Aliiaeci Niems- Mratcmii- Laniii mwlUi DINSDAG 6 APRIL 1120 ri3st>> J h r u h ii ij No. UITbtVtKS: TRAPMAN CO., SCHAGEN. Sinnenlandsch Nieuws. FEUILLETON. Het Meisje van hiernaast. Gemengd Nieuws. SCHADE cm Dit blad verschijnt viermaal per week Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's m. 8 uur worden Advertentiën zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTCHEQUE en OIRODIENST 23330. INT. TELEF. no. 20. Prijs per 3 maanden f 1.55. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN TIÉN van 1 tot 5 regels f 0.80, iedere regel meer 15 ct. (bewijsn© inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend WIERINGEN. Door B. en W. dezer gemeente is wegens bedank én van den heer D. van der Pol, lat gemeenterieurwaarf dier benoemd de heer M. van Vliet, deurwaarder te Schagon, die de benoeming heeft aangenomen. WIERINGEN. De rijksveldwachter Groenewcmd van Texel. tijd. al hier gedetacheerd voor de bewaking van den ex_krooi\r prins, is van zijn detachement ontheven en in zijn laats aangesteld de rijksveldwachter Wameling van 5 Wormer. HULP AAN DUITSCHLAND. Van wege het Centraal Comité voor Nederland tot leniging van den voedseL en kleerennood in. Duitschr land wordt het volgende medegedeeld De voedings toestand in het bedreigde Roergebied die reeds -eenigen lijd uiterst kritiek was, dreigt tot een ware catastrofe te voeren, indien niet krachtig wordt ingegrepen. De kinderziekenhuizen rijn nago- noeg geheel van melk verstoken, de bevolking wéét groobondeeis alleen nog slechts uit har© herinnering dat molk een volksvoeding is bij Uitnemendheid i©n thans komt heit officiieele bericht uit Essen, dat er van 2 dezer af geen enkele druppel melk méér vér- krijgbaar is. Set Centraal Comité voor Néderland tot leniging van den voedseL en kleeretnnood in Duitschiland beraamt middelen om zoo-dra slechts eenige zekerheid bestaat,, dat hare zendingen de gewenschtd plaats bereiken, krachtdadig hulp te verleenen. PENSIOENEN SPOORWEGPERSONEEL. Volgens de „Msb." zullen de pensioenen, uit te kee- ren aan gepensioneerd personeel der -Nederlandsche spoorwegen en de nagelaten betrekkingen van dat personeel, worden verhoogd met 40 pet. met ingang van 1 April 1920. ELECTRIFICATTE NOORDZEESLUIZEN TE UMUTDEN. Naar onze berichtgever te IJmuiden verneemt, zal binnenkort een proef worden genomen met'de elee trificatie der Oude 'Noordzeesluizen aldaar. Reeds zijn twee sluisdeuren door een bok uitgelicht en naar de fabriek der firma Gel-ra. Figée te Haarlem vervoerd, teneinde daar voor genoemd doel te wor den geconstrueerd.Hdbld.. ONBEPERKTE UITVOER. Volgens mededeeling in het INed. Landbouw Week blad heeft het bestuur van het Kon. Ned. Landbouw- bouwcomité een schrijven gericht tot den Minister van Landbouw, waarin het verzoekt alle beperkende bepalingen, welke ten aanzien van den uitvoer van nuchtere kalveren, vleesc'h en vleesclhafvallen zijn gesteld, ten spoedigste op te heffen. Tevens verzoekt het bestuur den Minister beleefd om in den vervolge, alvorens maatregelen te tref fen waarbij de belangen van den landbouw zijn be trokken, wel overleg te willen plegen met den ge- organiseerden landbouw. MARINE-MONUMENT. Naar wij vernemen, heeft H. M. het bescherm- vrouwschap aanvaard van het te Helder gevestigd Comité tot oprichting van een Marine-monument. VROEG VOORJAAR. Te