Alieieen Bisms- Mrattntii- Lmilniillii LENGHAUS Fa. SPAANDER Co. Zaterdag 16 Januari 1921. Sf 64ate Jaargang. No., 6766. UITGEVERS: TRAPMAN CO., SCHAGEN* EERSTE BLAD. Cursus „Veredeling van Landbouw gewassen" te Wierlngerwaard. HEERENKLEED1NG. HEBT U DE LAGE PRIJZEN AL GEZIEN BIJ te Winkel en Hoogwoud Alkmaar. Ingezonden Stukken. Plaatselijk Nieuws. cou Dit blad verschijnt viermaal per we.ek .Dinsdag:, Woensdag, Donder» ,iag en Zaterdag. Bij inzending tot 's m.8 uur worden Adverientiën zoo\eél mogelijk in het eerstnitkomend nummer geplaatst. POSTCHEQUE en GIRODIENST 23330. INT. TELEF. no. 20. Prijs per 3 maanden f 1.55. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN TIËN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 ct. (bewijsno Inbegrepen). Groote (letters worden naar plaatsruimte hèrekend dit nummer bestaat uit drie bladen. 2e VOORDRACHT, /door -den heer S. Smeding, Rijkslandbouwcontsui^nty te Schagen. (12 Jan. '21.) Alvorens over te gaan tot de bespreking, hoe de landbouwgewassen dan wèl te verbelieren (veredelen) zijn, dient hier eerst een en ander omtrent de voort planting van onze cultuurgewassen te worden meege deeld. We zullen dit doen aan de hand van een paar voorbeelden. Wanneer in een gewas rogge een aar tijdig zoodanig wordt ingehuld, dat geen vreemd stuifmeel kan binnen dringen, zaï van vruchtzettiilg en dus van korrelvor- ming geen sprake zijn. Doet men, hetzelfde bij een gewas tarwe, dan zal blijkem dat .hier wel bevruch ting,en ten gevolge daarvan korrelvorming heeft plaats gehad. Bii rogge is het dus noodig, dat stuifmeel van een ahdore plant wordt aangevoerd (gewoonlijk door den wind), waarna bevruchting optreedt. We noemen rogge dan ook een tverphchte) k r u i s b ep t u i v e r. Bij tarwe daarentegen wordt de bevruchting tot stand gebracht door ,het eigen stuifmeel, waarom tarwe 2felfbestuiver genoemd wordt. Tot de groep van de KR UISBE STUIVERS behooren behalve rogge, ook koolzaad, mosterd-, kar- wij, blauwmaanzaad, vlas, bietem kla vers e.a.; tot die van de zeffbestuivers behalve de reeds genoemde tarwe, ook gerst, haver, ka nariezaad, erwten, boonen en andere. Wel is het natuurlijk mogelijk om kunstmatig bij de tarwe, gerst enz., dus bij onze zeifbestuivers, stuifmeel van andere variëteiten op de stempels te bren gen en daardoor kunstmatig kruisbestuiving te veroor zaken. We komen hierop bij de bespreking van de kruising nador terug. Ook schijnt bij ae zelibestuivera bij wijze van uitzondering wel 'eens een enkele maal kruisbestuiving op te treden; tenminste bij de zooeven genoemde granen en ook bij boonen is dit geconstateerd. Van practische beteekenis fs dit evenwel niet. Het behoeft geen nader betoog, dat de veredeling van de gewassen en de kans deze zuiver te houden!, ten nauwste verband houdt met de zooeven besproken wijze van bevruchting. Bij de behandeling van de veredeling, die thans kan volgen, zal dit voldoende duidelijk naar voren treden. DE VEREDELING DER LANDBOUW- GEWASSEN. De verbetering van den landbouw heeft in de laatste kwart-eeuw vooral plaats gehad i,n de richting van de techniek van hét bedrijf. £>e gronden woraen beter bewerkt, er zijn. goede machines gekomen voor het zaaien, de verpleging en het oogsten van hot gewas. Er is een beter inzicht gekomen omtrent de bemesting, die vooral ook door de aanwending van de kunstmest stoffen meer rationeel kan zijn. i Toch is misschien aan deze technische verbeteringen