De dingen om ons heen.
HET ONBEREIKBARE.
Raad Warmenhuizen.
TWEEDE BLAD.
Brieven uit EngelancL
Zaterdag 16 Augustus 1919.
62ste Jaargang No. 6465.
FEUILLETON.
Schager Courant
Nu de Vredesconferentie de hoofd qua ea Lies achter
deo heeft, dan wel 'machtelooa is om die
jDBatregeleD te treffen, die noodiu zyn om vrede én
ruft te doen Wederkeeren, wordt het lijd, wiji
cara aandacht wijden aan wat de volken «elf doen
ws aan de verwarring een alade te maken
Natuurlijk dat dan het gebeuren in Hongarije al
lereerst aanspraak maakt op onze belangstelli ig
Herhaaldelijk hadden wy gelegenheid er op te wiju
een. dat Hongarije voor bolcnewistische experimenten
op het oog zeer bijzonder, doch feitelijk heelemaal
niet geschikt was. De feiten hebben ons gelijk ga.
geven en hoogstens kan men zich er over verwonde-
deren dat het regime dea hoeren Béla Kun nog zoo.
lang heeft geduurd.
Hongarije toch ia in de allereerste plaats een land-
bouwland. een lantL welks bodem voor een groot
deel behoort aan de bojaren, de oude adelijke gésTach-
ten. Doch het overige ia het eigendom van grootere
en kleinere landbouwers, die over het algeméén één
zeer goed bestaan hebben. Nominale, uiterst lage pach
ten op langen termijn terwijl met de betaling vaak
de hand kon worden gelicht, maakten dat zij, die gron
den van de bojaren in huur hadden, feitelijk zich zoo
goed als eigenaars gevoelden.
In dit laad nu komt het Bolchewitme zijn leer van
„Socialisatie van den bodem" Ver:
wonder dat zulk een Streven
over de betrekkelijk weinigen,
ben gehad van die onteigening zoo veien -jttaan, die es-
direct en zeur belangrijk door Worden benadeeld?
Kleine paebtertjes^ op hooge lasten, zouden natuur
lijk veel hebben opgehad met eeoi maatregél, die hen
van verdere pechthetaling ontsloeg. Doch wanneer de
eenige verandering daarin bestaat, dat een hooge be
lasting komt in de plaats van een lage pacht en in
een grondverdoeling, die hun bijna geen gelegenheid
iaat tot loonende exploitatie, spreekt het voor zich
de aangewezen redi
u^'i- in c^*vm' Polm Roemenen profi-
S««VBn vriendschap met de groote.
hoeren ln Parij». waarom zou de Raad der Vijf, dan
S? valÖt? W"lmeer mea Kun
Ziedaar het hoofdmotief der veranderingen, die in
Boedapest hebben plaatsgegrepen, zooals wjj ze op
rond van allerlei aanwijzingen inzien.
Met den een kwam men niet verder. mt«/-hton
il nien met den ander gelukkiger zijn.
6011 m5ieat 111611 communisme op 'den
koop toe pemen. Met den ander misschien, zeer mis/
schien, den terugkeer tot het koningschap
,*nmiera vaststaand is dit allee be
halve. Aartshertog Josef die steeds in Hongarije wtoon-
jder wiens zoontjes speelden met straatjongens .uit de
J5elf zeer populair was en
aanztonds blj.de eerste omwenteling zijn diensten aan
nte"/f!,.,refie!rklfl offreerde, heeft misschien
kans tijdelijk of blijvend monarch te wórden.
Ijlt ten zeerste twijf.
twijfelachtig of dit zal geschieden.
wiatisch kan worden 'aangezien. Dat wil zeggen
voorbehoud, dat men een klein getal awep
Hon-
botohé-
met dit
iwopera en
een groote schare rapalie. dat van bolohewisme „beter''
wordt als „de" bevolking der hoofdstad wil beschou
wen. Heel de rest moest van de droomen des hee-
ren Bela Kun niets 'hebben.
