iingen om ons heen; n, Kloeke Levenskunst. DERDE BLAD. ande zn ïren 00 I?, Brieven uit Engeland.- Binnenlandsch Nieuws, [Zaterdag 29 Januari 1921. 64ste Jaargang No. 6763. deze regels onders .het oog van den lezer vermoedelijk de Pariische conferentie reeds van de agenda hebben besproken en 'of- muniques zullen hebben wereldkundig ge- ,t de drie groote mannen hebben besloten, lelijk zal het niet bijster veel zijn' en zal waarin de besluiten zijn gegaan, meer ben, dan die besluiten zelf. moedelijk zal de Fransche richting een ge- „Jerlaag 'nebben ondergaan en zuilen Poincaré met hem het onderste uit den kan willen het 'lid op den neus krijgen, iunkt, het kan moeilijk anders. De 'kwestie Schadevergoeding is nu eenmaal van dien aard, i niet met een of twee, doch met eenige do- ictoren moet rekenen. s doodgemakkelijk met een potlood en een lier een optelsom te maken van alle schade, litschland of door den oorlog in het alge- aangericht en dan te zeggen„Wil u alsje- 9 vriendelijk zijn deze nota even te voldoen?'" luldig en vragen staat vrij. Doch zelfs n het er K. jen Tiaar, 1 van goedwilligste schuldenaar staat op een oogen- ir het feit, dat hij aan de rechtmatige verian- d zijn crediteuren niet kan voldoen. En dit k zal te spoediger aanbreken, naarmate dis ichers het neni moeilijker maken zijn zaken a' en geld te verdienen. (Vandaar dan ook, dat ie failhssementswet den failliet zijn werkgereed- ist behouden.) Dit principe heeft de Entente oog verloren, toen zij Duitschland. zijn sche- am en zijn buitenlandschen handel onmogelijk Dat was precies de juiste manier om te ren, dat Duitschland ooit zou betalen, of zou betalen en misschien was het in den speciaal in Frankrijk wel ietwat daarop toe- mmer3 de Rijngrens en liefst nog wat gebied i Rijn, was steeds het ideaal van de militairen wel van Poincaré. En die bezetting, misschien blijvende annexatie te volgen zou kunnen iben, indien de betaling der schadevergoeding irlijk plaats had. ijk kreeg dus óf yeel geld, óf nieuw gebied, ker is men daarvan, dat op de Fransche) doodkalm uit de schadevergoeding, van laad te verkrijgen, een sluitpost is gemaakt lies is natuurlijk' fantaisie. Men kwam in Parijs resultaat, dat er 20 duizend millioen schade cericht en dat Duitschland, die dus maar even oetalen. zou dit bedrag ook aan mij persoonlijk kunnen en dit had precies hetzelfde effect: ik heb het kook. niet. En niemand ien geen land en geen fltfe vin landen heeft het. Maar.... een land, dat ud is en al zijn energie kan gebruiken ,tot ing zijner stoffelijke welvaart, kan het een heel ingen. De Engelsche Staatsschuld, die een eeuw na de torlogen met Napoleon een klein mil- ond bedroeg, was in den loop der jaren tot izakt en is thans tot bijna acht milliard, ^>it bewijst wat een volk dragen, kan als is en wat Engeland kan, is voor Duitsch- iet onmogelijk. De Engelschman betaalt nu in ee per hoofd dier bevolking 22 per jaar., tegen land 8. Bij vertiendubbeiing der Duitsche be- n zou men pas aan een evenwicht komen en evenwicht heeftde Entente recht volgens het rerdrag, waarin uitdrukkelijk wordt gezegd, dat tsche belastingen nietminder per hoofd mogen n dan dié van het zwaarst belaste Ententeiand. et echter mogelijk, dit door te voeren? meenen slechts in een enkel geval. NI. *wan- kend '1 van /EN- IN, 921, café .LIG ver bare aan- be- clap- Tor- 4 iuto- 6/18 Tor ben- yïin- gon- boe- iwa- erk- bas- kast, eau- di- lers, eed- ii en ver en den Duitscher gelegenheid geeft geld te ver- ig men den handel onmogelijl niet Er moet ergens winst kunnen worden Zoolang