tegen .Wilson. Toch zou het den president vermoedelijk geen al te groote moeite kosten om die oppositie te overwin nen, wanneer hij zich direct aan het volk wendt, dat naar het groote resultaat kijkt en niet let op politieke haarkloverijen. Veel ernstiger evenwel ls de houding van den roegeren president Taft, die zelf voorstander is van den Volkenbond en stichter van den Bond tot af dwinging van den vrede (League to Elnforce Heace), doch tljans ook met critiek komt. Een kri tiek, nog gevaarlijker omdat hij het niet laat bij ;i fbreken en bij algemeenheden, doch met amende menten komt. ivu-e der veranderingen, die hij wenscht, gooien heel liet plan en alle gotroffen regelingen in dui gen. IIij wil n.1. Amerika slechts op proef, gedu rende bijv. tien Jaar, lid Laten worden. Zoodat het desgewenscht dan zijn vrijheid van handelen weer kan hernemen. Deze houding van het machtigst lid zou patuurlijk alle» op losse schroeven zetten. Nog belangrijker is de tweede wijziging, die direct tegen Engeland is gericht en die een verbod inhoudt, dat koloniën enz. zelfstandig lid kunnen worden. Daar mede zou Engelands overwicht bulten den Raad van Vijf verdwijnen, aangezien het nu in de algemeen© vergadering steeds op Afrika, Australië, Canada en Indië meent te kunnen rekenen. Ook de mandaten pm de vroegere Duitsche bezittingen, die de twee eerstgenoemde dominions hadden verkregen zouden daardoor te loor gaan. Het is dus ontegenzeggelijk, dat zware onweers wolken zich samen pakken boven Wilson en zijn werk. Zet de Senaat door, neemt hij Taft's amendemen ten over, dan is het logisch gevolg, dat alles over moet worden gedaan, dan wel, dat Amerika, nadat de andere landen reeds in vrede met Duitschland leven, nog eens zelfstandig met Weimar moet gaan onderhandelen. Het schijnt te hopen, dat de Senatoren wijzer zullen zijn en liever op den Volkenbond zullen ver trouwen om die wijzigingen door te zetten, die zij voor noodig houden of zeggen te houden. Anders duurt de periode van onrust en verwarring nog langer en raakt 'Europa, dat het in zoovele op- zichten thans van Amerika moet hebben, nog meer in de verdrukking. UITKIJK. „INBREKER". Koen de Mare sloeg zich, met beugen, slag van kn dikke knuisten ,op de }mi«\ Neem die wei onbetaalbaar... Zooiet» bad hij nooit doorleeld. Dat was eenvoudig, uniek Herrit kon zooiets fitten vertellen-, alsof 1 de meest gewone zaak ter wereld was. Met een wet bedremt- meld, verlegen gezicht. Als Óen lengen, die op mts ondeugends geattrapeerd ls. Hif tiad roode, fnsch-) blozende, geschoren wangen en eerlijke, goeige oogén In tegenwoordigheid van zijn.^de, mevrouw Melanie, voelde hij altijd iets van min waardigheids, en afhunker- bjkheidsbesef, dat in hem gelegd had tegenover vader. liij had 't in kring van Intieme kermissen, die hem allen wel mochten iijoen en alten een klein tikje min* achf-- - Karei, rtefi meneer Gerrit aft, neen, schei naar aft. Ik doe het niet, 't i» vee He gevaarlijk. JEieÜ zweet parelde hem op het voorhoofd Zijn oogen puilden üii de kassen. Zgn handen waren klam. Als Melanie nu eens plotseling thuiskwam.- Een gevoel van mateloos afgrijzen bezorgde hem die gedachte Schei ntt, riephg nog eens. Maar Jongman wierp hem knipoogjes toe van i Houd je nu toch bedaard, 't Gaat prachtig.. Al #e moeite en voarbereéding mochten toch niet vruchteloos rijn. Jongman) had net plan zoo "fijn, zoo zijn oude Jcha zouden gaan. 