DE VERBORGEN VALLEI
lil het Hart van Holland.
Zaterdag 15 November 1919.
62ste Jaargang No. 6517.
^TWEEDE BLAD.
Staatskundig Overzicht.
FEUILLETON.
i
rv niavid October heeft gestaan in het'teeken der
i .,rr>ellAtiötler wer en niet blinder dan vijf ge-
5ÜTaett vier door leden der S.D.A.P., een door den
mfflunisi Van Ravesteyn.
Tte eetf*' dlde waren volkomen, overliodig. Zij fee-
k u cnlorirtoriinrt va-n nml>4rv.1 '1i
perking allermirst het rrif® woord aantast. Er 'j> rit*, i WO onrechtvaardige heflfca, dat het zeer de vraag
<to minste reden ora voot te geven aan het strevén is. pf rij door de Kamer zal worden aangenomen. MtSi
aar uiterste groepen, otn van jiet parletaent mees* het oog hierop vond men het gt,«arlijk thans al
ten tribune voor de propaganda, dan een plaats waar' oorlogswinstbelastiiig af te schaffen en meende dat het
men staatkundigen arbeid verricht te maken. i -
Bij de interpellaties der sociaaLdemocraten hèeft het
cr echter allen schijn van alsof men slechts in de Ka-
nier zit om zijn ideeën te propagecren. Bijzonder sterk
kwam dit uit, toen de heer San nes de Regeering aan den
tand zou voelen over het vraagstuk van de duurte der
levensmiddelen. Zooels men dat van dien afgevaardigde
gewend is. kreeg men ook ditmaal weer een redévoé-
ring te poonen, waarbij de forsche toon de leegheid van
den inhoud vergoeden moest
Het is natuurlijk gemakkelijk genoeg om de tegen
woordige maatschappelijke toestanden te critiseeren.
Alen behoeft heusch geen sociaaljdemocraat te zijn. om
te erkennen, dat het lieden meer dan elléiidig is. .Doch
wat schiet men er mede op? AI die .critiek. al wojüf
zij op nog zoo heftiöon toon uitgesproken, maakt het
leven geen cent goedkooper. Noodig is dat men ons
de middelen aanwijst, waardoor wij uit de ellende kun
nen geraken. In dat opzicht nu maakt de sociaalstemo'
craal het zich al buitengewoon gemakkelijk. Voor hem
■r, fcD d® salariëring van ^ambtenaren, ouderwijzers en
JjJjiira*f ,^?°r de, Bogf^rulg ingediende wetsonta
Ipf" onderwerpen, die alle binnen zeer korten
tijd.
jpnieuw' aan de orde zullen komen bij de behan-
jfpen. Het is ongetwijfeld een zeer verkéèrdê me-
S om. wanneer oen jsaak reeds door de Regeéring
l band genomen en haar voorstellen de Kamer reeds
.jjben bereikt, voor diezelfde aangelegenhéid nog
j-,5 een speciale interpellatie aan te vragén. Mén
yfljlkt met zoo'n interpolatie niets. Zelfs al wordt
r: beëindigd met de aanneming van een of andere
nolle. waarin de Regeering tot eenigen maatregel wordt
jjlgeuoodigd, dan wordt die motie toch niet uitge
roeid. voordat een nadere regeling door de Regeéring
Is getroffen, en voor het treffen van die nadere re-
biedt juist het reeds aanhangige voorstel de ge-
_nheid.
Zoo had het voorstel van den interpellant Helsdin-
«n Mn aan de ambtenaren inplaats van «en maand
twee maanden extra salaris te geven, zeer goed béspro-
ien kunnen worden bij de behandeling van hetre-
psrlngsvoorstel om die eene maand toe te kennén,
fhans komt ongetwijfeld de geheele discussie bij dat
wetsontwerp terug, zoodat het debat nu tweemaal zal
worden gehouden, zonder dat daarvoor ook maar de
min®!© noodzaak bestond.