onmogelijk maakt, ïst kunnen worden aan iemand geld" kunnen worden verdiend, rekt lota- ijdig znn. jt, dan blijft de schadevergoeding een lucht- het is Juist dat handeldrïjvèn, dat winstma- or de Duitschers, wat "mep aan Entehtezijde gaarne ziet. Immers elk winstje door Duitsch- maakt, is een winstderving aoor. de Entente, upp voor Nederland een locomotief, of Blöhm een schip bouwt, hebben wij Babcock en of Cammiell, Laird en Cy. niet noodig en er dus een paar honderd Britsche arbeiden^ werk. alweer de oude fout, dat men de begrippen; bevolking niet voldoende uit elkander houdt, litsche Staat" moet zóó veel betalen. Precies;, lat kan de Duitsche Staat alleen maór doen, r het Duitsche volk dat bedrag kan en wil l ingen. Wil het dat nieit, of beneemt men het de eid om het geld te verdienen, dan kan de Staat niet anders doen dan papieren geld en als men daarmee toet waggons tegelijk js verschijnt, zeggen de geallieerden heel stichte- inkje" I ergeld hebben' zij zelf genoeg en te veel en r zij zoo happig zijn naar Duitsche schade- ing, is dit in hoofdzaak om hun eigen financiën verbéteren, en van de schulden af te komen, ben, dat "zij zooveel papiergeld hebben moe-teM n. l Duitsche volk moet 'dus betalen en aangezien sn goud heeft en men geen papier wil, moet ')t iets anders voor den dag komen: producten, loffen of arbeid. En aangezien het duidelijk is, a betaling van een zoo hoog bedrag in een le drie noodzakelijk tengevolge heeft, dat die tof, dat product, aie arbeid dan niet door de i fabrieken of werklieden in de Ententelandeh te worden geleverd, spreekt het van zelf dat betreffende waren een gevoelige achteruitgang iag ontstaat en dus in den prijs er van.... wil óns toeschijnen, dat men bij al het gerede- a geconfereer over de schadevergoeding dit punt uit het oog heeft verloren. Staat-schuldenaar kan slechts betalen uit 'de be- inkomsten of productievermogen zijner on- en. .Staat-echuldeischer kan met de opbrengst der gefi goederen, gelden of prestatie een deed zijner p aflossen en daardoor de belastingen zijner «nen verlichten. Doch hetzijhij de ontvangen *r«Uof geleverde arbeid voor Staatsdoeleinden zort fbt, dan wel ze verkoopt, vermindert hij t< wn aan ►ER» J navraag naar die goederen of dien arbeid,aie door zijn eigen onderdanen zou zijn geleverd. j~ *at evenmin moet worden onderschat maak! «oonomische waarden door het verhoogde aan- sooveel goedkooper. 11 wanneer, om te besluiten, een belangrijk! deel Ast Duitsche volk voor de Entente produceert, fll' in Duitschland een stijging der prijzen en der 811 tengevolge hebben. Met andere woordennog f Papteren marken, nog meer daling der wissel- wn, nog grooter onmogelijkheid om iets uit den inde te koopen. flUen de heeren dat? f. S het gezond verstand der Britsche gedelegeerd te hebben gezegevierd voor de Fransche UITKIJK). „Het ware is reeds lang gevonden/' Schrijvende mijn opwekking om te willen getuigen, dat jullie nog steeds waardeert het goede onderwijs, dat wij allen op dé Gemeenteschool van Schagcn hebben ge noten, heb ik toegezegd, dat ik jullie terug zou voe ren naar je schooljaren. Laat ik echter vooraf nog eens een ©eresaluut bren gen aan de mannen diedaarvoor in zoo hooge mate geijverd hebben, de heeren Kloeke, Ressing. en Dee rlik als leiders der school, aan het Gemeentebestuur van Schagen; voor de veelzijdige medewerking om het Schager onderwijs op een hoog peil'te brengen. En nou gaan alle jongens, één, twee, drie in de korte broek en de meisjes in nog iets kortere rok ken, dan nou de mode is Wie niet inee wil