Van Rijswijk's Schoenhandel - Schoenmakerij Ie zijn BOED en GOEDKOOP. een paar SCHOENEN voor te koope^. Zaterdag 6 Mei 1922, 65ste Jaargang. No. 7021. TWEEDE BLAD. De dingen om ons heen. FEUILLETON. TERUG IN HET LEVEN. Brieven uit Engeland, Men kan het geld niet beter besteden Uit hef Hart van Holland. In meer dan eeii opzicht gaat het de Entente niet naar wensch. En toch wordt terzelfder itijd de toe stand voortdurend duidelijker. Re e da geruimen tijd waren Ier teekens waar ite ne men, die er op wezen, dat ihot ooriogsvenbon-d bezig was uiteen te -volden. Elk oogenblik waaier geharre war tusschen Londen en iParijis en na elke ontmoe ting tu-ssclien de leidende persoonlijkheden der hei de landen, -moesten huh lij-lyournalisten „met den meesten nadruk" -het praatje colportearen dat de band nog nimmer zoo hecht, de samenwerking nog mooit zoo innig was geweest als thans. Een praatje door niemand gelooid, -plnidat de feiten precies con trarie spraken, dooh dat men in Frankrijk noodlg had om hot publiek te kalmeeren, dat zich zonder Eugelands bijstand al opnieuw door .Duitschland over weldigd waande en dat ook voor velen in Groot- -Bi-itanniö een zekere gevoelswaarde bezat. .Wij wezen er reeds vroeger op, dat geheel afge scheiden nog van politieke overwegingen, -het vooral economische argumenten zijn gewee-st, die aanleiding gaven tot een gebrek aan harmonie in het -optreden van Londen en Parijs. Het -teiugwmncn van een groot -afzetgebied voor handel en nijverheid, het her stel van net normale zakenverkeer was voor Enge land -de factor, die den doorslag gaf, iterwijil Frank rijk veel meer hechtte aan baar geld in -den vorm •van de Duitsche schadeloosstelling, al zou dan -ook i-of wellicht juist -omdat! Duitschland daardoor voor goed zou zijn geruïneerd. Dit was het hoofdpunt van geschil, d-ooh daarbij bleef het niet. Er waren andere motieven, die de breuk wel niet ernstiger maakten, doch in elk geval duidelijker zichtbaar deden worden. Zoo bijv. het verdrag van Angora., waarbij Frank rijk zich tegen alle afspraken in speciale voord-eelen bezorgde en tevens het verdrag met Turkije -op losse schroeven zette. Van dat oogenfolik. af beschouwd© men in Engeland de Fransche bondgenoot als iemand, die in- de gaten dient te. worden gehouden. Precies zooals Frankrijk ten hoogste verbolgen was toen Duitschland in Rapailo het -tractaat met de So vjetrepubliek onderteekende. En het mag zonderling höeten, dat bij al de kunstmatige verontwaardiging over Rapall-o bijna niemand in Engeland heeft her innerd aan precies het analoge geval, toen Frankrijk de belangen der Entente en de waardigheid der vre desverdragen overboord wierp om zelf e enige conces sies te verwerven van de allerbeste vrienden van Moskou, waarop Frankrijk zoo gebeten heet te zijn. Vermoedelijk heelt -de discipln-ine der Britsche- pers waar het aangelegenheden van bpitenfandsche poli tiek betreft, verhinderd dat -voorloo-pig die -troef kaart nog binnen werd gehouden, 'Doch men kan er van- verzekerd zijn, dat zij te e eniger tij-di op tafel komt. Zoodra bijv. de Fransche regeering -op grond van het Verdrag van Rapailo wat nog steeds mo gelijk blijft en zelfs waai-schijn!ijk is te noemen roet in het eten zou trachten te gooien. Zoodra Frankrijk ais oprecht Lui der Entente door Engeland (op goede 'gronden -van Dritsch eigenbe lang) moest worden gediscrediteerd, kon me* aan stonds zien, dat de verstandhouding tusschen Italië £n Engeland inniger werd, De Itaiiaansche leiders w-aren het op menig punt eens met de Britsche. Ook .voor hen -golden economische -overwegingen meer ^n politieke. „Een, natuurlijk gevolg", zooals men iin Frankrijk zeide, „van het feit, dat Italië zoomin ais (Engeland aan het gevaar -van directe 'Duitsche -agres sie blootstaat, zoodat men in Rome ais in Loudfen 'gemakkelijk spreken heeft!" iH-et moet worden erkend, dat er voor Engeland bij de behandeling van Duitschland bij-na geen politieke overwegingen op het sipel staan, die een- blijvenden of althans langduirigen druk op.de Duitschers wen- sohelijk maken. Engeland heeft momenteel in -Europa zoo goed1 ais geen politieke 'belangen. Zijn interessen liggen el ders, in Indiö, in-Azië, in het algemeen en wat Europa betreft, komt alleen hot vraagstuk van, de Middêl- landsche IZee ernstig In aanmerking. Engeland wensebt daar met het oog op het Suez- kanaal geen „paramoune power", geen macht, die alleen meer in -de melk heeft te brokken, -dan alle Naar het Engelsch van WILLIAM J. LOCKE Vooc Nederland bewerkt door W. A. J. ROLDANUS Je. Uitgave van W. DE HAAN, Utrecht, „Hoe kunt u daaraan twijfelen," antwoordde de jonge man. „Hoe kunt u daaraan twijfelen? Het moet een illuster gezelschap zijn. 11c ben alleen maar bang, dat ik; een armzalig stuk in de verzameling zijin zal." „Wilt u niet g&aii zitten?" Zij wees hem een plaats naast haar op den divan. En toen Godfrey naast haar plaats genomen, had, voegde z(j er fluisterend aan toe; „Dat en dat" met een bijna onmerkbaar handgebaar wees zij naar zijn decoratie en zijn been „geven u het recht op een eereplaats." En dan ging zij, alsof zij een teer punt aangeraakt had, op bijna verontschul digenden toon voort-, „Lady Edna plaagt mij altijd met mijn collectie, zooals zij die noemt: maar er is een grond van waarheid in. Mijn echtgenoot is heef trotsch op zijn Divisie en dat ben ik ook, cn de eendgo maniei waarop ik probccren kan me dio als iets levends tc beseffen, is sommigen van zijn officieren goed te lee- ren kennen." „Bij Jupiterriep Godfroy mot plotseling schilte- rciklo oo$en. „Dal ia de verklaring voor alles. „Waarvoor?" „Voor hot 'Telt, dat de divisie cfe schitterendste is, geen enkele uitgezonderd, aan het front. Voor den in- vlood, dien de generaal erop hoeft. Ik heb nera maar een paar maal gezien en toen rilde ik van top tot teen, terwijl hij langs kwam. Maar er is geen officier ot soldaat, die niet voelt, dat hij hem maken en breken kan. Ik heb het nooit kunnen verklaren. Nu kan ik het wel." Zij glimlachte. „Ik kan u niet heelemaal volgen, Mr. BaJtazar." Plotseling werd h\j zich zijn vermetelheid bewust. Subalterne officieren moesten zich 111 den maatschappe- liiken omgang met do vrouwen van hun divisiegeneraalp als was laten kneden. Hij was er mot zeker van of hun gedrag üiot voorgeschreven was in paragraaf zoo en zooveel van de hing* Rcsolulions. Hy kreeg een kleur tot over zijn ooren. liuniddcfs keken haar oogen vrien delijk vragend. En als om de verlegenheid nog grooler te maken, schenen Lady Edma en zijn vader hun gesprek gestaakt te hebben, om naar zijn antwoord te luisteren. Er was geen ontkomen aan. llij verzamelde al znn moed en zeide: „U was steeds daar achter do Divisie." Do bescheidon Lady Northby kreeg ook een kleur. Dat de jonge man net eerlijk meende, bleek uit alles. andere ^tezamen-. Dit ïa een der motieven, waarom Engeland de Grieken niet in een hoek wenscht te latten dringen. Een te zeer verzwakt Griekenland, naast een dito Turkije zou het Frankrijk al te gemakkelijk ma ken in de iMiddella-ndeche Zee de leidende rol te gaan spelen en -Italië 'te effaceeren. Daarom m-oet. de