DEMi-SAISOHS - ULSTERS, JEKKERS - WINTERJASSEN, Zaterdag 2 October 1920. 63sle Jaargang. No. 6697. TWEEDE BLAD. Uit het Hart van Holland. Bmrienïanüsch Nieuws gemaakt of naar maat. ZEEK MOOIE KEUZE. Kledingmagazijn HELDER. FEUILLETON. Donkere Schaduwen Bijna elke week maken dc bladen melding van een nieuwen internationiilen vliegdienst, Men vliegt van Londen naar Amsterdam en vandaar via Hamburg en Bremen naar Kopenhagen, via Hamburg naar Berlijn en thans zelfs via Berlijn naar Wieenen. Bij al die tochten, die nu het hartje van Midden- en Oostmidden-Europa met het verste Westen van ons werelddeel in regelmatig verkeer verbinden, gaat men via ons land, landt en stijgt men *op in Schipnol e.n aan de Rotterdamsche Waalhaven. Doch heel de onderneming is buitenlandsch. Dit grieft Het moge ons als klein land onmogelijk zijn \er een groote oorlogsvloot op na te houden ofschoon ónze zeer groote handelsmarine iets anders zou doen ver moeden! voor $en luchtvloot konden wij Zorgen. Die ligt financieel in ons bereik. De beste, of althans een der allerbeste instructeurs is een Nederlander: Fokker. Om de twee dagen geven allerlei ondernemingen een nieuwe emissie van aandeelen en obligaties uit. Hoe komt het dan, dat ons land, dat dus. beschikt over het geld, de constructeurs en over de kranige jongens, die willen vliegen, zich boven eigen bodem laat „lompen" door vreemden? Tijdens den oorlog hadden wij èfweergesphut zeggen zei om te Schieten op verdwaalde vliegtuigen, die over de grenzen kwamen. Nu vliegen Engelrfchen en Duitschers dagelijks boven onzen grond den naasten weg van het naaste vliegveld naar Amsterdam. Zullen die vliegers plotseling hun herinneringsver mogen hebben verloren, wanneer het eens met Oost- of Zuidwestbuurman tot onaangenaamheden kwam? Natuurlijk is bezwaar tegen de vreemde vliegers, aan spionagegevaar ontleend, overdreven. Maar het bestaat desniettemin en we zouden wel eens willen welen of een Nedcrlandsch vlieger voor het bereizen' van het 'traject RotterdamBrussel—Parijs dezelfde fa ciliteiten zou krijgen die wij den Brit en Duitscher toestaan. Wat de vreemdelingen bij ons kunnen gewaar wor den vertelt elk Nederlander hun dadelijk en wij .zijn overtuigd, dat fn alle bureaux van alle Generale Staven in Europa alle gegevens berusten voor een landing of inval in ons land. Tegenwerking van buitenlandsene vlieg- diensten op grond van militaire overwegingen #heeft geenerlei beteekenis en niet gaarne zouden wij op dien grond deze snel verbindingen willen missen, die onze kooplieden bijv. in staat stellen op één dag antwoord te hebben op hun ochtendbrief naar Londen., Wat ons hindert is, dat Nederland er buiten staat, dat het alleen goed genoeg is om als wisselstation te dienen tot de toestanden zóó zijn, dat het doorgaand verkeer Neder land niet meer noodig heeft en Weenen—Londen en Berlijn—Londen, bijv. via Brussel gaat. Alleen, omdat wij ens er geen moeite voor gaven zelf deel te nemen aan de zaak. Op andere wijze aan door de tegenwoordige agente van de Ehgelsehe onderneming „Nederlandsen" te noemen en met het predicaat „Koninklijk" te versieren. Voor één tiende van de kosten van een fonbruik- baren) kruiser konden wij een uptodate luchtvloot heb ben en zelf onze boodschappen doen. Dergelijke gedachten komen bij niemand op, wanneer hij het verslag leest van het congres tot bevordering van Nederland's Weermacht, waar „uitindoorna'' gepraat en geredekaveld is over 'versterking der weerkracht en over de noodzakelijkheid Qm de