Binnenlandse!» Nieuws.
Brieven uit Engeland.
NV „DETIJDGEEST"
„S S i>S 8, S
DE TIJDGEEST
commissie, om bericht en raad.
De heer Zeeman: Als het naar de gascommissie
gaat, wordt bet toch in behandeling genomen? Het
zou niet de eerste maal zijn dat daar een adres
voor kennisgeving wordt aangenomen. Kunt u zeker
heid geven, dat het daar behandeld wordt?
Voorzitter: De vorige adressen waren tot de gas-
commissie gericht, doch dit is iets anders. Dit gaat
naar de gas commissie om advies en komt dus weer
terug.
De heer Zeeman spreekt de hoop uit, dat mert
zich daar toch niet langer op het standpunt stelt,
dat alles wat van den bond komt, voor kennisgeving
aangenomen wordt. We leven in een tijd dat ge
schillen van welken aard ook, langs organisatori-
schen weg worden opgelost en revolutionnair optre
den wordt daar in de eerste plaats mee voorkomen,
Ik hoop, zegt spr., dat de gascommissie zich op dat
beter en hooger standpunt gaat stellen.
De voorzitter: Als de heer Zeeman zegt dat ae
adressen vopr kennisgeving zijn aangenomen omdat
ze van den bond kwamen, is hij verkeerd ingelicht.
9 Do heer Zeeman: Het staat meermalen in het
adres, dat er nooit geantwoord is.
Voorzitter: Dat is geheel iets anders.
De heer Berkhout: Ik vind het niet wat je noemt
prettig, als er niet geantwoord wordt en geef de
gascommissie in overweging aan de vragers be
hoorlijk antwoord te zenden. Ik meen dat het een
eerste plicht is en hoop dat ze voortaan zoo be
leefd zijn.
Voorzitter: Het is heel gemakkelijk gezegd, doch
de gascommissie is bevoegd besluiten te nemen en
staat niet onder curateelé van de raden.
De heer Berkhout: Ik geef het slechts in over
weging. Het is fatsoenlijk van antwoord te dienen.
Ik doe slechts het verzoek.
Voorzitter: Het motief is niet juist, het gaat niet
omdat de adressen van den bond komen.
De heer Zeeman: Het staat uitdrukkelijk in het
adres, dat geen medewerking verleend wordt omdat
de adressen van den bond komen. Ik hoop dat
deze mededeeling onjuist is, voortaan antwoord ge
geven wordt en dat het niet uitmaakt of een ver
zoek van den bond of van een lid van het perso
neel komt.
Voorzitter: Het is wel al anderhalf jaar geleden
dat we een onderhoud gehad hebben met het per
soneel en toen hebben we hen meegedeeld, als ze
klachten hebben, zich rechtstreeks tot de gascom
missie te wenden. In Amsterdam kan men de din
gen niet zoo goed beoordeelen als hier.
De heer De Jong vraagt of de burgerlijke beleefd
heid niet eischt, dat antwoord op een vraag gege
ven wordt.
Voorzitter zegt, dat elk college stukken die voor
kennisgeving worden aangenomen, onbeantwoord
laat.
De heer Zeeman wijst er op dat de raden open
baar zijn en de gascommissie niet. 't Wekt een ver
keerde gedachte als men er nooit iets van hoort.
Adressanten verkeeren dan altijd in onzekerheid. Als
er geen openbare behandeling is, is het wel ge-
wënseht dergelijke adressen te beantwoorden. Het
kan tot een gewoonte gemaakt worden. Ik zou het
zeer toejuichen, nog meer als de vergaderingen
openbaar waren.
De heer De Jong: Het is de vraag maar of men
het wil of niet.
Van den heer Greidanus, oud-gemeenteontvanger,
is het verzoek ingekomen om 40 pet toeslag op
zijn pensioen, dat f 225 is. Tot heden werd dit ver
zoek toegestaan voor 1 jaar, nu zag hij het gaarne
voor onbepaald verleend.
B. en W. stellen voor gunstig pp het. verzoek te be
schikken. Jarenlang heeft hij de gemeente trouw
en eerlijk gediend en het pensioen is zeer klein.
De heer De Jong zou het liever elk jaar opnieuw
willen vaststellen.
Voorzitter zegt, dat het Rijk het voorbeeld geeft.
