Dit het üart van Holland. 1 Ingezosiden Stukken. Uit en Voor de Pers. Binnenlanascft Nieuws. betreffende sneeuwoprulmen gedaan. Kan hieromtrent geen verordening gemaakt worden, zoo mogelijk fn sa menwerking met de andere gemeenten? Voorzitter: Heeft u nog meer? Do heer Zeeman i iStapÜ u zoo van mijn punt ar? Voorz.Het reglement van orde worat hier prac- tlsch toegepast, afschriften kunnen worden verstrekt als er personeel is. De rondvraag is voor inlichtingen, doch niet voor besluiten, ik zou kunnen zeggen, ik geef u geen antwoord, doch doe dat natuurlijk niet. l)e heer ZeemanDat mag u ook hltijd niet. Ik heb als raadslid het recht een voorstel als dit te doen. Voorzitter; U moet u aan de órde houden. De heer Zeeman: Art. 183 Voorzitter: U hebt mij de wet niet voor te leggen. De heer Zeeman: ik kan mijn vragen ook schriftelijk doen, doch ais men niet al tc veel den parlementaire^ weg bewandelt, wordt ook mondelinge vragen wel toe- gelaten. Kunt u nu mijn verzoek niet in stemming rongen? Het is zoo uiterst eenvoudig. Ik meen, als een voorstel ondersteund Wordt, dit behandeld kan worden. Voorzitter: U moet u eerst overtuigen, wat de rond vraag beteekent Tót 'den heer De Jong zegt voorzitter, dat de ge meentewet het recht geeft inzake sneeuwopruimen aan dc Ingezetenen verplichtingen op te leggen. Do heer De Jong: Zou het niet gewenscht zijn met dc andere gemeenten' overleg te plegen? Voorzitterlk zal het bespreken. Hierna gaat de raad in comité. De een of andere onderzoeker met veel vrijen tijd heeft uitgerekend, dat er in het afgeloopen jaar op het dierbaar plekje grond, dat wij ons vaderland noemen, niet minder dan 136 staatscommissies doende waren, om allerlei onderwerpen te bestudeeren en (of) den gang der wetgevende machine te bevorderen. Met hun honderdzesendertigen kostten zij den belas tingbetaler bijna 6Va ton voor presentiegelden en andere uitgaven. Eerlijk gezegd, valt het me mede. Honderdzesendertig stuks voor 6Vs ton, dat is door elkaar even 4700 gulden per commissie.... Dat lijkt zeer goedkoop. Vooral omdat ue meeste allicht zullen beschikken over een permanent secretaris, die dus een klerk of 'n juffrouw-met-de- schriifmacbine onder zich heeft, die natuurlijk niet per uur betaald of gehuurd wordt. Dan is er toch al heéi gauw een loketkast voor de documenten en een kaart- register noodig. Voorts moet er huur worden betaald vooi een kamer, tenzij een der feden zijn huis belangeloos tegen een zoet bedrag aan het Rijk verkoopt. Ieder i weet hoe duur huizen, kamers, bureaumateriaal en type- juffrouwen momenteel zijn. Eu do heeren zouden dan ook. nooit met die schamele bedraagjes uitkomen, als de ge- i woonte niet bestond in zulke commissies zooveel moge- I lijk de helft kamerleden te stoppon, die toch vrij reizen j hebben <en dus geen spoorkosten kunnen declareeren Anders was de uitgaaf bijna tweemaal zoo hoog. Nu rqst er alleen nog twijfel, of zulk een Kamerlid-1- commissielid, die een briefje aan president Fock 'stuurt, l dat 'hü wegens landsbelangen do vergadering niet kan j bijwonen, behalve zijn Kamerlidsalaris ook nog zyn j vacatiegeld opstrijkt of dat hij alleen het hoogste bedrag i declareert. I Een mooi ding voor de Rekenkamer om uit te plui- zen. Anders krijgt een snelvmgerig en snelvoetig iemand, die .kans ziet twee commissievergaderingen tegelijk bij te wonen, of althans in allebei de presentielijst te tee-1 kenen er zijn van die vlugge „nuttige menschen?, dat ziet men aan burgemeesters-Kamerleden en derge-1 lijkei de kans tweemaal zijn vacatiegeld plus zün on- kosten binnen te halen, wat toch nauwelijks de bedoe- j