uitgaven voor leger en vloot te verhoogen. Natuurlijk willen de belangstellende bezoekers van zulk een "congres" die verhoogingen niet om maar wat geld uit te geven,d och om .daardoor de veiligheid van het land, dat nun dierbaar is, te waarborgen. Althans beter te beschermen tegen een aanval. Het is juist dat subsidiaire dat ons. steeds zoo kregel maakt. i Ik geloof, dat ik een goed vaderlander ben. Ik weet genoeg van onze geschiedenis om er ©enigszins trotsch op te zijn me Nederlander te mo°en noemen en geloof, dat vooral, waar men onze geschiedenis kent,'het feit dat iemand Hollander is een soort introductie vormt. Op grond daarvan kan ik me begrijpen, dat menschen, die ons groote volksverleden kennen en er iéts voor gevoelen, gaarne dien ouden toestand zouden willen terug zien en het streven naar verhooging van Nederland .weerkracht is ons dus niet alleen begrijpelijk, doch in zekere mate sympathiek. Als streven, als ideaal. Er zit iets ders^eerends, iets mistroostigs, iets mie zerigs in het feit, dat in Versailles allerlei landen en landjes van den zoo veels ten rang een stemmetje in het kapitaal hadden en dat zij het formeel hun toe stemming werd gevraagd pp de besluiten der groote Vier, terwiji Nederland thuis had te blijven en nu op het nagras mag komen, nu alles bedisteld is. Ook quaestie's als de Rijnvaart, waarbij wij toch zeker partij zijn. i Dit is onaangenaam. Maar om invloed te kunnen uitoefenen is macht noodig, kracht, die staat achter het woord. Èn van die kracht geen spoor. Een sterk leger, een krachtige vloot verwacht nie mand van ons. Slagschepen liggen buiten ons bereik. Groote, welgeoutfileerde legers met allerlei kostbare tech nische hulpmiddelen eveneens. Wij kunnen ze niet betalen. Eén modern schip kost meer dan onze geheele marine begrooting nedraagt en de legerbehoeften, noodig om up todate te zijn en te b 1 ij ven tot er ,over een kwart of halve eeuw misschien weer een wereldoorlog ont brandt, gaan ook vèr boven onze draagkracht Dan komen de heeren van Ons Leger en Onze Vloot die dit evengoed inzien als wij en ieder ander en decreteeren, dat als dan het goede niet bereikbaar is, men althans moet streven naar iets dat er bij komt. Naar een vloot, een leger, die haast-goed zijn. Haast- goed beteekent voor hen: bijna goed. Voor ons beteekent het onvoldoende, ontoereikend. En hij die met eèn vloot van minder-gepantserde, mindersnelie, minderbewa- pende vaartuigen in zee steekt, ondergaat in onzen (tijd van technische volmaking, het lot van eskader van Spce.... Dit is moord op de bemanning dier vloot, izoo goed als had men haar in lekke schepen uitgezonden. Det ijd, toen zeemanschap, enterhaak en kortjan be slisten, ligt achter ons. Nu is het een quaestie van ma terieel en techniek, gesteund door dat materieel. Het kanon, dat twintig mijl draagt, is veilig voor den aan val van hem, die slechts 19 mijl schiet. 'Veiligbehalve uit d.e lucht en uit de diepte. Veilig behalve voor de technische wapens. Wapens die thuis behooren in het arsenaal van den sluipmoordenaar, doch die nu een maal in het 'oorlogshandwerk zijn erkend sedert de krijg zijn ridderlijkheid verloor. En juist die wapens liggen binnen ons bereik wat financieele draagkracht betreft Speciaal de luchtvloot. En tezelfdertijd biedt zich een prachtige gelegenheid tot voortdurende practische oefe ning, tot het beproeven van allerlei septimen, wanneer wij maar zoo vriendelijk zijn onze boodschappen zelf te doen, inplaats van ze te laten verrichten door buiten