relatie tusschen Rome en- 'Londen, docb ook tusschen Athene en Londen, zoo goed mogelijk zijn, al beeft Engeland idan- ook weinig reden1 ora cmet de Grieken van Kon- stantijn zoo bijzon-der ingenomen te zijp. Aan den andoren kant. mag ook Tur^jje niet te «eer benadeeld worden, omdat, van de goede gezind heid van- het. hoofd' van -den Islam voor Engeland, -ais heerst'her -over mfiliosneu im.abomed.aneo-, yes'l te v-eel afhangt. De regeling van het Tuiksch-Grieksch geschil ls dus voor En-gel'and een 'bijster imoellijk-o taak en het ligt ge-heel in de lij-n der 'Britsche voor- /uit-ziende politiek -dat men deze regeling niet zelf standig wenschte -doo-r te zetten, doch alleen dn sa menwerking met Rome en Parijs. Het voordeel daarvan zou de gedulde verantwoor delijkheid zijn geweest. En dat voordeel verloor En geland feitelijk, toen Frankrijk door een half offi cieel heer, Frainklin Bouillon, het -itractaat van An gora liet sluiten. We-1 trachtte Londen do-or de bijeenkomst in Parijs (den -ouden -toe-stand van eensgezind -optreden zoo goed mógelijk te -herstellen, 'doch -dit bleek van -den laa.nvang af niet meer -dan een lapmiddel. Men wi'st ün Londen zijn spijt te verkroppen, oo/k al i-hield de (Daily Telegrap'h vol er van dag tot dag op te wijzer» hoezeer i-Frankrijk de harmonie ten opzichte van -heft Nabije Oosten had verstoord. De spijt bestond, al toonde men het niet. Nu komt plotseling de tijding, dat Italië het Fran sche voorbeeld' heeft gevolgd en alle afspraken ten spijt ook achter den' rug zijner vrienden en collega's een truc heeft uitgehaald, zich door eenige concessies heeft laten verleiden, tot een afzonderlijke overeen komst met Angora. De Pall Mali bracht het uit. De Times raast en dondert. Do rest van de pers zal vermoedelijk wel •volgen. Metterdaad is Engeland, wat het naburige Oosten be treft, thans geïsoleerd. Wil het een vrede bewerken, dan zal het (inplnats van zooals het 'voornemen was kool en geit te sparen) gedwongen zijn afleen de volle con sequentie voor zijn houding te dragen. En daar Grieken land ontegenzeggelijk 'in elk opzicht 'de zwakste partij is, zal het uiterst moeilijk Zijn voor Lord Curzon een manier te vinden, waarbij Griekenland een ietwat aan zienlijke factor blijft aan do Middellondsche Zee. De Europcesche politiek ]9au Engeland eischt een bevoor- decling der Grieken, groofcr dan waarop zij aanspraak kunnen maken. Doch terzelfder tijd eischt de Duitsche wereldpolitiek' eenige toegeeflijkheid ten opZichte van den Islam, zoodat de Behcerscher dier Geloovigen reden heeft Engeland in zijn koloniën rust. te geven, door een vermanend w-oo-rd aan het' adres der Mahomedaanscho leiders aldaar. Genua was voo-r Ll-oyd Geor^e van het 'uiterst gewicht en het ligt in de rede, dat hij1 alles heeft gedaan out de conferentie, waarven zooveel afhing voor den Britsche hanaei en voo. Engeland* welvaart in bet algemeen, lot eeii coeo einde te brengen. Aefik ol moest pij daar voor de boosheid der Franschen in den loop meenemen- Maar dit pioblecm zat vermoedelijk thans blijken op den achtegrond te Zijn gekomen, nu de be.angen van Britsche Rijk en van de heerschappij om lndië in het gedrang beginnen te geraken. Een verkoeling tusschen Rome en Lo-nden kan thans niet uitblijven, doch het is de groote vraag, waar Engeland thans de steun zal zoeken om het probleem van het naburige Óósten tot oplossing te brengen.. Reeds voor het nieuwe Verdrag bekend was, Heette het, dat Ll-oyd George de medewerking der neutraen wilde in roepen om het Gricksch-Turksche geschil o-p te