Alltlltl Bitlis- Mmtiitit- LuUiifllil L,abor Raad Oude Niedorp. De TABAK die U zoek! is 10., ÜEERENKLEEDING HET WITTE HUIS. HLtKEN- en KINOEKKLEEDING. DE WILDE JACHT Zaterdag 7 Oct"x!6r 1922 65ste Jaargang. No. 7104. Uitgevers i N.V. v.h. TRAPMAN CoSchagen E R S T L BLAD. 99 99 FEUILLETON. Onze gepatenteerde Dorschmachines SGHAEER Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 'e morgens 8 uur, worden Adver- lentiën nog zooveel mogelijk in hot eerstultkomend nummer geplaatst. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. no. 20 Prijs por 3 msandon 11.85. Losso numraors 8 eont. ADVERTEN- TI8N van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewljsno. inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT DH B Et', DEK. Vergadering van den Raad der gemeente Oude Niedorp gehouden op Donderdag 5 October 1922, des namiddag# ten 4 ure. Voorzitter Burgemeester Nagelhout. Allen present. Voorzitter heet de hceren welkom en opent de ver gadering, waarna de notulen worden gelezen, die onver anderd worden goedgekeurd. Voorzitter doet naar aanleiding van de notulen mede decling, dat is ingekomen een schrijven van de Handel drijvende en Industrioele Middenstandsvereeniging te Schagen. In dat schrijven wordt er op gewezen, dat vol gens hel verslag van de raadsvergadering te Oudo Niedorp, 8 Spt. j.ï, gehouden tn voorkomende in de Schager Courant, geen enkele lccriirig uit Oude Niedorp den cursus op de Handelsavondschool zou bezoeken. Intusschcn is die cursus bezocht door Adriaan Bij- waard en P. van Trienen, beide te 't Veld, Oude Niedorp Mochten zij uiet in do gemeente Oude Niedorp woon achtig zijn, dan wordt gaarne daarvan bericht verzocht. Voorz. zegt, ter vorige vergadering op een vraag van den heer Fluister te nebben geantwoord, dat er geon •"iVkcle leerling hier vandaan deelnam. In het verslag van den cursus over 1921 staat dan ook «een enkele naam van menschen uit onze gemeente, die deelnamen. Spr. wil graag toegeven, dat de twee genoemde jongelui uit onze gemeente dien cursus wel zullen hebnen bezocht, doch dit niet met voldoenden uilslag deden en dat zij daardoor niet in het verslag voorkwamen. Voorzitter is gaarne bereid op het schrijven te ant woorden en de hier gedane mededecling in dat ant woord vermelden. Algemeen goedgevonden. Voorts doet Voorzitter mededecling, dat bij de jongst gehouden kasvorificatie bij den öemcente-ontvangcr over eenkomstig boeken en bescheiden in kas is bevonden f 4O97.30Vs. liet ingekomen rapport betreflende kanullsatie van West-Friesland zal cireulccren. Van Ged, Staten is vanmorgen een schrijven ingeko men, dat de zomertijd met ingang van 8 October a.s., voorin, ten 3 ure zal eindigen. Voorts is ingekomen een schrijven van Gedeputeerden, waarin mededeeling wordt gedaan, dat het besluit tot onderhnndsehe aanbesteding van het laagspanningsnet aan do „Heemaf' door den raad behoort te worden genomen en niet door Burgemeester en Wethouders. H. en W. stellen den raad voor om het besluit in dien zin tc wijzigen. Voorz. verklaart te hebben ge meend, dat B. en W. door den raad gemachtigd waren osn het besluit tot die aanbesteding te nemen. Maar God. Staten denken er anders over. Algemeen wordt goedgevonden hot besluit in den van de N.V. Tabaksfabriek J. GRUNU, Groningen. PRIJS per pond per ons ZWART MERK 40 Cf 86 Cf. GROEN 45 Cf. 16 cf. BLAUW 55 Cf. 22 ct. ROOD VERKRIJGBAAR Anna Paulowna Anna Paulowna I Barsingerhorn Callantsoog I Dirkshorn Van Ewijcksluis: Julianadorp Kleine Sluis: Koegras 1 Noordscharwoude I Oudkarspel St. Maarten St. Maartensbrug: St. Maanensvlotbrug Schagen Schagerbrug Schoorl Valkoog Warmenhuizen Winkel; 't Zand 62'A» cf. 25 ct. bij onderstaande adressen: C. DE BOER. Fa. F. NEUVEL. J. MIDDELBEEK. M. HOEK. P. DEKKER. J. VELDMAN. M. NOOT. G. DS JONG. A. VAN STIPKIAAN. H. KRAAKMAN. P. BERKHOUT. C. KROON Ca. Fa. H..HART Mzn. G. BAKKER Jac.an. VV. H. ROGGEVEEN. G. VEUGER Hzn. K. VEUGER Hzn. 