Gemengd Nieuws. men liggen. Ener moet gestookt worden. Hoe dikwijls komen niet vader en zoons doornat thuis. Dag moet de werkman zijn verkleumde leden kun nen verwarmen en zijn doorweekte kloeren kunnen drogen. Er is- al weder brandstof noodig. Heeft men dan genoeg, aan 3 KG. per dag,? Ja zal men zeg- j gen, kunnen die menschem dam geen hout of turf stoken? Hout stoken is veel te duur. Bovendien ligt de gemeente niet dn een houtrijke streek. En met turf gaat het ook niet. Het duurt veol te lang, eer men daarmee eon voldoende vuur heeft, on zoolang kan de werkman niet wachten, vooral niet als de vrouw ook mee naar het land moet, wat helaas nog maar al te vaak gebeurt. En dan komt de winter. Heeft men in den zo mer reeds brandstof te kort, hoe moet men dan het koude jaargetijde doorbrengen? Geeft een hoe veelheid steenkolen van 3 KG. genoeg calorieën om de kostbare lichamen van een arbeidersgezin vol doende te verwarmen zoodat ze als de lente ont waakt, weer met nieuwe kracht bezield, a^n den ar beid kunnen gaan, het onmisbare landwerk, zonder hetwelk ons vaderland geen welvaart zou kunnen hebben? Moet Rijkskolendistributie dan ook. niet meehel pen, om. die onschatbare krachten te conserveeren en te zorgen, dat tenminste door gebrek aan brand stof een arbeider niet stijf is voor zijn ouderdom? WATERVER ONTREINIGING EN VÏSGHSTAND. Aan een schrijven van den heer P. J. C. M. Wij- mer, secretaris v. d. Alg. Hengeloarsbond, ontlee- nen wij, dat hetKatwijk-s clie Kanaal te Katwijk- Binnen verontreinigd is. 'Het verspreidt een verpes tenden stank. Duizenden en duizenden doode vis sollen dreven iZondag in het 'kanaal zeewaarts daar er juist gespuid werd. De meeste dezer visschen waren onder de wet telijk vastgestelde maten, hoewel er zich ook zeer groote exemplaren snoek en baarts onder bevonden. Deze waterverontreiniging zal wel/ zegt de schr. moeten worden geweten aan het afvoerwo- ter van de een of andere fabriek aan den Rijn ge legen. „Wanneer zal aan dit vermoorden van visch in het groot eens voorgoed een einde worden gemaakt? 'Het stellen van boeten geeft eenvoudig niets, Men betaalt deze boete liever, dan dat men de machines aanschaft om h#t afvoerwater te reinigen voor do loozing, omdat het eerste veel goedkooper is. De waterverontreiniging heeft in de laatste jaren zeer groote afmetingen aangenomen din het geheele land en zulks ten koste van onzen zoetwiatervisch» stand, om niet te spreken van den invloed op de gezondheid, Op de op 4 Juli J.l gehouden algemeens vergade ring van den Algem, Hengelaarsbond kon men uit j nagenoeg 'alle deelen des landis hierover klachten hooren, Uit Groningen vooral kwam de klacht van ver-1 ontreiniging van de binnenwateren Idoor afvoer* water van fabrieken. Sommige fabrieken aldaar i hebben hun machines om het afvoerwater voor. da loozing te reinigen klaar staan, teneinde deze da delijk te kunnen gebruiken, .wanneer de wetsbepa lingen worden verscherpt, b.v, door sluiting -van de fabriek. Voorloopdg is het betalen van een boete nog goed kooper en blijven do machines buiten werking. De afdeeling Weesp kwam met een klacht over verontreiniging, van het water in' het Merwedeka- naai onder Weesporkarspel door afvoerwater van een ammoniakfabriek, waardoor duizenden vis schen zijn gedood. Do Visscherij-Inspectde heeft allerlei bepalingen in hét leven geroepen om den viscbstand te yerboo- gon, speciaal voor de jongere visschen en het visch- broed. GEEN GRATIE CONSULT MEER. Ds. J, C H. Scholten, predikant der Ned, Herv, Gem. te Rotterdam, heeft, naar de N, R, Ct, meldt, aan de gemeente het volgende medegedeeld: Alleen .wat geld kost, heeft waarde voor menig een;. vandaar dat catechisatielessen wel afgezegd kunnen worden, want U kost toch niets. Op een spreekuur mag een predikant ^lastig gevallen wor den met de kleinste onbenulligheden; op zijn stu deerkamer wordt hij1 per telefoon of bezoek voort durend van zijn werk gehouden; dat kan, want 1 kost niets. Ik meen aan dat alles een eind te moe ten maken na 1 September, Mijn spreekuur blijft voor een ieder toegankelijk, maar verder kan men mij consulteeren op eon vooraf besproken uur, over onderwerpen van gödsdienstigen, maafcschappelij- ken en opvoedkundigen aard, tegen vergoeding. .Ook catechisaties aan huis, die geheel 'als privaatlessen kunnen worden beschouwd en die niet alleen die-- nen ter voorbereiding van de aanneming, maar ook om zich op de hoogte te stellen van de verschil- lende problemen van 'gödsdienstigen of socialen aard, worden voortaan door. mij berekend. Zij, die meenen, boslag te mogen leggen op een deel van 1 onzen tijd, zullen zeer zeker deze opvatting waar de eren, daar, .als vanzelf spreekt, een spreekuur en catechisaties voor niet-betalenden geopend blijven- PAARDENSPORT. 'Blijkens een in dit nummer voorkomende aankon diging wordt het jaarlijksche .Concours-Hippique van de Vereen. „Vooruit" te Hoofddorp-, Haarlem mermeer, dit jaar gehouden op 21 en 22 'Juli, De belangstelling voor dit jaarlij ksoh paarden- sportfeest neemt steeds toe, zoowel van de zijde der bezoekers als van den kant der deelnemers. Dit jaar voor het eerst is het programma over twee dagen verdeeld. Als men in aanmerking neemt, dat er ruim 300 inschrijvingen zijn ingekomen:, idan kan men er van verzekerd zijn, dat er voor liefhebbers van de paardensport veel schoons te genieten zal zijn. Haarlemmermeer zelf, bekend om zijn uitsteken de paarden, brengt heel Wjat edele dieren in den ring, terwijl ook het beste wat men elders op dit gebied heeft, dien dag in het middjelpunt van den grooten Haarlemmermeerpolder wordt samenge bracht. Vermelden we ten slotte nog, dat het programma bestaat .uit 24 nummers, waarbij groot en klein Springconcours. EEN ONDERHOUD MET STAATSSECRETARIS SEttONS OVER DE DUITSCH—NEDERLANDSCHE CREDIET- EN KOLENQVEREENKOMST. Vanochtend heeft dr. Simons, de Duitsche staatsse cretaris van buitenland^che zaken, mij ontvangen? zoo schrijft de correspondent der N. R. Crt., en mij een uiteenzetting gegeven van zijn positie ten opzichte van het credietverdrag met Nederland. De minister heeft mij de volgende verklaring gegeven, die ik, alvorens haar af le zenden, nog aan zijn goedkeuring onder worpen heb. Ze luidt als vofgt: „Ik heb de onderhandelingen van de vorige regee ring met Nederland met bezorgdheid aangezien, omdat ik mij bewust was, dat men moeilijk over leveranties aan'neutrale landen kan onderhandelen, terwijl een generaal arrest op het heele vermogen van Duitsch- land rustte. „Toen ik mijn ambt aanvaardde, heb ik twee ver dragen gevonden, die met elkaar in een zekere tegen spraak waren, nl. het verdrag van Versailles en het credietverdrag met Nederland. Daarvan heeft voor zoover de in beide verdragen vertegenwoordigde be langen met elkaar in tegenspraak zijn, het verdrag van Versailles den voorrang, le. omdat het ouder is en 2e. omdat er een sterker macht achter staat Daar naar moeten wij ons richten. Wat mij betreft, ik heb sedert het begin van den oorlog de verstandige, eer lijke en dappere politiek van neutraliteit van uw land bewonderd en 'ik heb een sterke sympathie daarvpor leeren koesteren. Ik zal daarom niet alleen al het mogelijk doen, om de verplichtingen die het verdrag ons