Toch ia het Kun en zijn medestanders gelukt ook
uit de landbewoners een vrij krachtig leger te formee-
ren Dat dit mogelijk was, lag alleen daaraan dat bela
Kun een beroep deed op hun vaderlandsliefde
Wie zich het enthusiasme herinnert waarmede de
socialisten van alle landen in 1914 meededen aau het
hoerapetrioUame en zich ln den oorlog lieten leiden,
omdat het vaderland in gevaar heette te zijn, zal be-
griJjHsn, dat een zoo pralriotiach vólk als de Honga
ren, {jie steeds als „hoereunatie" waren opgétrédén lui
het blhf
Al I V» Uil au inscA
..j™1 het alleen maar,.omdat er zoovele gegadigden
h^AOReed" /iToe«er J» f ^rako van «wwst 3én
22^. oïl 90PP*t^ kter «Ben van Teek tot kou
8 uit te roepen en ook de koning van RoemeniS
zou heel gaarne tot een persoonlijke Unie der béi
de landen geneigd zijn, vooral sinds Servië door do
vereeniging met Kroatië pn Slowanen een groote macht
ia geworucn.
<v hert ,no£ s^eeds uitgesloten, dat Kei.
5f i V. L®' 0 koning naar Boedapest terugkeert
Wel heeft hij er voor bedankt als zetbaas, der Enr
töntL,°P. tc ^cdpn, ^fcch terugkeer als democ.ratisch-
ooostttutkmed vorst lykt op den duur geenszins on
mogelijk.
Het spreekt, dat Roemenie er in het geheél niét
op belust is naast Bulgarije, dat hls overwonnene het
noodigo zal moeten afstaan en dus met wraakplan
nen bezield is. ook nog een zoo machtig Servië in
de buurt te hebben. Althans door de stichting van
het rijk (koninkrijk of republiek? dit mag nog nie-
mmand weten) der Slowanen Kroaten en Serviër» ls
ontstaan
Roemenië zal dus vermoedelijk er alles op zetten
i„ -ui.u. te brei^a Qaat
grenzen, dan lijkt
- uitgesloten dat er een bod wordt
daan. om door een persoonlijke unie of iets dergelij
in Hongarije vasten voet te krijgen
Wanneer Budapest bereid was eventueel dén Her
tog van Teek (Markies van Camhridge, als heersoher
te Aanvaarden, zou er misschien evenmin bezwaar zijn
den Roemeenschen Koning als zoodanig te acccpteercQ
IXi hoofdzaak van de gebeurtenissen der laatste da-
ris intusschen, dat de bres, die het bolchewisfme
Hongarije gemaakt had. weer ia toegestopt en dat
voorloopig althans de lijn, die West en CentraaLi
Eruopa beschermt tegen de zegeningen die Trotzky én
Lenin zouden willen brengen, weer van Oostzee tot
Zwarte Zee gesloten is.
Ja zelfs, dat die verdedigingslinie thans hechter schijnt,
dan zij vroeger was. t
Vooral ook, na de éWrenning van de Republiek Oosten-»
rijk en van de opheffing der blokkade tegen Hongarije.
Als nu de Roemenen slechts geen „mikmak" maken...
UITKIJK.
Maar vwschefdeoa inwoners van de Zoo, die zich
op. hun manier met Alex Meier moesten tevreden stél*
len ,zijn niet zoo gelukkig geweest als wij.' Voor het
grootste gedeelte afkomstig uit vreemde gewesten én
toch reeds geplaatst in r>m«f»inHigh«rU,n^ bet uiterst
moehyk meukten ben in het leven te behouden. héb>
ben zij zich niet aan hef jfeomde voedael kunne1)
gewennen ea .rijn gestorven."
vele bewoners van den dierentuin geniet én éen vésr
zorging, wat hun dieet betreft, waar een milli/wyiir met
drie lijfartsen jaloersch op zou kunnen worden. Op. de
wy oud worden, ala wij
werden, mi1s,n a tuur lijk, wij pns diner niet achter tra
lies behoefden te gebruiken, in het gezicht van een be
langstellend publiek.
Maar in de jaren 1914 tot '18 was er voor die ver*
wende Zoobewoners dikwijls niet de juiste hoeveelV
had van het juiste voedsel verkrijgbaar en maar al te
vaa|i zelfs geen enkele hoeveelheid daarvan. Dan moes
ten ze zich. evenals Jiun verzorgers, tevreden, stéil én
met namaak, zonder, helaas, de oorzaak van hun
ontberingen te kennen.