ling der regeering kan zijn. Dat het werken 'in een commissie moeilijk is, hooger i eischen stelt, dan in de Kamer te luisteren naar een geacht spreker en intusschen zijn particuliere corres pondentie! au te doen, dan wel rn de koffiekamer een I sigaartje te rooken of na geteekende presentielijst naar het strand te gaan, spreekt vap zelf voor wie de zwoegers in de Kamer aan het werk ziet Er moet voor iemand met capaciteiten en werklust meer aantrekkelijks in 'zijn gelegen in een niet te groote commissie iets uit te voeren dan in de Kamer één procent van de volksvertegenwoordiging te zijn en dan te stemmen als lid zijner politieke party. Maar... dan blijft het feit dat die commissies veel te j talrijk zijn en -meestal bovendien uit te veel personen j samengesteld. Als men aanneemt, dat er per commissie vijf werkers i zijn. die tevens 'bijzondere kennis hebben van het be~ j treffend onderwerp zou men tot 136 X 5 is 680 van j die finomenen komen. pit is voor -een land als het onze. waar het blij- j kens de uitslagen der verkiezingen buitengewoon moei- lijk is om (een eenigszms dragelijk honderdtal bijeen te krijgen, natuurlijk een 'veel te groote ..hoeveelheid be kwame en gewillige werkers. Men moet dus 'doubleeren of men moet afdalen naai het "tweede plan, "waar de menschen wèl gewillig, maar niet bekwaam zijn, 'wèl bekwaam maar niet getraind vooi4 td'af soort Inspannend werk. Doet men dit, (dan wordt het resultaat der commissie er naar alle Waarschijnlijkheid niet beter op. Nog ♦erger is, dat men in elke commissie waaraan maar een politiek 'of economisch tintje is te beken nen,. zooveel mogelijk alle partijen opneemt. Laat dit met de helft der Staatscommissies het geval zyn, dan moet elke party maar de beschikking hebben over zeventig bekwame gewillige werkers, specialiteit op net betreffende gebied. Quod absurdum I Met rctwa;- overdrijving jou men <unnon roggen dat er partijen zijn, die zich zouden verheugen als jay zooveel leden liadden. als zij personen hebben beschik baar te stellen, geschikt voor het lidmaatschap van Se- mipolitieko Staatscommissies. Er moet dus worden gedoubleerd wat een onevenre- digon druk legt op de beste krachten in het politieke •leven of do commissie wordt ten deelesaamgesleld uit huis-, tuin- of keukenkrachten. Iets waardoor haar gezag er geenszins op vooruit gaat Noch in dé oógen van het publiek, noch in die van Kamer en Regeering, die naderhand het resultaat der. commissoriale werkzaam heden als basis maken van wetgevenden arbejd. Lhis minder commissies^ kleiner commissies en breken met het systeem van partij vertegenwoordiging bij de sa menstelling. iEr ligit IMer het lijstje voor ons van. de jongste Staatscommissie, die wij rijk. zijn, die vootr civlel- bouiw. Over «de personen/keuze spreken wij thans niet. Dit kon, in verband met het bovenstaande, den schijn van hatelijkheid krijgen en zelfs die schijn wenschen wij niet oip onis te iaden. Het is veeleer over de taak dier oommissie, dat wij iets zouden willen zeggen. Wiji hebben er reeds die het isociialisat.1 evraaigstuk van bedrij'veini enz. bestu deert en waarvan dus een rapport te wachten- is, dat precies hetzelfde inhoudt, wat de verschillende partijen in deni lande denken. De Bouwcommissie nu heeft een opdracht, di8 niet zoo -maar, in de verte, doch zeer nauwkeurig1 omvat: slavenhandel en socialisatie van bouwvakarbeiders 1 lExcusez du peu. Maar wat is het anders wanneer men een onder zoek en rapport verlengt over: a. de distributie der arbeiders (of -het eenheidissokken -zijnl); b. aanvoer van huitenlandsche arbeiders (koeliecontracten'? II); c. regularisatie