ROMMELKRUID,
Even lachen.
Arerai en ligt steeds op de loer om adi in de
kooiden der menschen te nastelen. En gekl speelt
te-orbij een groote roL Begeerte naar geld staat
iprgens 'voor, geldzucht is vaak de drijfveer tot
m grootste wandaden. Zoo is te Batavia geble-
fcj, dat bij .den dienst der gemeentelijke post-
■c strijding ontzettend en op schandelijk on
verantwoordelijke wijze geknoeid werd. Twee in-
toecteurs en een mlandsch opzichter zijn schuldig
Ibvoiiden aan omkoopbaamekL Het is gebleken,
jfct pestgevaarlijke krotten ongemoeid gelalen wer-
®m, terwijl woningen, die in veel betere conditie
verkeerden, pestge vaar lijk Werden verklaard er J
|cor de bewoners ontruimd moesten worden. Do
Bewoners der eerste hadden den inspecteur de
tenden gestopt terwijl die der andere yuu geen
eonkooping wilden ■'velen. Natuurlijk werden deze
fcEpccleyrs jdfirect ontslagen, wat een nog veel te
•rille straf is voor dergelijke sujetten, dit' de
^Eondheid van qen gansche streek' desnoods op
offeren pan bun gouddorst.
Neen, dan wordt de hygiëne beter in acht
■momen in een onlangs gcopenden kappers
winkel te New-York. Daar wordt elke scheerkwast
te kam slechts éénmaal per dag gebruikt. Do ar na
iadra dag m"S5TBêmcTKarp^lkf¥..dcS. vol:
3rn kapper ter hand gestekL Aan eiken stoei
Bevindt zich een speciaal toestel voor het st.uili-
Weren vai scheermessen en andere inslrumcntén.
Meze kapperswinkel is de grootste .tor wereld
te. heeft 42 kappersstoelen, 32 manicure-tafels, 15
telons voor 't kappen van dames en drie dames-1
Bteedkamers. Het personeel bestaat uit een 200-
tei personen, die in twee ploegen werken van
fa morgens 8 tot 's avonds 10 uur. De geheele
Bonchting hoeft 250.000 dollar gekost, de ver-1
takken zijn in Itabaansche renaissance-stijl inge-1
«Jibt met marnieren muien, geschilderde .plafondsj
te bronzen kandelaars.
Dagelijks kunnen er 1500 2000 perosnep I
ksdiend worden, die er ouder 't genot van een
Vsoclijk strijkje worden geschoren. naar wij ver-
tei uwen zoowel in figuurlijken als letterlijken zin.
5L
OP DEN BURGERLIJKEN STAND.
„Wat heeft u toch voor ruzie met uw brui-
M»m?"
„Aoh, zeventien jaren lang dtuMeert-ie nu al
e? hij me zal trouwen en nu wil bij nog een
kalf uur bedenktijd!"
GEHOORD OP DE VISCHMARKT.
Knecht, die bezag is met het schoonmaken
Wan visch: „Zeg baas moet de kop van Jansen
ar af?"
„Ja, maar leg hem er bij".
OUWEJAAR.
Een mengelmoes van souvenirs,
Van hoop cn daJIkLaa^ï1heid,.
Een dag van bhjiie droefenis,
Van droeve vroolijkheid.
Daar ligt het laatste kslender-tladi
Verkreukeld in een fcook;
We kijken er weemoedig naar
Neem nog eea oliekoek.
Alwéér een jaar in d' Eeuwigheid l
Wat voelden we o:ie klein 1
Wat ging voorbij? Wat komt er thans?....
Wie nog wat warme wijn?
De wijzer doet zijn. laatste toer,
We kijken hein stil na,
We denken t'rug aan wèl en wee...
U nog wat haringsla?
Nog vier minuten; nu (nog drie,
KQKjwee^jiy^pfc maar een
Vlugl 't Schuimt er over heen!