Met de interpellatie.Ossendorp omtrent de bezoldi"
ng der onderwijzers was het precies hetzelfde. Juist
ten dag vóór die interpellatie verscheen het voor-
loopig verslag over het voorstel om aan de ambtenaren
ten maand salaris te geven. In dat verslag Werd ge
vraagd. daarin ook de onderwijzers te betrekken Wel
ke reden was er nu om den volgenden dag den tijd
van de Kamer in beslag te nemen om diezelfde vraag
nog eens te stellen? Met de tweede vraag van dén-
selfilen interpellant was het niet anders, iiaarin werd
de Regeering gevraagd de salarisregeling der onderwij
zers te verwijderen uit de wiet pp het Lagerondervvijs.
om .daardoor mogelijk Ie maken, dat deze salarissen
evenals die van de ambtenaren zoude'n kunne11 wor
den gewijzigd, zonder dal daarvoor verandering van de
wet vereischt zou zijn. Dit punt nu zou toch in geen
geval kunnen worden overwogen voor de behandeling
van heL aanhangige ontwerp-lageronderwijswet. Een in
terpellatie daarover was slechts tijd vermorsen.
Niet andere moet het oordeel luiden over de inter-
.pellalie van den heer Ter Laan over de .salarissen der
onderofficieren. Deze afgevaardigde diende eén mo
tie in. waarin werd uitgesproken, dat het meerdere
salaris, dat de onderofficieren volgens de met ingang
van 1 Januari 1920 te verwachten nieuwe salarisreger
ling. aan hen ook nog zou worden uitgekeerd over liet
laatste halfjaar van 1919. Gesteld, dat deze motie ware
langen omen, dan had men toch aap de onderofficie
ren geen cent kunnen uitkeeren voor de nieuwé sala-
•isn-^e ing bekend was. zou dus precies hetzelfde
dieet hebben bereikt, wanneer men niet dé béspréking
van deze zaak kalm gewacht had tol de behandeling
der nieuwe salarisreceling.
Al dat geinterpelleer is dan ook aan niets anders
toe te jchrijven, dan aan reclamezucht. Men hoopt er
polii ke w -t mede te behal.n In, rs dieienén on
der de ambtenaren, onderwijzers en militairen, die niet
verder^kijken dan hun neus lang is, zullen zeggen, dat
de sociaaLdemocraten toch maar de menschen zijn. die
het eerst en het best voor hun belangen op de bréS
slaan. De verstandige» onder hen zuilen echter wel
inzien, dat op deze- wijze hun belangen geen haar
boter bevorderd worden, doch dat daarentegen het!
algemeen belang door al dit vermorsen van den natio-
nalen ij.i zeer wordt geschaad.
Gelukkig maar. dat de Kamer in het afgeloopon voor-
ter hot svsteem van rantsoeneer ing heeft ingevoerd,
ardoor beeft de voorzitter het thans in zijn macht,
en president Fock maakt daar op uitmuntende wijze
gebruik van. om de debatten bi non re .ijke greti-
2"! 'a houden. Bestond deze bevoegdheid niet. dan
Jon h» me: de interpellaties dit jaar waarschijnlijk pre
cies zijn geloopem als verleden jaar, [oen over een
drietal sociuul.democratische interpellaties ook dagen
lang gedebatccrd werd en de discussie ten slotte tot
|an uitvoerig revolutie.debat is uitgedijd. De commu
nisten Terzetten zich wel geregeld tegen élk voorstél
am den spreektijd te beperken, daarbij veelal gesteund
door de sociualjdemocraten, doch de rest van de Ka
mer ts unaniem van oordeel, dat een redelijke ber
veel beter was. die vraag tegelijk te behandélén, mét
de bespreking van de vermogensaanwasbelasting en jiet
vrijzimug.democrati6che voorstel voor een heffing-In
eens. De heer De Geer stelde daarom een .motié voor
om de behandeling voorloopig te schorsen. Hoewel de
minister niet voor die schorsing voelde, werd zij door
de Kamer met groote meerderheid aangenomen. Daar
bij liet de rechterzijde op een enkele uitzondéring na
den minister in den steek; Kwaad voorrëeken?
Een ^wetsontwerp tot toekenning van duurtetoeslag
aan de bedienaren van den godsdienst, die een rijks
traktement genieten, gaf nog aanleiding tot uitvoerige
debatten, Verschillende leden brachten er 4e vérhou-
cung tusschen kerk en Staat bil te pas. ,Mef namede'comr
munis'tiseho Kamerleden wilden vgn een bijslag niets
weten.