van 'den bouw en d. opleiding (dres suur) van jeugdige arbeiders. Geen slavenhandelaar, geen „besteedster" verbe tert het. Er zijn ergens werkkrachten. Hier zijn ze niet, dus moeten er zooveel stuks hierheen worden geleverd In 'fiet buitenland is voorraad. Daar zal ik wat van bestellen. Dam is er misschien nog een tekort. Welnu dan dresseeren we wat andere wer kers tot ziji (geheel of ten naastehij) kunnen wat van hen verlangd wordt. En' als dan nog de behoefte niet gedekt ls, dan moet -die behoefte maar wat vereenvoudigd, het werk wat machinale worden gemaakt. Dit is de qudmtessence van dó opdracht aam deze commissie gegeven. Vervang „arbeiders" door „kilo on graan", de „Jeugdige arbeidersT' door „ersatz-meei" en de „re gularisatie" doOr .jbnoodbous", dan hebt ge volmaakt het distributiesysteem van regeerlngsbrood dn de cri sis-dagen. Is daar nu oen commissie voor noodig? toen- ging het toch ook van hoogerhandl Duur en verkeerd en omslachtig, ja, maar het ging! Zou men de commissie hebben genomen uit vrees voor het verwijt van „arbeidersdistributie" van zon vrijen arbeid"? Misschien. Maar het is de schuld van- het voortdurend ge schreeuw om socialiseerlng, dat leidt tot de „mensctoomte erende dwaasheid" van bij mens ettelijke werkkracht evenals bij: stoffelijke dingen de wet van vraagi en aanbod tot uitdrukking te laten komen. Hot gekke alleen is dat men voor zoo iets een overheid en die overhead' een commissie meent noo dig te hebben. De materie axuocht anders zich zelf eens regelen, zohJtiier wetgever,-AA arbeiders zal winnen, door het toegeven aan de ongerijmdste wenschen, wenschen zoo ongerijmd, dat ze dikwijls zelfs niet eens door de arbeiders worden geuit Deinum, 4 Augustus 1920. Geachte Redactie, Mag, ik den heer Limpers nog even antwoorden? Bij 'voorbaat dank. Ik ben den heer L. erkentelijk voor zijn gemoe- lijke uiteenzetting, waarin mij vooral sympathiek is, dat hij mot mij betreurt alle tweedracht, als madeelig voor onze zaak. En ik twijfel er geen «ogenblik dan, dat de heer L. en ondergeteekendei, als leden van de (Commissie voor het Volkspetitdjonineimenlt, een drachtig zullen samenwerken voor het Bomdsbelangr Dam nog twee zakelijke opmerkingen. Tier Dag. Bestuursvergadering van, 2 Juii! heb ik betoogd de wenschelijkheid Van) een pertinente verklaring wie niet langer, met de hoeren ,v. M. en1 P. konden samen- werken; dat ik niet meer succes had kon ik niet helpen; ik heb mij bij, de meerderheid neergelegd. 'Betreffende het Verweer constateer ,ik, dat het gedragen wordt door de verantwoordelijkheid van alle to onmatige hoofdbestuurders. Waarom er geen namen onder staan, heb ik op do. jaarvergadering uitgelegd. Dat zit in: eten 1 verzuim van hen, die den heer, Woiudstra geen exemplaar van- (het Rapp-ort d-e- den toekomen) of van, de posterijen, die 't niet be zorgden. Hooiga cMemd, D. A. VIAN KREVELEN. „Nog, niet, Georgo. Ik heb me vannacht als eei groote domkop gedragen en ik voel me volstrekt nie: m een stemming deze onverkwikkelijke zaak verder te bespreken. 1^aar morgen wil ik, voor we naar de Jefferts gaan, iets met je bepreken. Hoe laat kom jc van de redactie?" „Om twee uur." „Zou ie dan om half drie bU mij kunnen zijn? En ga nu kalm naar je bed. Vannacht zullen we niet meer lastig gevallen wórden. Toen ik den volgenden dag op weg naar huis was, zag ik bij de deur detective Lerner, dien ik sedert onze mislukte nachtelijke expeditie niet meer gezien had Hij- scheen heel opgewonden te zijn. „O, bent u het," zeide hij met zijn verdraaid glim lachje. „Ik kom zoo juist van#üw compagnon boven. Een net