Telegraaf." Clinge Doorenbos.
GEEN OUDE VRIJSTERS.
JEen geluksland1 is Japan in één opzicht: er
zijn geen oude vrijsters!" deelde professor Ge
rold' Mere mede tijdens een lezing, die uitgang
.van de Japan sche club in Londen.
EEN GOEDKOOP HUIS.
„Een huis bouwen kost niet veel. Voor zestig
gulden laat mem een klein burgerhuis zetten
met drie kamers".
Een geschiedenisboek van dte stad' Utrecht
vermeldt het als de waarachtige waarheid,
maar het dateert van 1670.
WIE DOET DAT NA?
Geboren een dochter, 28 October 1018; Jean
en Edith Strömberg te Stockholm.
28 October 191 van hetzelfde laken een pakl
28 October 1920 wederom een dochter!
28 October 1921: stipt op tijd arriveerde he
den de ooievaar en bracht ons onze vierde
dochter. Doe ons dat eens na. Aldus luidt een
advertentie van Jean en Edith Strömberg, die
wij eenigen tijd geleden in een Zweedsch blad
vamlen.
EEN SCHOOL VOOH DIENSTMEISJES.
Er is in Londen een comité, dat zich ten
doel steït vrouwen en meisjes voor te bereiden
Mans: Men heeft mij gezegd, dat u zich kan
veranderen in- elke dierengedaante, die ar be
staat.
Toovenaar: Geloof je 't niet?
Man 3*. ia, Ja, ja! Maar fik zou t zoo graag
een willen zs«ni Ik heb van mijn leven rag
aoc weinig gezien. Ik ben maar een heel een-
voi dige jongen. En U is zoo'n grootmachtige
en edelaardig, kunstenaar. Zou het teveel gc-
vrcagd wetzen, als fik u eens .verzocht, u in
een of ander dier te veranderen?
Toovenaar.: Neenl
Mans: U wïlt dus doen, vrat ik vraagt
Toovenaar: Jat
Mans: En nu meteen, op staancten voet,
©ogenblikkelijk!
Toovenaar: Ja! Wacht maar even!
Hij gi-.vt de deur uit, terwijl Hans op een
Btoel blijft wachten. Plotseling klinkt Iwvig
gebrul, terwijl een leeuwenkop om de deur
kijkt Hans verschrikt hevig, en qprlngt bo
ven op den tafel
Mans: O, o, o! Help, help, help!
De leeuwenkop verdwijnt weer «o de tee-
venaar treedt bdnnen.
Toovenaar: Hah aha! Dat dacht je niet, hè?
Kleine aap!
Mans: (nog bevend): Hè, wat een schrik! Maar
ik moet bekennen, dat dit mijn stoutste ver
wachtingen overtreft Mag fik u nog wat vra
gen?
Toovenaar: Ja!
Mans: U heeft mi] nu zoo'n groot dier teten
zien. Zoudt U inch nu niet eens kunnen ver
anderen in een klein diertje, bij voorbeeld
in een.... muisje!
Toovenaar: Een muis, goed!
Hij gaat weer weg, en een o ogenblikje later
trippelt er een muis over den grond. Hans
heeft met fonkelende oogen zitten- wachten.
Nu heeft hij in een sprong het muisje te
pakken.
HensUBiOLthiep, hoera! De muis is do«y*
renaar ook dood'!
de stoel van den toovenaar rit~
Een bediende treedt binnen.
Ha^H^RÉTak jou eens wat vertellen, Janl
Bediende: Graag, Mijnheer 1
Hans: Je meester, die toovenaar ia.... dood!
Bediende: J»-ie diood?
Hans: -Heelomaal doodj, dooor en door dood.
Bediende: Gelukkig!
((Hij loopt do dour udt, en roept achter de
schermen:)
Hoor jultt© allemaal eens! De baas is dood!
(Men hoort blijde uitroepen van vreugde,
en drie bedienden komen binnensnellen.)