'Fa.Tb. MOLENAARGrossier Wed. C. THOMAS. H.J. LIJNBACH. A. BUIK. P. PASTOOR Czn. COöP. „DE TIJDGEEST". Wed. N. P. KEIJZEK. En aan het salaris mogen we toch niet tornen, voor zoover het den tegen woord igen functionaris betreft, dus kunnen wc ook wel het advies der commissie afwachten, j De lieer Tromp: Maar zou het niet goed zijn om er bij Ged. Staten op aan te dringen of we het salaris van den tegenwoordigen Ontvanger wel ïnogeu verminderen, j Er wordt aangegeven dat we daaraan met mo^en tornen en aan den anderen kant krijg je aanschrijving dat er bezuinigd moet worden. We zouden het toch eens kun nen probeeren. Als wij maar alles moeten aanvaarden van Ged. Staten, dan kunnen we als raadsleden ook wel naar huis toe. Zou er, om den Gemeente-ontvanger ander werk op te dragen nog kans van slagen zijn, vraagt spr. Voorzitter zegt daaromtrent nog niet veel te kunnen j medcdeelen. Wat het salaris van den gemeente-ontvanger i betreft, dat is vastgesteld. En al nam de raad een besluit tot verlaging van het salaris, zou dat toch geen goed keuring bij Ged. Staten verwerven. De raad van Hoog woud heeft het geprobeerd en verkreeg stiet de goed keuring van Gedeputeerden, die het volle bedrag toen op de begrooting hebben geplaatst. Aan het salaris van den tegenwoordigen gemeente-ontvanger mag toch niet^ ge tornd worden, al is algemeen het idéé dat het satari3 te hoog is in verband met de verminderde werkzaam heden. De heer TrompTe Hoogwoud kon men zich met het salaris van Burgemeester en secretaris vereenigen, maar dat van de gemeente-ontvanger vond men te hoog. En hetzelfde salaris, dat onder protest is aangenomen, moet je nu maar handhaven. Voorzitter: Ik zou op 't -oogenblik geen kans zien om het ie wijzigen. Zullen we eerst Jtiet rapport der oom missie afwaenten? Allen vinden dat goed. Algemeen wordt verder goedgevonden om aan de wijkverpleging te N. Niêdorp op haar verzoek f 320 subsidie te verleenen. De begrooting dier Wijkverpleging is ingekomen, slui tende op f 2748.32 in ontvangst en uitgaaf met f 16.32 voor onvoorzien. Wordt goedgekeurd. Voorzitter stelt daarna aan de orde de begrooting van het Burgerlijk Armbestuur, die f 3088.32 aangeeft in ontv en uitg., met f 356.32 voor onvoorzien. Wordt op deze cijfers vastgesteld. Nu is aan de beurt de Gemeentebegrooting voor het GEMAAKT EN NAAR MAAT CT BETERE GENRE). PRIMA STOFFEN en VOERING. Dorste klasse beworkina. H. S. CLOECK, Alkmaar. naar het Amerlkaansoh door ZAND GRF.Y, Bewerkt door W. J. A. HO LD ANUS Jr. 31. Dien avond hoorde hij, dat Bostii met een paar pikeurs naar Durango vertrokken was. Die tocht ver baasde Slone en gat hem levens een gevoel van ver lichting, want Dunango was meer dan tweehonderd mijl weg cn een reis daarheen kostte zelfs onvermoeibaréjn ruiters dagen. „Hij heeft geen orders voor mij achtergelaten," zeide Lucy; behalve dat ik me goed moet gedragenEn doe ik dat nou?" fluisterde