De heer Berkhout is van oordeel dat het Rijk wel
eens wat al te lichtvaardig met de financiën om
springt. Wij dienen ook rekening te houden met
de menschen die het moeten opbrengen.
Wethouder Kroon zegt, dat Gr. 36 jaar ontvanger
geweest is voor een luttel salaris.
De heer Zeeman is er voor het verzoek toe te staan
Het voigende jaar is er misschien een nieuwe raad
en niemand beter dan de bestaande raad kan de
venschelijkbéid van dit verzoek beoordeelen. Dat
het Rijk wel eens raar met de gelden omspringt,
is spr. volkomen met den heer Berkhout eens, doch
meestal niet voor de salarleering van hare ambtena
ren, maar voor het aanschaffen van kanonnetjes. De
verhooging voor vast te geven, is de beste dank voor
de bewezen diensten.
Alleen de heeren Berkhout en die Jong .verklaren
tóch tegen het verzoek,
Ter Tafel komt het voorstel van1 die gascommissie
om op het salaris van den electricdien Erkoimp f 350
toeslag te geVen tot een m'ieufwe salarisregelig aan
'de orde -komt. Dit m Verharn d' met meerdere van hem
gevraagde dtensten.
(De heer Zeeman: Tot een nieuwe salorisregelirg
aan de orde komt? Hangt er iets van in' die lucht?
Of bedoelt u een eventueel komende vedboogmg?
Voorzitter: Tot .een eventueel komende salafris-
herziening. Het voorst-el worid!t aanider bespreking
aangen omen.
^Rondvraag. De heer Zeeman heeft opmetingen
«zien doen in vprfoaitd met die wiaterletildiinlg; en vraiagt
(Belia- k'waïm met d-e zon en keek door het raam.
Toen zij zag, dat zij op waren en gekleed, liep zij
de hut om naar de deur. Inmiddels was Husky wak
ker geworden en had- Jiack hem verteld wat zij van
plan waren.
(Het was bijna te veel voor Ilu^kv, Zijn tegenwer
pingen en smeekbeden 'hadden- geen succes. Heele-
maal gekleed, maar no'g vat belverig zat (hij nu op
op- den rand van. izïjnJ bed. Sam sliep nog in zijn
hoekje..
'Uit -de 'Short stilte, waialrmede zij begroet werd,
begreep B'ela onmiiididellijk, dat er wat in de lucht
■hiimg.
„Waarom zijtn- jullie zoo vroeg op?" vroeg zij.
„iBelai, wie hebben je iets te zeggen" begon Jack
gewichtig.
,jNog al meer?" vroeg Bela.:
„Het is heel ernstigf.
„Vooruit dlan maar!"
„Laten we naar buiten gaan," zeid'8 Joe zenuw
achtig. ,^Het is hier om- te stikken."
Een voor een gingen zij de hut uit en in een
-rijtje tegen den muur staan.-: -Big Jack, Black 'Shan-d
Husky, Youm-g Joe. Belia stond! wat van hen aif.
(Het geiheel liaid veel weg van een wedstrijd- in het
spellen met een onderwijzeres, die niet van plan is
er eien- griap van te maken. Maar zij ma-men het al
len- elven ernstig op .Zij waren allen bleek, hun lip
pen wtareii op elkaar geklemd en bun oogen schit
terden, behalve van Husky, wiens ooigen moe ston
den en- wiens mocold onophoudelijk open en diicht
ging.
„il-Iet is niet eerlijk1",! Het is niet eerlijk!" mom
pelde hij maar steeds. ,?Kijk eens in wat een toe
stand ik ben!"
,£sTou, wat helhben jullie te zeggen?" vroeg Bela.
Jack ging rechtop staan en sloeg zijn hielen te
gen elkaar. Hij was vroeger soldaat geweest Hij
voelde, dat dit een ge! wichtig oogenlblik was.
„Ik moet de iziaak. dmleiiidlenT, zeide hij, „voor ieder
voor -zichzelf spreekt." Hij' keek zijn makkers "aam
„Als eieni van- jullie .denkt, dat Ihijl het beter kan uit
leggen, moet hij het maar zeggen."
„Schiet nou op, en- -maak het kort," prevelde Shanid
„Gisteren," gfio^ Jack voort, ,jhad het er veel
van of wij een troep onhebbelijke schooljongens wa-
ren. Ik (beken eertijk, dat het mij spijt daaraan mee
gedaan» te hebben. Maar ik zie niet in hoe ik het
andere gedaan zou moeten hebben. Een man kan
een anderen man geen Voorsprong laten krijgen,
aan' dieu voorzitter, of' het Voor adis-
sc'Men t'och doorgaat.
