AlEtKtl Bitlis- Van RijswijR's Schoenhandsl en Schoenmakerij, Raad van Zijpe. Woensdag 27 flpril 1921. 64stc kïaargaog No. 6812. UITGEVERS: TRAPMAN A CO.. SCHAGEN. DOKTERSKWESTIE biedt O bij het kooper van een paar schoenen alle voordeelen. Eerste klas werk en beslist billijk gestelde prijzen. SCHASE COIi Dii blad verschijnt viermaal per'week :Dlnsdag, Woensdag, Donder en en Zaterdag. Bij inzending tot 'a m. 8 uur worden Advertentifin rooieel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTCHEQUE en GIRODIENST 23330. INT. TELEF. no. 20. Prijs per 3<maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN TIËN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 ct. (bewijsno inbegrepen). Groore (letters* worden naar plaatsruimte berekend Vergadering op Dinsdag M April 1921, des mop- gans ten 11 uur. Aanwezig alle leden. Voorzitter de heer Jb. de Moor, burgemeester, secre taris de heer J. A. de Boer. Na opening dei vergadering volgt goedkeuring der -notulen. De heer Hooij vraagt het woord om iets te zeggen over de vorige spoedeischende vergadering. Voorzitter zegt dat alles wat de dokterskwestie betreft, kan worden besproken bij punt 6: ontslag aanvrage Dr. Oudendal. De heer Kapitein bespreekt het lastige voou moe ders en jonge schoolkinderen om den schooltijd te regelen naar den nieuwen tijd. Spr. wil de school tijden veranderen. Voorzitter ia het met den heer Kapitein eens, maar betwijfelt waar het een paar jaar geleden ook is mislukt, of de schooltijden wel veranderd kunnen worden. De heer Kapitein wijst op Warmenhuizen, waar al les nog op den ouden, tijd gaat. Voorzitter vraagt of dit zoo is? De heer Bruin bevestigt dit er aan toevoegend dat de schoolopziener thans wil dat het volgens den nieuwen tijd gaat. De heer HooiJ acht de nieuwe tijd eon groot be zwaar en is hét met den heer Kapitein eens. Het is voor kinderen en ouders in een plattelands plaats een onoverkomelijke last en het moet ver anderd. En als de schoolopziener zooveel macht heeft dat zulk een groot belang door hem kan wor den gedwarsboomd, dan acht spreker het noodig om n^et verschillende gemeenten samen te werken om te pogen daarin verandering te krijgen. Voorzitter belooft, dat B. en W. alles zullen doen om verandering in deze regeling te krijgen. Door Ged. Staten is goedgekeurd 2e suppletoirs kohier Iloofdelijken Omslag 1920, geldleening f7000, 2e suppletoir© gemeentebegrooting dienst 1921, vast gestelde verordening opcenten grondbelasting. Ingekomen zijn: verslag Militair Tehuis Helder, dito Westfriesche Kanaalvereeniging, dito Commis- eié tot Wering van schoolverzuim te Schagerbrug, dito Gezondheidscommissie t9 Schagen. AI deze verslagen zullen circuleeren. Uit het procesverbaal laatste kasopnamê bleek, dat in kas was en moest zijn f 16541.95. De heer D. de Leeuw had bericht gezonden dat hij zijn benoeming tot lid der schattingscommissie in- komstenbelasting aannam; van mevr. A* Schipper— Koopman dito bericht, benoeming lid plaatselijke schoolcommissie. De heer T. Ypma vraagt ontheffing aanslag Hoof- delijken Omslag over de jaren 1919 en 1920. B. en W. stellen voor hierop afwijzend te beschikken Allen voor. Voor de schietwedstrijden van vrijwillige land storm en burgerwachten wordt een