Bediende: Maar waar is hij dan nu?
Hans: Begraven.!
Bediende: Begraven, waar?
Hans: (op rijn maag wijzend): Hier!
Alïïe bedienden staan perplex,
®et Hans:
voor iha&r toekomstige taak en haar practische
oefening ts geven, en dat dn drie maanden
lijdi met snelle en doeltreffende middelen
meisjes tot goede hulpen maakt.
In een interview met een medewerker van
de Daily Chnonicle «eide de directrice der
school dat dot oekwanstige dienstmeisjes of
huishcutihuipen niet alleen worden onderwezen
in huisiioudellje zaken, maar ook in zang en
dans. niet' omdat zij bij biefstukkloppen en
eiorklotsen een harmonieus deuntje kunnen
zingen, maar opdat haar stemmen aangenamte
mogen klinken. De lessen in dans en lichaams
oefeningen hebben niet de bedoeling de dienst
meisjes in staat te stellen acrobatische loeren
•te verrichten, maar om zich gemakkelijk te be
wegen en zoo handig mogelijk te rijn
KOOLTEER VOOR WEGEN.
Wij lezen in het „Chem. W." oa het vol
gende over koolteer als bindmiddel voor wegen:
In de meeste landen is men er nog steeds
niet in geslaagd een goed en goedkoop bind
middel voor wegen te vinden. Amerika kan
natuurlijk roet voordeel petroleumproducten
gebruiken, maar voor de meeste andere landon
fietloog, zooaJa mëS syj-
bruiken, maakten we reeds melding, maar ook
die methode lijkt ons kostbaar en voor ons land
niet geschikt. De andere lauden zien zich vrij
wel uitsluitend aangewezen op koolteer en
pik, maar ook hierbij doen zich eenige bezwa
ren voor, die kort gezegd, op het volgende neer
komen: de teer bevat altijd een zekere percen
tage fenol, hetwelk, door regenwater in de
rivieren en kanalen geraakt, de visch teelt ern
stig kan ben&deelen, evenals de boomgroei,; in
de tweede plaats houdt men ndet altijd rekening
met de phyaische eigenschappen der pik, zooals
brosheid, adhesie en de zg. sueceptibilleit voor
warmte (het meer of minder sne! week worden,
in verhouding tot de elasticiteit). Ten slotte is
het van belang te weten, of de teer gemakkelijk
geoxydeerd wordt, daar vergevorderde oxydatie
steeds azfethng van vrije kpolste»! meebrengt v
en derae heeft eens nadeeligen invloed op de duur
zaairahiedd, evenals naftaline. 't Is echter waar
schijnlijk dat een klein gehalte (7 pet.) aan
koolstof van voordeel ia, daar dit gehalte met
een soort rusttoestand: overeenkomt bij de oxy
datie door de ultra-violette lichtstralen.
DE VIER KAARSEN.
Toen ^Keraer Rudolf te Praag rijn verblijf
hield, togen er vele vreemdelingen naar die stad
Vooral werd de Teinhof druk door reizigers be
zocht, en wegens gebrek aan woningen moesten de
vreemdelingen bh de inwoners in den omtrek eén
onderkomen Boeken. Het huis met de vier kaar
sen behoorde dealgds een burger toe, die van rijn
Bediende: De Markies van Carabas; die ken
dk ndetl
Hans: Hij ia een» groot vriend van den konii^l
Bediende: Van den koning?
Hans: Van den kondng, en zoo aanstonds komt
hij met den koning en die prinses het kasteel
in bezit nemend
bediende: En wie ia u dan?
Hans: Ik
ben Hans, eerste bediende van den
iMaxkies van Carabas! Maar zongen jullie nu
voor goed eten, en voor muziek. Want de ko
ning houdt veel van muziek. .Ea zeg aan d«»n
kok, dat hij oen konijntje braadt. Want de
Koning houdt ook veel van konijntjes!