Voorzitter: Ik weet van niets, doch weet u v^si,
dat hei voor de waterleiding was? Destijds heb ik
■no'g wel een poging gedaian. of er g-en mouw oom
te passen was. met het oog op de mogelijkheid
«umenhoegto'g. Ik heb -noodt eendg bericht gehad,
daarom .verrast mij uwe mededeeling.
D;c heer Zeeman1: fk heb gevraagd en het was
voor <i-e watcricildlfintt*.
'•De heer Zeeman vraagt vendor, hoe het staat roet
het m-el'kionde.nzoekIlij meent, vernomen te neb
ben, dat niet voldoende kam werden ingegrepen,
•olmdat er geen verorueoiinlgi is.
Vborzitter gelooft -niet, dat er een ve-rond'emlng voor
nloioidiig ia. Er is ail enkele mia'lien proces-varibaal op
gemaakt, 1 maal wegens bijvoeging van water en
i maal wegens ontroemen, Niog m enkele geraden
meer kan wonden ingegrepen, brv. bij onvoldoende
reiniigiinig, doch hierin zal de "warenwet (voorzien.
(D'e heer Berkhout vraagt., of een medksliper hot
recht heeft om den controleur te wagon een mon
ster te nemen als hij twijfelt,
Vbohzitter antwoordt bevestigonldi.
IDaiar- niemand, verder iets voor de rond-vraagheeft
wondt d-e vergadering met een wc-ord van -dank door
den voorzitter geloten.
DOOPSGEZIND KERKBESTUUR.
Het -drietal voor lid van dien Kerkeraaid der 'Doops
gezinde Kerk te Biarsingerhorn' c.a. bestaat uit do
heeren Van Balen Blanken, K. J. Kaar. en R. .T.
Waiböer, (alphab.). allen te Ahna Paulowna.
VREUGDESCHOTEN.
Te Srt. Oedenrode (N.-lBr.) wend' een-e bruid die te»*
ondertrouw was opgenomen; op den terugweg door
een buurman met vreugdeschoten begroet. dit vol
gens oud gebruik. Echter wertten het -meisje en eend
je kinderen door hagelkorrels uit. het geweer ge-trof
fen. (De hru^d maesi zich ond'er befhamdeling «v-a:i een
geneesheer stelten.
VLIEGTOCHT NEDERLANDINDI6:
L'uiteniamt" ter zee Goedhart zal m-et eien Berkel-
jnia.ninie-ééinidekker een vllegt/ócht van Nederland
na-or Nederl.-I-ndi-ë -on'demnieimien. A-lis passagier, te
ven-s .teü'hhftous en hulpvflleg-er -gaart, mee oMcde/r-mo-
cMraist Takens, van Jen mar-ine-l-uicJhitvaartdde.n.vt.
AMERtKALA NSCHE KOLEN.
iDe D'aily Mail verneemt uit New-York: De Ame
rikaansche consul-generaal te Rotterdam bericht -dal
■de vertegenw-oordiiit-x-rs van de AhioTikaanische steen-
koo-lnijverhei'd van, meenrtng zijtn, -dat d:8 vooruitzich
ten voor hst verkoopen van Atnerikaansohe kolen
in- d-e laatste weken zoozeer verbetert! zijn-, dat er
een uitgebreide organisatie in Europa ge/vermd is,
diie kolanvoorraden te Br «men, Hamburg en in an
dere Duitsche havens alsmede ih Hollandsche, Bel
gische, Zwirtserscihe centra zal' opslaan.
HAP*JE-ME-MAA® ON/TjUISID
Olm halif zes gistenmioirigcn vond een survejille-eren-
de polifiisagient in .een portiek aan list iRemlhrandt-
pleirn te Ainslterldiani eien in-eengiedo-k'en grauwe, vrij
-onooglijke xn-n.ssa, De agent, beginjpende, dat e'en
zwerh'er in- dit na-nach-telijk uur op de hardste enen
stoep een rustplaats had gezocht, schudde de mas
sa wakker, en uit den grauwen bundel ontwarde
zich een bejaarde bedelaar. De bedelaar bleek Ilad-
je-me-maar te wezen.
„Ga naar je huis cf naar je 'logement om te sla
pen maande de agent.