't Viel juist samen met het Congres, dat h(j zou bijwonen. Maar_. mevrouw Melanie was gewoon zijn ultgBVda oen kwartje af te berekenen. Zooveel voor dén ^réln. voor zoo'n gelegenheid tot op aven... Nu ja, dit voor logies, eten, onvoorziene uitga- laatste kon men rekbaar maken. Melanie hield" ervan zeer pauw af te bakenen. Wat is nu ->m ae grenzen mvoomen, He?.... Een hoed. die afwaait Een scheur om de 04 In oen jas of zoo. Mei de mogelijkheid van portemon* naie verliezen e.4 hield mevrouw zich niet op. Vijf gulden voor „onvoorzien" achtte zij ruim genomen. Meneer Gerrit berustte.. Knikkend, zuchtend, niet we tend ..op welke manier hij "de situatie zou kunnen op helderen. Hjj 'was een zeer geapprecieerd lééraar aan de fl.B S maar voor het gewone leven deugde Ger* rit niet. Urenlang had hg liggen en ritten piekeren over de vraag, hoe dat Anistemamsche reiske wat ruimer te kunnen maken". Toon en Wim, zijn twee vriendeb van al dertig jaar her hadden een Leuk program. Er was iets m meneer Gerrit's gemoedsleven, dat hem deed haken naar wat joligheid Toon had "t in hem wakker geroepen, 't Was niet heel „erg". Een leuk* gemoedelijk, gezellig intiem dlnertje, met eên smaken lijk potje w(jn. Een rijtoer als 't mooi weer was. Hier en daar 's even kijken. Gerrit pette al verschrikte oogen op, toon Toon daarop zinspeelde Maar Toon stelde hem gerust. Moest ie nu oens aan hem 'overlaten. Alles goed en wel, zei Gerrit, maar -de lieve oenten. Toon snapte niet dadelijk, De apder had een tjp* hoor lijk inkomen, geen kinderen. Mevrouw Melanie had (wisten ze) een aardig duitje meegebracht. De lieve centen.-. Hoe bedoel je dat?... vroeg Toon, werkelijk verbaasd. Hjj' wist, dat meneer Gerrit panloffelheld "was. Maar toch... En de man, die door gade bestuurd, geleid, bef heerscht werd hij vertelde. Dat vrouwtje, deksel van geldkist stjjf dicht hield. Zijn salaris bracht jhij haar maandelijks, zonder ooit eraan lp denken, iets voor zichzelf te houden. Hg ontving dan een tientje Moest daarmee toe tot ultimo van de volgende maand. En Melanie had zich herhaaldelijk uitgelaten, dat 't eigenlijk zonde en schande was.... Toen de club „Nos junglt Amicitia" veertig ""jaar bestaan had,Gerrit was er al twnlig jaar Jid van had hij hiel voor (pijn doen, gruwelijke moeite een extra.'ienlje losgekregen. Waar dan alles in begrepen was; bijdrage voor het feest, zijn onkosten fuËavond en nog meer. Tja, dat 's loolijkor, erkende Gerrit, Do oude adbats inch ton er niet aan om hem duiten voor t© schieten. Gerrit zou z© nooit van z*n leven kunnen teruggeven. En mevrouw Melanie zou zich van zulk „obligo^ niet» aantrekken. In vriendenkring, waar ook de do Mare was had meneer Gerrii licht. Hij kwam er rond voor hit. niet poo heel veel ongewoons in de zaak. Maar 'je bent toch apresjout de baas, riep een var do lui üSt,. Genitje mot onverholen minachting aankijkend, woes een kerel Zeg tegen jé vrouw: Wijf, je zorgt, dat hier binnen een kwartier honderd pop liggen of jk 'regel van dit oogenblik af zelf de zaken. En daar blijf ie dan bij.-. Waarop'de kordate met. rijn borrel. Rood van opwinding ft, Edn misse* kordater. Bah. ebt goed pra DOOR JOHN GALSWORTHY. UITGAVE VAN W. DE HAAN. UTRECHT. Dien avond dineerden zij buitensbuis en gingen naar de .