zij, terwijl zij zich dicht tegen Slone aan nesteldie. „Maar hij heeft voor Holley orders achtergelaten om met mij te rijden en op mij te letten. Is het niet grappig? Die arme oude Holley. Hij vindt het zoo naar vader te misleiden, zegt hij'. „Ik ben blij, dat Holley op je moet letten" zeijcfc Slone. „Gisteren heb ik je op Sarch het salieveld in zien gploppeeren. Ik heb me toen afgevraagd, Lucy, wat je doen zou, als Cordts of die idioot van een Creech je te pakken kregen." „Ik zou vechten." „Maar dat is onzin kind. Je zoütit met geen van bei den kunnen vechten." „Niet?' Bost, hoor! Ik ik zou Cordts doodschie ten. En ik zou Joel Creech met mijn zweep slaan, j En als hij me dan toch bleef volgen, zou ik hem door Sarch onder den voet laten loopen. Sarch haat hem". „Jo bent een dappere lieveling", peinsde Slone. „Maar stel, dat je gevangen wordt en je niet weg kon komen. Zou je dan op de een of andere ma nier een spoor achterlaten „Dat zou ik zeker.*' „Lucy, ik ben een wilde-paardenjager", ging hij, peinzend, alsof hij tot zichzelf sprk, voort. „Ik ben nooit een spoor bijster geraakt. Ik zou je over kale rotsen kunnen volgen." ,.Lin, ik zal een spoor achterlaten, wees dus maar niet bang", zeide zij. „Maar maak je niet onnoodig bezorgd, Je bent altijd bang voor mij. Kijk ook oene naar de vroolijke zijde. Vader schijnt je vergeten te hebben. Misschien) is het niet zoo erg als we gedacht hebben. O, ik hoop het zoo!.... Hoe is het met mijn paard Wildfire? Ik verlang er zoo naar hem nog eens te rijden. Ik kan me nauwelijks bedwingen eens l 3?.«m ta gaan kijken." I zin als door Ged. Staten wordt verzocht, te wijzigen. De heer Tromp zou betreffende het laagspanningsnet op spoed willen aandringen. Voorzitter zal daarvan nota nemen. Ingekomen is verder een circulaire van Ged. Staten, aangaande salarisregeling voor den gemeente-ontvanger, waar diens werkzaamheden belangrijk verminderen, aan gezien hij voor een belangrijk deel van zijn werk wordt ontheven. Met het oog hierop zal gaarne worden verno men of herziening van de jaarwedde van den Gem. Ontv. wenschelijk wordt geoordeeld cn op welk bedrag die den behoort te worden gesteld, naar het inzicht van den raad. Als herziening noodig wordt geacht, mag die echter voor den tegenwoordigen titularis in geen geval financieel© achteruitgong beteekenen. Ged. Staten hebben geen bezwaar dat in evenredigheid met het salaris andere werkzaamheden die met het werk des Gemeente-ont vangers rechtstreeks of zijdelings verband houden, aan dezen worden afgedragen. Voorzitter zegt, dat door de verecniging van Burge meesters cn Secretarissen in het kanton Schagen eert commissie is ingesteld (bestaande uit de heeren Koster, Burgemeester fallnntsoog; Haringhuizen, gemeente secretaris N. Niedorp en Bronder, gemeente-secretaris Barsingerhorn). Deze commissie zou rapport uitbrengen), doch heeft mededeeling gedaan, nog geen gelegenheid tot het doen ..van rapport tc hebben gehad, i B. en W. stellen voor, zooals Voorzitter verder mede deelt om het advies der oommissie eerst af te wachten, dat zij eerst kennis van dat advies zullen nemen, alvorens den raad een voorstel te doen. De heer iieuipt vindt, dat er niet zoo'n haast bij is. (Nederlandsch fabrikaat) in ENGELAND en DUITSCHLAND met de HOOGSTE ONDERSCHEIDINGEN bekroond, worden tegen prijzen verkocht, die met de IDUITSCHE VALUTA-MACHINES CONCURREEREN. Benut deze gelegenheid om van de ERKENDE