heer, dat moet ik zeggen." „Waarom? Wat heeft hij gedaan?" „Niet alleen dat hii ons in den weg komt en al het mogelijke doorsnuffelt, wat hij zorgvuldig voor zich houdt, maar hij is nog brutaal en impertiment ook. Stel u voor, toen ik daareven bij hem kwam en hem in naam der gerechtigheid vroeg mij zekere feiten mede to deelen, 'die hij, naar ik zeker weet, goed kent wijst hij mij eenvoudig de deur." „Wei voor den duivel 1 .Je, ja. Ik \zou er niets van zeggen, wanneer hij zelf het geringste nut van ziln ontdekkingen zou kun nen hebben. Maar dat kan ni] niet Hij staat precies op hetzelfde punt als wij. Ep wij krijgen geen licht noch over den moord op Hepson, noch over den dief stal van den diadeem," „Den diefstal hoeft hij, geloof ik, toch zeer goed verklaard." „Zeker, zokor. Hei ls allemaal heol aardig om to hooren, Do diadeem fcou door den ventilator gevlogen /.ll n. Ik gccf-ochtor toe, dat er een zeker© waaschun- UiKhoid in llggon kan. Moor waar ter wereld is net ding dan gebleven? Maar wie is de dief, als Hepson hot niet is?" Natuurlijk moest ik hem het antwoord daarop schul dig blijven om do eenvoudige reden, dat ik er zoll even woinig van wist als de politie. „Ik geloof niet'dat Carring het weet," zeide ik. „Ilij weet veel 'meer dan hij bekent." antwoordde Lerner verdrietig. „Maar wacht maar. Op een goeden dag zal hij 'den boog te strak gespannen hebben. En dan zullen we wel eens zien." „Dat geloof ik niet Daarvoor is Leo Carring te ver standig. Maar vertel 'me eens, bent u mijn nachtelijke bandieten op het spoor gekomen. I>erner lachte, zoodat zijh mond nog scheever trok ROOD-ZWARTE LOONPOLITIEK. Uit „Het ViaderlamicL", fib.: Wij steil eau de vnaiaigi, of het iidet misdadig is, «dat door den. wedstrijd.' van (Katholieken/ en sociaal-de mocraten in arbeiiter-freundlichk eit in den slecht- sten zin des, woorda, aan den.' arbeider thans gansch verkeerde opvoeding wondt gegeven; den. arbeider, die niet weet, d'at zijn wensch om alles maar uit de rijken der aarde te halen wat reeds daarom niet vervulbaar is, omdat die betreikkjelijk zeer weinigen in aantal zijn, en die over het hoofd ziet, dat de openbare kassen het in hoofdzaak moeten hebben van den middenstand. Die, en dat geldt vooral den middenstanders met vaste onkomens, telkens zwaar der belast worden direct en indirect, en die als men niet da tering naar de nering gaat zetten, in dien noodlottigen toestand zullen komen te verkeeren, dat het excelsior voor hunne gezinnen niet meer geldt en waarvan velen thans heel wat arbeiders'moeten benijden. Er izoiu, om met de gemeenteraden te beginnen, alle aanleiding zijn voor het stichten van een zuinig heids partij,, die als mo. 1 op haar program hadi: Niet meedoen aan den wedstrijd tus^hen S.DaAP. en Katholieken, wie bij' de stembus het meeste van de B ARSINGERH ORN. De harddraverijvereeniging alhier heeft het goed voor. Naar men verneemt, zullen tijdens de vermakelijkhe den op Maandag 9 dezer bü daartoe gunstige gelegen heid. boven het feestterrein manoeuvres met eene vlieg machine worden vertoond. Als het dus maar mooi weer ta. SOHAOERBRUG* De heer H. J. Jimmink alhier heeft met gunstig ge volg eind-exanpen Rijks Hoogere Burgerschool, 5-jari- gen cursus afgelegd. ALWEER UIT DEN TREIN GEVALLEN. Van den trein, die om ongeveer 6 uur gistermld1- dag van de Klomp vertrok en wiaarin een tijansport Duitsche kinderen vervoerd wend, ging een portier open, waardoor twiee dier kinderen' uit den trein vielen. 