^Sprookjes van Hoffmann". Door deee kunst middelen waa bet baar mogelijk nog eenlgen tijd langer udit te stellen wat rij' van plan was te doen. Gedurende den rit naar biul» ln bet donkere buur- rij tuigje, drukte zij zich zoo ver mogelijk in baai boek, onder voorwendsel dat zijn arm baar japon zou kreuken; baar gekwelde zenuwen waren toch reed» overspannen. Tweemaal waa zij op het punt uit te roepen: „Ik ben D&pbne Wlng niet!" Doch telken male smoorde baar ft rota de woorden in haar keeL En toch voelde zij dat zij er uit moesten. Welke andere reden 'kon zij vinden qtv hem uit haar ka mer te houden? Doch toen zij hem in den spiegel achter haar zag staan hij was als een kat de slaapkamer bdnnen- gee lopen werd zij bevangen door een zekere woe- de-razernij. Zij kon, 't bloed haar eigen bleek© ge- zedd 'rij' WV6ratroomiein' 0,1 terwijl zij zich omkeerde, „Neen, Gustav, ga maar naar de Tnm-nt &v k an-iar, al» je iemand' noodig hebt om je gezelschap te hou den". iHiJ deinsde tegen het voeteneind van het bed en staarde haar met doodsbleek gelaat aan, en terwijl Gyp zich weder naar den spiegel wendde, 'ging zij kalm voort met de haarspelden uit haar te nemen. Minsten» een minuut lang kon zij hem daar t zien leunen, terwijl hij zijn hoofd en banden bewoog i alsof bij pijn bad. Toen ging bij tot haar verwond»- iring heen. En een vaag gevoel van berouw ver- Icneiigde zich met dat van bevrijding. ZIJ Lag lan en tijd wakker, toekijkend hoe het schijnsel van et vuur beurtelings bet plafond helderder en don kerder maakte, terwijl aldoor aria's uit de „Sprook je» van Hoffmann" baar door het hoofd gingen, en ^•©dachten on verbeeldingen kriskras door baar op gewonden brein schoten. Toen zij eindelijk in slaap viel, droomde zij dat zij duiven uit de hand voerde, en dat een er van Dapbne Wing was. Met schrik ontwaakte zij. Het vuur brandde nog, en bij bet licht hiervan zag zij hom e^tn het voeteneind neer hurken, Juist zooals in den nacht van hun trouwen hetzelfde hongerende verlangen in zijn gelaat, en met een arm uitgestrekt. Voor rij iet» zeggen kon,» begon hg: „0, Gyp je begrijpt het niet! DAt heeft allemaal niets te beteekenen jou alleen wil ik hebben altijd. Ik ben een dwaas die zichzelf niet behear- Bchen kan. Deuk toch! Het is al zoo lang dat je van me weg bent". Met ?en koude, harde stem zeide Gyp: „Ik vdde geen kind hebben". Hij zeide snel: „Nee, maar nu Je bet hebt, ben je er big om. Wees niet meedoogenloo», Gyp! 't Ligt v»el meer in je aard om medelijden te hebben. Dat meisje dat is allemaal afgeloopen ik zweer het je ik beloof bet je". Zijn hand raakte haar voet aan door bet zachte dekbed been. Gyp dacht„Waar om komt hij toch 'hier bij mij lamenteeren? Hij heeft niet de minste waardigheid-* En zij zeide; „Hoe kun je dat nu beloven? Je hebt bewerkt dat het meisje je liefkreeg. Ik zag het aan baar gezicht" Hij trok zijn hand weg. „Heb je baar dan gezien?" Ja". Hij zweeg, en staarde baar aan. Even later begon hij weer: „Zij is een Idioot wicht. Ik geef om baar beele licii aam niet zooveel als om een vinger van jou. Wat komt het er op aan wat men op die manier doet, zoolang als je zoo'n kind niet Hefheibt? Do ziel/niet het lichaam, is trouw. Een man bevredigt zijn' lusten dat beeft niets te beteekenen. Gyp zeide: „Misschien niet, maar wat wel iets beteekent,, ls, dat je anderen er ongelukkig door maakt". „Heeft bet Jou dan ongelukkig gemaakt, mijn Er klonk iets als hoop in zijn stem. Verschrikt antwoordde zij: „Mij* Neen baar Haar? Oho! Voor baar is het een ondervinding —"het is het leven. Haar zal het geen kwaad doen „Neen ,er is niets dat oen ander kwaad doet, al» het Jou maar genot verschaft". Na dat hittere antwoord zweeg hij langen tija, en slaakte van tijd tot tijd een diepen zucht. 