Daar waren bijvoorbeeld de zeeleeuwen. Géén enkel
exemplaar van den Londensche dierentuin heeft zich
over het sluiten van den vrede kunnen verheugém
Zij zyn alle tijdena den oorlog gestorven. Het werd
steeds moeilijker en ten slotte onmogelijk, om de soort
visch te krijgen, waarmee zij gewend waren zich te
voeden. Allerlei proeven werden genomén om hét
voedael zoo goed mogelijk te vervangen. Zelfs wer-
teerd op' peardevleésch' dat
ALLea tevergeefs. Zij stierC
er.
den de arme dieren
men in olie had gi
ven. de eene na den
De Kaapache penguins brachten het er al niet beter
aL Ven de geheele verzameling bleef géén enkele in
leven. De giraffen vonden den strijd om het bestaan
al even hard Toch gaven die er blijk van. dat er in
de dierenwereld, al evengoed als by ons, sterke en
minder sterke gestellen zijn. Een van de langnekken.
mejuffrouw Maggie heeft de vyf jaren doorgeworsteld
en vefheugt zien op het oogenblik in
gezondheid
een schitterende
Voor de diereneters was het wel hel ergst Voor
eerst werden hun rantsoenen geweldig ingekrompen,
en datn 'moesten ze zich natuurlijk behelpen met vleésch
van een dikwijls zeer inferieure kwaliteit t Gevolg was
alweer een groote sterfte, en by de ovrlevenden een
zeer zwakke gezondheid, toen éindelijk het éinde vap
den oorlog de gewanschte verbetering van diëet bracht,
In het reptielenhuis waren de slangen en hagedis
sen gewend aan een versch eitje. Onnoodig te zeg
gen, dat ze zich erg hebben moeten behelpen, de atum-
perds. De verschc eitjes waren in Engeland al niet
goedkooper dan bii oma.
En dan de schildpad, njevrouw Georgina» die den
achtenswaardige» jccfiijd vay twee honderd vijftig ja-
,reu had bereikt Ze heeft nooit geklaagd, en hel zal
'dus wel steeds een geheim blijven, of zy een oorlogst
de Oude Monarchie, eetn bedreiging van rijn grondge
bied niet kon dulden.
Alle buren maakten aanspraak op Hongaarsch ter
ritoir, die wilde dit, deze dat, gene weer wat anders
De Vredesconferentie, -die de nieuwe staten tc vriend
wilde houden beloofde, verdeelde, kende toé. Dczé
methode was de aanleiding, dat Bela Kun een vrij sterk
leger bijeen kon brengen en dat bij memschen op zijn
rijde kreeg, die om de socialistische en communis-'
tiache beginselen geen letter gaven, ja zélfs fél te
gen al zulke Droef "uitingen op economisch gebied wa
ren gekant Zoodra een Roemeniër het waagde den
voet op Ilongaaisch gebied te zetten, waren er aan
stonds recruten vóór net „Roode Leger" al waren die
vrijwilliger» dan ook principieel heelemaal niet,jood".
Zoodra men echter begon te rien, dat Kun en de
regeeringsmethode vah hem en rijn vriend Lenin niét
alleen onbekwaam waa om het land te verdedigen^
doch ook bezig was het' materieel en economisch ten
gronde te richtetn, bedachten de Hongaren zich. Niet
alleen de plattelandsbevolking, die slechts met Bela
Kun meeging, omdat h(j de man was, Mie het vader
land zou redden doch ook Budapest kreeg ejr ge.
noeg van óm zien zonder doel óf noodzaak te laten
terroriseeren.
Met uitzondering van het betrekkeltik kleine groep
je. dat uit principe communist was of Kun uit dank
baarheid voor plotseling verkregen (papieren, rijkdom
trouw bleef, verliep rijn geheele aanhang. "Kun was
buiten machte fl.c ongereptheid van Hongarije^ zelfs
ten koste van zoo hoogen prijs, te garandeeren
Amsterdam, 9 Aug. 1919
WJj, menschen, rijn niet de eenigen, die door den
oorlog geleden hebben. Onze huisdieren hebben ge
brek genad, evengoed als wij, en in de diergaarden
is de toestand de laatste vier jaren ook-alles behalve
kleurig geweest Zoo juist krijg ik éen verslag onder
mijn oogen van de Londensche „Zoo" zooals de Zoo-
Jogical Garden» in F.ngeland's hoofdstad algemeen wor-
-den cenoemd. i
De bewoners van de Zoo zijn zoomin op de hoogte
geweest van de oorlogsverklaring, eds van den wapen
stilstand en het sluiten van den lang verwachten vrede.