bijdrage ge vraagd. B. cn W. willen dat voop' kennisgeving aannemen. Allen voor, Dr. Oudendal vraagt tegen 1 Juni a,s, ontslag als gemeéntegeneeslwr on schoolarts. Bij punt 6 te ehandelen, De hoer L. Zonneveld vraagt ontslag als onder- wijvi r te St, Maartensbrug, Te behandelen bij punt 9. De beslissing over 'sRaads besluit over verhuur onderwijzers-woningen, deelen Ged. Staten mee te verdagen. Van den voorzitter van Ged. Staten is een bericht ingekomen oyor de verordening regelende .de bij dragen der ouders in de schoolgelden aan Alkmaar te betalen. Eerst bij een inkomen van f 6000 en daar boven mag dit schoolgeld geheel voor rekening dep ouders komen. Aan dit bezwaar stellen B. en W. vóór te voldoen, niet evenwel waar percentages zijn genomen en vaste bijdragen worden verlangd. Deze percentages willen B. en W. handhaven. Verder ie verordening te regelen: minder dan f2500 vrij van schoolgeld, f2500—f3000 12% bijdragen door de ouders; f3000—f3500 f25 f3500—f4000 37% f4000—f4500 50 f 4500—f5000 62% f5000— f5500 75 f5500f6000 87% f6000 cn daar boven de gehecle bijdrage te betalen door de ouders. Algemeen wordt deze regeling goedgekeurde De heer L. Hazebelt vraagt ontheffing van art. 19 der Bouw- en Woningverordening, dat voorschrijft 10 M. uit den boezem van den weg te bouwen. Adres sant vraagt 8 M. uit den boezem te mogen bouwen, 's gelijk de rooilijn werkplaats Dekker. Allen voor. Is ingekomen de bekende circulaire van den mi- nistor van Binnenlandsche Zaken over de voor schriften over de zorg voor het uitbestede kind. B. en w. willen bericht zenden, dat in Zijpe geen kinderen te besteding in gezinnen worden opgeno men. Er bestaat een Tehuis voor Ouden van Dagen en een Weeshuis, die aan de gestelde eischen- vol- dpen, terwijl het reglement van het Burgerlijk Arm bestuur reeds de noodige voorschriften heeft, Al len voor om in dezen zin te schrijven, Volgt oen brief van P. van Buuren met een klacht over hot gezin van D. Tames. Hoewel aan den Raad gericht, is dit een politiezaak. Wordt nog gelezen een adres van do afd. Zijpe Tnn £en Nederlandschen Bond van Arbeiders in het Landbouw-, Tuinbouw en Zuivelbedrijf werkzaam en van den Bouwarbeidorsbond, met verzoek om do Bttingsuren dor arbeidsbemiddeling vanaf 1 Mei zoo werkeloozen op alle werkdagen 5 uur zlcl1 kunnen vervoegen^ Naar B. en W. om prae-advies. H ?„I?,r!mn<Umeï het feit' dat de Gemeentelijks aoofdeljjken Omslag straks, 1 Mei 1922, door het I»,- worden geind, wordt voorgesteld om dit aar eon kohier van den Hoofdelijken Omslag op te M?rtLV°i,0r maande"- Na een paar opmerkin- vooden rCQ Hooij en Appel, algemeen goedge- voorstel tot verhooging van het salaris der Tpleegsters. B. en W. stellen voor de jaar- 19*1 1fr ^'JkverPlee?sters met ingang van 1 Jan. d»i M ?eJ'a!en °p f2000.—, benevens f100 voor elk „;lt"plomas t-bx- en kraamverpleging en f100.— voor vergoeding rijwielonderhoud. voorzitter licht toe dat al tweemaal ia geprobeerd ee° verpleegster te krijgen, maar bet is niet ge- bot vela wcrk d"t hier is en de Etoote uitgestrektheid van de wijk, willen B, en W, het -probeeren met een hooger, salari,. De heer Hoolj ziet het tekort in sollicitanten niet alleen in het onvoldoende salaris. Het is' in een plaats als de onze een moeilijke taak. Spr. wil het salaris niet direct met f 500 verhoogen, het eerst eens probeeren met f1750.