oplegt te vervullen, maar ik zal ook den persoon lijken invloed, dien ik door mijn aanraking als onder handelaar met de vertegenwoordigers van de gealli eerden hoop verkregen te hebben, gebruiken om te leurstellingen voor ae 'Nederlandscho regeering naar mijn bestekrachten to verhinderen. Do Nederlanders kunnen erop rekenen, dat men hun in alle opzichten, zoover slechts eenigszins mogelijk is, zal tegemoet komon. „Het ia echter nog volkomen onduidelijk wat wij aan leveranties zullen kunnen volbrengen. Wij weten ook niet, of kolen, voor uitvoer bestemd, ter vrije beschikking zullen blijven. Wij zijn in alle opzichten volkomen van de entente afhankelijk. „Eerst de oplossing van de kwestie, die tiit het ver drag van Versailles voortspruit, zal ons de gelegenheid geven tot een overzicht, of onze verplicchtingen tegen over de entente ons zullen veroorloven te leveren en wat rij ons zullen veroorloven te leveren. Van onzen goeden wil om de verplichtingen, die het credietver drag ons oplegt, na te komen, kunt gij echter over tuigd zijn." HEERHUGOWAARD. Op initiatief der besturen van „Nieuwleven" en de afdeeling L.T.B. Noord alhier, werd in het lokaaf'van den heer W. Groenland een bijeenkomst gehouden van betrokkenen bij den geweldigen hagelslag van Maan dag jl., welke vergadering door ongevfeer 120 personen werd bijgewoond. u Do voorzitter van „Nieuwleven" belast met de lei ding dezer vergadering, heet allen welkom, en betreurt het ditmaal, dat zoovele.n zich genoopt hebben ge voeld, haar bij te wonen, te meer, aaar de uitnoodiging slechts mondeling is geschied aan betrekkelijk maar weinigen, met het verzoek medegetroffenen met de ver gadering in kennis te stellen; de groote opkomst toch is voor hem het bewijs, dat helaas zeer velen 4bij het onheil betrokken zijn, meer nog dan de rondgang met den heer Meereboer hem deed verwachten. De bestu ren van „Nieuwleven" en L.T.B. hebben gemeend, de getroffen leden samen te moeten roepen, teneinde met elkaar te overleggen, wat in dezen gedaan zal kunnen worden. Van de bestuurstafel zullen nog geen bepaalde voorstellen aan de vergadering worden gedaan, men acht het dezerzijds beter, dat die worden geboren uit de onderlinge besprekingen. Gaarne geeft hij daarom aan ieder, die zich daartoe geroepen gevoeld, zijn meening ten beste te geven. Na eenige onderlinge bespreking, wordt door den heer P. Wonder als zijne meening te kennen gegeven, dat men zich wende tot de Regeering en terstond een commissie samenstelt tot voonoopig onderzoek naar de veroorzaakte schade. Deze opname zou dan na ver loop van eed paar weken b.v. herhaald kunnen worden, om na te gaan, in hoeverre zich sommige gewassen ten deele hebben hersteld. Ten einde de zaak te bespoedi gen, worden eenige commissies met het onderzoek be fast. Spr. heeft zien bereids reeds gewend tot den Land- bouwleeraar, den heer Nobel, doch nog geen antwoord kunnen ontvangen. 1 Aangezien nog geen meerdere stemmen opgaan, .1 voor lieb, dat hij' een schurk is, geloof ik bet nlet"- „Xooclra ik u den gestolen' diadeem, teruggeven kan, zal'ik ook de bewijzen leveren", zeide Carring. „Tot zoolang moet u u tevreden stellen' met wat ik zeg!". Hij keek op zijn horloge, „Hat islaat geworden", wendde bij zich tot mij. ,JVËsscbieiL zou bet bet beste zijn, wanneer jij. nu naar buis ging, .George.'Ik kom, zoodra ik een paar woorden met de politie gesproken heb» Wanneer je even weinig moe bent als ik, dan kunnen we daar na nog een tijdje over bet gebeurde praten. Een grogje zal onze gedachten helderder maken". Dan deed bij Jeffe-rt een vraag, die mij ver bijsterend deed