Alom» Ni:us OE LANGE 4 DE MQRAAZ, DE WILDE JACHT Donderdag 24 Augustus 1922. 65ste Jaargang. No. 7083. UitgeversN.V. v.lï. TRAPMAN 8- Co., Scliagen Arrondissements Rechtbank te A!v~ aar. Gemengd Nieuws. DEPOSITO'S. FEUILLETON. SCHA6EH COURANT Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 *ur, worden Adver- tentiön nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTREKENINO No. 23330. INT. TELEF no. 20 Prijs per 3 maanden f1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TïëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Groote lettors worden naar plaatsruimte berekend. Zitting van Dinsdag 22 Augustus 1922. Geknipt. Petrus de Vries, een 28-jarige rondzwervende snuiter, was de eerste van het half dozijntje be klaagden, dat. vandaag de revue moest passeeren. Hij is een geboren Castricummer en scharrelde in Ju ni jl. in de omgeving van zijn geboorteplaats rond, huurde een rijwiel van. den fietsenhandelaar Bruin, verkocht dat karretje stikum aan zekeren Dech j wit./, van Schermerhom en.... tippelde de blauwe, trappen op. De O.v.J. braciit in zijn requisitoir naar v, ren. det Petrus al meer straf wegens oneerlijkheid heeft on dergaan en eischte thans 1 jaar gevangenisstraf. Mr. J. Zeilemaker, raadsman, achtte die straf te zwaar en pleitte clementie. Ten goed verkooper. Dirk Boon, vai. Ainmaar. was uummer twee. H'.j was evenals de vorige beklaagde thans gedetineerd in liet lluis van Bewaring te Alkmaar. Boon was een tijdlang bij den winkelier D. Kouwenberg te Alk maar in betrekking geweest en ventte voor dezen met emaille-artikolen. Hij wist. nogal te verkoopen, vriend Dirk, maar de gelden die hij beurde, wendde hij ten eigen bate aan en met het restant koopwaar en den venterswagen isl Boon naderhand er tusschen uitgeknepen. Dat' was 'n leelijke streek en hij berok kende zijn patroon met al dte grappen nog een scha- de van 'n dikke veertig gulden. Kouwenberg was, toen de zaken een zoodanigen loop namen, niet over de geschiedenis tevreden en deed aangifte. De O.v.J. vorderde tegen den onbetrouwbaren venter thans 5 maanden gevangenisstraf. De verdediger, Mr. Smal, riep in zijn pleidooi de clementie der rechtbank in. Zeker een eerlijk gezicht. Petrus Anthonius Franciscus Kok, in Augustus '99 te Bussum geboren, en laatstelijk zonder vaste woon-1 of verblijfplaats zwervende, was als gedetineerde ver-1 toevende in het Huis van Bewaring. Hij heeft. t,o Bergen oplichting gepleegd. Op 23 Ju ni jl. wist hij aldaar bij den winkelier Jozef Herman Maria den Boeder, diens vrouw te bewegen tot het doen afgeven van diverse goederen, als: een over hemd. oen stroohoed, twee strikjes, een paar bre tels. een wandelstok, regenjas, een jekker en twee costumes. Juffrouw den Boeder had vertrouwen in de leugen- ochtige praatjes van beklaagde' en door haar ver- trouwen werd haar man er toe gebracht, om de goederen op crediet aan beklaagde af te geven. Kok had zich niet ontzien om zich voor te doen als Hoofdingenieur bij de Nederl. Spoorwegen. Den vol- genden dag zou hij den manufacturier betalen, maardaarvan is niets gebeurd. Den 24st,en Juni heeft Kok bij den goudsmid H. Schoonhoven te Bergen een soortgelijke oplichting gepleegd, door dezen te bewegen tot hot op zicht zonder betaling afgeven van een 15-tal gouden rin- gpn, die te zamen over de 300 gulden waard waren. Bij de vrouw van den winkelier in manufacturen heeft beklaagde oen vaJschen naam opgegeven en zich als Parini Bergman gepresenteerd. Ook bij den goudsmid had beklaagde voorgegeven Hoofdinge nieur bij de spoorwegen te zijn. De hoer Schoonhoven vertrouwde de geschiedenis aanvankelijk niet, maar toen een trambeambte van het station, zekere Grif fijn bevestigde, dat. deze man inderdaad de nieuwe hoofdinspecteur was, is de goudsmid