lossen en dat anders de .Volkenbond) daartoe van Britsche zijde zou worden uilgcnöodigd. De tegenwoordige samenstelling van dit lichaam geeft echter aan de Entente het overWicht, dus ook aan Frankrijk en Italië, die {na het sluiten hunner tractaten als onpartijdige beoordeelaars evenmin in aanmerking komen, als de Duitschers na het tractaat van Rapailo inzake de Russische kwestie meer compe tent waren. Zoodat dus de neutralen Engeland zullen moeten hel pen om het geschil tusschen Turken en Grieken op te lossen. De neutralen, E|ii juist heeft de pens ons medegedeeld welk een gro-ote ro-1 Nederland in den kring dier neutralen speelt. Nederland is, naar het heet, hun leider. En terzelfder tijd is Nederland de eenige mogendheid on-der hen, die Mahomedaansche belangen heeft Zoo ooit dan moet hier zeer voorzichtig te werk worden gegaan. zeer openlijk vooral alvorens onze regeering in dit geschil een ietwat leidende rol op zich neemt Meedoen is goed. Maar dan moei Koloniën bij elke beslissing minstens zoo eel hebben in te brengen als Builenlandsche Zaken- We zouden haast zeggen: als deze aangelegenheid eens in Dén Haag -w-erd uitgemaakt UITKIJK. Lady Edna stond lachend op, toen een bediende bin nentrad. „De hand, die de subalteraen weegt, beheerseht de Divisie. Laten w* zien of we iets te eten kunnen krij gen." Zij waren slechts met hun vieren. Eerst had Lady Edna Donnithorpe erover gedacht een groot gezelschap te inviteeren om met Baltazar kennis te maken. Haar jong besef van macht vermeide zich in de hulde der nne fleur van Londen om haar tafef. Baliazar's geschie- deins (gehoord, voor zij "hem ontmoet had) had haar bekoord, hij zelf had haar een diepen indruk gegeven; van zijn levenskracht en uitgebreide kennis; en na het diner was zij onder den invloed: van zijn persoonlijkheid gekomen. Hier was een groote kracht, die verwaarloosd werd. Hoe kon zij die nuttig maken? De menfcehen, begonnen over hem te praten. De nieuwe Pip Van Winklc. Het zou een triomf voor haar zijn als zij hem een actieve rol kon laten spelen. Zij had reeds een lijst opgemaakt, van de voornaamste autoriteiten, die hij moest leer en kennen haar man telde niet mede en was -bezig het aantal uitgenoodigden voor de lunföh op tc tellen, toen zij 'de lijst zij wist zelf nauwlijks waarom verscheurde. Het was misschien beter haar protégé to polsen voor zij haar campagne begon. De zoon maakte t-rouwonö den (toestand gecompliceerder. Een (knappe, flinke jongen. Misschien, zou zij ■voor hom ook iets kunnen id-oen,, als zij. wist wat hij wilde. Zij vond zijn oogen en de manier, ivvaarop hij zijn hoofd hield, m-ooi. Bovendien zonden de menschen, die don- vader van nut konden Zijn, den jongen man doodelijk vervelen. En dat -een van haar gasten zich in haar huis vervelen zou beschouwde zij als een ondenkbare ramp. Edgar, haar -echtgenoot, was de, eenige, die zich in. haar -huis verveelde, en dat was zijn eigen wil. Zij wilde niet, dat de jonge Baltazar de kans loopen zou zich te vervelen. Nadat zij de lijst verscheurd had, inviteerde zij 'Lady Northhby als de idéale vierde. In het begin van den lunch, toen Baltazar -in een levendige discussie met Lady Northby gewikkeld was wijdde zij zich -geheel aan Godfrey. .Met haar -sym pathieke contr-alto-stem ondervroeg zij hem en hij, onder de betoovering ervan, antwoordde. Hij zou de intiemste geheimen van zijn ziel geopenbaard hebben als zij die gevraagd htad. Maar in ieder g-eval vertel de hij -haar v-eel verbazingwekkende dingen over zichzelf. Daarna werd het gesprek algemeen. Op haar zach te manier verspreidde Lady Northby heel wat licht op vele duistere Iphasen van den oorlog. Lady Ed-- na hield- een- hoog brandende toorts over zwarte en als afgronden zoo diepe hoeken der diplomatie. God frey kreeg ontzag voor haar kennis van feiten cn haar vlugge gevolgtrekkingen daaruit. Hij had nooit (heemstede, 28 April '1822. Is er iets natuurlijker dan dat wij, gewone men schen, belangstellen in het leven van buitengewone men.