—. De heer Di|gmum is bet imet Bl lens >Wl ieens, beft 5ö eien igirioioite en uditigielbirieiidie wiijlk., rterwtp bet ie ven biier voor idiei zuuslteonsi idluun Ba. iZijj hebben f 1000 cnioio- •dhJg] voor ziji blarn zichzelf (toekomen. Die beier Kapitein informeert of idü't walatria over- i&enWnt met «dien eisch ider vakveroenöigiiing Noso- kjomos. ViOorzditit'er: Het is er inJoigi f 200 boven. De heen Haogliainidi wil1 indlert mat 1 Jan. ,1921 met bet verhioiogdlei saiairdis heiginnien, wed als idle mieu- wie/ zuster to functie komt. Dan- schept mion igieien otnjgelajkhjedidl (tegenover de vertrokken zuster. Die beer .Van -dleT SUluljB? 'licht toe, «diait bel die be- dioeOing is, ook die vertrokken zuster vanaf 1 Ja nuari' 1921 het verhoogde salaris rte geven, o-mdat B. en W. tot die overtuiging zijn gekomen, dat het Saiairils «dlaiti thainis wordlt gegeven, rte laag is. Het voorstel' vain' Bi ien W, Wordlt taangehomen mot iaiüelen de heer Hooit teigien. JDni idie vaooturle Jh.Bos iCz. wis zetter b'ij Rijks dH- re-cde belastingen wtordltl dloior Bi. on W. als dubbeltal aangeboden.: cno. 1 Jb. B-ellks, Bungeaforug; ien nio. 2 C. Snuit, Bungerbrug. Algeaneen -goedigevoandien. Ais ilddi dier commdiasie vOor -dien Hoofdledijken oan- Slag hadl die beer A. Kapiteün bediamM, terwijl do beeren {Bruto en Appel laiftredlen. iGiekozien wordien de hoeren Appel, Bruto ten -Nlatoinis, idlie hiito betnoemiiing aaipineinen, Voexretel van B. ien W. orn Dri. A. J, Oudiendal met toiganig van 1 Juni iaua zeer eervol .ontslag te verleden laüs (gemeientehgleneetsbeer len soboolaurtls. Voorzitter z&git, jdlajt de Riaad' ziet, idlalt B. en^W. hier ikoimien atoe-ti het voiorsital om Dtr, Oudiendlal zoor -eervol lomtsülaig te' igeven on tnieit 'lailfloen eer vol. (Nlalar aanleiding vam' betgleien ier gebeurd' is, wat er getsprokten en geschreven 'is dinl de counanlt, melen ik, dat bet dooldigi is, «dlat ik dJeh Baaidi moo- dieel, diait «Ut voorstel vanl B' .en1 ~W. genomen is met aligemeene stemimjen. Ik zeg idit, loandlat men wellicht zou kumben verondlerstelllen, dlat naar aanleiding wat er de igleptasseerdl, dlat .er ito' B len W. is to djezo zaak eien me-ercberh^edJdl ien oen mtoldledheiidl Ik «tei er prlijis op, -te verklaren, dlat diit miiet het geval is. Tirmwlen®, diit ontslag «tialat Ootk geheel buiten alles wat er is gebeurd!, on viel' hot flft. len W. ook niot moeilijk, ém <ïit ontslag zeer eervol' voor te stellen. Immers, allen zullen berti eo* mee .eiens zijn, dJat Dr. Oudlend'ali in de 3 <olf 4 jiaar idlait ïhiji iml Zijpe dlotkter Js geweoat, geble;klen ils, te zijdx oen zeer knap arts. 