Doch zy hebben de gevolgen van het eene zoowél
ala van het andere atan den ljjve gevoeld. Zoo goed
als w^j Neen," meer dan wjj.
Wij menschen, aangenomen dat wij een gezond
gestel hebben, passen onstp og wel aan, al dwingen
de tijdsomstandigheden ons een andere levenswijze in
te vóeren. Honderden huismoeders zouden 'in 1914 met
die hand op het hart verklaard hebben, 'dat ze buiten
een kopje thee niet konden. En jpe hehbén hét toch
zander moeten do< ,en Alex Meier gedronkén, zon
der. naar ik hoop, er kwade gevolgen van te on
dervinden.
We hebben een soort brood gegeten dat we voor
den oorlog niet aangeraakt zouden hebben. We heb
ben veel geld betaald voor allerlei soorten surroga
ten. die we yroeger niet cadeau hadden willen krij.
En we hebben den oorlog overleefd en gébrui-
weer wit wittebrood en echte havermout meti
een gezicht, alsof we nooit iets anders gekend hebben.
DOOR JOHN GALSWORTHY.
UITGAVE VAN W. DE HAAN. Lint ECHT.
80.
Fiorean ging overeind zitten.
„De duivel nale meneer Waggel Watt zou hij me
kunnen maken?"
„Ik ben wel geen advocaat, maar ik geloof toch
dat hij het je heel onaangenaam zou kunnen maken
het meisje is nog erg jong".
Fiarsen koek hem woedend aatn en zeidie:
„Waarom heb je dat verwensche kind ook naas
me toegestuurd
Roseck antwoordde een beetje al te bedaard1:
„Dat heb ik niet gedaan, beste vriend".
„VVatl Dat heb je wel! Wat voer je in je zin?
Je doet nooit iets zonder een bijbedoeling. Je weet
heel goed dat je dat wel hebt gedaan. Kom, zeg
<5>: wla*' Je daarmee?"
^65<xu,d't pper al van een pretje, niet waar?"
Florson zelde woedend:
,*Kij'k eens hier: ik moet niets meer hebben van
it ihSf'ïïwïunï Je bent geen vriend.
ölgenhjk nooit geweten wat ik precies aan
Je had, en dat kan me nu niet meer schelen, t Is
uit tusflchem ons. Laat me met rust"
F i onsen glimlachte.
,,M'n waarde, allemaal heel goed en wel, maar
vriendschapsbanden laten zich zoo m^.r niet ver
breken. Bovendien ben je me duizend pond schul-
üig?" F'
„Goed, die zul Je hebben". Roseck trok de wenk
brauwen op. „Lk zal ze je betalen. Gyp zal ze me
leenen".
„Zoo zooi Is Gyp zoo erg op Je gesteld? Ik dacht
dat ze enkel voelde voor haar muzieklessen".
Terwijl hij met opgetrokken knieën in bed hurkte
«kte Fiorsen:
„Houd je mond over Gyp! Maak dat Je hier van-
komt! Ik zal je je duizend pond betalen".
Nog steeds glimlachend antwoordde Roseck: ^Gu-
'tav, «tel Je met aan". Met een viool aan je schou-
je een mem. Maar zonder ben je een kind.
Houd je kalm vrind en denk maar eens over wat
tit je zeg, over meneer Wagge. Je doet t beste er
«ens met mij over te komen praten. Ik ga nu
™aar heen. Houdt Je vooral kalm". En na die asch
)an ajm «igaret 0p aschbakje bij Fioreen'e elle-
r? t6 bebben geknijA, ikmikte hij en ging heen.
sJr ™r*öa. die uit bed gesprongen was, bracht de
u*1"! aan zijn voorhoofd. Die vetrwensohte kerel!
Vervloekt zouden ze zijn, allemaal de vader en
het imsisje, Roseck en al die andere haaien! Hij ging
naar het trapportaal!. Beneden was alles nog stil.
Roseck was weg gelukkig maar! Hij riep: „Gyp!"
