ROMMELKRUID, Even lachen. Arerai en ligt steeds op de loer om adi in de kooiden der menschen te nastelen. En gekl speelt te-orbij een groote roL Begeerte naar geld staat iprgens 'voor, geldzucht is vaak de drijfveer tot m grootste wandaden. Zoo is te Batavia geble- fcj, dat bij .den dienst der gemeentelijke post- ■c strijding ontzettend en op schandelijk on verantwoordelijke wijze geknoeid werd. Twee in- toecteurs en een mlandsch opzichter zijn schuldig Ibvoiiden aan omkoopbaamekL Het is gebleken, jfct pestgevaarlijke krotten ongemoeid gelalen wer- ®m, terwijl woningen, die in veel betere conditie verkeerden, pestge vaar lijk Werden verklaard er J |cor de bewoners ontruimd moesten worden. Do Bewoners der eerste hadden den inspecteur de tenden gestopt terwijl die der andere yuu geen eonkooping wilden ■'velen. Natuurlijk werden deze fcEpccleyrs jdfirect ontslagen, wat een nog veel te •rille straf is voor dergelijke sujetten, dit' de ^Eondheid van qen gansche streek' desnoods op offeren pan bun gouddorst. Neen, dan wordt de hygiëne beter in acht ■momen in een onlangs gcopenden kappers winkel te New-York. Daar wordt elke scheerkwast te kam slechts éénmaal per dag gebruikt. Do ar na iadra dag m"S5TBêmcTKarp^lkf¥..dcS. vol: 3rn kapper ter hand gestekL Aan eiken stoei Bevindt zich een speciaal toestel voor het st.uili- Weren vai scheermessen en andere inslrumcntén. Meze kapperswinkel is de grootste .tor wereld te. heeft 42 kappersstoelen, 32 manicure-tafels, 15 telons voor 't kappen van dames en drie dames-1 Bteedkamers. Het personeel bestaat uit een 200- tei personen, die in twee ploegen werken van fa morgens 8 tot 's avonds 10 uur. De geheele Bonchting hoeft 250.000 dollar gekost, de ver-1 takken zijn in Itabaansche renaissance-stijl inge-1 «Jibt met marnieren muien, geschilderde .plafondsj te bronzen kandelaars. Dagelijks kunnen er 1500 2000 perosnep I ksdiend worden, die er ouder 't genot van een Vsoclijk strijkje worden geschoren. naar wij ver- tei uwen zoowel in figuurlijken als letterlijken zin. 5L OP DEN BURGERLIJKEN STAND. „Wat heeft u toch voor ruzie met uw brui- M»m?" „Aoh, zeventien jaren lang dtuMeert-ie nu al e? hij me zal trouwen en nu wil bij nog een kalf uur bedenktijd!" GEHOORD OP DE VISCHMARKT. Knecht, die bezag is met het schoonmaken Wan visch: „Zeg baas moet de kop van Jansen ar af?" „Ja, maar leg hem er bij". OUWEJAAR. Een mengelmoes van souvenirs, Van hoop cn daJIkLaa^ï1heid,. Een dag van bhjiie droefenis, Van droeve vroolijkheid. Daar ligt het laatste kslender-tladi Verkreukeld in een fcook; We kijken er weemoedig naar Neem nog eea oliekoek. Alwéér een jaar in d' Eeuwigheid l Wat voelden we o:ie klein 1 Wat ging voorbij? Wat komt er thans?.... Wie nog wat warme wijn? De wijzer doet zijn. laatste toer, We kijken hein stil na, We denken t'rug aan wèl en wee... U nog wat haringsla? Nog vier minuten; nu (nog drie, KQKjwee^jiy^pfc maar een Vlugl 't Schuimt er over heen! Telegraaf." Clinge Doorenbos. GEEN OUDE VRIJSTERS. JEen geluksland1 is Japan in één opzicht: er zijn geen oude vrijsters!" deelde professor Ge rold' Mere mede tijdens een lezing, die uitgang .van de Japan sche club in Londen. EEN GOEDKOOP HUIS. „Een huis bouwen kost niet veel. Voor zestig gulden laat mem een klein burgerhuis zetten met drie kamers". Een geschiedenisboek van dte stad' Utrecht vermeldt het als de waarachtige waarheid, maar het dateert van 1670. WIE DOET DAT NA? Geboren een dochter, 28 October 1018; Jean en Edith Strömberg te Stockholm. 28 October 191 van hetzelfde laken een pakl 28 October 1920 wederom een dochter! 