Wordt vervolgd.
GEDULD.
Een oud vrouwtje was eens op bezoek WJ
haar zoon in Amsterdam. Het vrouwtje had al
tijd in een klein dorpje gewoond, en nog nooit
een stad gezien, Toen toe nu door die drukke
Kalverstraat kwamen,zei het vrouwtje: „La
ten we maar zoolang in een kerk gaan, en daar
wachten, tot al d-ie menschen voorbij rijn!"
Een oud mannetje zat eens non den oever van
een snelstroomende rivier. Hij had er al een
Iheele poos gezeten, toen een heer hem vroeg,
dan wat hij daar deed.
„Wef", antwoordde het mannetje, „ik moet
Hans: Weet je, wie jullie nieuwe meester is? naar den overkant, maar Ik rie geen brug, en
De Markies van Carabas, een door en door nu wacht ik, tot «1 dat water voorbij gestroomd
goed man! I is!"
beroep kaarsenmaker was. Op zekeren dag ge-
beurde het, dat een voornaam Veuetiaan m bet
logement geen pools meer kon krijgen. Hij nam
daarom zijn intrek bjj den kaarsenmaker. Deze
Veneliaan had te Padua zijn diploma ais doctor
behaald en ,was meester in Cz geheime weten
schappen, De kaarsenmaker had zonen, veelbelo
vende jongens, die vaders lievelingen waren en de
belangstelling van den Venetiaan in faooge^ mate
opwekten.
Toen hem echter, na eenige dagen verblijf, ten
huize van den kaarsenmaker, een woning op ,het
Ilradsciiin werd aangewezen, .wilde hij rijn gast
heer huur betalen en afscheid van hem nemen.
Dodi de burger weigenie, om voor dezen korten
tijd eenige geldelijke schadeloosstelling gan te ne
men, en daar de geleerde, ondanks al rij'n aan
dringen, iiem niet bewegen kon iets aan te ne
men, vereerde hij de vrouw des huizes vier ^ras-
kaarsen en zekle:
Zoodra een uwer zonen het huis verlaat
en naar den vreemde trekt, steek dan den kaars aan
Zoolang ze brandt, gaat het uw zoon naar wensch,
hoe helderder de vlam schijnt, des te beter gaal
liet hem. Doch komen er dieven aan de kaars en
brandt ze oqgelijk, dan is uw zoon een ongeluk
overgekomen. Gaat ze daarna uit, ,[ian is uw zoon
ook op hetzelfde oogenbllk gestorven. Ik hoop,
dal de kaarsen lang zui/cir bnew.hefeven moost en
Na deze woorden vertrok hij.
De moeder bewaarde de kaarsen zorgvuldig en
gat 'ze de doopnamen harer zonen. De kinderen
werden groot. De oudste werd soldaat, de twee
de nam rijn vaders zaak over, de derde tjad met
een rijke renteniersdochter in het huwelijk, en de
jongste wijdde zich aan dc schoon© kunsten.
Wanneer een zoon hel ouderlijk huis verliet,
stak de bezorgde moeder de bedoelde kaars aan,
en sloeg de vlam met groote aandacht gade. De
kaarsen brandden en toch zag men ze niet ver
minderen; en .dat was natuurlijk want het waren
betooverde kaarsen.
Daar bojon die van den krijgsman op zekeren
dag te flikkeren en brandde hoe langer hoe
langer hoe treuriger. Dit maakte de goede moe
der ontzaglijk beangst
Een paar dagen daarna flikkerde het licht een
oogenblik heel hoog en doofde tooi uiL Ont
steld vouwde de moeder de handen en bad me*
bevende stem voor het behoud van baar kind.
Een maand later kreeg rij bericht, dat hij in
den oorlog tegen de Turken gevallen was.