Utrecht staan Ikastanijeboomen met geheel ont wikkelde bladeren. Zoo ongeveer een maand vroe- gor dan anders. DOOR GAS GESTIKT. Men meldt uit Rotterdam: Zaterdagnacht om drie uur werd de politie ge waarschuwd, dat zich in de motorboot „Meeuwtje1*, liggende in de Leuvehaven, die om 1 uur uit Dord was afgevaren, twee mannen bewusteloos in de ka- NAlAiR HET HNGELSOH VAN RUBY M. AYRES DOOR W. J. A. ROLDANUS Jr. Uitgave van W. DE HAAN, Utrecht 8. „Dat 'doe ik wel," protesteerde ziJL „Ik houd voel van hem, ik mag hem heel graag, ik voel meer voor hem. dan voor. al de andere mannen, die ik keto, maar 'ik heb hem niet liet" „O, liefde" I zeide ik gemelijk. „Als u zoekt naar dien onzin, waar je in hoeken over leest „Het is geen onzin," bitste zij! terug. „Het is juist het m-ooiste wat teir in de wereld bestaat. Haarboog en flikkerden en hoewel ik mij' boos voelde, moest ik toch glimlachen. Zij was in haar heerlijkf* beid op dat oogenblik zoo echt kinderlijk. ,,U bent nog te jooog; dat is de quaestie," zëid'd ik toegeeflijk. „U weet zelf nog niet wat u wilt U verlangt het onmogelijke. Nu riet u misschien in hoe verstandig het van me was miji tegen het engagement te verzetten. Jullie bent nog kinderen. Als u een paar jaar moest wachten wat u natuurlijk niet wilt dan zoudt u later lachend op dit all-es terugzien." „Of huilen biji de gedachte aan wat wij gemist hebben," zeide rij mot een van haar philosopische flitsen „Ik geloof, dat bet tijd wordt om naar huis te gaan," zeide ik. Als u uw hond eens riep.". „Ragsl RagsP' Zoodra het dier haar steim hoorde, vloog höj naar haar toe. Rags was warm en hijde en rijn neus zat vol aarde, alsof hij- op de konijnenjacht 'geweest was. Hij keek naar haar en kwispelstaartte; dan keek hij mij aan, alsof hij vragen wilde: „Laat mij als bet je belieft nog wat blijden. -Waarom wil je nou al naar huis?" Maar al had hij er niet genoeg v an,ilt wel, en toen ik het bek weer opendeed, liep Joy er door en ik volgde baar. „Maar ik heb hem niet liefHa'ar woorden klonken mij steeds in mijn ooren. Was het waar? Ik wilde liever niet verder op bet onderwerp in gaan en toch bad ik gevoel alsof ik bet weten moest. „Welk geluk verwacht u in de gegeven omstan digheden te vinden?" vroeg ik. Zij lachte. „In de eerste pla'ats zal ik weg rijn van mijn va der, in de tweede plaats zal ik niet meer tot over mijn ooren in de schulden zitten en Juit bevonden. De uhlp van dr. Neurdenburg werd ingeroepen, die de mannen op den kant liet bren gen en kunstmatige ademhaling liet toepassen. Alle middelen om de menschen in bet leven terug te roepen, waren te vergeefsch. -Bij onderzoek bleek, dat de mannen, de kooplieden Van der Haven en Bouwens, beiden uit Rotterdam, in de kajuit waren gaan liggen slapen en bedwelmd zijn door gassen, ontsnapt uit den knalpot van den motor. SUIKERFABRIEK HOLLAND. Donderdagmiddag werd te Hoofddorp een druk bezochte vergadering van landbouwers-aandeelhou ders gehouden. Uitvoerig werd besproken de weige ring om de suikerfabriek 'Holland te leverèn en de aangeboden koopsom in ontvangst te nemen. Na uitvoerige besprekingen werd bet bestuur der coöperatie gemachtigd zoo noodig de aandeélen der directie in rechten op te vorderen. !Het staat te be zien of de landbouwers in Haarlemmermeer en om geving hun suikerbieten dit jaar coöperatief zullen