van het bedrijf wel eens. Wat te eenzijdig aandacht geschonken en is het daarom een gelukkig verschijnsel, dat tegenwoordig niet alleen .meer en meer aandacht geschonken wordt aan het verkrijgen van deugdelijk zaaizaad en poolgoed, doch ook dat oude inheemscho landrassen Wftrden vervangen door andere, meer productieve variëteiten. Deze, in 't algemeen door ver edeling verkregen rassen noemt men cultuurrassen. Het verkrijgen dezer rassen is hel doel van de ver edeling der gewassen. Nieuwe, betere cultuurrassen kunnen volgens twee methoden worden verkregen en wel door veredeling in het ras, en door kruising. A. Veredeling in het ras. Een ras van het een of andere cultuurgewas, dat In een bepaalde streek inheemsch is, dat steeds door op de gewone wijze gewonnen zaaizaad is vermenigvuldigd en waarop dus nooit (eigenlijke veredelingsmethoden zijn toegepast, noemt men oen landra's. Uit het voorai- gaande is reeds duidelijk gebleken dat een veld mejt planten, behoorende tot zoo'n ras, hoewel bij opper vlakkige beschouwing een gelijkvormige indruk makend, dikwijls niet onbelangrijke verschillen tusschen de ver schillende planten vertoont. Wij bedoelen hiermede de modificaties, veroorzaakt door het verschil in uit wendige omstandigheden, die voor de planten op één zolfde veld steeds bestaan. Er bevinden zich m de landrassen- hierdoor dus steeds krachtige em minder krachtige individuen en het ïs hiervan dat door kwee kers getracht is gebruik te maken voor de veredeling. Niet zelden evenwel bleek, dat het ook mogelijk vms uit een landras planten te zoeken, die door een of ander bijzonder kenmerk meer or minder van do andere afweek. Het was zeer voor de hand liggend dat door het uitzoeken van de meest gewenschte planten *e ™rm*riigvu ldigen, getracht werd een ver edeld ras te krijgen met een hooger productievermogen. De eerste kweeker, die. dit principe in toepassing heeft gebracht, is H'allet te Brighton in Zuid-Engo- land geweest, die in 1857 en volgende jaren een aantal aoor hem veredelde rassen van tarwe, haver en gerst in den handel bracht. Door vele latere kwee kers tot op heden is de methode van Hallet, in tech- ruschc bijzonderheden moer of minder gewijzigd, ge- -rrfeoering VAN DE SELECTIEME THODE VAN HALLET. Door Hallet werd uit een graanveld de volgens zijn meening beste plant uitgezocht, waarvan hij weer ae Deste nar of pluim nam. De korrels hiervan werden uitgezaaid op een veld, dat goed bewerkt en zeer zwaar ucmest was ©n werd de afstand tusschen de afzonderlijke «few! zcet* n"m .genomen. Uit dit veldje werd weer e Deste aar op pluim afgezonderd, hiervan weer de beste aar of pluim genomen enz. ?*?nd worden, dat Hallet ongetwijfeld suc- 21 ,met deze werkwijze, zeker is het, dat vitw»in n^1 kS! gebrach,e op den duur tegen H«nü' P1 ,ons 'te verwonderen, want wat ,.noemde' behoefde het niet te «Un, daar zijn beoordeeling grootendaals gegrond was op kenmerken, veroorzaakt door buitengewoon gunstige In vloeden der uitwendige omstandigheden. Daar alle door Hallet verbeterde rassen van slechts één enkelen korrel afstammen, hieeit men zijn wijze van werken de stamboom-teelt of pe<ligroei' teelt genoemd. t Latere kweekers hebben de Hallet'sche methode zeer sterk gewijzigd en wel 1. door de planten onder meer gewone omstandigheden te kweeken; 2. door de aren of pluimen, welke het gewenschte type vertoonde, en die meestal afkomstig waren van verschillende planten gezamenlijk