Alltlttl Iflem-
MmtsMit- LullniM
Woensdag 1 Februari 1922.
65ste JaargaDg. No, 6968.
Uitgeversi N.V. v.h. THAPMAN Co, Sctiagen.
Engdands macht in
Britsch-Indië in gevaar.
Reclames.
In GRlEP«tqden
Staatsloterij.
Gemengd Nieuws.
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 «ur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. no. 20
Prijs per 3 maanden fl.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels fl.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berékendL
'Het ia alweer bijna een jaar geleden, dat. iLord
Reading tot' omder-koning van iBritsch-lndüë be
noemd Werd. 'Het ia ailw-eer ruim een half jaar gele
den, dat Lord iReadiing als redimÜddel' voor Engeland®
prestige im Indië verzocht, dlarti de populaire Prfimce
of Wales, die juist maat zulk een succes de 'Domi
nions bezocht en de banden tuss-chen die Dominions
en de 'Kroon, dus feitelijk t-usschen die Dominions en
het moederland, aamgehaailid bad, door .een bezoek
aan Britsch. Indië te brengen, den steeds toenemen-
dien invloed der anti-Emgelscho eHemeniten zou be
teugelen.
Ik herinner mij, boa alk verleden jaar met een be
kend advocaat, dliie denl nieuwen onderkoning, niet-
alleen als de Cbief Justi-ce Lord Reading, doch ook
reeds als de rechter Sir Rufus Israël® gekend bad,
besiprak en mijne verwondering er over te kennen
gaf, dat men aan iemand, die Indië niet kende, in
deze moeilijke tijden de teugels van bet bewind ln
handen gaf. AMereersti viel mij op, dat mijn vriend
de precaire toestand! in Jmdië veel lichter inzag dan
ik, terwijl mij later bleek, dlat over bet algemeen
de in 'Britscb Indië wonende Emgelschen in hunne
brieven aan familieleden en vrienden, den toestand
daar zeer rooskleurig schilderden. Zelfs heden valt
mij dit nog dikwijl® op.
Maar wat de persoon van Lord' Reading betreft
bleek mijn vriend goede hoop te koesteren ten op
zichte van zijmi succes als onderkoning. Hij, zeide, dat
hij noch Lord Reading, noch Sir iRufus Israels ooit
in eenögie positie had zien Mien, wel steeds bad zien
uitblinken.
Er waren echter Engelschen, die bevreesd waren,
dat Lord Reading maar al 'te gemakkelijk een slappe
politiek in Indüë zou voeren, daarbij gewillig luiste
rende naar den Minister voor Indië, den beer Monta-
que, die steeds "tot zachtheid en toegevendheid in
Indië aanmaande.
Verleden zomer kwam ik in (Loödén een kennis
uit Holland tegen, wiens broeder juist uit EngeOsch
Indië terug kwam en van oordeel was, dat de toe
stand daar,, sedert hij er 5 jaar geleden voor het
laatst geweest was, zeer ernstig scheen en men ieder
oogenblik revolutionaire woelingen kon verwachten.
Slechte enkele maanden later 'bad men In Mala-
bar de bloedige opstand der Moplah's, die feitelijk
nog niet geheel onderdrukt is.
'De P-rins van Wales ging naar Indië. Ik behoorde
tot degenen, die hem aan het Victoria Station zagen
vertrekken'. Er was eene ontzaglijke groote menigte
op de been om den popuilairen koningszoon een har
telijk vaarwel, goede reis en goed succes toe te jui
chen. Te meer opvallend was het groote aantal be-
llangstelülendlen, omdat alles zonder pracht of praal
ging en de (Prins van Wales, zoowel als de geheele
koninklijke fam-Me ini dichte' auto's naar het station
reed.
Wat ging er al niet in de harten van al die trouwe
onderdanen om, toen' hun aanstaande koning de
reis ging aanvaarden, waartegen deze onversaagde
jongeling erg opzag. Hij ging, omdat hij1 het zijn
plicht rekende, maar hij, zelf stelde zich van zijn
succes niet veel voor.