landers. Vliegers, geld, constructeurs, alles is er ruimschoots voor aanwezig en er zijn tallooze .kooplieden en fabri kanten ook buiten Amsterdam en Rotterdam, die belang hebben bij snelle verbinding met andere plaatsen in binnen- en buitenland. Zooals de Britsche marine bij haar mobilisatie een zeer groot 'deel van haar manschappen en officieren betrok van handelsvloot, visschers en sportsmen, zou ons land de mannen voor zijn oorlogsvliegvloot kunnen betrekken Van postvliegers en particuliere vliegers, in dien er 'maar eenige medewerking en aanmoediging van overheidswege bestond. Als er eens een werkelijk-Nederlandsche luchtpost dienst werd Ingericht beschikkend over goed mate riaal, goede landingsplaatsen en wat dies meer zij. Dan zou er op de oorlogsbegrooting en op de gel den voor de kustverdediging vrijwat kunnen worden bezuinigd. En bovendien zou Nederland dan niet zoo weerloos zijn, zooals quantité négligeable kunnen worden behan deld als thans het geval is nu wij .vanwege de verhoo ging der weerkracht voortsukkelen, met „grootdoen in miniatuur." A. UITLEVERING GEVRAAGD. De redacteur van de „Msb." te Brussel seint: De N^derlandschflt regeering heeft aan het parket van Brussel aanhouding en uitlevering gevraagd van den autohandelaar uit Rotterdam, die beschuldigd is van aftroggeling van f 165.000 ten nadeele van een persoon uit Gladbach. OOSTENRIJKSCHE MARINE-OFFICIEREN. Naar aanleiding van het verzoek aan de Algemeene Verecniging van marine-officieren in Nederland om ter leniging van den nood, waarin verschillende Oosten- rij kschc zee-officieren verkeeren. een zeker aantal hunner een tijdelijk verblijf in Nederland ten huize van Nederlandsche marine-officieren te doen vinden, zijn thans een tiental Oostenrijksche marine-officie ren gedeeltelijk te Nieuwediep, gedeeltelijk in Den Haag tijdelijk gehuisvest. CHINEESCHE TARWEBLOEM. Naar de Tel. meldt wordt thans in ons land tarwe bloem aangeboden afkomstig uit China, vanwaar vroeger nog nimmer tarwebloem naar Europa ge ëxporteerd werd. Integendeel bèlrok China vocfHieen buitengewoon groote partijen tarwebloem van Noord- Amerika, en wel in die mate, dat onlangs .eenige Amerikaansche meelmolens een afzetgebied in Neder land zochten, omdat China niet langer als afnemer optrad. Wat de hier geoffreerde Chineesche bloem betreft, verneemt het blad, dat de kleur mooi blank-is ,en ook de bak-aard gunstig mag genoemd worden, hoewel een vergelijking met de Amerikaansche Patentbloem in het voordeel van laatstgenoemde 'moet uitvallen. Dat nochtans voor de Chineesche bloem prijzen van ruim f 46 per 100 Kilo betaald worden, houdt ver band met de bijzonder groote vraag naar beschikbare bloem De Chineesche bloem wordt hier aangevoerd in een tot nu toe ongekende emballage, nl. drie zakjes bloem a 50 Eng. ponden elk, die zijn saamgevoegd in één juten zak; zij worden aldus aan den bakker afge leverd. Onze KLEEDING Ie ANNA PAUL0WNA verkrllgbaar bij Firma H. STELUNGWERFF, HEEREN MODE-ARTIKELEN Firma A. SCHENK. DOOR NATKALY VON ESCHSTRUTH. HOOFDSTUK I. De zon wierp hare laatste schuine stralen in de kleine achterkamer en schilderde ^p den blank ge- schuurden vloer de patronen der gehaakte kanten, welke de smalle mousseline draperieën der gordijnen ver sierden. Zij huppelde over de bloempotten op de smalle ven sterbank, over de bleeke erika, de rooae, volle sleutel bloemen en de prachtige paars en rose gekleurde kel ken der hyacinthen, welke in hooge vazen geurden. Zij wierpen hun schijnsel ook' op het