ROMMELKRUID,
H prodflikt van eigen IïlihL De prod.uktiekost en
eija in Engelland.' veeft hooger, zoo hoog zelfs,
dnt alteeni die prodtuiktiekostenj er nog 50 400
(procent hooger zijn dart de prijs, waarvoor het
gelijksoortig speelgoed uit Duitschlond. in En
geland verkocht wordt.
En welke gevolgen dit' voor de Engefeehe in
dustrie heeft, kan hieruit 'blijken, dat in den
Battstenl tijdJ 82 ftnna's haar werkplaatsen. ge-
eücten hebben. In 1&19 waren nog 44X000 perso
nen werkzaam in de -Engelsche speeigoednij-
vierheid, nu slecht» ©w 5000-tal meer.
(Het Duitsohe proöokt overstroomt de om
liggend© landeni waartegen: .concurrentie wei-
haagt onmogelijk.' Vrütfdt 'Trouwen^ Drdtsch-
lan-d mag ook wed volop prodticeeren om eerags-
tóns in die gelegenheid te zijn aan zijn verplich
tingen te voldoen. Enorme sommen worden er
opgeëisctot door die overwinnaars. En wat
Duatechfifcmd de enjteoteMC ontrok- «koet ^enst aan
het ongelooflijke.
(De taturneallfeerde ccbtsoIe-commSasic te Ber-
Wjn, die moet ftoerien op de richitige uitvoering
der ontiwaipemngsvcKxrschrifteb, van VereadHe,
veradindt enorme sommen, die het Duitache
(volk toch maar imoet opbrengen.
De chef van do controle-commissie kost per
Jaar aïeen aan logies en pension 365.000 Mark.
In totaal kostl hij -per jaar, zonder salaris, 1H
mÜHoen Mark. De rrfficieren krijgen, behalve
salaris, een jaar&jksche toelage van 420.000
merk, de onder olfdcicrari 138000 mark, de sol
daten 84000 mank.
'Aan een- en ander moet het Duitsche rijk per
Kaar meer dhn 600.000.000 Mark offeren. En dat
ie nog moor aiïteen v^or de entente-controle.
iDat zulks 'kwaad Woed zet, bij de Duitse hem,
Spraekt wei vanzelf. Eer» Duitsche kolonel krijg;
nog met zooveel salaris als een Engelsche ma
troos of Fransche scAdnat aan toelage ontvangt.
Zoo zijn die gevolgen van den wereldoorlog.
En waar is het eaod© nog. De Duitsche Mark
ataut even hoven een cent Om veil de Oosten-
rijksche kroon nog maar nfiet eens te spreken.
Wie met 900 gulden naar Oostenrijk gaat en
die omzet in kronen, is ar guMonjia.tr. M.
DE WICHELROEDE.
In den oorlog is ook de wichelroede op
groote schaal gebruikt, en heeft men daar
mee menig succes behaald, al bleven de ge
vallen van verkeerde aanwijzing ook niet uit
Dit heeft twee Oostenrijksche onderzoekers,
Haschek en Herzfeld, aanleiding gegeven, het
probleem, waarover zooveel is gestreden, met
streng wetenschappelijke methoden te bestu
deer©]!. Het resultaat daarvan, hetwelk on
langs in „die Naturwissenschaften" is mede
gedeeld, is een nieuwe hypothese omtrent
de oorzaak van het merkwaardige verschijn-
Mandera koudte stem: „Willem, ril niet zoo met
je eto te schuiven", of: „EHy, trek niet zco
aan b-t tafelkleed." De kinderen, boos dat „Net
je" h n kwam storen in hun spel, stoven den
pp, e: wie weet, wat er gebeurd was, als oom
er ni» t hij was geweest
(Des winters, als bet vuur in de haard vlam
de, vertelde oom van zijn reizen. En zwijgend
eaten de kinderen dan om het vuur geschaard,
de kleinste op oom's knieën en er was er niet
één, die zridtl aandachtig toehoorde. Maar nu
was de winter al weer heen en had plaats ge
maakt voor de lente, 't Zou over een week Pa-
Bchen zijn. Oom genoot, van H mooie lenteweer.