Toch had'de verhouding tusschen Kerk ep Staat
met dit wetsvoorstel niets t<£ maken.*,Immers het ging
P 0-j—Puit .Van den sedert 1814 bestaande» toestand, dat in
bestaat er maar een van tweeën: óf het kapitalisme, ruil voor de goederen, uie de Staat in J.79u aan de
óf het socialisme. Dat kapitalisme zegt hij. is bankroet; kerk heeft ontnomen* een deel der tracteméntén van
dat heeft de ellende van tegenwoordig op zijn gewetéiu de bedienaren van den godsdienst door den Staat, wordt
en is onmachtig die te hersteilen. Welnu. daa^ biyff uitbetaald. Die rijkst rakteinenteti bedragen thans nog
alleen het socialisme over; dat alleein kan de wereld evenveel als voor den oorlog. Daar de koopkracht van
redden. Daarom is de gpoote leus van al wat sociaal- Ijpt geld sedert dien tijd ton zeerste is vermindérd
democraat is tegenwooidigWeg met het vrije be- beteekent in werkelijkheid het traktement thaüs héél
iLii socialisatie! wat minder dan toen. Hetzelfde motief dat geleid
Doch het aanheffen van een dergelijke leus is nog heeft tot duurtebijslag, op de salarissen van de ojks-
5 ij®ls het leveren van bet bewijs. dat hét ambtenaren gold dus ook pier.
-De minister had echter, blijkbaar meer door dq
schuld van de Syinode der Hervormde Kerk dan door
zijn eigen schuld^ een zeer verkeerde wijzé van bjjslag
voorgesteld. Hij wilde n.1, ieder f 100 gevefn. Dit voor
stel hield geen rekening met de omstandigheid, dat de
traktementen der predikanten zeer verschiillénd zijn.
Er üjn er, die door hoogere opbrengst van landerijen,
/waaruit zij hun gemeentetraktement trekken .reeds
yzooveel meer verdienen, dat zij den duurtebijslag Vol
strekt niet noodig hebben. Anderen daarentegen heb
ben ontzettend lage traktementen en lijden bitteré
armoede, voor hen is honderd gulden een veel te
bescheidenheid is'nu eenmaal niet de meest op dén voor- geringe bijslag om ooik maar «enigermate in den nood
grond tredende eigenschap van deze partij en men te kunnen voorzien,
gaat daarom maar steeds door mei de socialisatie te Verreweg het best ware een regeling géwêest, waar-
i ropapeeren. a sof me n het heele plan daarvoor j bij aan ieder zou zijn gegeven een vast percentage]
van twintig percent bijv. van het rijkstraktement met
minimum Van f 100, terwijl aan hen, wier lotaal in-
denkbeeld praktisch uitvoerbaar is. Ja. sierkpr nog,
iedere sociaaldemocraat schermt tegenwoordig wel met
het .woord „socialisatie", doch wat men er eigenlijk
ondetr moet verstaan weet niemand.
Over 4® praktische toepassing is men nog steeds
aan ..hel „sturleeren". In Nederland studeert er eén
speciaal' benoemde commissie over en de leider dér
partij, de heer Troelstra, vertoeft reeds, ettelijkwé
ken in Zwitserland, om daar in een internationale com
missie het nieuwe politieke systeiem voor de. sociaal
democraten te ontwerpen. Dit alles moest den sociaal
democraten tot '«enige bescheidenheid brengén, doch
3caat ela .klaar geneed heeft.
En toch. voor wie zien niet door holle klanken laat
verleiden, hoe armzalig staat vook hem de sociaal
komen een zeker maximum bedrag te "boven jiing geen
democratie mei haar absoluut onvermogen om aan te Bijslag zou worden gegeven, hen dergelijke regeling
geven, wat er dan pigeniijk gebeuren moet. Wat is door mij in de Kamer bepleit, doch door dm
hier anders <lan een ledige .klank, wanneer de héér n/lnls'er afgewezen, omdat daarvoor meer geld noo-
Vaii der Waerden zegt, dat mlen voor de kolenproductie dig. zou zijn.
ren „kolenschap" moet maken, zooals men voor de J1 res. niets anders dan. te probeeren dé
waterkoering al eeuwenlang waterschappen heeft. Dat door den minister beschikbaar gestelde gelden billijker
woord kolenschap" zegt ons immers niets vraag 11® verdoelen. Daarom Stelde ik met den héér Drés-
is maar wat verstaat men er onder. Voor de kolen- bU motie voor om ieder te geven twintig per
productie een instelling in het lev©n te roepen, op (^en van het njkstraktement zonder minimum. Daar-
dezeifde wijze georganiseerd als onze tegenwoordige
waterschappen is toch zeker de grootst mogelijke onzin.
Ik zie den heer Van der Waerden aan voor een véél
door zouden de predikanten met de kleinste traktemen
ten over het algemeen het best worden geholpénj
omdat dé ervaring leert, dat wie jn totaal het minst
- door HUBERT FOOTNER,
voor Nederland bewerkt door L. ALETRINO.