Waarop de heer De Gelder an/tiv.ooiidde, dat hij zóó
iets er niet. op n>a houdt, Diat hij geen onderdak
heeft, z-ooiniin als een bestaart, Dat hij leeft van gif
ten en gajven
'W-aaPoo d-o poliliemam dien oulden hee-r meenam
naar het politiebureau aan- den Siaiigel. Miaar de
Amstcrdamdohe gömeenteriaaldiscanidildiaat, topoi, zelfs
hier niet in. aaumeriving komen om op de brits zijn
leldien uilt te strekken. Hij bl-edk 'bij najdere beisch-m:-
winig, in- verregaanden. staat veen onreinheid te ver
keeren en voorts üjrö'end'e te zijn aan kuidud'tA-c.g,
Zoodat een rijtuig werd' g.erequireeid. waarin d-e
heer De Gelder in heel zijn on-smakelijMieid wer-d
geladen en niaar het Uuaran'tajnftSta--.io-n gereden om
te worden ontluisd.
Amsterdam, 2 April 1921. j
Ons land is nu eenmaal een klein landje. Wij doen
alles op kleine schaal. Het waait wel eens flink,,
maar we hebben nooit een storm, waar de volgende
dagen de heele wereld over spreekt. We zegjten zo
mers wel een-.', dat het heet is, maar we vallen
niet dood neer op de straat van de hitte. Zelfs in
onze speciale ramp. de overstrooming, nemen we
nog steeds matigheid in acht.
Engeland is er eigenlijk al evenzoo aan toe. Na
tuurlijk, het is grooter en de bergen zijn er hooger
dan bij ons, en Londen is een „reuzen"stad, maar
tochde Engelschman voelt, dat ook hij nog maar
een kind is, vergeleken bij den grooten broer aan
den overkant.
Natuurlijk steekt hem dat wel eens. Natuurlijk
hindert het§ hem, als hij de Amerikaan een beetje
minachtend'over zijn land, over Engeland bedoel ik,
won-neer er een vrouw in het spel is. Wij kunnen
zoo niet -doorgaan- zonder 'dat wij weten hoe-ver we
zijn. En daarom- heb ik voorgemeld, d-at we er van
ochtend een eind: aan moesten makien door jou te
laten beslissen."
De andere mannen sbondlen ongeduldig heen en
jiwe'er te schuifelen.
I jjScheid toch udit -met al die kl-etspraat!" bromde
Joe.
„Ben je gertirouiwd?" vroeg hij Bela op den man al
(Bela wast niets van- kleuren en blosjes, die be-
•schiajafidie vrouw-en in zulke omstandigheden beboe
ren te krijgen.
.iNeen/'", zeide izij met ih-aar ondoorgrondelijk ge
zicht,
„Zou je het wdll'en zijn?"
Zij haalde onverschillig, haar schouders op. „Ik
vermoed, -dat ik wel eens een -man zal krijgen."
„Nou, uoe j-e keus uit ons vieren," zeide Jack. ,Jk
wil niet beweren, dat wij' prachtexemplaren zijn, -be
grijp dart. goed, maar je zmllt toch moeilijk hier iets
goed opnemen."
Zij deed het. Onder ha-ar blik gedroegen zij zich
ieder volgens zijn natuur en zijn karakter. Haar
oogen toonden geen verandering toen zij de rij langs
gingen. Gelen 'hunner kou zeggen welke gedachte
achter dien direct-en, katoen- blik verscholen lagen.
Nadat, zij hen allen geïnspecteerd* 'hadden-, gingen
haar blikken weer te ruig naar JoJck als om hem
•te vragen verder te s'prekien.
Husky is volgens aifspraa'k het eerst aan het
woord", 'zeide Jack.
Husky's speech had iets onsamenhangends, iets
jaimmerends.
„Zij hebben 'dit besloten, terwijl ik sliep", stotter
de hij. „Ik ben pas uit mijn bed, nog ongeschoren
en onigewosschen. Het is niet eerlijk. Ik heb geen
gelegenheid gehad iets te toedenken. Em nu laten zij
mij nog eerst spreken ook. Hoe weet ik nu wat zij
na mij zullen zeggen?' Het is mi-et eerlijk. Ik ben
minstens elven goeldi als alle anderen hier, wanneer
Ik 'wee-r op krachten toen. Luister mi-et maar wat.zij
zeggen. Neem. dien aaold van- mij! aam, wamt' ik toien
je vriend. Je kent mij. Ik toen een liefhebbend maai.
