Alititti Nieuws-
it- Lalt
INKOOPPRIJZEN
SCHOENHANDEL SCHOENMAKERIJ.
Woensdag 15 December 1920.
NIEUWE ABONNE's
Binnenlandsch Nieuws.
Donkere Schaduwen
VAN RIJSWIJK's
Tot einde December
SQlAGEH
63ote «Jaargang. Ho, ©75a,
comot.
Dit blad verschijnt viermaal per week :Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's m.8uur worden Advertentiën
zooxeel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
UITGEVERS: TRAPMAN CO., SCHAGEN.
POSTCHEQUE en GIRODIENST 23330. INT. TEI.EF. no. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.55. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN
TÏËN van 1 tot? 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 ct. (bewijsno
inbegrepen). Groote |letters worden naar plaatsruimte berekend
VAN DE SCHAGER COURANT,
ONTVANGEN DE NUMMERS TOT
1 JANUARI A.S. NOG VER
SCHIJNENDE GRATIS.
DE IIITG
BETONNEN HUIZEN.
Men schrijft aan de N.R.Crt.
Mon zal zich herinneren, dat in 1911 te Santpoort,
!n de onmiddellijke nabijheid van het station, de eerste
oroef in ons land is genomen met het gieten van een
huis in gewapend beton. Toen de bekistingen gemaakt
en geplaatst waren, waarmede slechts zeer weinig tijd
gemoeid is, waren deze in minder dan één dag tijcis
volgegoten, en nadat het beton binnen enkele dagen
goed gedroogd was, was het huisje, waarvan de archi-
loet niemand minder dan dr. H. P. Berlage is, voor
betrekking gereed. In het eerst verwachtte men, als
gevolg van deze voorloopig geslaagde proef, een ware
ommekeer in de bouwwereld; het proces toch is zeer
eenvoudig, maakt het uit den grond stampen van een
groote hoeveelheid woningen in verbluffend korten
tijd mogelijk, vereischt geen geschoolde arbeiders en
het leek in alle opzichteneconomisch.
In 1911 echter bestond er nog geen bepaalde wo
ningnood, al begon zich reeds een tekort aan woningen
aan te kondigen, doch niet in een. zoodanige mate, dat
or een bepaalde urgentie bestondi om ten gunste .van
den aanbouw van woningen dit geheelnieuw© systeem
op groote schaal te gaan toepassen. Men wist ook nog
niets van schaarschte en, als gevolg daarvan duurte
van bouwmaterialen; uit dien hoorde was er geen
aanleiding om ons echt-Nederlandsch materiaal, den
baksteen, door het beton te laten verdringenen
bovendien kwamen tfit de kringen van architecten
ernstige aesthetische bezwaren daartegen. Het gieten
van lunzen toch brengt mede eenvormigheid; het
schakelt veel kunstzinnige oorspronkelijkheid, veel
artistieke scheppingsmogelijkheid, uit; en al stond1
hier nu oen huisje volgens het ontwerp van den ar
chitect Berlage als een nlijvend bewijs, dat het nieuwe
bouw-procéde toch ook aan de bouwkunst nog wel
ruimte laat om iets te praesteeren, men wilde er niet
aan. Men wilde huizen niet zien worden een zielloos
en karakterloos fabrieksartikel, dat volgens enkele
bepaalde modellen engros afgeleverd wordt
Zoo is indertijd een rapport aan de regeerirïg over
den betonnen bouw uitgebracht, waarin het procédé op
vorschillende gronden, ook bovengenoemde, werd af
gekeurd. Bovendien heette het, dat men er geen be
woonbare woning mede verkreeg; de wanden zouden
uitslaan, het huis zoude niet droog te stoken zijn, en
bovendien zóó* vochtig, dat bij vriezend weer men ge
vaar zoude loopen, om op de met een ijslaagje bedekte
trappen uit te glijden. Bovendien zou het huis buiten
gewoon gehoorig zijn, en nog tal van andere grieven
werden opgesomd, die een in beton gegoten huis tot een
mensch-onwaardige verblijfplaats zouden maken.
