DE VERBORGEN VALLEI lil het Hart van Holland. Zaterdag 15 November 1919. 62ste Jaargang No. 6517. ^TWEEDE BLAD. Staatskundig Overzicht. FEUILLETON. i rv niavid October heeft gestaan in het'teeken der i .,rr>ellAtiötler wer en niet blinder dan vijf ge- 5ÜTaett vier door leden der S.D.A.P., een door den mfflunisi Van Ravesteyn. Tte eetf*' dlde waren volkomen, overliodig. Zij fee- k u cnlorirtoriinrt va-n nml>4rv.1 '1i perking allermirst het rrif® woord aantast. Er 'j> rit*, i WO onrechtvaardige heflfca, dat het zeer de vraag <to minste reden ora voot te geven aan het strevén is. pf rij door de Kamer zal worden aangenomen. MtSi aar uiterste groepen, otn van jiet parletaent mees* het oog hierop vond men het gt,«arlijk thans al ten tribune voor de propaganda, dan een plaats waar' oorlogswinstbelastiiig af te schaffen en meende dat het men staatkundigen arbeid verricht te maken. i - Bij de interpellaties der sociaaLdemocraten hèeft het cr echter allen schijn van alsof men slechts in de Ka- nier zit om zijn ideeën te propagecren. Bijzonder sterk kwam dit uit, toen de heer San nes de Regeering aan den tand zou voelen over het vraagstuk van de duurte der levensmiddelen. Zooels men dat van dien afgevaardigde gewend is. kreeg men ook ditmaal weer een redévoé- ring te poonen, waarbij de forsche toon de leegheid van den inhoud vergoeden moest Het is natuurlijk gemakkelijk genoeg om de tegen woordige maatschappelijke toestanden te critiseeren. Alen behoeft heusch geen sociaaljdemocraat te zijn. om te erkennen, dat het lieden meer dan elléiidig is. .Doch wat schiet men er mede op? AI die .critiek. al wojüf zij op nog zoo heftiöon toon uitgesproken, maakt het leven geen cent goedkooper. Noodig is dat men ons de middelen aanwijst, waardoor wij uit de ellende kun nen geraken. In dat opzicht nu maakt de sociaalstemo' craal het zich al buitengewoon gemakkelijk. Voor hem ■r, fcD d® salariëring van ^ambtenaren, ouderwijzers en JjJjiira*f ,^?°r de, Bogf^rulg ingediende wetsonta Ipf" onderwerpen, die alle binnen zeer korten tijd. jpnieuw' aan de orde zullen komen bij de behan- jfpen. Het is ongetwijfeld een zeer verkéèrdê me- S om. wanneer oen jsaak reeds door de Regeéring l band genomen en haar voorstellen de Kamer reeds .jjben bereikt, voor diezelfde aangelegenhéid nog j-,5 een speciale interpellatie aan te vragén. Mén yfljlkt met zoo'n interpolatie niets. Zelfs al wordt r: beëindigd met de aanneming van een of andere nolle. waarin de Regeering tot eenigen maatregel wordt jjlgeuoodigd, dan wordt die motie toch niet uitge roeid. voordat een nadere regeling door de Regeéring Is getroffen, en voor het treffen van die nadere re- biedt juist het reeds aanhangige voorstel de ge- _nheid. Zoo had het voorstel van den interpellant Helsdin- «n Mn aan de ambtenaren inplaats van «en maand twee maanden extra salaris te geven, zeer goed béspro- ien kunnen worden bij de behandeling van hetre- psrlngsvoorstel om die eene maand toe te kennén, fhans komt ongetwijfeld de geheele discussie bij dat wetsontwerp terug, zoodat het debat nu tweemaal zal worden gehouden, zonder dat daarvoor ook maar de min®!