Uitgavq van W. DE HAAN, Utrecht.
Bij handjesvol startte hij het weer in het zakje te-
£8. Er was iets in het voelen van de groote, scherp-*
«Mig© korrels, en van het buitengewoon zware ge-
vttht, dat hem het vuur naar de wangen joeg, en zijn
J°gen deed schitteren. Te oordeelen naar de zwaarté
"h het zakje, had hij thans reeds het dubbele van het
j1" hem genoemde honorarium in zijn hand.
Af indetijk zei de zij: „Gaat u nu mee?"
Bhalph fronste de wenkbrauwen. Waarom doe je
JK'ln-imzimiig met dien tocht?,
j,,lk zou u kunnen voorliegen, als ik dat wilde, zon-
R f v,'U wist," luidde hel antwoord.
7:| S oogen gaven de waarheid dezer bewering toe.
zweeg een ooganblik peinzend, als had zij Iets
v^en, dat zij moeilijk ooider woorden kon brengen.
jHk u niet zoo maar alles van mij verlellen ging zij
j^gzaam voort, "want ik u toch niet goed kennen.
Hit u vertellen, wat ik kan."
,!J keek haar met toenemende verbazing
aansK| nio<:ht zijn. goed of slecht, een gewoon Indi-
lacj' "IVH1' *as hei niet. De onievi deiuieid die zijn
en -]V," u,j Baar had oiigewekt,. was alweer veig, in,
ken''1'" °°k®a blik i-n hein Uur, open u.i i Zij spra
v»n in311 trols en droef verla'ngcnhot w ar,ui oo-Zi-n
het h vrouw me' wil ziel. Wat hij in hen las deedhciu
fijn sneller klop|»en Hij merkle nu ook op, hoe
W^!' liuui- p i fit w .1, lioe (ie teere hui-1 duf
bvf 'n Zu h telkens weer kleurde, hoe tiaar lipp i
Je kL.V0' waren als rozen. f
ilii i, van Blanken afkomst," zeide hij plotseling.
Je t schouders op.
rieendlJjT me tenminste toch wel zegu©n hoe je het,''
ken Crossfox," zeide zij zonder aarzelen. „Blan-
iiNah?00' -mijn volk zegt Nahnya".
iJoo zaj'- !s mooie naam.zeide hij éénvoudig
„Er rm,'f j« ook noemen.
ver' wn gedwongen stilte. Beiden voelden
Balphs houding ten aanzien van de
Jj? rais wijzigde zich snel. Tot zijn eer zij
meer haar oogen, dj"" wel' het goud die 1
aan. Wat
te verstandig man om dat te willen. Maar wanneer verdienen, meestal een naar verhouding .groot rijks-
er dan voor die kolenproduclie een geheel anderé or- -
ganisatie moet worden gemaakt, dan dienen wij ook Deze motie werd verworpen, hoordpkeliik door het
ie welen, hoe die organisatie zal moeten zijn. Wanneer van «alle ^oonisch_Kaüi^ieken. Aannef
men dan echter inplaats van die organisatie aan ie ger [Jlinê der mohe zou inl tengevolge nebben gch^d, dat
ven. eenvoudig zegt: wij maken Sm kolenschap op bun kapelaans en pastoors minder zouden hebben ger
tdezollde manier als wij waterschappen hebben, dan kregen dan do hun door den minister toegedachte Roe
kan misschien iemand, die de waierMiiappen niet kent, d<? ^ifen' spreekt vanzelf dat er op zichzelf
zeggen, dat het eon praciitige oplossing is, doch wie het van honderd gulden aan. deze ka-
evem dieper doordenkt, zal dadelijk inzien, dat het Üiolieke geestelijken jeen bezwaar >vas. Ook hun geld
mooie woord kolenschap ons geen stap verder bréngt. 15 minder waard dan voor den oorlog. Doch nu
In hun binnenste weten de sociaaLdemocratein dati e*>n bedrag fe verdeèten viél, was
zelf wel en zij knnnen dan ook tegen zakelijke cru bet ^er vee[ no?^ de predikanten mét
tiek .niet op, waarvan het gevolg is, dat zij in een Bun huisgezinnen te helpen dan dé m coelibaat le-
scheldpartij vervallen, wanneer Éiun be weeringen cri- Pastoors en kapelaans. Dit schijnt zoo logisch
tisch worden beoordeeld. Mr. Marchant ontving iüets het woedende verzet van een enfcelén kathol ié-»
dan hoon van hun zijde, toen hij liet zakelijke borstel ken sPreker mlJ onverklaarbaar voorkwam. Dat de pro-
deed het vraagstuk de rsocialisatie aan een Wetenschap- t^tantsche rechterzijde niet in dezen pp een êniélé
pelijk onderzoek te onderwerpen. Een desbetreffénaé uitzondering na bij „de katholieken aansloot is mtus-
molie. door de vr#ziimig^democratische Kamerleden iif sc^?n onverklaarbaarder.