Nu heeft de woningnood der laatste jaren onze
eischen ten aanzien van de bewoonbaarheid van oem
nuir, wel iets gematigd, cn bovendien heeft de
schreeuwende noodzaak van spoedig bouwen reeds om
uitkomst doen omzien in de richting van normali
seering; zoodat het 'aesthetische bezwaar zeker niet
meer zbo sterk weegt als destijds. Maar wanneer mem
en het is ons bekend dat dit geval zich voordoet
FEUILLETON.
DOOR NATHALY VON ESCHSTRUTH.
21
Maurus von Thüngen had zijne zieke tante laten
vragen, zijn bezoek gelegen kwam en de barones
liet antwoorden, dat zij hem wachtte.
Het was nog betrekkelijk vroeg, maar gravin Per-
pi gnan kwam reeds uit den tuin, gekleed als een ro
zig Zomerwolkje, lachend en bekoorlijk en blijkbaar in
de beste vroohjkste luim.
Zij had haar neef reeds Leeren kennen en had vriend
schap met hem gesloten.
Hij had op het terras gestaan, toen zij met Flik en
Flok, de beide Schotsche windhonden van den gestorven
baron, over het gras snelde, en hij was terstond naderbij
gekomen en had zijne allerliefste nicht begroet.
Welk 'n beminnelijk, charmant man was hij. Zoo na
tuurlijk en vroolijk, zonder een spoor van de gevreesde
aanmatiging, wèèrvan men de cavaleristen der garde
beschuldigt, knap en voornaam, met de volle, ernstige
waardigheid van een man, zonder daarbij pedant of oud
te schijnen. Joriède kon hare tante maar niet genoeg
goeds van den jongen baron vertellen en. Margaretha
stond terzijde bij het venster en glimlachte.
Hoe natuurlijk was het, dat de beide jongelieden elkaar
zouden bevallenzij waren zeker niet alleen door den
wensch en wil der barones, maar ook 'door alle om
standigheden voor elkaar bestemd.
Beminnelijk en ridderlijk. Ja, dat was de nieuwe
landheer, dat had Margaretha gisteren ook ervaren;
of hij er zoo knap en interessant uitzag, als Joriède
verzekerde, kon zij niet nauwkeurig zeggen, want in
hare grenzenlooze verwarring had zij hem aangestaard
zonder hem tc zien zonder eene juiste voorstelling
van hem te krijgen. En nu wilde hij de barones eqiï
bezoek brengen de klok sloeg reeds elf.
Gravin P-erpignan was haastig weggefladderd, om de
een beetje wanordelijke lokjes nog eens te Friseeren,
en Margareta legde de barones gemakkelijker op de
chaiselongue, waarop men haar volgens haar wensch
had gebracht
Hoe zwak, hoe uiterst zwak was zij in dien korten
tijd geworden.
Zij proefde even van den krachtigen wijn, om voor
een oogenblik krachten te krijgen, maar, zij zeide het
sfc'.vf - „Gij snoet mij straks dadelijk weer te bed laten
mengen, lieve ik mml swij maar al te af
gemat
zich tot de regeering wendt om voor het gieten van
huizen in beton dezelfde faciliteiten van rijkswege te
krijgen als voor den gewonen particulieren bouw,
wordt men nog steeds afgepoeierd met al de bovenge- j
noemde bezwaren.
Dit heeft ook de heer Hunkemöller te Amsterdam
ervaren, toen hij de medewerking van de regeering
inriep, om door het gieten van huizen op groote schaal
volgens het stelsel van het gegoten huisje te Sant
poort in den huidigen woningnood te voorzien. Hoe
zeer hij ook aanbood dat men zich van regeeringswego
door eigen aanschouwing van de bewoonbaarheid van
dit huis zoude overtuigen, het mocht hem niet baten;
het rapport lag daar, volgens welke het huis vochtig,
'kil, gehoorig, in een woord onbewoonbaar en het
systeem onbruikbaar zoude zijn; dat rapport met zijn
veroordeelende conclusie was afdoende.