doen, laté het maar, maar ik verzeker jullie, dat er geen 'één ontkomt aan het spel letje, dat we gaan spelen, over skóól van vroeger (6 6 is oo van spoor). En om jullie te bewijzen, dat er geen „niet-moo- spelers" kunnen zijn, vraag ik niet anders dan je de oude Schager kerk voor te stellen het is op slag vart negenen en Meester Roep staat in de buitendeur van Skool met zijn horloge in de hand, to wachten op den eersten slag, van ae zware klok. Hij staht in de" schooldeur naast de Bewaarschool. Zien jullie dat allemaal? De kerk, de ouwe toren, het bruggetje bij school, de school zelf en Meester Roep? Meester Roep, die duizenden van jullie onderwijs heeft gegeven? In die school hebben we onze eerste stappen gezet op het pad der ontwikkeling. De een komt net onder richt beter volgen dan de ander, de een voelde er wat meer weinig voor dan de ander (want laat ons maar eerlijk wezen graag naar school gaan, dat wil zeggen, om te lééren, gingen we géén van allen). Dóérvoor liggen d© o<^ nblik kelijke belangen van school jongens en schoolmeisjes nu eenmaal ergens anders.... En altijd weer en altijd weer komt die drang naar buiten; je wil er uit, je wil doen wat je wil; en wat je niet wil. dat moet je. Bij den één zoowel jongens als meisjes doet zich die drang naar het volgen van eigen wil sterk, tamelijk, ot' flauw gevoelen, en juist in omgekeerde volgorde van die drie bijvoegelijke naamwoorden, zijn we goede, middelmatige of slechte leerling|n, maar die drang is er. Wèl speelt ook de natuurlijke aanleg voor leeren en de begaafdheid ©en groote rol, maar de eerste paar jaar geldt toch overwegend: „of je zit in je (ik ben een woord, van drie letters en de poepen zeggcih er „gooi-en dag miee' als je "t omkeert) neibt. Do eerst© klas slaan we "dus verder maar over hé, we leeren spellen, drukletters schrijven, de getalleh van één tot tien, leeren eenvoudige versjes.... Weet Jullie nog welk versje je 't eerst leerde* Wij van een hengelaar, die ten slotte door een groote visch in 't water getrokken werd. Ik heb het nooit goed gekend, want ik had altijd maar meer erg in de muurplaat, waar die (of zoo'n) "hengelaar op stond, hij hing aan den muur naar Kees de Pater toe, heti tegenwoordige schoolhuis was er nog lang. ntet. Ik zeg van „die' of „zoo'n" hengelaar, want het staat me niet duidelijk meer voor den geest, of de cou pletten op die kaart geméékt waren of niet. Wel weet ik dat de hengelaar h©t tragische lot onderging van: „Hij (de visch dan) vrat hem op met huid en haar" wij zongen natuurlijk „ffrat". En het tweede versje, dat we leerden was van „Klein Duimpie". Eeuwen lang geléden, Mijlen hier vandaan, Werd een kind geboren, Duimpje was zijn naam, enz. Met dat ding namen w'e al een loopje, want wc durfden best te zingen, vanEeuwig lang geleden, mijlen hier vandaanr werd eeu kind geboren, 't luste gten lééévertraan. Als meester 'tmaar niet hoorde - en al hóórdie't, dan was het nóg zoo erg niet, want al tikte de liniaal nóg zoo gebiedend van „óphoudenS we snapten toen ai goed', dat het erg lastig was, om na zoo'n „klankverdwnning" te constatee- ren', wie hem dat gelapt hadden. En om er nu zóó maar een paar uit te pikken, en dat van je eigen klas sjonge, je moet 5ls onderwijzer toch zorgen, dat de jongens je waardeeren, vooral om je stricte eerlijkheid bij 't straffen." Daarvoor"" hebben ae „klein ste" jongens en meisjes' al een zeer fijn ontwikkeld waar nemingsvermogen. En wat we vóór schooltijd deden? Spelen natuurlijk en als je er .om docht, en 't je interesseerde „puntje slijpen" aan je griffie. Ik