De Prins van Wales weet het ook wel, dat 'het een
heel ander ding is dm eene Euiropeesche bevolking
in de Dominion®, Australië, of Canada, sympathie in
te boezemen, dan de bevolking van Indië, die door
eene stelselmatige propaganda tegen de Britten, het
Britsche bestuur en de koninklijke familie, was op
gezet, door persoonlijk optreden, door de bekoring,
die er van zijmie hoffelijke, hartelijke manieren en
oniweer®taan|bar.en, gullen glimlach uiltgaat, tot pro-
Britten, om te too.veren.. Ieder, die ons Indië kent,
zal zich' het verschil tusschen eene Indische en eene
Europeesche volksmenigte en| den invloed daarop
uit te oefenen, kunnen denken. Dat is immers niet
te vergelijken.
Of de reis van den Pr,in® aan de door Lord! Rea
ding daarvian gekoesterde verwachtingen zal beant
woorden' wordt reed® nu door gezaghebbende krin
gen ten .zeerste in twijfel getrokken.
Toch zal die reis ook haar nuttig effect hebben,
het zal d'e verhouding tot de Indische .vorsten onte
genzeggelijk verbeteren en het zal aan de loyal'e, zoo
wel al® aan_ die lankmoedige bevolking toonen, dat
de toekomstige 'heerscber, de aanstaande keizer van
Indië nog de lust en den moed' beeft om zich onder
bet volk van zijn aanstaand keizerrijk te1 begeven,
en dus bQijkbaar op dat rijk en op die bevolking ge
steld is. In zooVerre is dat bezoek eene uitmuntende
propaganda. Het bezoek aan Rangoon, Madras en
Calcutte schijnt propagandistische zeer geslaagd te
zijn. Doch wat te zoggen van de bloiedig© too-neelen,
dóe riicb in Bombay en elders hebben afgespeeld, da
delijk na aankomst van. dien Prins in1 die plaatsen?
'Het Ibeeit nu wel, dat de oproerlingen hooligans
waren, hundingen, gerecruteerd uit de heffe des
volks. Maar dat neemt niet weg, dat, indien niet tal
van vrijwilligers geholpen! hadden om de orde te
handhaven, er nog veel erger tooneelen zouden zijn
voorgevallen' en in nog veel meer plaatsen.
Buitendien, waar er gehuurde krachten zijn, be
staat er ook eene organisatie die huurt.
Dat die organisatie niet te onder,schaftten is, blijkt
niet alleen uit de grootere of kleinere onlusten, doch
ook uit bet verhinderen van huldebetoon aan den
Prins, aan (het doen sluiten d'er inlandsche winkels,
het doen ontvolken der straten in de wijken der In
landers,, waardoor de Prins aü® het ware door doode
steden reed.
Het blijkt uit id'e boycot der Brit9chJe goederen en
heit verbranden daarvan op de openbare straat.
Nu zijn nog vóór de Prins in Indië aankwam, wel
iswaar de gebroeders Ali gevangen genomen, ook
zijn sedieTt die onlusten tijden® 'het bezoek van den
Prins enkele andere (leiders ingerekend, maar de
hoofdleider, de man, die de geheele rebellie op touw
heeft gezet en naast een groote dosis van onbe
schaamdheid', teven® een onmiskenbaar orgamisa-
tiscfo talent bezit, doopt nog steeds vrij rond. Diie man
is Gandhi 1 Het is alsof men 'Gandhi niet aandurft.
Ieder, die zich onze Atjeh-oorilog herinnert, weet, hoe
verkeerd; het steeds gebleken ils, om lankmoedig te
genover de leiders der oproerlingen te zijn. Lank
moedigheid' kent de inlander niet, die ziet daarin
slechts vree® en zwakheid' van den .Europeaan en
gaat den udlt groot- en lankmoedigheid gespaarden kunnen maken, dat bescheidenheid zeer jjékér $dé méér
leider als een soort onkwetsbare, een (heilige beschou
wen, vereeren en volgen. De gevolgen van lankmoe
digheid zijn steeds funest gebleken en hebben Hater
een massa menschenlevens gekost
Nu blijven de heeren Momtaque en Reading steeds
aarzelen, zij blijven lankmoedige .pakken GandJhi niet
.aam en hebben .aan d'em Britscb Indiiscben volksraad
voorgesteld om Gonidhdl tot ieene zoogenaamde ronde-
ita'felconifierentie uit .te noodigen. Van Indische zijde
is daartegen proest aangeteekend. Sir Cbettur San-
karam Nair beeft., nadat de Volksraad met 52 (waar
bij 32 Engelsche stemmen) tegen 36 stemmen tot de
comferenltie besloten Ihad', zich uit den Raad .terug ge
trokken. 'Hij; beschouwt Gonldlhil als een onbetrouw
bare en krankzinnige politicus.