gediend, zal nu tegelijk met de Algem. Beschouwingen Zoo knjgt dan tcai"e\Oige^ Van de verwerping dép
voor de Staatsbegrooting worden behandc-id. Danwaclit m°he toch ieder honderd gulden. Ik las eclite-r reeds
ons dus nog wel een verlengstuk "van het socialisatie-/ janjt0!r^1 j dm ren Juink mkomen heeft^ en
debat.
De Minister van Financiën had een kleine nederf
-laag te boeken. Het is Voor. hem te hopen, dat deze)
straks niet door een grootere wordt gevolgd; geheel
gerust ben ik 'daarop niet.
De minister had voorgesteld de wet op de Oorlogs-
winstbedastiing jn te trekken. Op zichzelf is daar wél
wat voor te zeggen. Deze belastingwet is niet geschikt
voor een langdurig bestaan. Daarvoor bevat zij veel te
veel onbillijkheden. Deze treden meer naar vorén,
naarmate wij verder van de oorlogsjaren 1911—1913,
die als punt van vergelijking dienen, verwijderd raken.
Afschaffing zonder meer is echter ook yiiet gewenschtj
want er worden inderdaad nog groote winsten ge
maakt (men denke bijv. aan de scheepvaartmaatschap4
pijen;, die gerust een extra_beLasting rechtvaardigen.
Er jjient dus een nieuwe beter geregeldé belasting)
voor in de plaats te komen. De minister nfeent, dat
zijn vermogensaanwasbelasting daarvoor de aangewezene
is. Hij j>eschouw1 deze als een soort oorlog-,winstbe
lasting. Echter is deze vermogensaanwasbelasting een
verandering teweegbrachten. Hoef was het mogelijk,
dat haar schoonheid hem niet onmiddellijk getroffen,
had. dadht hiji
gaat dus mee?"vroég zij eindelijk zacht.
„Wanneer wil je weg? zeide hij.
„De stoomboot morgenavond vertrekt naar Gisbor
ne." zeide hij. „Vandaar loopen wij, zes mijlen naar
het Hoeden,meer. Daar ligt mijn boot."
,,Wat moet ik den menschen hier verteilen Ik kan
niet zoo maar plotseling verdwijnen.',
„Veriesl, u van de gelegenheid dat de boot gaat.
gebruik willen maken, om de streek wat te leeren
kennen. Dat doet iedereen nu en dan,
,,De streek wat te loeren kennen was eén van Ralph's
yurigste wenschen: de rivieren af te zakken, de ber
gen te beklimmen, o.nder den sterrenhemel té kam-
Enl De Geest der* Jeugd verhief zich in zijn voilé
Ht en diende zijn ouxian vijand Voorzichtig Over-
en genadeslag toe.
„Prachtig!" riep Ralph. "Ik ga meel"
„Dank u." zeide zij rustig.
Eenigsziins tot zijii teleurstelling gaf zij geen blijk
van bijzondere vreugde; integendeel, jiiet zoodra had
ze hem er toe gekregen, met haar mee té gaan, of
zij keek hem aan me te en nieuwe smeekbéde in dé
oogen, aarzelend en beschroomd.
„Wat is er nu pog?" vroeg Jlalph.
„U mij bedoven nooit te vertellen waar u geweest
zijn?" zeide zij smeakend. „U mij beloven als u
terugkomt, nooit aan iémand te vértellen wat u ge
zien hebt bij mij?"
Al zijn vroegere twijfel kwam in Ralph weer op.
Neenr zeide hij met gefronst voorhoofd. „Dat kan
ik niet doen. Ik wil vrij 'blijven om. als ik idat noodig
vind. uit te brengen wat ik gezien heb."
Er heerschte «enige oogenblikken een diépé stil té,
waarin hun persoonlijkheden een feilen strijd tegen
tegen elkaar voerden. Ralph duwde liet hertenleé-*
ren zakje ongeduldig naar haar toe. Nu was hij de
ster kste Zij sloeg de oogen neer.