Nu is het huisje te Santpoort de laatste jaren ge
regeld bewoond geweest; sinds twee jaar door eem
dame, die het voor een betrekkelijk laag bedrag ge
kocht heeft. en....... den hemef dankt dat zij ait
>de dak boven haar hoofd heeft. Op verzoek van
heer Hunkemöller hebben wij gedaan wat o.i.
de autoriteiten reeds lang hadden behooren 'te doen,
alvorens uit te maken of het procédé, hier gevolgd,
al dan niet een belangrijke factor kan worden in de
bestrijding van den woningnood. We hebben het waar
lijk zeer gerieflijk ingerichte huisje te Santpoort
bezocht, en vastgesteld, dat geen der aangevoerde^
bezwaren "bestaan, welke trouwens de tegenwoordige
eigenares en bewoonster nadrukkelijk ontkent.
Hiermede bedoelen wij natuurlijk niet, uit te maken
dat het procédé van huizengieten, zooals dat te Sant
poort bij wijze van proef is gebeurd, absoluut deug
delijk is; we achten ons hiertoe niet bevoegd. Maar
wel komt het ons voor, dat de zaak voor de autori
teiten op woninggebied, nu de omstandigheden zich
zoo sterk gewijzigd hebben, van genoeg beteakenis
is,, om haar niet zonder meer met beroep op een
misschien verouderd rapport te veroordeelen. In den
strijd tegen een maatschappelijke ramp als de huidige
woningnood is het onverantwoordelijk welk middel
ook te verwaarloozen, dat misschien uitkomst zoude
kunnen brengen.
DE VERKOOP VAN LANDBOUWPRODUCTEN.
De landbouwproducten in de provincie Groningen
meer speciaal het koren en de oliezaden worden
van oudsher door korenschippers van de streken waar
ze verbouwd zijn naar de stad vervoerd en daar door
commissionnairs aan de beurs verhandeld. Vele boeren
en vooral voor de ouderen geldt dit vinden dit
systeem onafscheidelijk van hun bedrijf en hoe som
migen1 vastgegroeid zijn aan deze manier van werken
wordt wel het duidelijkst gedemonstreerd door een feit
dat ons eens ter oore kwameen oude boer, wonende
in een dorp waar een oliemolen stond, verkocht het door
hem verbouwde koolzaad aan den oliemulder, doch stond
niet toe, dat het product rechtstreeks van de boerderij
naar den molen vervoerd werd, neen, het moest per
schip naar de stad en van de stad naar den molen,
terwijl ook de commissionnaii* een monster ervan ter
beurze moest presenteeren, zoodat het quasi aan de
beurs kwam en zoowel de korenschipper als de com
missiekooper het hunne verdienden I
Gelukkig echter beginnen zich vooral den laatsten
tijd meer en meer opvattingen te openbaren die van een
beter economisch inzicht blijk geven; vooral onder de
vooruitstrevende veenkoloniale boeren, die dikwijls meer
koopman dan boer zijn, begint men zich er meer en
meer rekenschap van te geven, hoe dwaas eigenlijk het
tegenwoordige systeem van korenhandel is, waarbij iedere
zak graan een onnoodig langen en kostbaren weg moet
afleggen om van den producent bij den consument te
komen, en men gaat zoeken naar middelen om dien
weg, ten bate van consument en producent beiden, min
der lang en minder duur te maken.
CONTANT ZONDER KORTINO.
OVERTUIGT U VAN DE PRIJZEN DER
ARTIKELEN IN DE ETALAGE.
Men begrijpt dat men door coöperatie onder de boe-
renproducten het best en het eerst tot het beoogde
doel komt èn geruimen tijd geleden reeds is er te
Beendam een bijeenkomst gehouden van afgevaardigden
van landbouwvereenigingen om besprekingen* te hou
den over coöperatieven verkoop, waarbij het hoofdbestuur
van den Veenkolonialen Boerenbond zich bereid ver
klaarde om de verkzaamheden, noodig ter. voorbereiding
van een nieuw systeem, op zich te nemen.