De eischen van Gandbi eens 'bekijkende,, komt de
ze ten eerste' met den eisch, dat de Engelsche gene
raal Dyer en de Engelsche hoofdambtenaar Sir
Michael O'Dweyr, geen pensioen meer zullen krü-
gen, al» straf voor optreden .tegen beun (Gandhi).
Verder eisdht hij bestraffing van meerdere Britsche
ambtenaren en officieren Dan moet Frankrijk zich
uit .Syrië en. EngeflJaind zich uit Egypte terugtrekk en
en moet aan BritsCb lndi)ë dominon status (zoo ds
b.v. Australië heeft) verleend worden.
Het feit aJlleen, dat er imeiil Gandhi onderhandeld
•zal worden, maakt verschalende Engelschen 'ten hoog
ste geheten, op de heeren Montaque en Lord Reading.
Men verwijt dezen), dot zij door hum slappe houding
indië denzel'fden weg opjagen al» Ierland'. Men ver
wijlt den heer Montaquie en (Readiimg, hun Jood zijn en
.wijst er op, dat in het Joodsche blad, de Jewish
World van 15 December, een artikel gestaan heeft,
waarin' een parallel getrokken werd tusschen de jo
den en de Ieren, diie volgen® <i:,t blad, allebei' -on
derdrukte volken waren en dat, ami de vrijheid voor
de Ieren gekotmeni was, ook de dageraad der vrijheid
voor de joden zou aanbreken.
In de ooren van 'Engelschen (en ook van Neder
landers) moet zulke taal onwillekeurig hoogst on
aangenaam klinken. In Engeland genieten de joden
nlietl aPeen alllie mogelijke vrijheden, doch gelijke
rechten, in Nederland is het zelfs zoo, dat men zich
wel eens afvraagt of d'e macht -der joden daar niet
zoo groot is, dat als er sprake is van vrijheid, eerder
de Christen Nederlander dan de jood in het gedrang
is en men zich onwillekeurig in- de concertzaal,, in da
opera, in bet theater, in -hét restaurant, in den trein,
in zaken en in de politiek afvraagt of er in Nedor-
fenld, 'b.v. in Amsterdam, wel pliaats is voor oan ma-
Israëliet.
Zoo kan het geen verwondering baren' dia' tde uit
latingen d:er joodsche pers onwillekeurig in verband
wordt gebracht' met de toegevende politiek van de
Israëlitische machthebbers. M-ontaque en Reading,
zoodat er iin Engeland stemmen opgaan, dis eischen
de onmiddellijke terugroeping, van onderkoning
Reading het onmiddellijke 'aftreden van Minister
Mcntaque, omdat zij deze belden met hun zachtheid
niet vertrouwen en vreezen ,d!at bet gaat om een na
tionaal-joodsche politiek, die de macht vam Engeland
wenscht te verminderen, ten einde de joodse h-natio-
nale 'kansen te doen stijgen.
Wij achten dat overdreven, men mag van iemand
met de antecedenten van Lord Reading, zooiets niet
veronderstellen. Maar toch geeft al hetgeen men de
laatste jaren over -de joodsoh-matdonale gedachte
ik spreek bij voordacht niet! van politiek Heest, te
denken. Vroeger was bet woord jood' vereenzelvigd
met den godsdienst van den betrokken persoon. Een
protestant Nederlander zag im jood en katholiek ge
woonweg Nederlanders, die ieder een and'eren gods
dienst dan de Protestant' beleden. Zal' dat op den
duur zoo Mijven? Ik betwijfel het. Niet alleen bij de
Zionisten, doch ook bij andere joden treft men meer
en meer aan, dat) ziji voor alles joodl zijn en verder
burger vam het land, waar zij toevallig wonen, zon
der zich. meer bijzonder aan dat 'land te hechten, al
hoewel zij zich met de- politiek van' dat land Intens
bemoeien. Men ziet dikwijls, den naam van. den heer
Otto Kabn unit New York in vensohilileinde bladen,
i Deze heer Kabn heb ik als j ongen gekend, toen hij op
school ging in Mannheim, 'in Duitschlamd, waar hij
geboren was. Lal er ging -hij maar 'Amerika, Geduren-
de dien oorlog was hij fel anfci-Duitsch. -Hij gaf aan
jde blinde Engelsche oorlogssllachfo-ffers zijm buiten
'St. Dunstan, in Regentspark te Londen.. Wal moet
1 men nu van zoo iemand' denken? Is dat, een Ame
rikaan, een Engelschmam of Duitscher? Geen van
aJll-en„ -hdj' is een jood pur et simpte» die daarbij, zijn
j geboortegrond' verloochend 'heeft,
i lm Amsterdam ia ©eiu paar maanden' geleden; op
een© vergadering vam Israëlieten reeds sprake ge
weest van (de .oprichting ©ener eigen joodsche poli
tiefce partij. Het is -niet doorgegaan, er is n-og ruimte
en invloed genoeg lim de vrijzinnige, sociaail-decmocr.a-
iijsche en communistische vereenigingen.