-Tjhen? Dat we graag iet3, en liefst veel. weten var mannen als Goethe, Shakespeare. Vondel? Uit dioh lust. weken wij bijna allen, hebben, om kennis te maken, niet allqen met de wenken van groo te schrijvprs. doch daarna enk jnet bvu léven, valt te verklaren hoi gt'oete aantal levensbyschou^'ingenj waarin- do literatuur van elk «icfe mag. verheugen- Daaruit ook valt te vork-loren, dé IJver, waarmee honderden Jaren na don dood van -een Shakespeare gezocht en1 gesnuffeld wordt in oude archieven, om te trachten een tipje op -te lichten van den sluier, waarmee vele levensjaren van den grooten Engel- schen dichter zijn bedekt. Soms mei succes, als een dertiental jaren geleden, toen de Amerikaansche pro fessor Wallace, daarbij trouw geholpen door zijn -vrouw, In de Londensche archieven -zeer belangwek kende bijzonderheden vond over .Shakespeare. Meestal zonder ©enig resultaat.... voor de wetenschap. Niet -daarom steeds zonder resultaat voor den onderzoeker. Het aantal) verhalen, dat -over Shakospoare's leven de wereld in gezonden is, verhalen, waaraan niet de ■miste waarheid -ten grondslag ligt, Is legio. Doch -daar over en over Professor -Wallace schrijf ik wol eens een anderen keer. (Shakespeare zou me bijna afleiden. De. schrijver, ove-r wiens biographie het mijn plan was iets med8 te deelen, .toen ik dezen brief -begon, is een man, die nog maar weinige -jaren geleden gestorven is, in 1909: Algernon Charles Swinburne, een van Engelands grootste dichters. Veel is over het leven -van 'Swinburne reeds mede- gedoeld.'-Zijn bewonderaars hebben, 'zoowel tijdens zijn leven als in de dertien' jaren ma .zijn- dood, nooit opgehouden bijzonderheden over hem te weten te ko men. De groote dingen zijn natuurlijk voor ieder, die ze-weten wil, gemakkelijk te vinden, in elko letter- kundeboek: -datums van geboorte, ouders, -opvoeding, atu-di-o -enz. :Maar de bijz-ond-erheden en vooral: -d-e bijz onder e bijzonderheden. V-oor vijftien! shüllimgg kan- iedere !Swi-nb urne-ver eer der zich -daaraan thans te goed -doen. Voor dien prijs is bij den uitgever 'Philpot The -Home -Life -of Swin burne, H-et Huiselijk Leven van iSwonburne, versche nen, door Clara Watts-Dunton. Wie daaraan niet ge noeg heeft is, vrees ik, niet gemakkelijk to voldoen. -Clara Watts-Dunton had, meer dan iemand anders, gelegenheid Swinburne te leeren kennen. Haar man was Swin.burne's meest vertrouwde vriend. Zie hier 'n voorbeeld, hos zij van deze omstandigheid gebruik maakt -Swinbuirnie bewonderaars kunnen gaan ge nieten: „Ik had ruimschoots gelegenheid om' goed op de ■hoogte te komen van het schoeisel van de bewoners. (Zij bed-oelt: die- bewonor-s van de villa The Pines, Pu-t- n-ey IHdll, waar Watts-Dunton, zijn virouw en iSwin- burne de dichter was niet getro-uwd verblijf hielden de dertig laatste jaren van Swinburne's le ven). De zelfde schoenmaker bediende beiden (na tuurlijk haar man en -Swinburne). Er was maar wei nig verschil in grootte, 'Swinburno's voeten waren een klein beetje grooler dan Walter's. .De dichter droeg, wat men in den handel noemt, een acht en een half (wij noemen dat, geloof