Een vrouw kan alles met 'mij doen, wanneer zij mij
goed weet aan te pakken. Ik heb je op een eerlijke
manier van ze getwonnen en nou willen ze daar
weer op terugkomen. Dat toewijdt al wart zij zijn.
i Luister niet maar hen. Jij en- ik hebben het aan -den
stok gehad, maar nou is het weer in orde, niet waar?
hoort spreken. Men hoeft Punch maar te lezen, om
dit te zien. Een kleine opmerking hier, een grap
daar, nooit scherp oi hatelijk, maar daarom even
sprekend.
Deze week, of verleden week of nog een paar we
ken terug misschien, nam Punch een berichtje over
uit de kranten. Punch doet dat vaak, en geeft er
dan zijn eigen commentaar bij, tenzij het overge-
noraene dwaas genoeg is uit zich zeil, om commen
taar overbodig te maken.
Het berichtje luidde als volgt: Dezer dagen is tij
dens een storm in Amerika een huis opgenomen,
door den wind meegevoerd, en honderd meter vor
der weer neergezet. De inwoners, die sliepen, had
den hiervan niets bemerkt.
Waarbij Punch opmerkt: Och, dat is niets voor
Amerika. Daar laten ze doodeenvoudig een andere
orkaan komen, die het huis weer op zijn plaats zet.
Een Amerikaansche hitte, een Amerikaansche kou,
of storm, of misdaad of wat dan ook, is niet plei-
zierig, als je er bij bent en er het slachtoffer van
wordt, maar aan den anderen kant toch ook niet
onaardig om later over te praten.
Nu heeft men een paar weken geleden in Enge
land een vondst gedaan, waarop men trotsch kan
wezen. Tenminste, als toen trotsch kan \yezen op
iets, dat men vindt:
Wie er belang in stelt, kan er over lezen in de
Observer van 13 Maart. Doch aangezien niet' ieder
een die krant bij do hand heeft, zal ik zoo vrij
zijn, even te vertellen, wat daarin wordt meege
deeld.
Het gebeurde in de Lea-Vallei te Enfield. Door
de Edison Swan Electric Company werden daar
kabels gelegd, of andere werken verricht. In elk
geval, er werd in den grond gegraven, en zooals
meestal, werd er wat gevonden.
Geen speerpunten ditmaal, of urnen, maar been-
deren, overblijfseleif van niets meer oi minder dan i
en voorhistorisch monster.
Onze voorvaderen, zoo'n duizend of wat jaren te-
rug, deden de dingen op nog veel grootere schaal
dnn de Amerikanen van tegenwoordig. Olifanten en
walvisschen waren maar schoothondjes, vergele
ken bij de brontosaurussen en andere aurussen van
onze voorouders.
En nu lezen we in de Observer van 13 Maart-, dat
ucn in de Lea-Vallei de overblijfselen van zoo'n
monster gevonden heeft. Waaruit blijkt, dat ze tij
dens hun bestaan ook Groot-Brittannië met hun
tegenw oordigheid vereerden. Hoewel de Amerikaan
zal zeggen, dat ze zich daar moeilijk zullen hebben
kunnen roeren, of, als ze eventjes hard liepen, kans
hadden van zoo'n klein eilandje af te rollen.
Doch laten we nagaan, wat de Observer zegt van
de overblijfselen van het voorwereldlijk monster.
Zoodra men het eerste beentje tegenkwam, werd
natuurlijk zeer voorzichtig voortgegaan met de op- j
graving. En ziet, het eene been na het andere werd 1
te voorschijn gebracht, afzonderlijk gelegd en zorg
vuldig bewaard. De Observer bevat een foto van de
overblijfselen, die ik hier, tot mijn spijt, niet weer
Aan geven. Zeer tot mijn spijt, want ik geloof, dart,
de afgebeelde beenderen verschillende lezers wel
zouden interesseeren.-
Het grootste stuk was een gedeelte van den kop,
met de oogkassen. Ook waren er nog een stuk of
wat tanden, die bij het opnemen evenwel uit de
kaak vielen. Verder beenderen, die klaarblijkelijk
behoord hadden tot een Jangen, buigzamen nek.