kunnen verwerken. De vergadering stond onder leiding van den heer A. Golijn, burgemeester van Nieuwer-Aïnstel, die verklaarde het voorzitterschap neer te leggen, daar hij zich niet 'kon vereendgen met de zienswijze van de meerderheid van het bestuur. MOND- EN KLAUWZEER. Het bestuur der Overijselsche Landbouwmaatschap- pij heeft een schrijven gezonden aan den Minister van Landbouw, waarin het de overtuiging uit spreekt, dat de verbreiding van het mond- en klauw zeer veel grooteren omvang heeft aangenomen, dan uit de officieels berichten zouden moeten worden aangenomen, daar de groote meerderheid der land bouwers hiervan geen aangifte meer doet. Met. in stemming ds indertijd' begroet het besluit om het af maken der zieke en verdachte dieren te doen ophou den. Adressant heeft dit besluit opgevat als het ein de van de bestrijding der ziekte van Overheidswege- in 't algemeen. In die meening werd het versterkt, doordat twee maatregelen, die de uitbreiding der ziekte konden keeren, niet werden ingetrokken, n.1. de verplichte aangifte en het vervoerverbod van zieke dieren. In de practijk blijkt nu evenwel, dat aan deze maatregelen absoluut niet de hand wordt gehouden, zoo weinig zelfs, dat het herhaaldelijk voorkomt, dai ernstig zieke dieren op de markten staan. Dat de ziekte o pd'eze wijze in korten tijd een zeer groote uitbreiding verkrijgt, béhoeft geen nader betoog. De groote verbreiding der ziekte, het kwaadaardig ver loop in vele gevallen en bet totaal ontbreken van •alle bestrijdingsmiddelen, maakt de landbouwers in hooge mate ongerust. Adressant verzoekt aan den betrokken dienst op te dragen, aan de nog geldende bepalingen streng de band te willen houden. DE SCHEEPVAART TE ROTTERDAM. De arbeid van werkwilligen, is merkbaar van in vloed geweest op het aantal in deze week vertrok ken stoomschepen. Er kwamen deze week in de ha ven aan 28 stoomschepen, tegen 27 in de vorige week, en er vertrokken 40 stoomschepen, tegen 31 in -de vorige week, VAN EWIJKSLU1S. Den len Paaschdag gaf het kinderkoor Excelsior onder leiding van den heer C. Dekker een openharé uitvoering in 't lokaal van den heer J. Keuris. De zaal was geheel gevuld en we kunnen gerust zeggen, er is genoten. Het jonge koor geeft blijk van goede stu-die. Bijl ieder nummer heerschte de meesité stilté. Ook de tooneelstukjes liepen vlot yan stapel, en ver wierven een, luid applaus. In één woord, wij konden „Hebt u nu dan schulden?" vroeg ik. „Altijd", flapte zij er uit. „U zoudt ze ook hebben, als u geen geld hadt". Het leek een onbetwistbaar argument. Wij liepen een poosje zwijgend verder; dan vroeg ik: „En later als u. een ander ontmoet en merkt, dat u meer van hem houdt dan van Don wat wilt u dan doen?" „'Dan zal ik u om raad komen vragen", zeide ze lichtzinnig. Dan' zal ik zeggen: „Ze-g mij alshet u blieft wat ik doen- moet! en u zult bet mij zeggen en dan „Zult u natuurlijk precies het tegenovergestelde doen", voltooide ik den- zin voor haar. „Zou ik? Wie zal het zeggen?" zeide zij raadsel achtig. „En wanneer ik ini dien tusschentijd aan Dion zeg wat u zooeven tegen mij gezegd hebt?" „Dat zult u niet doen", antwoordde zij vol ver trouwen. „En al deedt u het, dan zou hij het toch niet gelooven". Wat ook een onbetwistbaar feit was, d-at wist ik zeker. „Kijk eens", zeide zij dan, „toen ik den eersten keer naar