28 October 1921: stipt op tijd arriveerde he den de ooievaar en bracht ons onze vierde dochter. Doe ons dat eens na. Aldus luidt een advertentie van Jean en Edith Strömberg, die wij eenigen tijd geleden in een Zweedsch blad vamlen. EEN SCHOOL VOOH DIENSTMEISJES. Er is in Londen een comité, dat zich ten doel steït vrouwen en meisjes voor te bereiden Mans: Men heeft mij gezegd, dat u zich kan veranderen in- elke dierengedaante, die ar be staat. Toovenaar: Geloof je 't niet? Man 3*. ia, Ja, ja! Maar fik zou t zoo graag een willen zs«ni Ik heb van mijn leven rag aoc weinig gezien. Ik ben maar een heel een- voi dige jongen. En U is zoo'n grootmachtige en edelaardig, kunstenaar. Zou het teveel gc- vrcagd wetzen, als fik u eens .verzocht, u in een of ander dier te veranderen? Toovenaar.: Neenl Mans: U wïlt dus doen, vrat ik vraagt Toovenaar: Jat Mans: En nu meteen, op staancten voet, ©ogenblikkelijk! Toovenaar: Ja! Wacht maar even! Hij gi-.vt de deur uit, terwijl Hans op een Btoel blijft wachten. Plotseling klinkt Iwvig gebrul, terwijl een leeuwenkop om de deur kijkt Hans verschrikt hevig, en qprlngt bo ven op den tafel Mans: O, o, o! Help, help, help! De leeuwenkop verdwijnt weer «o de tee- venaar treedt bdnnen. Toovenaar: Hah aha! Dat dacht je niet, hè? Kleine aap! Mans: (nog bevend): Hè, wat een schrik! Maar ik moet bekennen, dat dit mijn stoutste ver wachtingen overtreft Mag fik u nog wat vra gen? Toovenaar: Ja! Mans: U heeft mi] nu zoo'n groot dier teten zien. Zoudt U inch nu niet eens kunnen ver anderen in een klein diertje, bij voorbeeld in een.... muisje! Toovenaar: Een muis, goed! Hij gaat weer weg, en een o ogenblikje later trippelt er een muis over den grond. Hans heeft met fonkelende oogen zitten- wachten. Nu heeft hij in een sprong het muisje te pakken. HensUBiOLthiep, hoera! De muis is do«y* renaar ook dood'! de stoel van den toovenaar rit~ Een bediende treedt binnen. Ha^H^RÉTak jou eens wat vertellen, Janl Bediende: Graag, Mijnheer 1 Hans: Je meester, die toovenaar ia.... dood! Bediende: J»-ie diood? Hans: -Heelomaal doodj, dooor en door dood. Bediende: Gelukkig! ((Hij loopt do dour udt, en roept achter de schermen:) Hoor jultt© allemaal eens! De baas is dood! (Men hoort blijde uitroepen van vreugde, en drie bedienden komen binnensnellen.) Bediende: Maar waar is hij dan nu? Hans: Begraven.! Bediende: Begraven, waar? Hans: (op rijn maag wijzend): Hier! Alïïe bedienden staan perplex, ®et Hans: voor iha&r toekomstige taak en haar practische oefening ts geven, en dat dn drie maanden lijdi met snelle en doeltreffende middelen meisjes tot goede hulpen maakt. In een interview met een medewerker van de Daily Chnonicle «eide de directrice der school dat dot oekwanstige dienstmeisjes of huishcutihuipen niet alleen worden onderwezen in huisiioudellje zaken, maar ook in zang en dans. niet' omdat zij bij biefstukkloppen en eiorklotsen een harmonieus deuntje kunnen zingen, maar opdat haar stemmen aangenamte mogen klinken. De lessen in dans en lichaams oefeningen hebben niet de bedoeling de dienst meisjes in staat te stellen acrobatische loeren •te verrichten, maar om zich gemakkelijk te be wegen en zoo handig mogelijk te rijn KOOLTEER VOOR WEGEN. Wij lezen in het „Chem. W." oa het vol gende over koolteer als bindmiddel voor wegen: In de meeste landen is men er nog steeds niet in geslaagd een goed en goedkoop bind middel voor wegen te vinden. Amerika kan natuurlijk roet voordeel petroleumproducten gebruiken, maar voor de meeste andere landon fietloog, zooaJa mëS syj- bruiken, maakten we reeds melding, maar ook die methode lijkt ons kostbaar en voor ons land niet geschikt. De andere lauden zien zich vrij wel uitsluitend aangewezen op koolteer en pik, maar