Welk beest het geweest is, kan nog niet uitgemaakt
worden. Eén ding is zeker, zooals de verslaggever
van de Observer opmerkt, het was een reusachtig
reptiel uit de duistere, voorhistorische tijden.
Verondersteld wordt, gaat de verslaggever voort,
dat men hier te doen heeft met een monster uit
het Mesozo'ische tijdperk, in grootte overeenkomende
r et de dinosaurus, den voorwereldlijken reus, dien
men enkele jaren geleden gevonden heeft in Wy-
oming in Amerika.
Deze dinosaurus, of liever de beenderen er van,
heelt men op vernuftige wijze weer in elkaar ge-
£Ct. Hij staat nu in het Carnegie Museum te Pitts-
burg, en afgietsels er van in het Natural History
Museum te Londen, en in een museum te Weeneii.
Beide afgietsels zijn cadeautjes van Mr. Carnegie.
Het Londensche heb ik meermalen gezien en be
wonderd, en mijzelf verwonderd over een tijd, waar
in zulke kolossen de aarde bewoonden. Deze ge
vonden dinosaurus, dien men den naam Diplodocus
.Carnegii gegeven heeft, is 4Vt M. hoog, en meer dan
25 M. lang. Een heel werk, om om hem heen te wan
delen.
En hij was waarschijnlijk nog niet'eens de groot
ste. Daar is de Tyrannossaurus Rex, met tanden 1
van 25 c.M. en voetjes, die bij het neerzetten meer
dan een vierkanten meter van onze aarde bedekten.
Niet moeilijk moet het geweest zijn om zijn spoor te
volgen. Tachtig duizend kilogram moeten die hee- i
ren zoo ongeveer gewogen hebben.
Een ander monster, hoewel klein bij de voorgaan-
de vergeleken, had den grootsten kop van alle.
Daarop bezat hij drie geweldige horens, terwijl zijn
lichaam bedekt was met pantserplaten, die elke
aanval van zijn grootere broers uit den aard der
zaak hopeloos maakten.
Doch, zoo besluit de verslaggever van de Obser
ver zijn belangwekkend artikel, waaruit ik deze
bijzonderheden heb overgenomen, hoewel al deze
monsters in Amerika thuis hoorden, is er reden
om te gelooven, dat hun tijdgenooten hier in En
geland de meesten. van hen de baas af weren. Wie
weet, of thans niet een mededinger van de Ameri
kaansche monsters gevonden zal worden in En-
gelschen grond, om een plaats te vinden jn hot Lon-
densch Natural History Museum, na onder onze voe
ten geslapen te hobben vier honderd duizend Jaar,
of veertig millioon jaar of hoe lang?
Ja, wie weet/.
De Observer van 20 Maart, precies éón week la
ter, bevat het volgende ingezonden berichtje van
den heer A. Smith Woodward, van de' Geologische
afdeeling van het Natural History Museum tc Lon
den:
Aan den Redacteur van de Observer.
Geachte Heer. Mijn aandacht werd getrokken door
een artikel over de Enfield Dinosaurus in uw blad
van 13 Maart. De foto, die u afdrukt ter illustratie
daarvan, stelt voor den schedel, de tanden en andere
beenderen van. een gewoon paard.
Hoogachtend,
A. SMITH WOODWARD.
Trekking van 600 nummers ten
overstaan van Notari» A. G. MULIE.
Woensdag 5 April 1921.
Pril* vmn 2000 5908
1500 .*>97 16372
1000 18062
■100 14435
>00 5381
100 24.
Prtjw
-s-o 3«il
90.
25 3006
26 3110
87
S8£B 11517 1301»
II 5» 3 5
80 53 11518
80 91 5120 9185 11733 1«52
IS sJ «S SE 1.8Ü !i*o "I
79 3929 13 W 73 17109
77 53 96 17259
88 50 14415 17312
90 1]
^6 95 9642 M A4 17505
3656 6620 9701 12114 14522
613
20
24
P3
708
1523 91
58 6401
73 6517
70
88 6749
78 3703 6858
97 64
931
1029
37 92
1118 3993
62
79
1227
64
19213
73
19329
NOB
44
48
73
07
19669
19708
76
19866
19031
92
20CO9
33
73
20110
32
20210
92
4211
72
94
1402
49
7346
10210 1
51
4424
75
58
69
39
7406
77
1507
4567
7
10305 1
1693
4600
26
40
17.43
42
28
87
1829
51
81
10412
34
53
KS20
61
1983
75
73
77
2112
96
7635
86
ts>
4717
50
10541
22ul
73
71
10735
37
4931
7730
41
51
5003
57
80
b2
10
87
97
69
44
7825
10808
2330
85
61
41
36
sa
7919
55
67
5142
51
88
72
5242
69
10927
06
98
91
5323
96
50
8034
68
2490
32
58
88
2552
5467
67
97
56
87
93
11021
2625
5542
8111
25
79
2807
A,»
VSJ 55
82
87
91
11114
28
9635
93
31
3905
8207
13
8800
S3I3
92
22
83
15
1125?
