Binnenlandse!» Nieuws. Brieven uit Engeland. NV „DETIJDGEEST" „S S i>S 8, S DE TIJDGEEST commissie, om bericht en raad. De heer Zeeman: Als het naar de gascommissie gaat, wordt bet toch in behandeling genomen? Het zou niet de eerste maal zijn dat daar een adres voor kennisgeving wordt aangenomen. Kunt u zeker heid geven, dat het daar behandeld wordt? Voorzitter: De vorige adressen waren tot de gas- commissie gericht, doch dit is iets anders. Dit gaat naar de gas commissie om advies en komt dus weer terug. De heer Zeeman spreekt de hoop uit, dat mert zich daar toch niet langer op het standpunt stelt, dat alles wat van den bond komt, voor kennisgeving aangenomen wordt. We leven in een tijd dat ge schillen van welken aard ook, langs organisatori- schen weg worden opgelost en revolutionnair optre den wordt daar in de eerste plaats mee voorkomen, Ik hoop, zegt spr., dat de gascommissie zich op dat beter en hooger standpunt gaat stellen. De voorzitter: Als de heer Zeeman zegt dat ae adressen vopr kennisgeving zijn aangenomen omdat ze van den bond kwamen, is hij verkeerd ingelicht. 9 Do heer Zeeman: Het staat meermalen in het adres, dat er nooit geantwoord is. Voorzitter: Dat is geheel iets anders. De heer Berkhout: Ik vind het niet wat je noemt prettig, als er niet geantwoord wordt en geef de gascommissie in overweging aan de vragers be hoorlijk antwoord te zenden. Ik meen dat het een eerste plicht is en hoop dat ze voortaan zoo be leefd zijn. Voorzitter: Het is heel gemakkelijk gezegd, doch de gascommissie is bevoegd besluiten te nemen en staat niet onder curateelé van de raden. De heer Berkhout: Ik geef het slechts in over weging. Het is fatsoenlijk van antwoord te dienen. Ik doe slechts het verzoek. Voorzitter: Het motief is niet juist, het gaat niet omdat de adressen van den bond komen. De heer Zeeman: Het staat uitdrukkelijk in het adres, dat geen medewerking verleend wordt omdat de adressen van den bond komen. Ik hoop dat deze mededeeling onjuist is, voortaan antwoord ge geven wordt en dat het niet uitmaakt of een ver zoek van den bond of van een lid van het perso neel komt. Voorzitter: Het is wel al anderhalf jaar geleden dat we een onderhoud gehad hebben met het per soneel en toen hebben we hen meegedeeld, als ze klachten hebben, zich rechtstreeks tot de gascom missie te wenden. In Amsterdam kan men de din gen niet zoo goed beoordeelen als hier. De heer De Jong vraagt of de burgerlijke beleefd heid niet eischt, dat antwoord op een vraag gege ven wordt. Voorzitter zegt, dat elk college stukken die voor kennisgeving worden aangenomen, onbeantwoord laat. De heer Zeeman wijst er op dat de raden open baar zijn en de gascommissie niet. 't Wekt een ver keerde gedachte als men er nooit iets van hoort. Adressanten verkeeren dan altijd in onzekerheid. Als er geen openbare behandeling is, is het wel ge- wënseht dergelijke adressen te beantwoorden. Het kan tot een gewoonte gemaakt worden. Ik zou het zeer toejuichen, nog meer als de vergaderingen openbaar waren. De heer De Jong: Het is de vraag maar of men het wil of niet. Van den heer Greidanus, oud-gemeenteontvanger, is het verzoek ingekomen om 40 pet toeslag op zijn pensioen, dat f 225 is. Tot heden werd dit ver zoek toegestaan voor 1 jaar, nu zag hij het gaarne voor onbepaald verleend. B. en W. stellen voor gunstig pp het. verzoek te be schikken. Jarenlang heeft hij de