'Nadat de trein tot staan was gebracht, bieek, dat een der kinderen' zwaar gewoond wias, terwijl do andere haast geen letsel had bekomen. Nia verbon den te zijn, weiden' zij naar Utrecht vervoerd. DE BURGEMEESTER VAN LEERDAM. Men meldt uit Leerdam aan het HdblcL, dat elf naadsleden, onder wie twee wethouders, de drie predikanten', de hoofden) van openbare on bijzon dere scholen, de pastoor on meer vooraanstaande personen, een adres hebben gericht aan de Konin gin om den heer Mees met Octobar a.s. niet weder te benoemen tot burgemeester van Leerdam. Twee duizend bewoners hebben- met dit adres Gidhaesio betuigd. De bedde wethouders zijn dn verband/ hier mede. bij den minister van bnnnenLaindsche zaken op audiëntie geweest en -hebben te kennen- gegeven dat elf Van de dertien raad-sleden, bij een evenitueele herbenoeming, met den burgemeester niet meer wil len vergaderen. In: zake het verzoekschrift van elf raadsleden om den heer Mees met Octobar niet weder te benoe men tot burgemeester van- Leerdam, vernemen, w-ij nader,, dat de voornaamste redenen tot de indie ning ervan 'giel/egen waren dn de afwikkeling van idiistributiie-aan'gelegenbedenhet mengen van per soonlijke -kwesties in gemeentezaken en dikwijls lange afwezigheid. Bovendien -had de Commissaris der Koningin ruim twee jaar gel-eden beloofd, den burgemeester te zullen- overplaatsen, in dit artikel, is levendiger gewodren. De voorraden bij de conciërge afgegeven had, „wnt hij was ge- HET MOND- EN KLAUWZEER, De „nieuwe Courant" constateert de mislukking van het algemeen verlangde en aangeprezen systeem van het „laten doorzieken" ter bestrijding van net mond- en klauwzeer. Dc ondervinding is in dit opzicht wel een zeer harde en dure les geweest. De feiten toonen aan, dat hetzelfde stuk vee vrij spoedig achter elkaar twee, driemaal zelfs door het mond- en klauwzeer kan wor den aangetast Yan immuun worden tegen de besmet ting, zooals het wel bij andere besmettelijke ziekten het geval is, is dus bier geen sprake en daarmede is day ook het doorziekingssysteem, als het een systeem mag heeten, veroordeeld. Men zal dus weer tot het óude stelsel moeten terug- keeren. Maar alvorens daartoe over te gaan, heeft de regeering advies gevraagd van een commissie van des kundigen. Het is 'een zeer moeilijk vraagstuk, want om trent den eigenlijken ziekteverwekker, de smetstof, tast men nog geheel in het duister, ondanks de meest ijverige dan gewoonlijk. „En dacht u nu hcusch, dat ik daar over spreken zou?" zeide hij. „Neen, dank u feestelijk. Ik kan mijn ontdekkingen ook voor mij houden, lot ziens." En met een woedend geknor ging hij verder. Ik ging naar mijn kamers, las een briek die met de middagpost gekomen was 'en ging dan naar Leo, die bezig was zich 'na. een uitstapje in den omtrek der stad te verkleeden en boos scheen te zijn, dat die op dringerige Lerner hem gestoord had. „Ik zal de politie wel bewijzen, dat ik van mijn ont dekkingen gebruik kan maken," zeide hij. „Nog voor het vallen ivan den avond zal ik zo verbijsterd doen staan. En nou mijn plannen, Georgo. Ik ben nu zoo ver met mijn onderzoekingen dat ik ojp dit oogenblik zonder overdrijving zeggen kan dat ik alle draden van het drama in mijn handen neb. Want een drama is het, dat -zich hier woor onze oogen afspeelt, een ont- zettend drama, waarvan echter geen buitenstaander een flauw vermoeden heeft. Enkel onbeteekenendé bijzonderheden, zooals bijvoorbeeld de diefstal van I den diadeem en de moord op Hepson zijn my heele- maal duidelijk." „AVat zeg je?" „Ik verzeker je, idat ik ieder oogenblik het gestolen© weer te voorschyn ihalen en zelfs de hand op den moor- i denaar leggen kan." „Maar waarom doe je dat dan niet?" „Kalm vriendlief. Een o verijlde stap kan alles 1 bederven. Ik