staan. „Hebt u ook een doel voor dat vervalsdbte kleinood? Anders zou ik een voorstel willen doen". „Het ding ds niet van mij „Neen, dat is zoo, maar daar do eigenaar ervan dood is, zal er wel niemand1 naar vragen". En over redend ging bij voort. ,3ehoud u die imitatie, maar spreek er geen woord over met do detoctiven. Bewaar bert. kleinood goed in uw brandkast". De juwelier koek hem aarzelend apn. „Ik verzeker u, dat bot in uw eigen belang is", voegde Loo or vlug aan 'toe. „Wanneer wij niet afin houden, dat wij deze imitatie gevonden hebben, zullen wij don gestolen diadeem waarschijnlijk nooit terugkrijgen." Jeffert beloofde to zwijgen, nam den vervalsch- ton diadeem on ging naar zijn buis, om hem weg te sluiton. Inmiddels nam lk afscheid en vroeg Leo ook gauw te komen» Ik zou opblijven on op hem wach ten. Voor de huisdeur zag lk een donker klein voor werp liggen. Onder don Indruk van bet pijnlijke ondorzook waarvan dk cooevon getuige was. geweest, bukto lk mt) cn raapte het op. Het was eon donker bruine handschoen van dogskin, waaraan eon knoop ontbrak. Het eerste oogonblik wilde'ik weer mot mijn vondst naar Loo gaan, maar daar Juist op dat ©ogen blik oon dronken kerel langs den bulsmuur kwam aanwaggolon, deed ik het niet, maar ging van het trottoir af, om niet met den beschonken nachtwan delaar in aanrakdng te komen. Don handschoen had ik In mijn Jaszak gestoken. Do man was mdddelmatig groot, droeg eon langen I ulster of een soort chauffeurs;)'as met boog opge- slagen' kraag en een slappen hoed, waarvan' bij den I rand tot over zijn ooren getrokken had, zoodat ik zijn gezicht niet zien kon. Toen hij bij' het huis der Jefferts gekomen was, struikelde hij -en' bleef, tegen een goot geleund, naast de huisdeur staan. Ik hoorde een halfluiden vloek, j'waarop -een heesche stem mij' vroeg hoe laat bet was. iZondër te blijven staan of op mijn horloge te kij- i ken, antwoordde ik, dat het twaalf uur was. Ik had' o.l. toen ik het huis verliet, de klok dn Hepson's ka- I mer twaalf uur hooren slaan. De man stotterde zijn j dank en ik liep, zonder om te kijken, verder. Het gevoel van beklemming, dat mij in de grieze- j lige kamer van den vermoorde niet 'losgelaten had, wéék hier buiten in do frissche lucht eindelijk van j mij. Maar ik kon mij niet losrukken van wat ik zooeven medegemaakt en gezien had: Aan .een stuk I door peinsde dk over den brutalen moor en het mo- gelijk verband mot den juweelendlefstal. Ook met Leo Carring hielden mijn'gedachten zich .bezig. Hij bad me dezen avond' meer dan ooit ge- imponoerd door zijn vastberadon, kalm optreden en jdo zekerheid, wöarmede hij zijn onderzoek uitge voerd had. Eon boroepsdetective zou het niet beter gedaan kunnen hebben on zeker ook niet dieper in het mysterie indringen dan Leo het in korten tijd- reeds gedaan had. HIJ zelf toch had gezegd, dat zijn i theorie door de ontdekking van den vervalscbten .diadeem versterkt on bevestigd was on dat bij Thans eon zeker spoor had voorv de ontmaskering van den misdadiger. i Ik werd in mijn overpeinzingen gestoord doordat i lk zachte voetstappen achter mij meende te hooren. Ik bleef staan en keek om, maar kon niets ontdek- ken cn ik boorde ook niets meer. Zoodra ik echter i verder ging, boorde lk weer de voorzichtig sluipen- ,de slappen. Mijn gehoor is buitengewoon Bcherp en i oon vergissing was buitengesloten. Iemand' volgde mij en hield zich in de schaduw der buizen verbor gen. Weer bleef ik plotseling staan en nu hoorde ik duidelijk stappen. Dan werd het weer stil. De man achter mij was ook blijven staan. Onder gewone omstandigheden zou ik er nauwe lijks op