'Eb izobllang (afls idir.Oudiendlalli hier dis, beeft B. en Wl olok nDOioilt over bem lail's gem-eente-tgenoesbeer elenige -klacht bereikt. Ik was miet van plan oiro. deze dokiterskwestie verder ito dien RlaiaJdl ter «paake te brengen. Maar i!k la-chlt bet mijn pliilchit, dlat te doen ■naar aamlleiidtog vialnl «eon ingezondlen stuk dm. de Schiager iCrt. van idlen beer Ilooij. Ik- wil (niet to' alle ftoress-es Op idlef zaak ingaan, ik iwll alledn ietö moedte-elen-. Bic. beb miot idle bedbeMng om ook axuajar. ito leonig opzicht mijin (kiamt ischioon ibeo praten, ik wil- aoKxaJls reedia gezegd!, alieten iets meedeelen En' diajt ais dit: Toen bet -bekend! werd!, dlat «dir. Ou- dJendal' «die gemeente zou verlaten-, heb ik len «anderen het pl&n gei\x>rmldl om vorandleatog to dien beistaan- den tcostaind! te krijgen. Dr. A3ldler,sboff heeft ge- Cgldl om pulejktijk leni buiis van Dtr. OudlendlaJ te pen. Toen dlat mislukte, rerandlerdle idle kwastiie, Toen Sis idlóio-r mij' met personen zloio-wieil hier iaJ]is to GaiLlanbSoiog,.,göpoiogdl het «dlaiamheen te lefild/en Dr. Al- dletrohoff itipt üjidlei'ijik gemeonte-igieinieieisheer, benoemd te krijgen aotodra Dr Oudlendjail zijln ontslag zou krijgen. Daiardloor' todh zou biet Dn. Ouxifendlail niat zoo gemakkelijk Vallen bui® on praktijk te verkoo- pwn tón zou «dia gemeente hier die gewenschte me- diazeggenschlap hebben verkregen.. lElen diodier «diie mat «mijl idleize zaak beeft vloiorgeisjbalainl, zal verklaren., idlat zoo feitelijk (die zaak' lis gegaian. Ik '-erkten, wat dik dm dia Sdbager Counalnll ook aJl reedis heb. igedlaian, diait die tmiainlier, wiaJalnop dik diait, beb behiaxnidleld! Indiet goed is geweest, on «daarom wil ik Ook bier mijin spijt -be- 1 tuigen- dlat Sik mij- dlaJarvoor beb -laten vdmidlen on diaaraami beb m-eegebolpienL Het ils gebeiurdi, en1 dik zeg miogmialals, bet dis inliet goed' geweest Tevlenis wtit 4k- idlilt zeggen: idlat' dik een, lamdere kijk op die wuak beb gekregen. Ik ben zelf® dlitmgfen- aain de weef gekomen, dte bdj mijl «die vraiag hebben doen opkomen,of Wat mijl als bewijzen zijn voorgelegd, wel wiaarh'edid! bevatten-. Ik beb tevens «eien iamid!er oor deel gekregen over Dn. OudlendlaJ' en- dik wiil wel diit zeggen, «dlat ik iddingen, die ik vroeger heb gezegd, op «dit oogenlbbik (niiet zou herbalen. Tuaschen Dr. Oudendal- en mij1 is op vrtenidlschajppe.iljko wijze de kweötiie bijgelegd len dik beb Dr. Oiudendal al-s ieteii miarn: vatni karakter «l-ecren keneien, idlie ik 'ails zoo danig Waiardleeai liet resultaat is geweest, dlat Dr. OudlendlaJ' en dik elkaar nu goed hebben Jeepen kjenmien ten «die kwes tie tussdhlen onis op de meest vriiendschnppelijke wijze i« opgelost, «en bljgel-ogdt Niet laJleon met Dr. OhidJenidla.1, imiaiar look met' dlei Üxeeiden welthtoudèrs h-eb ik de gebeel-e zaïaJk ondier de oog,en gezien len besproken. Em: ik zeg idie weitipioudleris daink voor idle ro'yale ion fltokie -en ioriafbüinkeQijke wijZe waarop zij mij bun oordieed hebben gezegdl Wij1' hobbhn op dJe beste wijze jdd kwestie dn der mton,e geechdkf. Na«d]at de zaak op deze wijze wais geregeld en ge schikt, wats ik zeer verömiaisdl van' «die hand vam' «dien heer Hooij' to idie Scbager Crt. oen tstulc ito lezen, waarin hjj zoo scherp tegen Dr. OudlendlaJ optrad. Hetgeen ik van dien klalmt, van! «dien heer Hioodj1 met de bewuste bilijevcn beb ondiervonden, (nlod-pt mij, het' 'spijt -mijl het te moeten zeggen, Wamt die hoer H-ooij zal bet' mij. erg kwtaJijk nemen, te verklaren, dat men voorzichtig «doelt met- niet al-les kltak/toeloois te geilooven wat die heer -Hooiij.lover deze zaak beeft gezegdj ien geschreven, 'of over Dr. Ou- dlehidlal', of wat. loiolc. Toen IJooij