„Denkt u nog, dat er iels niet in den haak is?"
fluisterde zij.
„Wat weet ik ervan?" zeide Ralph grof. „Ik ken
je ternauwernood."
Zij draaide met een ruk hem den rug top. Haar
handen hief zij op 'om ze daarna weer te laten vallen
*- een gebaar van een niet meer weten wat té doéui.
„Wat nu?" fluisterde zj], meer tot zichzelf dan tot
hem. Diepe smart klonk in haar stem. ..Ik zóó ver
gekomen om .een dokter te halen voor mijn moeder.
maar ik kan niet vertallen..."
de duurtebijslag niet noodig heeft en die zijii bedrag
daarom ter beschikking stelt om daaruit minder be
te steunen. Een hobel voor-
voorrechte ambtgenooten te steunen
beeld, dat navolging moge vinden!
Mr. P. J. OUD.
Socialisa tie.
Dezer dagen krijgen we in de Tweede Kamer één
wat je noemt: principieel debat over „Socialisatie."
Al wat zich sociaal.democraat of communist noemt,
is er glad voor. dat de wereld gesocialiseerd wordt en
bij verschillende andere partijen vindt men aanhan
gers van „socialisatie", zij het op beperkten schaal.
Het bedroevende evénwel is. dat ook van dit uni-
vereeeie geneesmiddel voor alle maatschappelijké kwa
len. precies als van 'n gewoon kwakzalversrecept, dat
helpt tegen tering, likdoorns, en levend onrein op kin-
derhooM"«t. gren ««èmcF w? f*
„middel Bwtaat m «welke verW*i$ tte' u'-tc-efene.
óp da econc^iisch^leke semecienng.
Voor alle voorstanders beteekent net iéts
en zelfs wanneer men alle opinies iïi een potje doét
en poogt er door inkoken het werkelijke extract van te
krijgen, blijkt het nog, dat het brouwsel „geschift is.
Precies als de gedachtegang van foo menig (héo-
reticus
Socialisatie beteekent: -
voor Af het medezeggensrecht van het jDersoneei
ten aanzien van de vaststelling van loon, arbeidstijd)
winst.
Voor B.. dito dito, plus medezeggmg ten opzichte
der exploitatie 'in het algemeen.
Voor Cl meedeelen in de winst eö meepraten
over alles.
Voor D. Staatsexploitatie met me>!ewerktng ,van
het personeel tetn aanzien van de wenschen door
A. B en C ontwikkeld,
Voor E het bedrijf in handen van „bedrijfsraden
Voor J.,-X, Y en Z. weer wat andere.
De meest^angbare opinie schijnt t® zijn. dat de
arbeiders meer dan tot dusverre het geval wns. zul
len hebben te zeggen over hun. arbeidsvoorwaarden en
dat de exploitatie tevens niet zal zijn gericht .op het
voordeel van den ondernemer in de eerste plaats, doch
veel eer op de belangen van het algemen.
Dit laat zich zeer aangenaam lezen en wanneer wtj
leefden in een heilstaat, zou er niets ter weréld té
gen zijn, dat elk arbeider per equipage of auto van
en naar zijn bezigheden ging en aat alle productie
allen ten goede kwam. Als de socialiseering ait overal
op de wereld met één slag kon bereiken, zoodal de
arbeider overal kreeg wat hij wenschte etn iederéén
tevens als consument kans had zijn behóeften bevreJ
digd te zien. was alles even rooskleurig op dit ondejr»
maansohe.
Er zijn echter eemige bezwaren tegen dit schoons.
Het eerste is, dat van een internationale regeling op
dit gebied in anafzienbarön tijd niets komt, aangezien
er Denalve West_Europa en Amerika, waar men misfj
schien er toe zal komen de Nederlandsche 45_urènweék)
in te voeren, nog een half milliard arbeiders zijn, die
zich van geen West.Europeesche regeling iets aanf
trekken en 10 of 100 uren per week zullen werken
om aan den kost te komen.
Intense industrieele werkzaamheid in Japan breekt
in 'n jaar tijd alle Europeesche afspraken in kleine
hompjes, geeft Japan direct het overwicht op productief
-gebied, al omringt Europa en Amerika zich mét een
Eifteltorenmuur van invoerrechten.
Zoolang niet heel de wereld op gelijken voet van
ontwikkeling staat, is er aan het succes van een par
tiële regeling niet te denken.