© noodzaak bestond. Met de interpellatie.Ossendorp omtrent de bezoldi" ng der onderwijzers was het precies hetzelfde. Juist ten dag vóór die interpellatie verscheen het voor- loopig verslag over het voorstel om aan de ambtenaren ten maand salaris te geven. In dat verslag Werd ge vraagd. daarin ook de onderwijzers te betrekken Wel ke reden was er nu om den volgenden dag den tijd van de Kamer in beslag te nemen om diezelfde vraag nog eens te stellen? Met de tweede vraag van dén- selfilen interpellant was het niet anders, iiaarin werd de Regeering gevraagd de salarisregeling der onderwij zers te verwijderen uit de wiet pp het Lagerondervvijs. om .daardoor mogelijk Ie maken, dat deze salarissen evenals die van de ambtenaren zoude'n kunne11 wor den gewijzigd, zonder dal daarvoor verandering van de wet vereischt zou zijn. Dit punt nu zou toch in geen geval kunnen worden overwogen voor de behandeling van heL aanhangige ontwerp-lageronderwijswet. Een in terpellatie daarover was slechts tijd vermorsen. Niet andere moet het oordeel luiden over de inter- .pellalie van den heer Ter Laan over de .salarissen der onderofficieren. Deze afgevaardigde diende eén mo tie in. waarin werd uitgesproken, dat het meerdere salaris, dat de onderofficieren volgens de met ingang van 1 Januari 1920 te verwachten nieuwe salarisreger ling. aan hen ook nog zou worden uitgekeerd over liet laatste halfjaar van 1919. Gesteld, dat deze motie ware langen omen, dan had men toch aap de onderofficie ren geen cent kunnen uitkeeren voor de nieuwé sala- •isn-^e ing bekend was. zou dus precies hetzelfde dieet hebben bereikt, wanneer men niet dé béspréking van deze zaak kalm gewacht had tol de behandeling der nieuwe salarisreceling. Al dat geinterpelleer is dan ook aan niets anders toe te jchrijven, dan aan reclamezucht. Men hoopt er polii ke w -t mede te behal.n In, rs dieienén on der de ambtenaren, onderwijzers en militairen, die niet verder^kijken dan hun neus lang is, zullen zeggen, dat de sociaaLdemocraten toch maar de menschen zijn. die het eerst en het best voor hun belangen op de bréS slaan. De verstandige» onder hen zuilen echter wel inzien, dat op deze- wijze hun belangen geen haar boter bevorderd worden, doch dat daarentegen het! algemeen belang door al dit vermorsen van den natio- nalen ij.i zeer wordt geschaad. Gelukkig maar. dat de Kamer in het afgeloopon voor- ter hot svsteem van rantsoeneer ing heeft ingevoerd, ardoor beeft de voorzitter het thans in zijn macht, en president Fock maakt daar op uitmuntende wijze gebruik van. om de debatten bi non re .ijke greti- 2"! 'a houden. Bestond deze bevoegdheid niet. dan Jon h» me: de interpellaties dit jaar waarschijnlijk pre cies zijn geloopem als verleden jaar, [oen over een drietal sociuul.democratische interpellaties ook dagen lang gedebatccrd werd en de discussie ten slotte tot |an uitvoerig revolutie.debat is uitgedijd. De commu nisten Terzetten zich wel geregeld tegen élk voorstél am den spreektijd te beperken, daarbij veelal gesteund door de sociualjdemocraten, doch de rest van de Ka mer ts unaniem van oordeel, dat een redelijke ber veel beter was. die vraag tegelijk te behandélén, mét de bespreking van de vermogensaanwasbelasting en jiet vrijzimug.democrati6che voorstel voor een heffing-In eens. De heer De Geer stelde daarom een .motié voor om de behandeling voorloopig te schorsen. Hoewel de minister niet voor die schorsing voelde, werd zij door de Kamer met groote meerderheid aangenomen. Daar bij liet de rechterzijde op een enkele uitzondéring na den minister in den steek; Kwaad voorrëeken? Een ^wetsontwerp tot toekenning van duurtetoeslag aan de bedienaren van den godsdienst, die een rijks traktement genieten, gaf nog aanleiding tot uitvoerige debatten, Verschillende leden brachten er 4e vérhou- cung tusschen kerk en Staat bil te pas. ,Mef namede'comr munis'tiseho Kamerleden wilden vgn een bijslag niets weten. Toch had'de verhouding tusschen Kerk ep Staat met dit wetsvoorstel niets t<£ maken.