74
K19
0471
11380
69
41
11407
91
6012
8701
73
f
f
i
•d H9
ImV
w\/ nPTi.i
55
XM08
27
38
73
20547
20614
39
67 "32 --
20 TT 49 93
30 84 5! 17709
45 12224 14739 49
53 45 48
70 0962 9816 70 14806 11800
72 7019 9»! 12303 M 8
86 10009 31 14920
9? 1| ö«n 15056 17926
"3 m\\ .aoïï
m8 15242 18110
516 58 27
59 71 33
78 15316 44 W
700. 90 46 88
19 15400 81 20707
60 22 &S 26
75 60 18299 20830
808 90 18301 70
304 15542 29 2O0«
1035 45 82 15
38 15721 1843-; 32
67 29 70 47
74 32 79 93
94 71 87
1184 15813 18557
£204 14 82
7 64 94
8 15613 18633
21 24 45
67 52 48
3372 16063 94
3436 98 18715
50 16238 20
63 43 49
f2 50 92
78 73 18B0i
3608 16323 64
13705 33 00
11 49 1S042
at Oi
13804 73 10032
16 W517 44
2! Tl 65
ga 94 19148
gv 16712 u
Trekking *»n 100 nummtn t»n
oiraretaan van Notari» A. G. MULIE
Donderdag 6 April 1921.
700 5323
100 17»
Prtj*« na I 90.— (ctQ«r. <)tkf)
*38
5018
6358
93
9133
1152C
16106
20114
74
5105
0827
8212
0272
11797
16291
19
398
17
94
55
9671
12046
16443
20431
504
27
8836
76
10112
12272
10883
aÓBM
2386
70
52
8302
f-0
13506
17030
24 >5
98
5283
7021
6
10214
«3866
17466
WB.T
5403
7773
96
10534
14304
17613
20982
260!
5585
73
8402
10738
14732
50
2968
97
8ï
3
11168
14832
78
4232
5650
7811
W 35
11322
14956
18392
4361
5644
19
8630
40
15062
18417
94
6226
20
8874
98
15146
1857»
«598
88
70
8914
11447
73
18795
Vorige ÜJtt Rond 5291
m.z. 5201. 7919 m
7010.
10444
aui. 10454.
20947 m
2ff-n.
Bedenk eens wat ik voor je-geleden Iheto."
Er volgde, nog heel wait meer in di-en geest. De
anderen 'werden ongeduldig. Tien slotte deed Jack
een stap vooruit,
„Tijd!" zei-de hij. „Je zegt telkens hetzelfde. Nou
is het mijn beurt".
Husky zweeg.
„Nou spreek ik voor mezelf", zeide Jade. „Ik toen
de ou'dste hier, maar 'bij lange na nog niet oud. Ik
toen de leider vani deze expeditie. Veertig procent
van de uitrusting toehoort aan mij toe. Dat wil zeg
gen, dat ik tweemaal zooveel bezit als de anderen.
Ik kam je dus goed tonderihould-en. E-n een meisje
moet daar zeker aam denken. Maar dart is natuurlijk
niet alles. Je moert 'er mij toij opdien koop toe nemen,
niet waar? Ik toen oud' genoeg, oto te beseffen hoe
gelukkig tok zijn zou als>ik jou kreeg. Ik zou je
goed behandelen. Wiaor je ook vandaah mag «komen,
je bent een prachtvrouw. Je hebt ons een flink lesje
gegeven. Tk 'ben eerlijk genoeg, om dat te bekennen.
Ik zeg, dart. ik mijn hoed voor je afneem. Wil j-e mij
hebben?"
Beia's gezicht toonde niet de minste verandering.
Zij wendde zich tot Shanid.
„En wat heto jij te pegtgien?" vroeg -zij.
'Shamidis doodsbleek geizilcht vormde een treffend
contrast met zijn plkiz'warït "haar.