gelet hebben. Maar in dezen nacht was mijn phantasle bijzonder geprikkeld en onwillekeurig bracht ik don nachtelijken, vervolger in verband met den moord. Ik ben tamelijk sterk en lichamelijk gaat nu ook de voorzitter wat dieper op de zaak in en geeft een resume van de besprekingen door de bestuursleden onderling. De besturen achten de op name der schade door één commissie het meest ge- wenscht en zijn van oordeel, dat daarin deskundi gen zitting moeten hebben, die persoonlijk niet door de ramp zijn getroffen. Nadat uit do vergadering verschillende opmerkin gen ten beste zijn gegeven, wordt besloten tot adres- seerdng aan den Minister van, Landbouw, met het verzoek dit adres 'in een speciale audiëntie nader te mogen toelichten. Wordt die audiëntie toegestaan, dan worden hiervoor aangewezen de heeren P. Mee reboer van „N. L." en G van Langen voor de L. T. B.- afcL, terwijl de heeren Burgemeesters van Hugo- waard en Hoogwoud; zullen worden aangezocht me de ter .audiëntie te gaan. Voorts wordt als reserve nog aangewezen de heer P. Wonder. Voor he.t opnemen der schade, teneinde op een eventueele toegestane audiëntie met cijfers, te kun nen komen, worden eenige personen genoemd', waar uit door de besturen een commissie van ,drie perso nen zal worden samengesteld. Eenige personen ge ven te kenneh, dat enkele vernielde producten on middellijk van het veld moeten worden geruimd ten einde er nog iets van binnen te halen. Hiervan wordt nota genomen on daar zal dan de schade het eerst worden nagegaan. Waar directe opruiming niet bepaald noodig is, wordt aangeraden alles zooveel mogelijk ongerept te laten. Nadat nog enkele opmerkingen zijn gemaakt en gestelde vragen beantwoord, sluit de voorzitter de vergadering, met de beste wenschen voor goed suc ces. Tot schatter werden door de besturen aangewezen de heeren Ja-c. Kuiper van Hoogwoud, K Üinsem en C. Langedijk -alhier, terwijl als reserve wordt aangewezen de heer P. Beers. BROEK OP LANGENDIJK Van de le naar de 2e klasse der Handelsdafichool is( bevorderd J. Dirkmaat ZUIDSCHARWOUDE. J. de Nijs werd bevorderd van de le naar de 2e klasse der Handelsschool en G Glas van de 2e naar de k NOORDSCHAHWOtmn. J. Kooij werd bevorderd van de le naar do 2e klasse der Handelsdagschool, J. Vlug Ja .en Jb. Smit Jbz. van de 2e naar de 3e klasse. OUDKARSPEL. Van de le naar do 2e klasse der Handelsdagschool iwerd bevorderd G Mosk. DROOMEN. Te Londen is pen dezoridag en een boek verschenen, „Dreams'7 jgeschreven door Willam Archer. .Daarin wordt op half-wetenschappelijke, half-populair-onder- houdende wijze, verhaald over dat wonderlijke verschijn sel, waarmede zich reeds zoo velen hebben beziggehou den en waarover de geleerden en de leeken 't nog altijd niet eens zijn. Professor Freud zegt: „De droom is de voortzetting der gedachte", maar een groot deel der oppervlakkige menschheid zegtDroomen zijn bedrog, terwijl nog anderen, de bijgeloovigen, aan droomen een voorspel lende, soms waarschuwende, kracht willen toekennen. Het is nog geen week geleden, dat we in de „Daily Mail" een bericht lazen van een jonge moeder, die zoo klaar en duidelijk van een kinderbegrafenis had gedroomd, dat zij schreiend èn met een gil ontwaakte en eenigen tijd noodig had om de obsessie-gedachte, dat haar eigen zesjarig zoontje daar begraven werd, van zich af te zetten. Twee dagen na dien droom ging haar kleine Norman „stekeltjes vangen'^ twee andere jon gens vonden een paar uur later zijn lijkje drijven en weer twee"* dagen later was dus de afschuwelijke droom der moeder werkelijkheid geworden. Zoo'n droom is „maar" een krantenvertelling