ziag, dlat «die zaak fout ltilep«, beeft hij idlo bewuste brieven ihan Dr. Oudlen dlal' ter hianidl ge.st&ldl met de bijvoeging 'dlat' hij idiaair- mee mocht -doen wat hij1 wilde. Toen- Hoolj ontdiekte, dlat de ziaiak tusschlen Dtr. OudlenidiaJ en mij werd! bijgelegd^ -en «geschikt, was j hem dlat minder laiangemiaain on- zooiala Hooij itoen I met die braovien beeft gphamdeld' komt voor 'een fatsoenlijk mam niet te pa®. Ik méén hiiier ito kunnen zeggen», en niet ailflieen dk, maar oneer dieren zeggen het met ihiji, dlat, hoe ook dCor mij- to deze dloktenskwestiie is gehamidleidl, dJoeit hij «die beoordiee- Inmgi, dlaarvani' niets Iter zakie, mien elkaar zoo miet mag behamldlellenj, dlalf klomt miot te paia. iEln ik wil- hier zeggen, idlattJ mdieaniamd zdch bevreesd' h'oef-t te mlalcen ydlaifc Van) die verschillende besprekingen, o-f -bni'evlen' doior mijl to deiza «dokterskweisitliie lomitvam1- Igem, diets zaJl beikiend! 'wiordleni Ik heb die brieven1 to idie kachel geworpen en ik zou esn cAet een» eoniggebruik vam wUlien- maJoen. ilk wdJ «alleen mog iet® zeggieni, (Hooiji heeft xie brrue- ven- öiami Dru OudlendlaJ igegervtón ioan er mee te doen wlat deze wenschite. V,eaidleoi zegf Hiodiji, het «oinv:er- «anitwoardle'MjkNte vtodlen, tdlat Dr, OiudendlaJ er ge bruik van1 heeft geanaakL Dat d® zqer met elkaar in strijd. Verder schrijft Hoodj, miert te zullen (toelaten, dat! Dr. Oudjendai mij zioo beJuamjdieflit. (Laart ik idien heer Hooij zeggen, dlat dk «op zijmi bescherantog miert gesteld; ben, en dlat ik tol deze moeilijke kwestie mij zelf hoop te redldlen, overtuigd! tabs ik ben «baar bij: op «ben steun! der bedde wethouders te kitonien rekenen. Ik aal op «die zaak mdiet verder, tolgtaiain en hoe er. -dlain 'ook verdier. ovör gesproken en geschre ven wordt, aai ik <etr miert ver dier op togalain, gnaiag lal® ik iaain -een -amid'.er het laatste wlöordl to deze gumi De heer Brak zegt, dat het hem genoegen doet dat voorzatter de openbairiige verklaring (aflegt diat «boor hem in dë dokterskwestie niet zoo is gehandeld als een burgemeester dat behoort te doen. Het doet spr. genoegen dat in deze de fouten zijn erkend. En net zal nu wel niet meer voorkomen dat voorzitter zich inlaat met gevaarlijke connecties als thans met den heer Hooij. Ik ben overtuigd dat voorzitter zeer voorzichtig zal zijn en het uit zal zijn met de intimi teit tusschen hem en den heer Hooij. Spr. uit zijn groote verbazing over de overhandiging van de brieven aan Dr. Oudendal door den heer Hooij. Eén (laad zoo laag en gemeen, dat het onmogelijk is dat de heer Hooij hier nog langer als raadslid zit. U deed zoo ingemeen, dat een elk fatsoenlijk mensch zich daarvoor zpu schamen. En het zou mij niet ver bazen als het weinige vertrouwen dat u nog in den Raad had, thans geheel verloren is en ik verbaas mij er over dat u nog den moed heeft hier te ver schijnen. Ook het vertrouwen van de kiezers zal geheel verloren zijn en ik kan mij niét voorstèllen dat iemand zooiets kan doen. En nu zult u aan stonds wel in het breede op de zaak ingaan, maar het zal u niet gelukken ons hier van uw goed jeebt te overtuigèn. Wij zullen hier niet gelooven wat u -zult zeggen, en de meestem zullen u nooit meer ge looven. ^Wat u