heb altijd gevonden, dat die grijze poflland-J rand onder aan de school, dóérvoor en nergens anders werd aangebracht. En dat die hoogere rand van zachte steen, die mooie zacht-grijze steen, aajn <<ien school muur was ^gemetseld, om -je „poldergriften' op te slijpen. De „groote" jongens hebben namelijk een tijd lang met „polder", oftewel zachte Fabergriften moeten schrij ven, omdat die vlegels zoo allererbarmelijkst krasten met hun gewone griffels. Ik meen haast, dat Arie Koster uit de „Kleine Winkel" zoo'n partij „te harde griften' aan den man hier: aan den jongen en 't meisje bracht. En aangezien de jongste van Koster al een paar jaar van school was, en de herhalings* school wèl al uitgevonden, maar dat ie te Schagen d'r nog niet dóór was. had Koster nog vierkanter dan anders, maling aan alle klachten van de onderwijzers over zijn 'knerpend-knarsende griffels. Hij verkócht ze, dóór had-ie ze voor, en de jongens krèsten, dat het Je door merg en been heen ging. Of Koster, geprikkeld door de steeds scherper geformuleerde klachten, de hand weer had in het al knerp-krassender worden van net lei-geschrijf, ik wéét het niet maar in het ruime veld der mógelijkheden zijn. wel plantjes uitge zet, met minder waarheid aan de wo'rtels. En wie kent Koster's poetsen niet..... In die tweede klas was het' ooik in. (hoofdzaak(Lezen, schrijven, rekenen, zingen;, vertellen herinnier jul lie 't je nog?? En ook, dat we 'vertellen van! de plaat lftng niet zoo „echt" Vonden ial& verhalen' vertellen?? Meester Roep kon het 'het best vonden we laülemiaal. ajus die vertelde van Klelin 'Duimpje orf van Smeeuw- wtitje, dan wis je Klein-Duimpje en je voelde diie prik, idde Sneeuw-witje aan liet spinnewiel kreeg, en waardoor ze in elaap naakte En diat „tafels" leerenNoui, nk>u, dalt was ook geen gebbetje! Meester Dooima leerde ze ons, ik weet het nog best. Optellen en aftrekken leerden we ook' al wait wias idlat .toch een toer oto dat te ont houwen, dat je een dubbeltje „geleend" Ihad't als je 9 centen van eien 6-tal dito moeist aftrekken,want, als er 8 dubbeltjes Igeistiaam hadden, dan werden (het er dan 7. 'En als van die 7 idlan éten 8 Of een 9 afgetrokken .molest worden., dan (moest je een „gulden" 1'eenen. Nou, non, hou dat met Je jOhge .jharsentjes" zeiden die ondiere menischen, cmiaur .uit mekaar. Maar lee ren, dlat de jonlges op school nou dloien ll „Mierakel" zeiden' ze. f We zien er nu op^néór, we (maken ons vroolijk oen onze kimder-opleiding maar eigenlijk moesten' we wIjzer zijn, het was otok .toen' al ernst voor ons. Ad lijkt het nu lóht, en aJl meenen we, dat we In ons. il'at^fe leven voor heel wat' gewichtiger vraag stukken kolmien te staan, in „waarhiedd" is het ndet zool 'Vrijtweü (het eenige versiclh.il is die „Iboteitham- rnen," of >zoo we dóór, ojvier heen zdjlm, die ^uiMbel- tjes"- of „eenzudht"-!kwe®ttewant wat weten' we feitelijk nóg. We Laten ons wtjshe&dl opdringen, dde geien wijs heid disi, we ilaten onls dingen voor waar vertellen, die ndet wiaar zljini, eni (tochdénk er Oimi jonges en majdenou néémt ie z'n draal, Mie korte (broe ken zijn weer lang en die rokken iets verlengd, nou zijn we weer groote memsohen, want „Het Ware 1b reeds, lang gevonden". Vwïi een ht*l ouden Egyptisch n koning wordt «1 getuigd), dsJMie-het-wist, en op rijn grafsteen staat ongeveer ge schreven: „Hier. rust een koning, die zijn land1 goed regeerde, geweld heerechte niet, geen arme hadi honger, geen „weduwe werdl onrecht aangedaan, geen zwakke „wierdl vertrapt", enz., enz., idat wil zeggen, er staat nog