diepgebogen, bevallige meisjeskopje en hulden elk der zachte, zwarte lokjes in een' gouden licht. De kleine handen werkten met bijna zenuwachtige haast en toch lag op het lieve gezichtje eene peinzende, verstrooide uitdrukking, als of de gedachten achter het blanke voorhoofd verrei verwijderd waren _van de grove keukenhanddoeken, wel ker gaten en scheuren de vlijtige vingers zoo zorgvul- Zeer vr ooi ijk en zonnig schonen de beelden niet te zijn, die de phanlasie van" het jonge meisje te voor schijn riep. i v Het schoone gelaat droeg eeene uitdrukking van bijna rwaarmoedigen ernst, een trek van lijden lag om de lippen, en ae in 't oog vallend groote, donkere, diepe oogen, door "lange, zwarte wimpers omzoomd, zagen zoo treurig de wereld in, alsof daar nooit eenc. zon van geluk en liefde zou kunnen schijnen. En toch stond naast het gebogen hoofdje een bloeiende mirtenstruik, en een smalle, gladde gouden ting, schitterde aan 'har© nand een verlovingsring. Zoo vaak dc blik van het jonge meisje da prop vici, gleed er eenc schaduw over het heldere voorhoofd, /een L «j ontsnapte aan hare lippen, en de handen ien. een plotselinge schrik het slanke lichaam aeed sidderen. Het werk zonk haar in den schoot, oe groote, vreemd omschaduwde eigenaardig© o ogen echter staarden moe en treurig naar buiten in den bloeienden achtertuin, waar de laatste stralen der dag vorstin tintelden boven de stil en roerloos zich ver heffende' boomtoppen. Maiigareta von TJttenhofen dacht terug aan de laat ste, sombere jaren haars levens. Zij was wees, de ©eniger dochter van een vroeg gestorven ambtenaar, het eenige geluk der bleeke, stille moeder, die den zwaren strijd om leven en bestaan moedig volhield, tot de dood haar vermoeide oogen voor altijd sloot. Margareta bleef alleen en 'zonder middelen achter. Haar eenige bloed verwant, de broeder, haars vaders, een grillige geleerde en vrouwenhater, bracht het offer, hare verdere opvoe ding op een kostschool te bekostigen. lot haar achttiende jaar bleef zij daar, toen. was opnieuW de vraag: „waar nu met haar heen?" Groote, uitstekende talenten had de natuur haar niet geschonken, wel echter had deze haar zulk eene eigenaardige, treffende schoonheid en lieftalligheid ver leend, dat hare opvoeders op de gedachte waren geko men, dat het tooneel voor Margareta wel de zekerste weg zou zijn om haar gelukkig te maken. Een brief vol bittere verontwaardiging en hevigen toorn, door den professor, met zenuwachtig trillende hand geschreven, antwoordde op dezen voorslag en Me juffrouw von 'Üttenhofen haalde verlicht adem, want bij hare bedeesde, bescheiden natuur leek haar de loopbaan eener actrice bijna verschrikkelijk toe.. Professor von Üttenhofen riep zijne nicht tot zich. Er was in zijn huis schreef hij, plaats voor het jonge meisje; onder de leiding zijner voortreffelijke huis houdster, Agnes Hauser, zou Margareta zich verder in de. kookkunst cn de huishouding kunnen bekwamen, en dan ,zou het verdere zich wel schikken. Met de beste Wenschen, vol blijmoedig vertrouwen liet men het jonge meisje van de kostschool vertrekken. Margareta is immers zoo mooi. Zulk eenee eigenaar dige schoonheid met hare groote, 'raadselachtig don- Kero opgen en het blauw-zwarte glanzige, zachte haaf zij zal alle harten veroveren en vroeg trouwen, dat zal wel de beste oplossing der vraag zijn. Ja hare schoonheid, ieder dacht, dat deze heer lijke vrijbrief zeker het toovermiddel zou zijn, waar mede de zeven grendels voy 'de poort des geluks ze gevierend weggeschoven