er toe overgegaan de gouden ringen op zicht af te geven. De pseudo-Hoofdinspecteur der Spoorwegen liep met zijne oplichtingen er leelijk tusschon cn de O.v.J. eischte tegen sinjeur heden een jaar gevangenisstraf. Mr. van Rhenen trad op als verdediger en conclu deerde in zijn pleidooi tot ontslag van rechtsvervol ging. Geheime zaken Volgt een zaak met gesloten deuren. Een ijverige verzekeringsagent. Daarna krijgen we Louis Johan van der Tweel, een 42-jarige te Utrecht woonachtige verzekeringsagent. Deze had zich aan oplichting schuldig gemaakt te genover Joh. S. Wijlacker, assuradeur te Alkmaar. Hij had, zich voorstellende als vertegenwoordiger van de „Gelria", Wijlacker voorgespiegeld, dezen als inspecteur te hebben aangesteld bij de te Arnhem gevestigde verzekeringsmaatschappij „Gelria", Voorts had hij Wijlacker bewogen tot afgifte van f50 aan hom, beklaagde, als vergoeding voor moeite en voor onderricht in het inspecteurswerk. Zulks terwijl van der Tweel noch aan de Directie, noch aan den hoofd inspecteur van de „Gelria" den heer Wijlacker als in specteur had opgegeven of voorgedragen. Deze be- driegelijke wijze van doen, waardoor v. d. Tweel zich f50 door Wijlacker had doen afgeven, wat in April jl. is voorgevallen, sleepte een rechtszaakje na zich. Nadat de heer Wijlacker en na hem de heer J. F. Basserien, Hoofdinspecteur van de „Gelria" als ge tuigen waren gehoord, werd door den heer Officier verzocht de zaak 14 dagen aan te houden, ten einde dan alsnog als getuige te hooren zekeren mijnheer Miltenburg. De verdediger van beklaagde van der Tweel, de ad- vokaat Mr. Kusters uit Alkmaar, verzocht onmiddel lijke invrijheidstelling van zijn cliënt. De zitting werd geschorst en de rechtbank begaf zich in raadkamer. Na heropening der geschorste zit ting werd door den President medegedeeld, dat de rechtbank geen gronden aanwezig vond om beklaag- o op vriie voeten te stellen, zoodat het verzoek van den verdediger tot invrijheidsstelling van beklaagde door de rochtbank werd afgewezen. De rechtbank ba naaide, dat. de behandeling dezer strafzaak zal wor den voortgezet op Dinsdag den 29 Augustus n.s.. vonrm 19 uur, om alsdan nog te hooren den getuige Miltenburg. "x, s'erht begin. Adrlanu» Vorweij, een 21-jarig jongmensch uit \fr» ombtik. tot. ongeveer April jl. werkzaam als vo lontair ter secretarie te Bovenkarspel, had in die functie een bedrag van f6.52 verduisterd. Verweij had dat geld ontvangen van den heer P. Eeccn, groontenhandelaar te Bovenkarspel, voor een buiten- lanilschen pas. dien hij had afgegeven aan den heer Kecen, die daarvoor direct de benoodigde gelden, zijnde f6.52, aan Verweij had betaald. Maar de volontair had dat bedrag niet afgedragen, doch wederrechtelijk onder zich gehouden. Nadat Burgemeester Boon, de gemeente-secretaris A. II. Lowar en de heer Eecen als getuigen waren gehoord, werd door den heer Officier tegen Verweij o<rens verduistering geëischt 14 dagen gev. Mr. Zeilemaker, verdediger, concludeert tot vrij spraak. subsidiair voorwaardelijke straf. A.s. Dinsdag uitspraken. Tevens a.a. Dinsdag be handeling van één strafzaak en wel de hernieuwde behandeling der strafzaak contra L. J. v. d. Tweel uit Utrecht. ANTI-DRANiKWET IN AMERIKA. Te Londen is uit Parijs zekere heer J. W. Gle nister gearriveerd. Het is een Amerikaan, die behoorJ tot de krachtige bestrijders van de anti-drankwetten in de Unie. Glenister hoeft zich te Londen laten interviewen- Hij waarschuwde tegen de invoering in Engeland en andere landen, van anli-drankwetten, zooals die thans in de Unie beslaan. ,.Wij hebben in Amerika" zoo zeidlo hij „een drankverbod, dat geen verbod is. Wie duiten heeft kan zich drank verschaffen. Het is de groote massa die er onder te lijden heeft. Zij kan het niet