Alitmiti Bitlis-
Dinsdag 12 Juli 1921.
04ste Ho. 6853.
Een ParachifleaYontaur.
Uit en Voor de Pers.
Ingezonden Stukken.
Binnenlandsch Nieuws.
SCHA
Dit blad verschijnt viermaal per week .-Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Öij inzending tot 's m.8uur worden Advertentiön
zoo\eel mogelijk in het eerstnltkomend nnmmer geplaatst.
UITGEVERSTRAPMAN CO.. SCHAQEN.
POSTCHEQUE en GIRODIENST 23330. INT. TEl.EF. no. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent. ADVBRTEN
TlfiN vin 1 tot 5 regels f 1.10. Iedere regel meer 20 ct. (bewijsno
inbegrepen). Groote lletters?- worden mar plaatsrnimte berekend
Nooit van mijn leven zou ik het weer doen,
sprak hij, peinzend in het vuur starende. Het heeft
me te veel aangegrepen.
En langzaam bracht zijn trillende hand de siga
ret naar de lippen
Hoe- kwam je er ook in 'b hemelsnaam toe?
vroeg ik.
De prijs van 10.000 mark kwam mij aanlokkelijk
voor. Ik had al heel wat menschen met een para
chute omlaag zien komen en iets heel gevaarlijks
scheen het me niet toe. Bovendien was mijn enga
gement als trapèzewerker bij Circus Schumann ge
ëindigd. Drie honderd maal heb ik daar al in den
circusnok gezweefd en steeds ben ik er goed afgeko
men. Ook ditmaal dacht ik, dat mijn goed gesternte
me niet in den steek zou laten.
Voor die tienduizend mark zou ik drie dingen
doen: een tour de force aan het onderstel van de
vliegmachine, een aan den vleugel en den parachu
tesprong.
Kort en goed, ik deed het.
De dag der demonstratie op het Turkheimsrveld
brak aan. Hot zag er zwart van de menschen. Zel
den zijn op één dag zooveel loopings, tnnoeaux en
vrilloè. gedraaid als op dien bewustsn Augustusdag.
Het gezicht dier duizenden deed me onaaangenaam
aan. Ik kon het idee niet van me afzetten, dat al
die menschen waren gekomen om mij m'n nek te
zien breken. Een waarschuwend gevoel van een na
derend onheil bekroop mij. Rillingen liepen mij over
den rug, m'n handen waren klam. Nooit te voren,
zelfs niet voor het meest gevaarlijke trapèzewerk
heb ik me zoo neerslachtig, ja laat ik maar eerlijk
zeggen, angstig gevoeld. Toen ik een lucifer naar
m'n sigaret bracht, bemerkte ik, dat m'n vingers
trilden."
Zijn stem daalde, toen hij vervolgde:
Sindsdien hebben ze nooit opgehouden te tril
len. Nooit is mijn kalmte weergekeerd.
Vlak naast me stond Maxa, wiens L.V.G. twee
dekker mij omhoog zou voeren.
Om halfvier trok ik mijn pak aan, een bruine
nauwsluitende combination.
Nu moet u het springen met de parachute niet
als iets heel gevaarlijks voorstellen. Toen Garnerin
in 1797 te Parijs den eersten sprong deed, waren de
apparaten vrij wat onbetrouwbaarder dan thans,
Er zijn heel wat soorten in gebruik; het meest be
kende is wel het Heinicke-apparaat, dat vrij alge
meen in Duitschland bekend la. Het mijne was een
Holbein-parachute die zeer veel overeenkomt met.
het Hoinicke-systeem vertoont. Het scherm en de
touwen worden in een knapzak geborgen, die aan
den gordel wordt vastgemaakt. Do opgevouwen pa
rachute in den knapzaak is bovendien aan het vlieg
toestel verbonden met een kabeltje. Nadat de pa
rachute overboord is, trekt dit kabeltje eerst den
knapzak open, vervolgens de parachute er uit. Hangt
nu de parachutist met zijn volle gewicht aan het
scherp, dan scheurt het kabeltje zich vanzelf los en
het apparaat zweeft vrij weg.