i Maar toch zal het er op den duur van komen.
Evenals met alles, heeft er een évolutié plaats in
het Jodendom, in de Joodsche gedachte,
i Indien het nationale gevoel der Joden meer en meer
I ontwaakt zal er geen ruimte meer aan hen verléénd
kunnen worden in de politieke en staatsorganisaties det
andere volken.
Dat is te begrijpen, Zijn zij een ander volk, Óen an
dere nati^ dan zullen zij gezanten en consuls moetéïl
hebben om hunne belangen in de verschillendé landéa
le behartigen, want 'zij zijn dan vreemdelingen in die
landen zonder stem in het kapittel zooals zij thans
1 wel hebben.
De iquaestie gerezen door de Balfour declaratié zal zich
wellicht ontwikkelen in een richting, die nïemand voor
zien heeft Reeds nu eischt de Joodsche Nationalé
Organisatie de ontruiming van Palestina door de Ara-
I bieren, indien die Arabieren, die daar sedert eeuwên
1 wonen, zich 'niet onder de Joden willen stellen, dé Jodén
dus als het volk 'vam Palestina erkennen en zich zelf
als vreemdelingen op bescheiden wijze térug'trékkén én
hunne eeuwenoude ijurgerplichten prijs gevén, omdat
Palestina het Joodsche Nationale Tehuis heet.,.
Indien werkelijk de Joodsche nationale gedachte zich
blijft ontwikkelen, dan zullen zich in de toekomst groote
moeilijkheden en ernstige conflicten voordoen. „Dé Han-
delsbladlezer zal dat wel 'uit de brieven van den néér
Jacob Israël 'de Jlaan constateeren.
I Het is daarom te betreuren, dat de Joodsche Pers réédis
nu een aanmatigende toon aajtslaat en geheel vérgéét,
hoe vrij het Jodendom is en hoe in het eenigé Rijk
waar het onderdrukt werd, in Rusland, thans de Jod^ji de
heerschers zijn en deze zoo weinig aanspraak op de
dankbaarheid en het vertrouwen van de mensenheid
gepaste houding van de Joodsche Pers zou wezen.
Wanneer dan ook werkelijk Indië door tLe politiek
van de heeren Montague en Reading voor Engeland in
ongunstige positie zou 'komen aan de vijanden, die
Britsch Ind.1 omringen, de Pathans, de Afghanen, de
Bolsjewieken, dioslechts wachten op die gelégénhéid
om tegen Engeland op te treden, daardoor de gelégén-
heid daartoe geboden zou worden, waardoor dan naast
de rebellen' een strijd zou begimnnen, dié voor Engéland
op den duur zou kunnen beteekenen het 'vérliézén van
het Indische Rij'k, dan zou dat zeker weer met bijdragen
tot "Verhooging van de populariteit der Joden ra het
algemeen. a
Gelukkig is "het met Britsch Indië nog niet zoo ver.
WellicH zal de invloed van den Prins van Wales zich
tot T .^rd "Reading en Mr. Montaque uitstrekken.
Do Prins, die er voof bekend1 is, dat hij een goedén
kijk op dingen heeft, zal, behalve al zijn ofücieelq
plichten en zijn sportieve genoegens pis tij'gerjagéni,
polospelen, wedrenmeerijden, nog^wel tijd vindén ééns
een gemoedelijk gesprek te voérén mét ménschénn, dóe
Britsch Indië beter kennenn dan de heeren Montaqué én
R-eadinfi.