u toe kiwam u weet wel dien keer, dat u zoo onhebbelijk tegen- me was wajs ik van plan u te zeggen, dat ik Don 'zlou laten schieten, als u daar werkelijk op stondt". Zij zuchtte spottend. „Ja zeker, dat was ik van plan. Ik wilde braaf zijn net als jonge meisjes in comediestukken en belo ven, dat ik hem nooit meer zien en hem nooit meer schrijven» zou!" „Maar u hebt het niet gedaan". „Neen", stemde zij toe. „En dat was uw. schuld". „En nu?" vroeg ik. „Nu is het te laat", zeide zij luchtigjes. „Ik heb Don beloofd, dat ik met hem zo<u trouwen, en dat doe ik niu ook". Ik deed geen poging om haar van haar ongelijk .te overtuigen; ik wist, dat het verspillen -van moeite zou zijn, maar zij verwachtte blijkbaar, dat ik het doen zou, want na een korte stilte vroeg zij plotse ling: „Waar denkt u nu aan?" „Wilt u dat werkelijk weten?" Zij knikte; zij bad haar hoed weer opgezet, maar de graspluim zat er nog op en toen zij knikte, knikte die op een absurde pianier, mede. „Ik vroeg mij af", zeide ik, „of het mogelijk zijn zou ergens op de wereldi een narteloo'zer vrouw te vinden dan u bent". Zij gaf een .klein gilletje van protest, maar Jk ging onverbiddelijk vloort". „U hebt Don niet lief, maar u bent volkomen be constafceeren, dat én de leider én de kinderen hun uiterste best doen. Ongeveer 11 uur sloot de heer C. Dekker de welgeslaagde uitvoering met dank aan allen voor het aandachtig gehoor en daarop volgde een gezellig bal Alles verliep tenslotte ordelijk én netjes. BEGROOTING DER POST-, TELEGRAAF- EN TE LEFOON VOOR HET DIENSTJAAR 1920. Nadere tariefsverhooging in uitzicht gesteld. Sedert het opstellen van de memorie van toelich ting aldus de minister van waterstaat in zijn me morie van antwoord op het voorloopig verslag be treffende de regeling van de inkomsten en uitga ven van de Posterijen, de Telegrafie en de Telefonie voor het dienstjaar ,1920 is gebleken, dat de exploitatie-uitgaven niet beperkt kunnen blijven tot de ia die begrooting geraamde bedragen. Daarom heeft de minister bereids in het vorige jaar opdracht gegeven, een nieuwe tariefsherziening voor te be reiden. Indiening van desbetreffende voorstellen kan spoedig worden tegemoet gezien. AMERIKAANSCHE LOONEN EN TOESTANDEN. Uit «en briefje van een abonné der Schager Cou rant, die 28 jaar geleden uit deze streken is vertrok ken naar Amerika, en die blijkbaar met alle belang stelling de toestanden hier \olgt, vermelden we het volgende „Wat rijn de tijden veranderd, sinds wij Holland „hebben verlaten, 28 jaar geleden, en het is met dén „grootsten smaak, dat ik de gemeenteverslagen lees, „vooral da verslagen van Winkel (mijn geboorteplaats,) „-en Barsingerhom, (mijn laatste woonplaats). En wat „rijn de toestanden veranderd teh opzichte van de „werklieden in het algemeen en van de ambachtslie den in het bizonder. „Maar ook hier (dat is in Amerika) is alles zeer ver wonderd. De loonen rijn hier altijd zeer hoog ge. „woest, doch n u is het buitengewoon. Timüierliejden „en metselaars krijgen een dollar (f 2.50) per uur, „de boerenknecht 85 tot 100 dollar per maand boven „kost en inwoning en bewassching, en de meeste boe renknechten houden er zelf eten auto op na, om „Zondags -en met enkele feestdagen een pléiziérréisjé „te maken. Dientengevolge rijn er in South Dakota dan „ook zooveel auto's, dat men de geheele