1 eikons klonken zijn woorden in haar hart: „De ziel, en me het lichaam is trouw". Was hij haar per atot trouwer dan zij ooit geweest was, ooit kón zijn, zij. die b^o uit IJdelheid getrouwd had, Je. uH wat eigenlijk? L plotseling zet de hij: „Gyp! Vergeef het me!" ij slaakte een zucht en wendde het gelaat aj 'HIJ boog zich over naar bet dekbed. Zij kon hem diep hooren ademhalen alsof hij snikte, en, teiaia- den van haar geestelijke moeheid en hopeloosheid, begon zij een zeker medelijden te voelen. Wat kwam het er ook eigenlijk op aan? Met een heesche stern zeide zij: „Heel goed*ik vergeef het je*. spotziekjustige Koen, rit 't geval ook toege- uit. Vont eigenJjjk tikte om ten. Je kent haar niet-. De ander haalde de schouders ongeduldig óp.. Men is man of mion, is 't biet, zd hg, wat schor van nijdigheid. V je weet toch waar zij do mummi bewaart Ik bedoel gaven en zoo... zei Jongman, die altijd iemand vafc vindingrijke geest Vas geweest en in oe club zonder datje het wist, lichtelijk gewantrouwd werd. Meneer Gerrit knikte. Welnu, dam Al Tqn8mnn, 411 wiens groenige oogen iels van hebzucht en sluwheid schitterde wel nu dan._. En hg wenkte meneer Gerrit. Ging vlak naast hem zitten. Ze fluisterden druk. De anderen blven buiten 'J geheim. 't Is maar oen mop, zei Jongman, later hooren je lui 't wel. Ik 'zal dat zaakje geven, en er voor zorgen zou dat .aan Dephne iedere gelegenheid .zou worden HOOFDSTUK XIV. De mensch heeft een wonder vermogen om onaan gename dingen te verduwen. Gyp geloofde geen oogén- blik, dat het nu geheel uit was met Daphne Wïng. llaar sceptisch instinct zeide haar, dat wat Fioisen eer lijk van plan was te doen, iets geheel anders was dan wat hij onder den druk dier omstandigheden 'Werkelijk zou doen, ais deze omstandigheden slechts zorgvuif dig binnen zgn bereik werden gebracht Sedert haar terugkeer was Roseck ook weder op het tooneeJ verschenen, zeer op zijn hoede om zgn vroeger begane fout niet weder lp herhalen, doch liaar geen oogenblik bedriegend. Hoewel zijn zelfbuheèrscbing tvon groot was als die van Horsen gering, voelde zij, dat hg zgn vervolging van haar niet nadf te zien." Doch haar trots stond toe ooit over het meisje te over otndatHPI aanval een verkeerde richting was ingeslagen,-; en F tor sen omdat rijn temperament hem»piet toeliet de waarr heid te spreken. Nu zjj er zich toe gezet had Je dul^ den, kwam zij tot xte slotsom, 'dat zij ln het heden moest leven, en nooit over de toekomst, ja, zelfs zoo weinig mogelijk aan \yat dan ook moest denken. Gelukkig wordt dit laatste door niets zoozeer bevorderd als door het hebben van oen baby. Zij Wijdde zich met haar geheele wezen aan het kind. Het was een érg zoet kindje, en dpor haar gezichtje aandachtig gade te slaan en het warme lijfje .tegen zich aan te drukken, slaagde Gyp er iederen dag in zich aan da werkelijkheid te onttrekken en zich te brengen in den gobypnodsccrd.va toestand van moeders, en herkauwende koeien. Doch het k-inH shep veeL, en dan ook bemoeide Betjty er zich vaak mede, Die uren en het waren er vele, (iié> len Gyp zeer zwaar. Zij had alle belangstelling in h4 zich kleeden en het opsieren van hapr huis verloren, en behield er pog juist genoeg van om haar netheidszin te bevredigen. Ook het geld werd schaarscher onder toe der invloed van Fiorsen's zeer ongeregelde behoef^ ton. Als zij zich tot lozen zette, verviel zg bijna dar delijk in sombere overpeinzingen. Naar de muziekka mer kon zij niet gaan, en zg had den drempel er van niet overschreden sedert haar terugkomst, en de toen gedane ontdekking. De pogingen van fcmte Rosamund om haar mee te krijgen naar jours en partijen Varen vruchteloos die gaven haar geen genoegen, meert, en, hoewel