ook hierbij doen zich eenige bezwa ren voor, die kort gezegd, op het volgende neer komen: de teer bevat altijd een zekere percen tage fenol, hetwelk, door regenwater in de rivieren en kanalen geraakt, de visch teelt ern stig kan ben&deelen, evenals de boomgroei,; in de tweede plaats houdt men ndet altijd rekening met de phyaische eigenschappen der pik, zooals brosheid, adhesie en de zg. sueceptibilleit voor warmte (het meer of minder sne! week worden, in verhouding tot de elasticiteit). Ten slotte is het van belang te weten, of de teer gemakkelijk geoxydeerd wordt, daar vergevorderde oxydatie steeds azfethng van vrije kpolste»! meebrengt v en derae heeft eens nadeeligen invloed op de duur zaairahiedd, evenals naftaline. 't Is echter waar schijnlijk dat een klein gehalte (7 pet.) aan koolstof van voordeel ia, daar dit gehalte met een soort rusttoestand: overeenkomt bij de oxy datie door de ultra-violette lichtstralen. DE VIER KAARSEN. Toen ^Keraer Rudolf te Praag rijn verblijf hield, togen er vele vreemdelingen naar die stad Vooral werd de Teinhof druk door reizigers be zocht, en wegens gebrek aan woningen moesten de vreemdelingen bh de inwoners in den omtrek eén onderkomen Boeken. Het huis met de vier kaar sen behoorde dealgds een burger toe, die van rijn Bediende: De Markies van Carabas; die ken dk ndetl Hans: Hij ia een» groot vriend van den konii^l Bediende: Van den koning? Hans: Van den kondng, en zoo aanstonds komt hij met den koning en die prinses het kasteel in bezit nemend bediende: En wie ia u dan? Hans: Ik ben Hans, eerste bediende van den iMaxkies van Carabas! Maar zongen jullie nu voor goed eten, en voor muziek. Want de ko ning houdt veel van muziek. .Ea zeg aan d«»n kok, dat hij oen konijntje braadt. Want de Koning houdt ook veel van konijntjes! Wordt vervolgd. GEDULD. Een oud vrouwtje was eens op bezoek WJ haar zoon in Amsterdam. Het vrouwtje had al tijd in een klein dorpje gewoond, en nog nooit een stad gezien, Toen toe nu door die drukke Kalverstraat kwamen,zei het vrouwtje: „La ten we maar zoolang in een kerk gaan, en daar wachten, tot al d-ie menschen voorbij rijn!" Een oud mannetje zat eens non den oever van een snelstroomende rivier. Hij had er al een Iheele poos gezeten, toen een heer hem vroeg, dan wat hij daar deed. „Wef", antwoordde het mannetje, „ik moet Hans: Weet je, wie jullie nieuwe meester is? naar den overkant, maar Ik rie geen brug, en De Markies van Carabas, een door en door nu wacht ik, tot «1 dat water voorbij gestroomd goed man! I is!" beroep kaarsenmaker was. Op zekeren dag ge- beurde het, dat een voornaam Veuetiaan m bet logement geen pools meer kon krijgen. Hij nam daarom zijn intrek bjj den kaarsenmaker. Deze Veneliaan had te Padua zijn diploma ais doctor behaald en ,was meester in Cz geheime weten schappen, De kaarsenmaker had zonen, veelbelo vende jongens, die vaders lievelingen waren en de belangstelling van den Venetiaan in faooge^ mate opwekten. Toen hem echter, na eenige dagen verblijf, ten huize van den kaarsenmaker, een woning op ,het Ilradsciiin werd aangewezen, .wilde hij rijn gast heer huur betalen en afscheid van hem nemen. Dodi de burger weigenie, om voor dezen korten tijd eenige geldelijke schadeloosstelling gan te ne men, en daar de geleerde, ondanks al rij'n aan dringen, iiem niet bewegen kon iets aan te ne men, vereerde hij de vrouw des huizes vier ^ras- kaarsen en zekle: Zoodra een uwer zonen het huis verlaat en naar den vreemde trekt, steek dan den kaars aan Zoolang ze brandt, gaat het uw zoon naar wensch, hoe helderder de vlam schijnt, des te beter gaal liet hem. Doch komen er dieven aan de kaars en brandt ze oqgelijk, dan