bevolking, „van dezen Staat er op of er in zou kunnen laden; „één auto op elke zeven personen. DE HEROVERING VAN DORSTEN. Een medewerker van het Handelsblad is te Donsben geweest, waar Donderdag de mannen der Lowienfeld- brigade mariniers rijn binnen gerukt, nadat een wejek lang da rooden er hadden geheerscht, en dat daarop door de rooden is beschoten. Hij vertelt er aa. het volgende van: Acht SpartaaLërs, die gevangen genomen, waren, rijn gefusileerd. Maar die straf achtte m-en voor „moor denaars en plunderaars" nog te humaan en een heden afgekomen legerorder geeft de vrijheid tot het toe passen van lijfstraffen voor de executie. Alle marine mannen hebben naast een dolk -een gummistok hangen met een leeren riem. Vóór mijm. raam staat een der vier vrachtauto's die Spartacus voor de komst der „Noskoten" moedwillig heeft vernield. In groepjes staan de inwoners er om heen. Over en weer worden verhalen uitgewisséld over het terrorisme der benden, die nu gelukkig weg rijn. „Alles hebben riji mij afgenomen", klaagde een der boeren, „mijn paarden, mijin varkens, alles. Alleen mijn do-gcar, die hebben ze niet kunnen gebruiken. Ik had hert eene wiel afgeschroefd en op zolder verstopt." De anderen lachten tevreden. Dan op eens een doffe slag. Als verstard zien wij elkander aan. Nog eens een dubbelen slag. „Het hééft ingeslagen'', roept er een, „daar naast het Raadhuis." Dat brengt reactie. Een vrouw naast miji, op van ze. nuwen, barst in tranen uit. „Zij schieten met artille rie de stad tot puin", gilt een ander. „Dekking zoo- ken"! En een derde, een vierde slag volgt. Blind ganger i Even een opluchting Naar alle kanten uit gaat do vlucht. Sommigen rennen, opgejaagd door angst. Jarigs de straat. Anderen manen tot kalmte aan, zoeken dekking langs de huizen tot zij in het portiek rijn. om daar in angst samen te dringen. Luiken wor den gesloten. Een granaat fluit over onze hoofden. Even later slaat een scherf een gat in den muur op den hoek. Zoo gaat 't door. zestig maal Dan wordt het stil Maar geen mensch waagt zich nog over straat. Alles staat in de portieken opgepropt, angstig. Vijf huizen aan het marktpl-ein rijn tot ruines ge worden. De glasscherven liggen wijd in het rond. Van de markthal is een peiler door midden geslagen. Een diepe granaatkuil werd voor de deur in den grond ge slagen. Roerloos staart men er .paar. Plotseling, daar nadert gezang. De menschen kijken weer op, afgeleid. Daar komt een sectie infanterie, stormtroepen den ho-ek om. de stalen helmlem op, zin gend een lied van hun eigen Duits chianti. Dat breekt den ban en naar buiten stroomt het. Hier en daar rapen kinderen granaatscherven. De bewoners van de getroffen huizen beginnen te redderen en één zégt mij galaten: ,„in 's hemels naam, dan maar een afscheids groet van Spartacus. Als hij nu maar niet terugkomt" De medewerker vertelt dan hoe de rijksweérbaarhéid met de opstandelingen afrekende. De rechtervléugél was vooruitgerukt in een hinderlaag gevallen van een driehonderdtal Spartaciërs, die zich over een breedte van eenige kilometers hadden ingegraven. Tien rijksr w eermannen vielen.... „Wat toen gebeurd is, valt niet te beschrijven. Tot het uiterste waren ere troepen needs gebracht door hét lang rusteloos blijven. Dit was het laatste De „Un- temehmung", waarvan Hauptmann Walter sprak, werd een