*,Immers het ging P 0-j—Puit .Van den sedert 1814 bestaande» toestand, dat in bestaat er maar een van tweeën: óf het kapitalisme, ruil voor de goederen, uie de Staat in J.79u aan de óf het socialisme. Dat kapitalisme zegt hij. is bankroet; kerk heeft ontnomen* een deel der tracteméntén van dat heeft de ellende van tegenwoordig op zijn gewetéiu de bedienaren van den godsdienst door den Staat, wordt en is onmachtig die te hersteilen. Welnu. daa^ biyff uitbetaald. Die rijkst rakteinenteti bedragen thans nog alleen het socialisme over; dat alleein kan de wereld evenveel als voor den oorlog. Daar de koopkracht van redden. Daarom is de gpoote leus van al wat sociaal- Ijpt geld sedert dien tijd ton zeerste is vermindérd democraat is tegenwooidigWeg met het vrije be- beteekent in werkelijkheid het traktement thaüs héél iLii socialisatie! wat minder dan toen. Hetzelfde motief dat geleid Doch het aanheffen van een dergelijke leus is nog heeft tot duurtebijslag, op de salarissen van de ojks- 5 ij®ls het leveren van bet bewijs. dat hét ambtenaren gold dus ook pier. -De minister had echter, blijkbaar meer door dq schuld van de Syinode der Hervormde Kerk dan door zijn eigen schuld^ een zeer verkeerde wijzé van bjjslag voorgesteld. Hij wilde n.1, ieder f 100 gevefn. Dit voor stel hield geen rekening met de omstandigheid, dat de traktementen der predikanten zeer verschiillénd zijn. Er üjn er, die door hoogere opbrengst van landerijen, /waaruit zij hun gemeentetraktement trekken .reeds yzooveel meer verdienen, dat zij den duurtebijslag Vol strekt niet noodig hebben. Anderen daarentegen heb ben ontzettend lage traktementen en lijden bitteré armoede, voor hen is honderd gulden een veel te bescheidenheid is'nu eenmaal niet de meest op dén voor- geringe bijslag om ooik maar «enigermate in den nood grond tredende eigenschap van deze partij en men te kunnen voorzien, gaat daarom maar steeds door mei de socialisatie te Verreweg het best ware een regeling géwêest, waar- i ropapeeren. a sof me n het heele plan daarvoor j bij aan ieder zou zijn gegeven een vast percentage] van twintig percent bijv. van het rijkstraktement met minimum Van f 100, terwijl aan hen, wier lotaal in- denkbeeld praktisch uitvoerbaar is. Ja. sierkpr nog, iedere sociaaldemocraat schermt tegenwoordig wel met het .woord „socialisatie", doch wat men er eigenlijk ondetr moet verstaan weet niemand. Over 4® praktische toepassing is men nog steeds aan ..hel „sturleeren". In Nederland studeert er eén speciaal' benoemde commissie over en de leider dér partij, de heer Troelstra, vertoeft reeds, ettelijkwé ken in Zwitserland, om daar in een internationale com missie het nieuwe politieke systeiem voor de. sociaal democraten te ontwerpen. Dit alles moest den sociaal democraten tot '«enige bescheidenheid brengén, doch 3caat ela .klaar geneed heeft. En toch. voor wie zien niet door holle klanken laat verleiden, hoe armzalig staat vook hem de sociaal komen een zeker maximum bedrag te "boven jiing geen democratie mei haar absoluut onvermogen om aan te Bijslag zou worden gegeven, hen dergelijke regeling geven, wat er dan pigeniijk gebeuren moet. Wat is door mij in de Kamer bepleit, doch door dm hier anders <lan een ledige .klank, wanneer de héér n/lnls'er afgewezen, omdat daarvoor meer geld noo- Vaii der Waerden zegt, dat mlen voor de kolenproductie dig. zou zijn. ren „kolenschap" moet maken, zooals men voor de J1 res. niets anders dan. te probeeren dé waterkoering al eeuwenlang waterschappen heeft. Dat door den minister beschikbaar gestelde gelden billijker woord kolenschap" zegt ons immers niets vraag 11® verdoelen. Daarom Stelde ik met den héér Drés- is maar wat verstaat men er onder. Voor de kolen- bU motie voor om ieder te geven twintig per productie een instelling in het lev©n te roepen, op (^en van het njkstraktement zonder minimum. Daar- dezeifde wijze georganiseerd als onze