gemeente trouw en eerlijk gediend en het pensioen is zeer klein. De heer De Jong zou het liever elk jaar opnieuw willen vaststellen. Voorzitter zegt, dat het Rijk het voorbeeld geeft. De heer Berkhout is van oordeel dat het Rijk wel eens wat al te lichtvaardig met de financiën om springt. Wij dienen ook rekening te houden met de menschen die het moeten opbrengen. Wethouder Kroon zegt, dat Gr. 36 jaar ontvanger geweest is voor een luttel salaris. De heer Zeeman is er voor het verzoek toe te staan Het voigende jaar is er misschien een nieuwe raad en niemand beter dan de bestaande raad kan de venschelijkbéid van dit verzoek beoordeelen. Dat het Rijk wel eens raar met de gelden omspringt, is spr. volkomen met den heer Berkhout eens, doch meestal niet voor de salarleering van hare ambtena ren, maar voor het aanschaffen van kanonnetjes. De verhooging voor vast te geven, is de beste dank voor de bewezen diensten. Alleen de heeren Berkhout en die Jong .verklaren tóch tegen het verzoek, Ter Tafel komt het voorstel van1 die gascommissie om op het salaris van den electricdien Erkoimp f 350 toeslag te geVen tot een m'ieufwe salarisregelig aan 'de orde -komt. Dit m Verharn d' met meerdere van hem gevraagde dtensten. (De heer Zeeman: Tot een nieuwe salorisregelirg aan de orde komt? Hangt er iets van in' die lucht? Of bedoelt u een eventueel komende vedboogmg? Voorzitter: Tot .een eventueel komende salafris- herziening. Het voorst-el worid!t aanider bespreking aangen omen. ^Rondvraag. De heer Zeeman heeft opmetingen «zien doen in vprfoaitd met die wiaterletildiinlg; en vraiagt (Belia- k'waïm met d-e zon en keek door het raam. Toen zij zag, dat zij op waren en gekleed, liep zij de hut om naar de deur. Inmiddels was Husky wak ker geworden en had- Jiack hem verteld wat zij van plan waren. (Het was bijna te veel voor Ilu^kv, Zijn tegenwer pingen en smeekbeden 'hadden- geen succes. Heele- maal gekleed, maar no'g vat belverig zat (hij nu op op- den rand van. izïjnJ bed. Sam sliep nog in zijn hoekje.. 'Uit -de 'Short stilte, waialrmede zij begroet werd, begreep B'ela onmiiididellijk, dat er wat in de lucht ■hiimg. „Waarom zijtn- jullie zoo vroeg op?" vroeg zij. „iBelai, wie hebben je iets te zeggen" begon Jack gewichtig. ,jNog al meer?" vroeg Bela.: „Het is heel ernstigf. „Vooruit dlan maar!" „Laten we naar buiten gaan," zeid'8 Joe zenuw achtig. ,^Het is hier om- te stikken." Een voor een gingen zij de hut uit en in een -rijtje tegen den muur staan.-: -Big Jack, Black 'Shan-d Husky, Youm-g Joe. Belia stond! wat van hen aif. (Het geiheel liaid veel weg van een wedstrijd- in het spellen met een onderwijzeres, die niet van plan is er eien- griap van te maken. Maar zij ma-men het al len- elven ernstig op .Zij waren allen bleek, hun lip pen wtareii op elkaar geklemd en bun oogen schit terden, behalve van Husky, wiens ooigen moe ston den en- wiens mocold onophoudelijk open en diicht ging. „il-Iet is niet eerlijk1",! Het is niet eerlijk!" mom pelde hij maar steeds. ,?Kijk eens in wat een toe stand ik ben!" ,£sTou, wat helhben jullie te zeggen?" vroeg Bela. Jack ging rechtop staan en sloeg zijn hielen te gen elkaar. Hij was vroeger soldaat geweest Hij voelde, dat dit een ge! wichtig oogenlblik was. „Ik moet de iziaak. dmleiiidlenT, zeide hij, „voor ieder voor -zichzelf spreekt." Hij' keek zijn makkers "aam „Als eieni van- jullie .denkt, dat Ihijl