gedaan hebt is van dien aajd, dat ik geen vertrouwen meer in u kan stellen. De hoer Hooij: Mijnheer de voorzitter, inag ik nu eerst even het, woord. Ik zal u dan éérst voor lezen hoe de zaak zich heeft toegedragen en dat ik dan ook wensch dat zoo in de notulen wordt opge nomen. Mijnheeu de Voorzitter. Het is u bekend, dat ik u omstreeks balf Januari schriftelijk mededeelde, dat iL- vernomen had, dat Dr. Oudendal de gemeente zou verlaten en u naar aanleiding van vroegere besprekingen in den Raad dezer gemeente gehou den, tijdens en nè, de benoeming van Dr. Oudendal als gemeente-arts te Noord-Zijpe verzocht, uwe me dewerking te willen verleenen om de gemeente praktijk in handen van het gemeentebestuur te krij gen, daar ik meende, dat er een schriftelijke over eenkomst moest bestaan tusschen het gemeentebe stuur en Dr. Oudendal, dat laatstgenoemde zijn praktijk en woning bij vertrek aan de gemeente zou overdoen, na overleg met het gemeentebestuur. Hierop ontving ik van u de mededeeling, dat er wel een overeenkomst bestond, dat Dr. .Oudendal, wanneer de gemeente een huis liet zetten, dit zou be trekken, doch geenszins zich had verbonden om hij - vertrek zijne woning aan de gemeente te ver- kóopen. Uit deze mededeeling volgde, dat Dr. Ou dendal, evenals zijne voorgangers naar eigen in zichten kon handelen en het gemeentebestuur dus wéér lijdelijk moest toezien. Ik dacht er toen niet aan mij verder met do zaak to bemoeien, tot u mij tijdens eene ontmoeting te kennen gaf, dat dit toch eigenlijk een zeer ongewenschte toestand was en wij onr, best hadden te doen om de praktijk en wo ning van den dokter, zoo dit nog mogelijk was, in banden der gemeente te krijgen, waartoe ik dade lijk bereid was mede te werken met alle middelen, rlio mij redelijkerwijs ten dienste stonden. Het was hekend, dat een bepaald arts, dio door een zeer groot aantal inwoners, zoowel Katholieken als niet-Katho- lieken zeer gewenscht werd, bereid was eene even tueels benoeming aan te nemen. Het was noodza kelijk dat wij zekerheid hadden, dat de een of an dere arts zijhe benoeming zou aannemen, daar, in dien wij met de zaak niet klaar konden komen, Dr. Oudendal zijne praktijk zou kunnen verkoópen en de mogelijkheid eene gemeentearts te benoemen was clan uitgesloten, omdat de Maatschappij van Ge neeskunde het een arts verbiedt, in plaatsen als de Zijpe, zich naast een anderen arts te vestigen. Om gekeerd zou Dr. Oudendal zijne praktijk niet kun- hien verkoopen als de gemeente reeds van een arts was voorzien en dit zou dan tot gevolg leiden, dat Dr. Oudendal zijn woning en praktijk aan de ge meente moest verkoopen. Ik verklaar echter nadrukkelijk, dat het niet in de bedoeling lag Dr. Oudendal door deze hande ling schade te laten lijden, maar door behoorlijk overleg tot een voor beide partijen bevredigende op lossing te komen. In al ruijn pogingen daartoe die in overleg met u geschiedden, werd ik ijverig ge holpen en bijgestaan dooij u on van een of andere afspraak met of toezegging aan Dr. Oudendal die in strijd zou zijn met déze handelingen ia mij nooit een woord gezegd; ik handelde geheel te goeder trouw,. Ik vond het niet zoo erg laakbaar dit alles te doen, zonder den straks vertrekkenden dokter hier in