tegenwoordige waterschappen is toch zeker de grootst mogelijke onzin. Ik zie den heer Van der Waerden aan voor een véél door zouden de predikanten met de kleinste traktemen ten over het algemeen het best worden geholpénj omdat dé ervaring leert, dat wie jn totaal het minst - door HUBERT FOOTNER, voor Nederland bewerkt door L. ALETRINO. Uitgavq van W. DE HAAN, Utrecht. Bij handjesvol startte hij het weer in het zakje te- £8. Er was iets in het voelen van de groote, scherp-* «Mig© korrels, en van het buitengewoon zware ge- vttht, dat hem het vuur naar de wangen joeg, en zijn J°gen deed schitteren. Te oordeelen naar de zwaarté "h het zakje, had hij thans reeds het dubbele van het j1" hem genoemde honorarium in zijn hand. Af indetijk zei de zij: „Gaat u nu mee?" Bhalph fronste de wenkbrauwen. Waarom doe je JK'ln-imzimiig met dien tocht?, j,,lk zou u kunnen voorliegen, als ik dat wilde, zon- R f v,'U wist," luidde hel antwoord. 7:| S oogen gaven de waarheid dezer bewering toe. zweeg een ooganblik peinzend, als had zij Iets v^en, dat zij moeilijk ooider woorden kon brengen. jHk u niet zoo maar alles van mij verlellen ging zij j^gzaam voort, "want ik u toch niet goed kennen. Hit u vertellen, wat ik kan." ,!J keek haar met toenemende verbazing aansK| nio<:ht zijn. goed of slecht, een gewoon Indi- lacj' "IVH1' *as hei niet. De onievi deiuieid die zijn en -]V," u,j Baar had oiigewekt,. was alweer veig, in, ken''1'" °°k®a blik i-n hein Uur, open u.i i Zij spra v»n in311 trols en droef verla'ngcnhot w ar,ui oo-Zi-n het h vrouw me' wil ziel. Wat hij in hen las deedhciu fijn sneller klop|»en Hij merkle nu ook op, hoe W^!' liuui- p i fit w .1, lioe (ie teere hui-1 duf bvf 'n Zu h telkens weer kleurde, hoe tiaar lipp i Je kL.V0' waren als rozen. f ilii i, van Blanken afkomst," zeide hij plotseling. Je t schouders op. rieendlJjT me tenminste toch wel zegu©n hoe je het,'' ken Crossfox," zeide zij zonder aarzelen. „Blan- iiNah?00' -mijn volk zegt Nahnya". iJoo zaj'- !s mooie naam.zeide hij éénvoudig „Er rm,'f j« ook noemen. ver' wn gedwongen stilte. Beiden voelden Balphs houding ten aanzien van de Jj? rais wijzigde zich snel. Tot zijn eer zij meer haar oogen, dj"" wel' het goud die 1 aan. Wat te verstandig man om dat te willen. Maar wanneer verdienen, meestal een naar verhouding .groot rijks- er dan voor die kolenproduclie een geheel anderé or- - ganisatie moet worden gemaakt, dan dienen wij ook Deze motie werd verworpen, hoordpkeliik door het ie welen, hoe die organisatie zal moeten zijn. Wanneer van «alle ^oonisch_Kaüi^ieken. Aannef men dan echter inplaats van die organisatie aan ie ger [Jlinê der mohe zou inl tengevolge nebben gch^d, dat ven. eenvoudig zegt: wij maken Sm kolenschap op bun kapelaans en pastoors minder zouden hebben ger tdezollde manier als wij waterschappen hebben, dan kregen dan do hun door den minister toegedachte Roe kan misschien iemand, die de waierMiiappen niet kent, d<? ^ifen' spreekt vanzelf dat er op zichzelf zeggen, dat het eon praciitige oplossing is, doch wie het van honderd gulden aan. deze ka- evem dieper doordenkt, zal dadelijk inzien, dat het Üiolieke geestelijken jeen bezwaar >vas. Ook hun geld mooie woord kolenschap ons geen stap verder bréngt. 15 minder waard dan voor den oorlog. Doch nu In hun binnenste weten de sociaaLdemocratein dati e*>n bedrag fe verdeèten viél, was zelf wel en zij knnnen dan ook tegen zakelijke cru bet ^er vee[ no?