het beter kan uit leggen, moet hij het maar zeggen." „Schiet nou op, en- -maak het kort," prevelde Shanid „Gisteren," gfio^ Jack voort, ,jhad het er veel van of wij een troep onhebbelijke schooljongens wa- ren. Ik (beken eertijk, dat het mij spijt daaraan mee gedaan» te hebben. Maar ik zie niet in hoe ik het andere gedaan zou moeten hebben. Een man kan een anderen man geen Voorsprong laten krijgen, aan' dieu voorzitter, of' het Voor adis- sc'Men t'och doorgaat. Voorzitter: Ik weet van niets, doch weet u v^si, dat hei voor de waterleiding was? Destijds heb ik ■no'g wel een poging gedaian. of er g-en mouw oom te passen was. met het oog op de mogelijkheid «umenhoegto'g. Ik heb -noodt eendg bericht gehad, daarom .verrast mij uwe mededeeling. D;c heer Zeeman1: fk heb gevraagd en het was voor <i-e watcricildlfintt*. '•De heer Zeeman vraagt vendor, hoe het staat roet het m-el'kionde.nzoekIlij meent, vernomen te neb ben, dat niet voldoende kam werden ingegrepen, •olmdat er geen verorueoiinlgi is. Vborzitter gelooft -niet, dat er een ve-rond'emlng voor nloioidiig ia. Er is ail enkele mia'lien proces-varibaal op gemaakt, 1 maal wegens bijvoeging van water en i maal wegens ontroemen, Niog m enkele geraden meer kan wonden ingegrepen, brv. bij onvoldoende reiniigiinig, doch hierin zal de "warenwet (voorzien. (D'e heer Berkhout vraagt., of een medksliper hot recht heeft om den controleur te wagon een mon ster te nemen als hij twijfelt, Vbohzitter antwoordt bevestigonldi. IDaiar- niemand, verder iets voor de rond-vraagheeft wondt d-e vergadering met een wc-ord van -dank door den voorzitter geloten. DOOPSGEZIND KERKBESTUUR. Het -drietal voor lid van dien Kerkeraaid der 'Doops gezinde Kerk te Biarsingerhorn' c.a. bestaat uit do heeren Van Balen Blanken, K. J. Kaar. en R. .T. Waiböer, (alphab.). allen te Ahna Paulowna. VREUGDESCHOTEN. Te Srt. Oedenrode (N.-lBr.) wend' een-e bruid die te»* ondertrouw was opgenomen; op den terugweg door een buurman met vreugdeschoten begroet. dit vol gens oud gebruik. Echter wertten het -meisje en eend je kinderen door hagelkorrels uit. het geweer ge-trof fen. (De hru^d maesi zich ond'er befhamdeling «v-a:i een geneesheer stelten. VLIEGTOCHT NEDERLANDINDI6: L'uiteniamt" ter zee Goedhart zal m-et eien Berkel- jnia.ninie-ééinidekker een vllegt/ócht van Nederland na-or Nederl.-I-ndi-ë -on'demnieimien. A-lis passagier, te ven-s .teü'hhftous en hulpvflleg-er -gaart, mee oMcde/r-mo- cMraist Takens, van Jen mar-ine-l-uicJhitvaartdde.n.vt. AMERtKALA NSCHE KOLEN. iDe D'aily Mail verneemt uit New-York: De Ame rikaansche consul-generaal te Rotterdam bericht -dal ■de vertegenw-oordiiit-x-rs van de AhioTikaanische steen- koo-lnijverhei'd van, meenrtng zijtn, -dat d:8 vooruitzich ten voor hst verkoopen van Atnerikaansohe kolen in- d-e laatste weken zoozeer verbetert! zijn-, dat er een uitgebreide organisatie in Europa ge/vermd is, diie kolanvoorraden te Br «men, Hamburg en in an dere Duitsche havens alsmede ih Hollandsche, Bel gische, Zwirtserscihe centra zal' opslaan. HAP*JE-ME-MAA® ON/TjUISID Olm halif zes gistenmioirigcn vond een survejille-eren- de polifiisagient in .een portiek aan list iRemlhrandt- pleirn te Ainslterldiani eien in-eengiedo-k'en grauwe, vrij -onooglijke xn-n.ssa, De agent, beginjpende, dat e'en zwerh'er in- dit na-nach-telijk uur op de hardste enen stoep een rustplaats had gezocht, schudde de