te kennén, omdat hij dan: lo. zoo hij dit wilde, in eens een einde aun alle moeite zou maken doos onmiddellijk; zijn praktijk te verkoopen, en 2o. heeft nog nooit een vertrekkenden arts oveb- leg gepleegd met het gemeentebestuur inzake de gemeentepraktijk en is zelfs een vorige arts ver trokken, zonder dat iemand daarvan iets af wist tn zelfs zonder ontslag te hebben gevraagd, U en ik informeerden hoe sommige leden van den Raad over deze zaak dachten en zoo hadden wij na hekomen informaties het plan gevormd de zaak te bespreken in de vergadering van den Raad op 14 Maart U. Echter vóór den aanvang der vergadering deelde u mij mede, dat er met de Wethouders niets te beginnen was en wij dus niet zeker van eene meerderheid waren, waarom ik dan maar niet over de zaak moest spreken.. Een paar dagen daarna ontmoette ik u weer en toen deelde u mij mede, dat de heer Nannis zijne bevreemding had te kennen geven over het stil zwijgen van het voorstel om een gemeentelijke arts te benoemen. De heer Nannis had u medegedeeld dat andere leden, van wien niet bekend was of zij wilden medewerken, het voorstel zouden voteeren en er dus nu wel een meerderheid in den Raad aan wezig was, Dr, Oudendal, vervolgde u verder, had 1 Maart zijn ontslagaanvrage moeten indienen, hij heeft dat niet gedaan, dus nu kunnen wij gerust een gemeentearts benoemen. Verder stelde u mij voor een spoedeischende vergadering te beleggen en gaf te kennen, dat Nannis er bijzonder op gesteld was de aauvrage te onderteekenen. In overleg me| U heb ik de vergadering aange vraagd op 22 Maart en als punt van behandeling eveneens in overleg met u: Benoeming van een waarnemend gemeentearts. Voor den aanvang van die vergadering werd ik verzocht bij u te komen en toen deelde u mij mede, dat Dr. Oudendal op 21 Maart na den middag in de vergadering van B, en W. was geweest en daar een kennisgeving van den Minister van Koloniën had overgelegd, waaruit bleekt dat hij geen ontslag als gemeentearts behoefde te vragen vóób zijne hutten op de boot, waarmede hij naar Indië zal vertrekken, besproken zijn en dat hij zijne praktijk inmiddels had verkocht. De vergadering die door ons was aangevraagd, was dus overbodig. Voorts vertelde u mij, dat de Wethouders mij niet zouden toestaan de zaak in comité te behandelen of van de agenda af te wij ken. Ik was niet heen gegaan toet de bedoeling oto van de .agenda af te wijken, noch om do zaak in comité te behandelen; ik had daaraan niet eens ge dacht doch ik begreep ten volle wat de Wethouders met die uitlegging beoogden. Ik heb aan hun ver langen voldaan; ik heb niet gevraagd de zaak in comité te mogen toelichten, maar over de benoeming - van een gemeentearts kon ik piet spreken. Er was toen geen vacature meer en had ik het gedaan, dan was het gevaar niet denkbeeldig, dat een arts als gemeentearts benoemd zou worden en hij, nu de praktijk reeda verkocht was, om bovengenoemde reden, voor die benoeming moest bedanken, Ik was er van pvertuigd, dat u uw bost voor de zaak hadt gedaan en daaróm nam ik op mij, alle gevolgen van deze mislukte vergadering voor mijne rekening te nemen en u hierin niet te betrekken. Toen ik eerst later op onverwachtte wijze in ken» nis werd gesteld met do. toezegging