^ de predikanten mét tiek .niet op, waarvan het gevolg is, dat zij in een Bun huisgezinnen te helpen dan dé m coelibaat le- scheldpartij vervallen, wanneer Éiun be weeringen cri- Pastoors en kapelaans. Dit schijnt zoo logisch tisch worden beoordeeld. Mr. Marchant ontving iüets het woedende verzet van een enfcelén kathol ié-» dan hoon van hun zijde, toen hij liet zakelijke borstel ken sPreker mlJ onverklaarbaar voorkwam. Dat de pro- deed het vraagstuk de rsocialisatie aan een Wetenschap- t^tantsche rechterzijde niet in dezen pp een êniélé pelijk onderzoek te onderwerpen. Een desbetreffénaé uitzondering na bij „de katholieken aansloot is mtus- molie. door de vr#ziimig^democratische Kamerleden iif sc^?n onverklaarbaarder. gediend, zal nu tegelijk met de Algem. Beschouwingen Zoo knjgt dan tcai"e\Oige^ Van de verwerping dép voor de Staatsbegrooting worden behandc-id. Danwaclit m°he toch ieder honderd gulden. Ik las eclite-r reeds ons dus nog wel een verlengstuk "van het socialisatie-/ janjt0!r^1 j dm ren Juink mkomen heeft^ en debat. De Minister van Financiën had een kleine nederf -laag te boeken. Het is Voor. hem te hopen, dat deze) straks niet door een grootere wordt gevolgd; geheel gerust ben ik 'daarop niet. De minister had voorgesteld de wet op de Oorlogs- winstbedastiing jn te trekken. Op zichzelf is daar wél wat voor te zeggen. Deze belastingwet is niet geschikt voor een langdurig bestaan. Daarvoor bevat zij veel te veel onbillijkheden. Deze treden meer naar vorén, naarmate wij verder van de oorlogsjaren 1911—1913, die als punt van vergelijking dienen, verwijderd raken. Afschaffing zonder meer is echter ook yiiet gewenschtj want er worden inderdaad nog groote winsten ge maakt (men denke bijv. aan de scheepvaartmaatschap4 pijen;, die gerust een extra_beLasting rechtvaardigen. Er jjient dus een nieuwe beter geregeldé belasting) voor in de plaats te komen. De minister nfeent, dat zijn vermogensaanwasbelasting daarvoor de aangewezene is. Hij j>eschouw1 deze als een soort oorlog-,winstbe lasting. Echter is deze vermogensaanwasbelasting een verandering teweegbrachten. Hoef was het mogelijk, dat haar schoonheid hem niet onmiddellijk getroffen, had. dadht hiji gaat dus mee?"vroég zij eindelijk zacht. „Wanneer wil je weg? zeide hij. „De stoomboot morgenavond vertrekt naar Gisbor ne." zeide hij. „Vandaar loopen wij, zes mijlen naar het Hoeden,meer. Daar ligt mijn boot." ,,Wat moet ik den menschen hier verteilen Ik kan niet zoo maar plotseling verdwijnen.', „Veriesl, u van de gelegenheid dat de boot gaat. gebruik willen maken, om de streek wat te leeren kennen. Dat doet iedereen nu en dan, ,,De streek wat te loeren kennen was eén van Ralph's yurigste wenschen: de rivieren af te zakken, de ber gen te beklimmen, o.nder den sterrenhemel té kam- Enl De Geest der* Jeugd verhief zich in zijn voilé Ht en diende zijn ouxian vijand Voorzichtig Over- en genadeslag toe. „Prachtig!" riep Ralph. "Ik ga meel" „Dank u." zeide zij rustig. Eenigsziins tot zijii teleurstelling gaf zij geen blijk van bijzondere vreugde; integendeel, jiiet zoodra had ze hem er toe gekregen, met haar mee té gaan, of zij keek hem aan me te en nieuwe smeekbéde in dé oogen, aarzelend en beschroomd. „Wat is er nu pog?" vroeg Jlalph. „U mij bedoven nooit te vertellen waar u geweest zijn?" zeide zij smeakend. „U mij beloven als u terugkomt, nooit aan iémand te vértellen wat u ge zien hebt bij mij?" Al zijn vroegere twijfel kwam in Ralph weer op. Neenr zeide hij met gefronst voorhoofd. „Dat kan ik niet doen. Ik wil vrij 'blijven om. als ik idat noodig vind. uit te brengen wat ik gezien heb." Er heerschte «enige oogenblikken een diépé stil té, waarin hun persoonlijkheden een feilen strijd tegen tegen elkaar voerden. Ralph duwde liet hertenleé-* ren zakje ongeduldig naar haar toe. Nu was hij de ster kste Zij sloeg de oogen neer. „Denkt u nog, dat er iels niet in den haak is?" fluisterde zij. „Wat