Ofschoon de Prins zich steeds van inmenging in
staatszaken onthouat, is jjet bekend-, dat, indien de
een' of andere overheidspersoon den Prins zijn mééning
vraagt, die meening altijd buitengewoonn raak is. Zoo zal
dat wellicht ook met Lord Reading geschieden en dan
zal "de Prins zeker niet nalaten te wijzen op de vélé
gevallen, die de historie ons omtrent vele wérêldgé*
heurtemssen leert, namelijk dat een aarzéléndé én slappé
houding steeds tot volmaakt ondermijnen Van het wet
tig gezag en tot ontzettend bloedvergieten géléid hééft.
Het is met een kolonie, hetzij het Britsch Indië of
Nederlandsch Indië geldt, toch steeds hetzelfde vraag
stuk en wqj,, of Engeland (respectievelijk Nedérlandj hét
recht heeft die landen te re^eérén of "'(rijêl.
Nu kan men zeggen, wij zijnn daar slechts veroveraars,
dus hebben wij geen recht Welnu is
de meerderheid der Engelschen, réspéctiévélijk dér Né-
derlanders, het daarover eens, dan is er slechte één
mogelijkheid, dat is de koloniën zoo spoedig' mogelijk
verlaten.
Doch is dat 'te rijmen met "het fatsoen, met het
geweten der betrokken natie?
Ik antwoord hierop met groote beslistheid!: „Neenf"
Wat toch is het geval. Gedurende de geheélé kolonialé
geschiedenis, zoowel van Rritsch Indië als van Neder
landsch Indië^ is gebleken, dat de I.nlandsche Bevolking,
aan haar zelf overgelaten, machteloos staat tegenover'
de elementen onder die bevolking, dié hétzij' door gé-
boorte, hetzij door geld, hetzij' door ^anleg~gelegenheid
en lust. hebben de groote massa: van het volk uit te
persen, te demoraliseeren en té tyranniseeren.
Men behoeft slechte over Java te reizen om té zién,
met eigen oogen te zien, hoe in de vorsténdommén Djok-
jakarta en Soerakarla,ondanks dat de Nederl. Regeering
daar een werkzaam toezicht houdt, het volk 'met stille
kracht onderdrukt wordt. Werkelijk de bevolkiiig yan
Solo (Soerakai' .met die van Kediri. Solo het vorsten
dom; Kediri, de "residentie onder Nederlandsch gézag,
In beide landen wonen Javanen en in Kediri' zekér
niet do braafsten aller braven, want de bewoners zijn
de afstammelingen der uit het vorstendom Solo gedepop
teerde Javanen.
En toch, zie het verschil tusschen de Minders in
Solo of in Kediri. Zie, hoe veel gezonder, tanker, wél-
varender, de Kediriscne Javaan er uit ziet, tegénovér
den armen, verschrompelden, armoedig gekleédén Solo
Javaan.
Bedenk ook hoe de vreemde Oosterlingén als Ara
bieren en "Chmeezen, die veél .piéntérdér zijn dan dé
Javanen, onmiddellijk .zouden zeggen, de Nederlandérs
zijn Wég, het hek is van den dam, nu kunnen wij' met
de bevolking doen wat wij willen.' Ieder, die Indië kent,
zal' beseffen, wat een systeem van gladde, Iistigé af
persing en uitmeageling dan de ongelukkige inlandsche
bevolking zou omvatten en langzaam wurgen.
Vraag ook niet, wat de hadji's, de Javanen, die Mekka
bezocht hebben, een misbruik zouden maken van den
nimbus van heiligheid, die de Javaan in den Mekkagan-
ger, de Javaan, die het heilige graf van den Profeét
Mohamed bezocht heeft, en nu een tulband draagt als
zichtbaar kenmerk van zijn© heiligheid, ziet' Vraag het
den oud-Indisch ambtenaar hoe moeilijk het nu reeds
is. de inlanders tegen hun eigen vleesch én bloéd, tégén
de Javaansche, Malusohe, Madoereesche of Soendanéé-
sche hadji's te beschermen.
Gelooft ge, dat de Japanners ook maar één oogenblik
zouden aarzelen om, indien wij Insulinde verlieten, zicb
onmiddellijk op onze plaats te zetten en de vlag niet
den stijgenden zon te hijschen aan de vlaggestokken,
waaraan de edele Nederlandsche driekléur, drié êêuwên
lang fier en als embleem van rechtvaardigheid! gewappérd
heeft.