GeeYi antwoord. Hij ging naar haar kamer. De bij
zondere netheid er van trof hem. Een luicht van
cyclamen. Hij keek naar buiten den tuin in. Daar
was het kind, achterin, met dat dikke memsch. Geen
Gyp! Ze was noodt thuis als hij haar nooddg had
Waggel Hij huiverde, en na naar zijn slaapkamer
te zijn terug gegaan, nam hij een cognacflesch uit
een gesloten kast en dronk er wat uit. Het kalmeer
de hem. Hij sloot de kast weder af en kleedde zich
aan.
Toen hij door den tuin naar de muziekkamer ging,
bleef hij even staan om met zijn vingers te knippen
tegen het kind Soms voelde hij wel, dat het een aan-
biddellijk schepseltje was, met zijn groote donkere
oogen, die zoo op die van Gyp gelegen. Soms ook
welkte het zijn weerzin op, zooh kleurlooze vleer
muis! Terwijl hij er dien morgen naar stond te kij
ken, dacht hij plotseling aan dat andere ktmrii dat
moest komen en hij trok plotseling een gezicht. Toen
hij Betty's doodelljk verschrikt gelaat zag over het
gezicht dat hij trok tegen haar lieveling, barstte
hij in lachen uit, wendde zich om, en ging de mu
ziekkamer binnen.
Terwijl hij zijn viool stemde, trof hem het feit, dat
Gyp hier in zeer langen tijdi niet geweest was, als
vreeselijk onrechtvaardig. Dat meisje wie gaf er
nu iets om dat meisje? Net alsof die ook. maar iets
in zijn gevoel voor Gyp had veranderd Dat ging
zooveel dieper. Gyp had hem nooit liefgehad, hem
nooit gegeven, waar hij naar hunkerde, en nooit zijn
dorst naar haar gelescht. Dat was waarop het toch
maar op aan kwam. Met geen andere vrouw, die hij
ooit ontmoet had, was dat zoo geweest dat zij
zijn dorst onbevredigd had gelaten. Neen, hij had
altijd genoeg van ze gekregen voor Jij nog genoeg
van hem hadden. Ln werkelijkheid gaf zij hem niets,
niets! Had zij geen hart, of gaf zij het aan iemand
andere? Wat had Paul ook weer gezegd over die
muriaklJsen? En plotseling trof het hem, dat hij
niets - absoluut niet* wist van waar zij heengi ng
of wat zij deed. Zij had hem noodt iete gezegd. Mu
zieklessen? Bijna lederen dag ging zij uit, en bleef
dan uren weg. De gedachte dat zij zich misschien
wierp ia de armen vam een ander, deed hem zijn
•viool neerleggen met een gevoel van zich physiek
onwel voelen. Waarom niet? Dat diepe, vreeselijke
zweepen van het sexe-instinct, dat dien natver zoo
ontzettend pijnlijk maakt, werkte welhat krachtigst
in een natuur als die van Fiorsen. Hij haalde diep
adem en huiverde. De herinnering aan haar kies-
keurig'-il trots, haar ^openhartigheid en Wovenal
haar passiviteit, kruiste zijn* vrees. Neen, usti mus
vergaan
een feit is het ,dat ook mevrouw- Georgina in de
lente van jjit jaar het tydelyke met het eeuwige hééft
verwisseld.
Maar thans is de oorlog geëindigd en de Zoo her.
leeft weer. In letterlijken zm. Wat ia overgebleven
verheugt zich na de niet vrijwillige hongerstaking in
een steeds verbeterende gezondheid. En dé léégë kooien
en hokken er Ia in de Zoo geen woningnood
ontvangen bijna dagelijks nieuwe bewoners. Het ver.
(lag. dat ik voor my heb, vermeldt, dat de Hollandsche
natuurkundigen in het hyzonder druk bezig zijn met de
leemten aan. te vullen.
Vijf zeeleeuwen rijn al weer aangekomenv en voé
len zich uitstekend op Kun gemak in hun hieuw ver
blijf. Veertien Kaapache penguins jhtehben de plaats
van hun overleden soortgenooten ingenomen. In de
maand Juni alleen zyn niet minder .dan 355 nieuwe
bewoners gearriveerd, waaronder een prachtig exem
plaar nijlpaard.