weet ik ervan?" zeide Ralph grof. „Ik ken je ternauwernood." Zij draaide met een ruk hem den rug top. Haar handen hief zij op 'om ze daarna weer te laten vallen *- een gebaar van een niet meer weten wat té doéui. „Wat nu?" fluisterde zj], meer tot zichzelf dan tot hem. Diepe smart klonk in haar stem. ..Ik zóó ver gekomen om .een dokter te halen voor mijn moeder. maar ik kan niet vertallen..." de duurtebijslag niet noodig heeft en die zijii bedrag daarom ter beschikking stelt om daaruit minder be te steunen. Een hobel voor- voorrechte ambtgenooten te steunen beeld, dat navolging moge vinden! Mr. P. J. OUD. Socialisa tie. Dezer dagen krijgen we in de Tweede Kamer één wat je noemt: principieel debat over „Socialisatie." Al wat zich sociaal.democraat of communist noemt, is er glad voor. dat de wereld gesocialiseerd wordt en bij verschillende andere partijen vindt men aanhan gers van „socialisatie", zij het op beperkten schaal. Het bedroevende evénwel is. dat ook van dit uni- vereeeie geneesmiddel voor alle maatschappelijké kwa len. precies als van 'n gewoon kwakzalversrecept, dat helpt tegen tering, likdoorns, en levend onrein op kin- derhooM"«t. gren ««èmcF w? f* „middel Bwtaat m «welke verW*i$ tte' u'-tc-efene. óp da econc^iisch^leke semecienng. Voor alle voorstanders beteekent net iéts en zelfs wanneer men alle opinies iïi een potje doét en poogt er door inkoken het werkelijke extract van te krijgen, blijkt het nog, dat het brouwsel „geschift is. Precies als de gedachtegang van foo menig (héo- reticus Socialisatie beteekent: - voor Af het medezeggensrecht van het jDersoneei ten aanzien van de vaststelling van loon, arbeidstijd) winst. Voor B.. dito dito, plus medezeggmg ten opzichte der exploitatie 'in het algemeen. Voor Cl meedeelen in de winst eö meepraten over alles. Voor D. Staatsexploitatie met me>!ewerktng ,van het personeel tetn aanzien van de wenschen door A. B en C ontwikkeld, Voor E het bedrijf in handen van „bedrijfsraden Voor J.,-X, Y en Z. weer wat andere. De meest^angbare opinie schijnt t® zijn. dat de arbeiders meer dan tot dusverre het geval wns. zul len hebben te zeggen over hun. arbeidsvoorwaarden en dat de exploitatie tevens niet zal zijn gericht .op het voordeel van den ondernemer in de eerste plaats, doch veel eer op de belangen van het algemen. Dit laat zich zeer aangenaam lezen en wanneer wtj leefden in een heilstaat, zou er niets ter weréld té gen zijn, dat elk arbeider per equipage of auto van en naar zijn bezigheden ging en aat alle productie allen ten goede kwam. Als de socialiseering ait overal op de wereld met één slag kon bereiken, zoodal de arbeider overal kreeg wat hij wenschte etn iederéén tevens als consument kans had zijn behóeften bevreJ digd te zien. was alles even rooskleurig op dit ondejr» maansohe. Er zijn echter eemige bezwaren tegen dit schoons. Het eerste is, dat van een internationale regeling op dit gebied in anafzienbarön tijd niets komt, aangezien er Denalve West_Europa en Amerika, waar men misfj schien er toe zal komen de Nederlandsche 45_urènweék) in te voeren, nog een half milliard arbeiders zijn, die zich van geen West.Europeesche regeling iets aanf trekken en 10 of 100 uren per week zullen werken om aan den kost te komen. Intense industrieele werkzaamheid in Japan breekt in 'n jaar tijd alle Europeesche afspraken in kleine hompjes, geeft Japan direct het overwicht op productief -gebied, al omringt Europa en Amerika zich mét een Eifteltorenmuur van invoerrechten. Zoolang niet heel de wereld op gelijken voet van ontwikkeling staat, is er aan het succes van een par tiële regeling niet te denken. Gesteld eenter dat de uniformiteit zou worden be