Begrijpt ge, wat ik bedoel?"
lk knikte.
Laat ik dan verder vertellen. Het zenuwach
tige voorgevoel bekroop mo weer, toen ik voor do
fotografen poseerde.. Ik geloof, dat ik danig bleek
zag, althans Maxa klopte me op den schouder en
vroeg:
—Ben Je zenuwachtig?
Ik poogde te glimlachen, maar het ging me niet
goed af. Nonchalant knipte ik hot eind van m'n si
garet weg en droeg de parachute in de machine.
Het was vier uur. De vlieger zat reeds achter zijn
etuurrrad en liet zijn Benzmotor al vast wat draaien
cm hem op temperatuur te krijgen. Ik kroop on
der de machine, op het landingchassis. Mijn beenen
sloeg ik vlak bij het olie-stootkussen om de as en
mot, beide handen hield ik de spijlen die het wiel
met den romp verbinden vast. Ik veegde mijn klam
me handen aan mijn leeren buis af. Eensklaps wor
den alle grassprietjes als bij tooverslag neergedrukt
Een sterke luchtdruk deed me het hoofd omwen
den. Het wiegen en schokken van het chassis zei
den me, dat we over het veld taxieden. Dan houdt
de veerende beweging op. We zijn in de lucht. De
duizendkoppige menigte schuift onder me door; daar
beneden wordt gewuifd en gewezen. Naast mij draait
bet landingswiel nog langzaam door. Nu staat het
stil. Ik zie op de gummiebanden een paar gras
sprietjes, die wapperen en fladderen. Eén waait er
af. We maken een bocht, met het wiel, waarbij ik
zit, heel in de diepte. Dat is voor mij hot bewijs,
dat ik kan beginnen. Voorzichtig grijp ik de as en
met één knie er over, schuif ik naar het midden. De
as schudt en trilt door de explosies van den motor
die davert en loeit.
Ik gooi mijn been van de as en laat mijn li
chaam voorzichtig zakken. De wind buigt het naar
achteren. Nu hang ik geheel recht. Ik spreid mijn
beenen een paar maal van elkaar en klap ze weer
dicht. Even laat ik een hand los. Dan schuif ik weer
langzaam ln de richting van hot wiel. Ik klim op
den rechtervleugel. Wo beschrijven herhaaldelijk
curven en als de winddruk wat minder hevig is,
draai ik me achterstvoren en steek mijn voeten door
twee ijzeren ringen. Zacht buig ik het bovenlichaam
achterover, mijn hand laat de verspanning los en ik
hang vrij. De adem wordt me afgesneden. Benauwd
en hikkend poog ik lucht te krijgen. Nog een paar
seconden. Ik breid mijn armen uit, een paar maal,
Dan wil ik me oprichten. Het gaat niet. Do wind
druk is te sterk. Maxa mindert gas. Weer probeer
ik het en nu kan ik me langs mijn oigen beenen
omhoog trekken. Ik m&ak ze los en schuif over den
vleugel naar het schuitje.
Wo stijgen, onderwijl Maxa's mócano den zak met
het valscherm aan mijn gordel bindt. Het kabeltje
waarover ik zooeven sprak, maakt hij aan den rand
vast. Nog steeds klimmen we. Doodmoe zit ik op het
bankje, te hijgen. Onbostemd warrelen beneden de
groene weilanden, doorsneden met de donkere sloo-
ten. Geheel op zij het Turkheimerveld met zijn dich
te drommen bloeddorstigen.
Op 1200 meter beduidt Maxa me met een hand
beweging, dat ik springen moet. Ik durf niet. Eens
klaps schiet het me door t brein; zou ik een flauw
te voorwenden?
Dan verman ik me. Wat een blomoge, de meest
bekende accrobaat, die niet durftl Ik sta op, knijp
de oogen dicht, struikel over den rand en val. Ik
krijg opeens het beklemmend gevoel, dat 't scherm
weigert. De gedachte van een halve secodne! Maar
dan voel ik het uit den knapzak scheuren, een klap
van het linnen dat zich spreidt en dan een veeren
den ruk aan den gordel. Het is me, alsof ik aan een
groote veer. hang. Telkens springt mijn lichaam op
en gaat heen en weer als de slinger van een klok.