Gesteld eenter dat de uniformiteit zou worden be
reikt, dat een vaste verhouding zou kuönen wordeh
vastgesteld tusschen productie en consumptie door wet
geving of bedrijfsraden of welk ander medicum dan
ook. komt er flan iets anders dan de tegenwoordige
toestand, waarin vraag en aainbod regelt hoeveel er
zal worden geproduceerd van dit of dat artikel en hoer
veel men zal betalen voor het produceeren daarvan*
aL> arbeidsloon?
Een derde bezwaar is. dat de ontwikkeling der in
dustrie in onze dagen zoo gespecialiseerd is. dat slechts
zeer weinige personen een bedrijf in zijn gehéélén om
vang beheerschetn. Handarbeid bestaat ongeveer niet
meer. De arbeider kan na een leetrijd van ^Uélijké
maanden een machine bedienen en. zoo noodig, na
ren dag of wat oen machine hanteeren in een gé-i
heel ander bedrijf In de meeste gevallen draait hét
uit op het verzetten van een bandle, «het verrichten
bijna mechanisch van eenige handgrepen en daar
mede is dat deel van de taak der industriaele arbei
ders, dat „opleiding" vereischt. gedaan.
De gewone bedrijfsleider verkeert in hetzélfdé gé
val Hij kent zijn „vak", in de meeste gevallen uit er
varing, en daarbuiten staat hij nog veel machteloo-
aer. .dan de arbeider, die heden op den manometer In
ren suikerfabriek, morgen op dien van een weverij
kijkt, heden inlegger is op 'n drukkerij, morgen stencils
onder een stempelmachine schuift.
Hoe moet nu een bedrijf loopen. waarin heel de
familie mee redeneert? Waarin een fabrieksraad. ar
beidersraad. zich bemoeit met de exploitatie' met wat
er noodig is met het oog op het publiek? Werkelijke
bedrijfsleiders zijn schaarsdh. één op de duizend arbei-c
ders is misschien zelfs veel té hoog geraamd. Maar
de eischen onzer moderne democratie, dat men niet
moet wegen, maar tellen, dat een ons verstand net
zooveel waard is als 'n ons spier, of 'n ons ervaring,
leiden er nu eenmaal toe, dat zulk een bedrijfslei-
der, die wé 1 weetj In een vergadering overstemd wordt
door hen. die niet weten, als hij althans aan het
woord mag komen
De ellendige gevolgen van Staatsinmenging, van .par
lementaire controle", door volmaakuonbevoegdén die
wij gedurende 4® laatste jaren op elk gebied hebbén
aanschouwd, zijn het sprekend bewijs, dat socialisatie
op deze manier tot een treurig fiasco moet leiden
Zelf? in Rusland is men er toe moeten overgaan de
macht der Soviets in te perken en bekwame leiders
aan het hoofd der bedrijven te stellen, zoodat de ge-
heele „.socialisatie" in .den zin yan ..medepraatrecht,"
totaal uitgeschakeld is.
Blijft dus ten slotte van alles wat de verschillende
groepen willen de winstdeeiiing en de loonregeling*
zoomede het expioiteeren van particuliere hedrijvén
ter Staatsgunste.
Ralph sprong op haar toe en dwong haar, hem
aan te zien. Zacht en groot waren haar oogen. vochtig
van ingehouden trainen. Schoonheid en /droefenis kun
nen w ondei en verrichten. Bovendien stonden Jeugd,
Romantiek en Avontuur alle aan haar zijde Rblpfa
smolt als sneeuw in de lentezon.
„Nou. vooruit dan." zeide hij ruw. „Ik ga mee.
Als het een eerlijke zaak is, zal ik niets vertellen,
dat beloof ik je..
Hij jx^égelde zijn belofte met «eg. handdruk en
Nahnya veegde haai' oogen at
Toen begonnen zij met het bespreken der'bij zon
derheden.
„U morgen na het diner met de stoomboot mees-
gaat". zeide zij. „Wanneer u mij ziet. net doen of
u mij in 't geheel niet kennen. In Gisborhe ik zal u
vertellen wat u doen rpoef Neem alleen dekéns méé
Ik pen muskietentent voor u hebben. Jk genoeg yoed-
sel en van alles heb."
Ralph schoof haar het hertenleeren zakje toe.
Zij J>racht snel haar handen pp 3eri rug „U het
nemen moet," oordeelde zij. »,Ik niet wil u werken
voor niets."