uit te zaaien. De resultaten van aeze methode, die der massa se lectie, liepen zeer uiteen. Door de onderzóekingejri van verschillende personen (Johannsen, Nilsson, Hugo de Vries) is hiervan de verklaring duidelijk geworden. Hetgeen men n.1. gewoon was een ras te noemen en als geheel te beschouwen, bleek dikwijls ©en ver zameling te zijn van kleinere groepen, constante on derrassen of e 1 e m e.n t a i r e rassen genoemd. .Wat men dus een ras noemde, bleek dikwijls le bestaan uit, zoo men dat wel noemt een populatie. Alle individuen, behoorende tot een elementair ras, bezitten, precies dezelfde erfelijke samenstel ling. Vroeger meende men, dat het mogelijk was door selectecren binnen zoo'n elementair ras, een eigenschap langzamerhand erfelijk en constant te maken. Door de latere onderzoekingen is evenwel aangetoond, dat men uit erfelijk gelijk© individuen de erfelijke eigenschappen door selectie niet kon wijzigen en dat hierdoor dus geen nieuw ras, mot andere erfelijke eigenschappen verkregen kon worden. Voor veredeling van de landras sen, die dikwijls, populaties bleken te zijn, was het ©venwel noodig de elementaire soorten hieruit af te zon deren. Hiervoor moet dus de stamboomteelt worden toe gepast, doch tevens worden gecombineerd met deheoor- deeling van de nakomelings|chap, om zoo doende aie meest waardevolle soort uit het mengsel te vinden. Het zaai zaad-veredelingsinfetitun.t te Svalöf (Zweden) heeft van deze nieuwere inzichten gebruik' ge maakt en deze verbeterde methode toegepast, waardoor het haar mogelijk geworden is zulke uitstekende resul taten te verkrijgen met de door haar in den handel ge brachte rassen'van tarwe, gerst en havier De Svalöf- sche methode komt in het kort neer op het vol gende. Uit oe landrassen worden alle- planten gezocht, die in eenigerled opzicht van elkaar afwijken, m.a.w. er wordt getracht vertegenwoordigers van alle in het land- ras aanwezige elementaire rassen te vinden. De zaden der gevonden planten worden ieder a f- Z onder lijk uitgezaaid of uitgepoot; de planten van deze perceeltjes worden beoordeeld op hare prac tische waarde, door verbouw in vergelijking met andere bekende rassen, totdat ten slotte met voldoende zekerheid blijkt of er onder de verschillende typen één of misschien meerderen ^zijn die in een of ander prach tisch opzicht onder bepaalde omstandigheden uitmunten boven al t békende Rassen op deze wijze verkregen ziin dus alle afkomstig van ééne plant; alle individuen hebben (als zeifbevruchlens) dus ook dezelfde erfelijke samenstelling waaraan geen selectiemethode meer iets kan veranderen. Ze behooren tot eenie „reine linie", zooals Johannsen het uitdrukt. Deze veredelingsmethode heet „t e 11 in zui vere lijn, of „stamboomteelt mei'beoordcc- ling van de nakomelingschap". Het uitzoeken van „eliteplanlm" uit een zuiver ras kan dus geen rasverbetering meer tengevolge hebben; wel verdient het natuurlijk voor kweekers aanbeveling telkens opnieuw uit het constante ras typische individuen als moederplanten te gebruiken, óm bierdoor een toe vallige verontreiniging van het ras door vreemde bij mengsels of ook natuurlijke kruisingsproducten (die zich toch in zei fbestui vers af en toe voor kunne! doen) te voor komen, terwijl ook mutaties (.plotselinge wijziging in den erfelijken grondslag) zich kunnen hebben voorgedaan. Voor 't Voorjaar komen wij met een schitterende collectie stoffen. Laat bij onB Uw kleeding maken. le