verlies 'niets inet wachten. Het is nood zakelijk, dat ik nog dieper in het afgrijselijke, daar- onder loerende geheim doordring en ik moet een beslist bewijs hebben, waardoor mijn theoretische ketting i volkomen sluit En 'het is mijn plan dat vanavond te doen door een aanslag, waarop onze tegenstanders vol strekt niet voorbereid zijn. Ik heb 'nooit voor je ver- zwegen, dat ik J3onnel verdacht de hoofdpersoon van deze vuilichoid to (zijn. En thans wil lk Je nog reggon, I dat ik volledige bewijzen daarvoor heb." „En wat voor 'bewijzen zijn dat? Het is -toch niot I voldoende, dat Bonnol evenals de moordenaar van I Hepson linksch is en toevallig de grootte van de hand heat, dio past bij den gevondon handschoen. Eu dat, f benevens zijn persoonlijke bekendheid met den ver- moordo is, voor zoover ik weet, alles wat je hom ten laste kunt leggen." „Ik heb nog een paar andere dingetjes in het vet voor dien edelen knaap," glimlachte Leo, „maar dat behoort hier niet toe. Frans Bonnel is een gewetcm- loozo booswicht, maar ik kal hem ontmaskeren of sterven." j Ik wilde Leo niet tegenspreken. Inwendig moest toegeven, dat Bonnel een hoogst onaangenaam indi- ik! vidu was en dat ik hem tot lederen schurkenstreek in staat achtte. Maar dat hij den diadeem gestolen had, betwijfelde ik ten zeerste. En dat hij Hepson's moordenaar niet kon ziin scheen mij door zijn alibi volkomen bewezen.- Leo had nl. toen hij" na dien avond bij de Bixchardts een digestie visite bij den bankier maakte, vernomen, dat 13onnel nog een kwartier langer dan wij gebleven was. Derhalve kon hij on mogelijk bij Hepson geweest zijn, toen wij bij het huis van den juwelier kwamen tenzij. Nu ging mij een licht op. t „De autojl"' liet ik mij ontvallen. „De roode autoo. Geloof je, dat Bonnel dien gebruikt heeft in den nacht, dat wij den.moord ontdekten? Dan zou het mogelijk zijn, dat hij de moordenaar was."' Leo knikte. „Heb je daar niet aan gedacht?" vroeg hij. „De scnerpzinnige Lerner heeft je toch duidelijk laten zien, dat de wagen in denzelfden nacht op een kwar tier afstands van Bircherdts huis stil gestaan heeft. Hii Tieeft ook bewezen, dat hij langs het huis van Jetfert heeft gereden." „Maar niet, dat hij daar stil gestaan heeft." „Dat is ook niet noodig. Het is geen kunst uit een langzaam, rijdenden auto te stappen. Ik moest hem gelijk ceven. En toch kon ik het gevoel niet van mij afzetten, aat hij in Bonnel voor alles den gehaten mededinger zag. Op die manier was het ook te verklaren, dat hij zijn persoonlijke antipathie liet gaan boven zijn gezond verstand en den man tot den grootsten scnurk van het, drama maakte. „Je twijfelt altijd nog," z<0de Carring lachend. „Je bent nog erger dan de ongeloovige Thomas. Nou, is het je dan voldoende, als ik jo zeg, dat ik den rooden auto tot aan Bonnel's huis nagegaan bonf' Ik sprong van verbazing op. „Hij is echter niot rood moer," #ng Leo VQort. vDé gen-eele carosserie is veranderd cn ook met andere fabrieksmerken voorzien. Maar het chassis is nog het oorspronkelijke. De oude, 'nu zwarte carosserie heb ik trouwens gevonden de roode verf was er nog onder te zion. 