mas sa wakker, en uit den grauwen bundel ontwarde zich een bejaarde bedelaar. De bedelaar bleek Ilad- je-me-maar te wezen. „Ga naar je huis cf naar je 'logement om te sla pen maande de agent. Waarop de heer De Gelder an/tiv.ooiidde, dat hij zóó iets er niet. op n>a houdt, Diat hij geen onderdak heeft, z-ooiniin als een bestaart, Dat hij leeft van gif ten en gajven 'W-aaPoo d-o poliliemam dien oulden hee-r meenam naar het politiebureau aan- den Siaiigel. Miaar de Amstcrdamdohe gömeenteriaaldiscanidildiaat, topoi, zelfs hier niet in. aaumeriving komen om op de brits zijn leldien uilt te strekken. Hij bl-edk 'bij najdere beisch-m:- winig, in- verregaanden. staat veen onreinheid te ver keeren en voorts üjrö'end'e te zijn aan kuidud'tA-c.g, Zoodat een rijtuig werd' g.erequireeid. waarin d-e heer De Gelder in heel zijn on-smakelijMieid wer-d geladen en niaar het Uuaran'tajnftSta--.io-n gereden om te worden ontluisd. Amsterdam, 2 April 1921. j Ons land is nu eenmaal een klein landje. Wij doen alles op kleine schaal. Het waait wel eens flink,, maar we hebben nooit een storm, waar de volgende dagen de heele wereld over spreekt. We zegjten zo mers wel een-.', dat het heet is, maar we vallen niet dood neer op de straat van de hitte. Zelfs in onze speciale ramp. de overstrooming, nemen we nog steeds matigheid in acht. Engeland is er eigenlijk al evenzoo aan toe. Na tuurlijk, het is grooter en de bergen zijn er hooger dan bij ons, en Londen is een „reuzen"stad, maar tochde Engelschman voelt, dat ook hij nog maar een kind is, vergeleken bij den grooten broer aan den overkant. Natuurlijk steekt hem dat wel eens. Natuurlijk hindert het§ hem, als hij de Amerikaan een beetje minachtend'over zijn land, over Engeland bedoel ik, won-neer er een vrouw in het spel is. Wij kunnen zoo niet -doorgaan- zonder 'dat wij weten hoe-ver we zijn. En daarom- heb ik voorgemeld, d-at we er van ochtend een eind: aan moesten makien door jou te laten beslissen." De andere mannen sbondlen ongeduldig heen en jiwe'er te schuifelen. I jjScheid toch udit -met al die kl-etspraat!" bromde Joe. „Ben je gertirouiwd?" vroeg hij Bela op den man al (Bela wast niets van- kleuren en blosjes, die be- •schiajafidie vrouw-en in zulke omstandigheden beboe ren te krijgen. .iNeen/'", zeide izij met ih-aar ondoorgrondelijk ge zicht, „Zou je het wdll'en zijn?" Zij haalde onverschillig, haar schouders op. „Ik vermoed, -dat ik wel eens een -man zal krijgen." „Nou, uoe j-e keus uit ons vieren," zeide Jack. ,Jk wil niet beweren, dat wij' prachtexemplaren zijn, -be grijp dart. goed, maar je zmllt toch moeilijk hier iets goed opnemen." Zij deed het. Onder ha-ar blik gedroegen zij zich ieder volgens zijn natuur en zijn karakter. Haar oogen toonden geen verandering toen zij de rij langs gingen. Gelen 'hunner kou zeggen welke gedachte achter dien direct-en, katoen- blik verscholen lagen. Nadat, zij hen allen geïnspecteerd* 'hadden-, gingen haar blikken weer te ruig naar JoJck als om hem •te vragen verder te s'prekien. Husky is volgens aifspraa'k het eerst aan het woord", 'zeide Jack. Husky's speech had iets onsamenhangends, iets jaimmerends. „Zij hebben 'dit besloten, terwijl ik sliep", stotter de hij. „Ik ben pas uit mijn bed, nog ongeschoren en onigewosschen. Het is niet eerlijk. Ik heb geen gelegenheid gehad iets te toedenken. Em nu laten zij mij nog eerst spreken ook. Hoe weet ik