VOORDEELEN te profiteeren I Zendt Uwe HEDEN aan aanvrage NOG dienstjaar 1923, waarvan door Voorzitter de verschillende posten van uitgaven en tiaar na van ontvangsten worden voorgelezen. Bij den uitgaafpost malariabestrijding (f 63) vraagt de heer Tromp of die bestrijding wel nut heeft gehad. Voorz. acht het wel een nuttig werk. De heer TrompAls het maar niet gaat er mee zooals in de gemeente Sint Pancras, dat men niet kon constateeren waar de bestrijders geweest waren. De heer Rempt is van meening, dat de bestrijding niet zoo is, dat men die afdoende mag achten. Ze wordt niet nauwkeurig overal waar rich de muggen in een perceel bevinden toegepast, want er worden n.L wel eens gedeel ten van een perceel niet bewerkt, waar zich wel muggen bevinden. Deze toch komen tot binnen tegen de daken nog voor in een boerenbehuizing. De heer Jong: Er wordt wel geklaagd over de orga nisatie en over het werk wat de m alar ia bes trijdipft betreft. Ik zou er voor zijn, als men het doet, dan goed doen. Ik twijfel1 wet. of hst geld, dat er aan besteed wordt, nuttig besteed is. Voorzitter: Ik durf het niet zoo sterk verdedigen, omdat ik er niet zoo erg mee pp de hoogte ben. Maar naar hetgeen ik er van hoor, moet de bestrijding toch erg haar goede zij hebben. De heer JongTheoretisch opgezet lijkt het wel goed. ,Maar de practische resultaten, daar twijfel ik aan. VoorzitterIk zou wel willen, dat men er mededeeling van deod als de resultaten niet goed zijn. Dan zou 'ik er den Burgemeester van Hoogwoud op kunnen wijzen, dat er geklaagd wordt, waar wij voor de be strijding onder het ressort Hoogwoud behooren. Wat mij verder betreft, ik zou er toch voor zijn om den Ct voor malariabestrijding op de begrooting te be iden. De heer Bakker: Of de malariamuggen ook in daken van boerenhuizen verblijf houden, zou ik niet kunnen zeggen. Maar de bestrijders kan men voor hun werk toch krijgen in elk gedeelte van een gebouw waar men ze hebben wil. De resultaten der bestrijding zijn mijns inziens eerst na jaren te constateeren. Maar wanneer verschillende ge meenten de bestrijding maar eindigen, dan gaat het met goed. Dan komt het in Verval. En we moeten juist volhouden. Dc heer TrompHoe is het met die bestrijding, wordt dat verzocht of is het verplichtend. Voorzitter: Ze komen rond tot het doen van be strijding. De heer Rempt: Ze kwamen bij mij voor de be strijding en gingen aan het bespuiten boven de koeien. Ik wees er op, dat achter do koeien ook nog bespuiting moest plaatsvinden en toen is dat ook gebeurd. In de varkensstallen is de bestrijding hee- lemaal niet voldoende. Ik ben er voor om den post maar te gaan schrappen. De heer Tromp: Dat wil ik steunen. De heer Pluister denkt er anders over en wil den post behouden, Stemming volgt nu over hot voorstel-Rempt om den post te schrappen. Voor dat voorstel stemmen: Jong. Rempt, Tromp en Ligtliart. Er tegen: Pluister, Over en Bakker. Dus met 4 voor en 3 tegen tot En 7oo fluisterden /.ij, terwijl de minuten oiiel voorbij vlogen. Vroeg- op den middag van den volgenden dag hoor de Slone hot geklikklak van onbeslagen ponlee en ging hij naar buiten. Een gedeelte van de laan kon hij duidelijk zien en dat strompelde Joel Creech op, de magerste poules, die Slone ooit gezien had, voort trekkend. Een man, even mager als de ponies, strompelde er achter. Die aanblik deed Slone pijn: Joel Creech en zijn vader! Slono had daar geen bewijs voor, omdatJhij