'Wonderlijk dat zij zoo lichtzinnig waren om dio niet onkenbaar te maken." „Tyra Jeffort had dus gelijk." viel ik hem in de rede. „Zij beweerde, dat het geen kunst moest zijn den auto een heel ander uiterlijk te^ geven." „Een scherpzinnige jonge dame," zeide Leo. „De zaak is dus deze, dat ik van plan ben vanavond go- durende het feest een klein bezoek te brengen aan Bonnels woning. Ik mag wel dezelfde atrydmiddolen aanwenden, die mijn tegenstanders toegepast hebben. En ik hoop daarmede juist dat te bereiken, wat ik onderzoekingen, zoowel hier te lande ais in het buiten, land. Omtrent het wezen van de smetstof weet men niets meer, dan dat deze zich verbazend gemakkelijk verspreidt op allerlei -bekende en onbekende wijzen en dat "onze veestapel meer dan ooit bloot staat aan. een algemeene verbreiding van een me&r en meer blijvéndén gecsel en daardoor voor een ramp, die men niet mag onderschatten. Het is dan 'ook te hopen^ dat het aan bovenbedoel de commissie van deskundigen moge gelukken, spoedig, liefst zeer spoedig, 'middelen te vinden, die zulk een raii#) kunnen afwenden. Het mond- en 'klauwzeer moet verdwijnen, voor dat f het een blijvende ziekte onder onzen veestapel is ge-m worden. Dat poet het parool zijn. Straks, als het bui-l tenland in zijn eerste behoeften heeft voorzien, kar» men van die zijde zeker weer allerlei belemmerendó maatregeelen in verband met den uitvoer van ons vee' en onze landbouwproducten verwachten. Dan moet de Nederlandsche landbouwer en veehouder deze niet 'be hoeven te vreezen, omdat onder zijn vee voortdurend het mond- en klauwzeer hcerscht, dat bovendien op de geldelijke uitkomsten van zijn bedrijf Zoo n noodlottigen invloed uitoefent: Kan het nifct anders, dan maar weer, het koste wat 'het wil, in den ouden of in oen gewijzig- den vorm tot het meest afdoend gebleken middel, het afmaak-systcem teruggekeerd, dat althans resultaten heeft opgeleverd. Dot er werkelijk gevaar dreigt, leert men wel uit de statistische opgaven, die wekelijks worden gepubli ceerd. In do week van 27 Juni tot 4 Juli b.v. werden in 319 gemeenten op niet minder dan 1668 stillen of veebeslagen gevallen van mond- en klauwzeer geconsta teerd. En zoo 'gaat het week aan week. Zooals het ait jaar gaat, .mag het niet langer. iDe weidetijd verstrijkt langzamerhand! en als de staltijd aan breekt, dient men voor de bestrijding' geheel gereed te zijn. Dan moet het gelden: nu of nooit, dus aan pakken. WONDERLIJKE REGELING. In de „Protestant" deelt. d«. G. Westmeyse te Drachten Ihet volgende mede omtrent een te Arn hem door den katholieken wethouder Usselmuidien bepaalde regeling: „De afdeetimg! ,3evolkingT zal 's avonds komen overwerken om alle room-sche inwoners van Arn hem op 'kaarten te zotten. Ieder kind' zoowel als vol wassene -krijgt -een aparte kaart, waarop vermeld stap: naam, voornamen, datum van geboorte, woon plaats, betrekking tot het hoofd) wan het huisgezin, en beroep. Hiervoor izljn noodig pijn. 80.000 kaarten^ Per 1000 kaarten betaalt de roomeche kerk f 15. De salarissen der overwerkende ambtenaren zijn echter veel en veel hooger dan 30 maal f lö is f450, daar dat weric wel 3 A 3 Yt Thia/amdi 'zal duren. Hot salaris wordt be- taaüd' door -de' gemeente Arnhem, iq.1. uit do be lastingen, zoodat het tekort tot dezen wondt bijgepast door alle inwoners wan Aimhem, zoowel hervormden als katholieken. Om echter niet te veel onkosten te krijgen, heeft de bemeente bepaald dat de overwerkende ambte naren per week tvijf uur voor niets moesteen wer ken-, deze ambtenaren schieten er dus ook nog f3 per week bij 4nl" WELTEVREDEN. De Menapi vertoornt oen zeer sterk verhoogde wer king. Zware rookwolken stijgen uit den berg op; wat- gloeiende puinbrokken en een omlaagstortende lava stroom gaan in do richting van Moen/tilan» Over na genoeg geheel Midden-lava vaUlen aschregens. Tot dusver k-omen geeni persoonlijke oaigieluklken voor, EEN BEGEERD BAANTJE. Voor de betrekking van tijdelijk penningmeester van het, hoogheemraadschap Noord-Hollands 'Noor-' der,kwartier hebben zich ruim 230 .solti-citaniten aan gemeld. EEN