nu wat zij na mij zullen zeggen?' Het is mi-et eerlijk. Ik ben minstens elven goeldi als alle anderen hier, wanneer Ik 'wee-r op krachten toen. Luister mi-et maar wat.zij zeggen. Neem. dien aaold van- mij! aam, wamt' ik toien je vriend. Je kent mij. Ik toen een liefhebbend maai. Een vrouw kan alles met 'mij doen, wanneer zij mij goed weet aan te pakken. Ik heb je op een eerlijke manier van ze getwonnen en nou willen ze daar weer op terugkomen. Dat toewijdt al wart zij zijn. i Luister niet maar hen. Jij en- ik hebben het aan -den stok gehad, maar nou is het weer in orde, niet waar? hoort spreken. Men hoeft Punch maar te lezen, om dit te zien. Een kleine opmerking hier, een grap daar, nooit scherp oi hatelijk, maar daarom even sprekend. Deze week, of verleden week of nog een paar we ken terug misschien, nam Punch een berichtje over uit de kranten. Punch doet dat vaak, en geeft er dan zijn eigen commentaar bij, tenzij het overge- noraene dwaas genoeg is uit zich zeil, om commen taar overbodig te maken. Het berichtje luidde als volgt: Dezer dagen is tij dens een storm in Amerika een huis opgenomen, door den wind meegevoerd, en honderd meter vor der weer neergezet. De inwoners, die sliepen, had den hiervan niets bemerkt. Waarbij Punch opmerkt: Och, dat is niets voor Amerika. Daar laten ze doodeenvoudig een andere orkaan komen, die het huis weer op zijn plaats zet. Een Amerikaansche hitte, een Amerikaansche kou, of storm, of misdaad of wat dan ook, is niet plei- zierig, als je er bij bent en er het slachtoffer van wordt, maar aan den anderen kant toch ook niet onaardig om later over te praten. Nu heeft men een paar weken geleden in Enge land een vondst gedaan, waarop men trotsch kan wezen. Tenminste, als toen trotsch kan \yezen op iets, dat men vindt: Wie er belang in stelt, kan er over lezen in de Observer van 13 Maart. Doch aangezien niet' ieder een die krant bij do hand heeft, zal ik zoo vrij zijn, even te vertellen, wat daarin wordt meege deeld. Het gebeurde in de Lea-Vallei te Enfield. Door de Edison Swan Electric Company werden daar kabels gelegd, of andere werken verricht. In elk geval, er werd in den grond gegraven, en zooals meestal, werd er wat gevonden. Geen speerpunten ditmaal, of urnen, maar been- deren, overblijfseleif van niets meer oi minder dan i en voorhistorisch monster. Onze voorvaderen, zoo'n duizend of wat jaren te- rug, deden de dingen op nog veel grootere schaal dnn de Amerikanen van tegenwoordig. Olifanten en walvisschen waren maar schoothondjes, vergele ken bij de brontosaurussen en andere aurussen van onze voorouders. En nu lezen we in de Observer van 13 Maart-, dat ucn in de Lea-Vallei de overblijfselen van zoo'n monster gevonden heeft. Waaruit blijkt, dat ze tij dens hun bestaan ook Groot-Brittannië met hun tegenw oordigheid vereerden. Hoewel de Amerikaan zal zeggen, dat ze zich daar moeilijk zullen hebben kunnen roeren, of, als ze eventjes hard liepen, kans hadden van zoo'n klein eilandje af te rollen. Doch laten we nagaan, wat de Observer zegt van de overblijfselen van het voorwereldlijk monster. Zoodra men het eerste beentje tegenkwam, werd natuurlijk zeer voorzichtig voortgegaan met de op- j graving. En ziet, het eene been na het andere werd 1 te voorschijn gebracht, afzonderlijk gelegd en zorg vuldig bewaard. De Observer bevat een foto van de overblijfselen, die ik hier, tot mijn spijt, niet weer Aan geven. Zeer tot mijn spijt, want ik geloof, dart, de afgebeelde beenderen verschillende lezers wel zouden interesseeren.