klasse coupeur. St. Maartensbrug, 13 Januari, 1921. •Mijnheer de Redacteur, Naar aanleiding van het ingezonden stuk van den heer Blok verzoeken wij u bedeeld, ons antwoord in uw blad te willen opnemen. Met belangstelling, mijnh. B., hebben wij kennis (ge nomen van den inhoud van uw verweer en voor de 2e maal waren wij geneigd medelijdend het hoofd te schdduen. Evenals le voren s het ook nu weer ver makelijk om te zien, welke wanhopige pogingen, .er in het werk worden gesteld, de aandacht al te leiden van datgene wat wii in ons verslag als juist opnamen. Weet u nu werkelijk niets anders ter verdediging aan te voeren dan het debitoeren van allerlei kinderachtig heden en krenkende woorden aan liet adres van den verslaggever? Of moeten alleen de hatelijkheden van uw overkropt gemoed als bewijs dienen, dat wij geen critische beschouwing kunnen houden over uw „hoog staand" tooneelspel? Zoo ja, dan kunnen wij uw ver weer met gerustheid bestempelen als „hoogst treurig" en hebben wij in ons vorig schreven niet te veel ge zegd, toen wij u den raad gaven uw licht eens op te steken bn menschen die kunnen lezen en begrijpen. Uw onbeholpen manier om te trachten wat krom is recht te praten is waarlijk bewonderenswaardig. Wat moeten wij in vredesnaam denken van iemand die in z'n eerste betoog ons op hoogen toon tracht wijs te maken, dat wij tot critiseeren onbevoegd zijn, terwijl diezelfde persoon in z'n tweede verweer verklaar^ dat de redactie niet van hem afkomstig is en (lach niet lezer) dat hij slechts vluchtig naet den inhoud daarvan bekend was. En deze persoonlijkheid wil nu nota- bene den volk© verkondigen, dat wij niet met de strek king van het stuk bekend zijn. Of ge nu al beweert, taijnh. B.f dat gij niet de auteur zjjt van het ingézondftn stuk, doet o.i. niets ter zake. U heeft het verweer, zon der aanwijzing van uw secretarisschap, onderteekend en dan dient ge ook als lid en medespelende mede dfe verantwoordelijkheid daarvan te aanvaarden. Kunt gij dit niet, dan is het beter dit verweerschrift een plaats te geven waar het behoortin de prullenmand. jWij waren juist aan dit gedeelte van ons schrijven ";omen, toen wij kennis namen van het ingezonden .Jc van den heer Gerritsen, de propagandist in hel opgevoerde tooneelstuk van het anii-militairisme, de per soon ,die ondanks z'n treffende rede daarover, nog wil beweren, dat ons verslag daaromtrent onjuist was. Wij kunnen dus nu twee vfeigen in één klap nemen, omdat de heeren wat boosheid, schrijftrant enz. betreft vrijwel in hetzelfde schuitje terecht komen. Bij heit lezen vragen wij ons af, of het eigenlijk goen onbegonnen werk is onzen kostbaren tijd te besbeden aan perso nen, die voor geen rede vatbaar zijn en die door allerlei wondingen en kromme sprongen, om de zaak, waarom het gaat, heendraaien. Toch willen wij op één zinsnede de aandacht vestigen en wei deze: Een critieus gaat nooit in op een verweer of betoog van den door hem becritiseerden. Dus met andere woorden gezegd: ge kunt den verslaggever uitmaken voor dief, ja des noods voor moordenaar, maar zich daartegen verzetten „niks hoor". De heer Gerritsen, een van de leden van .,K,N.K." van St Pancras, zegt het immers en dan hebben wij dit, daarmede zijn we nu al genoegzaam bekend, zon der meer te aanvaarden. Nu willen wij gaarne toege ven, 'dat het voor den naam van de vereeniging beter was geweest, als wij ons hieraan gehouden hadden, maar, ziet u, mijnh. G., ook