En terwijl lij zoo zat te denken over het mooie
plannetje, ging het tuinhek open en een jongen
van ongeveer eJf jaar kwam naar oom toe
„Dag Oom! Mooi weer hè? Wij hebben al vo-
canitie! Veertien degjenl Hearlijkl"
„Dag Ben, dag jongen!" aei oom rasüg. „Zoo,
heb je vacantie? AJtancsd 8it? Als je rus
tig bij me komt tóttizi, zal ik. je een leuk plan
netje verteHen".
Oom Max stand op, schoof Ben een stoet loc,
waarin deze zich met een smak Set neervallen
en ging Hoen weer ritten.
Staf, akrf, daar kram juffroiiw Mandera aan.
„Dag juffrouw", rel Ben, terwijl Wj niet al te
beleefd lm rijn stoel Weef zitten.
„Dag WfBem", zei de juffrouw stijf
sel, die wel waard,is hier uiteengezet te wor
den; zij steunt, gelijk men zal zien, op goede
gronden.
Een groot voordeel voor de onderzoekers
was, dat een zeer bijzondere roedeganger zich
beschikbaar stelde. Dit was n.1. dr. Waagen,
de chef-geoloog van het geologisch Instituut
in Weenen, zélf dus een wetenschappelijk
man, die de beteekenis en waarde van zulk
een studie begreep, en dus met volle belang
stelling meewerkte bij alle langdurige, verve
lende cn lastige proeven..
Haschek en Herzfeld! bemoeien zich alleen
met den natuurkundigen kant van het vraag
stuk; zij onderzoeken, onder welke uitwen
dige voorwaarden de werking optreedt, doch
laten de wijze, waarop de roedeganger rea
geert, don physiologischen kant dus, buiten
beschouwing. Alleen wijzen zij er op, dat de
roede zelf slechts de rol vervult, die de wij
zer in een instrument speelt. Zij maakt an
ders niet waarneembare bewegingen der spie
ren zichtbaar. Haar vorm en grootte, het ma
teriaal, waaruit zij bestaat, zijn dan ook fac-
tcren van ondergeschikt belang.
De proeven werden genomen in het natuur
kundig laboratorium te Weenen. De eene der
beid© onderzoekers plaatste een of ander voor
werp, bijv. een brok metaal of een vat met
eenige liters water, onder papier of in doozen
verborgen, in het lokaal. Hij verliet dit dan,
waarna de andere in gezelschop van dr. Waa
gen binnentrad. Elke mogelijkheid van sug
gestie was hierdoor uitgesloten, daar slechts
de eerste der proefnemers wist, wat er was
opgesteld, en deze pas terugkwam, nadat de
roedeganger zijn aanwijzingen had1 gegeven.
Er werd nu gevonden, dat warm of koud
water, water in een open vat of in een dicht-
gesmolten kolf, precies hetzelfde effect had
den. De conclusie hieruit is, dat noch tempe
ratuurverschillen, noch gasvormige produc
ten, eventueel door het water uitgezonden, als
oorzaak in aanmerking komen. Toevalliger
wijze kwam echter aan het licht, dat elec-
trische geleidingen een sterker invloed oefe
nen, zoowel bij gelijk- als bij wisselstroom.
Daar elke stroom zoowel een electrisch als
een magnetisch veld om .zich heeft, moest nu
worden nagegaan, welk der twee hier in het
spel was. Dit kon op twee manieren gebeu
ren. Ten eerste werden twee magneetstaven
naast elkaar gelegd, den eenen keer met de
nooidpolen aan denzelfden kant, den tweeden
keer met een noorcL- en een zuidpool bij el
kaar. Het effect was gelijk, en ook niet an
ders dan bij gewone ijzeren staven. Niet het
magnetische veld, doch het electrische werkte
dus op de roede. Dit werd bevestigd door een
andere eenvoudige proef; een ebonietstaaf, die
men door wrijven met een wollen lap elec
trisch had gemaakt, had een zeer krachtige
werking.
Door deze experimenten werden Haschek
en Herzfeld tot de hypothese gevoerd, dat
een roedeganger iemand is, die uiterst gevoe
lig is voor ongelijkmatigheden in het elec-
„Benl" verbeterde Ben grlnnekend.
„O, k. dacht, dat je broer het was. Jullie (lijkt
zooveel op elkaarl"
Wim en Ben waren toevallig «tweeUngon. Zij
leken sprekend op elkaar en ze hadden er al
tijd pret in (vooral Ben) om Juffrouw Antoi-
nette in d© war te brengen. Zoodoende kende de
laatste ze (nooit uit elkaar en maakte ze tel
kens vergassingen. Zoo ook nu. Maar deze keer
bracht Ben haar op het rechte spoor.