EIGENAARDIGE BLOEMENHULDE. De liuitenant-vLi-e/ger Biachoff van het viietg-toaarcp Soesterberg is gisteren te Amersfoort in het buwe- lijik getreden. Bij deze gelegenheid werd hem en zijn bruid door drie collega's een. bloemenhulde gebracht per vliegmachine. Driie vliegtuigen zweefden gerud- men tijd boven Amersfoort en wierpen -talrijke bloe men uit, terwijl zij een fraaie demonstratie van luchtacrobatiek vertoonden. IJ SBEREN GEVECHT. Woensdagmiddag is in de stallen van het circus Hagenbeek te Sckevqniingen een der ijsberen door e«n andere« doodgebeten. Er waren nieuwe exem plaren aangekomen die door de stallen' naar de voor •hen bestemde kooien werden geleid. Eèn der nieu welingen moest daarvoor een 'kooi voorbij waarin •een der oude ijsberen was opgesloten.>J)eze ^cheen echter o-p zijn nieuwen collega niet bijster 'gesteld te zijn; althans, plotseling sprong hij' op en greep dien ander bij de keel waarna een bloedige worsteling ontstond. Het personeel probeerde- met alle middelen de vechtenden te scheiden maar tevergeefs. De o-ud-e ijsbeer liet zijn vijand pas los na hem den strot ge heel te hebben doorgebeten waarna het' slachtoffer levenloos -in'elkaar zakte. De schade van deze vechtpartij wordt op ruim f 5000 geraamd. noodig heb om het net om een gevaarlijken misdadiger rtoe te trekken." „Een inbraak," riep ik verschrikt uit. „Zoo ma'fj je het eigenlijk niet noemen," zeide Leo, „en des te minder, daar het in het belang der gerechtig- lieid geschiedt Maar ik wil niet ontkennen, dat ik wegens inbraak en diefstal gearresteerd zou kunnen worden. Naar ik hoop staat mijn winst gelijk, met dat, fwat ik op het spel zet Een zoo goede gelegenheid als vanavond Vind ik niet meer terug. Bonnel ziet mij bij Jeffert onder dc andere gasten en is. in de mee ning, dat ik tot het einde van het feest blijf, kalm en onbekommerd. Trouwens de heeie geschiedenis zal niet veel tijd tin beslag nemen. Een auto wacht mij te gen tien uur in de nabijheid der villa. En yan daar tot de tegenwoordige 'woning van Bommel is niet meer dan een halve mijl. „Wat zeg je?" „Je weet misschien niet, dat mijnheer een aardig klein zomerhuisje in -de buurt gehuurd heeft. Het Ls een boereplaats met cerste-klasse-biigebouwen, idyl lisch aan een baai gelegen, tamelijk afgelegen, maar met een uitstekende verbinding naar de stad. Hier heeft onze hooge mijnheer zicq voor den zomer ge vestigd, met rijpaard, automobiel., bedienden en alles wat een vermogend man zich veroorloven kan." „Maar al is Bonnel zelf ook vanavond niet in zijn huis, dan kunnen er toch wel andere menschen in zijn. En heeft hij "daar dezelfde aangename kerels, die Lerner en ik ontmoet hebben{ dan Kan je jc op eenv warme ontvangst voorbereiden, „Ik heb Je ai gezegd, dat het een ernstige zaak Js, en ik ben mij volkomen bewust, dat het een buiten gewoon gewaagde onderneming is. Maar het moet ge schieden. „Misschien tref io daar dan het opgesloten raadsel achtige dier aan, aat zij in hun vroegere woning Sn den kelder hadden1 zitten. Ik ben toch bliksems nieuws gierig wat voor een wezen het zijn zal." „Ik ben er iniet bang voor," zoide Leo: „Integendeel,. Als ik hot 'te pakken kon krijgen, zou dat de groots té belooning voor mijn moeiten zijn." „Je wilt je dus alleen onder de menschen begeven, die mij naar ihet leven gestaan hebben?" „Ja, dat wil ik. En dnor het een gevaarlijke |ex- peaitic is en mij natuurlijk iets overkomen kan, zou ik 'je graag nog een paar feiten toevertrouwen, opdat je ook zonder -mij de zaak tot een gelukkig einde kunt brengen." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1920 | | pagina 6