van u aan Dp. Oudendal en met de door u en bem gemaakte af spraak, waarmede alle door ons gedane handelin gen flagrant in strijd waren, doch waarvan ik steeds onkundig ben gehouden, toen achtte ik ook den tijd voor mij gekomen, den toestand hier weer te geven, zooals die zich heef^ voorgedaan. Had ik geweten wat op 26 Januari door n met Dr. Oudendal was besproken, dan had ik mij met deze zaak nooit ingelaten en ik zal u nu maajj niet vragen, waarom U mij dat niet heeft gezegd. (En1 mui wiil dk lamrtwotcxPdJeni op wart u om idJe hoeren hebben) gezegd U weet, idla/t .toen Dor. OudlendlaJ zijn eensite dmgeaocnidlen stuik' wlais .gëpdlaiartsb, u Zoandlaigs- momgion® iaJ] bdjl xniijl wia® en/ iu ra<et grootte wootndteni te heieir giing itiegeni DW. OuidlewdiaiL lEtai toen viroeg iu mi) u rte helpen1 laiatoJ eten tolgiezothdiop stuk* M,ert grootte woordleni zegt u tnlui, toijin' huilp odlet auoodtfig «te bob ben), rtotóru hiijikbtaia/r wel, Waait rtoen vroeg u mij u ie helpen laJami bert opcanaikjeni viain «eien ingezonden etuk. Ik béb u toen) gezegdj, dlart dik diait met piesJer zou «Hoon, mialajr dJart Ik laJüieienj «iie walaalhleïd zou scbirij- vonj, onnidlart eferu iedler mocht weten wart dik. to deze zaak had) geidlaiam. Dat wia® iloeiu ook -uw oveaituüigtog on u vroeg mij. toen iu «tocb rte hélpien (Voorzdrt/teP scbuidlt bat hoofdl( Dat moeit u mu ailert pnltklennen1, wiatnrt ik zou hert ondier oedion kuintnton bevesitdigien, U vroeg mij! u te helpen omdol lui zOodeta zoo moef- 'lijik koru idoern. Diait kumit u ïidiert lornrtkleitoen .Eia naar aainJieojdalng viaml uw bezoek en idie xojededeeltoig van) Dir. OudlendlaJ over wart ui hom biadl geziegdl op 26 Jipjn'ulato heb ik Dn. OrudienidlaJ opgezocht; Eln rtoen heb dik viami Dr. üudlenidlal gehoord), hoo of u zich rte- geniorvier bem hadl .uitgeHlartienJ over idlilen vendiomdleii HooiJ en geziegd! hlebrt, stioior j«e malor indiert aaini hein, er ds geien ootnrtilacrt, er dis niet laiain te. termen. (Er texen heb dk bij uw volgend betzoak goz>egdi, Maiaimdlag- miklldiag, mlam laat jij- je (ingezonden stuik maar rthuifl, houidlt hert maar to) je zak, verbraaaidJt hert' maar, wart andiers komt «er rog mie er. Je hebt to «dlezle heeJe g©- ischijeidlena® mijn1 vertrouwen verloren len wat je zegt is viatnl muil en geer er waardlet Ik heb u geradlen, laat «die zaak mlalan rukten», wart jie hebt hert leelijk verpeurtendL Toen ii® u) ulaJaii Dn OudlenidiaJ gegaan en van! Dr. Oudiendal is u weer (teruggekomen1 bij mij: to ziak ion taissche. Wlart haJdl .u itoen bij mij te doen ails u hert zfoo zordler mijl kor reddlen/? Je wa® geheel «ondier idlen indruk, Wart Dtr. Oudlendial' wilde raar idlen Commilssariis en ak inmeet jo reddlen. Tolen i® j'ö vrouw gekomien en idiat speet mijl, omdlat ik voor haain idie hoOglsrte aichttog heb, en het speet mij, 'dlat zijl de zaak Voor u moest pogen recht te makien.- Miaiar bo«e «dit' ook is, de ziaek was miert an der®. «Er omdiart Dr. Oudiendlal en ik riet sympar «thtok rtegienover elkaar stiaiar', stelde ik er prijs op te werten ,boe «die zaak ayu precies was len heb ik ham dis kostbare bewijzen getoond, boa ik to daaa

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1921 | | pagina 1