ik, 42 in Holland), 'zoodat het •onzinnig -is om te schrijven, over zijn kleine voeten. (Swinbur'ne had -schoenen van kalfsleer, terwijl Wal- ter aan zacht chroomileer de -voorkeur gaf. Vaak, als ik met Wal ter igiimg wandelen, merkte ik op, dat hij ■kalf-sleeren schoenen aan had. Dan zei ik: „Je ihebf- iSTvinburae (zijn schoenen weer aan. O -hemel! Waar om kijk je niet beter u-it?" Heb ik te veel gezegd, is het -niet om te -genieten voor de Swinburne vereerders? Voor goed zal -he.t na geslacht weten, ook na honderden jaren, dat de dich ter van Chastelard en Mary Stuart acht en half van Ve DAN ER BIJ zoo'n vrouw -ontmoet., nooit -gedroomd, dat zoo'u vrouw bestaan kon. Zij was in persotilijke aanraking geweest met de grooten der aarde, ook met den Kai- ser. Haar oordeel over Ihem was heel schrander. „Als de Kaiser en de 'Kroonprins gew-one midden-r standers geweest waren", zeide zij, „zouden zij: al lang achter slot en grendel gezeten hebben. De vader voo-r het oplichten van het publiek op grooten -schaal en.de zoon voor het stelen van melkkannen." Zij had ook koning- Constantijn ontmoet, toen een doorn in het 'vleesch der Geallieerden, van wie de eenvoudige Brit niet begreep, dat hij zoo lang' op den troon geduld werd. „Wat ëen onteering van een- naam voor Constatijh den Grootezeide Baltazar. „Precies,bitste zij. .«Zijn vreeseliike vrouw zegt ,In hoe signo vinces en laat den hefijzeren Kruis voor zijn oogen bengelen." Neen Godfrey had nooit zoo'n vrouw ontmoet Zij had haars gelijke niet Van den naam Constantijn kwam hot gesprek op andere namen. Ik vind de oude Angel-Saksische namen zoo mooi,'" zeide Lady Northby. „De jouwe bijvoorbeeld, lieve.'- „Het is een heele mooie naam, zeide Baltazar, ,maar hij is niet Angel-Saksisch. Hij is veel ouder. „Zeker is iiii Angel-Saksisch,' zeide Lady Edna. „Edna was ae vrouw van Ragnef en de schoonmoeder van T-obias, den zoon van Tobit, den knappen jongen man, die een visck draagt en vergezeld wordt door den aartsengel Raphacl, .zooals u dat op Italiaanscbe schil derijen ziot' Lady Edna was verbaasd. „Jlk zou wel eens wlilen weten of er iets is, dat u niet weet." Baltazar lachte. „Ik herinner me slechts wat ik gelezen heb. Mijn vroegere worsteling met het Chineesch heeft denk ik, mijn geheugen voor bijzonderheden getraind. Ik houd ook veel van de Apokriefen. Het Boek van Esdras bijvoorbeeld staat vol vreemde namen. Hieremoth en Carabasion vindt ik heel mooi.' i Dan zeide zij tot Godfrey: „Uw vader maakt altijd, dat ik me zoo nederig en onwetend ga voelen. Hebt u ooit de Apokriefe Boeken gelezen?' „Neen, ik 'niet.' „Ik ook niet. Als u ze wel gelezen hadt. zou ik, geloof ik, onder de tafel kruipen. Tegen zóo'n paar zou ik niet opgewassen zijn" Haar bekentenis van onwetendheid bracht hem even zeer dn verrukking als haar kennis van vele dingen hem met verbazing vervulde. Het maakte haar zoo *cht menschel ijk.1 Na den lunch begaven zij zich naar den salon, waar zij afzonderlijk met nem ging zitten.. „U gaat natuurlijk Lady Northby een bezoek brengen," zeide zij. schoenen' had'. Nooit, helaas, zullen we ie weten ko men-, of (Sbakeppe&re gtrootere of kleinere ^cboenen Vuid, ern of hij zomers sokken dioeg, en van welke kleur. Wat at Shake.<peare? Zou Vondel havennuu. ge bruikt hebben bij het ontbijt? Helaas, dat. c.uike din gen altijd mysteries moeten blijven! Niet wat 'SwinbUTne betreft. Clara1 Watts-Dunton vertelt ons: ,,Hll vermeed bet eten van schaaldieren, hoewel hij er van hield. Kreef^ oi krabber werden nooit, opge- dieniï. Ik herinner ms, -ik eesis vl.