haar vader nog web kwam, bleef hij hooit lang uit vrees Ftorsen te zullen ontmoeten. Bij dezen stand van zaken keerde Zij zich hoe langer hoe mee® naar hiaar eigen muziek, en op zekeren morgen, toen zg benige composities uit haar meisjestijd tegenkwam, zoo voorbereid. Voor Z*n huis. Dien 't Kwam bedacht. llwtMH kan'.e van drie lot vijf uit. Dat mankeerde nooit Gerrit eren teletoneérén naar zekerheid 'e;\ olguas Jongman Of *t «Ie was. Vervolgens jhuf. meneer Ge.rrit geen te» je gevéo. uk. Jongman had (ju tnise en soene raam opengeschoven voetstappen op hier en daar rommel... Nog een paar mar den.-. De meid was achter. In de stille straat kon ©en inbreker met wat durf en wat „veine" best iets probeeren op dat uur. De leveranrf caers waren dan geweest in de huurt. Hij moest natuurlijk op Hjn teilen passen, Gedruisch. en gerukchloos wa ren ze binnen gekomen. Dadelijk had Jongman go- zorgd, dat de schel van jje straatdeur geen contact had... Do meid moest niet merken, dat meneer thuis Anders was natuurlijk alles verloren, 't Moest meester Bantam omgman was een was 'het van mevrouw Melanie pen op «an» minuten slopen latend gauw, gauw ©en bleef, dal oe buren meneer zien hadden. vliegensvlug gaan. Maar jongn in Eet „vak". In eën ommezien •v Melanie open geld lag voor het wijzing van Gerrit. Binnen .hoojstens 5cn zij de gang door de straatdeur zdjakaa? - Gerrit et grij- tien open- in. Het gevaar en Jongman ge- Zij .jpnden voort. Meneer Gerrifs boord was een touwtje gelijk, 't Zweet droop hem over jas en vest deed 'elkens zijn bril afglijden. Jongman haalde toen zij goed en wei in derdarangscafé zaten een nieuwe boord voor hem. Liet hem cognacjes drinn ken om .tojj Je komen". Toen gingen .zij hatellen. De bultJongman had maar een fiksche greep in het wüde gedaan was giet onbeduidend. Vier bankbiljetten en twee efi toeten, die mevrouw Melanie had klaargelegd om naar den kassier te brengen, morgen. Een kleine vierhonderd pop, Jongman vroeg iets. Meneer Gerrit knikte. Van dat 'f goed yas, aat de In meneer andere er zestig gulden af mocht nemen, als leening. aer Jongman's groenige oogen flikkerde mop had hem geen windeieren gelégd, hij iprak Gerrit moed in. Hielp hem de bankjes be, Éd hoedzaam Wegstoppen. Dat Melanie er niets van merk te. ',t Effect-.. Ja, dat was lastiger. Natuurlijk zou Me lanie aangifte doen. Zeer waarschijnlijk had gij de nummers genoteerd..... Bewaren, zei Jongman, secuur bewaren. Thuis iuw achteraan ln je schrijfbureau'sluiten... Denk daar vredesnaam ogj._ Meneer Gerrit beloofde. Sidderde als hit aan bet uur van thuiskomen dacht. ken. Jongman liet hem wat eten. Nog meer cognac -drin-' n. Gerrit werd, soezerig, slaperig, loóm_onvet Dat vond de ander pok 't nest in de gfegev P heden. En toen meneer Gerrit eindelijk thuiskwam, vond hij er vreemde mensch en. Rechercheurs van po litie waren aan het rondsnuffelen. De wij k-com missa ris was zelf even komen kijken. Ln het ochtendblad stond oen lang© bespiegeling over «de toeneméndó én ongtH hoorde brutaliteit, der aanleiding van de deftig buurtje, bij S. En twee dagen na het gebeurde waa mevrouw Me* Ianie aan het rondneuzen in het studeervertrek van haar echtgenoot. Vond ze sleutels zitten .op het schrijfbu reau. Ging zg ritten in stoel van meneer Gerrit Schoof zij landjes open en dicht Neusde ze in papieren-brie! ven en andere stukken. Eigenlijk half werktuigdlgk. En onverschillig Ze wist wet. verrassingen" vyaren hier niet te vinden Mevrouw Melanie geeuwde éénst Keek óp d'r horloge. Wilde bureau weer sluiten Woelde nog eens in paperassen En plotseling voelde zü 'punt van zeer hard papier. Haalde 't te voorschijn Werd bleek. Het stuk gleed uit haar bevende hand Met de sidderende vingers veegde zij het torgnét al Maar jas had goed gezien 't Was het effect Dat 'j "de inbraak gestolen was uit haar bureautje..) .