den ouden Creech nooit gezien had, maar toch wist hij, dat hij het was. En bittere gedachten begonnen döor zijn geest te flitsen. Creech zou hooren, wie er van beschuldigd werd de boot te hebben laten weg drijven. Wat zou hij zeggen? Als hij het geloofde, zooals alle dorpelingen liet geloofden, dan zou bet leven voor Lin Slone op Bostil's Ford onhoudbaar worden. Waar waren do groote dravers Blue Roan en Peg en de andere volbloeds? „O, niet verloren niet dood!" prevelde hij. ,.Dat zou de hel zijnl" Toch geloofde hij juist, dat dat gebeurd was. Hoe vreemd, dat hij nooit aan de mogelijkheid gedacht had, dat Creech terug zou komen. „Het lijkt me beter, dat ik naar hem toe ga, vóór hij me ziet", zeide Slone. Hij had slechts een oogenblik noodig om zijn gor del met de revolvers aan te doen. Dan liep Slone het pad af en ging naar de herberg van Brackton. Wat vroeger Slone boven het hoofd gehangen had, was niets vergeleken bij wat hem nu dreigde. Hij zou te genover een man komen te staan - een man, die volgens het verhaal rechtvaardig, maar streng was. Vóór Slone bij de herberg kwam, zag bij plkeuis naar buiten komen om do Creeches tegemoet te gaan. Toevallig waren er meer pikeurs dan gewoon lijk op dat uur bij Brackton. De oudo man kwam naar buiten gestrompeld en hief zijn handen op. De luide eri opgewonden stemmen dor pikeurs waren goed hoorbaar. Slone kwam dichterbij en boe dich ter hij er bij kwam, des te hardei* liep hij. Zijn in stinct, zeide hem, dat hij de juisto laktiek volgde. Hij wilde dezen man, van wiens ondergang men hem beschuldigde, van aangezicht tot aangezicht zien. De arme mustangs lieten hun koppen hangen. „Vel over been", zeide een der pikeurs hardop. En dan was Slone vlak bij den opgewonden troep. Brackton stond in het midden; hij gesticuleer de; zijn scherpe stem klonk doordringend. „Creech, waar zijn Peg en de Roan God Almach tig. je wilt toch niet zeggen, dat die scharminkels alles is wat er van je grooten troep paarden over is?" Er volgde een drukende stilte. Slone vestigde zijn blikken op Creech. Hij zag een mager, uitgeteerd gezicht, bijna zwart van, stof, met groote, sombere oogen. Zijn lichaam was nat en modderig geweest en nu inet. een koek van stof bedekt. Creech bleef zwijgen als oen toonbeeld van wanhoop, wat Slones' hart ineen deed krimpen. Zijn zwijgen was zij nantwoord Joel Creech verbrak de spanning. „Heb ik jullie allemaal niet gezegd, wat er gebeu ren zou?" schreeuwde hij, „Versmacht van dorst en gestorven!" „Neen toch!" riepen de pikeurs in koor. Brackton rilde over zijn heele lichaam. Tranen ver duisterden zijn oogen tranen, waarvoor hij zich niet schaamde. „God bewaar me hoe vroeeslijk!" riep hij uit. Slone had zichzelf in mogelijke onthullingen over hem vergeten. Maar toen Holley vlak bij hem kwam staan en hem een waarschuwenden blik toewierp, begon Slone weer op zichzelf te letten. Hij voelde een brandende, vlijmende woede in zich oprijzen tegen den man, die Creech's paarden had kunnen redden. En hij, evenals Brackton, voelde ook medelijden met Creech. Deze paarden die stomme dieren trouw en vol toewijding soms moesten lijden en den hongerdood sterven ter wille van de zelfzucht van eer: man. „We zouden allemaal graag hooren wat er ge beurd is, Creech, als het je tenminste niet te zwaar valt het te vertellen", zeide Brackton. „Geef me een borrel", antwoordde Creech. „Dut ik daar niet eerder aan gedacht heb!" riep