„fk toen geen goede spreker," zeilde hij. „Ik toen in
toet nadeel. M-a^r ik zal mijn -best doen. Ik wil je
n-ert zoo graag hebben als hij, al k-an ik het niet zoo
mooi onder woorden (brengen. Ik toen vijlf jaar jon
ger. Dat is al heel woit. Ik ben de sterkste. Dart. wil
ook wart zeggen in een land, waar je aan allerlei
dingen bloot staat Maar dat wou ik eigenlijk miei
zeggen. Als je mij neemt, zal j-e voor mij het mooiste
in mijn leven zijn. Ik zal tot mijn laaltertcn ademtocht
voor je werkten. Al wat eien- man1 voor een vrouw
doen kan, zal ik voor jou doen."
De drie and-eren keken Shamd verbaasd1 en ook
teleurgesteld aan, omdat -die stille in. dien lande zoo
welsprekend' toleek te zijn.
Joe bleef eerst zwijgen. Een bijzonder "vertrou
wen bezielde hem. Met zijn kroeshaar, zijn.glad'ge
zicht en zijn jong Herculisch lichaam h-aid hij daar
wiel eeniilge redien -toe.
„Zeker, ik begrijp heel goed, diat zij gelukkig zou-
dien zijn als'zij je kregen," zeide hij eindelijk. „Jack
is twintig jaar ouder dan jij en Shand en Husky
vijftien (Maar ik vermoed, dat je een jongen man
wilt hebben, wat? Hoe denk je over mij? Ik toen
vier en twintig W ij zijn allebei nog jong. Zij heb
ben hun- beste dagen gehad. Meisjes hebben zoo
haar eigen manier om pit te zoeken wat zij heb
ben willen. Daar toen ik het volkomen mee eens.
Neem ons eens go eid op en zeg dan wien je hebben
wilt,"
Zij deed, wat hij haar vroeg. (De spanning was
voo-r hen allen, ondragelijk.
„Zoo, n-u heb je ons allemaal gehoord'. Wat zeg je
niu?"
iBela was' het toonbeeld vian' omversdhilligheild.
„Br is nog eien andere man hier," zeide -zij.
Jack keek heel verbaasd. „Ben amidere m-ain? W-iê?
O', 'de kok! -Die toehoort niet bij ons. Die bezit n-iet
meer dan zijn hemd-, dat hij aan 'zijn- Liidhoam heeft'.'
(Bela haalde die schouders op.. „Je zegt dat je deze
zaak eerlijk wilt behandelen. Ik moet dan ook hoo-
ren, wat hij te zeggen heeft,"
Uier nam de zaak een onverwachte wiending. Zij
kelken ha-ar achterdochtig en woest aan. Zou een
outsider 'da race w-intnien?
-Het wel hun moeilijk den geminachten soepridder
als een ernstigen mededinger te beschouwen, waar
om zij het ten slotte voor coquetrteri.e v;an Bela
hielden.
„Goed", zeide J-aclc. „Wij' wi-llien ailles doen om je
te verplichten." Hij ging naar de déiur -en rie.p Sam.
Na e-eniige oogenbli-kken kwam- d«e!ze; zijtn haar zat
nog ini de war, hij- had' nog een kleur van de slaap
zijn' tolauiwe oogen -keken boos.
„Wat moet j-e nu weer van me?" vroeg hij. „I'k
mag blijkbaar niet uitslapen."
„Daar hebben we het nu niet over" zeide Jack.
„We vragen aan Bela e>en van ons te Me&eri en voor
goed- een eind aan de zaak te maken. Wij hebben
allemaal gefeegd wat wij te zeggen hadden, maar zij
wdil ook tbjooren wat de kok in het midden te brengen
heeft vóór zij een besluit meemt. Spreek op."
Sialm schrok nu klaar wakker. Hij werd bleek en
keelt Bela met een woest.en blik aan. Het scheen
hem een vreeselij.'ke (toespottiilng van iete heiligs toe.
Hij' haartite haar, dart zij zoo iets toestond. Hij over
woog nd-et, diat zij' het misschien nlelt had' kunnen
verhinderen. Zij keek hem nd-et aam.
„Versta ik het goed?" zeide hij1 stijtf. „Hebben jul
lie hoor -aJUetoaail tegelijk -om hoiar hond' gevraagd?'
Wordt vervolgd.