éescbgeiei had gókochh die ik fo "voriraep bad. gemaakt met Mal roo- de garnalen door dé gelatine hjen-s^hljnond. Ilit was -verrukt, 'zoo heerlijk da schotel er uit. Wat -zien >die dingetjes -er -aardig uit, merkte 'hij op, bijna te aardig om op te eten. Maar ik geloof, dat Ik het nu dezen keer -maar -eens -moet doen, -omdat u ze heeft klaar geim&akt." Het kan niet anders dan ons genot verhoogen, wan- - neer wij Swinburne's gedichten lezen, te weten, dat hij wel .van garnalen hield, doch ze niet of zelden at, -hoogst^is uit hoffelijikheid -tegenover mevrouw Watts-* Dunton. iM.isschien zal het een itroost zijn voor sommigen •onder mijn lezers te vernemen, dat iSwinburne ver -van handig was. Ik vermoed met groote -zekerheid, -dat hij nooit (een1 spijker in een muur sloeg, of een puntje aan 'n pot-lood'isleep, wanneer wij die volgende passage le zen in mevrouw WattsDunton's levensbeschrijving: zelfs het mechanisme van een spuilwaterflesch. ging zijn begrip te boven. Toen ik voor de eerste maal er een geblikte in zijn tegenwoourdighëid, keek 'bij' me strak aan, terwijl groote bezorgdhëid voor mijn veilig heid in zij'n blik stond te lezen. Ik slaagde cr in, een kalme stroom in het glas te doen vioeien. Toen. ik klaar was, zei hij. op een toon van bewondering en verrassing: .„Wat heelt dat knap gedaanj dat had ik niet kunnen doen.' Toch, al schijnt Swinburne geen spuitwaterflesch te hebben kunnen nanleeren, hij wachtte zich blijkbaar zelf. In elk geval lezen we niet, dat Mevrouw Watts-Dunton hem met spons en handdoek van het dagelijksch proza ïsch vuil reinigde. Wel wéten we gelukkig, welke zeep Swinburne gebruikte. Ook dat zal ons van Shakespeare wel nooit geopenbaard worden, 't Zou ons toch zoef goed doen te weten, dat een fijne geur van groene zeep aoor het vertrek zweefde, terwijl Hamlet ontstond. Swinburne gebruikte Samphire Soap, omdat ze naar de zee rook. Ik ken Samphire zeep niet, kan dus niet zegden, of dit dichterlijke verbeelding was, of niet. Maar het doet "ons hart goed te hooren, dat des dichters zeepbakje nooit leeg was. Want Mevrouw: Watts-Dunton vertelt ons: „Onnoodig tc zeggen, dat Samphire zeep een artikel! was, viat we altijd zorgden in voldoenden voorraad in huis tc hebben." Swinburne is dood, i*eeds dertien jhren, Dood, doch' niet vergeten. „Nog altijd", zegt Mevrouw Watts-Dun- t-on, „bewaar ik een stuk Samphire zeep als een her innering aan den gelukkigs-ten tijd 'van imjn Ievbti. Zijn er onder mijne lezers misschien, die nooit iets van Swinburne hebben gelezen, ja, misschien nu voor het eerst van hem hebben gehoord? Het zou een bittere teleurstelling voor mij zijn, als ik niet het idee met mij durfde omdragen, dat althans enkelen thans zijn werken ter hand zullen nemen. Wel is waar is niet alles omtrent den dichter aan ons geopenbaard ik weet bijvoorbeeld niet, of hij" een kromme of een rechte tandenborstel gebruikte doch zooveel heerlijke, onver getelijke, en vooral uiterst belangrijke dingen weten wij 'nu over hem, dat het werkelijk onverantwoordelijk femoemd mag worden, wanneer we thans ook nog met eirmis zouden maken met de laatste kleinigheid uit zijn leven, kijn gedichten. Iemand, die het Haagje een jaar of twee drie geleden: bezocht en sedert wegens de hooge belastingen ot eenig ander motief elders zijn tenten opsloeg, zal gegronde redenen hebben tot verbazing als hij er nu terugkeert. Voor een paar jaar leefde Den Haag „of het niet op kon." In café's, die het middelpunt van de dagelijksch© vreugde vormden, bijv. in Centraal, placht in het thee uur