betalen §n moei dus goodkoope, vergiftigde, sinokkel-whiskey koopen, die duizenden van onze lanudgénooUan doodt. De groote meerderheid van onze landgenooten. in de Ver. Staten is er voor, den soldaten (uit den grootem oorlog) een gift toe te staan onder het voorbehoud, dat wij het geld ervoor kunnen vinden. Wij zien ohs tha'ns gesteld voor een tekort van 485.000.000 in 1923. Dit tekort zou tezamen met het bedrug der schenkingen aan de ex-soldaten, gemakkelijk kunnen worden gevonden uit de belastingen, die van sterken dramk plachten te worden geheven. De dranksmokkellarij is bezig in de Ver. Staten een nieuwe misdadigersklasse in het leven te roepen. MiMi- oenen dollars zijn .bij 'dezen ongeooribofden handel betrokken. En waar zooveel op Jiet spel staat moet er bescherm!(ig zijn, doch daar dl^ bescherming er niet is, zijn «de overtreders der wet,, de smokkelaars, hun eigen politie aan het vormen, welke voor het meerendeéli j wordt cerecruteerd uit jeugdige Italianen. Wij nebben in de Ver. Staten het verwonderlijk 'schouwspel van lieroepswetgevers, die in het groot ban dieten en moordenaars kweeken. Er is in 1922 een toeneming met 27 pet. geweest van het aantal dooden als gevolg van acuut alco holisme vergeleken met de overeenkomstige maan den in 1921 en een toeneming van 89 pet. vergeleken bij 1920. In Ncw-York zijn gedurende de eerste helft van 1922 tachtig personen ten gevolge van drankmisbruik overleden. In 1923 zal het aantal veel grooter zijn, omdat er dan minder goede whisky verkrijgbaar zal wezen en er meer smokkelwaar in omloop zal zijn". „Er wordt" zeide Glenister „m Frankrijk min der gedronken dan in do Ver. Staten Tnet zijn anti- I drankwetgeving. Wanneer wij het drankverbod te niet doen, doen wij tevens het bolsjewisme, de drank- smokkelarij en het gebruik van verdoovende midde- len te niet. Wij moeten 20 dollar voor een „quart" i betalen, indien wij goede whisky willen hebben- De Ver. Staten bezitten de grootste „heupzakveld- flesch"-brigade ter wereld. De veldflesch-fabrikanten moeten rijk zijn geworden." ALKMAAR. Tc SCHAGEN Uoiulrrdims in MSlrl Vredidus). naar het Amerikaansch door ZANE GREY, Bewerkt door W. J. A. ROLDANUS Jr. 20. 1 „Ga als het je blief niet naar vader," zeide zij na ecnigen tijd, terwijl zij haar hand legde, op den arm van Slone, aie vla ft bij Wiidfïre was gaan staan. „Dat zal ik, geloof ik, wel doen," zeide hij. ,.Lin," In dat woord klonk de subtiele, naamlooze bekoring van een intimiteit, die zij hem tot dusverre niet toegestaan had. Hij scheen als door onzichtbare draden aangetrokken te worden- Hij legde eein bevende hand op de hare en drukte hard haar gehandschoende vingers. En Lucy, die niet als een -echte vrouw verzoend wilde worden, drukte haar klein handje tegen de zijne. Vreemd, dat een klein toegeven ëan haar gevoel, zulkb gevolgen had Ieder gesproken woord, iedere beweging scheen meer van haar te eischen. Zij kende zichzelf niet „Lini.... "Beloof me niet met vader te spreken." Neen." Zijn stem. klonk vast. erraad mij niet vertel het niet aan vader." Wat?" vroeg hij ongel oovig. Lucy begreep met wat Maar zijn verbaasde stem, zijn van verbijstering groote oogen schenen haar te helpen door tc dringen in den doolhof. Een honderd gedichten warrelden door haar heen en daaromheen de m? i verborgen ik te rijn. En uit die diepten klonk, als een lichtstraal, een gefluister, dat tot haar zeide, dat er meer hoop voor T Jn olone bestond dan hij ooit in zijn vermetelste droomen ooit gekend had. ,.Lin, als je net tegen vader zegt, zal hij het weten en zal er in het geheel geen hoop meer voor je zijn," riep Lucy uit Ook al begreep Slone de beteekenis van haar woorden, hij geloofde ze niet „Ik ga na de races naar je vader om het hem lei vragen. Dat