De jongste zoon, die schilder was geworden,
trok lot rijn verdere ontwikkeling als kunstenaar,
naar Italië. Bijna ieder Italiaansch koopman, die te
Praag kwam, bracht den ouders duizenden groe
ten van den talentvollen artist en werd in het
huis van den kaarsenmaker gehuisvest en gastvrij
Doch weldra hield de komst van dié groeten
brengende bezoekers op, de kaars brandde alllen$i
treuriger en treuriger en ging plotseling uit Toen
kregen de ouders een brief met zwart lak. waarin
hun bericht werd, dat hun zoon op de dochter
van een ItaKaanscficn graat verliefd was geworden,
en dat die genegenheid door het meisje was
aangemoedigd.
Doch rijn medeminnaar had hem vermoord.
Met dit scfirijven ontvingen de ouders tevens een
brief van den leermeester van hun zoon, waarin
de .yermoorde jongeling ten zeerste om rijn be-
giafdfieid werd geprezen.
Terwijl de vader en de moeder over dezé ver
lieren m rouw gedompeld WBren, Heven de kaar
senmaker en den rentenier steeds héldér door
branden.
De ouders waren eindelijk zoo oud geworden,
dat rij nog slechts in hun stoel konden zitten en
naar de kaarsen kijken. De in leven gebleven
zonen hadden intusschen gezinnen met kinde
ren dezen waren op hun beurt groot geworden en
de kaarsen brandden nog altijd helder en lustig
voor.
Doch plotselingginghet licht van den kaar
senmaker uit, ïurst. op het oogenblik, dat hij
grootvader werd Nu sloegen de overgrootouder
de laatstovergebieven kaare gade. Op zekeren dag
kwam een bode den dood des renteniers meldeto.
Deze treurige" tijding wilde men den ouders zoo
voorzichtig mogelijk mededeel en, dQch.toen men
de .kamer binnentrad, was de vierde en laatste
kaars juist uitgegaan en tegelijkertijd werd aan de
beide, nog ^steeds maar in hun stoel zittende
oudjes het levenslicht gedoofd.
Zoo luidt de sage van de vier kaarsen, welke
men te Plaag nog kan vertellen.
HET PARADIJSVIS CHJR
Dit visch je, dat veel in aquaria gehouden wordt,
heeft buitengewoon groote vinnen. Het mannetje
sdilttcrt vooral in den paartijd met een pracht van
kleuren. Dit is trouwens een eigenschap, die ve©1
mannetjes van andere diersoorten met hem gemeen
hebben, b.v. de salamnndero.
Zoodra de eitjes geleed zijn, maakt het manne
tje mot zijn taai speeksel een massa luchtbiaasjea.
waaronder de eitjes en de daaruit komende jongj
visadijes beveiligd zijn voor vele vijanden, en
waar de laatste lucht vinden voor de ademhaling
cn voedseL 't Gebeurt wel, dat een der jonge
snuiters te vroeg ontsnapt en een reisje in da
omtrek onderneemt Maar dan is de vader er da
delijk bij om het weerbarstige jong na te zetten, hij
vangt het met zijn mond en spuwt het weer uil
onder het veilige dak der blaasjes.
Dit alles is m een aquarium heel goed te zien
daar de vischjes bii goede verpleging ook in ge
vangenschap geregeld hun eitjes leggen en zor
gen voor 't veilig opgroeien van het kroost zooals
boven is omschreven.
Op de Falkland-eilanden bestaan geheele rivieren
van steenen, die zich langzaam voortbewegen.
Deze steenen bestaan uit stukken kwartserts, die
van de rotsen losgeraakt en in de valleien geval
len rijn. waar zjj in den sponsadhtigen bodem
vastraken. Naarmate de grond nat of droog wordt
zetten de steenen uit of krimpen ze in. Wam&ex
ze uitzetten glijden ze een weinig naar bene
den. Het is wei heel weinig, maar ze rijn voort
durend in beweging. Deze beweeglijke steenri
vieren rijn de wonderen der Falkland-eilanden.