zullen velen zeggen, doch uit het pas verschenen boek willen we nog eens het beroemde Norway-geval navertellen, de geschiedenis van een droom, die in 1839 gebeurde, doch die nog dikwijls ter sprake komt en welke zelfs onlangs in ae 2,Psychical Research Society" tot lange discussies aanleiding gaf. In het voorjaar van 1839 vonden landbouwers op den weg van Wadebridge naar Bodming het lijk liggen van een inwoner van Wadebridge, Norway genaamd, Nor way was een ongehuwd man van middelbaren leeftijd, onbemiddeld en zonder vijanden, men kon niet nagaan waarom deze man vermoord was. Het hoofd vertoonde talrijke wonden, met een bijl toegebracht enhet lijk lag in een bloedplas op den eenzamen landweg, Nor way was dus vermoora. Politie en justitie stelden een nauwkeurig onderzoek in, men kwam tot de conclusie dat het toch een roofmoord was geweest, want een gouden horloge en een beurs met eenig geld waren den verslagene ontnomen, maar wio de daders waren werd 'niet ontdekt. Nu had Norway een broer, die op het tijdstip van den moord als zeeofficier in ae West-Indische wateren voer. Terwijl die broer op een helderen tropischen nacht te slapen lag. had hij een vreemden en ontzettenden droom. Hij droom<jo dat hij zijn broer in Engeland zijn huisje verlaten zag, hij zag hem den landweg op gaan, 'hij zag ook twee kerels achter een haag in hin derlaag liggen, in zijn droom maakte hij den moord en de berooving mede en hij droomde en dat is geoefend en was In dien -tijd door een .cursus in juijitsu bijzonder .getraind. Derhalve besloot ik tot klaarheid te brengen, wie er achter mij sloop. Het was in ieder geval beter oog in oog tegenover hem te staan dan h,^m op die geheimzinnige manier op mijn hielen te weten. Vlug sloeg ik de eerste de beste straat in en sloop in de eerste koetspoort, die ik zag. Hoewel de deur gesloten was, bad ik nog plaats genoeg mij. ver dekt op te stellen tot de man vlak in mijn nabij heid zou zijn. Ik hoorde zij'n voorzichtige stappen dichterbij' komen. Nu was hij bij den, hoek. Hier bleef hij een oogenbldk staan, «vermoedelijk om te luisteren. Ik. hoorde hem binnensmonds -vloeken en dan bijna hard verder looperf. Op het oogenbtlik, dat hij hij de koetspoort kwam, schoot ik te voorschijn. De had er niet aan gedacht, dat de deur zoo dicht bij was en hij zoo hard liep; Een botsing was dus on vermijd*'ij*. Ik tuimelde te gen den muur, de man verloor zijn evenwicht en viel achterover. Tot mijn verbazing, zag ik nu, dat ik den -dron ken man voor mij had, die mij daareven gevraagd had hoe laat het was. Zijn roes scheen nu heelemaal voorbij te zijn. Vloekend stond hij op en kwam dreigend op mij af. K Onder den broeden rand van den slappe i hoed zag ik nu een koperrood, door een zware haard omlijst gezicht. De man droeg een autohril, zoodat men zijn oogen niet zag. Zijn vreemde kleeding viel mij op. Had hij geen slappen hoed op gehad, maar een gewone pet, dan zou hij er als eon chauffeur hebben uitgezien. „Ik heb u niet aangevallen", antwoordde ik zoo kalm als het mij mogelijk waa. „U «ohoot op mij af, toen ik hier uit de deur kwam. Wat wilt u van mij? ,JLoop naar den duivel met uwi deur", aiste de'man woedend. „U staat mij in den weg". Om mij te vergewissen of hij imij nog van daar even kende, zeide ik vrij scherp: „U achijnt heel wat nuchterder geworden te zijto; sedert ik u daareven sprak". Hij schrok blijkbaar en zonder te antwoorden, pre/beerde hij mij een slag op mijn hoofdJ toe te bren gen. Maar ik was vlugger dan. hij en het volgende oogen blik lag, hij op de «traaft Het was een sterke, woeite kerel, maar do lange het merkwaardige