„Ik heb fiet toch ook aangenhmen?" lachte Ralph.
„Nu betaal ik het je terug, omdat je -mij op een
reisje meeneemt. Ik had al lang op een gelegenhéid
gehoopt, eens een tocht te kunnen maken."
Weer ontmoetten hun blikken elkaar, weer streden
zij zwijgend, en weer was Ralph de sterkste. Zij nam
het zakje stofgoud terug, en borg het weer op ojjder
haar blouse.
Toen zij heengegaan was, en Ralph weer alleen In
zijn miniatuur-consultatiebureau zat; trachtte hij met
geweld orde te brengen in zijn wilden gedaehtènlxip.
Het meer nuchtere deel zijner constitutie dééd thans
zijn rechten gelden, en liad hem reeds ten halve
overtuigd, dat hetgeen in den loop van het laatste uur
was gebeurd, onmogelijk iets anders dan een droom
kon zijn. Het was te fantastisch, te ongerijmd voor
een half prozajnensdi *om ook maar een oogetnblik
te gelooven. Dat zooiets hem zou overkomen, hem,
Ralph Cowdray, den medicus ponder patiënten. Maar
zijn bliek viel op de schrijftafel en in de naden van
het blad (glinsterden verscheidene gele korreltjés. Op
het gezicht daarvan blies de prozamensch Ralph ver
slagen den aftocht; de droomer Ralph behield het
„Goeie hemel, wat 'n oogen." dacht hij. „Ze kian
niet ouder zijn dan een jaar of een én twintig en zij
kijkt als had zij alle dienten des levens gepeild.
Het slaan van de klok herinnerde Ralph eraan, dat
het etenstijd werd. Dat bracht hem Dan in de ger
dachte, en de gedachte aan Dan bracht hem het on
derwerp van hun twistgesprek, dat Nahnya's komsl
had onderbroken, weer in herinnering, Ralph viel ver
baasd in zijn stoel terug.
„Romantiek,.' droomde hij voor zich uit. „Die is
met baar in mijn leven gekomen,"
HOOFDSTUK IL
Aan boord van de „Tewksbury".
De toebereidselen die Ralph den volgenden dag tot
de reis trof, hestonden in hoofdzaak hierin, dat hij
oen stel kleuren en enkele bénoodigdhédén in 'n zak
van zeildoek pakte, deze in zijtn beddekens rolde, het
bundeltje op zijn schouder heesch «u de deur van het
blokhuis achter zich grendelde. Niemand was buiten
gewoon verrast joen hij 'aankondigde, dat liij met da
stoomboot wilde meegaan, om de streek eens te zien.
In het onconventionele Noorden is mén meester van
zijn tijd; een reisje maken is <te beste manier om er
door -«heen te komen, en om te vertrekken is de
eene dag oven goed als de andere.
Zelfc bij Dan Keaeh, die toch wist hoe Ralph het
land had geiiad. wekte het plotseling besluit geaner-
lei achterdocht. Dan ,was jaloersch, „Ik gaf een lief
ding. als ik 'met je mee mocht", zeide hij.
Ralph die "wist dat Dan stevig aan zijn Morsesleu
tel vast zat, meende veilig met dezen vromen wens oh
te mogen instemmen. In Ralph's binnenste tintelde
het van geheim pleizier. „Ze moesten eens wéténl"
dacht hij.
De kapitein van de stoomboot. Wes' Trickett, eejn
lompe onbevaren zoeLwater-zeeman, dineerde ook bij
Maroney, en na het dessert ging het haele gezélschap
met hem mede naar den rivieroever, om, gezetén
op Stapels ruw gekapt timmerhout, getuige te zijn van
het vertrek. Daarmee werd ondertusscheu geen haast
gemaakt. Gezellige kout en vroolijke an«cdotes paar
den zich aan tabakswolken. Wanneer de conversatie}
taande, zeide Wes' spjjtig: ,,'t^Is tijd om het anker te
lichten, jongens," Waarop dan iernaind voorstelde nog
een glaasje op den valreep hl kwiestie bij Maroney
te (lakken, en het gezelschap als één man opstond,
en éénstemmig zijn adhaesie mpt het plan betuigde.
AVea' vond het al mooi genoeg dat het vertrek van zijn
boot de aanleiding tot een rondje gaf, en achtte zich
uit dien hoofde van alle betaling vrij gesteld.
D® „Tewksbury L Swett" lag aan hun voeten met
stoom op. Evenals die van da verblijven te land in