veel meer op, maar ik kien dot (heels grafschrift niet udt mijn hoofd- Nou zullen jullie wel allemaal zeggen: „Zoo'n «tien lis geduldig", dat lis ie ook maar is daarmee be wezen, dlat het niet waar is, wat op idiien steen is gebeiteld? d&t tóch Alliermllnistlll ©n gelóóf mei, ler zijn, méér dlingen olm ons heen, 'datn we méónen, dlat we wel willen1 erkennen. En omdat het in die wereld zoo „ibeidOndend" 'gaat aila het gaat, mogen we allerminst zeggen: „Vroeger was hef óók een soeppie'. We weten toch alleimiaiafl), dat d'e beschaving dn Griekenland, in Egypte, ion in het Moorenliand' al op hoogen timp is'tond, toen! we hll'er nog, van geen toeten of blazen wisten. Althans in dieze landen hadden ze het ntoig niet vendor gebracht, dian het -getoet op eon horeaii van eten runidl; de vrijiwel vóórhistorische toethoren, waarfv.ani' die zeker nog niet zoo héél il^ang van het toomeel verdwenen „bulilloop-er" altijd toch nolg een exemplaar van- rechts maar Mn'kS' ov-er zijn schouder had/ hangen. W;ant aangezien het een '„rechtsch" man was, 'hield hlji het touw van. den bul, met. id'Iie handl vastmaar dlaarover wou ik het eigenlijk niet hebbeni. 1t lis maar elen kleine illustra tie vatni -de onbcscllTaafde toestanden dn die diagen in deze landen, en het (bewijs hoe taal sommige din gen zidh 'd'oor alle eeuwen heen kunnen handhaven. En verderop het Oosten in-, verder dan Egypte, vieel- dieper A'zië dn ischijnt het „weten" nog veel ver der ge voirideirrd geweeist te izdjn. Daarvan dis nog, naar mien zegt, heel weinig bckendl, maar dk acht het be slist uitge-slóten, dat er niet veel meer van bekend i«s, dan men ons wil wijs maken. Er ls altijd in het Oosten een hooge wijsheid geweest. De Oosterlingen hebben echter verzuimd biet juiste gebruik er van te maken. De 'Chllmeezen toch kendlen' het Ikompais vóór wij het .kenden-, ik" meen haaist 2000 jaar eerder al, m-aar ze maakten- er het gebruik; niet van dat de Westerling er van wist te maken iZoo ging het öotk imelt de Oostersche wijlshedid' al i's -dat -dian geen iChi/niee-sdhe het,bleef „haat-en" geheim het bleef het geheim van een groep pries ters, van een prleslergivep, 'die ziciii weer van hun soortigenOoten' -had afgescheiden! en dich de Kaste d r Hooge pnietst.ers noemde. En' dat Ware, idat reedis lang gevonden is, is zóó eenvondlig, zoo kUmdleirlijik eenvoiudlg. Je staat eT ver bluft van. 'Waar ik nou op den dhiur heien wil is, dat wo loeren ons geheugen' een» op te frlsschen met jeugd- berininêringefi, diat1 we ons weer -eens echt -lekker Jong Voelen. -Wie zich, enkele minuten „Jong" kan -voelen kan' idiat oiok ileeren. rekken tot' meerdere minuten, om tenslotte zich jóng te leeren blijven voeden. Ons Gedlachtenleven maakt ons oud of jong, en ik ben -er henliig vian overtuigd, dat ons all-en veel zorg en mioedtie bespaard gebleven' wals als we meer (hadden beoefend: „Kloeke Levenskunst". Amsterdam, 22 Januari 1921. Tien dagen geleden. Woensdag 12 Januari, werd in Engeland een tusscnentijdscho verkiezing gehouden, over het district Dover. Dover een vaste zetel voor de Unionisten. Men heeft den uitslag der verkiezing kunnen lezen in de Hollandsche bladen. Maar laat ik aannemen, dat men ze niet gelezen heeft, of er geen aandacht aan heelt geschonken, of, wat ook nog mogelijk is, alweer totaal vergeten is wie de winnaar iB geweest in den ongo- lijk-en strijd. Ongelijk natuurlijk. Dover was immers een vaste zetel. Bij de laatste verkiezingen behaalde de Unionis tische candidaat 6128 meer stemmen dan rijn tegen stander, en dat uit een totaal van