Dan eerst durf ik de oogen openen. Heel boven mij
ontwaar ik het witte baldakijn dat statig heen en
weer schommelt. En he,el hoog de L.V.G., groote
kringen beschrijvend. Ik zie Maxa wuiven en ik heb
nog de kracht den groet met een handbeweging te
beantwoorden. Ik daal slingerend met een valsnel
heid van vier meter in de seconde, schuin omlaag
We zijn twaalfhonderd meter, waarvoor ik dus vijf
minuten noodig heb. Weer sla ik de oogen op naar
de, witte wiegende baldakijn.
Groote God, wat is dat! Het angstzweet slaat me
uit. Het i9 alsof iemand mijn keel dichtknijpt. Ik
ben verloren. Het is mijn dood.
Een meter boven mij, even onder den metalen ring,
waarin de kabel waaraan ik hang, de uiteinden der
schermtouwen ontmoet, zie ik een bosje vlas, dat
golft in den winti. Naast het bosje verschijnt een
eindje gerafeld touw, nog'een, nog een. De kabel Is
aan het breken. God zij mijn arme Ziel genadig!
Steeds grooter worden de eindjes touw....
Daar val ik! Neon... 't is de wind. die de parachute
doet slingeren. Rillend aanschouw ik do groene wei
den, die heel langzaam, schier onmerkbaar, opstij
gen.
Ik voel een krankzinnige angst in mij opkomen.
Ik klem de kaken op elkaar om ze weer los te doen
en te schreeuwen. Ik gil, ik brul. Mijn keel doet
pijn. Ik bal de vuisten. Dan bid ik. Eensklaps denk
ik aan de nieuwe schoenen, die ik gisteren kocht.
Ha, ha, ha, aan de schoenen, mijn nieuwe schoenen!
Welk een dwaasheid om een dag voor zijn dood
schoenen te koopen!
Ha, ha, ha, ha!
Ik brul het met lange uithalen. Ik lach 'honend
tegen den kabel, die verder uitrafelt en nu voor drie
kwart stuk is. Ik wil dansen, mijn eigen doodendans.
Mijn voeten bewegen zich in regelmatige cadans.
Dood wil ik zijn, daar beneden liggen met de kno
ken door het vleosch stekend. Mijn mes voor den
duivel, om het touw zelf door te snijden! Ik kan
niet bij mijn zak komen door die leeren combination.
Stuk trekken den kabel! Ik wil suizen door de
lucht. Ik ruk, ik maak sprongen. Ik bijt in den
kabel. Los wil ik, dood wil ik zijn.
En steeds verder scheurt het touw.
Ik roep het, neen ik krijsch hot: Dood, dood,
dood!!!
Een gevoel alsof iets in mijn hoofd springt en dan
is het, alsof ik in watten weg zink.
Ik kom bij met een doodmoe gevoel. Ik ruk aan de
treklijn, om de parachute van vorm te doen veran
deren en sneller te dalen. Vlak beneden me gToene
boomen. De takken rijten mijn gezicht open. Zwa^t
tracht ik ze te grijpen. Tevergeefs. Nu komt het
weiland snel op me af. Ik bons op don gTond, hot
gelaat naar beneden. Diep wroeten mijn handen ir
de taaie modder. Een menschenmassa stormt op
rae af. Het witte baldakijn schrompelt ineen en valt
wapperend omlaag1. Nog even zie ik do L.V.G. cir
kelen, ln wijde kringep, een roofvogel gelijk. Dan
trekt ten tweede male een mistgordijn voor mijn
oogen.
Twee dagen later kwam ik in het hospitaal bij.
Een week lang had ik ijlkoortsen, waarin ik niets
anders schreeuwde dan: dood, dood, dood! M'n mes!
M'n mes!