in deze houden wij er een e'geh mocning op na. Wanneer men ons te na komt, en voornamelijk op een manier, zooals dit met u en den heer B. het geval, dan zullen wij ons trachten te verdedigen en dit recht laten wij ons door niemand ontnemen. Moeten wij u verder nog zeggen, dat ge in het an dere gedeelte van uw betoog geen enkel bewijs hejbt aangevoerd,, dat ons verslag over uw uitvoering on juist was. Wij achten de uitlegging daarvan onnoodig, omdat het, dit is nu al voldoende bewezen, nutteloois werk is daarover met u te polemiseeren. Bovendien achten wij dit niet noodzakelijk, omdat het publiek van St Maartensbrug, welke de uitvoering bezocht en den inhoud van het stuk begrepen heeft, geheel aan onze zijde staat. Trouwens een criticus heeft immers niet, het recht zich te verweren, nietwaar, mijnh. Gerritsen? Wat uw tekortkomingen op het tooneef betreft, willen wij nog even op net Volgende wijzenDoor het niet kennen der rollen bijde meeste personen kwam het ons voor, dat mijnheer souffleur de hoofdrol ver vulde. Het gevolg daarvan was, dat het mooie en aan grijpende fllot jammerlijk in het water viel. Verder zagen wij mevrouw de Generaalse flaneeren met een kapsel op het hoofd, dat veel overeenkomst had met een Siberisch hoofdtooisel. Bovendien was zij voor haar ouderdom veel te jeugdig 'gegrimeerd. En vervolgens heeren, welke vereeniging, die met aankleeding op de hoogte is, laat nu een Ritmeester verschijnen gehuld in een soldatencostuum met sterren en welk Rijk ter wereld geeft z'n officieren in oorlogstijd een ïangei sleep- or paradesabel in de hand en den Generaal een steek op net hoofd? Komaan heeren, doet er uw voor deel mee, en laat ons deze en andere tekortkomingen op St. Maartensbrug niet meer zien. Wij hebben op net gebied van tooneelspel hier te veel genoten om der gelijke tekortkomingen niet op te merken. Én nu, kranige verdedigers van ',,K. n. K.", het lust ons niet, om nog verder een pènnestrijd met u te voeren. Ge kunt er trots op zijn, dat ge met uw nietszeggend betoog en verweer in geen enkel op zicht iets anders hebt bereikt, dan dat ge den naam uwer vereeniging naar beneden hebt genaaid op eén maniier, die waarlijk geen bewondering afdwingt. In- plaats van met bewijzen te staven, dat onze beweringen onjuist waren, heeft u getracht, door 'allerlei scheeve voorstellingen en hatelijkheden, zich van de zaak, waar om het gaat, af te maken. Maar door deze schooljongens achtige manier van doen is uw pleit niet gewonnen. Wij, en daar gaat het om, hebben in ons verslag be weerd, dat er op boeiende wijze propaganda wordt ge maakt voor het anti-militairisme en daarvan dient ge, zonder meer, bet tegenbewijs te leveren. Zoolang ge hieraan niet hebt voldaan, zoolang zullen wij uw in- sinueerenld en nietszeggend geschrijf beschouwen als „hutspot", waarvan het geheim van de bereiding al leen bekend is aaii de heeren' Blok en Gerritsen, maar die jammer genoeg de capaciteit missen, -ze smakelijk te maken. U, mijnheer de Redacteur, dankend voor de plaats ruimte, Hoogachtend, Uw dw., De Verslaggever te St Maartensbrug. En toen kwam de olifant met zfjn snuiten het geschrijf is nu uit De Red. M. de R., Ik verzoek u een kleine plaatsruimte voor het on derstaande in uw blad. Door het Gemeentebestuur van de Zijpe is in de zitting van 30 November 1920 besloten, om van den Rijkswaterstaat stortgronden in pacht 'te nemen, met het doel om die stortgronden aan on- en minvermo