Naar men zich onder deskundigen algemeen voor
stelt, zullen er, om tot dit nieuwe systeem te komen,
op tal van plaatsen in de provincie, liefst aan 't spoor
en een ruim vaarwater beiae, groote pakhuizen gebouwd
moeten worden, een begin van uitvoering is hieraan
reeds, hier en daar gegeven waarin het koren van alle
I boeren, die tot de coöperatie zijn toegetreden kan wor-
den geborgen, tot het direct zijn bestemming naar den
j consument kan volgen.
Algemeen© invoering en toèpassing van dit systeem
j zal ongetwijfeld leiden tot enorme besparing van moeile
j en drukte en kosten. E!m de (steeds 'tetugioopenrïe prijs zal
dan ook zonder twijfel vele conservatieve elementen on
der de boeren, die totnutoe van geen verandering wil
den weten, tot het inzicht brengen dat de oude weg
moet verlaten worden en dus oorzaak, zijn van nau
were aansluiting op coöperatieven grondslag. Hdbl.
KNIPCURSUS.
Ben Duitscher, vedblijf (houdende in een hotel te
Rotterdam, vroeg1 per 'advertentie dn een der plaat
selijke bladen naaisters, die tot f10 a f 12 per dag
zouden komnen verdienen. Een meisje, dat zich door
'het ^aanbod liet verleiden, teekende een contract,
waarbij ze zicihi verbond' aan een 17-tal bepalingen te
voldoen, doch eerst een modelknipcursus geduren
de 14 dagen te zullen volgen. Het lesgeld voor dien
cursus, ten bedrage van 100 gulden, moest ze voor
uit storten. Na die paar weken voorbereiding, die
door een den Duitscher vergezellende dame zou wor-
den gegeven, kon de opgeleide dan naar de pro-
vdneie worden gezonden, om 'daar op haar beurt te-
gen het in uitzicht gestelde hooge daggeld werk
zaam te worden gesteld als iknipleerares. Het hoofd
kantoor van deze knipcursusorganisatie volgen® het
isneeuwbalsysteemi bevond zich in .Gheminitz, leen
bijkantoor weer in Keulen.
De 'Rotterdamsche politie, die het vermoeden had,
dat het den Duiitscher meer om de 100 gulden te
doen was 'dan om de Hollanders van zijn 'knipmetho
den op de hoogte te brengen, heeft hem beduid', dat
hij zijn propaganda maar moet staken en die an
ders maar aan de oostzijde van onze grens moet
gaan voortzetten.
ST .MAARTENSBRUG.
Zaterdagavond 'hield de vereeniging Nut en Ge
noegen alhier een bijeenkomst in het lokaal van
den heer Kossem Die zaal was flink bezet. Nadat
Er werd aan dé deur geklopt.
Frederik diende den jongen baron aan.
„Ik ben in de zijkamer, genadige vrouw; als gij mij
noodig hebt, bel dan maar. I
Mevrouw von Tbüngen wilde haar tegenhouden, maar
reeds stond Maurus op den drempel.
Zijn blik trof nog de slanke, grijze gestalte van het
jonge meisje, dat na eene beleerde, lichte buiging als
eene onhoorbare schaduw achter de deur verdween.
De jonge officier begroette de zieke zeer hartelijk
en nam naast haar plaats, het gesprek liep over de
laatste, treurige gebeurtenissen en kwam eerst op vroo-
lijker onderwerp, toen Joriède op hare ©enigszins luid
ruchtige wijze de deur openend, met een stroom van
licht lachend de kamer binnentrad.
„Ja, zij heeft me werkelijk licht en warmte in huis
gebracht", roemde mevrouw von Thungen op hare
weekhartige wijze 'en drukte de hand harer nicht. „O,
fij kunt niet gelooven, lieve Maurus, wat dit lieve, beste
ind hier reeds gedaan en gezorgd heeft. De admini
strateur is overbodig geworden, sedert Joriède bij ons is.