En zoo begint ook de Zoo te vergeten, evenals
wij, dat er zooiets is geweest als een oorlog. Wy wande
len vooorbji winkels, die ons boter en kaas, haverj
mout en cnocoladereepen in onbeperkte hoeveélheid
■ren onsen AnurterdBmschen Artis, ,vsa de Londensche
Zoo en van alle andere dierentuinen. De regel
natuurlijk pteeds, dat de menschen vóór d'* dieren
gaan Toch moeten wy niet vergeten, dal al deze
vreemdelingen, te ramen gebracht pit de meest vér-
sc billende streken der wereld, een treurig b és taan lei
den in hun opgesloten toestand Wy wenschen dat
bestaan niet treuriger te maken dan het uit den aard
der raak moet zyn, en dus, ook voor hen, de zee,
leeuwen, en Jde penguins, de slangen en dé giraffén
en al hun lotgenooten, zijn wy blij, datde oorlog Is
geëindigd en betere toestanden rijn mogelijk gemaakt
iets in voorraad had, jen menig achtenswaardig burger
had een provisiekast, 'zóó gevuld ,dat hij 'met succes
een kleine kruidenierswinkel "had kunnen beginnén.
En thans? We hebben onze voorraden opgemaakt,
zoo vlug we ,maar konden. We waren vaak blij, ala
ze óp waren .want ze waren óf van zeer hoogen ouder,
dom. óf van minderwaardige 'kwaliteit We loopen de
winkels met hun uitstallingen voorbij, en koopen al
leen als we noodig hebben. We hebben zelfs öns over
schot van (ie Alex Meier thee weggegooid, hoéwél
we elkander vertelden pas enkele maandén gélédén
dat ze uitstekend smaakte. Zoo goed als aan den oor
logstoestand, passen we ons nu aan den vredestoestand
aan. En ongetwijfeld met meer lust en zeker met
niet minder succes.
Dat het ook zoo moge zijn met de arme bewoners
niets ivoor Gyp!
Hij ging naar een tafeltje, waarop bekers en een
syphon stonden, en na zich wat cognac te hebben
ingeschonken, dronk hij. Dat maakte hem wat kal
mer. En hij begon te studearan. Hij nm een pas
sage uit Brahm's viool-concert en speelde het her
haaldelijk over. Plotseling bemerkte hij, dat hij de
zelfde tekortkomingen telkens weer herhaalde; hij
was er niet bij, hij sjoelde vreeselijk slecht! Muziek
les? Waarom nam ze die? Verknoeien van tijd en
geldl Ze bleef toch altijd maar een amateur! Hul
Onbewust had hij zijn spel gestaakt. Waa zij daar
vandaag ook heen? De' tijd van koffiedrinken waa
al voorbij. Misschien waa rij nu al thuis.
Hij legde rijn viool neer en ging naar ihet huis
terug. Niets te bekennen. De meid kwam vragen of
hij wilde koffiedrinken. Neen. Had mevrouw gezegd
dat zij thuis kwam? Neen, mevrouw had niets ge
zegd. Hij ging naar de eetkamer, at een beschuit en
dronk een bandy-soda. Dat kalmeerde hem. Na een
sigaret te hebben opgestoken, ging hij naar hei
salon en zette zich voor Gyp's bureautje. Wat netjes
was tl Op het kalandert] o waa hij vandaag een
potloodstreepje gezet Woensdag, en nog een hij
Vrijdag. Waarom was dat? Muzieklessen! Hij nam
haar adresboek uit een vakje. ,JtL Harmost, Ma-
rylebone Roal, 306 A". en daarachter de met potlood
geschreven woorden: ,3 uur mm."
Drie uur. Dus dat was het uur waarop zij er heen
ging! zijn oogen bleven rusten op een oude, gekleur
de prent van een bacchamte met wuivende groene
sjerp, en die een tamboerijn bespeelde voor een naak
ten cupido, die met een klein boogje en pijltjes in
de handen naar haar opkeek. Fiorsen draaide de
prent om; er achterop was met puntig, beverig
schrift geschreven: „Aan mijn vriendinnetje. EL H."
Fiorsen haalde de rook van rijn sigaret diep in rijn
longen, blies hem langzaam weer uit en ging naar
de piano. Hij opende haar en begon te spelen, waar
bij hij onbestemd voor zich uit staarde, en de sigaret
•bijna tot aan zijn lippen liet opbranden. Hij speelde
maar door, nauwelijks lettend op wat hij speelde.