„Hebt iu nog thee?" vroeg oom aan de juf
frouw.
Juffrouw Mandera stofte op haar vilten pan
toffeltjes weer weg, en 'kwam even daarna weer
terug «net een kopje thee en een trommel koek
jes.
„U bent een bovenst beste, Juffrouw!" zei Ben,
met oen bhk op de koekjes Juffrouw Mandors
zei niets op die lofuiting en ging stil in oen
boekje ritten breien.
Toeni Ben rijn thee op had, sel hij: „Nu, oom,
vertelt u nu uw plannetje eens. Tc Beu zóó be
nieuwd. 't Zal wel iets leuks wezen!"
„Luister maar", zei oom. „Je weet, dat 5k al
tijd veel van t eekenen heb gehouden, en dat 5k
ook graag anderen zie teekenr.n. Nu ben ik van
plan, om in de vacantie 3en groote «eekenwed-
strijd vrer Jullie te houden. Ik heb het liefst,
da»» «Hen er aan meedoen, groot en klein Daar
om zal ik twee prijzen bascMkbaar stellen.
trisch veld, en op geringe veranderingen daar
in terstond reageert Dat electrische veld is
overal op de aarde aanwezig, als gevolg vain
de zoogenaamde aardstroomen. Wel is waar,
weet men daar weinig van, maar het is toch
wel zeker* dat ongelijkmatigheden in den
weerstand' van den bodem ongelijkmatighe
den in het verloop van de stroomen ten ge
volge moeten hebben, die op haar beurt wij
zigingen in het electrisch veld teweegbren
gen. Is er eigens in den bodem een plek van
geringer weerstand (bijv. door ertsen of water,
dan is de afneming der spanning daar ter
plaatse kleiner; is daarentegen de weerstand
grooter dan in d© omgeving, bijv. ten gevolge
van een hol, dan neemt de spanning daar
sterker af. Alleen wanneer de ertsader, wa
terleiding, enz. precies evenwijdig aan den
aardstroom loopt, dan is er geen invloed op
het electrische veld. Massa's van een afwij
kend geleidingsvermogen veranderen dus het
electrisch veld, en wel des te sterker, naarma
te ze r^ooter zijn en dichter aan de oppervlak
te liggen.
Met deze onderstelling kan men de bekende
effecten der wichelroede ongedwongen verkla
ren. Het is bijv. duidelijk, dat de op één hoog
te blijvende grondwaterspiegel geen reactie
geeft, dóch elke afwijking, een verdikking of
verzwakking in de watervoerende laag bijv.,
wèl. Ook begrijpt men, dat de re* ie soms bij
ertsaderen of waterleidingen slechts bepaal
de stukken aanwijst; dus onderbrekingen
vindt, die er niet zijn, daar loopt dan d© aard
stroom juist parallel.
Op het eerst© gezicht is deze verklaring, als
wij letten op de genomen proeven, eenigszins
verrassend'; zij zal wel gelden op het land,
doch in een kamer, waar er zeker door de
verschillende voorwerpen geen stroom liep,
zou men g©en effect verwachten. Bij nadere
beschouwing echter verandert deze meening,
want de ro-de reageert op elke wijziging in
het electrische veld. Nu is het een feit, dat
alle geisoleerde lichamen, die zich in een elec
trisch veld bevinden, dit deformeeren; der
halve moet er ook in een kamer een werking
waarneembaar zijn. Slechts zal deze zaak heel
zwak zijn, omdat de massa's, waarmee men
binnenshuis kan werken, uiteraard klein zijn
ten opzichte van wat men op 't fond vindt. Men
heeft deze opvatting door nieuwe proeven kun
nen steunen. Wanneer men lichamen, die on
der karton op de gewone wijze werkzaam war
ren, bracht in een doos, die met metaalgaas
bedekt was, dat met de aard© geleidend was
verbonden, dan verdween onmiddellijk elke
reactie. Zooals men weet, heeft een dergelijke
inrichting, welke als kooi van Farady bekend
is. een volledig beschuttende werking voor el-
ken electrischen invloed. Evenzoo hield het ef
fect van stukken koper, die gewoon op den
vloer lagen, dadelijk op, als men ze door een
draad met d© water- of gasleiding verbond.