Kom (mij niet aan met vérhalen over door ons begane
onrechtvaardigheden. Dat zijn uitzonderingen, betreurens
waardige fouten, doch ieder die werkt, begaat fouten,
ook een ambtenaar, ook een regeering.
Maar over het algem-een zijn wij Nederlanders tot één
zegen voor Insulinde gieweest en zou het één misdaad: zijn
Nederlandsch Indië. Overzeesch Nederland te vérlaténu
en de bewoners aan hun lot over te laten.
Het zou een daad zijn van onuitwischbare schande.
Dit zelfde geldt voor Britsch Indië. De Mohamedanen
in Bengalis zouden godsdiensttwisten beginnen, de berg
bewoners van over de grenzen, de Pathans en dé Af
ghanen zouden hunne strijdlustige geaardheid zeker niét
v-erloochenen en zouden de Indische dalen én vlaktén
intrekken, schrik en ellende verspreidéndé ondér dé
bévolking, die thans door het Britsche gouvernement,
ter zijde gestaan door het Britsche leger, tegén dé aan
vallen dier woeste plunderaars beschermd wordt.
Wat zou er van de Vrijheid der bewoners van Britsch
Indië terecht komen, indien de Britten zich daaruit terug
trokken onder het motto, door Annie Besant misdadig-
lijk fin Indië verkondigd, wij Britten zijn de veroveraars,
wij hooren hier niet'
Maar gelooft die zelfde Annie Besant een oogénbliik
aan de mogelijkheid, dat, indien de Bjritten Indië ont
ruimden, Indiië dan voor de Indiërs zou blijven?
Japanners, Russen, Afghanen, Rerzen, en Turken
zouden elkaar de erfenis der Britten betwistén. Ziét
Annie Besant werkelijk zoo'n geluk voor Indië in het
herstel van het Kaliefaat? In het domineeren van dén
Islam, van de Halve Maan?
Moeten die millioenen niet-Mohamedanen, dé Hin
does, de Bengalis, de Parsees eenvoudig aan dén Islam
geofferd worden?
Wij kunnen in al die Vrijheidsprofeet en of zij in
Nederlandsch Indië Douwe Dekker of Masin En-
gelsch Indië Annie Besant of Gandhi heet en, niets anders
zien dan of dwaze of misdadige lieden, die vrijheïdi
voor de zoogenaamde onderdrukten prediken, doen de
hel op aarde voor hen ontketenen, slechts nog méér
moora, afpersing, onrust en ellende over deze toch
reeds zoo diep in ellende en -droefénis gédompéldé wé-
re dte brengen.
Rust is wat de wereld behoeft en daarom vloek over
allen, die onrust prediken1
Moge de reis van den Prins van Wales toch nog aan
de verwachtingen, welke Lord Reading daarvan koesterdé
beantwoorden, al zou het zijn, dat hij dezen onderkoning
tot het besef bracht, dat het beter is een man als
Gandhi met zijne volgelingen onschadelijk te maken, dan
rampspoed én bloed te brengen over millioenén ónschul-
digen, die zich door hunne geaardheid niet bewust
zijn van de zegeningen van een Britsch gouvememént,
doch, tiiidiiien dit verdwenen zou zijn en zij dagelijks aan
den lijve zouden voelen, welke en sléchtén ruil zij
hadden gedaan, te Iaat zouden begrijpen, dat de hun
door Gandhi en anderen als onderdrukkers voorgéstéldé
Britten hunne feitelijke beschermers wéldoénérs warén.
Wat voor Britsch Indië geldt, geldt ook voor ons
Insulinde, terwijl, indien de Mohamedanen onder Gandhi
tot daadwerkelijkheden op grooten schaal zouden over-
fian en daarbij ten gevolge van een slappe houding dier
ritten, succes zouden hebben, dit zeker, voor onze poeitié
in Nederlandsch Indië van zeer bedenkelijken invloéd
zou zijn.
Daarom is het voor ons Nederlanders van groote
beteekenis, hetgeen wellicht rééds dé naasté toëkomst
in Britsch Indië zal brengen en mogen ook onze beste
wenschen don sympathieken jongen man, den Prins van
Wales, op zijn verdere reis door Britsch Indië vers
zeilen en onze hoop zich daarna richten, dat wijsheid en
kracht het beleid van de Britsch Indiesche Regeéring én
vooral van den Onderkoning Lord Reading móge steu
nen. y
Thans is ontegenzeggelijk Engeland's macht in Indië
in groot gevaar en nadert de crisis langzaam maar zéker.
doet ter voorkoming en bestrijding dJe Abdijsiroop
•haar plicht.