kondon wordna en toch Va» De aanbiedingen van Chineesche bloqjn hebben de regeering genoopt ook aan deze zijde inkoopen te doen. VERGIFTIGING. Dinsdag hebben zich te Rotterdam een aantal geval len van vergiftiging voorgedaan. In de Generaal van der Heydenstraat zijn in het gezin Van Oosterom de vrouw en twee kinderen ziek geworden en op een hofje aan den Goudschenrijweg het gezin van Ne- dernand en dat van Jansen èn een kostganger. Allen hadden rookvleesch gegeten, geleverd door een slager in de Generaal v. d. Heydenstraat Het vleesch is daar in beslag genomen en 'aan het abattoir voor 'de consumptie afjgekeurd. VAN LOONEN GESPROKEN. Men schrijft aan het „Centr." t 'k Raakte dezer dagen in gesprek met een straat- maker. De man wist te vertellen, dat hij een loonlijst van timmerlieden onder de oogen had gehad. Een kennis van hem kwam er op voor met een 'loon van 64 gulden. f „Een knap loon zei de straatmaker maar 'k heb deze week ook aardig gebeurd: ruim 80 gulden, maar m'n joggie van 13 jaar heeft me geholpen, en k kon zoo maar „door leggen", 'k Ben niet aangesloten bij den bond, anders was m'n loon per vierk. imeter nog 5 cent hooger geweest en had ik het deze week tot "kort bij de 100 gebracht." DE W1NTERDIENSTREGELING VOOR DE SPOOR WEGEN. Naar wij vernemen, zal de Winterdienstregelmg' voor de Spoorwegen op 25 October a.s. in werking treden. DE A.S. VOLKSTELLING Uit 's Gravenhage, 29 Sept. Heden heeft een conferentie plaats gehad tusschen het bestuur der Ver. v. Nederl. Gem. en een deputatie uit de vergadering van alle gemeenten in Noordholland, onlangs onder presidium van den directeur van het Centraal bur. voor de Statistiek in het stadhuis te Amsterdam gehouden. Bij monde van den heer Broers, secretaris van Wor- merveer, werd uiteengezet, dat de rijksvergoeding door de volkstelling aan de gemeenten uit te keeren en bepaald op 12 cent per ziel, veel te .'gering is en dat dit minstens 20 cent moet zijn, in welk geval de ge meente toch nog een vierde der kosten voor hare re kening moet nemen. Na ee nwarrn debat, waaraan door alle heeren instemming werd betuigd met het voorstel- Boers om bij den minister op vêrhooging aan te drin gen, opdat de gemeenten niet te zwaar zouden ge troffen worden, verklaarde genoemd bestuur op zich te nemen deze belangrijke zaak bij den minister te zullen bepleiten. RIJWIELVERVOER PER SPOOR. De Kampioen verneemt, dat het voornemen bestaat om het vraagstuk van het rijwielvervoer per spoor door een commissie uit de Nederlandsche Spoorwegen en den A.N.W.B., Toeristenbond voor Nederland, nader on der de oogen te laien zien. ONREGELMATIGHEDEN BIJ DEN TELEFOON DIENST TE AMSTERDAM. ONTSLAG VAN TWEE H OOFDAMBTEN AREN. „Het Volk" meldt: Bij informatie naar loopende geruchten omtrent het plotseling ontslag van twee hoofdambtenaren bij een der gemeentebedrijven vernamen wij ter bevoegder plaatse het volgende: Door de wethouders Wïerdels en Abrahams, den di recteur en den hoofd-ingenieur der gemeentetelefoon werd een ernstig onderzoek ingesteld naar onregelma tigheden. door twee hoofdambtenaren, den algemeenen bedrij fecnef-ingenieur der telefooncentralen en den be- drijfechef der centrale „Zuid", gepleegd in de vervulling van hun betrekking- Maandag heeft in de centrale „Centrum" en daarna in de centrale „Zuid", onder leiding van den Wetliou- der tier Bedrijven een langdurig en uitvoerig verhoor plaats gehad van verscheiden personen. Voor zoover uit het onderzoek is gebleken, is de schade, door de gemeente