Volgt uit deze proeven reeds de electrische
oorzaak van het verschijnsel, deze wordt nog
bevestigd door waarnemingen met geïoniseerde
Vraag, of alle neven en nichten morgenmiddag
hier kernen, dan zal ik zeggen, waaraan jullie
je bij het teekenen te houden heb li 1 Nu, boe
denk je er over?"
„Hoe ik er over denk?" riep Ben, „ik vind
het heerlijk, mooi, lijn, pracbiig, alles!" en Ben
sprong op en vloog naar Oom toe. „Oom, wat
tem u toch een reuzegx>ed oompje."
Oom glimlachte en keek terluiks naar zijn
huishoudster, die Ben bij zijn vroolljke uiting
geen erg vriendelijken blik toewierp. Maar Ben
melkte *t (niet eens. Hij was weer jaan zitten
en aei: „De onderen milten het vost ook leuk
vinden, oom. Vooral Maat, die toekent prachtig,
vindt u nfiet? Maar oom Otto zegt, dat Ik het
beter doel"
„Ik weell iheuoch niet, Wie beter tleekent, jij
of (Max", zei oom
Na een kwartier zei Ben: „Nu oom, ik zal
eens op gaans ar tappen. Uw boodschap zal ik aam
alten overbrengen".
„De groeten aan Je moeder, en vraag, of m
weer eens gauw komrtT, riep oom Ben achterna,
toen deze al bij hot hek was.
„Dank u, fik zaïl het dloen!" riep Ban terug.
Wordt vervolgd
iNa gekomen oplossingen van Grietje Duin,
Sehoorltf&m, Nelfi Asjes, Oddesluis, Fr. v. Bron-
gel, Langer eis.
gassen, een gasvlam, lucht, die door water is
geborreld, en met radiumemanatie bezwanger
de lucht. Al deze gassen veranderen door hun
geleidend vermogen het electrische veld!. Be
halve bij het laatst©, verdwijnt d© werking da
delijk, als men d© oorzaak wegneemt. Dit klopt
nu precies; de radium-emanatie, eenmaal in
het vertrek gebracht, blijft daarin hangen, en
zij wordt bovendien door de huid geabsorbeerd.
Dientengevolge blijft de afwijking in het elec
trisch veld! langen tijd bestaan. De invloed van
het weder, dreigend onweder, mist, enz., dien
de roedeganger ondfervindt, zal ook door de
ionisatie van de atmosfeer worden verklaard.
Ook de talrijke storingen, die bij de proeven
optreden, rijn aan electrische oorzaken te wij
ten. De overgroot© gevoeligheid van den roede
ganger maakt namelijk, dat hij op de gering
ste hoeveelheid wrijvingselectriciteit reageert.
Men moet daarom reeds voorzichtig rijn bij het
afnemen van de deksel eener doos.
Het laatste woord' over dit probleem is stel
lig nog niet gesproken. Lang niet altijd ble
ken de aanwijzingen van dr. Waagen juist,
maar men moet, behalve met de reeds aange
geven oorzaken, ermee rekening houden, dat
het geen instrument, doch een mensch is, die
de reactie ondervindt; en een mensch is on
derhevig aan subjectieve invloeden, stemming,
nerveuzen toestand. Haschek en Herzfeld be
schouwen hun onderstelling dan ook niet meer
dan als eerste poging tot natuurkundige the
orie der wichelroede. Vele moeilijkheden zijn
nog te overwinnen, vele proeven te nemen.
Maar toch zijn d© beide onderzoekers door al
les, wat zij hebben waargenomen, overtuigd
van de objectiviteit van het verschijnsel, be
rustend! op een verandering in het electrisch
veld. K.
EEN MERKWAARDIGE INDUSTRIE.
Sinds de uitvinding van buskruit ia kali
salpeter een zeer gezocht artikel, dat tot op
dr uitvinding der moderne middelen om oor
log te voeren de basis was voor het behoud
van menigen troon of machtspositie. Sinds
de scheikunde het middel aan de hand deed
om deze stof gemakkelijk te bereiden uit
chilisalpeter en kaliumchloride (uit Stass-
furt) is de belangstelling ervoor in onze stre
ken sterk gedaald. Vroeger was dit anders
en menig oud verhaal doet nog de ronde over
de kwellingen, die de landelijke bevolking in
vele landen te verduren had, toen de mach
tigen der aarde aan speciale salpeterzoekers
het verlof gaven (natuurlijk tegen goede be
taling in natura aan de vorsten) om het den
geduldigen onderdanen duchtig lastig te ma
ken bij het zoeken naar salpeter in den bodem,
op muren, in stallen, etc.