Nu ben ik weer beter. Maar 's nachts in mijn slaap
zie ik nog steeds het fladderende uigerafelde hennep
en de breuk in den kabel. En die zal ik zien tot
mijn laatsten nacht.
Zijn beverige handen namen een nieuwe sigaret
uit mijn koker. En de holle oogen van zijn vaal ge
laat staarden weer in het knapperende houtvuur
van den haard, waar de vlammetjes met elkaar
stoeiden en dansten.
Telegraaf.
Dan hebt gij er spijt van, maar dan is het.... te
laat. Dan zijn velen uwer oud en arm.
Intusschen zullen wij niet rusten voor die onbil
lijke wet door oen andere vervangen is.
Met Ijver en toewijding zullen wij voor en naar
wij hopen ook met U krachtig strijden voor het pre-
mievrij Staatspensioen.
Het Bestuur der federatie Hollands Noorden,
A. DE BOER, Voorzitter.
H. LIMPERS, Secr.-Penningm.
A. ROMAR.
P. APPEL.
C. v. TWUIVËR.
BEZUINIGING.
Mr. J. A. de Wilde, de (a.-r.) Haagsche wethouder
van financiën en lid van de Tweede Kamer, heeft
volgens een verslag ln de N. Haagsche Ct. ln een
rede over actueele politieke vraagstukken gezegd:
Wat de financieele kwestie betreft, aanstonds zal
toegestemd worden, dat do financieele toestand zorg
wekkend is, tengevolge van maatregelen die in vo
rige jaren moesten getroffen worden. De socialisten
achten de financiële quaestie opgelost, als de verhou
ding tu3scllen rijk en gemeenten goed geregeld is.
Men acht het rijk in staat geld te verkrijgen. Doch
juist de rijksfinanciën zijn volgens sp. ar slecht aan
toe. In den laatsten tijd zijn vanwege-ónderwijs en
arbeid maatregelen getroffen, die het evenwicht tus-
schen in- en uitgaven verbreken. De staatsbegroo-
ting 1922 moet dan ook sluiten met een groot tekort.
Wij gaan een tijd van malaise tegemoet. Bij onze
buren is het wel erger, maar het eind zal zijn, dat
aan verschillende verplichtingen niet meer voldaan
wordt, tot schade van het volksleven. Laten wij ons
spiegelen aan het buitenland. Spr. gelooft, dat de
A.R. de roeping hebben, de leuze van gepaste bezui
ninging aan te heffen. De ontwikkeling op sociaal
gebied moet gelijk gaan met de draagkracht van ods
volk, juist terwille van ons volk.
Spreker meende verder nog als eisch te moeten
stellen voor 'n toetreding van de anti-revolutionnai-
ren tot een rechtsch kabinet, dat er een door de ker
kelijke partijen goedgekeurd program is betreffende
de defensie, de financieele kwestie, de sociale wet
geving en de verhouding van k8rk en staat.
VAN DE FEDERATIE „HOLLANDS NOORDEN"
»£X,DEN B0ND V00R STAATSPENSIONNEE»
RING.
Het zal nu wel van algemeene bekendheid zijn,
dat eigen-werkers en vrouwen van loonarbeiders
wier Inkomen of vermogen beneden zekere grena
blijft, zich vrijwillig kunnen verzekeren, teneinde op
65-jangen leeftijd een pensioen van f3 per week te
verkrijgen.
Mindor bekend is het echter, dat zoovele 50-Jarl-
gen en ouderen zich nog niet verzekerd hebben.
Het Is tot U, mannen en vrouwen, ouder dan 50
Jaar en vooral boven 55 Jaar, dat wij komen met den
ernstfgon raad: Verzekert u zoo spoedig mogelijk.
Het is ln uw elgon belang. Het is voor u voordeellg.
Er zit ln die verzekering voor u een stukjo Staats
pensioen. Hoe dichter u de 65 jaar thans genaderd
zfjt, hoe grooter dat stukjes la
u per week f 0.39 (man en vrouw samen
f 0.78,) vermeerderd met het achterstallige van Dec.