van 't geval dat de twee schurken aaar een klein huisje in Wadebridge gingen en daar den oehamelen buit deelden. Deze droom nu, dien de zeeofficier aanvankelijk als een droom eh niets meer, van zich afzette, vrat echter steeds dieper in rijn hersenen in en het droombeeld bleef zoo sterk en duidelijk in rijn geest, dat hij geen rust meer had en ten slotte zoo snel mogelijk naar Engeland terug voer. Dagbladen, die dergelijke sen- tationeele gebeurtenissen wereldkundig maakten,- wa ren er toen nog niet en zonder dus eenige bevestiging van zijn afschuwelijk droomsel gekregen te hebben, stapte de zeeofficier* bijna een jaar na den moord Wade bridge binnen. Zijn droom leefdo nog steeds zoo sterk in hem voort, dat hij bijna niet ontsteld was toen men hem 't treurige einde van rijn broer mededeelde. Wei was het hoofd der politie verwonderd en eenigszins wantrou wend toen de zeeofficier hem het verhaal van zijn droom deed. En schoorvoetend, als iemand die bang is de dupe v^n een grap te worden, ging de politiechef met twee van rijn mannen op het dringende verzoek van den broer van den vermoorden man, mede. Doch zonder weifeling wees de zeeman hun de plaats van den moord en bracht hen vervolgens naar het andere eind van het dorp, "waar in een klein huisjle de gebroeders Lightfoot, twee ter slechter naam en faam bekend staande individuen, woonden. Norway, die dit dient nog vermeld te worden als de eene druppel water op den anderen op rijn vermoorden broer geleek, klopte aan de deur en James Lightfoot deed open. Bij het zien van Norway verbleekte hij, stamelde onsamenhangende woorden en vluchtte van de kamer, waar rijn broer William aan tafel zat. Norway zeide niets, doch k^ek hen strak aan en de beide mannen waren letterlijk verlamd van schrik. En het onmiddellijk ingestelde onderzoek bracht het horloge van den vermoorden Norway te voorschijn. Beiden bekenden en den 13en April boetten zij met den dood op het schavot een misdrijf, dat inderdaad op bovennatuurlijke wijze aan het licht kwam. Wanneer we een geval als dezen moord te Wade bridge beschouwen, dienen we wel te erkenhen, dat het luchtige „droomen is bedrog", een wat al te kinder- Hijke „verklaring" van dit mysterieuse ziele-verschijn sel is. Tel. DUITSCHE LANDVERHUIZERS NAAR RUSLAND. Uit Berlijn, 14 Juli. Voindaag ia een eerste transport Duitsche 1-andverbuizers van SitettiiunaarSowjet-Rus- Iand vertrokken. Het transport bestaat uit 200 per sonen, meestal metaalbewerkers en bouwarbeiders. De Sowjet-regeeripg beeft medegedeeld, dat zij in de industriestad Kofomna, 120 kilometer van Moskou, zullen wo-rden ondergebracht. Te IColom-na zijn spoorwegwerkplaatsen, waar de Dudtscihers aan het werk zullen worden gezet, Tusschen de landverhui zers bevinden zich slechts een gering aantal Berlijn- sche arbeiders. In de eerste weken zullen nog onge veer 1000 Duitsche -arbeiders naar Rusland; vertrek ken. Eene Duitsche commissie bestaande uit verte genwoordigers van de vakvereemgingen, zal ook naar Rusland gaan om te onderzoeken of do land verhuizers inderdaad goed worden ondergebracht en of er werk voor hen is. DE DEENSCHE KONING TE HADERSLEBEN VAN ZIJN PAARD GEVALLEN. Uit Berlijn, 15 Juli. -De Deensche koning, die bij ijn intocht te Hadersleben van zijn paard gevallen Is, schijnt ernstiger gewond te zijn, dan men eerst vórmoedde. Hij zal waarschijnlijk zijne rondreis door Noord-Sleeswijk niet kunnen voortzetten en naar Kopenhagen moeten terugkeeren om een :fjd uit te rusten. Reclames. Gewone huidkwalen EN HET GENEESMIDDEL ERVOOR. Een uit de lichaamsgesteldheid voortkomende huid kwaal vereischt