In Engelsch-Indië (vooral in Bihar) wordt
nog dteeds een oudJ bedrijf beoefend dat bestaat
in het verkrijgen van salpeter uit de bovenlaag
van wegen, aasden muren, etc. De permissie
om die tegen af te krabben wondt betaald naar
gelang van dleni salpeter-prijs, zoodat tijdens
den oorlog; toen die prijs sterk omhoog ging,
wertkelijk aanzienlijke bedrogen -uil) de arme
„nunia's" geperst weadten.
Gedurende het droge seizoen wondt drie boven
laag er afgekrabd, vermengd met bet overblijf
sel voni het vorige jaar en gelegd op een filter
van stroo of bamboe, die zich bevindt boven
den bodem vam een leemen vijvertje. Daarna
wordlfi over de massa water uitgegoten, dat de
erin aamweeïgte zoutten oplost en eenifesrins ge
filtreerd terecht komt op den leemen bodem en
afgetapt) kon worden. In hoofdzaak is er kadi-
salpeter en keukenzout in opgetast
De niunia kookt die vloeistof nu In ijzeren pain
men. of laat ze indampen dtoor de zon. Ten slotte
kristalliseer men er 'n mengsel uit van salpeter
en keukenzout d at aan raffinodeurs wordt ver
kocht, daar het) den oiuniia verboden is om er
zelf de beid© zouten uit te winnen, daar dit be
slist) aanleiding zou geven tot nog sterker ont
duiking van dien roultiaccyns, don niu reeds
plaats vtodl
Door hertuaaJideliljik doorgieten van water wa
de ru tellkensi nieuw© oplossingen) veriregeui,.
waarvan d© llaatst© zoo slap is, dat ze bebaard
wordt met het doel z© ©en voïgerxi Jaar mat de
nieuw© massa 'te vermengen. Ook allerlei vuil,
dat tijdens de bewerkingen neerslaat wordt
daarvoor bewaard), zoodat zelfs bij deze ruw© be
reiding nog d© zutafigiheidi wordt betracht, al
rekent men, dat 25 pet. van de in het groodpro
duet aanwezige salpeter verftoran gaat.
IMen zal tóch afvragen, waarom juist in En-
gedSstfv-Tndië d© satpeterinidustri© kon blijven
bestaan en fin onze streken niet. De eerste reden
is gelegen in het klimaat, waardoor tijdens d©
regenHooae periode van wegspoelen van oplos
bar© stoffen geen sprake la Verder zijn de ba
cillaire werkingen in die hoe te streken zooveel
intenser dan hier, dat de organische afvallen,
die op d© wegen terecht komen zeer snel door
die nitrificeerendJe bacillen tot eenvoudiger ver
bindingen en: tot nitraten worden omgezet.
De aldus verkregen hoeveelheden zijn zeer
moeilijk te taxecren. Uit d© uitvoercijfers Wijkt,
dat voor den oorlog jaarlijks ongeveer 15.000.000
Kg. salpeter uit Eng.-Inddë werd uitgevoerd, ter
wijl tijdens den oorlog die hoeveelheid' opge-
voend werd tot' ruim 25.000.000 Kg.
De arme munia verkoopt rijn. product aan den
rj.lfiiiadeur, die er een eer in stelt zoo weinig
mogelijk ervoor te betalen, terwijl bij een goo-
den prijs krijgt voor de geraffineerde salpeter.
Aan den anderen kant troost de salpeterzoeker
zich weer door stilletje® zooveel mogelijk keu
kenzout te maken uit zijn oplossingen en dit
clandestien te verkoopen, zoodat hij den a-ccyns
weet te ontgaan. Dit keukenzout is trouwens
zeer onzuiver, daar van goede omkristaUAsatie
geen sprake is bij die onontwikkelde inlanders.