Eindelijk hield hij op, en bleef terneergeslagen voor
de piano ritten. Een groot kunstenaar? Ln den laat
ste n tijd kon het hem dikwijls niets meer schelen
als hij voor de rest van zijn leven geen viool meer
aanraakte. Hij had er genoeg van, voor een rij van
botte gezichten te staan, en allerlei stuipekoppen in
hun handen te zien klappen IHij walgde van al die
dingen die altijd 't zelfde waren. En begon zijn
talent ham bovendien te begeven? Wat was er met
hem in den laatsten tijd?
Hij stond op, ging de eetkamer binnen en dronk
nog wat cognac. Gyp kon er niet tegen dat bij dronk.
Nu, 't-n" moest zo ook maar niet zoo vaak uitgaan
en muziekles nemen. Muziekles! Bijna drie uur!
van den Raad op Donderdag 14 Au
gustus 1919, des morgens half tien. Aanwezig allen.
Voorzitter burgemeester Van der Lijden, secretaris
de heer Rijs.
Na opening volgt vaststelling der notulen, waar
na een commissie voor het onderzoek dar geloofs
brieven van de nieuw benoemde raadsleden wordt
bemo|emd. Gekozen worden daartoe dó heeren
Kraakman, Biersteker en BlankendaaL De vergade
ring wordt een oogmblik geschorst en na heropening
wordt bij monde van den heer Biersteker gead
viseerd tot toelating, waartoe ook de Raad besluit,
zoodat zullen worden toegelaten de heeren Molenaar,
Nannes, 1. de Groot, Swan, Gutker, P. Slot en J,
Kraakman.
Voorzitter wenscht de hier aanwezige leden geluk
en spreekt de wensch uit met den nieuwen Raad op
dezefde aangename wijze te mogen samenwerken als
tot nu ls gedaan.
Voor kennisgeving worden aangenomen: Schrij
ven van den heer J. KTflakTnan, inhoudende dat bij
zijne benoeming tot lid van ht Algemeen Burger
lijk Armbestuur aanneemt. Als voren van dm heer
H. Schouten, inhoudende rijns dankbetuiging voor
de toekenning van twee maanden, salaris ala Direc
teur van het Levensmiddelenbedrijf.
Idem van het Hoofdbestuur van de vereeniging
van Ned. Herv. Diakoniën Ln de classis Alkmaar voor
Gezinsverpleging, inhoudende een djun.khAtii-tgiTig
voor de verleende subsidie.
Een schrijven van de Kon. Ned. Automobdelclub
betreffende wegneming belemmeringen voor snelver
keer.
Een schrijven van de Algemeens H.-K. Ambtenaars
vereeniging, waarin verzocht wordt rekening te
houden hij de saiarisregeling voor ambtenaren enz.,
met de speciale behoefte der gezinnen met kinderen.
Verslag der Woningbouwvereendglng Warmenhui
zen over de jaren 1914 tot 1 Januari 1919. Alsmede
de balans, winst- en Verliesrekening over die jaren.
Schrijven van de Staatscommissie tot het Instel
len van een onderzoek naar de bezoldiging van bur
gemeesters, ambtenaren en werklieden in dienst der
gemeente.
Jaarverslag over 1018 van het N«L Instituut voor
Volkshuisvesting.
Ingekomen ls een schrijven van den heer J. Blee-
ker, om hem met ingang van 1 September 1919 ont
slag te verleenen als gemeente-werkman.
Burgemeester en Wethouders stellen voor met in
gang van dien datum eervol ontslag te verleenen en
hem als toelage op zijn pensioen f100 per jaar ta
verleenen.
Da heer Swan informeert hoeveel Jaren dia hoer
Meekar in dienst der gemeente is geweest,
Secretaris deelt mede van 10 jaren.
De heer Swan oordeelt de toelage van f100 niet
hoog. Bleakar zal met zijn ouderdomspensioen nog
niet in staat rijn in zijn behoefte ta voorzien. Spre
ker weet wel, dat de gemeente daar niet heelemaal
voor te zorgen heeft, maar f 100 ia niet hoog.
Voorzitter zegt dat Bleeker hij zijn dochter in komt
wonen en dat Meekar wel met zijn toelage in zijn
schik zal zijn.