medisch advies. Er rijn echter be paalde opgedane huidaandoeningen, die spoedig moeten zwichten voor verandering in gewoonten en voeding, en behandeling met een special»^ antiseptische zalf. Tot dé laatsten behooren de roosachtige, dragende, roode, droge of natte vormen van eczeem, die uit on zuiverheid van het bloed, geestelijke inspanning of be smetting ontstaan. Andere soortgelijke aandoeningen rijn 'dauwworm, gordelroos, psoriasis, winterhanden, water pokken, huidjeuking, enz. Bij al deze huidkwalen is volkomen zindelijkheid, ge regelde stoelgang, rust, eenvoudig voedsel en onthouding van alcohol noodzakelijk. Men mag niet over de aan gedane deelen wrijven of krabben wegens de daaruit voortvloeiende misvormingen en gevaren. Om de jeuk en .pijnlijkheid te verdrijven ,is een speciale zalf noo dig ei? Fosterts Zalf wordt "hiervoor alom geprezen. Zij heelt en geneest bovengenoemde jeukende huid kwalen. Foster's Zalf dient licht te worden .aangewend na afsponsing en zacht drogen der aangedane deelen. Een enkele doos van deze speciale zalf is gewoonlijk voldoende om zelfs hardnekkige huidaandoeningen te genezen. De zalf is ook bijzonder geschikt voor in- en uitwendige aambeien. Let op den jfuisten naamFoster's Zalf. Te Schagen Verkrijgbaar bij Gebr. Rotgans a f 1.75 per doos. jas hinderde hem in 'zijn bewegingen en bovendien scheen hij; volstrekt niet bedreven in de edele Japan- sche took&kunst. Het duurde maar een paar minuten, totdat hij! inzien moest, dat bij rijn meester gevon den bad, en toen ik hem vpor den rvierden keer tegen den grond gegooid' bad, trok bij een beel groot mes en wierp zich met dat moordtuig op mij. Tot dusver bad ik mijn wandelstok, dien ik in de koetspoort bad gezet, nog niet gebruikt. Daarin had ik evenals wijlen Dr. Bircherdt een ech ten Toledokling, kort, maar stevig ep scherp. (Voorzichtig trok ik mij naar do deur terug,, greep in de Laatste seconde den stok en pareerde met de degenpunt den woedenden aanval van den man. De stoot -trof zijn arm; tegelijk gaf ik hem oen harden trap, die hem een flink ednd op de straat slinger de. Het mes viel uit zijn bond on ik raapte het vlug op. Nu- echter scheen hij in te zien, -dat hij genoeg bad, want hiji liep wieg zoo hard als zijn beenen hem dragen konden. Het laatste zag ik zijn gezicht, toen ik het mes opraapte. Hij; was bezig op te krabbelen on ik meende te zien, dat zijn baard' -aan den lim k er kant afgescheurd waa on dat bij vroeselijk bloedde. In -den beginne was ik van plan bom na te loo- pen, maair al beel gauw verwierp ik dat denkbeeld weer, ofschoon lÊf hem er toch eigenlijk niet zoo makkelijk van af moest laten komen. Maar ik wilde zoo gauw mogelijk -thuis zijn. daar ik nog oon ar tikel over don moord, moest schrijven voor de cou rant gedrukt werd. Het behoort volstrekt niet tot de prettigste ont moetingen zoo'n nachtvogel in een ledige straat aan -te troffen. En waarom had bij mij zoo vervolgd en or zelfs niet tegen opgezien mij te vermoorden? Ik bekeék vluchtig -hot mes, dat ik opgeraapt had. Het was oon schijnbaar heel gewoon zakmes met een scherpen^ spitsen kling. Ik liep vlug verder en stak mijn tnophee dn mijn zak. Nu zag ik geen schaduw meer achter mij; weldra- was lk thuis en schroef een sensationeel artikel voor „Het Nieuwste van -den Dag", welke courant het eerst een uitvoerig bericht over den sensationee- len moord hebben zou. Maar van de -dingen, waarover Leo mij verzocht hiad te zwijgen, zeide "dk natuurlijk niets, evenmin als van mijn eigen nachtelijk avontuur. Wordt trrvolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1920 | | pagina 6