Op andere plaatsen werden steenen of rots
blokken gevonden, die zoo precies in evenwicht
rijn op een smal steunvlak. .dat de minste aan
raking ze doet waggelen of in beweging zet
lammen olifant vinden we In het vwhaal va*
een Indisch heerseher, die gedurende een Jacht
partij, op een olifant gezeten, aan een veld kwam,
waarop een menig'© zieke inboorlingen lagen, zich
koesterende in de zonnestralen.^ De monarch
gaf in zijn verstoordheid over de vertraging, die
tiij anders zou ondervinden, het wreede bevel om
over de zieke menschen heen te rijden. Maar dè
olifant toonde zich menschlievender dan rijn mees
ter en volgde iiet bevel niet op. En toen hK
zoodanig aangedreven werd, dat hij wel moed
voortgaan, nam hij met zijn snuit de zieken, dia
voor rijn pooten kwamen, met groote voorzichtig
heid o p en legde hen op rijde, zoodat niemand ge
deerd werd.
Nog een voorbeeld uitliet leger van Britsch-In-
dië, waar olifanten gebruikt worden om het zwaj*
geschut voort te trekken. Bij een oefening had
LEVENDE STEENEN.
In Australië en in Nevada vindt men magne
tische steenen, die schijnbaar het vermogen bezit
ten zich te bewegen. Zij hebben de grootte van
een noot en lijken op stukjes ijzer. Als men een
aantal van die steenen op ae tafel legt óp een af
stand van 60 cM. van elkaar ongeveer, dan ról
len ze dadelijk naar elkander toe en blijven op efin
hoopje liggen. De vindplaats van deze steenen is
een streek, die geheel kaal is en vlak, met hiér
en daar kuilen in den rotsachtigen bodem, die
gevuld rijn met de merkwaardige steenen.
men zoo'n steen op een afstand van niet meer dan -^1 biauw én geel en de
een artillerist het ongeluk '*oor
op den grond te vallen. O
krachtige dier het wiel v
het zoo lang in dfl h
rijn gevaarlijken toestand
JAPANS«JHE MU
hu^muSên ofgdokt, ln verschillend*
Die muizen, ook dansmuizen genoemd, iiebben
de eigenaardige gewoonte om heel snel in esir
kring rond te draaien. Deze gewogpte is aange
boren, zoodat de jonge muizen het niet eerst va*
de ouden behoeven te leeron, en houdt verband
met een gebrekkige ontwikkeling van het gehoor
orgaan.
ZEDELIJKHEID ONZER VOOROUDERS.
In de achttiende eeuw nam men het hiermW
blijkbaar niet zoo nauw, de zedelijke grenzen ver
flauwden meer en meer. Vooral van de jongc-Jui
uit die dagen wordt het gezegd. Van fatsoenlijke
gezelschapen hielden ze niet, en rij waren al be
dorven, zooals het in de gedenkschriften va*
Van Hardenbroek heet, „eer sij eenoegsaem 'I
begin van de waerelt oesien hebben. Hun slechte
daden bedekten rij door ze met vreemde woor
den te noemen, waardoor ze een onschuldig aan
zien moesten krijgen. Een wandaad heette „va-\
nité", overspel Werd „coquctterie' genoemd ai
„galanterie", een schelmstuk heette ©én ..faux pas",
laster „babilderie" en een dievenstreeü was eea
„coup de Jeunesse."
DRIE.
Het cijfer drie heeft ten allen tijde e©n mys
tieke beteekenis gehad; Pythagoras noemde 3 hot
volmaakte getal, aanduidende net begin, het mid
den en het einde, en maakte het daarom het sym
bool Voor de godheid.
De wereld werd bestuurd door drie Goden: Jupi-
ter (de hemel), Neptunus (de zee) cn Pluto (de
onderwereld, l Het symbool van Jupiter was een
dries tra lige bliksemschicht, van Neptunun een drie-
tandigc vork en van Pluto een driekoppige hond.