©vrouw Melanie woedde met dejrillende vingers door een visioen was de gruwef lüka ontzettende jvaarheid. Gerrit de man met de kinderlijke trekken de onschuldige oogen de gedweéë manleren, hij was de meest geraffineerde huichelaar de meest gruwzame bedrieger.. Dienzelfden dag had meneer Gerrit oen lang en voor hem zeer pijnlijk on-1 derhoud op het Bureau van Politie, Hing oen -straf* vervolging wegens valsche aangifte hem boven 't hoofd. Mevrouw Melanie heeft bij 'eten Commissaris, vervol* gons bij den Officier van fustitio zitten smeeken, ritten schreien, handenwringend en wanhopend om geen ger aan de zaak "te geven. ,n 't is haar gelukt. TorwiLlo van baar liet de jus titie ook Jongman, den medeplichtige verder met ruist,.. zich voor op nam zfj een besluit. Dien middag kleedde het eerst sedert maanden met genoegen, weg, de FebruariJkoude in. Monsieur Hannost bewoonde de vlocrs van een huis in Marylébone Road. zijn leerlingen in een groote achterkamer, op een klein tuintje. Waal van geboorte, en met groote vitaliteit, werd hjj slechts langzaam oud» en had een weeke plek in ajn hart behouden voor vrouwen, en een waren hartstocht voor nieuwigheden, zelfs voor xtdekking kamer, die uitzag nieuwe muziek. Iedere nieuwe onld maakte, dat hoen en weer schudde, als een pompzwengel. Toen Gyp in dit vertrek gelaten werd, dal ^j zich nog jsoo goed herinnerde, zal hjj, met zijn Vingers in zjjn stijve, grijze haar begraven, te treuren over een leerlinge, die zoo luist was heengegaan. Hjj Stond niet dadelijk op, doch keek Gyp strak aan. „Ahal" zeide hij ten laatste, «mijn oude vriendimt- notje. Zjj is teruggekomen. Nu, dat is hjj haar pp de hand likte, keek bjj 1 dat een voor die dggen zeldzame warmte Toen ging hjj naar den schoorsteenmantel, en nam er een bosje Parmajvtooltjes af, die klaarblijkelijk door zijn laatste leerlinge gekocht waren, en "hield ze haar onder den neus. „Neem ze neem ze ze *va* jn ouae vneaan*- i goed." En terwijl haar in 't varmte vertoonden ren voor mij 'bestemd. En hoeveel heb je nu wel vergeten? Kom!' Én Jerwjjl hjj "haar bij den elleboog vatte, drong hg haar hjjna naar piano. „Doe je bont af. Ga zitten." En terwfjl Gyp haar mantel uitdeed, vestigde bij op haar zjjn" bolle, bruine oogen, die jjcwegehj^ rolden tn hun lichtelijk met bloed neloopen wit, onder zware oogleden en overhangende wenkbrauwen. Zij had wat Ftoreen noemde hagr „vliegenvogJ tjesjitouse aan donkerblauw en vieuxrose en zag er heei hef en zacht uit onder haar bontmuts. Het was alsof monsieur Hannosfs Flik haar indronk; en toch was die blik niet onanngpm^nm daar er het aenigszms weemoedige verlangen van oude menschen in lag, die de schooif heid Beminnen en voelen dat hun tijd om haar .te zien opschiet. f „Speel me de „Carnaval" eenszeide hjj.1 zullen we al heel puw zien wat je nog weet." Gyp speelde. Tweemaal knikte hij; eenmaal tikte hfl tnet zjjn vingers tegen zijn tanden en liet haar het wit van zgn oogen zien wat beteekende: ,,Dét moet heel andera worden." En eenmaal gromde nij. Toen zij 'klaar waa gühg hjj naasL haar zitten, nam haaif hand in de zijne, en terwijl hij naar haar vingers keek bqgon hjji w

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1919 | | pagina 5