genden te verhuren. Aan zulke menschen. die zelf geen land in huur hebben, om wat het bouwstort betreft, er tuintjes van te maken om zelf hun winterprovisie te telen. En wat het groenestort betreft, aan menschen die in den winter graag een koe op stal hebben, of die een paar geiten of zookits hebben, om er gras en hooi voor te telen. en W. hebben de bevoegdheid gekregen, om die stortgronden aan gegadigden te ver pachten en hat een en ander zoo goed mogelijk te regelen. Er heeft dan ook een oproep in de couranten gestaan, dat een ieder die van die perceeltjes hebben wilde, zich moest opgeven met het aantal sneezen en waar hij het liefst zijn tuintje had. Maar wat blijkt nu? Dat de uitvoering door B. en W. in 't geheali niet goed is. Hier wordt hiet <le arbeider gebaat met een goedkoop stuk bouwgrond, maar hier worden men schen gebaat, di.e zelf eenige morgens land in gebruik hebben, ja zelfs die al te veel land in gebruik nebben, die hun eigen land zelf niet eens bewerken kunnen. En de 'art>eiders kunnen niet eens "krijgen wat ze noodig hebben. Ondergetoakende zelf heeft lö snees aangevraagd en kan slechts 2 snees krijgen, terwijl anderen, die 10 morgen en meer in het gen ruik hebben, 20 snees en meer kunnen krijgen. Er is er zalfs een bij, die een geheel jaar door zeven koeien melkt op eigen land en nu nog een klampje hooi Verkocht heeft, die persoon kan een stuk groenstort krijgen om te hooien, terwijl een ander ternauwernood zooveel kan krijgen dat hij een geit een geheel jaar kan houden. Maar die per sonen zijn zeker goede vrijenden of vermoedelijk fa milie van onzen 2en Wethouder. Er zijn hier in de Zijpe arbeiders die niet zooveel veld kunnen krijgen dat ze hun winteraardappelen kunnen teilen. Ook heb ik hooren zeggen., dat er voor het groenestort aan vraag genoeg is. Waarom deze voortrekking? Waarom niet de men schen geholpen^ die hulp noodig hebben? Maar de EdelAchtb. heeren hebben zeker gedacht, die arbeiders moeten niet te veel land in huur hebben, dan krijgen ze te veel snot in dien neus, en dan worden zii ïnaar lastig. Of -zijn B. en W. soms hang voor de pachtsom dat daarom de grond niet aan de arbeiders is ver pacht, of is soms het boerenhart weer boven gekomen? De vroegere pachters moesten de stortgronden kwijt omdat ze te veel winst namen, maar het gemeentebe stuur noemt zeker nog meer winst en dan boven die pachtsom nog het ploegloon, zoodat iedereen voor elke snees nog een daalder ploegloon moet betalen bij hel teekenen van hot contract, zoodat menig arbeider ie grond die hem heeft toegelacht niet kan aannemen, om dat de vrouw om dezen tijd het geld niet missen kan. Waarom niet ieder zelf te laten uitmaken, hoe of hij zijn veld wil bewerken? Met deze werkeloosheid zullen de meeste arbeiders de voorkeur geven aan spit ten. En ook de stortgronden zijn over het algemeen nogal vuil en dan js spitten ook beter dan ploegen! Dus arbeiders, voor een groot deed zullen de stort gronden u Bezijden gaan. Dat is het werk van ons de mocratisch gemeenteoestuur, ik bedoel B. en W. Ar beiders, laat u niet door hen bij den neus nemen, teeken niet het contract alvorens u weet, waar uw veld is, of beter, neem "het niet, dan kunnen ze alles aan boeren verhuren. Misschien zijn ze dan zekerder van de pachtsom binnen te krijgen, daar zijn ze zakeaj bang voor. Arbeiders, het is te wenschen, dat dat voor u een les is, en een baken in zee ©n dat u dit zult onthou den en bij