slag. Dinslaken. hel gestelde doel, werd vér re overschreden en op vreeselijke wijze zijn dé géval len kameraden gewroken. Bijna op de plaats zelve, waar de overval geschiedde, rijn achttien rooden, die met de wapens in de hand werden aangetroffen, neer geschoten, overeenkomstig het standrecht. Maar de schoenen en kousen uit, die zijl geroofd hadden. Eén heeft het niet willen afwachten en zette het onvér- wachts op een loopen, met één schoen aan. Een schat in den rug legde hem neer. Hoofdscholen, in al hun afzichtelijke uitwerking, hebben aan het leven der anderen een eind gemaakt. Wild dooreen liggen rij bloedig uitgestrekt over de akkervoren langs den weg, Bijina allen jonge kerels, nog onder de twintig. Op den ring van een lees ik„Freiheit." Nu en dan ko men de Inwoners complaisant „die Sachen sich mal anseben." De haat, die spreekt in alles wat rij zeg gen en doen, stuit mij, aj kan ik haar verklaren. D-e hond van een hunner gaat snuffelend van dein een naar den ander. Wanneer een kind van een jaar of zes, zeven, een der dooden zand en steentjés in hét gelaat schopt, is er evenmin iema.nd, die het verbiedt. „Es sind doch Mord-er, wie? Alles hebben rij ons af genomen en afgeperst, wijl laten ze liggen voor wat rii rijn", hoor ik, wanneer er iemand: over „eindschan^a, spreekt I" EEN HUWELIJKSADVERTENTIE. Ketiy Pillango schrijft: Gefortuneerd meisje, met gevulde provisiekast zou gaarne kennis maken met intelligent jonge man; brieven onder „ernstig gemeend" enz. Deze typische annon-ce stond korten tijd geleden in een der -Boedapester couranten-. .Werkelijk een goede reid met hem te trouwen en de kanis te loopen zijn leven- te ruineeren voor uw eigen bevrediging. Ik beteeken niets voor u en toch schijnt u er een dui- velsch genoegen in ,te stellen om alles te doen- wat u kunt om mij door Don te treffen. Waarom, in 's hemelsnaam, wlaJanom? We waren volkomen ge lukkig en tevreden tot u ini ons Je ven kwam; u hadt toch zeker wel uw keus op iemand' anders van al de mannen, die u £e Heston kende, kunnen laten val len". „Alle mannen te Heston!" piep zij uit. „Ik haat ze! Ik haat ze allemaal behalve Don. Zij gingen al leen met me .uit, o-mtiat zij dachten, dat er niemand was, die er vat om gaf wat deed; zij kJwamen 's avonds laat bij .ons thuis, wanneer Zij zweeg, beet op haar lip en keek me verschrikt aan. „Daar weet ik alles van", zeide ik bitter. „Dat verklaart me tevens grootendeels waar Don's geld al dien tijd gebleven is". „Ik heb er nooit een shilMng van gelhad", barstte zij uit. „Ik haatte de heele zaak. rk was blij, toen het ontdekt wend en er een eind aan gemaakt werd'. Dat gelooft u zeker niet?" „Waarom zou ik het niet gelooven?" vroeg ik. Ik was de discussie meer dan moe; boe meer wij zeiden, des te erger schenen we dn moeilijkheden te komen. Over twee dagen zou Don naar Frankrijk gaan; het was afschuwelijk, dat zijn verlof bedorven zou wforden door dit kibbelen en twisten. De oprechtheid van het meisje haid- mijn woede opnieuw doen ont branden; het kwam zoo goed bij haar inperfcinentie om Don een ring te laten knopen voor haar en mij kalm te zeggen, dat zij hem niet liefhad. Hield -zij van iemand in de heele Wereld 'Zij' haatte haar vader en zeer zeker haatte zij mij. Ik keek on geduldig, naar haar. Zij was een zeer drriteerend per soontje, wamt zoodra ik haar