tengevolge van onregelma tigheden geleden, niet van beteekenenden aard. Een poging om voordeel te trekken van een leverantie aan de gemeente was mislukt Toch bestond Maandagmid dag voldoende aanleiding om de twee bovengenoemde hoofdambtenaren te schorsen. Zij waren beiden in het particuliere bezit van automobielen, waarvan de stalling, de bediening «n het onderhoud niet geheel gescheiden gehouden werden van de rekening der gemeente. Woensdag hebben B." en W. net besluit genomen, de geschorsten op «taanden voet en oneervol te ont slaan. LIJMBANDEN OM VRUCHTBOOMEN. De Phytopathologisce Dienst schrijft ons: Het tijdstip, waarop de lijmbanden om de stammen der vruchtboomen moeten worden aangelegd is weer daar. Zooals bekend is worden deze banden aangelegd om te voorkomen, dat de vrouwelijke wintervlmder* die nu te voorschijn komen en die, door gemis aan vleugels tegen de stammen der boomen moeten op klimmen, hare eieren 'aan de takjes kunnen' leggen. De rups, die uit de door de vlinder gelegde eitjes komt, is de zgn. trekmade, een kleine, groene span- rups. die vroeg in het voorjaar aan (le knoppen van allerlei vruchtboomen vreet en later zoowel de blade ren als de bloemen en de vruchten aantast Vooral de bloemen en bladeren van appelboomen en de bladeren en vruchten van kersenboomen worden in zeer sterke mate aangetast en daar de trekmade in zeer groot aantal op de boomen kan voorkomen, kan de door haar aan- geriente schade zeer groot zijn* Nu is de eenvoudigste en meest doeltreffende be strijding van de trekmade in boomgaarden die met lijmbanden. Om den stam, op ongeveer 1 M. boven den jgfrond, wordt dan een pl.m. 8 c.M. breede band perkamentpapier '(liefst groen van kleur) gebonden met twee touwtjes en daarop wordt een laagje zgn. rupsen- lijm gesmeerd d,i. een praeparaat, dat zeer lang ((ver scheidene maanden) taai kleverig blijft Het is noodza kelijk, dat deze fijm lang kleverig blijft, omdat de vrouwelijke vlinder vanaf net begin van October (na de eerste nachtvorsten meestal) tot in December of Januari te voorschijn kunnen komen. Lijm van goede kwaliteit kaó zoo langen tijd haar kleefkraeht behouden. Het is noodig, dat alle boomen in een boomgaard van lijmbanden worden voorzien, opdat de vlinders geen gelegenheid hebben, hare eieren te leggen. In boomgaarden met onderbeplanting. waarop uit den aard der zaak geen lijmbanden gebruikt kunnen wor den, kunnen i.d. winter met een 8 pet. ca rbolineu mop los sing worden behandeld. Voor staraboomen (ook zgn. struikvormen) is het aanleggen van lijmbanden de beste bestrijdingswijze. Inlichtingen over de wijze, waarop de banden moeten worden aangelegd, zoomede adressen waar goede rup senlij m te verkrijgen is, worden verstrekt door den Phv- topathologischen Dienst te Wageningen en door de op verschillende plaatsen gevestigde technische ambte naren en controleurs van dien Dienst. DE DROOGLEGGING DER ZUIDERZEE. Op het eiland' Wieringen zullen in verband met de afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee verschil lende belangrijke werken uitgevoerd moeten worden. In de eerste plaats zal, de over de afsluiting ontworpen spoorweg zoomede de weg voor het gewone verkeer het eiland in de lengte-richting doorkruisen; verder is ter voorziening in de afwaterings- en scheepvaart- belangen een kanaal van de west- naar de oostzijde van het eiland aan te leggen en eindelijk zal de waterkeö- ring langs de noordzijde van het eiland verzwaard moeien worden. Deze werken zullen een lange voor bereiding