Brackton. „Ja, ik word oud. Komen jullie allemaal binnen. We zijn blij Creech weer bij ons te hebben". De pikeurs gingen na Brackton en de Creeches naar binnen. Holley bleef op den achtergrond vlak bij Slone staan. „Ik hoorde dien nacht den vloed komen", zeide Creech. „Ik hoorde hem mijlen ver in den canon. Het gebulder was grooter dan bij iederen vorigen vloed. Toevallig was ik alleen en het kostte me heel wat tijd om do paarden bij elkaar te krijgen. Als ik een Indiaan bij me gehad had of Joel maar dan mis schien Zijn stem beefde even, hokte, en dan ging hij voort: ?,En zelfs toen ik bij de overzetplaats kwam, zou het niet te laat geweest zijn als iemand mij' maar geboord had en was "komen helpen. Ik schreeuwde en schooi Niemand hoorde het De rivier wies snel. En dat gebulder deed mij de haren te berge rijzen. Het is net of ik daar jaren gewacht hebDan kwam de vloed zwart en donderend en vreesebjk. Het kostte mij' dui- velsche moeite de paaiden terug j.e krijgen. Den vol genden ochtend kwamen er twee Piute's. Zij hadden mustang* op de rotsen verloren. Al bet voer bij mij was op. Er zat niet anders op dan to probeeren eruit te komen. De Piute's ZÓïden, dat het in het Noorden onmo gelijk was geen gras geen water en daarom Besloot ik in Zuidelijke richting te gaan en te probeeren of wij over dien laatsten bergrug konden komen. Peg brak toen haar been en ik ik moest haar dood schieten. Maar met de rest lukte het. We trokken toen vijf dagen naar het Westen, om de canons te vermijden. Geen gras en maar heel weinig water, en nog brak bovendien. Blue Roan was flink zooals ik nog nooit een paard gezien heb. En toen begonnen de, Piute's niet langer te probeeren om eruit te komen, maar te zien, of zij nergens wat gras konden vinden. Ik wist niet, dat de aarde zoo dor^ was. Een voor een vielen do paarden, er bij neerEn eindelijk, ik kon ik kon Blue Roan niet van gebrek zien omkomen ik kon hem niet voor mijn oogen zien sterven heb ik hem doodgeschoten...i En Wat mij nu het meeste pijn doet, is, dat ik den moed niet gehad heb dat in den beginne te doen." Er volgde een Lange pauze. „De Piute's zal ik, wanneer ik daartoe ooit in staat ben, goed betalen. Zonder hen zou ik zelf omgekomen zijn. Dagen lang hebben wij in alle richtingen de canons doorkruist, tot we eindelijk bij een zandigen oever kwamen en daar vonden we Bostil's boot.'" „Bostil's boot," riep Brackton uit. „Zeg, heeft Joel je niets over 'die boot verteld?" „,Neen, Joel heeft mij niets verteld," antwoordde Creech. „Wat is er met die boot?" „Die is losgesneden vóór de vloed kwam." Blijkbaar verwachtte Brackton, dat Creech vreemd op zou kijken. Maar deze toonde in het geheel geen verbazing. Er fc her een zékere Slonei, een wilde-paardenjager ging Brcakton voort, „en Joel 'zweert, dat die SLone ae de boot losgesneden heeft, om daardoor grootere kans te hebben de race te winnen- Joel zweert, dat hij den kerel nagegaan is." Voor Slone was het oogenblik gekomen met vele emotie», maar geen enkele daarvan was angst Hij' had de plotselinge kracht van Holley's Sterke hand, die henr naar voren duwde, niet noodig. Slome baande zich een 'jweg door de pikeurs en ging vlak'tegenover Greecb( staan, „Het is niet waar. Ik heb die boot niet losgesneden," zeide hij met krachtige stem. „Wie benje?" vroeg Creech. „Mijn naam» is 6k>ne. Ik ben bier mót een wEd paard

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 1