1919 tot den dag der verzekering. Kunt u dat ach
terstallige niet ineens betalen, welnu, de Raad van
Arbeid zal het u gemakkelijker maken, door u dit
langzamerhand af te laten doen
Zoo zijn ons echtparen bekend, die allo weken
f 1 geven, waardoor dan meteen het achterstallige
zoo zoetjes aan uit den weg wordt geruimd.
Kunt u ook dien gulden (voor iemand alleen wordt
het f 0.50) wekelijks niet betalen (wat met velen
uwer het geval zal zijn), wendt u dan vol vertrou
wen tot het Burgerlijk Armbestuur, of het Gemeen
tebestuur van uwe woonplaats. WIJ twijfelen er niet
aan of daar zal men u helpen. Plaatsen als Wierln-
gerwaard, Anna Paulowna, Heerhugowaard, geven
in deze reeds een uitstekend voorbeeld.
Blijft dus niet bij de pakken neerzitten. Met klem
en overtuiging roepen wij u nogmaals toe: Begrijpt
uw eigen belang. Geef u zoo spoedig mogelijk ter
verzekering op bij den correspondent van den Raad
van Arbeid ln Uwe gemeente. Straks als gij 65 Jaar
zljt en gij hebt u niet verzekerd, krijgt u.... niets.
MET EEN HALVE7N LITE RBLOED WAS HIJ
G2H0» 1 N.
Onder hef opschrift „Uit het Miütaire Hospitaal"
schrijft Ds. G. A. v. d. Brugghen, emeritus predikant
te Utrecht in het Utr. Predikb. Blad:
Eenige weken geloden kwam ik bij een Roomsch
man, die daar al van November af ligt, bleek en
zwak. Bloedarmoede. Zijn vrouw woont te Hilversum
met 6 kinderen.
Hij vertelde mo dat hij, volgens den dokter, met
een halven liter bloed geholpen zou zijn. Mijn vrouw
en mijn broer wilden me helpen, maar hun bloed
was niet gezond.
Toen hij me dat zoo eenvoudig vertelde, werd ik
beschaamd en dacht; ik moest als Christen toch
eigenlijk direct bereid zijn om hem van 't mijne te
geven, als het deugd genoeg heeft. Ik had haast
een advertentie in do courant geplaatst:
Wie heeft zooveel liefde voor dezen zwakken huis
vader, om zich een halven liter bloed te laten af
tappen." Maar het bleef er bij.
25 Juni kwam ik er weer. Het eerste wat hij zei-
de was: nu heeft verleden week de bloedinstorting
plaats gehad. En wie heeft zich nu daartoe geleend?
Zekere C. S., korporaal-werkman bij het vlieg
kamp te Soest, die voor een kleinigheid eenige da
gen in het hospitaal moest doorbrengen.
Deze man, Protestant, op de bovenzaal liggende,
was, toen hij- van het geval hoorde, terstond bereid
een halven liter bloed af te staan. Zij moesten sa
men in de operatiezaal komen en zoodra het war
me bloed uit den arm van korporaal was afgeno
men werd het in den slagader in het been (de ade»r,
die naar het hart toevoert) van den patiënt overge-
slort. Daarop is koorts met koude rillingen gevolgd.
Maar hij voelde zich beter. Laat ons hopen, dat hij
geheel herstelle.
Maar vindt gij het niet heel mooi die toewij
ding van den een voor den ander? Van den korpo
raal voor den soldaat? Den Protestant voor den
Katholiek, van den gezonde voor den kranke?
De ouders van S., zei de patiënt, zijn geloovi-
ge menschen, maar hij zelf gelooft nietr
Hij heeft, antwoordde ik, van zijn ouders het
beste geleerd wat er te leeren is in de maatschap
pij: liefde bewijzen aan den naaste.
Ik heb, zei de zieke, niets anders kunnen doen
dan hem bodanken, want ik bezit niets.
S. is alweer ontslagen uit het hospitaal, maar zei
bij 't afscheid:
Als er nog een halve liter noodig is, moet Je
't maar laten weten.