- Het grootste stuk was een gedeelte van den kop, met de oogkassen. Ook waren er nog een stuk of wat tanden, die bij het opnemen evenwel uit de kaak vielen. Verder beenderen, die klaarblijkelijk behoord hadden tot een Jangen, buigzamen nek. Welk beest het geweest is, kan nog niet uitgemaakt worden. Eén ding is zeker, zooals de verslaggever van de Observer opmerkt, het was een reusachtig reptiel uit de duistere, voorhistorische tijden. Verondersteld wordt, gaat de verslaggever voort, dat men hier te doen heeft met een monster uit het Mesozo'ische tijdperk, in grootte overeenkomende r et de dinosaurus, den voorwereldlijken reus, dien men enkele jaren geleden gevonden heeft in Wy- oming in Amerika. Deze dinosaurus, of liever de beenderen er van, heelt men op vernuftige wijze weer in elkaar ge- £Ct. Hij staat nu in het Carnegie Museum te Pitts- burg, en afgietsels er van in het Natural History Museum te Londen, en in een museum te Weeneii. Beide afgietsels zijn cadeautjes van Mr. Carnegie. Het Londensche heb ik meermalen gezien en be wonderd, en mijzelf verwonderd over een tijd, waar in zulke kolossen de aarde bewoonden. Deze ge vonden dinosaurus, dien men den naam Diplodocus .Carnegii gegeven heeft, is 4Vt M. hoog, en meer dan 25 M. lang. Een heel werk, om om hem heen te wan delen. En hij was waarschijnlijk nog niet'eens de groot ste. Daar is de Tyrannossaurus Rex, met tanden 1 van 25 c.M. en voetjes, die bij het neerzetten meer dan een vierkanten meter van onze aarde bedekten. Niet moeilijk moet het geweest zijn om zijn spoor te volgen. Tachtig duizend kilogram moeten die hee- i ren zoo ongeveer gewogen hebben. Een ander monster, hoewel klein bij de voorgaan- de vergeleken, had den grootsten kop van alle. Daarop bezat hij drie geweldige horens, terwijl zijn lichaam bedekt was met pantserplaten, die elke aanval van zijn grootere broers uit den aard der zaak hopeloos maakten. Doch, zoo besluit de verslaggever van de Obser ver zijn belangwekkend artikel, waaruit ik deze bijzonderheden heb overgenomen, hoewel al deze monsters in Amerika thuis hoorden, is er reden om te gelooven, dat hun tijdgenooten hier in En geland de meesten. van hen de baas af weren. Wie weet, of thans niet een mededinger van de Ameri kaansche monsters gevonden zal worden in En- gelschen grond, om een plaats te vinden jn hot Lon- densch Natural History Museum, na onder onze voe ten geslapen te hobben vier honderd duizend Jaar, of veertig millioon jaar of hoe lang? Ja, wie weet/. De Observer van 20 Maart, precies éón week la ter, bevat het volgende ingezonden berichtje van den heer A. Smith Woodward, van de' Geologische afdeeling van het Natural History Museum tc Lon den: Aan den Redacteur van de Observer. Geachte Heer. Mijn aandacht werd getrokken door een artikel over de Enfield Dinosaurus in uw blad van 13 Maart. De foto, die u afdrukt ter illustratie daarvan, stelt voor den schedel, de tanden en andere beenderen van. een gewoon paard. Hoogachtend, A. SMITH WOODWARD. Trekking van 600 nummers ten overstaan van Notari» A. G. MULIE. Woensdag 5 April 1921. Pril* vmn 2000 5908 1500 .*>97 16372 1000 18062 ■100 14435 >00 5381 100 24. Prtjw -s-o 3«il 90. 