misnoegen goed wilde opwekken, scheen zij onmiddellijk' dat „kleine meis- jes"-adr aan te nemen, dat mij dadelijk ontwapende. Zij had het n-u ook weer en l'iep met gebogen hoofd en neerhangende lippen en haar armen lusteloos langs haar zijde, naast me. En weer werd- ik, tegen mijn heter weten-, er .toe gebracht met haar te dïscussieeren. Ik vertel-de blaar van zijn vader en rvan de vrouw, met wie hij getrouwd was. „Zij behoorde tot een derde rangs tooneelgezel- schap", zeide ik, „en was een knap, harteloos schep sel, dat zijn leven ruineerde en hem, twee jaar na Doh's geboorte, verliet. Ik heb hem na den dood van zijn vader igrootigebra'cht en alles voor hem gedaan wat in mijn vermogen ,was. Denkt u nu -heusch, dat ik wil, dat hij zijn leven vernietigt, zooals zijn va der gedaan heeft? Gelooft u niet, dat ik zekerheid hebben wil, diat die ligt in de banden van de vrouw, die hij hebben moet? Als ik hard ben geweest tegen over u, dan kan dat door bezorgdheid voor hem. Ik heb geen verstand van vrouwen dat zal Don ji ook kunnen keggen", „Ja", zeide zij. „Hij heeft het me gezegd; hij heeft me alles omtrent u verteld, al lang voor den dog •bij de heining, toen' u zoo bobs op mij jwerdt, omdat ik tegen u sprak". „Ik was niet hoos". „D|at was u wel", hield zij vol. „En misschien hadt u gelijk. Het was zeker, niet -damesachtig om het te doen, maar ik (ben nu eenmaal geen dame. Ik heb nooit gelegenheid gehad- het te worden". Een diepe blos plekte op iedere wang en ik voel de werkelijk wroeging, dat ik zulke harde dingen tegen haar geZegd- had. -Impulsief legde ik mijn hand op haar arm en zij bleef sitil staan, haar hoofd zóó afgewend, dat ik slechts haar ééne wang en den ran-d van haar kortgeknipt, vlamkleurig haar on der den- breeden hoed kon riem „Hoe oud bent u?" vroeg ik vriendelijk. „Twintig", zeide zij fluisterend. „Dan is Dion maar twee jaar ouder", keide ik. „En ik ben bijna zoo oud als jullie twee samen?" ,yNeen, dat is niet waar", protesteerde zij vrij hef tig. „U bent nog geen veertig". „In ieder géval ben ik oud genoeg om u een raad te geven", antwoordde ik. „Maar daar zullen we niet verder over disoussieeren; er is maar één Idüng, dat van belang is- m-aar een ding, dat ik graag wil dat u mij belooft". „Eb dat is?" Zij keek mij nieuwsgierig aan. „Probeer hem gelukkig, te maken-; al het andere is bijzaak. Al heit abdere zal ik vergeten, al» u hem gelukkig maakt". Een magnetische vlam kwam in haar oogen. ..En ik?" vroeg zij heftig. „Wanneer kom ik? Zult u hem oiok vragen te proheeren mij gelukkig, te ma ken, of tel ik niet mede?" Zij hield een oogenblik op, ademJde vlug en diep en ging idian voort: „O, wat zou ik u graag afranselen-" Dan vloog zij weg met Rags blaffend achter haar. Op die mander kwam ik toch thuis theedrinken! „Tk dacht wel, dat u het te warm zoudt vibden om lang uit te blijven^ Mr. David", zei-de Castle op een ik-heb-je-het-wel-gezegid-fcoon, toen zij de .tafel dek te. „Ik dacht wel dat het u niet bevallen zou". „Het beviel me ook niet", zeide ik grimmig, ma-ar ik dacht niet aan de warmte. Ik 'keek naar het theeblad. „Twee -kopjes!" riep ik veïbaas|cL „Mr* Do® komt niet theedrinken", „Ik dacht dat Miss Lambert misschien «en kopj# kwam drinken, Kir. Ik zag, dat zij u naliep".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1920 | | pagina 1