Dat ouders bereid zijn tot zulke opofferingen voor
hun kinderen, spreekt van zelf, maar onder men
schen die heelemaal niets met elkaar hebben uit
te staan, zal zoo iets niet zoo vaak voorkomen.
Eere aan dien S.!
HET KATWIJKSCHE CONFLICT BIET GED. STA
TEN.
Katwijk, 8 Juli. 1Hedenvoormiddag vergaderde de
gemeenteraad ter behandeling van een voorstel van
B. en W. tot wijziging der begrooting, dienst 1921, in
verband met een schrijven van Ged. Staten. In de
vorige vergadering had de Raad met op twoo na al
gemeene stemmen geweigerd de door Ged. Staten
voorgedragen wedde-verhooging van den Burgemeea
te»", den secretaris en den gemeente-ontvanger op de
begrooting te brengen. Ged. Staten nu hadden, doen
de wat, anders des Raads was, de posten no. 5 71,
73 en 74 dezer begrooting met een totaal bedrag van
f5500 verhoogd en verzochten den Raad voor dozen
uitgaaf dekking aan te wijzen.
Het conflict had ook beweging onder do gemeen
tenaren verwekt.
Na uitvoerige debatten werd wederom mot 12 te-,
gen 2 stemmen (die van de beide wethouders) be
sloten niet aan het verlangen van Ged. Staten te
voldoen. De voorzitter merkte op, dat men nu niet
verder mocht gaan dan over 50 pet. van de op de
begrooting uitgetrokken gelden te beschikken, wat
ten gevolge zou hebben, dat aan de werklieden en
beambten a.s. Zaterdag geen loon zal kunnen wor
den betaald.
Men besloot echter daarvoor de post „Onvoorziene
uitgaven" aan te spreken, zoodat voorshands de
werklieden en ambtenaren nog niet de dupe zullen
worden van het geschil tusschen Ged. Staten en de
gemeente.
DE BEDELBACXLb Ook ton soort onderneming.
„Maatschappelijk Hulpbetoon" geeft een voorbeeld
van de besmettelijkheid der bedelziekte. Een man
werd door een vriend geholpen aan een sommetje
geld, waarvoor hij grondstoffen zou koopen ter ver
vaardiging van huisvlijtartikelen. Maar....
„Nu geviel het, dat deze vriend niet al te nauw
van levenswandel was. Een zijner fouten was een
liefhebberij tot bedelen. Om den t.b.c.-lijder te hel
pen, had hij een advertentie ln een dagblad geplaatst
en waar 't succes groot was geweest, hielp hij den
man ook verder voort door 't doen circuleeren van
inteekenlijst door hemzelf van een aanbeveling
voorzien.
„In dien nu bij al die aanvragen de be,doeling had
voorgezeten den handel uit te breiden en 't geld, dat
ruimschoots binnenvloeide, daar ook voor gebruikt
ware, dan was er niet veel op deze wijze van doen
die wegens longlijden zijn beroep moeBt opgeven,
aan te merken geweest.
„Evenwel: de bacil der bedelarij, bij den vriend
al aanwezig, had den, nog ietwat ziekelijken en wel
licht daardoor gemakzuchtigen man, maar al te
spoedig besmet!
„Waarom zich zooveel moeite te geven met den
aanmaak van kartonnen doozen en al zulke artike
len, als van alle kanten, zóó maar, geld toestroom
de, waarvoor hij alleen maar fraaie brieven behoef
de te schrijven?
„Zoo werd de kwaal, instede van de betreurens
waardige oorzaak van zijn vragen, zijn middel om
geld te „verdienen" zijn broodwinning 1
„De artikelen „in een gezin, waarvan alle leden
longlijders zijn, vervaardigd", zooals de treffende
woorden der prospectus luidden, liet hij maken door
een ander. Hij bepaalde zich er toe, die in de mid
daguren op zijn gemak aan de klanten een kleine
minderheid der gevers deed de gave vergezeld gaan
van een bestelling rond te brengen.