Er waren drie schikgodinnen, drie ruriën, drie
gratiën en drie harpijen. De orakelsprekende pries
teressen zaten op drievoeten.
In bijna alle Godsdiensten vindt men een drie-
eenheid.
Bij de Brahmanen do tri-murti. „èen driehoofdige
God: Brahma (de schepper), Visknu (de behouder)
en Siva (de vernieler.)
Bij de Chineezen heeft men de drievoudige
Tlior De oude Perzen hadden als drietaeni^ Go- V°°'
den Öromasdes, Minras en Arimanes, bij de Noor- QPf& en worden.
•che volken weren hel Odin. die het leven schiep, i
llaenir. die verstand en beweging achonk, ra IV*" POOten'
Lodur, die bloed, kleur, smaak, gaJdit en gtW 't(1 van 2 ii 3 M. maakt
"'kn ook bij den Christelijken Godsdienst heeft^,Jaar ,™n ,3®' h(^fn
H^«?G£reni'CH: 2000 m me68te
II200000 ««wezen militairen en 560.000 f?esrin«-
KLEINE BIJZONDERHEDEN.
Do „adgretteaf* op dameshoeden worden ver
kregen xioor de zilverreigers te vermTKdiec 111
don ti.d dat ii\ jonden hebben, omdat dan do
kuifveeren, die de „aigrettes" leveren, bei
iuorist zijm. Do jongen moeten dan van honger
omkomen.
I loden van gesneuvelden ontvangen in Engeland
Tamme olifanten worden om hun groote kracht oorlogsonderstouning tot een bedrag van rarm
wel gebruikt om zware blokken hout op te sta- 100 millioen pond sterling per jaar. 26 porcent
pelen. Zelfs wordt er verhaald van een olifant, der ËDgelscbe oorlogsweduwen zijn hertrouwd.
<ne 'n muur moest metselen. Zijn meester had ha*
dit geleerd. En als hij het eenmaal goed deed, kon* Boven een hoogte van 10.000 M. bestaan geen
men hem gerust door laten werken. Maar deze welken meer op onze aarde,
jumbo, de metselaar,, kon toch niet geheel het
toezicht van rijn meester missen, soms werkte De slagtanden van een olifant, die uitefluiteal
hij slordig En toen hij weer ©ons een stuk muur uit ivoor bestaan, worden tot 50 K.G. zwaar,
slordig en tp.hregefmatig had afgewerkt en rijn
oppasser het werk ging Inspecteeren. plaatste de De sjalot ontleent haar naam aan de Syri-
olifant zich voor het slecht afgewerkte deel van sche stad Aacalon. Daar werd zij het eerst ver
den muur. Zijn meester dwong hem op rij te bouwd.
oaan, maar toen keerde hij zich bedaard om en
begon zeil het stutr. werk, dat hij fiordig had uit- De oudste dierentuin ter wereld is vermoo-
gevoerd, weer af te breken. delijk door den Chineeschen keizer Wu-Wang
Het is verder van algemeens bekendheid, dat laten aanleggen, omstreeks 1150 jaar voor
een olifant niet eerder een brug over zal gaan, al- Christus,
vorens hij zich met rijn voorpoot^n en snuit van
de sterkte overtuigd heeft Valt dit onderzoek Een tramritje te iMoskou kost thans 2000 tot
niet naar genoegen uit van het slimme dieren, dan 5000 roebel,
is alleen zeer sterke dwang van zQn meester in
alaat hem tot den overtocht te dwingen, en nog Een emmer drinkwater kost te PeterSburw
niet eens altijd. En heel vaak Hijkt aan door bet thans 35 roebel,
inzakken van de brug dat de olifant juist go-1
oordeeld heeft. i (Maarschalk F och heeft tijdens zijn bezoek
Een apdor voorbeeld van het vernuft van eenaan Amerika 500 redevoeringen gehouden.