De heer De Groot zegt, dat de kwestie ook in de
B. en W. vergadering is besproken. Met die f2 per
week toeslag van de gemeente zal Bleeker f8 a
i 8K0 per week hebben en dat is wel niet hoog, Tn-no.-r
voor een ouden man zijn de behoeften ook niet groot
Maar wanneer er stemmen opgaan om de toelage
te verhoogen, dan wil ik mij er wel bij neerleggen.
Het voorstel van B. en W, wordt met algemeens
stemmen aangenomen.
Ingekomen van mej. N. EL J. Bamgert, onderwijze
res alhier, het verzoek om eervol ontslag als zoodanig
met ingang van 1 October 1919.
B. en W. stellen voor dienovereenkomstig te be
sluiten. Goedgevonden.
Alsvoren van de Schoolfeeotcommisele, om de sub
sidie te verhoogen met een bedrag van f 53.
B. en W. stallen voor da subsidie met dit bedrag
te verhoogen.
De heer Gutker vraagt, of voortaan het schoolfeest
niet in 2 dagen af .fcem loopen Inplants van in 3
Ook met den verbouw is weer stagnatie in het on-
Als hij er eens heen ging om te zien, wat ze daar
werkelijk uitvoerde Als hij er eens heen ging en
haar zijn geleide naar huis aanbood 1 Een beleefdheid
Misschien zou het haar genoegen doen. In elk ge
val was dat beter dan hier maar te ritten wachten,
tot rij verkoos thuis te komen, met een gezicht waar
voor hem niets op te lezen was. Hij dronk nog wart
cognac een heel klein beetje maar nam zijn
hoed en ging uit Het was niet ver, maar de zon
was warm, en toen hij het huis bereikte, voelde hij
zich tamelijk duizelige Een dienstmeisje deed ham
open.
„Ik ben meneer Fiorsen. Is mevrouw Fiorsen hier?"
Wat een lealijk kind! Wat waren leelijke menschen
toch verwerpelijk! Toen rij weg was, deed hij de
deur van de wachtkamer weder open en luisterde
Ghopdni De polonaise in A-mol! Goed zoo! Kon dat
Gyp zijn? Heel goed! Hij ging in dé gang staan, aan
getrokken door haar spel, endraaide zachtjes den
knop om. De muziek hield op. Hij ging Tuutr binnen
Toen Winsten hem dien middag anderhalf uur
later verlaten had, bleef Fiorsen, het lichaam zacht
jes heen en weer deinend, aan de voordeur staan.
De door den cognac nog versterkten aanval van ja
loezie, die hem zyn vrouw en den ouden monsieur
Harmost had doen beleedlgen, was plotseling ver
dwenen, toen Gyp zich op straat tot hem had ge
wend en hem op dien ijskouden toon had toege
sproken; vanaf dat oogenblik had hij een steeds aan
groeiende vrees gevoeld. Zou rij hem vergeven? Voor
ieu.and als hij, die altijd handelde naar de inge
ving van het oogenblik, zoodat hij later zelden wist
wat hij gedaan had, was Gyp's zelfbeheersching
steeds iets geheimzinnigs en een beetje vreesaanja
gend geweest. Waar was rij heen? Waarom kwam ze
niet thuis? Bezorgdheid is als een bal, die onder het
rollen steeds meer vaart krijgt. Als ze eens niet te
rugkwam? Maar dat moest ze toch het kind waa
er toch hun kind!
Voor het eerst gaf de gedachte aan het kind hem
onvermengde voldoening. Hij ging weder in huis,
en na een glas cognac te hebben gedronken om zich
wat stevigheid te geven, wierp hij zich op do sofa
in hert salon neer. En terwijl hij daar lag en de
cognac hem inwendig verwarmde, dacht hij: „lk zal
mijn leven beteren, het drinken er aan geven, aliea
er aan geven, het kind ergens heen sturen de provin
cie in, en Gyp dan meenemen naar Parijs, Berlijn,
Weenen, Rome, overal heen ,weg uit dit triestige
Engeland, weg van dien vader van haar en al dia
stijve, vervelende menschen! Dat zal ze prettig vin
den, ze houdt van reizen!" Ja, ze zouden gelukkig
zyn! Heerlijke nachten, heerlijke dagen, lucht, die je
niet neerdrukte cn je een gevoel gaf dat je wol moest
drinken, echte inspiratie, echte muziek I Da scherpe