UreKtóog van .Maandag 20 Januari
5e Klasse. 9e Lijst.
Nos. 3935 11430 12084 18226 elk f1000.
.Nes. 14211 6150 9294 11361 19106 elk 1400.
Nos. 2723 6628 7619 8259 20176 20905 elk f200.
Nos. 1414 2077 3344 3440 4868 4978 6191 6689 8957
13460 15819 15989 17335 17418 elk f 100.
Prijzen van f70.
35 71 131 144 328 633 804
899 1011 1022 1184 1312 1322 1567
1582 1617 1908 200S 2022 2061 2119
2134 2719 2270 2347 2396 2670 2687
2770 2902 3172 3260 3549 3550 3558
3614 3720 3738 3755 4093 4260 4409
4627 4748 4927 5163 5316 5382 5421
5494 5540 5741 5746 5760 5772 5948
6004 0332 6425 6446 6522 6870 7208
7309 7327 7494 7555 7581 7584 7586
7668 7737 7746 77S7 7801 7893 8017
8272 8405 8418 8633 8674 8772 9023
9114 9242 9285 9398 9414 94S2 9486
9496 9625 9670 9764 9845 9851 9853
9970 10071 10109 10181 10185 10247 10437
10536 10539 10683 10782 10943 11124 11210
11213 11214 11349 11521 11728 11804 —848
11978 12062 .12120 12190 12234 12291 12424
12521 12631 12652 12734 13270 13282 13463
13493 13597 13601 13866 13878 13926 14054
14410 14472 14473 14541 14548 14680 14748
14866 14983 15074 15201 15014 15370 15418
15479 15610 15685-15781 15817 15896 15886
15895 15928 16040 16053 16248 16337 16509
16562 16577 16596 16682 16790 16821 17082
17282 17302 17357 17404 17406 17441 17592
17756 17779 17868 17927 17938 17968 17982
179S3 18141 18171 18235 18539 18549 18648
18706 18712 18762 18800 18836 18854 19036
19046 '19171 '19175 19225 19242 19371 19390
19398 19446 19488 10789 19868 19872 19877
19952 19966 20085 20092 20097 20325 20508
20984 21010 21299 21304 21329 21390 21600
21709 21861 21887 21925 21956 22055 22153
- 22240 22256 22262 22475 22507 —523 >-780
22826 22869 22911 22938 22951
A.S. STAKING DER TOONEELSPELERS?
Bilt Berlijn, 30 .Jon. Ini alle Berlijnsche sch-ouw-
burtgbedrijven <zal vóór a.®. Woensdag gestemd wor
den over de vraag of de tooneetepelers in staking
-tuillen gaan om die door huiu ©eëi&öhte duurte toe-
te verkrijgenu
EEN IJSBRUG.
Berlijn, 30 Jam. De Oostzee ós met ©en fjisflaag,
van een Ik-ilometer lengte, "bedekt. Tusschen Stral-
sun'dl enl Rügeni Ós ©en natuurlijke brug, gevormd,
•waarover hét verkeer reeds loopt.
400.00C FRS. m HET BOIS DE BOULOGNE.
Een tuinman, die Vrijdag, werkte aan' de grens van
'hieifc Boils de Boulogne, ontdekte begraven onder een
heester, een verborgen achat Van den eersten schrik
bekomen;, verzamelde bij aiïle edelsteenen en bracht
ze naar heit nausbbijtójüMie politiebureau. Hier bleek
de vondst te bestaan uit 120 prachtige paarlen en
acht -saifieren.
De poditiie -ontdekte al spoedig aan wile deze »tee-
nen toebehoorden, mil. aan mevrouw Thompson, wo
nende in de Avenue de 'Boulogne, wdie ®e op 21 Juli
1914 ontstolen waren. De dief bad ze blijkbaar be
graven, om ze daiter weg te halen, hetgeen echter niet
geschied da Deskundigen schatten! ld© ijuweelieri) op
400.000 frs.
Voor 'dien wakkeren tuinman schoot natuurlijk een
(flinke hel-ooning over.