is uw zoon een ongeluk overgekomen. Gaat ze daarna uit, ,[ian is uw zoon ook op hetzelfde oogenbllk gestorven. Ik hoop, dal de kaarsen lang zui/cir bnew.hefeven moost en Na deze woorden vertrok hij. De moeder bewaarde de kaarsen zorgvuldig en gat 'ze de doopnamen harer zonen. De kinderen werden groot. De oudste werd soldaat, de twee de nam rijn vaders zaak over, de derde tjad met een rijke renteniersdochter in het huwelijk, en de jongste wijdde zich aan dc schoon© kunsten. Wanneer een zoon hel ouderlijk huis verliet, stak de bezorgde moeder de bedoelde kaars aan, en sloeg de vlam met groote aandacht gade. De kaarsen brandden en toch zag men ze niet ver minderen; en .dat was natuurlijk want het waren betooverde kaarsen. Daar bojon die van den krijgsman op zekeren dag te flikkeren en brandde hoe langer hoe langer hoe treuriger. Dit maakte de goede moe der ontzaglijk beangst Een paar dagen daarna flikkerde het licht een oogenblik heel hoog en doofde tooi uiL Ont steld vouwde de moeder de handen en bad me* bevende stem voor het behoud van baar kind. Een maand later kreeg rij bericht, dat hij in den oorlog tegen de Turken gevallen was. De jongste zoon, die schilder was geworden, trok lot rijn verdere ontwikkeling als kunstenaar, naar Italië. Bijna ieder Italiaansch koopman, die te Praag kwam, bracht den ouders duizenden groe ten van den talentvollen artist en werd in het huis van den kaarsenmaker gehuisvest en gastvrij Doch weldra hield de komst van dié groeten brengende bezoekers op, de kaars brandde alllen$i treuriger en treuriger en ging plotseling uit Toen kregen de ouders een brief met zwart lak. waarin hun bericht werd, dat hun zoon op de dochter van een ItaKaanscficn graat verliefd was geworden, en dat die genegenheid door het meisje was aangemoedigd. Doch rijn medeminnaar had hem vermoord. Met dit scfirijven ontvingen de ouders tevens een brief van den leermeester van hun zoon, waarin de .yermoorde jongeling ten zeerste om rijn be- giafdfieid werd geprezen. Terwijl de vader en de moeder over dezé ver lieren m rouw gedompeld WBren, Heven de kaar senmaker en den rentenier steeds héldér door branden. De ouders waren eindelijk zoo oud geworden, dat rij nog slechts in hun stoel konden zitten en naar de kaarsen kijken. De in leven gebleven zonen hadden intusschen gezinnen met kinde ren dezen waren op hun beurt groot geworden en de kaarsen brandden nog altijd helder en lustig voor. Doch plotselingginghet licht van den kaar senmaker uit, ïurst. op het oogenblik, dat hij grootvader werd Nu sloegen de overgrootouder de laatstovergebieven kaare gade. Op zekeren dag kwam een bode den dood des renteniers meldeto. Deze treurige" tijding wilde men den ouders zoo voorzichtig mogelijk mededeel en, dQch.toen men de .kamer binnentrad, was de vierde en laatste kaars juist uitgegaan en tegelijkertijd werd aan de beide, nog ^steeds maar in hun stoel zittende oudjes het levenslicht gedoofd. Zoo luidt de sage van de vier kaarsen, welke men te Plaag nog kan vertellen. HET PARADIJSVIS CHJR Dit visch je, dat veel in aquaria gehouden wordt, heeft buitengewoon groote vinnen. Het mannetje sdilttcrt vooral in den paartijd met een pracht van kleuren. Dit is trouwens een eigenschap, die ve©1 mannetjes van andere diersoorten met hem gemeen hebben, b.v. de salamnndero. Zoodra de eitjes geleed zijn, maakt het manne tje mot zijn taai speeksel een massa luchtbiaasjea. waaronder de eitjes en de daaruit komende jongj visadijes beveiligd zijn voor vele vijanden, en waar de laatste lucht vinden voor de ademhaling cn voedseL 't Gebeurt wel, dat een der jonge snuiters te vroeg ontsnapt en een reisje in da omtrek