Maurus boog zich glimlachend voor de jonge tLame
en schertste„Wat is dat prettig voor mij en wat
zal ik gebruik maken van die hulp. Nicht Joriède
i zal mettertijd nog wel een flinken en bruikbaren land-
heer van mij maken.
Hoe is het echter mogelijk, dat gij zooveel tijd voor
Triberg kondt vinden, daar de ziekenkamer u toch
I zeker ook veel geboeid hield of heeft eene diakones
alleen u verzorgd, lieve tante?"
„Zij hoeft de verzorging met het lieve kind gedeeld,"
verzekerde de oude dame goedhartig. „Joriède was
overdag de heldere, vroolijke zonneschijn.
„En zuster Margareta de sombere nachtelijke" scha
duw, die mij afloste" lachte gravin Perpignan met
een schelmschen blik. „Zoo zijn ook nu onze rol
len nog goed verdeeld."
i „Nachtelijke schaduw? welzoo!" Maurus zag snel
op, alsof zijn blik de grijze gestalte van het jonge
meisje zocht.
„Hebt gij dezen eigenaardigen bijnaam uitgevonden,
nicht, of bracht de verpleegster dien mede?'
Joriède maakte eene snelle afwerende beweging, de
gouden armbanden schitterden aan hare polsen. „Wat
denkt gij wel, neef, dezen bijnaam heb ik haar in 't
j geheim gegeven. Ik vond hem zoo gepast, als ik de
kloosterachtige gedaante zag, waaraan alles zoo scha-
duwachtig vervelend, zoo grijs in grijs is en terwijl
de andere menschenkindercn des nachts de oogen slui
ten, ontwaakt de nachtelijke schaduw eerst tot 'haar
eigenlijk werk in de ziekenkamer."
I „Ja, zij is de belichaamde opoffering, mijne engelach-
I tig goede Margareta." knikte mevrouw von Thungen
voorzitter die vergadering met een woord van wel
kom had geopend, volgde voorlezing en goedkeu
ring van de notulen der vorige bijeenkomst. Ver
volgen® werd een aanvang 'gemaakt mt de afwer
king, van het 'afwisselend programma. Behalve een
'drietal tooneelstukjes, waarin verscheidene plaats*
genooten optraden, werden eenigje1 voordrachten,
'zangstukje® en een lezing ten beste .gegeven. Bo
vendien brachten ide hoeren Rikus en P. Grin ©enige
vioolnummertjes ten geboore, welke begeleid wer
den op de piano door ine'j. M. de Veer, Met de groot-
sta aandacht volgjde het publiek de verschillende
stukjes. Dat er genoten werd bleek wel uit het har
telijk. en dankbaar applaus dat ieder ten deel viel.
Het. was een zeer mooie Ntutsavond, waaraan zeker
velen met genoegen zullen turugtdenken. Het woord
van dank aan het slot der bij'eemkoinst, dat voorzit
ter bracht aan allen die tot het welslagen hadden
medegewerkt, was o.i. welverdiend.
ST. MAARTENSBRUG.
Woensdagavond hield de 'IJsclub alhier een ver
gadering in het lokaal van den heer Kossen.
INa opening volgde voorlezing en 'goedkeuring van
de notulen der vorige bijeenkomst. Vervolgens deed
de penningmeester rekening en verantwoording. De
rekening, sloot met een batig saldo. Tot' bestuursle
den werden gekozen de .3 - eren C. Gutker en W.
Rampen en 'tot commissaris- de heer S. Kossen. Aan
den voorzitter, den heer Ai Olie, die niet meer voor
deze functie in aanmerking walde komen, werd door
een der aanwezigen een woord van dank gebracht
voor alles wat hij voor de vereeniging, had gedaan.
Tot afgevaardigde naar de algemeen© vergadering
werd benoemd de heer J. Nagelhout en tot plaats
vervanger de heer C. Gutker.