staat als een paal boven water," zeido Slone koppig. Bii dje woorden verloor Lucy heelemaal hbar geduld. ,,0 jij idioot," riep zij. Slone deinsde plotseling terug, als was hij geslagen. Een blocdroode vlek sprong op zijn mager gezicht ,Neen, het lijkt mij de juiste weg. „Er is hier geen sprake van een juisten of onjuisten Weg omdat omdat O, kan je het niet inzien?" ,-Ik zie meer in dan vroeger," antwoordde hij. „Ik was dol op een paard. En nu ben ik dol op een, jong meisje. Ik wou, dat je me dien dag niet gevonden haat'' Lucy keerde zich om in den zadel en liet Wildfire spring©-». Zij kalmeente hem, sprong uit den zadel en wierp Slone den teugel toe. „Ik rijd je paard niet in de races." zeide zij met plotselingen hartstocht. Zij voelde zich over al haar leden beven. „Lucy Bostii, ik wou, dat ik éven zeker was van den hemel als van het 'feit, dat jij in die race op den rug van Wildfire zult ziuen, 'zeide hij. ,.Ik zal ie paard niet rijden." I „Mijn paard. Dat is mogelijkMaar Je aftilt Wildfire rijden.'' „Dat zal ik niet." Slone werd plotseling doodsbleek en zijn oogem schoten vuur. zrut er even? weinig tegen kupnen doen om hem t< rijden als ik het kan. „Jij schijnt een heele boel over mij te weten, Lln Slone," r. woordde Lucv. „Ik kan als het noodig is even koppig zijn als jij." Slone trachtte zich blijkbaar te beheerschen, ofschoon zijn gezicht wit bleef. Hij glimlachte zei És tegen haar. „Je b, ut Bostil's dochter," zeide hij. „Ja."' „Je bent met hart en ziel een ruiter. Je bent een ^vonder met een paard beter dan eenige ma'n, dien ik ooit gezien heb. Je houdt van Wildfire. En hoe vreenul. Die wilde hengst - die dooder van paarden loopt jou na, hinnikt om ie, vliegt als het Veerlicht naar 'je toe; hij houdt van ie. Slone lia.1 Lucy in naar eenige zwakke punt getast. Zij voelde, dat een onweerstaanbare kracht haar ver-1 scheurde. Zij durfde niet naar Wildfire kijken. Ja I alles wat Slone gezegd had was waar. Hoe wanhopig hard was net te moeten denken, dat zij de groote race, die zij kon winnen, opgeven moest i „Nooit,' Ik zal jouw Wildfire nooit meer rijden," zeide zij heel zacht. „Mijn Wildfire.... O, zit het hem daarin? Nou, Wlkl- I lire zal mei van mij zijn, als je de race rijdt'' „Wat Fe. loei je?" vroeg Lucy. „Je verkoopt hem tocli niet aan Bostii? Dat zou je niet kunnen!" i „Wildfire verkoopenl Na wat het mij gekost heeft om hem te vangen en te temmen 1Niet voor i a.1 de landerijen en paarden en al het geld van je vader!" Er klonk een diepe minachting in Slone's stem. Hij kwam naar haar toe. Lucy leunde tegen den ce der en kon niet verder gaan. Hoe bleek was hij nu! Lucy's hart begon te kloppen en te hameren, want zij dacht, dat Slono haar in zijn a:men wilde nemen. Maar hij deed hot niet. „Wanneer jij Wildfire in die race rijdt, zal hij van jou zijn", zeide Slone hard. „Hoe kan dat?" vroeg Lucy In de grootste verba zing. „Ik geef hem aan jou". „Jij geeft Wildfire aan mijl „Ja. Hier, op dit oogenblik." Hot bleeke gezicht en de donkere oogen verrieden het groote en hartstochtelijke offer ,dat hij bracht. „Lin Slone 1Ik kan het niet begrijpen". „Je moet Wildfire in die race rijden. Je moet den King siaan.... Daarom geef ik Wildfire aan jou. En nu moet je hem rijden, of Je wilti of niet." „Waarom waarom geef je hem aan mij?" vroeg zij nog ten hoogste verbaasd. Al haar trots en temperament waron verdwenen.. „Omdat jij Wildfire lief hebt en Wildfire Jou.... En als dat geen roden voldoende is danom dat ik hem liefheb zooals nooit een ruiter een paard lief gehad heeft.... En ik heb jou lief, zooals nooit een man een vrouw lief gehad heeft!" Slono had nog nooit woorden van liefde tegen Lu cy gesproken .Zij liet haar hoofd zakken. Zij wist, dat hij verliefd op haar was. Maar