onderneemt Maar dan is de vader er da delijk bij om het weerbarstige jong na te zetten, hij vangt het met zijn mond en spuwt het weer uil onder het veilige dak der blaasjes. Dit alles is m een aquarium heel goed te zien daar de vischjes bii goede verpleging ook in ge vangenschap geregeld hun eitjes leggen en zor gen voor 't veilig opgroeien van het kroost zooals boven is omschreven. Op de Falkland-eilanden bestaan geheele rivieren van steenen, die zich langzaam voortbewegen. Deze steenen bestaan uit stukken kwartserts, die van de rotsen losgeraakt en in de valleien geval len rijn. waar zjj in den sponsadhtigen bodem vastraken. Naarmate de grond nat of droog wordt zetten de steenen uit of krimpen ze in. Wam&ex ze uitzetten glijden ze een weinig naar bene den. Het is wei heel weinig, maar ze rijn voort durend in beweging. Deze beweeglijke steenri vieren rijn de wonderen der Falkland-eilanden. Op andere plaatsen werden steenen of rots blokken gevonden, die zoo precies in evenwicht rijn op een smal steunvlak. .dat de minste aan raking ze doet waggelen of in beweging zet lammen olifant vinden we In het vwhaal va* een Indisch heerseher, die gedurende een Jacht partij, op een olifant gezeten, aan een veld kwam, waarop een menig'© zieke inboorlingen lagen, zich koesterende in de zonnestralen.^ De monarch gaf in zijn verstoordheid over de vertraging, die tiij anders zou ondervinden, het wreede bevel om over de zieke menschen heen te rijden. Maar dè olifant toonde zich menschlievender dan rijn mees ter en volgde iiet bevel niet op. En toen hK zoodanig aangedreven werd, dat hij wel moed voortgaan, nam hij met zijn snuit de zieken, dia voor rijn pooten kwamen, met groote voorzichtig heid o p en legde hen op rijde, zoodat niemand ge deerd werd. Nog een voorbeeld uitliet leger van Britsch-In- dië, waar olifanten gebruikt worden om het zwaj* geschut voort te trekken. Bij een oefening had LEVENDE STEENEN. In Australië en in Nevada vindt men magne tische steenen, die schijnbaar het vermogen bezit ten zich te bewegen. Zij hebben de grootte van een noot en lijken op stukjes ijzer. Als men een aantal van die steenen op ae tafel legt óp een af stand van 60 cM. van elkaar ongeveer, dan ról len ze dadelijk naar elkander toe en blijven op efin hoopje liggen. De vindplaats van deze steenen is een streek, die geheel kaal is en vlak, met hiér en daar kuilen in den rotsachtigen bodem, die gevuld rijn met de merkwaardige steenen. men zoo'n steen op een afstand van niet meer dan -^1 biauw én geel en de een artillerist het ongeluk '*oor op den grond te vallen. O krachtige dier het wiel v het zoo lang in dfl h rijn gevaarlijken toestand JAPANS«JHE MU hu^muSên ofgdokt, ln verschillend* Die muizen, ook dansmuizen genoemd, iiebben de eigenaardige gewoonte om heel snel in esir kring rond te draaien. Deze gewogpte is aange boren, zoodat de jonge muizen het niet eerst va* de ouden behoeven te leeron, en houdt verband met een gebrekkige ontwikkeling van het gehoor orgaan. ZEDELIJKHEID ONZER VOOROUDERS. In de achttiende eeuw nam men het hiermW blijkbaar niet zoo nauw, de zedelijke grenzen ver flauwden meer en meer. Vooral van de jongc-Jui uit die dagen wordt het gezegd. Van fatsoenlijke gezelschapen hielden ze niet, en rij waren al be dorven, zooals het in de gedenkschriften va* Van Hardenbroek heet, „eer sij eenoegsaem 'I begin van de waerelt oesien hebben. Hun slechte daden bedekten rij door ze met vreemde woor den te noemen, waardoor ze een onschuldig aan zien moesten krijgen. Een wandaad heette „va-\ nité", overspel Werd „coquctterie' genoemd ai „galanterie", een schelmstuk heette ©én ..faux pas", laster „babilderie" en