Daar de rondvraag geen bijzonderheden oplever
de, sloot voorzitter met een woord van dank de ver
gadering.
NIEUWE NTEBORP.
Men 'deelt, ons mede dat op den eersten Kerstdag
voor den AuN.iG.'0'jB., afd. (Nieuwe Niedorp, opge
voerd zal worden /BIinde, Nel", drama in 5 bedrij
ven, welk tooneelwerk reeds herhaalde malen voor
j stampvolle zalen as opgevoerd. Tevens zal ter aif-
wisseling optreden de bekende dichter-zanger Du-
mont
PETTEN.
Op veelvuldig verzoek heeftde heer Sreeboer 't Vrije
Tooneel van Alkmaar, Regie v. d. Shot, aangezocht
den len Kerstdag alhier te willen optreden met hun
successtuk „Blank en Bruin, Indisch spef van rassen
haat van Maresco Macilinie. De uitstekende persbeoor-
deelingen van Schager, Alkm. en Hoorsche Courant
beloven ons een mooie tooneelavoncL De Hoornschö
Courant schrijft over de 34e opvoering van „Blank en
Bruin' te Twisk:
Voor 't eerst maakten wij kennis met 't Vrije Too
neel en wij hopen hun hier weer spoedig terug te zien.
Zij hebben schitterend werk geleverd en ons een prach
tig tooneelwerk gebracht, "t Talrijk- opgekomen" pu
bliek (zelden zagen wij de zaal zoo eivol) heeft volop
genoten en gaf door een grootsche ovatie aan 't slot
van het derde bedrijf hun volle tevredenheid over in
houd en vertolking van dit mooie drama.
NIEUWE NIEDORP.
Dinsdag 14 December jl. werd door de Ned. Herv.
Kerk alhier verhuring van landerijen gehouden voor
den tijd van vier jaren met den volgenden uitslag:
1. Het Noordeind van het Middenstuk groot 2.51.90
H.A., thans in huur bij P. Stroct, aan den zelfde voor
f 460.-.
2. Het Noordeind van het Oosterstuk, groot 1.21.60
H.A., thans in liuur bij Jn. Wiers, aan Gebr. Rood
voor f 205.
3. Het Zuidieind van Halebosch, groot 1.35.25 H.A.,
thans in huur bij Jn. Sfcrijbis, aan denzelfde voor f'250.
met 'n vochtigen blik.
Zooveel lof had Joriède niet bedoeld. Zij haalde de
schouders op. „Zij doet baar plicht, tantetje, anders
niet. Zij des nachts ik overdag. Gij móet bedenken^
dat hare verzorging betaald wordt."
„Zij dient tenminste de goede zaak door hare werk
zaamheid en trouw," zeide Maurus ernstig, en een
©enigszins verwonderde blik trof de spreekster. „Ik
gevoel eene onbegrensde hoogachting voor die hulp
vaardige, zelfverloochenende vrouwen, die in het dee
moedige dienen hunner medemenschen vol geluk en
volle bevrediging vinden. Zelfverloochening en opoffe
ring zijn in de oogen van den man zeker de hoogste
deugden, daar hij ze zelf zoo zelden of nooit bezit,
en hoe hooger eene vrouw door engelenvleugels ten
hemel gedragen wordt, des te meer ligt de wereld
en zij, welke die wereld beheerschen, aan hare
voeten."
Joriède keek voor zich, zij onderdrukte slechts met
moeite eene ironische opmerking, maar hot geluk la
haar toch, want zij was te verstandig om niet steeds
de huik naar den wind te hangen.
De ©enigszins dweepzieke meeningen van den jon-
fen officier bevielen naar niet, want mogelijkerwijze
onden die mejuffrouw von Uttenhofen ten goede ko
men, aan den anderen kant kon ze er zelf ook voordeed'
uit slaan, want ook Joriède verpleegde de zieke tante
welnu, als neef Maurus dan te vervelend is om
behagen te scheppen in den bekoorlijken, schitterenden
vlinder, dan verwisselt men van kleeding en hecht
zich eveneens engelenvleugels aan de schouders. Het
gesprek gi|ng nog een poosje van het eene onderwerp
op het andere over, en daar de deur der zijkamer,
hardnekkig gesloten bleef, stond de jonge landheer öp
en nam afscheid van de dames.