ruim 16000. De Observer is een Unionistisch blad. De Observer van 9 Januari kan moeilijk vérwacht worden op de hoogte te zijn van den 'uitslag van een verkiezing, die drie dagen later moet plaats grijpen. Niet onbelangwek kend is het te zien, wat dit blad op 9 Jan. denkt over de komende verkiezing. Vooreerst: een lang artikel. Bijna een volle kolom. Vier .en vijftig cM. lang, precies de lengt© van de Scha ger Courant. Meet maar na. Dan: een artikel met vier opschriften. Groot© dikke letters. Dat is de Engelsche manier.' Men ziet dan met een oogopslag, waar het om gaat. Wat meer is, wie geen tijd heeft om het artikel te lezen, ziet in die enkele woo-qden de strekking ©r van. Men oordeele zelf. Hi-er volgen de opschriften: Verkiezing te Dover. Een Indruk en een voorspelling. Majoor As tor aan de winnende hand. Telegram van den Chief Whip. De Chief Whip is, zooals men weet, een Parlements lid, dat voor belangrijke setmmingen enz., zijn medeleden partijgenooten bijeentrommelt. Daarna volgen de namen van de beide candidaten. Twee maar. m Engeland is men niet zoo royaal met candidaten als bij ons. Reden: er is geen herstemming Wie de meest© stemmen krijgt, heeft het gewonnen' onverschillig of dit de meerderheid is van neit aantal of niet. Op die manier zou dus iemand met II stesm- van de 100 verkozen kunnen worden, verondersteld dat er 10 candidaten waren, waarvan er één 9 stemmen kreeg,, acht elk '10 en de latftste de overige 11. Maar dergelijke verkiezingen komen nooit voor. zelfe die met 3 tegenstanders rijn zeldzaam. Threecoraered con- tests noemt de Engelschman ze, driehoekige wedstrijden. Te Dover op den 12en Januari waren, zooals ik zei, maar twee candidaten. Voorop plaatste de Observer na tuurlijk Majoor Astor, de Unionist "Zijn tegenstan der was Sir Thomas Polson, geen politieke partij ver tegenwoordigend, doch: Anti-verkwisting candidaat En nu het artikel zelf. Het vertelt van den harden strijd heftiger dan Dover gekend heeft In de laas te vijftig Jaren, en steeds vuriger wordend, naarmate de fatale Woensdag naderde. De laatste loodjes wegen het zwaarst. Voor Dinsdag avond, den llen waren alleen voor Majoor Astor tusschen de twintig en dertig vergaderingen uitgeschreven, waar de kiezers zouden worden- toegesproken door vrienden en partijgenooten van den majoor, door leden van het Parlement en welbekende spreekster». Want bedenk, dat bij deze' verkiezing, voor het -eerst in de geschiede nis van Dover, de dames eon woordje ln het midden kwamen brengen. Dat was voor Dindagavond, d© krachtproef, het knal effect. Op Maandag daarvoor zou hot zware geschut worden afgeschoten op een massnvergoderlng In het Stadhuis. Daar zouden de candidaat zelf, de afgetreden .candidaat en een paar andere eerste klassara het woord voeren Wonderlijk Is het, schrijft de verslaggever van de Observer, zooals 'Majoor Astor .zich overal doorheen slaat, ondanks de ernstige verwondingen, die hjj ln den oorlog heeft opgeloopen 'Ct kan nooit kwaad, dat nog even te vermelden). Zeven tot acht vergaderingen spreekt hif toe, in Dover en daarbuiten. •„Prachtig, propvol, alle menschen even enthousiast' Is wat men van alle kanten hoort. Majoor Astor neemt ieder voor zich in door zijn rondheid, riin ernstige manier hij het beantwoorden van vragen, zijn heldhaf tig gedrag in den oorlog. En Sir Thomas Polson, de anti-verkwistfng candi daat? Och, dat heeft niet te beteekenen. Een lijn rit er niet in, In die anti-verk'wisting politiek. Geen geld voor het leger, geen geld voor de machtige vloot, geen geld voor de werkeloosheid. Wat