een dievenstreeü was eea „coup de Jeunesse." DRIE. Het cijfer drie heeft ten allen tijde e©n mys tieke beteekenis gehad; Pythagoras noemde 3 hot volmaakte getal, aanduidende net begin, het mid den en het einde, en maakte het daarom het sym bool Voor de godheid. De wereld werd bestuurd door drie Goden: Jupi- ter (de hemel), Neptunus (de zee) cn Pluto (de onderwereld, l Het symbool van Jupiter was een dries tra lige bliksemschicht, van Neptunun een drie- tandigc vork en van Pluto een driekoppige hond. Er waren drie schikgodinnen, drie ruriën, drie gratiën en drie harpijen. De orakelsprekende pries teressen zaten op drievoeten. In bijna alle Godsdiensten vindt men een drie- eenheid. Bij de Brahmanen do tri-murti. „èen driehoofdige God: Brahma (de schepper), Visknu (de behouder) en Siva (de vernieler.) Bij de Chineezen heeft men de drievoudige Tlior De oude Perzen hadden als drietaeni^ Go- V°°' den Öromasdes, Minras en Arimanes, bij de Noor- QPf& en worden. •che volken weren hel Odin. die het leven schiep, i llaenir. die verstand en beweging achonk, ra IV*" POOten' Lodur, die bloed, kleur, smaak, gaJdit en gtW 't(1 van 2 ii 3 M. maakt "'kn ook bij den Christelijken Godsdienst heeft^,Jaar ,™n ,3®' h(^fn H^«?G£reni'CH: 2000 m me68te II200000 ««wezen militairen en 560.000 f?esrin«- KLEINE BIJZONDERHEDEN. Do „adgretteaf* op dameshoeden worden ver kregen xioor de zilverreigers te vermTKdiec 111 don ti.d dat ii\ jonden hebben, omdat dan do kuifveeren, die de „aigrettes" leveren, bei iuorist zijm. Do jongen moeten dan van honger omkomen. I loden van gesneuvelden ontvangen in Engeland Tamme olifanten worden om hun groote kracht oorlogsonderstouning tot een bedrag van rarm wel gebruikt om zware blokken hout op te sta- 100 millioen pond sterling per jaar. 26 porcent pelen. Zelfs wordt er verhaald van een olifant, der ËDgelscbe oorlogsweduwen zijn hertrouwd. <ne 'n muur moest metselen. Zijn meester had ha* dit geleerd. En als hij het eenmaal goed deed, kon* Boven een hoogte van 10.000 M. bestaan geen men hem gerust door laten werken. Maar deze welken meer op onze aarde, jumbo, de metselaar,, kon toch niet geheel het toezicht van rijn meester missen, soms werkte De slagtanden van een olifant, die uitefluiteal hij slordig En toen hij weer ©ons een stuk muur uit ivoor bestaan, worden tot 50 K.G. zwaar, slordig en tp.hregefmatig had afgewerkt en rijn oppasser het werk ging Inspecteeren. plaatste de De sjalot ontleent haar naam aan de Syri- olifant zich voor het slecht afgewerkte deel van sche stad Aacalon. Daar werd zij het eerst ver den muur. Zijn meester dwong hem op rij te bouwd. oaan, maar toen keerde hij zich bedaard om en begon zeil het stutr. werk, dat hij fiordig had uit- De oudste dierentuin ter wereld is vermoo- gevoerd, weer af te breken. delijk door den Chineeschen keizer Wu-Wang Het is verder van algemeens bekendheid, dat laten aanleggen, omstreeks 1150 jaar voor een olifant niet eerder een brug over zal gaan, al- Christus, vorens hij zich met rijn voorpoot^n en snuit van de sterkte overtuigd heeft Valt dit onderzoek Een tramritje te iMoskou kost thans 2000 tot niet naar genoegen uit van het slimme dieren, dan 5000 roebel, is alleen zeer sterke dwang van zQn meester in alaat hem tot den overtocht te dwingen, en nog Een emmer drinkwater kost te PeterSburw niet eens altijd. En heel vaak Hijkt aan door bet thans 35 roebel, inzakken van de brug dat de olifant juist go-1 oordeeld heeft. i (Maarschalk F och heeft tijdens zijn bezoek Een apdor voorbeeld van het vernuft van eenaan Amerika 500 redevoeringen gehouden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1921 | | pagina 14