25 3006 26 3110 87 S8£B 11517 1301» II 5» 3 5 80 53 11518 80 91 5120 9185 11733 1«52 IS sJ «S SE 1.8Ü !i*o "I 79 3929 13 W 73 17109 77 53 96 17259 88 50 14415 17312 90 1] ^6 95 9642 M A4 17505 3656 6620 9701 12114 14522 613 20 24 P3 708 1523 91 58 6401 73 6517 70 88 6749 78 3703 6858 97 64 931 1029 37 92 1118 3993 62 79 1227 64 19213 73 19329 NOB 44 48 73 07 19669 19708 76 19866 19031 92 20CO9 33 73 20110 32 20210 92 4211 72 94 1402 49 7346 10210 1 51 4424 75 58 69 39 7406 77 1507 4567 7 10305 1 1693 4600 26 40 17.43 42 28 87 1829 51 81 10412 34 53 KS20 61 1983 75 73 77 2112 96 7635 86 ts> 4717 50 10541 22ul 73 71 10735 37 4931 7730 41 51 5003 57 80 b2 10 87 97 69 44 7825 10808 2330 85 61 41 36 sa 7919 55 67 5142 51 88 72 5242 69 10927 06 98 91 5323 96 50 8034 68 2490 32 58 88 2552 5467 67 97 56 87 93 11021 2625 5542 8111 25 79 2807 A,» VSJ 55 82 87 91 11114 28 9635 93 31 3905 8207 13 8800 S3I3 92 22 83 15 1125? 74 K19 0471 11380 69 41 11407 91 6012 8701 73 f f i •d H9 ImV w\/ nPTi.i 55 XM08 27 38 73 20547 20614 39 67 "32 -- 20 TT 49 93 30 84 5! 17709 45 12224 14739 49 53 45 48 70 0962 9816 70 14806 11800 72 7019 9»! 12303 M 8 86 10009 31 14920 9? 1| ö«n 15056 17926 "3 m\\ .aoïï m8 15242 18110 516 58 27 59 71 33 78 15316 44 W 700. 90 46 88 19 15400 81 20707 60 22 &S 26 75 60 18299 20830 808 90 18301 70 304 15542 29 2O0« 1035 45 82 15 38 15721 1843-; 32 67 29 70 47 74 32 79 93 94 71 87 1184 15813 18557 £204 14 82 7 64 94 8 15613 18633 21 24 45 67 52 48 3372 16063 94 3436 98 18715 50 16238 20 63 43 49 f2 50 92 78 73 18B0i 3608 16323 64 13705 33 00 11 49 1S042 at Oi 13804 73 10032 16 W517 44 2! Tl 65 ga 94 19148 gv 16712 u Trekking *»n 100 nummtn t»n oiraretaan van Notari» A. G. MULIE Donderdag 6 April 1921. 700 5323 100 17» Prtj*« na I 90.— (ctQ«r. <)tkf) *38 5018 6358 93 9133 1152C 16106 20114 74 5105 0827 8212 0272 11797 16291 19 398 17 94 55 9671 12046 16443 20431 504 27 8836 76 10112 12272 10883 aÓBM 2386 70 52 8302 f-0 13506 17030 24 >5 98 5283 7021 6 10214 «3866 17466 WB.T 5403 7773 96 10534 14304 17613 20982 260! 5585 73 8402 10738 14732 50 2968 97 8ï 3 11168 14832 78 4232 5650 7811 W 35 11322 14956 18392 4361 5644 19 8630 40 15062 18417 94 6226 20 8874 98 15146 1857» «598 88 70 8914 11447 73 18795 Vorige ÜJtt Rond 5291 m.z. 5201. 7919 m 7010. 10444 aui. 10454. 20947 m 2ff-n. Bedenk eens wat ik voor je-geleden Iheto." Er volgde, nog heel wait meer in di-en geest. De anderen 'werden ongeduldig. Tien slotte deed Jack een stap vooruit, „Tijd!" zei-de hij. „Je zegt telkens hetzelfde. Nou is het mijn beurt". Husky zweeg. „Nou spreek ik voor mezelf", zeide Jade. „Ik toen de ou'dste hier, maar 'bij lange na nog niet oud. Ik toen de leider vani deze expeditie. Veertig procent van de uitrusting toehoort aan mij toe. Dat wil zeg gen, dat ik tweemaal zooveel bezit als de anderen. Ik kam je dus goed tonderihould-en. E-n een meisje moet daar zeker aam denken. Maar dart is natuurlijk niet alles. Je moert 'er mij toij opdien koop toe nemen, niet waar? Ik toen oud' genoeg, oto te beseffen hoe gelukkig tok zijn zou als>ik jou kreeg. Ik zou je goed behandelen. Wiaor je ook vandaah mag «komen, je bent een prachtvrouw. Je hebt ons een flink lesje gegeven. Tk 'ben eerlijk genoeg, om dat te bekennen. Ik zeg, dart. ik mijn hoed voor je afneem. Wil j-e mij hebben?" Beia's gezicht toonde niet de minste verandering. Zij wendde zich tot Shanid. „En wat heto jij te pegtgien?" vroeg -zij. 