een volgende verkiezing zulke democra tische heeren niet weer zult inhuren, maar hen met een rood paspoort naar huis zult sturen. Ze hebban een hart van goud en dat gloeit voor het arbeidersbe lang als een kalkoven, altijd op papier, maar als het op daden aankomt, dan zakt dat hart hun in de schoe nen. Dan is dat hart weer voor het kapitalisme. U, mijnh. de Red., dankend voor de verlieemdef plaatsruimte, 'Geteekend, P. v. d. AARDE, St Maartensvlotbrug, Zijpe. op de malabiajach.t. Omtrent cPe imaa/tregieleiii, die in' die provincie Noord- hiollanid genomen wonden ter bestrijding vafu de ma- ïsriiaimiug. deelt men on/s liet volgende mede: Noordhoiliand is in verschillende districten ver deeld. Elk district heeft eene gemeente, waar de plog gevestigd is, die met het vernietigingswerk is beiast. Zoo is Schageii de zetel van het district Scha gen, waartoe de gemeenten Scbasgen, Wieriniger- waard, 'Barsingerhorn en Winkel behooren. -De ploeg in dit district, be&taiat uit 5 mjan, waarvan P. Spren- keling de beclrijfSleidier is. 'De besproeiing van stad iën, hokken en andere -aideeliinigen, waar de mug overwintert, geschiedt met eene oplossing van lysol, een te er-product, een pulverisiateur dient om de vloei stof gelijkmatig op de besproeide plaatsen te verdoe len. Het is opmerkelijk, dat niet alle boeren plaatsen dtn. (diezelfde mia.tie „besmet" zijne Etr zijln ©tallen en .hokken waiar miaiar enkele muggen- voorkomen, doch ook, waiar de wonden zoo dik bezet zijns dat de muggen in -eene d'ubbele il-aiag -al het houtwerk 'bezet ten. Nia -de bestuiving kunnen "hier de ged'oodie mug gen met blikken vol wonden opgeschept. Vreemd j.s het, dat het werk hder en dfalar nog op verzet stuit. Enkelen beschouwen het dis een nutteloos en dus onnoodig werk, diaiar izij. meenien., dat de malariamug niet die oorzaak vlam d'e koorts is; onderen' zien tegen de kosten op, maar wanneer die idlain hooren, dfat «al les kosteloos gaat, leggen' zij zich er bij neer. Ook is het voorgekomen, dlat uit vree'9 voor overbrenging v.an tonglblaiar, de «stal gesiloiten bdijft. Het geeft niet, als -er dan ia! op geweizen wordt, dat lysol d'esdnfec- teerendi werkt en dlat de kleeren van de besproeiers met het kiiemcndioodend vocht d'oortrokken zijn. zoo- dat overbrenging rv)an smetstof niet mogelijk is. In zulke gevallen wordt d!aln: rapport rlanr het gemeen tebestuur on dien ilnispectteur ultlgebracht. Door hunne tusscheinikomst wordlt dam die onwillige 'beschermer mu het gevajairiijke parasiet tot'redenen gebracht. Het (blijkt ook meermalen, dlat onder den vloer van kamer, kouken of gangen milllocmen muggen eeno schuilplaats hebben' gevonden. Deze izijjni ,diaar 'door do luchtroosters naar bilnmten' gekomen'. roomsche nteuwj aarslij st. D© Nieuwjaarslijst voor de minder gegoede Room- schen in onze gemeente bedroeg f 270. „help u zelf". De ziektevereenlging „Help U Zolf', bllield in a« Cérès hare gewon© wintervergadering. Uit de verslagen bleek, dat a© ontvangsten f 274.48Va en de uitgaven f 145.34 hadden bedragen. Dfe vereeniging telt 131 lo den. Onder 7 leden kwamen 1112 ziektedagen^ voor. Voorgesteld werden 2 ledlan 'en 1 adspirant, leeftijd van 14 tot 16 jaar, half ziektegeld en halve contributie. Op de algemeene vergadering zal een voorstel aan de orde komen, waarbij het ziektegeld wordt verhoogd en de uitkeeringstijd wordt verlengd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1921 | | pagina 1