„Van avond rijden wij dus samen uit?' vroeg Jo
riède en glimlachte hem coquet toe, „en als 'ik
na tafel tijd heb, sta ik u toe, 'mij in de groote zaai
te houden, daar is het het koelst, en lectuur
ligt daar genoeg gij leest in de eene nis ik in
de andere.
„Charmant, waarde nicht voor lectuur zou ik zeer
dankbaar zijn. Gij levert de boeken, ik de cigaretten."
„Afgesproken. De idylle is klaar."
„Tot weerziens."
„Au revoir om twaalf uur lunch, om zes uur
diner."
„Dat weet ik, gravin."
„En vindt gij nel goed?"
„Dat vind ik alle®, wat gij beschikt.'
Hoe knap zag hij er weer uit, toen hij deze bemin
nelijke woorden sprak.
Zijn smal, gezient, met den blonden knevel, waardoor
de groote, vaste, witte tanden glinsteren met de ern
stige en toch zoo vriendelijk kijkende blauwe oogen
en de aschblonde, krullende haren, die het voorheefd
omgeven, het staat zoo trotsch en voornaam op den
nek en buigt zich zoo ridderlijk galant voor de jonge
dame, die slechts gastvrijheid in- dit huis geniet en
wie hij toch met hoffelijke bereidwilligheid de rechten
eener meesteres toestaat.
Joriède's oogen schitterden. Blonde mannen vielen
eigenlijk nooit in haar smaak, zij vond ze nuchter
onbeteekenend, vervelend maar neet Maurus had
eene bijzondere wijze haar te imponoeren, en eindelijk
hij was de maioraalsheer van Triberg, en deze deugd
had ae koel berekenende zin der burggravin gedurende
haar verblijf in het slot behoorlijk leeren waardeeren.
Toen Maurus was heengegaan, trad juffrouw Busch-
mann binnen en meldde de gravin met een blik van
verstandhouding dat er juist een groot pak van Ger-
son was aangekomen.
Joriède jubelde. „O, hoe heerlijk. Het zijn de beide
nieuwe zomertoiletten, waarvan ik u onlangs vertelde,
tantje. Gij weet immers, dat ik geheel aan het eind
was met mijne japonnen en nu juist, nu neef
er is.... zeg, zoete, lieve tante geeft gij ze mij
werkelijk?!
„Zeker, zeker, mijn hartje....' knikte de oude dame
bleek en vermoeid „geef mij woer een teug wijn....."
Joriède bracht de bel stormachtig in beweging.
„Help als het u belieft de barones, zuster Marga-/
reta; juffrouw Buschmann moet mij helpen uitpakken,"
en geen antwoord afwachtend, met nog een teadereqf
kus op de hand der barones, stormde Joriède de deur
uit, gevolgd door die kamenier, die nu geheel in dieni
diénst der gravin opging.
Een paar minuten waren verloopen.
Jorièae's luide stem weerklonk niet langer, het was
stil als altijd in de ziekenkamer en Margareta boog
zich met innige zorg over de oude dame en bracht
tigen wijn aan hare lippen.
„Ik hoop, dat het bezoek niet te vermoeiend was,
mevrouw de barones,' zeide zij zacht. „De kleine
aanval van zwakte zal spoedig voorbijgaan, het komt
van den ongewonen toestand. Vreugde schaadt im
mers nooit ook nu niet.".
.Vreugde. Ach ja, het was eene rechte vreugde, en
ik hoop, dat ik den lieven, jongin man nog dikwijls
bïï mij hier kan rien.... wat was dat? Werd er met
geklopt?"
„Ja, er wordt arn de deur geklopt. Frederik zal wel
de posttasch brengen."
Wordt vervolg.d