eischen, daar zij verband met elkaar' moeten houden, terwijl voorts onteigening hiervoor noodig zal zijn, waarmede eveneens veel tijd gemoeid zal zijn, In verband met een en ander is reeds, thans aangevangen met de -noodige terreinopnemingen op Wieringen. Het ligt in het voornemen óm in 1921 over te gaan tot den bouw van een haven aan de oostzijde van het eiland Wieringen nabij den Oever. Aldaar is thans een kleine fiaven aanwezig, 'die echter geheel onvol- doende is om te kunnen dienen als werkhaven bij de uitvoering der zeer omvangrijke werken, welke in de nabijheid uitgevoerd zullen worden. Voorts laat het zich aanzien, dat, wanneer de sluizen van het IJsel- meer nabij den Oever gebouwd zullen zijn en de aan het westeinde van het eiland gelegen haven van de Haukes niet meer aan de open zee zal zijn gele gen, de bestaande haven van den Oever als hanaels- en visschershaven veel te klein zal worden, zoodat ook uit dien hoofde op den duur nabij deze plaats over een veel ruimer haven beschikt zal moeten worden. De in het volgende jaar te bouwen nieuwe haven zal dus aanvankelijk als werkhaven hebben dienst te doen en later opengesteld kunnen worden voor het gewone scheepvaartverkeer. De bouw van deze haven is een omvangrijk werk, zoo dat met de uitvoering zoo vroeg mogelijk in het werk- seizoen van 1921 aangevangen zal moeten worden, wil men het werk in dat jaar kunnen beëindigen, hetgeen gewenscht is, teneinde in 1922 met verdere werken en in 't bijzonder met de voorbereiding van den sluisbouw te kunnen aanvangen. WIERINGERWAARD. Woensdagavond vergaderde de vereeniging Het Witte Kruis, onder leiding van den heer C. Haringhuizen. Aanwezig maar weer 7 leden, w.o. 5 bestuursleden- De door den heer D. Sleutel voorgelezen notuler worden onveranderd goedgekeurd. Voorzitter deelt me de, dat we eene Rijkssubsidie edL f 65 hebben ontvangei ter bestrijding T.B.C. Van de Ned. Centrale vereeniging tot bestrijding der T.B.C. is een verzoek ingekomen om de contributie van het lidmaatschap te willen ver hoogen. Op voorstel van het bestuur wordt besloten dit te stellen op f 2 ingaande 1 Jan. 1921. Voor het groote plan om te Oost-Voorne een nieuwe zeekolonie te stichten wordt besloten f5 af te staan aan het Centraal Genootschap voor kinderherstellings- en va- cantiekolonies. In verband met een circulaire van Dr. Aldershoff aan de afdeelingsbesturen wordt besloten dat de af- deeling van het Witte Kruis op denzelfden voet zal doorgaan met. de eventueele ontsmettingen, doch dat de daarop vallende kosten zullen worden verhaald op het juist deze schoonheid., welke haar den harden, .een- zamen levensweg .veel moeilijker maakte. Wel had de professor verrukt naar het lieve gezichtje gekeken en het niet verheeld, dat het icyisse nichtie een buitence- 7,'oon ssunstieen indruk op hem maakte. maar hij was niet genoeg menschen- en vrouwenkenner om zijn goeden smaak, zorgvuldig voor Agnes Hauser, de huis houdster te verbergen. Een giftige, booze blik uit de gezwollen oogen der ^•onfeilbare" trof de fonge logée, een blik welfce, ook zonder woorden^ eene oorlogsverklaring bevatte! JDé weduwe Ajgnes was volstrekt "biet zeer gesticht over de nieuwe vermeerdering harer huishouding. Op hare bondige, scherpe manier had zij den professor verklaard,Op de handen kijken en J>espionneeren laat ik mij niet door zoo'n bakvischje en ik wil mij ook ge ene opzichtster voor den neus laten zetten. Als dat juffertje misschien zou willen probeeren mij hier uit huis te verdringen, dan ga