'Het Indische gouvernement traioht thans d©
salpeteniinidustrii© in betere paden te leiden, zoo
dat er plannen bestaan om, evenals vóór den
tijd van den conviersiesaflpeter, de salpetervor
ming te bevorderen door het aanleggen van
satpetertuimteE), waar unit mest, afval van sunn-
•henmep, kalk, etc. onder invloed' der nitrificee-
mend© bacillen groote hoeveelheden salpeter ge
vormd' kunnen worden.
Gemengd Nieuws.
BETAALDAG IN DE WILDERNIS.
Een betaaldag in Europa kan al onaange
naam zijn, tenzij men opslag mag uitdeelen,
maar in Afrika, daar is het een wanhoop.
Een wild© neger is niets anders d'on een
kind, dat zes voet meet. Een goedig, ginne
gappend kind, dat liegt zonder te beseffen
waarom. Maar die kinderlijkheid veroorzaakt
een wanhopige administratie.
Hij is gehuurd bij de maand!, maar bij de
maand uitbetalen gaat niet,, want in mijn
trading post verkoop is glinsterend© messen
en kleurige lappen en hij zou vergeten, dat
hij nog geld moet bewaren om te eten.
De moedjlSjkheidl zit hierin, dat hdj alleen
werkt om die lappen en dat ik moet zorgen
dat hij ook nog eet om te kunnen blijven
werken. Hij weet niet wat hij verdient. Hoe
wil Radjoumba weten dat hij 25 Frs. gaat
krijgen, als hij slechts tien vingers heeft om
dat na te tellen? En hij wil immers alleen
dat paar gele schoenen hebben, dat daar in
den winkel op een plank staat.
Dus, ik geef per week rantsoen uit, rijst,
bananen en moniokwortelen. Maar eens per
maand is het luxefeest. Daar rijn er, die een
hoed willen hebben, anderen een lantaarn,
kortom het is St. Nicolaas.
Sommigen probéeren of de blanke niet ver
geten is, wat hij al gaf, want ze begrijpen
niet, dat het boek alles onthoudt. Dat begrij
pen ze nooit. Pas heb ik vijftig nieuwe negers
aangenomen. Vijftig pikzwarte, onbekende,
grinnikende gezichtem Als ik het rantsoen heb
uitgedeeld), wordt er geroepen:
Koor: Hier, hij heeft nog geen rantsoen
gehad.
Ik: Wie is „hij"?
Hij: „Ik".
Ik: Wie is „ik"?
Hij: Jean Baptiste.
Ik glimlach, want ik ken hun ijdelheicL Zij
tooien zich met d© dolst© nomen, diie ze hoo-
rer, de weet wsar en d5e ze verwis
selen, zoodra ze een nog mooi eren hoeren. Da
mot der van diit boschgedrocht heeft stellig
noodt van zoofieta als Jean Baptist© afgewe
ten.
Ik: Ken geen Jean Baptist©.
Koor: Hij heet Jean Baptist©.
Ik (mijn boeken sluitend): Loop naar de he\
Jean Baptiste.
Hij: Oh!
Als er een wat vooruit wordt geschoven,
vraag ik.
Ik: Heet jij Jean Baptist©?
Hij: Ja, missie.
Ik: Don krijg je niets, omdat ik nooit een
Jean Baptist© heb in dienst genomen.
Hij: Oh!
Hij draait wat heen en zoekt blijkbaar zïjn
kleine hoeveelheid hersens af naar een uit
weg uit deze onoverkomelijke moeilijkheid.
Als Ik medelijdien krijg vraag ik.
Ik: Wat is je naam als wild©?
Het koor grinnikt.
Hij: M'Para, missie.
Ik: M'Para, jij hebt je rantsoen al gehad.
Hij: Ja; missie.
Nu vraag ik u.
Maar dan het maandsalaris. Van heinde en
ver zijn ze gekomen. Mijn boy zit achter me
mijn geweer te poetsen, opdat toch iedereen
zien zal, dat hij dat zoo maar durft te han-
teeren, dat geweer van den blanke. Maar eerst
komt hij bij mij en vraagt angstig: Het is toch
niet geladen, missie? Tevens is hij tolk, want
van verre landen komen zij en veel talen wor
den er gesproken.