en 's avonds geen plaatsje onbezet te zijn. In bios copen dito en al wat kans zag door middel van een zooal (niet echt-buitenlands geboren, dan toch buitenlands" geldeede of onitkleede juffrouw of wat plus een exoti- schen meneer een „cabaret" samen te stellen, kon dag m, dag uit, „nacht in, nacht uit" een uitverkochte zaal hebben. Al wat door dobbelen, woekeren, speculeeren in le vensmiddelen, smokkelwaar en valuta onbehoorlijk veel geld had, reed in een auto en liet zijn zoons met motor fietsen de wegen onveilig maken. Er waren een paar families van den ouden stempel, die niet medededen aan dit (zeer betrekkelijke) „geuri maken, doch de wereld stond zoodanig op haar kop, dat men niet de automcnschen, maar de paard-en-rijtuig houders als de opscheppers beschouwde. N Den Haag stoncl.„iix het teeken der benzine". Vroeger in den tijd van de houten ham van pas schoon gemaakte handschoenen, opgekikkerde vesten en bloezes, „Dat zou ik wel denken," antwoordde hij echt jongens achtig. „U moeten weten, dat ik tot het Nieuwe Leger behoor en nooit het geluk gehad heb een generaalsvrouw tè ontmoeten. Als zij allemaal zoo zijn, dan is het niet te verwonderen,, dat het Leger is wat het is.' Lady Edna glimlachte toegeeflijk. „Zij is een schat Ik dacht wel, dat u verliefd op haar zoudt worden." „Maar u hebt niet kunnen weten, dat ik bij generaal Northby's Divisie was, tenzij „Tenzij wat?'* „Tenzij u een heks bent/ Met 'een vluggen blik las zij hét compliment in zijn jonge oogen. Het 'overtuigde haar bijna, dat zij gefteim- zinnige krachten bézat Zij zag er bekoorlijk mysterieus „Laten we het'hierbij laten,' zeide zij. „In ieder geval" voegde zij eraan toe, „kan Lady Horthbv van heel veel nut zijn voor een jong officier." „Van nut?' Hij kreeg een kleur. „Maar ik zou geen dame een bezoek kunnen brengen met de gedachte wat van haar gedaan te krijgen.'" „Waarom niet?' Hij'keek haar in haar oogen. „Dat spreekt toch van zelf." Zij begon te lachen. „Heerlijk, dat u dat gezegd hebt Als u het niet gezegd hadt zou het èen heele trieurstef- ling voor mij geweest zijn." Maar hoe hebt u mij tot zoo iets in staat kunnen; achten? Zijn opTechte angst trof haar. Gewend als zij was aan haar wereld van intriges, die weinig bezat dat zoo gevoe- lig ras °p het punt van eer, had zij zijn appreciatie van Lady Northby s mogelijken invloed voor vaststaande aan genomen. Zij was echter een te handige diplomatie om hem haar verrassing te laten raden en nog minder' den kleinen steek ,dien zij kreeg bij het besef, dat hij moreel misschien iets hooger stond dan zijn. Zij gaf hem glim lachend te veretaan, dat zij hem uit de aardigheid in een valstrik had willen laten loopen, zoodat een gevoel van door haar gezegde had kunnen ontstaan, on» middellijk ondergedompeld werd in een golf van bewon dering over haar zielegrootheid. Deze jonge man, een geboren soldaat, die op vijftig ruwe en heftige mannen kon spelen als op een instrument, die hen marne in den strijd en de klauwen des doods volgen deed, wero in een woordenstrijd totaal verslagen door een jonge vrouw van vijf-dn-twintig jaar, die instinctief naar macht streefde en wier helder verstand tot dusverre ongestoond gebleven was door dringende eischcn van haar hart „Wat zijn uw plannen?" vroeg Lady Edna na een korte stilte. „Zoodra ik een nieuwen voet heb, ga ik iederen dag tot ZIJ mij iets te doen geven, naar het Ministerie van Oorlog. „Dei zal u anders niet veel moeite kosten. Ik weet, dat er heef veel baantjes open zijn/"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 5