ik liever iterstond, want ik heb Meneer den Professor niet bijna 28 jaren trouw en belangeloos gediend om nog op mijn ouden dag door zoo'n ding, dat pas komt kijken, gecommandeerd te worden." Meneer von Üttenhofen ontstelde. Zijne Agnes. Zijne onfeilbare Agnes, de eenige, die al zijne eigenaardig heden kende, die juist zoo kookte, als hij het 'gaarne had en zijne maag het kon verdragen die Agnes zcu hij moeten verliezen? Nooit' Eindelijk gelukte het door plechtige verzekeringen, geschenken en goede woorden de oude heks te bewegen Margareta in huis op te nemen. En nu was zij geko men, schoon als een engel, vriendelijk en beminnelijk. En de professor zat zich in de handen te wrijven en meesmuilde: „Nu Agnes? Die kan zich laten zien. Wat zullen de menschen zeggen, dat ik zulk een nichtje heb .Ja, Ja, de Uttenhofens waren allen knappe men schen." Agnes bromde binnensmonds iets op norschen toon en zeide toen schouderophalend: vbrcnoonheid ia een geschenk de£ duivels en neeft reeds veel onheil in d$ wereld gebracht. Zulk een glad gezichtje wil bevallen en neemt het nief zoo nauw met trouw ten deugd. Me neer de Professor zou wel eens moeite kunnen krij gen, met zijn nichtje te bewaken, want het is gemakke lijker op een schepel' vlooien te possen dan og eend schoone vrouw." „O' 8T' had de professor zeer ontsteld en angstig gezucht en Agnes had de deur dreunend achter zich dichtgeslagen. Daar buiten bleef zij staan en zette toor nig de handen in de zijden. „Dat ontbrak er nog.maar aan^ .{Jat de profeesor nog aan trouwen zou denken. Als dat kuikentje eens zin mocht krij^n in de waardigheid van huisvrouw. Ha ha' Agnes is er toch ook nog >en de duivel zou er de hand in moeten hebben, als ik niet de baas blijf." Welk een treurige, verschrikkelijke tijd voor Marga reta. Wat zij ook deed om de heersehzuchtige. .knor rige vrouw vriendelijk te stemmen, het hielp toen niets, zij was en bleef hare geheime, verbitterde vijandin, die voortdurend listen bedacht om verdeeldheid tusschen oom en nicht te brengen en de laatste tiet huis uit te drüven- Margareta werkte met histeloozen ijver van 's mor gens vroeg tot 's avonds laat en yerrichtte blijmoedig ook zelfs net zwaarste meidenwerk, hetwelk Agnes haar boosaardig oplegde. Haar eenig genoegen en uitspanning waren hare muziek oefeningen, die zij des te ijveriger voortzette, daar haar goedhartige en vriendelijke leer meester een niet gewoon talent tot preludeeren en phan- taseeren bij haar ontdekte. Zij was zeer ijverig en leerde gemakkelijk, vooral vond zij het prettig ver schillende instrumenten te bespelen, en hoewei die pro fessor eenigszins ongeduldig de schouders ophaalde en zeide: „Je behoeft toch geen kapelmeester te worden," toch keek hij glimlachend en vol belangstelling naar het bekoorlijke meisje, toen zij hem op zekeren dag met gloeiende wangen en oogen, die er in hunne bezieling nog grooter en donkerder uitzagen dan anders, op de groote harp van haar leermeester eene zeer eigenaardige,- zwaarmoedige melodie voorspeelde. Meneer von Üttenhofen verróste Agnes op zekeren dag met het besluit: „Ik 'wil met Margareta visite» gaan maken. Dö winter is aanstaande er zijn in on» kleine stadje niet vele maar toch eenige pretjes te genieten, die zal ze meemaken." „En met welk doel?" riep de oude vrouw op vfn- nigen toon nijdig uit. „Denkt u, mijnheer de Professor, dat baljaponnen niets kosten?" „Om tiet even. Het offer moet gebracht worde*.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1920 | | pagina 5