dit laatste be treft, is Sir Thomas Polson ben ernstig© bodredgh^j voor d© Arbeiderspartij Hfl beeft natuurlij* ook sün helpen. Ja. ook al Parlementsleden. De bekende Bottcmley onder ende ren. Als Bottomley spreekt bf schrijft, kun je altijd iets bljsondert verwachten. Dat behoeft daarom nog niet waar te zijn. Ieder mensch kan rich vergissen en later kun Je openlijk ie vergissing zelfs bekennen. Misschien is dan ae ver kiezing wel over, maar 't is toch ruiterlijk. Mr. Bottomley was op bezoek geweest bij den Unio- niatischcn Chief Whip. Juist toen hij daar was, werd deze aan de telefoon geroepen. Door wien en waar voor? Door Majoor Astor, om mede te doelen, dat hij er verder van öt'zog. hif d opgemaakt uit het telefoongesprek. Niet waar, zoo'n conversatie is voor den toehoorder altijd zeer eenzijdig vooral wanneer degene, die wat te beweren heeft aan den andoren .Jciant van don draad is, en do man, bij wien je op bezoek bent, ja, neen, zoo, en hoe is het mogelijk zegt. Maar de heer Bottomley kan veel. Ja, hij stond zelfs tijdens^het telefoongesprek, dat werkelijk plaats aan de andera zijde van de deur. Majoor Asto-r sprak' het verhaal dadelijk beslist to rn. Een telegram van den Chief Whip noemde het een leugen. Mr. Bottomley was bij hem geweest. Hij was toen opgebeld geworden en omdat het een belangrijke zaak was, had hij Mr. Bottomley verzocht, zoolang de kamer te verlaten. Het telefoongesprek was niet met Majoor Astor, niet met Dover, niet over de verkiezing. Wat daarvan gezegd werd, was een absolute leugen. Maar gezegd was het, en dtenst gedaan had net En ondesrtusschen ging ae strijd door. De correspondent van de Observer voelt weinid twijfel over den uitslag. Het district, dat buiten ae stad Dover zelf ligt, is zeer beslist op de hand van Majoor Astor. Daar wonen 18000 van ae 35000 kiezers. wat Dover «elf betreft, er is weinig twijfel ,dat de stad ook aan de riide van den majoor staat. Veertig dominees het)ben hun kerkeleden aangera den niet voor Sir Thomas Polson te stemmen. Iemand n Doveri heeft den correspondent verteld, dat .de kiezers heel goed weten, wie hun belangen het best zal dienen, (een oenigszins twijfelachtige uitspraak). Toen do correspondent Dover verliet, zeiden de spoorwegarbeiders hem, dat Majoor Astor ©en meer derheid zou krijgen van twee drie duizend stemmen. Tansf en meest hoopvol teekeneen officier, die om dienstredenen voorop necit mogen stemmen, neeft op Majoor Astor gestemd. De earstij stem du» op den Majoor. Wie wanhoopt nog? Resultaat: Sir Thomas Polson is gekozen. DIRKSHORN. Door een geval van roodvonk ton huize van het Hoofd, der School alhier, ondervindt het onderwijs de eèrete stagnatie. Naar wij vreezen, zal het, evenals op zoovele andere plaatsen, wel niet de laatste wezen. DIRKSHORN. De nieuwe wlndmotor in den Voorpolder voldoet tot heden zeer goed. We herinneren ons geen enkelen winter waarin het waterpeil zoo laag kon worden gehouden als thans. ZIJPE. De boerenplaats van den heer H. Rijs, Zuld-Zijpe, s verkocht aan mej. Wed. J. Bijvoet, Zeegras. WINKEiL. Tin hei café vain, den (heer P. Biafkker ©(IM-er ml Maanr diag a-s., cl eis miongemis 10 ujur, -een ïbi'ljiairtmatoh wor den (gehouden, waiaraiain, wordt -deelgenomen door vijf personen uit Schagen en vijf personen uilt Win kel. Ieder te speilen piarrij -zal bestaan uit 100 .carambo les. De viervolgwedstrijid) zal op nader te bepalen -dia- turn te Sch-aigen worden geepeeld. LUTJEWINKEL. Woensdagavond JJ. ihiieJri! „Nut en Genoegen" ten huize van -den ihe-er R. Nap, weer ihaar