reikt, dat een vaste verhouding zou kuönen wordeh vastgesteld tusschen productie en consumptie door wet geving of bedrijfsraden of welk ander medicum dan ook. komt er flan iets anders dan de tegenwoordige toestand, waarin vraag en aainbod regelt hoeveel er zal worden geproduceerd van dit of dat artikel en hoer veel men zal betalen voor het produceeren daarvan* aL> arbeidsloon? Een derde bezwaar is. dat de ontwikkeling der in dustrie in onze dagen zoo gespecialiseerd is. dat slechts zeer weinige personen een bedrijf in zijn gehéélén om vang beheerschetn. Handarbeid bestaat ongeveer niet meer. De arbeider kan na een leetrijd van ^Uélijké maanden een machine bedienen en. zoo noodig, na ren dag of wat oen machine hanteeren in een gé-i heel ander bedrijf In de meeste gevallen draait hét uit op het verzetten van een bandle, «het verrichten bijna mechanisch van eenige handgrepen en daar mede is dat deel van de taak der industriaele arbei ders, dat „opleiding" vereischt. gedaan. De gewone bedrijfsleider verkeert in hetzélfdé gé val Hij kent zijn „vak", in de meeste gevallen uit er varing, en daarbuiten staat hij nog veel machteloo- aer. .dan de arbeider, die heden op den manometer In ren suikerfabriek, morgen op dien van een weverij kijkt, heden inlegger is op 'n drukkerij, morgen stencils onder een stempelmachine schuift. Hoe moet nu een bedrijf loopen. waarin heel de familie mee redeneert? Waarin een fabrieksraad. ar beidersraad. zich bemoeit met de exploitatie' met wat er noodig is met het oog op het publiek? Werkelijke bedrijfsleiders zijn schaarsdh. één op de duizend arbei-c ders is misschien zelfs veel té hoog geraamd. Maar de eischen onzer moderne democratie, dat men niet moet wegen, maar tellen, dat een ons verstand net zooveel waard is als 'n ons spier, of 'n ons ervaring, leiden er nu eenmaal toe, dat zulk een bedrijfslei- der, die wé 1 weetj In een vergadering overstemd wordt door hen. die niet weten, als hij althans aan het woord mag komen De ellendige gevolgen van Staatsinmenging, van .par lementaire controle", door volmaakuonbevoegdén die wij gedurende 4® laatste jaren op elk gebied hebbén aanschouwd, zijn het sprekend bewijs, dat socialisatie op deze manier tot een treurig fiasco moet leiden Zelf? in Rusland is men er toe moeten overgaan de macht der Soviets in te perken en bekwame leiders aan het hoofd der bedrijven te stellen, zoodat de ge- heele „.socialisatie" in .den zin yan ..medepraatrecht," totaal uitgeschakeld is. Blijft dus ten slotte van alles wat de verschillende groepen willen de winstdeeiiing en de loonregeling* zoomede het expioiteeren van particuliere hedrijvén ter Staatsgunste. Ralph sprong op haar toe en dwong haar, hem aan te zien. Zacht en groot waren haar oogen. vochtig van ingehouden trainen. Schoonheid en /droefenis kun nen w ondei en verrichten. Bovendien stonden Jeugd, Romantiek en Avontuur alle aan haar zijde Rblpfa smolt als sneeuw in de lentezon. „Nou. vooruit dan." zeide hij ruw. „Ik ga mee. Als het een eerlijke zaak is, zal ik niets vertellen, dat beloof ik je.. Hij jx^égelde zijn belofte met «eg. handdruk en Nahnya veegde haai' oogen at Toen begonnen zij met het bespreken der'bij zon derheden. „U morgen na het diner met de stoomboot mees- gaat". zeide zij. „Wanneer u mij ziet. net doen of u mij in 't geheel niet kennen. In Gisborhe ik zal u vertellen wat u doen rpoef Neem alleen dekéns méé Ik pen muskietentent voor u hebben. Jk genoeg yoed- sel en van alles heb." Ralph schoof haar het hertenleeren zakje toe. Zij J>racht snel haar handen pp 3eri rug „U het nemen moet," oordeelde zij. »,Ik niet wil u werken voor niets." „Ik heb fiet toch ook aangenhmen?" lachte