bij was altijd be deesd geweest, behalve dat eene oogenblik, dat hij heftig geweest was en dat had toen een woordenwis seling veroorzaakt. Met een vreemde pijn in haar borst vroeg Lucy zich af, waarom hij niet eerder op die wijze gesproken had. Het maakte een even groo te verandering in haar als wanneer zij herboren ge weest was. Het gaf haar eenige verlichting. Zij wist, dat zij trilde als een espenblad en geen macht had om haar spieren te controleeren. Zij wist, dat, als zij opkeek, Slone in de diepten van haar ziel zou kun nen lezen. Zelfs nu zij met, haar handen het licht uit haar oogen buitensloot, dacht zij, dat de wildernis veranderd en geheel goud en blauw en wit geworden was, stralend als het maanlicht van droomen en dat de borgen boven hen zweefden en mooi en edel waren als openbaringen van liefde en vreugde voor haar. En plotseling vond zij zich terug zittend aan den, voet va nd enceder, huilend, met door tranen natte handen over haar gezicht. „Er is niets om over te huilen", zeide Slone. „Maar het spijt me, dat ik je pijn gedaan heb!" „Wil je als het je blieft Sarch halen?" vroeg Lucy bevend. Terwijl Slone hot paard ging halen en het zadelde, wist Lucy zich voor het uiterlijk te beheerschen. En zij voelde twee sterke verlangens in zich één om iets aan Slone te zeggen, en één om weg te gaan. Zij besloot beide te doen. Slone bracht bet paard. Lucy trok haar rijhand- schoenen aan, steeg op en legde haar rokken goed voor zij naar Slone keek. Hij was nog doodsbleek en inplaats van vuur was er droefheid in zijn oogen te lezen. Lucy voelde haar hart hameren en een lange huivering haar geheel doortrillen. „Lin, ik wil Wildfire niet aannemen', zeide zij. ,.Ja, dat moet je. Je kan het niet weigeren. Hij is te gewend aan je geraakt. Het zou niet eerlijk zijn tegenover het paard" Omtrent zijn ervaringen in Frankrijk vertelde Glenister nog, dat de aanblik van al die menschen die voor de café's zaten met hun wijntje, hem ont zaglijk had getroffen: „Duivels, ik heb nooit zoo'n tevredenheid ontwaard." FORD EN ZIJN SPOORWEGEN. Henry Ford, de bekende autofabrikant, heeft, ge lijk wij indertijd hebben gemeld, in Maart van bet vorige jaar den Dotroit-, Toledo- en Ironton Spoor weg die een lengte had van 700 K.M. aangekocht om voor zijn fabriek de zekerheid van een goede spoor verbinding te hebben. De exploitatie van dezen spoor weg door Ford geeft belangrijke en leerrijke bijzon derheden, waarover de „Zeitung des Verein Deut- sches Eisenbohn Verwallungen" o.m. het volgende schrijft: Of het Ford's bedoeling is geweest, de wereld te laten zien, wat men met zijn arbeiders- en loonsys teem op spoorweggebied kan bereiken, weten wij niot, maar het is een feit, dat een nadeelig saldo van 105.000 dollar in Februari 1921 reeds in April d. a. v. was veranderd in een winstsaldo van ongeveer 302.000 dollar. Het voordeelige saldo is daarna voort durend gestegen. De middelen, welke Ford heeft ge bruikt om dat te bereiken, zijn: le vermindering van de tarieven, 2e verhooging van de loonen, 3e het meer productief maken van de arbeidskrachten. Het meeste opzien heeft Ford gewekt met zijn loonpolitiek. Hij ging van het beginsel uit dat men een tevreden kring van personeel moest hebben, dat vast in dienst zijner maatschappij bleef. In een tijd, dat van staatswegen het loon der ar beiders zoodanig werd vastgesteld, dat b.v. de minste arbeider 2.65 dollar per dag ontving, terwijl het hoogste loon b.v, voor een machinist 6 dollar be droeg, voerde Ford een minimum loon van 6 dollar in. Verschillende groepen ontvingen evenwel aan zienlijk meer. Zoo kregen b.v. machinisten, bij een arbeidsweek van 48 uur, een maandloon van 375 dollar. Bij de regeling van het werk werd er in het bij zonder op gelet, het werk te