Ogoula, de Stormwind, staat voor mij. Hij
krijgt in theorie Frs. 30. Twee dagen heeft
hij vergeten te werken, blijft Frs. 28. Hij wijst
op een lap. Pak aan! Blijft Frs. 14. Dan wijs*
hij op een blikken horloge. Mijn hemel, Storm
wind, zeg ik, is de zon niet goed genoeg meer
voor je? En hoe wil de Stormwind weten wat
het horloge zegt, als hij niet kan verstaan waf
erop geschreven staat? Ik geef hem een mes.
Wod kijkt hij nog erg verlangend naar het hor
loge, maar ik weet dat hij een mes noodig
heeft en stoor me niet aan zijn smachten. Er
blijven dus nog Frs. 3.50. Schiet op, Ogoula, er
zijn er nog meer die betaald moeten worden.
Hier is een tros bananen. Blijft Frs. 2. Hier
een hoofd tabak. Nog een halve franc dus. Af-
deeling kleingeld. Daar ben ik op ingericht. Ik
heb een waschtafelglas. Dat vol met goedkoo-
pen wijn kost een franc. Half vol koot een hal
ven franc.
De stormwind hurkt naast mij neer en slaat
den wijn naar binnen.
Oh, zegt hij, goed! Maakt Ogoula veel sterk;
veel sterk.
Maar ik, die alles moet hoeken en afschrij
ven, moet omwerken met een kostprijs van
marken, onkosten in guldens, een scheep»-
vracht in ponden, tot een verkoop in franco
met geschatte koersen moet omwerken, ik heb
medelijden met metzelve.
HET KORTSTE TESTAMENT.
Be testamenten van Mr. Kennedy Josies, diö
206.000 pond naliet en- Sir S. Beauchamp, die
een vermogen had van 30.000 pond, waren
beide op een half velletje papier geschreven.
Het testament van den beroemden graaf Mans-
field, van 1756 tot 1788 Lord Chief Justice, be
schikt© ©ver een half miflliosn pond aterimg in
enkele woonden op een half zijd je papier. Het
kortsi© testament is echter waarschijnlijk ge
maakt door ©en rijk dagbladeigenaar Ie Chiea-
go„ F. B. White, dfie over rijn groot vermogen
beschikte met het enkele zinnetje: „Ik geef al
les aan mijn vrouw".
DE UITVINDER VAN DE FIETS.
Te St. Entienne is onlangs overleden d© heer
Pierre Gauthior, döe wordt gehouden voor den
uitvinder van de fiets. De fiets Is echter, Tiamy
„L© Journal" opmerkt, uitgevonden door een
jongen leerling-werktuigkundige, te Baarte-Her-
tog, Eroest Michaux.
Zijn vader was werktuigkundige te Baarte-
Hertog en dfe jonge Kroest werkte onder rijn
leiding. Hdj wend in 1842 geboren.
In 1855 bracht een klant van zijn vader een
„Draisieime" om t© repareeren.
Deae primitieve fiets, Brafisiemme genaamd,
naar rijn uitvinder baron Drais uit Sauer-
bronn, had twee wielen, een stuur, maar geen
pedalen. Men bracht haar in beweging door
met de punt van dien voet op den grond te
drukken.
Toen hij dÜ weinig-practische instrument
zag, kwam de jonge Erneet op hot denkbeeld
er pedalen aan te makeni met een ketting, dia
het achterwiel h beweging bracht
De vader ven den Jongen u&tvinder
gebruik van deze uitvinding en stidtffte csn
fabriek te Parijn
In 1884 te te Baarie~<Hertog ter ©ere van Br-
nest en Pierr© Micbarax, uitvinders en fabri
kanten van de fiets met pedalen, een gedenk-
toeken opgericht
Ei/en lachen.
HUISELIJKHEID ZS ALLER.
Een echtpaar tót samen aan tafel:
Hij: „'ttl Is gewoon *n schandaal, die keuken^
meld van ons. Heb je ooit 'n beroerder stuk
vleeoch gezien dan dit wat ik hier op mijn hord
heb?"
Zij: „Ja 't Stuk dat Je mij daar net gegeven
hebt".
OF HET ER NOO WAS ZIET UI
Een boer heeft op een bank *n de stad dui
zend gulden uitstaan op deposito. Op een goe
den morgen vraagt hfj den directeur om zijn
gefld.
Directeur: „Wenocht o 't geheete bedrag reen
uw deposito terug te ontvangen?"
•Boer: „Welnee, me heer. Ik wou a-Been zqonf
even natellen of 't er aHemaal nog te".