Ralph. „Nu betaal ik het je terug, omdat je -mij op een reisje meeneemt. Ik had al lang op een gelegenhéid gehoopt, eens een tocht te kunnen maken." Weer ontmoetten hun blikken elkaar, weer streden zij zwijgend, en weer was Ralph de sterkste. Zij nam het zakje stofgoud terug, en borg het weer op ojjder haar blouse. Toen zij heengegaan was, en Ralph weer alleen In zijn miniatuur-consultatiebureau zat; trachtte hij met geweld orde te brengen in zijn wilden gedaehtènlxip. Het meer nuchtere deel zijner constitutie dééd thans zijn rechten gelden, en liad hem reeds ten halve overtuigd, dat hetgeen in den loop van het laatste uur was gebeurd, onmogelijk iets anders dan een droom kon zijn. Het was te fantastisch, te ongerijmd voor een half prozajnensdi *om ook maar een oogetnblik te gelooven. Dat zooiets hem zou overkomen, hem, Ralph Cowdray, den medicus ponder patiënten. Maar zijn bliek viel op de schrijftafel en in de naden van het blad (glinsterden verscheidene gele korreltjés. Op het gezicht daarvan blies de prozamensch Ralph ver slagen den aftocht; de droomer Ralph behield het „Goeie hemel, wat 'n oogen." dacht hij. „Ze kian niet ouder zijn dan een jaar of een én twintig en zij kijkt als had zij alle dienten des levens gepeild. Het slaan van de klok herinnerde Ralph eraan, dat het etenstijd werd. Dat bracht hem Dan in de ger dachte, en de gedachte aan Dan bracht hem het on derwerp van hun twistgesprek, dat Nahnya's komsl had onderbroken, weer in herinnering, Ralph viel ver baasd in zijn stoel terug. „Romantiek,.' droomde hij voor zich uit. „Die is met baar in mijn leven gekomen," HOOFDSTUK IL Aan boord van de „Tewksbury". De toebereidselen die Ralph den volgenden dag tot de reis trof, hestonden in hoofdzaak hierin, dat hij oen stel kleuren en enkele bénoodigdhédén in 'n zak van zeildoek pakte, deze in zijtn beddekens rolde, het bundeltje op zijn schouder heesch «u de deur van het blokhuis achter zich grendelde. Niemand was buiten gewoon verrast joen hij 'aankondigde, dat liij met da stoomboot wilde meegaan, om de streek eens te zien. In het onconventionele Noorden is mén meester van zijn tijd; een reisje maken is <te beste manier om er door -«heen te komen, en om te vertrekken is de eene dag oven goed als de andere. Zelfc bij Dan Keaeh, die toch wist hoe Ralph het land had geiiad. wekte het plotseling besluit geaner- lei achterdocht. Dan ,was jaloersch, „Ik gaf een lief ding. als ik 'met je mee mocht", zeide hij. Ralph die "wist dat Dan stevig aan zijn Morsesleu tel vast zat, meende veilig met dezen vromen wens oh te mogen instemmen. In Ralph's binnenste tintelde het van geheim pleizier. „Ze moesten eens wéténl" dacht hij. De kapitein van de stoomboot. Wes' Trickett, eejn lompe onbevaren zoeLwater-zeeman, dineerde ook bij Maroney, en na het dessert ging het haele gezélschap met hem mede naar den rivieroever, om, gezetén op Stapels ruw gekapt timmerhout, getuige te zijn van het vertrek. Daarmee werd ondertusscheu geen haast gemaakt. Gezellige kout en vroolijke an«cdotes paar den zich aan tabakswolken. Wanneer de conversatie} taande, zeide Wes' spjjtig: ,,'t^Is tijd om het anker te lichten, jongens," Waarop dan iernaind voorstelde nog een glaasje op den valreep hl kwiestie bij Maroney te (lakken, en het gezelschap als één man opstond, en éénstemmig zijn adhaesie mpt het plan betuigde. AVea' vond het al mooi genoeg dat het vertrek van zijn boot de aanleiding tot een rondje gaf, en achtte zich uit dien hoofde van alle betaling vrij gesteld. D® „Tewksbury L Swett" lag aan hun voeten met stoom op. Evenals die van da verblijven te land in

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1919 | | pagina 5