miHiainjdel'ijik- sche bijeenkomst. Dlat ar groote ibe-lairigstelling voor is, blijkt wel, da't niettegenstaande bet murwe weer, pdm.70 personen aanwezig iwarenl lEn -er ia weer genoten. Leze-r was dezen- avond' de heer J. Porte, die 't Pauweiveerke van Cremer voorlas. Daarna werd! het -één adertje „De mdeuwe Burgeimie-eteiter" .'oip- Igevoerd, -dat de -lachlust danig opwekte. Tio-exn kregen we voordrachten -en ook id'ie wn/nciri zeer geschikt -om d'e gezellige stemming er in- te Thoud'en, terwijl de familie *HooiJ het muzikale gedeelte goed' -verzorgde. Toep 'k-regen we -nog als waardig slot van dezen ratooien lavomd -eien nastukja. LUTJEWINKEL. Alhier is een geval van diphterltu-a geconstateerd, BELASTING OP DE WAARDEVERMEERDERING VAN ONROERENDE GOEDEREN. Het wetsontwerp tot -het Ihieffen van een belasting op -die waardevermeerdering van- onroerende goede ren ten- behoeve ivan.de gemeenten is,bij dian: Raad van- S tatelaanJhamgilg. ONVEILIG ROTTERDAM. IDinisdlagn'aclht zijn sVloiligens (het ,JNl v. d. D." in Rotterdam berodf-dl: eien man te Dordrecht woonach tig, van f 1600 dof een huils dn die 'Leeuwenstraat; een zeeman van eien to de Mlaasbaven liggend stoom schip to een buis tol döni Hang van 50 -dollar; een Wurteqnbiurger to de Wieator Wagenstraat top straat van eien portefeuille met 5000 miaik. len f70 -de portefeuille is later Teddg in eon- portiek in die straat teruggevonden en een Duit/sober tol 'een bud» op die Gedempte Bimtnienirtottie Van f1800. Die in dien Hang beroofde ze-eman i®, nadat 'hij van die berooving bij 'd:e politie aangifte had gedlaan, naar hij -zegt, ilni de WiijrlbaJven te water gegooid! Hij weid', zonder Letsed te hebben1 gekregen-, gered1. DE KERK VAN ROME. Men schrijft: 'il'Gebeurde Ito .eieni -doirpje tol iZjui'dl-HtoH-andL Daar is elen vereenilging, idii,e zich ten dlo'eil -stelt de tuberculose te -bestrijden en waar men dloor sa- mjenweaiktog van; alle geatodlteu. goede resultaten' foa: reiikt. (Echter dde resultaten moesten nog beter wor den. Weshalve mem -een vergadering, beil-egt, waarop een geneesheer-directeur, van een, sanatorium óver de tuberculose den votk-e iztou inlichten en door lichtbeel d-en het gesprokene zou verduidelijken. Een advertentie wordlt geplaatst Hm die drie diaar ter plaatse- verschiljnienide bladen, elen neutraal, een anti-ravoilutlonnair ton een RL-Katho-lllek blad. Een paar avonden voor d'e vergadering staat de advertentie to' alle -dlrie bladen. Of meen in het R.-K. -blad) ontbreekt zij. A-lls reden werd' opgegeven, „dat mm elersit wiilidie iwetemi olf er ooik bezwaren tegen Ingebracht werden." Waar dis 'to iRlome'a 'kierk dier 'vrijheid? Itu hetzelfde dtorpje de ook iets anders gebeurd Ten huize vani dien Gereformeerden predikant wa ren twee R.-K. Hongaansche .kindleren. iToen ide-ze -dietni eersten dien1 besten Zondag, niet to de Rootmsche kerk waren, geweest, 'gaat die pastoor na-ar 'dien Dominéé? N-een naar den- veldwachter, zet hem die onvergeeflijke zonide van1 .Zondag üdteien, stuurt hem limea recta naar -dleln' Burgemeester met de boodlschap, diat -dliit -een politle-zaalk da. TERUG VAN DE STUDIEREIS. Eergisteren zdjn die le-dlem van de coimimiissie voor de bedrijven van de huitenlamldlsabe rele te Zaandam te- iDe R. K. Kiielsvereiendgtog (h-eetft een buitengewone algemeen© vergadierling uitgeschreven-, waarin de 'twee IR. K iedlen dier coimmissle uitgenoodigd zijn dm- ldiohtingen^ te verstrekken' over de noodzakelijkheid van hun deetoemtog dien1 reis.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1921 | | pagina 9