'Shamidis doodsbleek geizilcht vormde een treffend contrast met zijn plkiz'warït "haar. „fk toen geen goede spreker," zeilde hij. „Ik toen in toet nadeel. M-a^r ik zal mijn -best doen. Ik wil je n-ert zoo graag hebben als hij, al k-an ik het niet zoo mooi onder woorden (brengen. Ik toen vijlf jaar jon ger. Dat is al heel woit. Ik ben de sterkste. Dart. wil ook wart zeggen in een land, waar je aan allerlei dingen bloot staat Maar dat wou ik eigenlijk miei zeggen. Als je mij neemt, zal j-e voor mij het mooiste in mijn leven zijn. Ik zal tot mijn laaltertcn ademtocht voor je werkten. Al wat eien- man1 voor een vrouw doen kan, zal ik voor jou doen." De drie and-eren keken Shamd verbaasd1 en ook teleurgesteld aan, omdat -die stille in. dien lande zoo welsprekend' toleek te zijn. Joe bleef eerst zwijgen. Een bijzonder "vertrou wen bezielde hem. Met zijn kroeshaar, zijn.glad'ge zicht en zijn jong Herculisch lichaam h-aid hij daar wiel eeniilge redien -toe. „Zeker, ik begrijp heel goed, diat zij gelukkig zou- dien zijn als'zij je kregen," zeide hij eindelijk. „Jack is twintig jaar ouder dan jij en Shand en Husky vijftien (Maar ik vermoed, dat je een jongen man wilt hebben, wat? Hoe denk je over mij? Ik toen vier en twintig W ij zijn allebei nog jong. Zij heb ben hun- beste dagen gehad. Meisjes hebben zoo haar eigen manier om pit te zoeken wat zij heb ben willen. Daar toen ik het volkomen mee eens. Neem ons eens go eid op en zeg dan wien je hebben wilt," Zij deed, wat hij haar vroeg. (De spanning was voo-r hen allen, ondragelijk. „Zoo, n-u heb je ons allemaal gehoord'. Wat zeg je niu?" iBela was' het toonbeeld vian' omversdhilligheild. „Br is nog eien andere man hier," zeide -zij. Jack keek heel verbaasd. „Ben amidere m-ain? W-iê? O', 'de kok! -Die toehoort niet bij ons. Die bezit n-iet meer dan zijn hemd-, dat hij aan 'zijn- Liidhoam heeft'.' (Bela haalde die schouders op.. „Je zegt dat je deze zaak eerlijk wilt behandelen. Ik moet dan ook hoo- ren, wat hij te zeggen heeft," Uier nam de zaak een onverwachte wiending. Zij kelken ha-ar achterdochtig en woest aan. Zou een outsider 'da race w-intnien? -Het wel hun moeilijk den geminachten soepridder als een ernstigen mededinger te beschouwen, waar om zij het ten slotte voor coquetrteri.e v;an Bela hielden. „Goed", zeide J-aclc. „Wij' wi-llien ailles doen om je te verplichten." Hij ging naar de déiur -en rie.p Sam. Na e-eniige oogenbli-kken kwam- d«e!ze; zijtn haar zat nog ini de war, hij- had' nog een kleur van de slaap zijn' tolauiwe oogen -keken boos. „Wat moet j-e nu weer van me?" vroeg hij. „I'k mag blijkbaar niet uitslapen." „Daar hebben we het nu niet over" zeide Jack. „We vragen aan Bela e>en van ons te Me&eri en voor goed- een eind aan de zaak te maken. Wij hebben allemaal gefeegd wat wij te zeggen hadden, maar zij wdil ook tbjooren wat de kok in het midden te brengen heeft vóór zij een besluit meemt. Spreek op." Sialm schrok nu klaar wakker. Hij werd bleek en keelt Bela met een woest.en blik aan. Het scheen hem een vreeselij.'ke (toespottiilng van iete heiligs toe. Hij' haartite haar, dart zij zoo iets toestond. Hij over woog nd-et, diat zij' het misschien nlelt had' kunnen verhinderen. Zij keek hem nd-et aam. „Versta ik het goed?" zeide hij1 stijtf. „Hebben jul lie hoor -aJUetoaail tegelijk -om hoiar hond' gevraagd?' Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1921 | | pagina 6