vereenvoudigen, een betere samenwerking tusschen de verschillende groe pen te verkrijgen, en alle tusschenpersonen, die maar ecnigszins gemist konden worden, uit te schakelen. Bij het overnemen van den spoorweg door Ford waren er 2733 man in dienst. Dit aantal werd reeds binnen enkele maanden verminderd tot 1326. De in voering van den 8-urigen arbeidsdag was oorzaak dao or ten slotte 1822 man in dienst waren. Vooral werd vereenvoudigd het onderhoud van den weg, wat men hoofdzakelijk door ploegen van 3 man liet verrichten. In de werkplaatsen werd de arbeid zoo in gedeeld, dat men met 60 pet. van de vroegere kracht ten hetzelfde werk kon verrichten als voorheen. Onder de leiding van Ford ging dadelijk het ver- koer vooruit, terwijl juist in dien tijd bij de andere spoorwegen achteruitgang viel waar te nemen. De ontvangsten liepen op van 1 cent per ton en per mijl. tot 1.88 cent. In Juli 1921 legde Ford aan de autoriteiten van Ohio een tarief ter goedkeuring voor, dat een ver mindering van 20 pet. op de bestaande tarieven be- teekende. In dit geval kon hij: dat gemakkelijk doen, omdat hij zelf een zeer groot vervoerder was op an dere spoorwegen, die door zijn voorbeeld werden ge dwongen eveneens hun tarieven te verlagen. Hetgeen hij derhalve op eigen spoorweg door de tariefverla ging minder ontving, spaarde hij uit op de door hém aan andere spoorwegen betaalde vrachten. Ford is van meening. dat een spoorweg evengoed oen bedrijf is als een fabriek en de bekwaamheid, welke tot het leiden van een fabriek nooilig is, zal ..Maar hij is alles, wat je in de wereld bezit", protesteerde zij. Toch wist zij, dat al haar protesten nuteloos zijn zouden. „Neen, ik. heb den goeden, ouden, trouwen Nag- ger." „Zou je gaan probeeren een anderen wilden hengst zooals Wildfire, te vangen?" vroeg zij nieuwsgie rig. Zij speelde met het heerlijke bewustzijn van haar macht om geluk te geven, wanneer zij dat wilde. „Neen, met paardonjagen is het uit voor mij", zei- do Slone. „En een paard als Wildfire nogmaals vin den behoort vrijwel tot de onmogelijkheden". „En als ik hem eens aannam?" „Hoe zou je kunnen weigeren? O, niet ter wille van mij, maar van WildfirelMaar als je zoo laag was om te weigeren, nou,dan kan Wildfire te ruggaan naar de wildernis". „Neen!" riep Lucy uit. „En toch gebeurt het Lucy bleef even zwijgen. Hoe droog leek haar tong! En het ademhalen viel haar moeilijk. Een onwezen lijke glans omhulde alles om haar heen. Zelfs de roode hengst scheen daardoor versluierd. „Wildfire moet nog eenige dagen getraind worden dan een dag rusten en dan de race", zeide Lu cy, terwijl zij Slone weer aankeek. Een glimlach begon zijn harde gelaatstrekken te verzachten. „Ja, Lucy", zeide hij. ,.En ik zal hem moeten rijden?" „Zeker als hij ooit den King slaan wil." Lucy's oogen begonnen te schitteren. Zij zag de menigte de nieuwsgierige, vriendschappelijk ge zinde Indianen de enthousiaste pikeurs de vurige paarden het gezicht van haar vader en ten slotte de race zelf, een race, zooals er nog nooit een geloopen was, zoo snel, zoo heftig, zoo wonder baarlijk. „Dan Lin', begon Lucy, terwijl haar boezem lang zaam op en neer ging, „als ik Wildfire aanneem, wil je hem dan voor me bewaren tot dat.... en als ik hem aanneem en je zeg waarom, wil je me dan beloven...." „Vraag het me niet meer!" viel Slone haar vlug in de rode. „Ik zal met Bostii spreken." „Wacht, wil jobeloven geen woord te zeggen geen enkel woord tegen mij tot na de race?" „Geen woord tegen jou? Waarover?" vroeg hij verbaasd. „Over de Omdat Enfin, ik ik zal je paard aanemen." „Ja", antwoordde hij vlug. Lucy sprong in den zadel, trok de teugel aan en maakte zich gereed Sarchedon de sporen te geven. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 1