„Zijn luiheid nam toe. 't Schrijven van al die brie
ven werd hem te veel. Vandaar, dat bij zich verze
kerde van de dienst van iemand met een erg mooie
hand en vloeienden stijl, die in 't vervolg zijn ver
zoeken om hulp wel voor hem zou redigeeren en
verzenden.
„Deze heer deed dat met een inderdaad verras
sende vaardigheid. Hij schreef epistels, die harten
van steen vermurven moesten en ook hij had^
uitstekend succes. Met het gevolg, dat al ras de ge
dachte bij hem opkwam: „waarom zou ik steeds
den zak mijns vrienda spekken en niet den mijnen?"
een gedachte die snel gevolgd werd door den wonsch
een volksboekerij op te richten, voor wolk philantro-
pisch doel natuurlijk de geldelijke medewerking van
menschenvrienden noodig zou zijn. Sindsdien dreef
hij ook „zaken voor eigen rekening". Dat hij zich
over de volksboekerij niet druk maakte, behoeft geen
betoog. Had ooit een milde gever ernstig naar den
t.b.c.-Ujder geïnformeerd?
„En ziet: alzoo was de bedelbacil naar no. 8 over
gewipt!"
CALLANTSOOQ.
Vrijdag 8 Juli had in een der lokalen der open
bare scholen alhier de eerste .vergadering plaats van
ouders van schoolgaande kinderen. Van de 97 ou
ders waren 11 aanwezig, van wie 3 moeders.
Nadat burgemester Koster het betreffende wets
artikel en Koninklijk besluit had voorgelezen, en
nader had toegelicht, werd besloten, dat het aantal
leden der oudercommissie drie zou zijn. Door een
der aanwezigen werd in overweging gegeven één
ouder uit het Dorp, éen uit de Groote Keeten en éen
uit het overige deel der schoolwijk te kiezen., het
geen ook geschiedde. Gekozen werden de hoeren Jb.
Bakker Hz., Dorp, Jb. van Scheijen, Groote Keeten,
en G. Dekker Az., omgeving. Allen namen hunne be
noeming aan. Het onderwijzend personeel woonde
de vergadering bij
In de eerste oudercommissie-vergadering is tot
voorzitter gekozen de heer Jb. van Scheijen.
ST. PANCRAS.
Voor de 2e maal stroden V.V.V. en R.W. alhier om
de médaille, uitgeloofd door den heer Gerritsen, Ook
nu bleken beide clubs even sterk, zelfs na een ver
lenging van Va uur. De uitslagen waren 11 en 22.
Daarop verklaarde de heer Gerritsen liever een an
dere vereeniging te zien uitgenoodigd, waarop R.W.
de meening te kennen gaf, alhier om de medaille
niet weer te komen matchen.
Vooraf waren V.V.V. II en R.W. II tegen elkaar
uitgekomen. Uitslag 3—0 in 't voordeel van V.V.V. II,
terwijl voor deze match V.V.V. Hl R.W. III versloeg
met 2—0.
ANNA PAULOWNA.
De plaatselijke commissie van toezicht op het Lo^
geronderwijs werd Zaterdagmiddag ten Raadhuizo
geïnstalleerd en koos zich in haar eerste zitting tot
voorzitter den heer C. Keijzer en tot secretaris den
heer C. Kooiman.
ANNA PAULOWNA.
Mei. M. Bremer, vroedvrouw alhier, is in gelijke
betrekking benoemd te Broek op Langendijk.
WORMERVEER.
De oud-wethouder Joh. de Boer, (sos.-dem.) heeft
nu ook bedankt als lid van de afdeeling der S.U.
A,P. Hom is verzocht, nu zijn mandaat als raads
lid ter beschikking van de afdeeling te stellen.
Diepgaand meeningsverschil met de andere fractiole-
den was oorzaak van het uittreden. De S.D.A.P., dio
te Wormerveer de meerderheid heeft, met 7 van ds
13 zetels, heeft op haar lijst nog een c&ndid&at, den
heer Rademaker.
ANNA PAULOWNA. Politie.
Gevonden een pakje, inhoudende tyzerwaren. In»
lichtingen ter Secretarie,